taal portfolio Taalportfolio 9+



Vergelijkbare documenten
taal portfolio Taalportfolio

taal portfolio Checklist B1

Opstartlessen. Les 1. Kennismaken

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

biografie en leerplan wie ben ik? wat kan ik? wat wil ik?

ADHD: je kunt t niet zien

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Dwerggras 30, Rotterdam. 1. Schrijf tijdens het kijken dingen op die jou belangrijk lijken. Je hebt dit later nodig.

Van je juf of meester krijg je een plaatje. Er zijn vier verschillende plaatjes.

Colofon: Inge Bramsen, Kees Willemse, Chris Kuiper & Mieke Cardol, Kenniscentrum Zorginnovatie van Hogeschool Rotterdam, 2015.

opdrachten voor een vrijetijdsticker

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten

HEB JE HUISWERK VANDAAG?

werkbladen thema 6 feestdagen en vrije tijd

Vragen bij het prentenboek 'De tovenaar die vergat te toveren'

66 GZBwereld. groep 3/4/5 2015/ 2016

Lesbrief 35. AOW aanvragen.

Enge mannen en. Je hebt nu al een tijdje aan je Bedtijdplan gewerkt.

Team 6: Zonnepanelen. Onderzoek naar het gebruik van zonnepanelen

taalkaart 1 Mijn diploma Mijn diploma

Lou en Lena: NEE tegen geweld!

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Vollenhove Wonen op een havezate

Ga een boodschap doen in een Nederlandse winkel. Je moet wachten tot je aan de beurt bent. Als je wacht, luister je goed als andere mensen praten.

Wie ben jij? HOOFDSTUK 1 WOORDEN. Kies het goede woord. 1 Ik... Paula. a heet b naam kom je vandaan? a Hoe b Waar

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

Thema Kinderen en school. Lesbrief 10. Voor het eerst naar school

Op bezoek. bij Sam op de Intensive Care

wie ben k? Ik ben... Samen aan de slag met de Ik ben teksten van Jezus

Bijlage Vragenlijst voor stotterende kinderen

Copyright Beertje Anders

Werkboek Het is mijn leven

Lesbrief. De familieblues Yvonne Kroonenberg

Lesbrief 14. Naar personeelszaken.

Hoe maak ik... Naam: Groep:

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema.

Mijn Hummelboekje. HOOFDSTUK 1: t Hummelhuis

Sociaal netwerk. Handleiding voor begeleiders

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. Naar het ziekenhuis.

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

Meten van mediawijsheid. Bijlage 6. Interview. terug naar meten van mediawijsheid

De leerkracht voorziet papier, enveloppes en eventueel materiaal om de enveloppes te versieren.

Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken. Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over Egypte

EEN FEESTJE ORGANISEREN

Spreekbeurt, en werkstuk

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1

Donor. Inleiding. Hoofdstukken. Wat is een donor?

Wielewoelewool, ik ga naar school! Toelichting

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Vragenlijst Prettig Schoolgaan versie voor de basisschool

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Nederlands leren... hoe ver sta je? Naam:

Voordoen (modelen, hardop denken)

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

Juf Sabine en juf Maaike

JEUGDIGEN. Hulp na seksueel misbruik. vooruitkomen +

Werkblad 3: Gravenfeest China

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

Voor jou! Dit boek is voor jou. Het gaat over God. En over God en jou samen. Over Gods liefde voor jou.

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 5. Werk vragen in een winkel

Mijn communicatieen levensboek

Les 1 Voorspellen Leestekst: De nieuwe computer. Introductiefase: 2. Vraag: "Kan iemand mij vertellen wat voorspellen betekent?"

internet is gemakkelijk

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

Dementie & bewegen. Bezoeker Ontmoetingscentrum : Mantelzorger : (hier kunt u een foto van u samen plakken) (vul hier jullie namen in)

Alvast bedankt voor het invullen!

Sociale leeromgeving. Wie zit er in jouw netwerk? Leeromgeving sociale leeromgeving

Les 1. 1 En jij? O 2 keer per jaar O 3 keer per jaar O 4 keer per jaar. Wat is een rapport? 1. Krijgt jouw kind een rapport?

Dit ben ik Naam: juf Alma van den Bergh School: o.b.s. de Torenuil Groep: 7a Datum: juni 2015

Thema In en om het huis.

WEBKWESTIE PRIVACY EN IDENTITEIT WERKBOEK. Dit boekje is van

3 Hoogbegaafdheid op school

maakboek In dit Klooikoffer Maakboek vertel je over je werkstuk. Zo leren anderen van jouw werk. Dat is toch gaaf?

BE HAPPY. 90-dagen Goed Gevoel conditionering programma

Algemene instructies voor de strategie: Vragen stellen. Introductiefase bij de eerste les:

INFORMATIEBRIEF nr.6 VRIENDJES - KIKKER IS VERLIEFD. Aan de ouders van groep 1 en 2

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Beertje Bruin zegt dan: Ik heb van moeder Beer gehoord dat je erg verdrietig

Interview :Dani reporter : frank

Dit boekje is van:..

RV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / SG Schiedam Tel.: /

Het koninkrijk van God vlakbij

werkbladen thema 7 DE BASISSCHOOL

Mijn ouders zijn gescheiden en nu? Een folder voor jongeren met gescheiden ouders over de OTS en de gezinsvoogd

Thema Op zoek naar werk

Mijn huis, mijn thuis

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

Inhoud. Mijn leven. ik ga verhuizen

Stichting Kinderpostzegels

Melkweg. Wat leert je kind? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: de basisschool

Lesbrief. Fatale liefde Carry Slee

Vraag aan de zee. Vraag aan de tijd. wk 3. wk 2

Ik weet dat mijn gegevens anoniem zullen worden toegevoegd aan een databestand dat voor wetenschappelijke doeleinden gebruikt wordt.

Vragenlijst Groep 7 en 8

Transcriptie:

taal portfolio Taalportfolio 9+

Inhoud bladzijde 3 bladzijde 4 bladzijde 5 bladzijde 8 bladzijde 11 bladzijde 12 bladzijde 13 Jouw naam en school Welke taal of dialect spreek je met wie Wat kun je in de taal of dialect In welke talen heb je les gehad Vakantie Jouw taalverhaal Opdrachtblad Zo gebruik je deze taalportfolio Je kunt deze taalportfolio op de computer invullen en daarna printen. Je kunt de veranderde tekst niet bewaren op de computer. Als je later iets wilt veranderen kun je de pagina s waarop iets nieuws staat opnieuw invullen en printen. Je kunt ook de taalportfolio direct printen en met een pen of stift invullen. Bewaar de printen in een map waarin je ook andere zaken opbergt die met talen leren te maken hebben. Met de knoppen boven aan de pagina kun je: naar deze pagina de vorige pagina de volgende pagina een print maken de pagina in zijn geheel op het scherm de pagina op volle schermbreedte 2

Deze taalportfolio is van Naam: Geboortedatum: Thuis spreken wij: * * Hier kun je één of meer talen of dialecten invullen. Op welke scholen heb ik gezeten scholen hoeveel jaar 3

Welke taal of welk dialect spreek ik met wie? Je gebruikt niet altijd dezelfde taal: In verschillende situaties gebruik je soms verschillende talen en dialecten: bijv. Nederlands met je vader en Duits met je moeder. Ik spreek met mijn vader Ik spreek met mijn moeder Ik spreek met mijn broer(s) en zus(sen) Ik spreek Ik spreek met mijn opa en oma met Ik spreek met mijn beste vrienden 4

Wat kan ik in de talen of dialecten die wij thuis spreken? Vul in taal of dialect: 1ste taal of dialect: Luisteren nee een beetje ja Ik kan thuis eenvoudige gesprekjes volgen Ik kan mijn vader en moeder begrijpen als ze over zichzelf en hun familie praten Ik kan televisieprogramma s volgen Lezen nee een beetje ja Ik kan thuis korte briefjes lezen Ik kan boekjes lezen Ik kan een krant lezen Spreken nee een beetje ja Ik kan iets vertellen over mijn ouders, broers en/of zussen Ik kan mijn ouders vertellen wat ik vandaag heb gedaan Ik kan een grappig verhaal vertellen Schrijven nee een beetje ja Ik kan thuis korte briefjes schrijven aan mijn ouders Ik kan een kort versje schrijven in een poëzie-album Ik kan een verhaal schrijven 5

Wat kan ik in de talen of dialecten die wij thuis spreken? Alleen invullen als jullie thuis meer dan één taal of dialect spreken Vul in taal of dialect: 2e taal of dialect: Luisteren nee een beetje ja Ik kan thuis eenvoudige gesprekjes volgen Ik kan mijn vader en moeder begrijpen als ze over zichzelf en hun familie praten Ik kan televisieprogramma s volgen Lezen nee een beetje ja Ik kan thuis korte briefjes lezen Ik kan boekjes lezen Ik kan een krant lezen Spreken nee een beetje ja Ik kan iets vertellen over mijn ouders, broers en/of zussen Ik kan mijn ouders vertellen wat ik vandaag heb gedaan Ik kan een grappig verhaal vertellen Schrijven nee een beetje ja Ik kan thuis korte briefjes schrijven aan mijn ouders Ik kan een kort versje schrijven in een poëzie-album Ik kan een verhaal schrijven 6

Wat kan ik in de talen of dialecten die wij thuis spreken? Alleen invullen als jullie thuis meer dan één taal of dialect spreken Vul in taal of dialect: 3e taal of dialect: Luisteren nee een beetje ja Ik kan thuis eenvoudige gesprekjes volgen Ik kan mijn vader en moeder begrijpen als ze over zichzelf en hun familie praten Ik kan televisieprogramma s volgen Lezen nee een beetje ja Ik kan thuis korte briefjes lezen Ik kan boekjes lezen Ik kan een krant lezen Spreken nee een beetje ja Ik kan iets vertellen over mijn ouders, broers en/of zussen Ik kan mijn ouders vertellen wat ik vandaag heb gedaan Ik kan een grappig verhaal vertellen Schrijven nee een beetje ja Ik kan thuis korte briefjes schrijven aan mijn ouders Ik kan een kort versje schrijven in een poëzie-album Ik kan een verhaal schrijven 7

In welke talen heb ik les gehad op school Vul in: taal 1 = taal 2 = taal 3 = 1e taal: Luisteren nee een beetje ja Ik kan mijn meester of juf begrijpen als ze iets in deze taal zegt Ik kan begrijpen waar liedjes over gaan in deze taal Ik kan eenvoudige gesprekjes volgen Lezen nee een beetje ja Ik kan eenvoudige verhaaltjes lezen Ik kan eenvoudige briefjes, kaarten of e-mailtjes lezen Spreken nee een beetje ja Ik kan antwoord geven als de meester of juf mij iets vraagt Ik kan iemand begroeten Ik kan iets over mijzelf vertellen Ik kan de weg vragen en wijzen Ik kan zeggen hoe laat het is Ik kan iets kopen in een winkel Ik kan zeggen wat ik lekker, leuk of fijn vind en wat niet Ik kan zeggen waar ik woon Schrijven nee een beetje ja Ik kan een kort briefje, e-mailtje of ansichtkaart schrijven Ik kan een kort verhaaltje schrijven 8

In welke talen heb ik les gehad op school Deze bladzij alleen invullen als je meer dan één taal op school leert Vul in: 2e taal: Luisteren nee een beetje ja Ik kan mijn meester of juf begrijpen als ze iets in deze taal zegt Ik kan begrijpen waar liedjes over gaan in deze taal Ik kan eenvoudige gesprekjes volgen Lezen nee een beetje ja Ik kan eenvoudige verhaaltjes lezen Ik kan eenvoudige briefjes, kaarten of e-mailtjes lezen Spreken nee een beetje ja Ik kan antwoord geven als de meester of juf mij iets vraagt Ik kan iemand begroeten Ik kan iets over mijzelf vertellen Ik kan de weg vragen en wijzen Ik kan zeggen hoe laat het is Ik kan iets kopen in een winkel Ik kan zeggen wat ik lekker, leuk of fijn vind en wat niet Ik kan zeggen waar ik woon Schrijven nee een beetje ja Ik kan een kort briefje, e-mailtje of ansichtkaart schrijven Ik kan een kort verhaaltje schrijven 9

In welke talen heb ik les gehad op school Deze bladzij alleen invullen als je meer dan twee talen op school leert Vul in: 3e taal: Luisteren nee een beetje ja Ik kan mijn meester of juf begrijpen als ze iets in deze taal zegt Ik kan begrijpen waar liedjes over gaan in deze taal Ik kan eenvoudige gesprekjes volgen Lezen nee een beetje ja Ik kan eenvoudige verhaaltjes lezen Ik kan eenvoudige briefjes, kaarten of e-mailtjes lezen Spreken nee een beetje ja Ik kan antwoord geven als de meester of juf mij iets vraagt Ik kan iemand begroeten Ik kan iets over mijzelf vertellen Ik kan de weg vragen en wijzen Ik kan zeggen hoe laat het is Ik kan iets kopen in een winkel Ik kan zeggen wat ik lekker, leuk of fijn vind en wat niet Ik kan zeggen waar ik woon Schrijven nee een beetje ja Ik kan een kort briefje, e-mailtje of ansichtkaart schrijven Ik kan een kort verhaaltje schrijven 10

Vakantie! Ben je wel eens in een land buiten Europa geweest? Vul in: Welke talen worden gesproken in de landen waar je geweest bent? landen talen Plak stickers, kaarten of andere herinneringen aan die landen op een stevig stuk papier en bewaar ze in je talenmap. 11

Mijn taalverhaal Je komt in Nederland veel talen tegen. Op de televisie kun je programma s van buitenlandse zenders bekijken. Op de Nederlandse televisie zijn er veel programma s in andere talen, computerspelletjes zijn vaak in het Engels en ook op verpakkingen staat vaak in veel talen wat erin zit. Schrijf een taalverhaal waarin je opschrijft op welke manier jij met andere talen te maken hebt. Denk maar eens aan televisieprogramma s, computerspelletjes, liedjes, recepten, enz. Bewaar dat verhaal in je talenmap. Over een tijdje wil je het verhaal misschien weer veranderen omdat je steeds weer opnieuw met allerlei talen in aanraking komt. Je mag teksten, kaarten, stickers in andere talen opplakken. Die kun je dan ook allemaal in je map bewaren. 12

Opdrachtblad 13