PROEFVERSLAG Spinazie voor de industrie 2018 voorjaar laat cultivaronderzoek Proefnummer: TOLALG18SPZ_RA02 Identificatie opdrachtgever: Protocol identificatie opdrachtgever: Inagro POLLET Sabien Ieperseweg 87, Rumbeke uitgevoerd door: Inagro VZW Ieperseweg 87 8800 Rumbeke-Beitem Afgevaardigd bestuurder: Diensthoofd: Teeltverantwoordelijke: Mia Demeulemeester Sabien Pollet Jans Francis Periode: 2018 Goedgekeurd door: Diensthoofd: Afgevaardigd bestuurder:
1. INHOUDSOPGAVE 1. INHOUDSOPGAVE... 2 2. MATERIAAL EN METHODEN... 3 2.1. OBJECTEN... 3 2.1.1. Overzicht van de objecten... 3 3. PROEFOMSTANDIGHEDEN... 3 3.1. PROEFTERREIN... 3 3.1.1. Proef nabij waterpoel KOH... 3 3.2. BEHANDELINGSCONDITIES... 3 3.2.1. Meteorologische waarnemingen tijdens de teelt... 3 3.3. OVERZICHT VAN TEELT- EN PROEFVERLOOP... 5 3.3.1. Overzicht van teelt- en proefverloop... 5 4. RESULTATEN... 5 4.1. AFWIJKINGEN T.O.V. HET PROEFPROTOCOL... 5 4.2. TEELTEIGENSCHAPPEN... 6 4.2.1. Plantdichtheid... 6 4.2.2. Groeisnelheid... 7 4.2.3. Bloeisnelheid... 8 4.3. OPBRENGST... 9 4.3.1. Opbrengst... 9 4.3.2. Ziektegevoeligheid... 10 5. BESLUIT... 11 6. BEKNOPT VERSLAG (BLOG)... FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD. Pagina: 2/11
2. MATERIAAL EN METHODEN 2.1. Objecten 2.1.1. Overzicht van de objecten Nr. Ras 1 Boa (Seminis) 2 Caladonia (Seminis) 3 Helios (Sakata) 4 LDSP969 (Syngenta) 5 Mouflon (Rijk Zwaan) 6 Odysseus (Syngenta) 7 Puma (Rijk Zwaan) 8 PV1302 (Pop Vriend Seeds) 9 PV1485 (Pop Vriend Seeds) 10 Walrus (RZ51-527) (Rijk Zwaan) 3. PROEFOMSTANDIGHEDEN 3.1. Proefterrein De proef werd aangelegd op volgende locatie: Inagro, Ieperseweg 87, Rumbeke 3.1.1. Proef nabij waterpoel KOH De hoekpunten van het proefveld worden gekenmerkt door volgende GPS coördinaten : Volgnummer Longitude Latitude 1 3,133307 50,905928 2 3,133693 50,905116 3 3,133908 50,905157 4 3,133522 50,906037 3.2. Behandelingscondities 3.2.1. Meteorologische waarnemingen tijdens de teelt Pagina: 3/11
25/04/2018 27/04/2018 29/04/2018 1/05/2018 3/05/2018 5/05/2018 7/05/2018 9/05/2018 11/05/2018 13/05/2018 15/05/2018 17/05/2018 19/05/2018 21/05/2018 23/05/2018 25/05/2018 27/05/2018 29/05/2018 31/05/2018 2/06/2018 4/06/2018 6/06/2018 8/06/2018 10/06/2018 12/06/2018 14/06/2018 mm / m² 25/04/2018 27/04/2018 29/04/2018 1/05/2018 3/05/2018 5/05/2018 7/05/2018 9/05/2018 11/05/2018 13/05/2018 15/05/2018 17/05/2018 19/05/2018 21/05/2018 23/05/2018 25/05/2018 27/05/2018 29/05/2018 31/05/2018 2/06/2018 4/06/2018 6/06/2018 8/06/2018 10/06/2018 12/06/2018 14/06/2018 C Gemiddelde temperatuur ( C) 25,0 20,0 15,0 10,0 5,0 0,0 Datum Figuur 1: Temperatuurverloop 25,0 20,0 15,0 10,0 5,0 0,0 Neerslag (mm) Datum Figuur 2: Neerslagverloop Het klimaat tijdens de teeltperiode kan kort samengevat worden als warm en droog. In totaal viel er ongeveer 58 l/m². Pagina: 4/11
3.3. Overzicht van teelt- en proefverloop 3.3.1. Overzicht van teelt- en proefverloop Tijdstip Activiteit 27/04/2018 rotoreggen zaaien (300 zaden/m² met Zhürn proefveldzaaimachine) 02/05/2018 onkruidbestrijding voor opkomst (Centium 0,1 l + CIPC 1 l) 19/05/2018 onkruidbestrijding 2-4 bladstadium (Matrigon 0,5 l + Kontakt 320 SC 1 l) 04/06/2018 start oogst 8/06/2018 einde oogst Eind april werd er gezaaid zoals vooropgesteld. Kort na het zaaien viel er ongeveer 30 l/m² neerslag. Bij de oogst werd een gewashoogte van circa 28 cm nagestreefd; als het gewas bloemstengels van maximum 6 cm had of geel blad begon te ontwikkelen werd vroeger geoogst. De maaihoogte was 6 cm. 4. RESULTATEN De resultaten werden verwerkt via het statistisch pakket AGROVA-R ontwikkeld door Inagro in R-taal en gevalideerd met SPSS. Legende bij de resultaten tabellen: Waarden gevolgd door dezelfde letter zijn niet significant verschillend (p=0,05) K.W.V. = kleinste wezenlijk verschil; V.C. = variatiecoëfficiënt (%) p-waarde: * = significant (p<0,05); ** = zeer significant (p<0,01); *** = uiterst significant (p<0,001); N.S. = niet significant (p>=0,05) 4.1. Afwijkingen t.o.v. het proefprotocol De proef werd uitgevoerd zoals beschreven in proefprotocol. Pagina: 5/11
4.2. Teelteigenschappen 4.2.1. Plantdichtheid Object Aantal planten/m² % opkomst 15/05 15/05 Vroege rassen: Boa (Rijk Zwaan) 231 ab 77,0 Odysseus (Syngenta) 188 bc 62,7 Puma (Rijk Zwaan) 198 abc 66,0 Walrus (RZ51-527)(Rijk Zwaan) 174 c 58,0 Middelvroege rassen: Mouflon (Rijk Zwaan) 175 c 58,3 PV1302 (Pop Vriend Seeds) 191 bc 63,7 PV1485 (Pop Vriend Seeds) 246 a 82,0 Late rassen : Caladonia (Seminis) 201 abc 67,0 Helios (Sakata) 194 bc 64,7 LDSP969 (Syngenta) 169 c 56,3 Gemiddeld 197 - K.W.V. 50,5 V.C. (%) 11 p-waarde 0,000 *** Toelichting aantal geteld op 1 m² Enkel PV1485 en Boa hadden nog een redelijke opkomstpercentage. Bij de overige rassen viel dat wat tegen. Pagina: 6/11
4.2.2. Groeisnelheid Object Gewashoogte in cm 31/05 4/06 6/06 8/06 11/06 Vroege rassen: Boa 24,5 ab 29,6 ab 32,1 ab 33,4 ab 34,5 a Odysseus 25,2 a 31,1 a 34,5 a 36,5 a 35,5 a Puma 22,0 bcd 28,4 bc 31,3 abc 33,3 ab 32,8 ab Walrus (RZ51-527) 22,0 bc 28,6 bc 32,3 ab 33,5 ab 35,3 a Middelvroege rassen: Mouflon 20,1 cd 25,5 def 27,5 cd 30,8 bc 31,8 abc PV132 21,9 bcd 26,6 cd 29,5 bcd 30,1 bc 30,0 bcd PV1485 22,0 bcd 25,9 de 28,0 cd 29,1 c 30,0 bcd Late rassen: Caladonia 19,5 cd 23,6 f 26,6 d 27,8 c 29,5 bcd Helios 19,5 cd 24,2 ef 25,7 d 27,3 c 27,8 d LDSP969 19,3 d 24,2 ef 26,8 d 28,5 c 28,0 cd Gemiddeld 21,6 26,8 29,4 31,0 31,5 K.W.V. 2,7 2,0 3,9 4,0 3,8 V.C. (%) 5,1 3,1 5,5 5,3 5,0 P-waarde 0,000 *** 0,000 *** 0,000 *** 0,000 *** 0,000 *** Transformatie Toelichting op basis van 3 metingen/veldje De eerste meting werd uitgevoerd op 31/05. Toen was duidelijk dat vooral Caladonia, Helios en LDSP696 wat trager groeiden. Op 4 juni, 38 dagen na het zaaien, waren de eerste rassen al duidelijk oogstklaar. Dit waren Boa, Odysseus, Puma en Walrus. Nog eens 4 dagen later behaalden alle rassen de vooropgestelde gewashoogte van circa 28 cm. Pagina: 7/11
4.2.3. Bloeisnelheid Object Bloeisnelheid 31/05 4/06 6/06 8/06 11/06 Vroege rassen: Boa 0,0 0,0 0,0 1,0 1,5 Odysseus 0,5 1,0 3,0 3,0 4,0 Puma 0,0 0,5 2,0 3,0 8,0 Walrus (RZ51-527) 0,0 0,0 2,0 3,0 3,0 Middel vroege rassen: Mouflon 0,0 0,5 1,0 3,0 3,5 PV1302 0,0 2,0 3,0 6,0 6,0 PV1485 0,5 2,0 1,5 3,0 3,0 Late rassen : Caladonia 0,0 0,0 1,0 1,0 2,0 Helios 1,0 1,0 2,0 3,0 4,0 LDSP969 0,0 0,0 1,0 2,0 4,0 Toelichting Hoogste waarde van 3 metingen/veldje Bij geen enkel ras was schot een reden om het ras vervroegd te oogsten. Puma en PV1302 leken iets schotgevoeliger dan de overige rassen. Pagina: 8/11
4.3. Opbrengst 4.3.1. Opbrengst Object Oogstdatum Totale Blad/steel Droge Opbrengst blad Nitraat Nitriet opbrengst verhouding stof ton / ha % ton / ha mg/kg VM mg/kg VM % Vroege rassen: Boa 4/06 41,5 a 59,2 24,6 ab 3 294 0,553 5,6 Odysseus 4/06 38,8 a 60,6 23,5 b 3 146 0,547 6,3 Puma 4/06 41,4 a 67,2 27,8 ab 4 633 0,580 5,3 Walrus (RZ51-527) 4/06 34,6 a 69,6 24,1 b 3 186 0,616 5,7 Middelvroege rassen: Mouflon 6/06 39,5 a 74,3 29,3 ab 2 428 0,851 6,2 PV1302 6/06 38,8 a 73,9 28,7 ab 4 000 0,887 6,8 PV1485 6/06 36,5 a 70,6 25,8 ab 2 114 0,902 6,4 Late rassen : Caladonia 8/06 41,2 a 76,7 31,6 a 2 496 0,710 6,2 Helios 8/06 36,5 a 66,3 24,2 ab 2 939 0,812 6,7 LDSP969 8/06 36,1 a 76,0 27,4 ab 2 257 0,743 6,6 Gemiddeld - 38,5-26,7 3 049 0,720 6,2 K.W.V. 11,6 7,98 V.C. (%) 12,6 12,5 P-waarde 0,391 0,023 * Toelichting Er was geen significant verschil tussen de rassen wat opbrengst betrof. Als we naar de berekende opbrengst van het blad kijken, zien wel wat verschil. Dankzij een redelijke blad/steelverhouding kwam vooral Caladonia goed voor de dag. Weerom werden we geconfronteerd met hele hoge nitraatwaarden. Een verklaring zou kunnen zijn dat een slapend gewas in de namiddag de opgenomen nitraten niet kan omzetten tot eiwitten en zo een accumulatie genereerde van nitraten. Vooral bij de vroege rassen en bij PV1485 was het nitraatgehalte heel hoog. Bij de overige rassen waren die vrij hoog maar niet problematisch. Pagina: 9/11
4.3.2. Ziektegevoeligheid Object Wolfresistentie (Pfs) Wolf (Perenospora farinosa) 4/06 6/06 8/06 11/06 Omschrijving (1) (1) Vroege rassen: Boa HR: 1-9,11,13,15,16 9,0 a 9,0 a 8,6 ab 8,6 a Odysseus HR: 1-9,11-16 9,0 a 9,0 a 8,3 abc 8,3 ab Puma HR: 1-4,7,11,15 IR: 5,6,8-10,12-14,16,17 9,0 a 9,0 a 8,5 a 8,1 ab Walrlus (RZ51-527) HR: 1-13 IR: 14-17 9,0 a 9,0 a 9,0 a 9,0 a Middel vroege rassen: Mouflon HR: 1-12,14-16 9,0 a 8,9 ab 7,8 abc 8,1 ab PV1302 HR: 1-15 9,0 a 9,0 a 9,0 a 9,0 a PV1485 HR: 1-15 9,0 a 9,0 a 9,0 a 9,0 a Late rassen : Caladonia HR: 1-14,16 8,8 a 8,1 b 5,5 c 5,5 bc Helios HR: 1-9,11-16 9,0 a 9,0 a 8,8 ab 7,9 abc LDSP969 HR: 1-9, 11-16 8,9 a 8,9 ab 6,0 bc 5,0 c Gemiddeld - 9,0 8,9 8,0 7,9 KWV VC (%) 1,4 3,3 10,6 15,4 p-waarde Factor 1 0,107 0,006 ** 0 *** 0 *** Transformatie Onbekende Onbekende Onbekende Onbekende transformatie transformatie transformatie transformatie Toelichting 1 = veel aantasting; 9 = geen aantasting (1) Voldoet niet aan de basisvoorwaarden en een niet parametrische toets werd uitgevoerd. De Tukey toets werd vervangen door de post-hoc Kruskal Wallis toets. Als we de aantasting vergelijken met het resistentiepatroon van de rassen, vermoedden we dat de fysio s 10, 13 en 15 verantwoordelijk waren voor de infectie. Enkel bij Caladonia en LDSP969 had Wolf een aanzienlijke impact op het geoogste product. Bij Puma kunnen we stellen dat de intermediaire resistentie duidelijk van betekenis was. Pagina: 10/11
5. BESLUIT De late voorjaarsspinazieteelt had af te rekenen met weinig neerslag en hoge temperaturen. Het gewas groeide vrij vlot. Na een 38-tal dagen werden de eerste rassen geoogst. 4 dagen later waren alle rassen geoogst. Bij geen enkel ras werd er vanwege schot vervroegd geoogst. We haalden hele hoge opbrengsten maar de blad/steel-verhouding was wat teleurstellend. De nitraatwaarden waren opvallend hoog. Reden is vermoedelijk te zoeken in het feit dat in de namiddag het gewas sliep. Op dat moment kan het gewas de opgenomen nitraten niet omzetten in eiwitten waardoor we opstapeling in het blad krijgen. Waarden van 4000 ppm zoals bij PV1302 waren problematisch hoog, anderzijds had PV1485 slechts 2214 ppm, waardoor na blancheren die spinazie vlot onder de norm van 2000 ppm kan blijven. Wolf (Perenospora farinosa) brak tegen het einde pas echt door. Vooral bij Caladonia en LDSP969 had dit een grote impact op het geoogste product. Walrus, PV1302 en PV1485 vertoonden geen enkele aantasting van de schimmel. Bij de overige rassen bleef de aantasting binnen de perken. Pagina: 11/11