Bijlage 1, Onderbouwing advies preformatie Ad Schenk,

Vergelijkbare documenten
Onderstaand treft u het voorstel voor het voeren van de gesprekken in de preformatie-fase.

Bijlage 2, Verslag groepsgesprek preformatie, d.d. 17 april 2019

Bijlage 4, Verslag gesprek met FVD Aanwezig: de heren Walravens, Bos, Brunke, maandag 15 april 2019, uur

Aan de partijen is gevraagd om te reageren op de volgende vier vragen:

GroenLinks en D66 praten samen verder over coalitievorming

Advies informateurs na verkiezingen Provinciale Staten 2015

Verslag van bevindingen informatieproces coalitiebesprekingen Een vruchtbare samenwerking

Collegevorming Bericht van informateur burgemeester Thijsen

Eindrapportage informateurs Schalk en Van den Top

2. De opdracht. Advies van de informateur. 1. Inleiding. 3. Het informatieproces. Bergen op Zoom, 5 april 2018

Formatieadvies voor de coalitievorming van de nieuwe gemeente Noordwijk Vertrouwen verbinden vernieuwen

10A # Advies van de informateur. Gemeente Lisse Op weg naar een nieuwe bestuursperiode. "Robuust, daadkrachtig eh innovatief"

Maak het! in Heerenveen

Verslag informatie Losser 2018

Eindrapport informatieproces raadsperiode

Utrecht, 7 april 2018

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Gemeenteraadsverkiezingen Verslag van informateur Marianne Smitsmans, GroenLinks

Verslag van het informatieproces in de gemeente Tynaarlo

Ten voorbereiding van de gesprekken heb ik kennis genomen van de volgende documenten:

S. de Rouwe Informateur. Aan de voorzitter van de Gemeenteraad Súdwest-Fryslân Marktstraat CR SNEEK

Verslag van de informatie inzake een nieuw college van B&W in de gemeente Kampen en advies aan de fracties in de gemeenteraad

COALITIE-AKKOORD oktober 2012

Griffier van de Staten. Geleidebrief Kaderstellend. Statenvoorstel Toekomstvisie voor Zeeland in het jaar Naam voorstel SGR-21

Verkiezingen Tweede Kamer 2012

Samenwerkingskracht in Zeeland #HOEDAN?

Verslag van bevindingen. Verkennende fase

GS brief aan Provinciale Staten

Rekenkamerbrief betreffende vertaling coalitieakkoord Vertrouwen verbinden versnellen in programmabegroting 2008

VGG) VERENIGING VAN _/ GRONINGER GEMEENTEN,

Hieronder worden deze stappen nader toegelicht. De stappen lopen deels parallel.

Formatieadvies voor coalitievorming gemeente Lelystad

Handreiking voor meedenken bij coalitievorming na gemeenteraadsverkiezingen

Het draaiboek is gebaseerd op de gang van zaken tijdens de coalitieonderhandelingen in De belangrijkste verschillen zijn:

Statenvoorstel 97/16 A

Op 31 maart 2014 heeft de gemeenteraad van Enschede mij benoemd tot informateur.

Provinciale Staten van Noord-Holland

M.H.J.C. Nienhuis Van Doremaele Verkenner. Gemeenteraad van Ridderkerk Koningsplein 1 Ridderkerk. Zaltbommel, 23 november 2012

Commissie REW van 5 september 2014 PS van 26 september 2014

Verslag van de Informateur. Baarn Verkiezingen Verslag informateur 1e paasdag 2018 Pagina 1 van 11

Advies van de informateur Op weg naar een nieuwe bestuursperiode in Rhenen

Verder in vernieuwen. Besturen in Alblasserdam Verslag verkenning

Opgaven voor 's-hertogenbosch

Provincie Gelderland 08/06/2017 1

Agendapunt: 10 No. 77/ 15. Dokkum, 8 december ONDERWERP: ANNO II SAMENVATTING: Aan de gemeenteraad,

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Kenmerk: Den Haag, 29 mei 2017

Protocol collegeonderhandelingen Woerden handreiking Presidium aan de onderhandelaars

Tweede Kamer der Staten-Generaal

BELEIDSEFFECTMETING - HANDLEIDING VOOR STATENCOMMISSIES

1 Welke partij heeft uw voorkeur c.q. op welke partij heeft u gestemd bij de Tweede Kamerverkiezing?

Op weg naar een Duurzame Samenwerking

Zeeuws Subsidie Team

Protocol Coalitiebesprekingen Bussum 2014

Directiestatuut van de stichting Voortgezet Montessori Onderwijs Nijmegen en Groesbeek e.o. Herziene versie, 1 februari 2018

Politiek Jaarverslag DorpsVISIE 2018

Rapportage onderzoek De eerste keer. Radar Limburg

Eindrapport informateur Gemeenteraad Hengelo Wim Boomkamp, 17 april 2018

Wendbaar werken in publieke organisaties: praktijklessen opgavegericht werken

Nota inzake Economic Development Board

I Tegen: PvdA, PW, GROENLINKS

Provincie Noord-Holland

^Zeeland. Provinciale Staten. JS Provincie. IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIllllll ]17. , b - i Vov. Voorbereidingsgroep.

Belangen: Provinciaal formatiespel

Tweede Kamer der Staten-Generaal

BESTURINGSFILOSOFIE GEMEENTE GOOISE MEREN

ADVIES VOOR TE VORMEN BREDE EN WERKBARE COALITIE(S)

Limburg. De partij zal sociale windmolens actief stimuleren, ook solitair staande sociale molens.

Utrecht. De partij zal sociale windmolens actief stimuleren, ook solitair staande sociale molens.

Onderwerp: aanpassen regelingen bestuursmodel Randstedelijke Rekenkamer

Statenvoorstel nr. PS/2015/867

Een nieuwe start voor Leusden. Rapportage van de informateur

Zeeland in stroomversnelling. Op weg naar het Actieprogramma voor duurzame economische groei, regionale inbedding en bestuurlijke daadkracht

De curriculum van de masteropleiding PM MBO kan op verschillende niveau s bekeken worden:

Raadsvoorstel Programma Inwoners - en Overheidsparticipatie

CDA en GroenLinks aanhang ontevreden The day after de Tweede Kamerverkiezingen 2012

RAAD. BESLUITENLIJST 19 februari 2015

Beleidsplan

1. Wat is voor u de belangrijkste motivatie geweest om CDA-lid te worden?

PS2012BEM03-1. Besluit pag. 5. Toelichting pag. 1 t/m 3

onderwerp actie door voortgang afgehandeld PoHo E&D E&D E&D E&D onderwerp actie door voortgang afgehandeld PoHo Pagina 1 van 5

Informatierapport Collegevorming 2018 gemeente Emmen

Diversiteit in Provinciale Staten

DE KRACHT VAN MIDDEN-HOLLAND: REGIO VAN VERBINDING

Resultaten enquête onder kandidaat raadsleden

De Stemming van 8 april 2018

Annette Koops: Een dialoog in de klas

ANALYSE FORUM VOOR DEMOCRATIE

ALGEMENE BESCHOUWINGEN VOORJAARSNOTA 2018 GEMEENTE PEKELA

Profielschets burgemeester Woudenberg m/v

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Ontwerpbesluiten pag. 3. Toelichting pag. 5

Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011

December 2017 Jaargang 14 Nummer 3

voortgang afgehandeld PoHo door

Zuid-Holland. Windmolens op land zijn belangrijk en zullen wij stimuleren. Doelstelling voor de provincie

Agenda. informatieve startbijeenkomst formatieproces

M E M O. We zien de oplossing niet in grote schaalvergroting naar 1 of 2 gemeenten. We zoeken het in de samenwerking vanuit de inhoud.

Wie bestuurt de provincie?

Blijvend geld en aandacht nodig voor Nationale landschappen, Provincies doen meer dan het Rijk

Transcriptie:

Bijlage 1, Onderbouwing advies preformatie Ad Schenk, 19-04-2019 Aanleiding Op 12 april 2019 heeft de informateur, de heer Verhulst, zijn verslag van de informatieronde opgeleverd en besproken in de vergadering van PS. Hij heeft geadviseerd om de formatie in te gaan met een coalitie van de vijf grootste partijen, namelijk CDA, SGP, FVD, VVD en PvdA. Daarbij heeft hij aangegeven dat hij, op basis van de gesprekken die hij gevoerd heeft, in eerste instantie geen onoverkomelijke belemmeringen zag voor een dergelijke coalitie. Wel achtte hij een verdieping op enkele thema s wenselijk. Op diezelfde dag heeft de heer De Bat mij gevraagd om in het tijdsbestek van een week een preformatie uit te voeren. Doel van deze preformatie was om, op basis van verdiepende gesprekken op de thema s, die door de informateur zijn benoemd, nader te verkennen of een formatie met de vijf beoogde coalitiepartners naar mijn inschatting succesvol kan zijn en zo niet, of een formatie met vier van de vijf partijen dan wel succesvol kan zijn. In dit document beschrijf ik op welke gronden ik tot mijn advies ben gekomen. Voor de goede orde merk ik daarbij op, dat ik mij in mijn advies uitsluitend baseer op de gesprekken die ik zelf gevoerd heb. Alle partijen hebben gehoor gegeven aan mijn oproep om kleur te bekennen en zo open mogelijk antwoord te geven op de vragen in beide gespreksrondes. Ik dank hen dan ook oprecht voor het vertrouwen dat zij daarmee in mij en het door mij voorgestelde proces hebben getoond. Werkwijze Op 15 april heb ik eerste gesprekken gevoerd met de vijf beoogde coalitiefracties. Deze gesprekken hebben telkens ca 1,5 tot 2 uur geduurd. De rode draad in al deze gesprekken was een vast stramien, waarbij ik heb gevraagd naar - de ideologie of identiteit die een nieuw college gezamenlijk zou moeten hebben, en wat er dan over 4 jaar echt anders zou moeten zijn. - standpunten op enkele inhoudelijke thema s (klimaat en energietransitie, arbeidsmarkt en immigratie, subsidiebeleid, rol van de provincie/kerntaken, knelpunten in verkiezingsprogramma s van de andere beoogde coalitiefracties) - de visie op de eigen kandidaat-gedeputeerde en het samenspel binnen een college. In de bijlagen zijn de verslagen van de afzonderlijke gesprekken opgenomen. Deze verslagen zijn geaccordeerd door de fracties die het gesprek gevoerd hebben. Naar aanleiding van deze geaccordeerde gespreksverslagen heb ik mijn eerste gedachten over het advies besproken in een groepsgesprek met alle fracties op 17 april. Een verslag van dat gesprek is eveneens opgenomen als bijlage. Dat gesprek heeft op enkele onderdelen meer verduidelijking gegeven. Dat heeft niet geleid tot een ander advies, maar wel tot aanscherping op onderdelen. 1

Bevindingen eerste gespreksronde Ideologie De bedoeling van dit blok was om scherper te krijgen hoe de fracties vinden dat een nieuw college in de wereld zou moeten staan. Wat zou de gezamenlijke, overkoepelende visie moeten zijn, en hoe verhoudt zich dat tot de eigen partij-visie? Wat zou er over vier jaar echt anders moeten zijn? Het CDA geeft daarbij aan dat Zeeland verdere stappen moet zetten in samenwerking, op alle niveaus: met andere overheden, bedrijven en onderwijsinstellingen, maar ook tussen GS, PS en ambtelijke organisatie. Zeeland moet open zijn voor iedereen. Inhoudelijk moet de focus liggen op het toekomstbestendig maken van Zeeland: uitvoering geven aan de lijnen die in de afgelopen jaren via opgaven zijn voorbereid: energietransitie, arbeidsmarkt, klimaat. Expliciet aandachtspunt daarbij is het neerzetten van Zeeland als kenniscentrum. Het CDA heeft een voorkeur voor een akkoord op hoofdlijnen en mogelijk een statenagenda. Gelet op de onbekendheid met de standpunten van FVD zou deelname van die partij een meer gedetailleerd akkoord noodzakelijk maken. FVD geeft aan dat een nieuw college heel open en transparant moet zijn, en dat de burger meer betrokken moet zijn, bij voorkeur via referenda. Het college moet zich richten op de uitvoering van Rijksbeleid en de kerntaken en zich meer faciliterend opstellen dan sturend. Kerntaken moeten in Zeeland, wegens het ontbreken van een centrumgemeente wel breder worden opgevat dan in bijvoorbeeld Utrecht of Zuid-Holland. Inhoudelijke hoofdlijnen in een coalitieakkoord zouden zich moeten richten op het terugdraaien van de verhoging van de MRB en de lobby voor investeringen in de infrastructuur (weg en spoor), het pleiten voor een eilandstatus, en het tolvrij maken van de Westerscheldetunnel. De VVD geeft aan dat met andere partners samen tot beleid gekomen moet worden, op thema s als klimaat, energie, wonen, omgevingsvisie. De verbindende rol van de provincie is belangrijk, waarbij wel vooraf rollen en verantwoordelijkheden afgesproken moeten worden met de partners (waar wel en waar geen netwerksturing). Wel dicht bij de eigen kerntaken blijven, maar met een plus, die ook te maken heeft met het ontbreken van een centrumgemeente. De IBP-agenda ligt er niet voor niets. Een coalitieakkoord moet een duidelijke basis leggen onder collegiaal bestuur, dat wat de VVD betreft in grote lijnen aansluit bij de koers van de afgelopen jaren. De SGP constateert dat de zerobased begroting een scherpe koers opgeleverd heeft, die wat de SGP betreft gehandhaafd kan blijven. De meeste opgaven zijn bovenlokaal, wat een andere rol vraagt van de provincie. Daarvoor is een omslag nodig bij PS, GS en de organisatie. De rol van de provincie moet in samenspraak met anderen in een netwerkaanpak bepaald worden, met een zekere bescheidenheid, maar ook niet te afwachtend. Ook de SGP wijst op het ontbreken van een centrumgemeente. Die rol moet ook door de provincie in haar open huishouding worden ingevuld. De SGP heeft voorkeur voor een akkoord op hoofdlijnen, maar voorwaarde is wel dat je elkaar niet verrast, en vooraf weet wat je aan elkaar hebt. De PvdA ziet een college voor zich dat zich richt op innovatie, creativiteit en nieuwe ideeën rondom de grote opgaven die op ons af komen, zoals klimaat, energietransitie en demografische ontwikkelingen. Het huidige college zit op die lijn, bijvoorbeeld rond food en getijde-energie. Voor de PvdA is belangrijk dat er eerder, waar mogelijk, een stap extra wordt gezet dan stappen terug. De essentie daarbij is om ook de kansen en creatieve mogelijkheden te zien. Versterking van de samenwerking en het zoeken naar de goede rol - soms het voortouw, soms aansluiten bij anderen - is vanzelfsprekend, met een houding die uitgaat van elkaar helpen. 2

Conclusie ideologie: Alle partijen geven aan dat de provincie in Zeeland een bredere rol zal moeten hebben, die in andere regio s door centrumgemeenten wordt ingevuld. De wijze waarop die extra rol moet worden ingevuld verschilt wel. CDA, SGP, VVD en PvdA, die in de afgelopen jaren zij het met wisselende bestuurders de coalitie hebben gevormd, blijken in hun visie op de ideologie van het provinciebestuur sterk op één lijn te zitten. Gezamenlijke noemers zijn de aandacht voor de verbindende rol, het versterken van de samenwerking met andere partijen, het samen met anderen oppakken van de grote provinciale opgaven die zij zien. Overigens is er tussen deze partijen ook inhoudelijk overeenstemming over wat die grote opgaven zijn. FVD kiest hier een afwijkende lijn en benadrukt de directe democratie vanuit de burger via referenda (ook over de provinciale inzet op vraagstukken zoals windmolenparken) en legt inhoudelijk meer accent op de lobby naar het Rijk dan op eigen provinciale uitvoeringsdossiers en verantwoordelijkheden. Inhoudelijke thema s De bedoeling van dit blok was om nog dieper op een aantal inhoudelijke dossiers in te gaan om meer scherpte te krijgen. Aandachtspunten daarbij waren met name de visie op energie en klimaat, arbeidsmarkt (inclusief arbeidsmigratie), rol van de provincie (soms inclusief omvang van de organisatie), subsidiebeleid, visie op Europese en grensoverschrijdende samenwerking. Partijen zijn ook gevraagd naar pijnpunten in de verkiezingsprogramma s van de andere beoogde coalitiefracties. Op een groot aantal thema s zijn de standpunten van de verschillende fracties grotendeels gelijkluidend. Bijvoorbeeld als het gaat om arbeidsmarkt en de daarmee samenhangende arbeidsmigratie zien alle partijen de noodzaak van arbeidsmigranten en de goede huisvesting daarvan. Het belang van Campus en de uitbreiding naar aandacht voor het MBO is ook breed gedragen. Verder is er ondanks verschillen in visie op de huidige EU - ook overeenstemming dat Europese subsidies van groot belang zijn voor de uitvoering van beleid in Zeeland en ondersteunen alle fracties de samenwerking met Vlaanderen. Voor alle partijen staat de inhoudelijke meerwaarde voorop: geen samenwerken om het samenwerken. Op het gebied van klimaat en energie zijn alle partijen het er over eens dat een goed milieu en behoud van het open landschap van belang is. Toch zijn hier ook verschillen zichtbaar. Als het gaat om hoe de klimaatdoelstellingen moeten worden gerealiseerd, geven CDA, SGP, VVD en PvdA grotendeels gelijkluidende visies: het halen van de doelstellingen staat voorop. Grote windmolens in concentratiegebieden, geen grote windmolens verspreid, zonnepanelen via de zonneladder en pas in laatste instantie, als het niet anders kan op (goede) landbouwgrond. De PvdA benoemt sterker dan andere partijen de kansen die de energietransitie ook biedt, namelijk om als Zeeland iets te brengen naar andere delen van Nederland en soms een voorbeeld te zijn van hoe het kan. PvdA is kritisch op kernenergie bij de huidige stand van de techniek, en dus geen voorstander van langer open houden van de huidige kerncentrale, waar andere partijen daar minder moeite mee hebben of zelfs voorstander van een tweede kerncentrale zijn. FVD kiest bij de energiemaatregelen een andere benadering. Geen kapitaalvernietiging in de zin van het stopzetten van projecten die in uitvoering zijn, maar zeer kritisch op nieuwe windmolens of zonneweiden (tenzij de bevolking breder dan alleen de direct belanghebbenden iets anders aangeeft). Gelet op het accent op de lobby bij het Rijk en de directe democratie via referenda is bij FVD verder ingegaan op de specifieke inhoudelijke punten, zoals in de omgevingsvisie. FVD geeft daarbij aan dat de standpunten daarover nog niet zijn uitgekristalliseerd. Standpunten zullen zo nodig ook bepaald worden als het zover is. In het algemeen is de openheid van Zeeland belangrijk. Het proces van de kustvisie moet verder uitgewerkt worden voor heel Zeeland, met een inhoudelijk voortouw bij 3

gemeenten en belanghebbenden, en een faciliterende, dus niet inhoudelijk sturende, rol van de provincie. De uitkomsten moeten aansluiten bij de wensen vanuit de bevolking. Uitbreiden van natuurgebieden, natuurherstel en ontpoldering ligt moeilijk. Tegelijkertijd geeft FVD ook aan dat zij een jonge partij zijn. Er is autonomie ten opzichte van de landelijke top, maar de vertaling van de Zeeuwse context naar landelijke standpunten is een proces dat nog loopt. Dat de rol van de provincie in Zeeland breder is dan de strikte kerntaken wordt ook door alle partijen erkend. Hier zijn echter wel accentverschillen. FVD benoemt hier het zorgdossier als voorbeeld van hoe het niet moet: de initiërende rol van de Provincie heeft naar hun mening geleid tot een nietefficiënt proces. De andere partijen maken daar minder voorbehoud, waarbij bijvoorbeeld het CDA aangeeft dat juist ook op zaken als zorg de provincie een rol te spelen heeft. Conclusie inhoudelijk Op een groot aantal van de inhoudelijke dossiers bestaat er met uiteraard accentverschillen overeenstemming tussen de vijf partijen. Binnen de huidige coalitie zijn tussen SGP en PvdA (soms aanzienlijke) ideologische verschillen aanwijsbaar, maar beide partijen geven aan dat die overbrugbaar zijn vanuit respect voor elkaar. Dat verdient wel nadere bespreking in de formatie. Inhoudelijk staat FVD wat verder af van de andere vier partijen en waarschijnlijk het verst van de PvdA -, maar voor zover FVD afwijkende standpunten heeft (met name rond klimaat en natuur), geeft men ook aan dat veel bespreekbaar is. Er tekent zich wel een belangrijk verschil in benadering af. FVD benadrukt dat standpunten soms ook nog in ontwikkeling zijn, en mede afhankelijk zijn van de mening van burgers, die in hun visie vaker geraadpleegd moeten worden. Voor de andere partijen geldt dat zij inhoudelijk, maar vooral ook qua benadering meer op één lijn zitten. Samenwerking binnen een college In het laatste blok ben ik vooral ingegaan op vragen rond de persoonlijke drive van kandidaatgedeputeerden, maar ook op het samenspel tussen gedeputeerden en het samenspel binnen en tussen coalitiefracties. Op persoonlijk vlak voorziet geen van de kandidaat-gedeputeerden problemen in de samenwerking met de andere voorgestelde kandidaat-gedeputeerden. Qua aantal gedeputeerden is de grote lijn dat men uitgaat van 1 gedeputeerde per partij, ook bij een coalitie van vier partijen. Een 5 e gedeputeerde zou bij een coalitie van vier partijen vanuit een te grote werklast voor 4 gedeputeerden moeten worden onderbouwd. De vertaling van de verkiezingsuitslag ziet men vooral in de portefeuilleverdeling. Vanuit CDA, SGP, PvdA en VVD wordt benadrukt dat er sprake moet zijn van eenheid binnen het college, maar ook van stabiele en voorspelbare lijnen vanuit de coalitiefracties, ook al wordt gestreefd naar een breder draagvlak onder een akkoord dan alleen van de coalitiefracties. Het moet helder zijn wat men aan elkaar heeft, waar men staat. Niet verrast worden. Vanuit CDA, VVD, SGP en PvdA worden op dit punt zorgen geuit rondom de opstelling van FVD. SGP geeft aan dat er begrip is voor een nieuwkomer die zich nog in moet werken, en dat men ook vertrouwen wil geven, maar tegelijkertijd ook dat in de formatie in de volle breedte glashelder moet worden waar FVD wel en niet voor staat. Ook CDA, VVD en PvdA hechten aan een duidelijke publieke articulatie van de Zeeuwse standpunten van FVD, breder dan lijnen die tot nu toe zijn verwoord op de website en explicieter op de onderdelen waar de Zeeuwse lijn afwijkt van de landelijke lijn. 4

Daarnaast leeft de vraag hoe de FVD fractie zich op gaat stellen: draagt die de Zeeuwse standpunten of (ook) de landelijke standpunten uit, wanneer die twee van elkaar afwijken? Gaat de fractie daarin met één mond spreken, en als team functioneren? FVD geeft, gevraagd naar het comfort dat FVD de andere partijen hierin kan bieden, ook aan dat FVD niet is opgericht om andere partijen comfort te bieden. Tegelijkertijd geeft FVD aan dat men, als nieuwe fractie van een jonge partij nog ervaring heeft op te doen, als het gaat om inwerken in de Zeeuwse dossiers en het komen tot standpuntbepaling daarin, maar ook als het gaat om het invullen van bestuurlijke verantwoordelijkheid. Groepsgesprek op 17 april 2019 Aan de hand van mijn eerste bevindingen heb ik op 17 april een gesprek gevoerd met vertegenwoordigers van de beoogde coalitiepartners. Ik heb daarin de hoofdlijnen van mijn voorgenomen advies gedeeld, en alle partijen gevraagd daarop te reflecteren. CDA en PvdA hebben aangegeven dat zij de lijn vanuit de gespreksverslagen naar mijn eerste gedachten rondom mijn advies onverkort kunnen volgen en herkennen. Bij SGP en VVD leidde dit tot aanvullende vragen aan FVD, met name als het gaat om hun visie op referenda en om de tijd die het zou kosten om tot overeenstemming te komen. Met name de SGP zocht naar mogelijkheden om standpunten van FVD tot hun recht te laten komen, ook wanneer de formatie niet met FVD zou worden voortgezet. Vanuit FVD is aangegeven dat men begrijpt dat er een vertrouwensband is tussen de andere fracties en dat het tijd zal kosten om een dergelijke band ook met FVD op te bouwen. FVD is er graag toe bereid om statements in een open gesprek beter te duiden en vindt het jammer dat daar de gelegenheid nog niet eerder voor is geweest. Tegelijkertijd ziet FVD ook een verschil met andere partijen, die meer werken vanuit een mandaat van de kiezer voor 4 jaar, terwijl FVD dat dynamischer ziet. Daarnaast heeft FVD helder gemaakt dat men groot belang hecht aan de mening van de inwoners. FVD was wel bereid om toe te zeggen dat over bepaalde onderwerpen niet actief het initiatief tot een referendum zal worden genomen. Wanneer echter vanuit de bevolking het initiatief komt, acht FVD zichzelf gebonden aan de uitkomst daarvan. Op grond van de besprekingen heb ik geconstateerd dat de hoofdlijnen van mijn voorgenomen advies over het algemeen voor de gesprekspartners herkenbaar en begrijpelijk waren op basis van de onderliggende gespreksverslagen. Wel heb ik mijn definitieve advies aangescherpt op basis van de opmerkingen die gemaakt zijn. 5