Samenvatting door een scholier 2633 woorden 4 januari 2007 6,6 6 keer beoordeeld Vak Methode Geschiedenis Sprekend verleden Samenvatting Geschiedenis H3 + H4 H3 De Republiek van Weimar door de nationaal-socialisten ten val gebracht. Zwakke punten van Weimar, de oorzaken: Duitsland van keizerrijk naar republiek. In oktober 1918 vroeg de Duitse regering om een wapenstilstand in WO1. Op 9 november traden zij af en werd de republiek uitgeroepen, de keizer vluchtte naar Nederland. Op 11 november was de wapenstilstand een feit. Er ontstond een machtsstrijd tussen de socialisten (Socialdemokratische Partij Deutschlands) en de communisten (Kommunistische Partij Deutschlands). De socialisten overwonnen. In 1919 werd in het Duitse stadje Weimar een nieuw parlement gekozen. Parlementaire meerderheid voor regeringen moeilijk bereikbaar. SPD, DDP(liberalen) en Centrumpartij(katholieken) vormden een coalitie. De DDP verloor zetels en SPD en Centrumpartij wantrouwden elkaar. Republiek van Weimar verantwoordelijk gesteld voor Verdrag van Versailles. Volgens conservatieven en militairen kwam er een einde aan WO1 doordat de socialisten de keizer ten val hadden gebracht en vrede hadden gesloten terwijl het Duitse leger nog verder kon. Weigeren betekende een Geallieerde bezetting en het uiteenvallen van Duitsland. Herstel-betalingen zorgden voor economische moeilijkheden. Weinig ervaring met de parlementaire democratie en veel tegenstanders. Pas sinds 1918 echte parlementaire democratie. Na de wapenstilstand in november 1918 hadden de communisten in Duitsland geprobeerd een revolutie te ontketenen. Het lukte niet, maar de communisten bleven wel veel macht houden. In alle staten waarin een parlementaire democratie was gevestigd, vonden veel nationalisten en conservatieven dat de uitbreiding van het kiesrecht veel te snel was gegaan. De Duitse nationalisten en conservatieven verlangden naar herstel van de autoritaire staat en hadden en grote afkeer en angst voor het communisme. De terugkerende soldaten van WO1 gaven de republiek de schuld van het werktekort en het einde van de oorlog. Crisis van 1929 veroorzaakt nieuwe dreiging Rond 1925 kwam Duitsland in economische moeilijkheden, maar die bloeide later weer op. In 1929 brak in de VS de economische crisis uit en vroeg de leningen aan Europese landen terug. Veel bedrijven in Duitsland gingen daardoor failliet of moesten de productie beperken en werknemers ontslaan. De republiek van Weimar slaagde er niet in een oplossing te bedenken. De coalitieregering viel in 1930 uiteen. Rijkskanselier Brüning zocht toevlucht tot artikel 48. In dat artikel was bepaald dat het kabinet bij een noodtoestand kon regeren met noodvorderingen (de macht is in handen van de rijkskanselier en de president samen), getekend door de rijkspresident (die kon weigeren, rijkskanselier kansloos). Hitler en zijn Nationalsozialistische Deutsche Arbeiterpartei wisten hiervan te profiteren. https://www.scholieren.com/verslag/27282 Pagina 1 van 6
Fascisme: Bij de vrede van Versailles kreeg Italië niet meer dan Zuid-Tirol van verliezer Oostenrijk, tot ergernis van de Italianen. De Italiaanse regering had slap opgetreden, typisch parlementaire democratie, die moest worden afgeschaft. Ex-militair Mussolini richtte in 1919 politieke knokploegen (fasci di combatimento) op. De strijdgroepen groeide uit tot een grote politieke partij (Nationale Fascistische Partij), die in 1922 aan de macht kwam en een einde maakte aan de parlementaire democratie. Kenmerken fascisme: Het fascisme is negatief. Grote aandacht voor zaken waar men tegen is. Het belang van eigen groep wordt voorop gesteld. Andere groepen worden achtergesteld of onderdrukt, eigen groep (volk, ras) belangrijkste. Het fascisme is nationalistisch. Het verwezenlijken van de grootheid van het eigen volk. Het fascisme wil een corporatieve staat. De maatschappij moet worden georganiseerd in beroepsgroepen (corporaties). De mensen zijn niet gelijk, hogeren moeten het volk leiden. Alleen de besten en fatsoenlijken konden de onderdanen leiden. Aan het hoofd staat één leider. De leider beslist en denkt voor het hele volk, hij heeft altijd gelijk. De fascistische partij beheerst alle uitingen van cultuur in de staat. De staat moest alle uitingen van cultuur beheersen en uitmaken wat goed en slecht is. Het verstand is als basis voor het handelen minder geschikt dan het gevoel. Intellectuelen zijn niet standvastig voor het opofferen voor een ideaal in ogenblikken van nood en gevaar. Het fascisme verheerlijkt de daad. In eeuwige strijd is de mensheid groot geworden, in eeuwige vrede gaat zij ten gronde. Vrouwen hebben tot taak veel kinderen voort te brengen en voor het gezin te zorgen. Werk leidt af van de voortplanting en de vrouw was net als machines- de grote oorzaak van werkeloosheid. De man is de held op het slagveld en de vrouw is de held bij het voortbrengen van een kind, want door het lijden moet ze een veldslag doorstaan. Aparte Duitse kenmerken: Rassenleer Eén hoogwaardig ras, Arische ras, blanken van Europa, met uitzondering van Slavische volken en Zuid-Europa. Germaanse ras echt zuiver ras, waarvan Duitse het belangrijkste. Minderwaardige rassen, slaven in Oost-Europa en gekleurde bevolking in niet-westerse wereld. Verderfelijke rassen, joden en zigeuners. Antisemitisme, ander woord voor haat tegen de joden. Lebensraum voor de Duitsers in Oost-Europa. Alle Duitsers moesten in één staat worden verenigd en er moest ruimte komen voor het Germaanse ras, met name het Duitse volk, waarvoor grond moest worden veroverd. In Oost-Europa was genoeg ruimte en het Slavische ras zou zich in dienst moeten stellen van het Germaanse ras. Achtergronden Duitse fascisme: De geschriften van Karl Marx, de bijbel Mein Kampf door Hitler en geschriften van Alfred Rosenberg droegen bij aan de vorming van de ideologie van het Duitse fascisme. De culturele en ideologische achtergronden van het Duitse fascisme komen voort ui de 19e-eeuw: de Romantiek, 19e-eeuwse rassentheorieën door Franse schrijver/geleerde/diplomaat Gobineau, het sociaal-darwinisme en de Engelsman Houston Steward Chamberlain. De nationaal-socialisten maken zich meester van de macht: De conservatieven willen de macht met hulp van Hitler. In de jaren 20 was de NSDAP een plaatselijke partij, totdat en in 1923 een staatsgreep ondernam, die mislukte en het einde betekende. Toen Hitler in 1925 werd ontslagen uit zijn gevangenschap, besloot hij de partij op te bouwen en wilde de macht veroveren door de meerderheid in de Rijksdag, het werd een landelijke partij. In 1930 wist de partij van de ontevreden bevolking te profiteren en kreeg veel aanhang van de conservatieven. Rijkspresident von https://www.scholieren.com/verslag/27282 Pagina 2 van 6
Hindenburg ontsloeg Brüning en verving hem door von Papen, die kort daarna verkiezingen liet houden, waarbij de NSDAP de grootste partij in de Rijksdag werd, Hitler eiste het rijkskanselierschap op. In november 1932 werden weer nieuwe verkiezingen gehouden, waarbij NSDAP weer de grootste partij was. Op 30 januari 1933 werd Hitler tot rijkskanselier benoemd. Hitler probeert door terreur een parlementaire meerderheid te krijgen. Op 1 februari kreeg Hitler toestemming om nieuwe verkiezingen uit te schrijven. Door terreur van het partijleger SA (Sturm Abteilung) zouden de kiezers het wel uit hun hoofd laten socialistisch of communistisch te stemmen. Hitler behaalde de absolute meerderheid, waardoor er geen coalitie gevormd hoefde te worden. Het Rijksdaggebouw staat in brand: de communistische partij wordt uitgeschakeld. Op 27 februari 1933 ontstond er brand in de Rijksdag. Volgens Göring (leider politieonderzoek) hadden de communisten een revolutie beraamd, dit was het begin. De politie en SA arresteerden duizenden communistische leiders. De Machtigingswet: de Rijksdag schakelt zichzelf en de grondwet uit. Op 5 maart 1933 werd een nieuwe Rijksdag gekozen, de NSDAP moest samen met de DNVP regeren. Hitler stelde de Machtigingswet op. De 2 belangrijkste artikelen: Wetten kunnen behalve op de in de grondwet beschreven wijze ook door de regering worden uitgevaardigd. De door de regering uitgevaardigde wetten kunnen van de grondwet afwijken. P 23 maart 1933 stemde de Rijksdag over de wet, de tweederde meerderheid werd ruim behaald. Hitler stuurde aan op een dictatuur. Hij probeerde van de Kerk en het leger bondgenoten te maken, de vakbonden hadden niet gestaakt tegen Hitler, maar werden toch opgeheven en vervangen door één nationaal-socialistische partij (DAF, Deutsche Arbeitsfront). De nationaal-socialisten wilden maar één politieke partij in het land, de NSDAP. De KPD en SPD werden verboden en de leiders gearresteerd. De andere partijen werden nder druk gezet zich vrijwillig op te heven, wat ze ook deden na het lot van SPD en KPD. In 1933 was Duitsland officieel een éénpartijstaat geworden. Hitler temt de SA en bindt het leger aan zich door een eed. Hitler wantrouwde de SA en vond dat de conservatieven genoeg invloed hadden uitgeoefend. Hij was bang dat de SA hem boven het hoofd zou groeien en een nieuwe revolutie beginnen. De SS stond onder de SA en wilde haar macht vergroten en Hitler helpen om dat te bereiken. Op 30 juni 1934 werden alle hoge SA-mannen vermoord. Kort daarna overleed von Hindenburg. Hitler nam zijn bevoegdheden over, werd Führer (leider) en liet het leger een eed van trouw aan hem persoonlijk als staatshoofd en opperbevelhebber afleggen. De nationaal-socialisten hadden alle macht in handen en noemden Duitsland het Derde Rijk. De oorzaken van het succes van de nationaal-socialisten: Sterke punten nationaal-socialisten. Hitler zelf, zijn redevoeringen maakten diepe indruk en velen raakten in de ban van zijn persoonlijkheid. De nationaal-socialisten richtten hun propaganda tot alle bevolkingslagen en beloofden elk wat wils. De nationaal-socialisten boden in hun propaganda een zondebok waaraan alle schuld en ellende kon worden gegeven, de Joden. De SA en SS maakten veel indruk op voor- en tegenstanders. De Duitsers waren bang voor een communistische revolutie, de NSDAP was de felste partij tegen het communisme. Zwakke punten tegenstanders. De conservatieven (gegoede burgers, hoge opleiding) overschatten zichzelf en onderschatten de nazi s en hun vermogen tallozen voor zich te winnen met gewone taal en simpele eisen. De gedachte dat ze Hitler in dienst hadden genomen bleek een illusie, want toen hij Rijkskanselier was, verliep de nationale revolutie door de SA en SS zo stormachtig dat er niks voor de conservatieven overbleef. De communisten en socialisten waren teveel met elkaar bezig en onderschatten het nationaal-socialisme, waren tot weinig samenwerking met de burgerlijke partijen bereid, ze verwachtten dat Hitlers machtsovername tot chaos zou leiden, dat het https://www.scholieren.com/verslag/27282 Pagina 3 van 6
Hitlerbewind door de economische moeilijkheden zou bezwijken. H4 Het nationaal-socialisme in de praktijk De economische en sociale opbouw: Bedrijfsleven ingeschakeld ter voorbereiding van oorlog. Stakingen en het stellen van looneisen werd verboden; veel takken van de industrie konden gaan uitbreiden. Door de werkeloosheid op te heffen, waren arbeiders bereid hun verlies aan rechten te aanvaardden. Vrouwen worden verheerlijkt, maar tevens gediscrimineerd. Het krijgen van kinderen en moederdag werden aangemoedigd, getrouwde vrouwen kregen geen uitkering en werden ontslagen, slechts 10% meisjes mocht studeren, in oorlogsjaren moesten vrouwen werken in industrie. De boeren worden verheerlijkt, maar krijgen het niet beter. Volgens de nazi s was op het platteland het Germaanse ras het zuiverst bewaard gebleven. De boeren zouden als kolonisten in de nieuwe levensruimte moeten zorgen voor de voedselvoorziening van het zich uitbreidende Duitse volk. Oogstdankdag werd ingesteld, maar ze moesten alles zich onderwerpen aan de leiding van de nazi s en ook de landbouw werd in dienst gesteld van de voorbereiding op de oorlog. Tot een volksgemeenschap komt het niet. Het bijeen brengen van de bevolking onder leiding van de Führer, dmv verplichte lidmaatschap van nazi-organisaties. De bovenlaag die haar macht had ontleend aan afkomst en bezit, moest wijken voor de nieuwe elite, die er uiteindelijk niet in slaagde eenheid onder de bevolking te brengen. Er ontstond een nog diepere kloof tussen de bevolking: voor- en tegenstanders en twijfelaars. De geestelijke gelijkschakeling: Jeugd geïndoctrineerd, op school, in de Hitlerjugend en in de Rijksarbeidsdienst. De school moest de jeugd opvoeden in de geest van het nationaal-socialisme: strijdbaar, nationalistisch en rassenbewust. Nieuwe leerboeken werden ingevoerd waarin de nazi-leer werd uitgewerkt. Het onderwijzend personeel werd gezuiverd : joden, communisten, socialisten en pacifisten werden ontslagen. Alle jeugdbewegingen werden opgeheven of schakelden vrijwillig om in de jeugdbeweging van de nazi s (Hitlerjugend en Bund deutscher Mädel). De meerderheid werd vrijwillig lid, sinds 1936 werd het verplicht. Alle achttienjarigen moesten een halfjaar arbeidsdienstplicht vervullen. Kunst en publiciteit komen in de greep van de nazi s. In maart 1933 werd een nieuw ministerie opgericht: het ministerie voor volksvoorlichting en propaganda, waarvan propagandaleider Joseph Goebbels de minister werd. Er werd gebruikt gemaakt van de nieuwste technieken, film en radio, om de massa te beïnvloeden. De radio boeide meer dan de pers en was gemakkelijker te beheersen. In 1939 had driekwart van alle Duitsers een radio. Goebbels stelde een Rijkscultuurkamer in, waar de mensen die werkzaam waren in publiciteit of kunst, lid van moesten worden. De terreur van het nationaal-socialisme: Gevaarlijke tegenstanders werden direct uitgeschakeld en weifelaars en toekomstige tegenstanders werden onderdrukt, zodat ze niet aan verzet zouden durven denken. De SS wordt de machtigste terreurorganisatie. Schutz-Staffel (beschermingsafdeling). Na de Nacht van de lange messen (30 juni 1934) kwam de SS recht onder Hitler te staan. Toen Heinrich Himmler in 1936 de leiding kreeg over de politie in heel Duitsland, werd hij na Hitler de machtigste man. Om nog meer macht te vergaren bouwde de SS een eigen troepenmacht op: Waffen-SS. Ze waren uitgerust met de modernste wapens en werden op belangrijke plaatsen aan het front gezet. De concentratiekampen. De gevangenissen bleken te klein voor de verraders, etc. Gevangenen werden afgevoerd naar afgelegen streken, waar ze zelf barakken https://www.scholieren.com/verslag/27282 Pagina 4 van 6
mesten bouwen, omgeven door prikkeldraad en wachttorens. Kleding en voedsel waren slecht, het werk zwaar en de discipline streng. Gevangenen moesten werken totdat ze er dood bij neervielen, ook werden ze mishandeld. Ook braken er besmettelijke ziekten uit. Door ruimtetekort kwamen er nieuwe kampen bij: vernietigingskampen (vergassen) en krijgsgevangenenkampen Deze waren bestemd voor Joden, zigeuners, Polen en Russen. Rassenpolitiek: De Joden worden uitgestoten uit de Duitse samenleving. April 1933, boycot van Joodse winkels aangekondigd; Joden die werkzaam waren bij verheid, onderwijs of media werden ontslagen. 1935, aankondiging Neurenberger wetten, waarin Joden worden verboden met duitsbloedigen te trouwen en rechten van Duits staatsburger worden ontnomen. 1938, allerlei openbare voorzieningen (scholen, zwembaden, theaters, sportvelden, treinen en trams) werden voor Joden verboden. Door de moord op een Duitse diplomaat (door een jood), ontstond de Reichskristallnacht. Alles wat met Joden te maken had, werd in brand gestoken of vernield. Dit gebeurde in november 1938. In de oorlog begint de Endlösung : een verandering in de praktijk. In 1939 werd Polen veroverd, in juni 1941 de SU. Speciale Einsatzgruppen van de SS schoten in de Russische veroverde gebieden de communistische functionarissen, zigeuners en Joden dood. Omdat doodschieten van miljoenen Joden in Duitsland en de bezette gebieden te omslachtig was, werd de methode vergassen toegepast. Joden en zigeuners werden met goederentreinen naar vernietigingskampen met gaskamers vervoerd. Kinderen en bejaarden werden gelijk vergast. In 1943 brak in Warschau een opstand uit. Die werd hevig onderdrukt door de SS. Overlevenden werden vergast. Levensruimte voor het Groot-Duitse Rijk: Het Groot-Duitse Rijk wordt gesticht. Al voor de WO2 werden een aantal gebieden heroverd en toegevoegd: Saargebied (1935), Oostenrijk (maart 1938), Sudetenland (oktober 1938), Memelgebied (maart 1939), in het begin van WO2 werden de Poolse, Franse (Elzas-Lotharingen) en Belgische gebieden die Duitsland bij het Verdrag van Versailles moest afstaan weer ingelijfd. In het Oosten wordt levensruimte gezocht. Belangrijk ideologisch punt (fascistisch kenmerk). Maart 1939 Tsjechië en Slowakije, september 1939 Polen (begin WO2), juni 1941 aanval + veroverde gebieden SU. Een Europese kruistocht tegen het bolsjewisme wordt georganiseerd: een verandering in de praktijk. Na de inval in de SU probeerden de nazi s het bolsjewisme uit te roeien, want het Russische leger was groter dan het Duitse leger. Spanje, Italië, Slowakije, Hongarije, Roemenië, Finland, Nederlanders, Denen, Fransen, Belgen, Noren, Baltische landen (Oekraïne, Krim, Kaukasus) deden vrijwillig mee of werden gedwongen. Verzet in Duitsland: Moeilijkheden: de meerderheid van de bevolking stond achter Hitler, verzet tegen Hitler werd toch als landverraad gezien. Bij communisten, socialisten, liberalen, conservatieven en kerkelijke kringen ontstonden toch kleine verzetsgroepen. Hitler stelde het Concordaat op (verdrag met de paus) voor de vrije uitoefening van de katholieke godsdienst, in 1933 stemde de Kerk toe. In 1937 veroordeelde de paus de nazi-leer, want ze bleken zich niet aan het Concordaat te houden. Graaf von Galen (bisschop) verzette zich in 1941, net als een aantal dominees en lagere katholieke geestelijken, die spreekverboden kregen en naar gevangenissen en concentratiekampen werden gestuurd. Het Duitse leger, dat bestond uit conservatieven, wilden Hitler ombrengen. In 1944 beraamden een aantal officieren Hitler te doden en https://www.scholieren.com/verslag/27282 Pagina 5 van 6
vrede met de Geallieerden te sluiten. Op 20 juli 1944 probeerde een officier, graaf von Strauffenberg, Hitler te doden dmv een tijdbom. De aanslag/staatsgreep mislukte. Hitler liet ruim 5000 verraders ophangen en de protesten die ontstonden in het leger werden onderdrukt met de doodstraf. https://www.scholieren.com/verslag/27282 Pagina 6 van 6