Pedagogisch beleid BSO Het Buitenhuis



Vergelijkbare documenten
Pedagogisch Beleid. Kinderdagverblijf de Boomgaard

Pedagogisch beleidsplan buitenschoolse opvang het Zwammeke

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch werkplan Kinderopvang De Cirkel KDV Den Ham Zuidmaten

Visie (Pedagogisch werkplan)

Pedagogisch beleidsplan kort

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch werkplan. peuteropvang Morgenster. Pedagogisch werkplan de Morgenster 2018

Ouderbeleid van BSO De Bosuil

Kids2b. Een koffer vol bagage. Kleine kinderen worden groot. REIS vormt de kern van ons handelen; RES PEC VOOR. Het pedagogisch beleid

1.1. Het creëren van een veilige en vertrouwde omgeving

Pedagogisch werkplan Peuteropvang t Wakertje

Pedagogisch plan Bengels kinderopvang

Pedagogisch werkplan. Peuterspeelzaal Pippeloentje. Pedagogisch werkplan peuterspeelzaal Pippeloentje SPL / SJWB februari 2019

Appendix bij Pedagogisch Beleidsplan voor Buiten Schoolse Opvang

Inhoudsopgave Pedagogische Visie

Observeerbare Termen. Pedagogisch basisdoel: Sociale en emotionele veiligheid. Pedagogisch basisdoel: Sociale en emotionele veiligheid 2

Pedagogisch beleid Kinderdagverblijf de Harlekijn

Pedagogisch Werkplan BSO In de Manne

Pedagogisch werkplan peuteropvang Morgenster

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleidsplan. Inleiding. BSO Vrij Spel

Pedagogisch beleid Tussenschoolse opvang

Pedagogisch beleid Flexkidz

Pedagogische werkwijze BSO De Hoek, versie januari 2018 Vera Snelle, locatiemanager

Pedagogisch werkplan Gastouderopvang Leuk enzo!

Vestigingsbijlage bij het Algemeen Pedagogisch Beleid Buitenschoolse opvang Aspelin Vleutenseweg HX Utrecht

Samenvatting pedagogisch beleid Kinderopvang Natuurlijk. Doel Doelstelling Doelgroep

Pedagogisch Beleid. Nanny Association

Pedagogisch werkplan BSO De Toermalijin het Rooster

Algemene informatie kinderdagverblijf DE COMPANY

PEDAGOGISCHE WERKWIJZE BOFKONTJES pagina 1 van 5

SKS Alles Kids. Ieder kind is uniek. Onze visie. De 5 speerpunten

Ons pedagogisch handelen buitenschoolse opvang Kloek

Pedagogisch werkplan. Peuterspeelzaal Pippeloentje

werkplan buitenschoolse opvang

Pedagogisch beleid. kinderdagverblijf

Pedagogische Visie en Beleid

Buitenschoolse opvang BSO Kikkersloot. Louis Couperrusstraat CX Utrecht

Pedagogisch beleid Kinderopvang Haarlem Spelend Groeien

Pedagogisch beleidsplan van. Kinderopvang Pippi Langkous

Pedagogisch Beleidsplan

Pedagogisch beleidsplan Buitenschoolse Opvang Mathil Rouveen

Pedagogisch Beleidsplan Kinderdagverblijf Het Pleintje

Wenbeleid Voor de kinderopvang van KieKeBoe

Kinderopvang Het Kinderpaleis is een particuliere organisatie. In dit boekje willen we u informeren over onze Kinderopvang.

Pedagogisch beleid Lunchkids

Pedagogisch werkplan Peuterspeelzaal Het Piraatje

Samen groeien. Maak kennis met onze pedagogische visie

SKS Alles Kids. Onze visie

werkplan Peuterspeelgroep Trompie

Coole Kikkers Buitenschoolse opvang

Pedagogische werkwijze BSO De Capelle, februari 2019 Renate Piet, locatiemanager

Inhoudsopgave pedagogisch werkplan

Kennismaking op de Buitenschoolse Opvang (BSO) Kennismaking op de Buitenschoolse Opvang. Kindercentra De Roef

opvang 0-4 jaar STICHTING KINDEROPVANG BARENDRECHT

Doelstelling. De organisatie

Pedagogisch werkplan. Peutercentrum t Kwetternest

Visie in de praktijk

Samen groeien. Maak kennis met onze pedagogische visie

PEDAGOGISCH WERKPLAN PEUTERSPEELZAAL OT EN SIEN

E: Adres: Scheepmakersstraat 4,2515VC Den Haag T: +31 (0) KVK:

werkplan kinderdagverblijf

Informatie voor Ouders

Pedagogisch werkplan BSO Bussloo

Werkplan. Buitenschoolse opvang De Driehoek.

Buitenschoolse opvang Kikkersloot. Louis Couperrusstraat CX Utrecht

Pedagogisch werkplan. Peuterspeelzaal Groen Knollenland

Pedagogisch werkplan. Peuterspeelzaal Het Piraatje

Pedagogisch beleidsplan.

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch kader Kinderdagverblijf Filios

Pedagogisch werkplan Peuterspeelzaal Knuffel

Pedagogisch Beleidsplan Peuterspeelzaal De Torteltuin Mariaschool Paterswolde

Ons pedagogisch handelen buitenschoolse opvang Montessori Nijmegen Oost

Pedagogisch beleid. buitenschoolse opvang. Niets uit deze uitgave mag worden gekopieerd en/-of verspreid zonder. maatwerk kinderopvang voor elk gezin

Werkplan De Schatkamer

Pedagogisch werkplan. Peuterspeelzaal t Klinkertje

Natuur BSO

Ruimte om te groeien. Oranje Nassau Pedagogisch werkplan. Buitenschoolse Opvang. Ingangsdatum: April 2016.

Dubbeldamseweg-Zuid 97, 3314 JC Dordrecht,

Buitenschoolse opvang Kardoen. Oude Kerkstraat 2A 3572 TJ Utrecht

De Buitenschoolse opvang van Stichting Kinderopvang t Planzoentje.

Buitenschoolse opvang De speelark is onderdeel van kinderopvang Robbedoes. Informatieboekje. Buitenschoolse opvang. De Speelark Heel.

Pedagogisch werkplan. Peuterspeelzaal Olleke Bolleke

Inhoudsopgave pedagogisch werkplan

PEDAGOGISCH WERKPLAN. Thea en Priscilla Pompert Boterzwin WH Julianadorp

Ons pedagogisch handelen kinderdagverblijf t Grut

Ons pedagogisch handelen peutergroep Drakesteyn

Ons pedagogisch handelen buitenschoolse opvang Kompas

Buitenschoolse opvang Biliton. Bilitonkade TH Utrecht

Het Pedagogisch Beleidsplan

Ons pedagogisch handelen kinderdagverblijf Kameleon & peutergroep t Snuffeltje

Hoe kijken wij naar kinderen? Pedagogisch beleid

Info voor u vanuit Kindercentrum WiekenKids

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogische werkwijze BSO De Wilgenboom, versie december 2015 Vera Snelle, locatiemanager

Bijlage bij Pedagogisch beleidsplan 2-4 en 4-12 jaar

Transcriptie:

Pedagogisch beleid BSO Het Buitenhuis

Inhoudsopgave Voorwoord...2 Pedagogische Visie...3 Reggio Emilia... 4-5 Competenties... 6-9 Beleid... 10 Groepsindeling... 10 Dagindeling... 11 Eten en drinken... 12 Spelen en activiteiten... 12 Milieu en natuur... 13 Binnenruimte... 13 Buitenruimte... 14 Uitstapjes... 14 De Kinderen... 15 Kinderparticipatie... 15 Corrigeren en belonene... 15 Vroegtijdige puberteit... 16 Dieet, allergie en andere culturen... 16 Feesten en trakteren... 16 Praktische zaken... 17 Brengen en halen... 17 Voedingsmiddelen, bereiden en bewaren... 17 Ouder en verzorgers... 17 Plaatsing... 18 Intake... 18 Mentorschap... 18 Nieuwe Kinderen... 18 Wennen... 18 Veiligheid en Gezondheid... 19 Brandactieplan en ontruimpingsplan... 19 Bedrijfshulpverlening... 19 EHBO... 19 Veiligheid en gezondheid... 19 Evaluatie... 20 1

Voorwoord De buitenschoolse opvang is een voorziening buiten schooltijd en in schoolvakanties voor kinderen van 4 tot 13 jaar die naar de basisschool gaan. BSO Het buitenhuis biedt met de buitenschoolse opvang een zinvolle en prettige vrijetijdsbesteding aan kinderen. BSO Het buitenhuis zorgt voor een veilig en stimulerend pedagogisch klimaat, waarin ieder kind de ruimte krijgt zich optimaal te ontwikkelen op fysiek, sociaal, emotioneel en intellectueel niveau. Er wordt veel zorg besteed aan de manier waarop de kinderen worden opgevangen. Deze zorg is mede gericht op de sfeer in de groep: wij vinden het belangrijk dat kinderen met plezier naar de BSO komen. De basishouding van de pedagogisch medewerkers wordt gekenmerkt door warmte en aandacht voor ieder kind: individueel en in de groep. BSO Het Buitenhuis meent dat haar buitenschoolse opvang een verantwoorde en plezierige aanvulling is op de opvoeding thuis, middels:. het werken volgens de pedagogische stroming Reggio Emilia het contact met andere kinderen; het activiteitenaanbod; de ruimten van de buitenschoolse opvang: veilig en uitdagend; het contact met meerdere, vaste en deskundige volwassenen. Overleg met ouders draagt bij aan de kwaliteit die de kinderopvang voor kinderen en hun ouders kan hebben. Om ouders in staat te stellen actief mee te denken over het beleid van de organisatie, bestaat er een Oudercommissie. 2

Pedagogische visie Jonge bomen ontwikkelen zich op verschillende wijze. Elke boom heeft een eigen manier van groeien en daarom is iedere boom uniek. Zo is het ook met jonge kinderen. Bij BSO Het Buitenhuis begeleiden we de kinderen zo, dat zij elk op hun eigen manier tot bloei kunnen komen. Wij zien een kind als een jonge boom, die zijn takken nog moet laten groeien. Deze takken kunnen verschillende kanten op gaan en kunnen kort of lang worden. Wij willen de kinderen helpen hun takken de juiste lengte te laten krijgen. Hiervoor bieden we de kinderen ruimte om zich te ontplooien tot individuen met een eigen identiteit, eigen verantwoordelijkheid en met begrip en respect voor anderen. Bij BSO Het Buitenhuis vinden we het belangrijk dat een kind tot een sociaal voelend en positief ingesteld mens op moet kunnen groeien met respect voor mens, dier en natuur. Op deze manier creëren wij één Boomgaard,met unieke bomen, omheind door een heg. Binnen BSO Het Buitenhuis gaan we uit van een wisselwerking tussen leiding en kinderen, de omgeving beïnvloedt de ontwikkeling van het kind, maar ook het kind zelf heeft invloed op die omgeving. We vinden het belangrijk dat kinderen de kans krijgen om al hun takken volop te ontwikkelen. Vanaf de geboorte heeft ieder kind eigen talenten en eigen interesses. Ze zijn nieuwsgierig en creatief en dat moet gestimuleerd worden. We willen de kinderen ruimte bieden om zelf te ontdekken en keuzes te maken, zodat al hun talenten tot volwaardige takken uit kunnen groeien. Ons pedagogisch doel is: de kern tot bloei laten komen. Zodat de kinderen zich ontwikkelen tot evenwichtige mensen die hun eigen talenten herkennen en benutten. Dit evenwicht wordt gerealiseerd door situaties bij BSO Het Buitenhuis te creëren die er voor zorgen dat de kinderen zich prettig voelen, vertrouwen hebben in hun eigen kunnen, voor zichzelf op kunnen komen, respect ontwikkelen voor zichzelf en anderen, positief in de maatschappij staan en opgroeien tot zelfstandige en sociaalvaardige mensen. Dit doel zal een leidraad zijn voor ons pedagogisch beleid. BSO Het Buitenhuis is een plek waar kinderen zich, geborgen in veiligheid, te midden van de natuur en middels creativiteit zich als een uniek en gerespecteerd persoon kunnen ontwikkelen. 3

Reggio Emilia Reggio Emilia is de naam van een klein stadje in Noord Italië. De eerste crèche werd direct na de Tweede Wereldoorlog door ouders zelf opgericht, gebouwd en gefinancierd. Deze ouders wilden hun jonge kinderen een goede en positieve start in het leven geven na alle ellende van de oorlog. De moeders vonden dat het ook voor jonge kinderen belangrijk is om veel en vaak met elkaar te zijn en hun leven te delen. In dezelfde tijd werkte Loris Malaguzzi, pedagoog, filosoof en politicus, met kinderen die door de oorlog getraumatiseerd waren. Zijn therapie bestond niet zozeer uit praten met individuele kinderen, maar veel meer uit het geven van gelegenheid aan de kinderen om met elkaar dingen te maken, te doen, zich te uiten. De samenwerking die in deze tijd ontstond tussen de ouders en Malaguzzi vormde het begin van wat nu wereldwijd bekend geworden is als de Reggiobenadering. Reggio Emilia is voor onze BSO een inspiratiebron voor materialen, de manier waarop we de kinderen creatief stimuleren en de houding van de medewerkers. Er is geen Reggiaanse pedagogiek. Een pedagogiek bestaat immers uit een stelsel van denkbeelden en concepten met een daaruit voortvloeiende werkwijze en organisatie. De Reggio-Emilia benadering bestaat uit speerpunten die de basis vormen voor het gedachtegoed van Reggio Emilia. De kindvisie van Reggio Emilia Sinds 1964 zijn er in Reggio zo'n 33 centra voor jonge kinderen opgericht, allemaal met dezelfde bijzondere pedagogische visie. In de Reggio Emilia-visie wordt het kind gezien als een 'rijk' kind met, al vanaf de geboorte, vele mogelijkheden en talenten. Kinderen zijn in wezen al van jongs af aan bezig met leren, ze zijn nieuwsgierig en vol creativiteit, hebben hun eigen passies en zijn van nature uit op contact Wat houdt kinderen bezig? De genoemde visie op kinderen betekent in de praktijk onder meer dat de leid(st)ers bij BSO Het Buitenhuis de kinderen veel ruimte geven om dingen te ontdekken en om hun eigen weg te gaan: 'We vragen ons steeds weer af: Wat houdt de kinderen bezig, in plaats van dat we kinderen bezighouden.' Om te ontdekken wat kinderen bezighoudt, kijkt en luistert de groepsleiding veel en goed naar de kinderen en noteren de leid(st)ers hun observaties. Op basis van deze observaties maken zij een plan waarmee ze inspelen op dat wat kinderen bezighoudt. Dat betekent niet dat zij voor iedere dag een (doe-)activiteit plannen, het plan kan bijvoorbeeld ook zijn dat een kind dat net zijn eerste stapjes zet, die dag specifiek geobserveerd wordt. Een plan komt in ieder geval altijd voort uit het verleden, dus uit dingen die eerder gezien en gehoord zijn. 4

Drie pedagogen De reggio methode gaat uit van drie pedagogen De kinderen zijn de eerste pedagoog. Zij leren het meest van elkaar. Volwassenen zijn de tweede pedagoog. Zij zorgen voor de basisvoorwaarden zodat de ontwikkeling en mogelijkheden van kinderen gestimuleerd worden. Materialen en ruimte zijn de derde pedagoog. De juiste materialen en inrichting van de ruimte moeten spelen mogelijk maken en kinderen uitlokken tot spel. Documenteren In de Reggio Emilia-aanpak worden heel veel gebeurtenissen en activiteiten van de kinderen gedocumenteerd. Dit gebeurt via verslagen en foto's en soms ook met film- of geluidsopnamen. Recente foto's krijgen een zichtbare plek in de groepsruimten, meestal toegelicht met een tekst. Op deze manier kunnen kinderen en ouders terugblikken op hun belevenissen en hebben de leid(st)ers concreet beeldmateriaal voorhanden om te reflecteren op hun werk. Voor het fotograferen is het nemen van enige afstand noodzakelijk; tegelijk moet een leid(st)er in contact blijven met de kinderen. Soms is dat een hele kunst: een activiteit zoals kleien begeleiden, waarbij je de kinderen laat experimenteren met de klei en daar ook nog eens foto's van maakt. Het is dan ook nodig dat een leid(st)er bereid is om tijd te steken in het documenteren en er de waarde van inziet. Samen op ontdekkingstocht Als begeleid(st)er op een BSO waar Reggio wordt toegepast moet je uiteraard het bijbehorende kindbeeld onderschrijven. Dit betekent dat je uitgaat van een rijk, nieuwsgierig, leergierig en creatief kind dat uit is op communicatie met kinderen onderling, met de groepsleiding, met de ruimte en materialen. Het houdt niet in dat je de kinderen de hele tijd laat tekenen of schilderen. De creativiteit bij kinderen stimuleren betekent vooral ze de ruimte geven om zelf nieuwe dingen te ontdekken. Als je daarop let, dan zie je bijvoorbeeld dat kinderen heel druk kunnen zijn met een paar kasten en stoelen: ze maken er een trein van, een huis of een kring of weer iets anders. Het betekent ook dat je ze regelmatig (nieuwe) materialen aanbiedt, zoals klei of verf maar daarbij geef je geen vaste opdracht zoals 'we gaan nu allemaal een huis verven. 'Als begeleider moet je aan de zijlijn kunnen staan en een stapje achteruit kunnen doen. De creativiteit van kinderen stimuleren betekent onder meer dat jij niet voor ze gaat bedenken wat ze moeten doen, maar dat je ze zelf op ontdekkingstocht laat gaan en daarin als het ware met ze meereist.' Materialen De materialen die in de groep gebruikt worden, moeten de kinderen prikkelen, stimuleren om zich te uiten. De materialen moeten daarom heel divers zijn. Kosteloze materialen kunnen heel verrassend zijn: je kunt van waardeloze, weggooimaterialen nog hele mooie dingen maken, muziek die voor kinderen verrassend is en waar ze op kunnen dansen en over kunnen fantaseren. Materialen uit de natuur, verf, klei, bouwmateriaal; allemaal materialen waar kinderen zich op een creatieve manier mee kunnen uiten. 5

Competenties De wet voor kinderopvang stelt 4 competenties, waar wij in ons pedagogisch beleid onze eigen kleur aan geven. Deze competenties zijn subdoelen van ons pedagogisch doel: de kern tot bloei laten komen. Deze competenties zijn: * Sociaal-emotionele veiligheid * Persoonlijke ontwikkeling * Sociale ontwikkeling * Overdracht van normen en waarden Bij het opstellen van deze subdoelen gaan we uit van het vertrouwen dat we hebben in het vermogen van kinderen. Kinderen hebben vanaf de geboorte een innerlijke motivatie om te leren lopen, praten en contact te maken met anderen. Zij leren wat nodig is voor het leven. Kinderen leren binnen het eigen vermogen, tempo en op een geheel eigen wijze. Het eigen en unieke ontwikkelingstempo van het kind is voor ons maatgevend in de begeleiding van de kinderen. Jonge bomen ontwikkelen zich op verschillende wijze. Sommige bomen hebben al snel in het voorjaar een volledig bladerdek, anderen hebben dit pas ontwikkeld aan het begin van de zomer. Competentie 1: Sociaal emotionele veiligheid. We vinden dat een veilige basis het uitgangspunt is voor het creëren van emotionele veiligheid. Vanuit deze veilige basis kan een kind de wereld om zich heen ontdekken. Hieronder staan aspecten die wij belangrijk vinden voor de sociaal-emotionele veiligheid voor een kind en voor een ontspannen, open sfeer op de groep. Een kind duidelijke grenzen bieden en hier uitleg over geven Door een kind een duidelijke grens te bieden weet het kind waar het aan toe is. Wanneer een kind aangesproken wordt als het iets doet wat niet mag, hoort daar uitleg bij. Het geweten van kinderen is nog in ontwikkeling en nog niet verinnerlijkt. Een kind dat bij herhaling hetzelfde gedrag vertoont, vraagt als het ware hulp aan ons om zijn grens te bepalen. Een kind serieus nemen in wat het vertelt en openstaan voor vragen van het kind Kinderen beleven de wereld op een andere manier dan volwassenen. Er zijn andere zaken die hen bezighouden en voor hen belangrijk zijn in hun eigen leeftijdsfase. Als leiding vinden wij het belangrijk ons in te leven in wat het kind heeft te vertellen en daar aandacht aan te schenken. Kinderen willen ook graag van alles weten. Afhankelijk van de leeftijdsfase waarin ze zitten stellen ze allerlei vragen. Hierin nemen we het kind serieus en proberen het kind antwoord te geven. 6

Een kind als individu benaderen Elk kind is verschillend. Kinderen hebben verschillende interesses, achtergronden, normen en waarden, kwaliteiten en nog tal van andere eigenschappen, die kinderen maakt tot wat ze zijn. Wij vinden dan ook dat ieder kind een andere begeleiding nodig heeft. Binnen de groepsregels en groepsnormen willen we het kind de mogelijkheid bieden zich te uiten op zijn of haar manier. Het kind op een manier aanspreken op leeftijdsniveau Om helder met een kind te communiceren zal je jezelf bewust moeten zijn van de mogelijkheden van het kind en je daarop aanpassen. Structuur Niet alleen deze aspecten dragen bij aan de sociaal-emotionele veiligheid, maar ook structuur bieden is erg belangrijk voor kinderen, omdat het kind zo weet waar het aan toe is. Deze structuur bieden we door een vast dagritme en steeds terugkerende rituelen. Het kind zit op een vaste groep met kinderen die begeleid wordt door vaste leidsters. Deze zorgen voor een vertrouwde omgeving. Structuur bieden we ook door consequent vaste regels te hanteren zodat het kind weet waar het aan toe is. Op deze manier leert het kind ook bepaalde gedragsregels. Informatieoverdracht s Avonds als ouders hun kinderen komen halen wordt er altijd even gepraat over de toestand van het kind. De leidster bespreekt met de ouder hoe de dag gegaan is, wat het kind gegeten heeft en vertelt eventueel een leuke anekdote. Competentie 2: Persoonlijke ontwikkeling Elk kind doorloopt dezelfde fasen, maar niet elk kind doet dat in hetzelfde tempo. Wij willen de kinderen zo veel mogelijk stimuleren en begeleiden in hun persoonlijke ontwikkeling. We willen ze helpen zichzelf te leren kennen, zelfstandig te worden en een positief zelfbeeld te hebben. Dit gebeurt spelenderwijs, met aandacht voor de leeftijd en persoonlijkheid van het kind. Een kind met zelfvertrouwen is in staat om allerlei problemen adequaat aan te pakken. Bij BSO Het Buitenhuis krijgen de kinderen de mogelijkheid om te ontdekken. We bieden hen een uitdagende omgeving waarin hun nieuwsgierigheid geprikkeld wordt en ze de mogelijkheid hebben om te ontdekken. Het spelmateriaal is daarop uitgezocht. Door middel van spel worden situaties en mogelijkheden nagebootst en geoefend. Ze leren problemen op te lossen. Door deze handvatten aan te bieden, begeleiden wij de kinderen in het ontwikkelen van hun persoonlijke competentie. Ieder kind heeft verschillende interesses en mogelijkheden. Wij vinden het belangrijk om hierop in te spelen. Het kind krijgt de ruimte om eigen interesses te ontdekken en tot uiting te brengen. Belangrijk is dat het kind dit in eigen tempo doet. Wij werken vanuit de behoefte van het kind, en stimuleren op niveau en interesse. In grote lijnen kijken we naar hoe een kind is en wat een kind graag doet. Als een kind het leuk vindt om te tekenen, krijgt hij of zij daar de mogelijkheid voor, maar soms speelt het kind nog liever een tijdje met de potloden. De kinderen mogen zelf kiezen of ze 7

deelnemen aan de aangeboden activiteit of dat ze liever vrij willen spelen. We vinden het belangrijk dat het kind zich op zijn eigen manier kan ontplooien volgens zijn eigen interesses en talenten. We vinden het ook belangrijk om veel te praten met de kinderen. Dit zal met elk kind anders zijn en de gesprekken zijn op verschillende niveaus. Kinderen begrijpen meer dan je denkt en ze leren veel van het luisteren naar anderen. We stimuleren de taalontwikkeling ook door boekjes te lezen, liedjes te zingen en spelletjes te doen. We schenken veel aandacht aan het ontplooien van de creatieve kant van het kind. Het is voor een kind een mogelijkheid zich te uiten, de fantasie te prikkelen en daagt uit tot het uitproberen van technieken. We bieden het kind hiervoor de materialen, maar stimuleren dat het kind zijn eigen creatie maakt. Door onze ontdekkingstuin bieden wij de kinderen de mogelijkheid te leren over de natuur, groei, bloei en dieren. Met behulp van deze tuin willen we de kinderen respect voor de natuur bijbrengen, maar tegelijkertijd ook de leuke kanten van de natuur laten zien. Elk kind heeft de behoefte dingen zelf te doen, van die behoeften maken wij bij BSO Het Buitenhuis gebruik en we stimuleren die behoefte ook. Verder prikkelen we de kinderen door ze dingen zelf te laten proberen en zelf op te lossen en niet direct in te grijpen als de dingen niet helemaal gaan zoals ze moeten gaan. We gaan er van uit dat een kind moet kunnen leren van zijn eigen ervaringen en fouten. Als iets dan gelukt is, zal het kind dat ervaren als een overwinning en zich uitgedaagd voelen ook andere dingen zelf uit te proberen. Competentie 3: Sociale ontwikkeling BSO Het Buitenhuis is als het ware een samenleving in het klein. De groep heeft dan ook een belangrijke functie. Daar leren kinderen om respect te hebben voor elkaar, het omgaan met conflict situaties, opkomen voor eigen belang en voor een ander. Vrienden worden, van elkaar leren, leren delen en het doorgeven van kennis aan andere kinderen. Wij willen kinderen ruimte bieden om sociale ervaringen op te doen, waardoor sociale vaardigheden worden verworven. In de omgang met anderen vinden wij het belangrijk dat kinderen leren op een respectvolle wijze met de ander om te gaan. Dit houdt in dat een kind leert delen en rekening leert houden met een ander. Dit leren de kinderen door middel van spel en vaste groepsmomenten, zoals samen eten. Zo wachten we bijvoorbeeld met eten tot iedereen een boterham heeft. Kinderen pikken veel van elkaar op. Naast bijvoorbeeld taal leert het kind ook wat andere prettig vinden en wat niet. Wanneer nodig, corrigeert de leiding dit gedrag en geeft daar uitleg bij. De BSO biedt veel mogelijkheden aan het kind om conflicten te leren hanteren. Juist op de leeftijd dat het op de BSO zit, leert het om te delen en rekening te houden met anderen. 8

Competentie 4: Overdracht van normen en waarden Bij BSO Het Buitenhuis vinden we waarden en normen van groot belang. Het eigen maken van normen en waarden maakt onderdeel uit van de morele ontwikkeling. Binnen en buiten de groep doen zich situaties voor waarvan op dit gebied veel leermomenten zijn (bijvoorbeeld pijn en verdriet, een conflict of een maatschappelijke gebeurtenis). Door de reacties van de groepsleiding op dit soort situaties ervaart een kind wat wel en niet goed is. Het gedrag van de groepsleiding heeft hierbij dus een belangrijke voorbeeldfunctie. De regels die toegepast worden bij BSO Het Buitenhuis zijn een weerspiegeling van de regels (normen en waarden) die binnen deze maatschappij gelden. Als leiding zullen we dan ook handelen volgens onze eigen regels, omdat we een rolmodel voor de kinderen zijn. Ons uitgangspunt is dat het kind niks moet maar mag. Dit houdt in dat we zoveel mogelijk inspelen op de wensen van het kind. Dit doen we door de kinderen buiten de vaste groepsmomenten de mogelijkheid te bieden om zelf te kiezen wat ze willen doen. Ook houdt het in dat we kinderen bijvoorbeeld niet dwingen om te eten of te drinken. We zullen het kind uiteraard stimuleren en uitleg geven. Maar als het kind absoluut niet wil, respecteren we dat. Als leiding proberen we de kinderen ook te stimuleren door zelf mee te eten aan de maaltijden. Als de kinderen zien dat iedereen mee eet, leren ze dat dat heel normaal is. Eten kun je niet afdwingen, het zijn de zogeheten machtsmogelijkheden van een kind. We kiezen ervoor niet in deze machtsstrijd terecht te komen. Afgezien van het feit dat we niet zullen winnen, verstoort het de vertrouwensband die we op willen bouwen met het kind. Het verstoort ook de rest van de groep, en de ontspannen sfeer die we bijvoorbeeld tijdens het eten willen creëren. We zullen op andere manieren dan dwang de kinderen stimuleren toch te eten. Hiervoor zal voor elk kind een andere aanpak nodig zijn. Er wordt binnen BSO Het Buitenhuis soepel omgegaan met regels. Dit is afhankelijk van het kind en het moment. Het ene kind is bijvoorbeeld actiever, passiever of moediger dan de ander en zal meer ruimte nodig moeten krijgen dit gedrag te uiten. Het kind moet de ruimte krijgen om zichzelf te uiten en zal gefrustreerd raken als het steeds aangesproken wordt op het gedrag wat een deel van het kind is. Natuurlijk is er wel een grens. Het is belangrijk dat de andere kinderen zich ook veilig blijven voelen binnen de groep. Kinderen worden aangesproken op hun gedrag. Er wordt hen uitgelegd wat er van hen verwacht wordt en waarom dat van hen verwacht wordt. Mocht een kind niet luisteren dan wordt hij/zij soms even apart gezet op de groep. We vinden het belangrijk dat een kind op zo n moment niet afgewezen wordt, maar te horen krijgt dat het gedrag niet acceptabel is. Het is daarom ook belangrijk dat de leiding na het incident het weer bijlegt met het kind. Zo leert het dat er fouten gemaakt mogen worden zonder dat je als persoon afgewezen wordt. 9

Beleid Algemeen Groepsindeling Bij BSO Het Buitenhuis worden kinderen opgevangen in de leeftijd van 4 tot 13 jaar. Afhankelijk van de groepsgrootte worden er een of twee gediplomeerde pedagogische medewerkers op een groep ingedeeld. Onder een gediplomeerde medewerker wordt verstaan een pedagogische medewerker met een afgeronde SPW3 opleiding of een vergelijkbaar diploma wat benoemd wordt in de cao kinderopvang. Bij BSO Het Buitenhuis hebben we de beschikking over 1 groepsruimte. BSO Het Buitenhuis.heeft ruimte voor 1 groep. Dit is de stamgroep van alle kinderen en dit biedt rust en veiligheid. Er worden maximaal 10 kinderen opgevangen in deze groep. Een kind krijgt drie basisleidsters toegewezen. Per dag van de week is minimaal één van deze leidsters werkzaam op de groep (dit geldt voor het structurele rooster, behoudens ziekte, verlof en vakantie). Deze leidsters zijn tevens het aanspreekpunt voor de ouders. De kinderen kunnen bij activiteiten de stamgroepen verlaten; dan wordt de maximale omvang van de stamgroep tijdelijk losgelaten. Wel blijft het aantal kinderen per leidster van kracht, toegepast op het totaal aantal aanwezige kinderen op de locatie. De op de locatie aanwezige leidsters houden zich bezig met taken die direct met de kinderen te maken hebben. Voor de flexibiliteit in de organisatie is het mogelijk dat in de dagopvang ten hoogste drie uur per dag (niet aaneengesloten) minder beroepskrachten worden ingezet dan volgens de leidster-kind ratio is vereist, maar nooit minder dan de helft van het benodigde aantal leidsters. Is er in zo n situatie slechts één leidster in het kindercentrum, dan is er ter ondersteuning ten minste één andere volwassene als achterwacht in het kindercentrum aanwezig. Afwijken van de vereiste leidster-kind ratio is niet toegestaan tussen 9.30 en 12.30 uur en tussen 15.00 en 16.30 uur. Vóór 9.30 uur en na 16.30 uur mag de afwijking van de leidster-kind ratio niet langer duren dan anderhalf uur aaneengesloten en in de pauzeperiode tussen 12.30 en 15.00 uur niet langer dan twee uur aaneengesloten. Dit alles met een maximum van drie uur per dag. Helpen op het Kinderdagverblijf De kinderen van BSO Het Buitenhuis mogen de groepen op het dagverblijf zo nu en dan helpen. Met de kleinere kinderen spelen, helpen met een activiteit, een kijkje nemen bij de baby s, samen met de juf een flesje geven etc. De kinderen van BSO Het Buitenhuis krijgen op deze manier de ruimte om met kinderen van een andere leeftijd om te gaan. 10

Dagindeling Bij BSO Het Buitenhuis vinden we het belangrijk dat kinderen regelmaat in de dagindeling ervaren. Regelmaat geeft veiligheid voor kinderen. Daarom hanteert BSO Het Buitenhuis een vaste dagindeling. De dagindeling is gebaseerd op een volledige dag, wanneer de opvang om 12.00uur of 14.45uur start kan de dagindeling vanuit dit tijdstip opgepakt worden. 7:00 uur Openen 7:00-8:15 uur Ontbijt 9:00 uur Opruimen 9:15 uur kringgesprek 9:30-10:00 uur fruit en limonade aan tafel 10:00-11.30 uur Activiteit 11.30uur Opruimen 11:45uur Warme maaltijd 12:30 uur Afruimen + opruimen 13:00 uur Vrij spelen/activiteit 13.00 uur Medewerker met pauze, collega vangt de groep op 14:30 uur Limonade en een koekje 15.00uur Activiteit 17.15 uur Avondmaaltijd (Bij hele dag opvang is dit brood, wanneer de opvang alleen na schooltijd is, is dit een warme maaltijd) Vanaf 16.45 uur ophalen tot 19:00 uur 11

Eten en drinken Bij BSO Het Buitenhuis wordt er met elkaar als groep gegeten en gedronken. Gezamenlijk eten heeft meerdere functies. Behalve dat eten en drinken goed voor de ontwikkeling van het kind is, heeft het ook een sociale functie, een sfeerfunctie en een moment van rust. De Boomgaard verzorgd fruit, brood met beleg, tussendoortjes, een verse warme maaltijd, en de dranken die op een dag genuttigd worden, als melk en limonade. Er zijn verschillende tafelmomenten op een dag. De kinderen die voor 8.15 uur gebracht worden kunnen hun ontbijt bij BSO Het Buitenhuis nuttigen. Aan het einde van de dag krijgen de kinderen ook een broodmaaltijd. De kinderen eten samen met de pedagogisch medewerkers aan tafel. De kinderen krijgen eerst een boterham met hartig beleg, vervolgens mogen ze kiezen tussen hartig of zoet beleg. Tussen de middag krijgen de kinderen een verse warme maaltijd aangeboden. Deze worden op de juiste manier koel bewaard en wekelijks geleverd. Kinderen worden nooit gedwongen hun bord leeg te eten. Ze krijgen kleine porties op hun bord en ze worden gestimuleerd voldoende te eten en te drinken. Bij afwijkend eetpatroon of andere bijzonderheden zullen de ouders door de pedagogisch medewerkers worden ingelicht. Spelen en activiteiten De belangrijkste uitgangspunten zijn: Buitenschoolse opvang is vrije tijd: tijd hebben om lekker niets te doen blijft ook belangrijk; De buitenschoolse opvang is voor en van de kinderen; het aanbod wordt mede door en met behulp van de keuzes van kinderen bepaald; Wij bieden vertrouwde activiteiten aan maar ook activiteiten die nieuw en uitdagend zijn; Het aanbod is voor alle leeftijden, voor jongens en meisjes, waarbij rekening gehouden wordt dat oudere kinderen meer behoefte kunnen hebben aan uitdaging in activiteiten; In het dagritme zijn enkele vast activiteiten opgenomen, zoals het samen zingen en eten in de kring. Daarnaast is er ruimte voor de kinderen om zelf te spelen. Het is niet nodig, en zelfs niet gewenst om kinderen de hele dag bezig te houden. Op vaste tijden worden activiteiten aangeboden, maar ook om kennis te maken met allerlei materialen en spelletjes. De uitdaging zit in de variatie van het aanbod. BSO Het Buitenhuis Kent 3 verschillende soorten activiteiten; - Vrij spel Kinderen bepalen zelf wat zij gaan doen, hoe lang en met wie. Zij kunnen in principe zelfstandig aan de slag. De pedagogisch medewerker heeft een minimale bemoeienis; meer een ondersteunende en begeleidende rol. Voorbeelden: Vrij buiten spelen in zandbak, klimrek, hangen, fietsen, voetballen, tikkertje spelen, een gezelschapsspel spelen; Binnen in de poppenhoek spelen; Internetten/computerspelletjes spelen; Knutselen (kind wil bijvoorbeeld een schilderij maken; pedagogisch medewerker zorgt op dat moment voor de materialen); Mee boodschappen doen. 12

Open activiteiten De pedagogisch medewerker bereidt iets voor. Kinderen kunnen kiezen: Hier aan mee te doen; Hier niet aan mee te doen; Later in te stromen. De activiteit heeft meer inhoud dan vrij spel. Het is iets dat de pedagogisch medewerker bewust aanbiedt en van te voren is voorbereid en er is tijd voor vrij gemaakt. Voorbeelden: Estafetteloop (van te voren uitgezet en bedacht); Kookactiviteit; Naar het bos voor een spel of een natuurtocht; Pennenbakje maken (van te voren is bedacht hoe dit kan en materialen zijn klaargezet); Drie weken achter elkaar werken aan een vogelhuisje; Naar de bibliotheek. Een kleurplaat aanbieden of ter plaatse tikkertje spelen valt hier niet onder. Dit valt onder vrij spel. Gestructureerde activiteiten Deze activiteiten worden door meerdere pedagogisch medewerkers georganiseerd. Het gaat hier om groter opgezette activiteiten, die meerdere keren achter elkaar zullen plaatsvinden. Open deelname is in principe niet mogelijk. Kinderen tekenen zich hierop in (met handtekening van ouders). Deze activiteiten worden voor een groot deel aangeboden door externe aanbieders. De activiteiten sluiten aan bij de wensen en mogelijkheden van de kinderen. Het aanbod is divers, wat betekent dat er een afwisseling is in de soort activiteit, de dag waarop de activiteit plaatsvindt en voor welke leeftijd. Daarbij wordt ook rekening gehouden dat de vier ontwikkelingsgebieden, die door spel gestimuleerd worden aan bod komen; cognitieve ontwikkeling, taalontwikkeling, sociaal-emotionele ontwikkeling en motorische ontwikkeling. Maand- en vakantieplanning BIJ BSO Het Buitenhuis maken wij gebruik van een maandplanning. De pedagogisch medewerkers maken deze planning ruim van te voren. Hierin staat globaal beschreven welke activiteiten de BSO wanneer gaat doen. Zoals uitstapjes, workshops of thema s. Eventuele vakanties zijn hier ook in opgenomen. Milieu en natuur Milieu en natuur is een belangrijk onderwerp bij BSO Het Buitenhuis. We beschikken over een grote ontdekkingstuin, waar de kinderen veel kunnen leren over de natuur, groei en bloei. Er is een moestuintje aanwezig en er zijn konijnen. Met behulp van deze tuin willen we de kinderen respect voor de natuur bijbrengen en tegelijkertijd ook de leuke kanten van de natuur laten zien. De kinderen van BSO Het Buitenhuis onderhouden daarom samen met de pedagogisch medewerksters de moestuin en verzorgen de dieren. Binnenruimte De groepsruimten en gemeenschappelijke ruimten zijn zodanig ingericht dat de kinderen op een veilige manier kunnen spelen en ontdekken. De indeling van de groepsruimte biedt kinderen de mogelijkheid om zelf keuzes te maken. Er zijn allerlei hoeken gecreëerd zodat kinderen in kleine groepjes of alleen kunnen spelen, maar ook kunnen kiezen in welk hoekje zij willen spelen. Ook is er genoeg ruimte in de groep voor een bewegelijk spel. Hierdoor kunnen zij kiezen om rustig te spelen in bijvoorbeeld de poppenhoek en bouwhoek. Het zijn flexibele en uitdagende indelingen van de ruimte, waarbij de zelfstandigheid van het kind gestimuleerd wordt. 13

Buitenruimte Wij vinden het belangrijk dat kinderen vaak buiten spelen. We streven om minimaal 1 à 2 keer per dag met de kinderen naar buiten te gaan waar zij keuze hebben uit verschillende materialen en speelmogelijkheden. De buitenruimte is zodanig ingericht dat kinderen uitgedaagd worden om de wereld om hen heen te ontdekken en buiten iets te beleven hebben. Kinderen ontdekken door te doen en te ervaren. Zij komen in contact met de natuur zoals zand, bladeren en gras, onze moestuin en met kleine dieren zoals konijnen. Er zijn volop fietsen en trekkers aanwezig, net als een zandspeelplaats met emmertjes, harkjes en schepjes. In de zomer wordt er met water gespeeld. Ook is er in de tuin een pipowagen en een met gras bedekte tunnel, waarin de kinderen heerlijk kunnen spelen. Uitstapjes Dagelijks maken de kinderen met de pedagogisch medewerkers een uitstapje. Bijv. een wandeling in de omgeving, naar de speeltuin, naar het strand. Bij de intake wordt aan de ouders gevraagd of de kinderen mee mogen met een uitstapje, dit wordt ook vastgelegd. We maken gebruik van de kiddy bus of we gaan er lopend op uit. Tijdens een uitstapje gaan er minstens twee pedagogisch medewerkers mee. 14

De kinderen In het dagritme zijn enkele vaste activiteiten opgenomen, zoals het samen zingen en eten in de kring. Daarnaast is er veel ruimte voor de kinderen om zelf te spelen. Het is niet nodig en zelfs niet gewenst om kinderen de hele dag bezig te houden. Op vaste tijden worden activiteiten aangeboden, om bezig te zijn, maar ook om kennis te maken met allerlei spelletjes en materialen. Hiernaast is er ook tijd vrijgehouden waarin de kinderen vrij kunnen spelen. Op de groep wordt themagericht gewerkt: de thema s komen voort uit de kinderen. Pedagogisch medewerkers observeren de kinderen en door kinderparticipatie wordt een thema vastgesteld. De spelmaterialen en het speelgoed passen we aan op het gekozen thema. Ook het knutselen is gericht op het betreffende thema. Activiteiten binnen de groep zijn, behalve vrij spelen waarin de fantasie en het samenspelen belangrijk zijn, ook gerichte opdrachten. Deze opdrachten zijn nooit verplicht: kinderen worden nooit gedwongen om aan een activiteit deel te nemen. De pedagogisch medewerkers maken het werk ook niet af, het is niet belangrijk dat het werkje iets voorstelt; veel belangrijker is dat kinderen kennismaken met diverse materialen en leren omgaan met hun creativiteit uiten. Er wordt zoveel mogelijk buiten gespeeld, ook als het weer dit niet helemaal toelaat. Kinderparticipatie Binnen BSO Het Buitenhuis wordt daar waar mogelijk gestreefd naar kinderparticipatie. Goed kijken en luisteren naar kinderen en hen, zo mogelijk, mee laten denken, bijvoorbeeld bij de keuze van een liedje of een activiteit. Dit is belangrijk en geeft kinderen het gevoel dat ze gehoord worden. De kinderen worden o.a. ook betrokken bij het tafeldekken of een boodschapje doen. Corrigeren en belonen Binnen alle vormen van opvang worden kinderen op een positieve wijze benaderd en wordt door middel van positieve aandacht het gewenste gedrag gestimuleerd. Door de groepssituatie waarin kinderen meestal op vanzelfsprekende wijze meedoen met de groep is het corrigeren van kinderen veel minder een item dan in de thuissituatie. Wanneer een kind toch negatief gedrag vertoont, wordt gekeken naar het individuele kind en nagegaan wat de oorzaak van het gedrag zou kunnen zijn (niet lekker in zijn vel, verveling, onzekerheid, wijziging in de thuissituatie, ontwikkelingsproblematiek). De pedagogisch medewerkers kunnen op deze manier wellicht de oorzaak van het gedrag wegnemen of hier rekening mee houden. Samen opvoeden: Wij bieden de kinderen verzorging, aandacht en begeleiding in een gediplomeerde omgeving. Hierdoor delen wij in de opvoeding met de ouders. De ouders zijn primair verantwoordelijk voor de opvoeding van hun kind. Afstemming met de ouders over de opvoeding van hun kind is een belangrijke basisvoorwaarde voor goede kinderopvang. 15

Vroegtijdige puberteit Tegenwoordig begint de puberteit van kinderen steeds vroeger. Dit geldt met name voor meisjes. Dit uit zich bijvoorbeeld in een groeispurt en de groei van de borsten. Deze verandering is voor kinderen niet altijd gemakkelijk, zeker als ze nog erg jong zijn en ze fysiek al veel verder ontwikkeld zijn dan leeftijdgenootjes. De pedagogisch medewerkers zijn hier alert op. Dieet, allergie, andere culturen Ouders zijn verantwoordelijk om de pedagogisch medewerkers op de hoogte te stellen van bijzonderheden en wensen rondom de voeding van het kind. Bijzonderheden zoals een allergie, dieet of wensen vanuit een geloofsovertuiging worden tijdens het intakegesprek op het gegevensformulier genoteerd. De pedagogisch medewerkers geven dan een alternatief voedingsmiddel. Op elke groep wordt duidelijk een zichtbare mededeling opgehangen over wat het betreffende kind niet mag eten of drinken plus de eventuele vervangingsmogelijkheden. (bijv. Mag niet: worstjes met als ingrediënt varkensvlees. Mag wel: knakworstjes met rundvlees). Als er een kans is op een heftige allergische reactie van het kind op een voedingsmiddel, dan geven de ouders op het gegevensformulier aan, welke stappen in een dergelijke situatie ondernomen moeten worden. Wanneer een kind de warme maaltijd niet mag nuttigen in verband met allergie bieden wij speciale warme maaltijden aan die het kind wel mag. Feesten en trakteren Bij een verjaardag mag een kind een traktatie uitdelen. De pedagogisch medewerkers vieren samen met het jarige kind zijn/haar verjaardag. In overleg met de ouders en pedagogisch medewerkers kijken we welke dag de verjaardag gevierd wordt. De pedagogisch medewerkers zorgen voor een feestmuts en cadeau. De kinderen mogen trakteren op de groep. Niet alle traktaties zijn echter geschikt om uit te delen. Zo gaat onze voorkeur bijvoorbeeld uit naar een hartige i.p.v. zoete traktatie. Ouders kunnen altijd overleggen met de pedagogisch medewerkers over een geschikte traktatie. Natuurlijk zingen de medewerkers en de kinderen voor de jarige. 16

Praktische zaken Brengen en halen BSO Het Buitenhuis is geopend van 7.00 uur tot 19.00 uur in schoolvakanties en studiedagen. Op regulieren schooldagen zijn wij geopend vanaf 12.00uur of 14.45uur. De vaste breng- en haaltijden zijn van s morgens 7.00 uur tot 9.00 uur. Kinderen kunnen vanaf 16.45uur weg opgehaald worden. Op de haal en breng momenten wordt belangrijke en leuke informatie over het kind tussen de pedagogisch medewerker en de ouders uitgewisseld. Omdat de contactmomenten kort zijn, is het altijd mogelijk om een gesprekje aan te vragen met de pedagogisch medewerkers, zodat op een rustiger moment uitgebreid overlegd kan worden. Voedingsmiddelen inkoop, bereiden en bewaren De voedingsmiddelen worden wekelijks besteld bij vaste leveranciers. Er wordt vers brood en fruit geleverd. De warme maaltijd wordt geleverd door een bedrijf dat hierin gespecialiseerd is. We zien er op toe dat beperkt houdbare levensmiddelen tijdig weggegooid worden. Ouders/verzorgers Contact en openheid over het te voeren beleid naar ouders wordt door de directie en de pedagogisch medewerkers van BSO Het Buitenhuis gezien als zeer belangrijk voor de kwaliteit van de opvang. Door een goede afstemming over en weer, zijn de medewerkers in staat, om de kinderen tijdens hun verblijf op het dagverblijf beter te begrijpen en te begeleiden. Andersom krijgen ouders via de pedagogisch medewerkers een beeld van wat hun kind beleeft tijdens hun afwezigheid en hoe hun kind zich in een andere omgeving gedraagt en ontwikkelt. De directie informeert ouders over het te voeren beleid met betrekking tot: * verantwoorde kinderopvang; * het pedagogisch beleid; * het aantal beroepskrachten in relatie tot het aantal kinderen per leeftijdscategorie; * de groepsgrootte; * de opleidingseisen van de beroepskrachten; * het beleid met betrekking tot de voorwaarden waaronder en de mate waarin beroepskrachten in opleiding kunnen worden belast met de verzorging en opvang van kinderen; * het te voeren beleid inzake veiligheid en gezondheid, waaronder de risico-inventarisatie; * het te voeren beleid inzake de te gebruiken voertaal, voor zover geen Nederlands. Deze informatie is gedetailleerd genoeg om ouders een correct beeld van de praktijk te geven. En uiteraard sluit de praktijk aan bij de informatie die aan de ouders verstrekt is. 17

Plaatsing Intake Voor de startdatum wordt er een intake gesprek gehouden met de nieuwe ouders, dit gebeurd thuis of op de BSO, de keuze ligt bij de ouders. Tijdens dit gesprek wordt er uitleg gegeven over de dagelijkse gang van zaken en worden er afspraken met de ouders gemaakt over bijvoorbeeld eten, halen en brengen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een checklist zodat alle onderwerpen aan bod komen, zoals dagindeling, huisregels, ziektebeleid. Er wordt samen met de ouders een gegevensformulier ingevuld, waarin o.a. afspraken over eten, slapen, adresgegevens en bijzonderheden van het kind worden genoteerd. Deze gegevens worden verwerkt tot een kindkaart en in een map op de groep van het kind bewaard, zodat de pedagogisch medewerkers deze altijd bij de hand hebben. Nieuwe kinderen Nieuwe kinderen worden spelenderwijs wegwijs gemaakt in de buitenschoolse opvang. De pedagogisch medewerkers zorgen ervoor dat kinderen kennismaken met andere kinderen en met de mogelijkheden van de buitenschoolse opvang. Mentorschappen BSO Het Buitenhuis werkt met mentorschappen. Dit wil zeggen dat ieder kind gekoppeld wordt aan een pedagogisch medewerker. Mentorschap betekent dat de pedagogisch medewerker de verantwoordelijkheid draagt voor alle taken die het betreffende kind met zich meebrengt. De mentor draagt er ook zorg voor dat collega s op de hoogte worden gesteld over eventuele veranderingen en vragen omtrent het kind. Wennen Er worden geen speciale wendagen afgesproken met de ouders. We zijn er bij BSO Het Buitenhuis van bewust dat iedere nieuwe situatie tijd nodig heeft. Hierin zullen wij de kinderen begeleiden. We maken de afspraak met de ouders dat zij de 1 e maal bereikbaar zijn mocht de opvang niet naar verwachting verlopen. 18

Veiligheid en gezondheid Brandactieplan en ontruimingsplan BSO Het Buitenhuis heeft een brandactieplan en ontruimingsplan. Deze hangen zichtbaar op de groep. Het plan is bekend bij degene die op de BSO werkzaam zijn. Er vindt minimaal één maal per jaar een ontruimingsoefening plaats en op basis daarvan een evaluatie en indien nodig een bijstelling van het brandactieplan. Bedrijfshulpverlening Binnen het kinderdagverblijf is altijd minimaal één pedagogisch medewerker aanwezig die in het bezit is van een diploma bedrijfshulpverlening. (BHV-er). De BHV-er heeft de leiding tijdens een ontruiming of op het moment dat er iemand onwel wordt, totdat er gediplomeerde hulp aanwezig is. Elk jaar gaan de BHV-ers op herhalingscursus zodat zij op de hoogte blijven van de ontwikkelingen die er op dit gebied zijn. Binnen BSO Het Buitenhuis zijn alle vaste medewerkers in het bezit van BHV, daarnaast is er altijd één directielid aanwezig met BHV-diploma. EHBO Alle pedagogisch medewerkers binnen de Boomgaard beschikken over een diploma kinder-ehbo. Zij weten bij ongelukjes of onwel raken van kinderen hoe zij moeten handelen, eventueel tot dat er professionele hulp aanwezig is. Via een jaarlijkse herhalingscursus worden kennis en vaardigheden steeds opgefrist. Veiligheid en gezondheid De Boomgaard waarborgt de veiligheid en gezondheid op een verantwoorde en verplicht gestelde manier. Jaarlijks vinden risico-inventarisaties plaats onder verantwoordelijkheid van de directie. Voor beide aspecten zowel veiligheid als gezondheid worden protocollen gehanteerd. Hierin staan de werkwijzen uitgebreid omschreven. Jaarlijks vindt er een GGD-controle plaats waarin deze zaken een belangrijke plaats innemen. Het inspectierapport kunt u terugvinden op onze website www.kinderdagverblijfdeboomgaard.nl/ggd_inspectie.php. Het papieren exemplaar ligt bij de binnenkomst van het pand in de entree. 19

Evaluatie Pedagogisch beleid Elke visie is aan verandering onderhevig en aan de praktijk gebonden. Een visie kan veranderen als gevolg van nieuwe regelgeving, nieuwe ervaringen uit de praktijk, door inbreng van personeel, ouders en kinderen of door nieuwe ontwikkelingen op pedagogisch gebied. Het pedagogisch beleidsplan wordt gevolgd, geëvalueerd en zo nodig bijgesteld. Aanvulling en bijstelling kunnen doorlopend plaatsvinden. Dit gebeurd in overleg met het team en de oudercommissie. In ieder geval wordt het pedagogisch beleidsplan ten minste één keer in de drie jaar geëvalueerd en zo nodig bijgesteld. Vooraf worden afspraken gemaakt over hoe en wanneer er geëvalueerd wordt, om te voorkomen dat de evaluatie op een te laat tijdstip of in het geheel niet plaatsvindt. Oudercommissie Omdat we de inbreng en mening van ouders erg belangrijk vinden hebben we een oudercommissie. Ouders van de kinderen van BSO Het Buitenhuis kunnen zich hier voor aanmelden. De oudercommissie vertegenwoordigt zo alle ouders. De Oudercommissie behartigt de belangen van de kinderen en ouders en deelt de bevindingen over de kwaliteit van de dienstverlening van BSO Het Buitenhuis. De oudercommissie heeft een adviserende functie richting de directie van BSO Het Buitenhuis. De commissie adviseert op het gebied van pedagogisch beleid, gezondheid, klachten en hygiëne en veiligheid. 20

21