Handleiding voor Gidsen

Vergelijkbare documenten
Leerkrachtenhandleiding

2. Maak met de 4 buizen een vierkant op de grond. Dit is het zoekraam.

Opdrachten thema. Veluwe

Het onderzoek van de burgemeester 5/6

inhoud Het konijn 1. Bos en duin 2. Het hol 3. Keutels 4. Gevaar 5. Een huisdier 6. Rassen 7. Filmpje Pluskaarten Bronnen en foto s

Wriemelbeestjes. Als je een holletje gaat graven kom je kleine beestjes tegen. Kun jij kleine beestjes vinden als je in de bladhoop graaft?

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken

7-12 jaar Scharrelavontuur jaar Scharrelavontuur

LESPAKKET ECOLOGIE. Naam. Dierenrijk is onderdeel van

Doe- pad Watertorenweg

WERKBLAD OPDRACHTEN. Locatie: De Drie Linden Giersbergen 8 Drunen Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen

HET DIERENVRIENDJESPAD LESPROGRAMMA VOOR GROEP 1,2 EN 3 BASISONDERWIJS. Bijlagen

LESPAKKET ECOLOGIE. Naam. Dierenrijk is onderdeel van

Leerpad Natuurbeleving kleuters Lesduur: ca 60 minuten Bestemd voor groep 1/2/3 Sluit aan bij kerndoel: 39, 40a

4-7 jaar Scharrelavontuur. 4-7 jaar Scharrelavontuur. Sterke geuren. Aardegeuren. Pluk een blaadje van een plantje.

Wriemelbeestjes. Aanwijzingen begeleider: Laat gevangen diertjes naderhand weer los.

HOF ESPELO: SPOREN ZOEKEN

Limburgs Landschap. natuurboekje van

De Veluwe Opdrachten en Overzichten voor begeleiders

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Doe- pad Watertorenweg

NME-leerroute Kabouters in het Westerpark

Arie Aardvarken. Lesbrief

Opdrachten thema. Veluwe

Dit dier lijkt op mij

Ontdekkingstocht duin, bos en strand

4 Gedrag. 4.2 Aapt een aap echt na? 4.4 Hoe leven dieren samen in een groep? 4.1 Opdrachten Opdrachten

DASSENWERK. werkbladen opdrachten Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen. Locatie De Drie Linden Giersbergen 8 Drunen

Opdrachten Jaar van de Bever voor groep 3,4,5 van de basisschool

Arie Aardvarken. Lesbrief. Tips

Een moeilijk woord voor Natuurbrug is Ecoduct. Wat dat nu precies is, legt de schrijver Frank van Pamelen hieronder nog eens uit.

Met Pim en Pientje op stap... PWN. Puur water en natuur.

DOCENT. Thema: natuur BOMEN BIJ MIJN SCHOOL. groep 3 en 4. Stadshagen

Opdrachten thema. Veluwe

Lang leve de buitenkids!

Leren houden van levend erfgoed - Konijnen -

dieren in de dierentuin

Welke voorkeur heb jij?

SAFARIPARK BEEKSE BERGEN

Opdrachtkaarten Lente

ONTDEKKINGSTOCHT. Veel plezier! Deze speurtocht is voor de hele familie! De sterretjes geven aan hoe moeilijk de vragen zijn. makkelijk moeilijk

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

WOLF. Huilend roofdier

Wandelroute Heerenduinen Nationaal Park Zuid-Kennemerland

Doe- pad Watertorenweg. Achtergrond informatie voor de begeleider. Groep 5-6

Gedicht over de Loonse en Drunense Duinen (Uit: Bergen Zand met hoedjes op van Elle van Lieshout en Erik van Os)

Bever. Laatste bever in Nederland. Over de bever

NoNiksie kijkt in de spiegel

Oude bomen. Opdracht 1 - Bijzondere bomen. Opdracht 2 De leeftijd van een boom meten. Benodigdheden

SPREEKBEURT Chinchilla

Bontje, de poes van de molen groep 3/4

CHEETAH VAN DE POLDER

Sporen opsnorren docentenhandleiding

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

HET STOKSTAARTJE. Aardmannetje

Mijn spreekbeurt gaat over een exotisch dier, de Koala. Ik heb de koala als onderwerp voor mijn spreekbeurt gekozen omdat

Wild Beest. Opdrachtenboekje. Basisonderwijs groep 5 t/m 8

Speel mee met de dieren in het bos

Verwonderen STICHTING KIND EN VOEDING. Groep 4, 5 en 6

Voorbereiding post 5. Groep 1-2

Ik weet wat een wintervoorraad is en waarom dieren dit verzamelen. (weinig verse voeding in de winter)

Sociale/pedagogische vragenlijst

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg

Aanwijzing: Lees de verhalen op de borden boven de kist goed; er staan aanwijzingen op. Kijk goed in de kist. Valt je daar iets bijzonders op?

Tuin van Heden 3 en 4 Werken met kunst in de paasperiode. Kernles 1: Kunstenaar, wat vertel je mij?

Expeditie Boswachterscode

Dino en het ei. Duur activiteit: 30 minuten Lesdoelen: De kleuters: kunnen een prent linken aan een tekst; kunnen het verhaal navertellen.

Naam: DE GIRAFFE. Vraag 1b. Hoe zwaar kan een giraffe worden? Vraag 1a. Hoe lang kan een giraffe worden?

Voordoen (modelen, hardop denken)

Stokstaartje. Inhoud. 1. Wat is een stokstaartje. 2. Mijn familie onder de grond

Ogen, oren en neuzen. Groep 4 en 5 van het basisonderwijs

Wat ga je doen? Wat zet je klaar? Wie doet er mee en waar? Hoe zit het in elkaar?

Introductie: Brom en Bram

14 Speuren naar dieren Handleiding voor begeleiders 01

De bruiloft van Simson

Onderzoek op de Boerderij 2010 Buitenopdrachten

Klassengesprek - excursie

De inhoud. 1. De inleiding. 2. De woordspin. 3. Het uiterlijk van de das. 4. Wat eet de das? 5. Waar wonen dassen? 6. Hoe wordt de das geboren?

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

Het Gouden Ei. De Voorstelling. Illustraties en tekst: Marijke Meyer

dieren Werkstuk Arianne van der Graaf dieren

Onlangs heeft u met uw klas een bezoek gebracht aan het Kinderboekenmuseum. Wij hopen dat u dit heeft ervaren als een leuk en leerzaam bezoek.

SPREEKBEURT MONGOOLSE GERBIL

Leskist THEMA-handleiding Ontelbare kringlopen Groep 7 en 8

NME-leerroute Aarde, lucht en water

Drents Archief. Meisje met de hoepel. Groep 2 Speuren in het archief

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje

l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n SPREEKBEURT MUIS ZOOGDIEREN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN

Niet in slaap vallen hoor!

Thema Zintuigen. BSO in 2 nature Bushraft activiteit. info@in2nature.eu. stichting in2nature. info@in2nature.

SPREEKBEURT LAMA EN ALPACA

NATUUR EN TECHNIEK V OOR HET BASISONDERWIJS

- ontdekken dat stilte en rust helpen om een gepaste uitdrukking te vinden voor gevoelens.

,:,- ::s (\') ., - n. -==-. (\) ==} (\) (\) (ih. (\) (h. b,. (\)

15. eten moet je toch

Inhoud. Woord vooraf 7. Het allereerste begin 9. Oervaders 19. Israël als moeder 57. Wijsheid voor ouders en kinderen 83. Koninklijke vaders 113

Het Regent Zonnestralen

ADHD: je kunt t niet zien

Transcriptie:

Ko Duinkonijn Groep 1,2 en 3 Handleiding voor Gidsen Bezoekerscentrum De Kennemerduinen: Zeeweg 12 2051 EC Overveen Tel: 023-54 11 123 Mail: info@np-zuidkennemerland.nl Website: www.npzk.nl IBAN: NL81INGB0000179758

Handleiding Gidsen Excursie "Ko Duinkonijn" Locatie De excursie Ko Duinkonijn wordt gegeven rond duinmeer t Wed. Het verzamelpunt is: het Bezoekerscentrum Duur van de excursie 90 minuten Doelstelling van de excursie De leerlingen ontdekken en ervaren middels zintuiglijke opdrachten en met behulp van diverse materialen spelenderwijs de leefwereld van de duinkonijnen. Benodigdheden (per groep van max. 15) Brief van Ko met rijmpje 6 platen 1. Ko Duinkonijn 2. Duindieren 3. Pootafdrukken 10 blinddoeken 15 loeppotjes 3 vossenmaskers Doosje met konijnenschedel Vragenkaartje afsluitspel Ko Duinkonijn kleurdiploma's Blad met geheugensteuntjes 4. Konijnenhol 5. Voedsel van het konijn 6. Konijnensporen Ontvangst en instructie aan leerkracht en begeleiders Ontvangst en voorstellen bij aankomst Hoe is de klas voorbereid op deze excursie? Begeleiders helpen om de groep bijeen te houden en helpen met opdrachten Spreek af hoe laat de groepen weer verzamelen De leerkracht deelt de groep in tweeën Loop per groep rustig naar de boom in het bezoekerscentrum voor de inleiding

Excursieonderdelen 1. Welkom en inleiding 2. Duindieren 3. Spoorzoeken 4. Vossenspel 5. Waar woont Ko 6. Wat eet Ko 7. Opdracht 6 Bedankje voor Ko: kunstwerk 8. Afsluitspel 9. Verzamelen en Afsluiting Iedere excursie is anders en er is niet altijd tijd is om alle onderdelen uit te voeren. Bij gebrek aan tijd kan de opdracht 'Bedankje voor Ko' eventueel worden overgeslagen. Looproutes Als beginnend gids is het aan te raden om voorafgaand aan je excursie een paar keer mee te lopen met ervaren gidsen. Zo leer je de mogelijke routes kennen en het duingebied rondom het Wed. Spreek samen met de andere gids af hoe je gaat lopen zodat de groepen elkaar niet te veel in de weg zullen zitten tijdens de excursie.

1. Welkom en inleiding Duur: 15 min Benodigdheden: Brief van Ko en rijmpje Plaat van 'Ko Duinkonijn' Opgezette dieren in het Bezoekerscentrum Voorstellen, regels, voorbereiden Stel je voor als gids van NPZK, duingebied tussen Zandvoort en IJmuiden Weten de kinderen wat ze hier komen doen? Hebben ze de brief ontvangen op school? Lees het rijmpje voor en laat de kinderen antwoorden. (antw: Ko Duinkonijn) Vertel dat jullie opdrachten gaan doen om erachter te komen hoe Ko leeft in de duinen. Vanochtend is er een brief van Ko hier onder de deur door geschoven, lees hem voor. Spreek een teken af dat je gebruikt als de kinderen naar je moeten luisteren. De kinderen mogen tijdens de excursie alleen losse dingen oprapen, niet afbreken. Laat de kinderen indien nodig naar het toilet gaan. Kinderen die niet moeten plassen kunnen nog een kijkje nemen in het bezoekerscentrum of even buiten het bezoekerscentrum wachten. Loop naar het startpunt. 2. Duindieren Duur: 15 min Benodigdheden: Plaat met duindieren Loeppotjes Bos, open plek met boomstronken Welke dieren wonen er hier en waar wonen ze. Op zoek gaan naar en het bestuderen van duinbewoners. Vertel: Laat de kinderen duinbewoners opnoemen. Laat de Duindierenplaat zien ter ondersteuning. De dieren wonen op verschillende plekken in de duinen (op de grond, onder de grond, in de bomen, in het water). Sommige dieren zijn groot en andere dieren zijn juist klein. Vertel, als je de schaapskudde ziet, eventueel dat sommige dieren naar de duinen zijn gebracht om in de duinen te grazen en dat andere dieren uit zichzelf in de duinen zijn komen wonen. Vertel over vrienden en vijanden (de vos is een vijand van het konijn, de uil is een vijand van de muis etc.). Dit begrip (vriend/vijand) kan ook bij het konijnenhol of bij het vossenspel uitgelegd worden. Instructie: Vertel dat we op zoek gaan naar de kleine duinbewoners, leg de werking van het loeppotje uit en deel de loeppotjes uit. Vertel dat de kinderen bijvoorbeeld kunnen gaan zoeken bij boomstronken of onder blaadjes en vraag de begeleiders of zij de kinderen willen helpen.

Doen: Kinderen gaan op zoek naar de kleine duinbewoners. Bewonder de vondsten van de kinderen en benoem eventueel de dieren die in de loeppotjes zitten. Laat de kinderen bijvoorbeeld het aantal poten van een spin tellen. Vertel eventueel bij groep 3 dat insecten door veel vogels en zoogdieren worden gegeten en dat bodeminsecten belangrijk zijn voor het opruimen van dode plantenresten. Afronden: Als alle kinderen de dieren in het loeppotje hebben bekeken, kunnen de dieren weer worden vrijgelaten en de loeppotjes worden opgeruimd. 3. Spoorzoeken Duur: 10 min Benodigdheden: Pootafdrukkenplaat Konijnensporenplaat Doosje met konijnenschedel Open zand De kinderen leren wat sporen zijn en zien dat ieder dier een ander spoor achterlaat. De nadruk ligt op de sporen die konijnen achterlaten. Vertel: Vraag de kinderen of zij weten wat een spoor is. Stuur de kinderen in de richting van pootafdrukken. Laat ze eerst hun eigen voetstap zetten. Neem de plaat met de pootafdrukken en laat de kinderen de combinaties maken. Pak daarna de plaat met de konijnensporen en vertel dat er nog andere sporen zijn waaraan je kunt zien dat er dieren zijn. Laat de kinderen de voorbeelden van konijnensporen zien op de plaat. Laat de konijnenschedel zien. Instructie: Vraag de kinderen op zoek te gaan naar sporen en vertel dat zij behalve sporen van konijnen ook nog sporen van andere dieren kunnen vinden. Vraag de begeleiders de kinderen te helpen. Doen: Laat de kinderen in kleine groepjes met een begeleider zelf op zoek gaan naar sporen van de konijnen of loop zelf met de kinderen een route waarvan je weet dat er veel konijnensporen te vinden zijn en wijs de kinderen op de verschillende sporen. Afronden: Bespreek de sporen die ze zijn tegengekomen.

4. Vossenspel Duur: 10/15 min Benodigdheden: Vossenmaskers Open zand/ t Wed De kinderen kunnen even lekker rennen (dit spel kan eventueel ook op een ander moment tijdens de excursie) Instructie: Leg uit dat er drie vossen zijn (kinderen met een vossenmasker) en dat deze vossen dol zijn op konijnen. De andere kinderen spelen de konijnen en zij moeten rennen voor hun leven. Maar er is wel een plek waar ze veilig zijn: hun hol. Dat is bij de begeleiders. De konijnen mogen bij het hol 5 tellen schuilen zonder dat ze getikt kunnen worden. Als een konijn door een vos wordt getikt, is het konijn af en moet aan de kant wachten tot de volgende ronde. Zorg ervoor dat elk kind die dat wil een keer vos is geweest. Doen: Zet de begeleiders op de hoeken van het speelveld neer, kies de eerste 3 vossen en geef ze een masker. Neem de leiding over het spel. 5. Waar woont Ko ` Duur: 10 min Benodigdheden: Plaat Doorsnede Konijnenhol Open landschap, bij het zand Kinderen leren over het duinkonijn. Zij leren waar het duinkonijn leeft. Vertel: Vertel dat de duinkonijnen in groepen bij elkaar leven (mannetjes, vrouwtjes en jongen) en dat ze nooit ver van hun hol vandaan gaan en het daarom ook belangrijk is dat hun hol op een handige plek ligt. Vraag (Groep 3) aan de kinderen of ze kunnen bedenken wat een goede plek zal zijn voor Ko om zijn hol te graven. Tussen het struikgewas is veilig, midden op de zandvlakte is onveilig. Aan de randen van een grasvlakte of duintje is beschut en handig voor het graven. Bij voedsel in de buurt. Laat de plaat van het konijnenhol zien en vertel de kinderen dat het vaderkonijn rammelaar en het moederkonijn voedster heet. Vertel over konijnenjongen: waar zij worden geboren (wentel, aparte gang in het hol bekleed met haar van het moederkonijn), dat de jongen naakt en blind worden geboren, dat de jongen na ongeveer 3 weken voor het eerst het nest verlaten om de omgeving te verkennen. Vertel de kinderen dat de konijnen die samen in een groep leven elkaar kunnen waarschuwen als er gevaar dreigt. Zij doen dit door hard met hun achterpoten op de grond te stampen. De konijnen kunnen dan snel hun hol in vluchten. Vertel over de vijanden van de konijnen.

Instructie en doen: Vertel de kinderen dat zij nu heel hard op te grond gaan stampen, net zoals konijnen dat doen als er gevaar dreigt. Zij gaan proberen of zij de grond voelen trillen. Deel de groep in tweeën: één groep stampt en één groep voelt. Draai daarna de rollen om. Afronden: Ga met de kinderen op zoek naar een konijnenhol. 6. Wat eet Ko Duur: 10 min Benodigdheden: Plaat met het voedsel van Ko Duinkonijn Blinddoeken Kan op dezelfde plek als bij de vorige opdracht De kinderen leren wat het konijn eet Vertel: Vraag de kinderen of ze kunnen vertellen wat Ko Duinkonijn graag eet. Laat de plaat zien en vertel de kinderen dat een konijn sappige grassprieten, kruiden en wortels van planten eet. Die wortels moet hij uitgraven. Laat eventueel een graafje zien. Het konijn eet ook graag loten van jongen struiken en bomen. Konijnen hoeven niet veel te drinken want hun voedsel bevat genoeg vocht. Je kunt een keutel van een konijn laten zien. Vertel dat konijnen hun keutels soms opeten. Er zitten dan nog voedselresten in die ze kunnen gebruiken. Deze keutels zijn zacht. Ze eten dit overdag als ze in hun hol zijn. De keutels die buiten het hol liggen zijn hard. Als er veel keutels bij elkaar liggen noem je dat een latrine. Vertel dat konijnen vooral in de schemering uit hun hol komen om op zoek te gaan naar eten. Omdat het dan soms bijna donker is en het heel belangrijk is dat het konijn zijn hol terugvindt, kunnen konijnen goed horen en voelen. Ze hebben lange snorharen rond de bek en boven ogen. Instructie en doen: Vertel de kinderen dat zij een spel gaan doen waarbij zij ook goed moeten voelen net als het konijn. Maak groepjes van twee of drie kinderen. Vertel dat per groepje één kind een blinddoek voor zijn ogen krijgt en dat het andere kind (andere kinderen) een voorwerp uit de natuur (een dennenappel, een takje etc) aan het kind met de blinddoek geeft. Dit kind moet dan zeggen wat het in zijn handen heeft. Draai na enige tijd de rollen om. Vraag de begeleiders om te helpen. 7. Bedankje voor Ko: kunstwerk Duur: 10 min Benodigdheden: n.v.t. In de buurt van zand Kinderen leren kijken naar de natuur

Vertel: Vertel de kinderen dat ze een mooi kunstwerk gaan maken om Ko te bedanken voor de uitnodiging om hem in het duin op te zoeken. Ko kan dit gaan bekijken als hij s avonds zijn hol uitkomt om op zoek te gaan naar eten. Instructie en doen: Teken een groot vierkant in het zand. Vertel dat we hiervan een kunstwerk gaan maken voor Ko. De kinderen kunnen van takken een lijst maken voor het kunstwerk, zij mogen mooie dingen uit de natuur zoeken om het kunstwerk van te maken. Vertel dat ze niets mogen plukken of afbreken, dus alleen losse voorwerpen mogen gebruiken. Afronden: Als het kunstwerk klaar is, mogen de kinderen een afdruk van hun hand bij het kunstwerk plaatsen of hun naam erbij schrijven. 8. Afsluitspel Duur: 5 min Benodigdheden: Vragenkaartjes Op de terugweg Samenvatten van de excursie en gezamenlijk teruglopen naar het eindpunt. Instructie: Leg uit dat je een aantal vragen gaat stellen over de excursie die ze met JA of NEE kunnen beantwoorden. Als het antwoord op de vraag JA is dan mogen ze ca. 10 konijnensprongen maken en als het antwoord NEE is moeten ze blijven staan. Voorbeeldvragen: 1. Is een hond is een vriend van Ko. NEE 2. Konijnen leven in een groep. JA 3. Het moeder konijn heet een rammelaar. NEE 4. Ko kan heel goed voelen met zijn snorharen. JA 5. Ko eet dennenappels. NEE 6. Ko eet zijn eigen poep. JA 7. Een konijnenhol heeft altijd maar één ingang. NEE 8. De pootafdruk van de vos is groter dan die van het konijn. JA 9. Roofvogels bouwen hun nest op de grond. NEE 10. Je vindt kriebeldiertjes vaak onder dode takken op de grond. JA 11. Konijnen gillen om elkaar te waarschuwen. NEE 12. Bodemdieren/kriebeldiertjes ruimen de blaadjes en takken op. JA 13. Ko komt het liefst midden op de dag zijn hol uit. NEE 14. De konijnenjongen worden kaal en blind geboren. JA

9. Verzamelen en afsluiting Vertel de kinderen dat de excursie is afgelopen en vraag wat zij van de excursie vonden. Vraag wat zij het leukste vonden en wat zij straks thuis gaan vertellen. Bedank de begeleiders voor hun assistentie en overhandig de konijnendiploma s aan de leerkracht

Hallo kinderen, Wat leuk dat jullie er zijn, bij mij in de duinen. Weten jullie wie ik ben? Ik zal het raadsel nog een keer herhalen, dan weet je het vast wel weer. Wie woont er in de duinen, diep onder de grond? Wie eet daar groene struiken? Wie heeft een grasspriet in zijn mond? Wie kan heel goed horen en goed ruiken? Wie heeft scherpe nagels en een zachte vacht? Als je t weet, zeg het dan heel zacht... Op dit moment lig ik heerlijk in mijn holletje te slapen. Vanmorgen vroeg, toen ik mijn rondje door de duinen maakte, heb ik deze brief voor jullie afgegeven. Eigenlijk wil ik jullie zelf alles vertellen over mijzelf en mijn konijnenfamilie, maar dat doe ik niet, want ik heb een veel beter idee... Als jullie zo lekker naar buiten gaan, dan kunnen jullie zelf gaan ontdekken waar ik woon en wat ik allemaal doe. Dat is toch veel leuker? Wacht maar af wat er gaat gebeuren... Maar... vergeet je ogen, oren, neus en handen niet, want die heb je allemaal nodig straks. Veel plezier en tot ziens!! Met de groeten van Ko