Verslag snuffelstage week St. Aloysiuscollege 12 t/m 16 oktober 2015 Naam: Klas 3:
DIT STAGEVERSLAG IS VAN Naam Emailadres Telefoon Klas MIJN STAGE DOE IK BIJ Naam organisatie Soort bedrijf Adres Plaats Telefoon E-mail MIJN STAGEBEGELEIDER IS Naam Functie Telefoonnummer: E-mail: MIJN BEGELEIDER VAN SCHOOL IS: Het telefoonnummer van School is: 035-6247481 2
Inhoudsopgave Algemene gegevens 2 Inleiding - het stage boek 4 - tips voor op de werkvloer 5 - info voor de stagebegeleider Verwachtingen van de snuffelstage week 6 Afspraken kennismakingsgesprek 8 Verslag van de 1 e dag 9 Vragenformulier 1 e dag 10 De sollicitatiebrief 11 Het interview 12 Verslag van de 2 e dag 15 Vragenformulier 2 e dag 16 Verslag van de 3 e dag 17 Vragenformulier 3e dag 18 Verslag van de 4 e dag 19 Vragenformulier 4 e dag 20 Verslag van de laatste dag 21 Vragenformulier laatste dag 22 Terugblik op de de snuffelstageweek 24 Verslag 26 Beoordeling van de leerling zelf 28 Het stagerapport (invullen door stagebegeleider) 29 3
Inleiding De snuffelstage is een belangrijk en ook erg leuk onderdeel van de derde klas. Je krijgt de kans om eens uit de schoolbanken te klimmen en een kijkje te nemen in het beroepenveld waar je interesse naar uit gaat. De snuffelstage telt mee als handelingsopdracht. Wanneer je de snuffelstage goed hebt doorlopen en je het stage boek hebt ingeleverd wordt de handelingsopdracht afgetekend. HET STAGEBOEK 1. Laat je stagebegeleider bij het kennismakingsgesprek of de start van je stage dit boekje zien en vertel de bedoeling ervan. 2. Probeer elke keer als je geweest bent, je werkzaamheden even met de stagebegeleider na te bespreken. 3. Het is de bedoeling dat je in je stageweek een interview houdt met een medewerker van het bedrijf waar je stage loopt. Maak tijdens het kennismakingsgesprek of aan het begin van de stageweek een afspraak hiervoor. 4. Hetzelfde geldt voor het laten beoordelen van je sollicitatiebrief. 5. Vraag of je begeleider het stagerapport wil invullen en dit met jou wil bespreken. 6. Je stage boek is een waardevol document. In klas 4 krijg je het terug en kun je het meenemen naar het intakegesprek op je vervolgopleiding. Wanneer je op je vervolgopleiding een stageplaats moet zoeken kun je laten zien welke stage ervaring je al hebt. En ook hoe je toen beoordeeld bent. Werk netjes en zorgvuldig! Maak er iets moois van! 4
TIPS VOOR OP DE WERKVLOER! 1. Gedraag je correct en zorg dat je er netjes uitziet. 2. Zorg dat je op tijd aanwezig bent. Liever tien minuten te vroeg, dan net te laat. 3. Volg de gegeven instructies nauwlettend op. 4. Vraag om hulp als je iets niet kunt uitvoeren. 5. Maak aan het einde van elke keer dat je iets doet, je werk af en zorg dat alles netjes achter blijft. 6. In geval van ziekte meld je dit bij de stagebegeleider en op school. 7. Zijn er zaken waar je tegenaan loopt op je stageplek, bespreek dit dan met je begeleider of neem contact op met school. Wacht daar niet te lang mee, want hoe eerder je het bespreekbaar maakt hoe eerder er naar een oplossing gezocht kan worden. VOOR DE STAGEBEGELEIDER 1. Wilt u de leerling helpen bij het beantwoorden van de vragen? 2. Wilt u aan het einde van de stageperiode het stagerapport invullen en met de leerling dit bespreken? 3. Als er tijdens de stage vragen zijn of er zijn problemen met de leerling, dan kunt u contact opnemen met Maureen Stoverinck. Telefoonnummer 035-6247481. Of via de mail: m.stoverinck@atscholen.nl 5
VERWACHTINGEN VAN DE SNUFFELSTAGEWEEK (invullen voor de stageweek) 1. Hoe vind je het dat je in de derde klas stage gaat lopen? 2. Heb je al een kennismakingsgesprek gehad? Zo ja, weet je hoe laat je maandag 12 oktober moet beginnen? Zo nee, wanneer heb je het kennismakingsgesprek gepland? Wat zou je in de stageweek willen gaan doen bij het bedrijf of de instelling waar je stage gaat lopen? Hoe gaan jouw dagen eruit zien? Wat zou je in de stageweek graag willen leren? Noem minstens 4 dingen: 1. 2. 3. 4. Tijdens je kennismakingsgesprek bespreek je met je stagebegeleider of dat wat je wilt doen en wilt gaan leren ook haalbaar is. 6
Kruis aan: 1. Deze week zal ik wel alle rotklussen moeten opknappen niet 2. Deze week zullen mijn collega s wel positief staan tegenover een stagiaire niet 3. Ik zal wel afwisselend werk te doen krijgen. niet 4. Ik verwacht dat de opdrachten die ik te doen krijg soms veel te moeilijk zullen zijn voor me 0 klopt niet 5. Ik denk dat er voor mij veel te leren valt tijdens de stageweek. niet 6. Ik denk dat ik vragen durf te stellen als iets niet helemaal duidelijk is. niet 7. Ik denk dat mijn begeleider tijdens de stageweek veel tijd voor me uit zal trekken. 0 klopt niet 8. Ik verwacht dat ik de hele dag keihard moet werken. niet 9. Ik verwacht dat ik snel en makkelijk contacten leg tijdens de stageweek. niet 10. Ik denk dat ze voor mij wel een oogje dichtknijpen; ik kan bijv. wel een keertje te laat komen. 0 klopt niet 11. Ik denk dat het niet mee zal vallen om hele dagen te werken. niet 12. Ik kijk er naar uit om stage te gaan lopen niet 7
13. Ik denk dat deze snuffelstage kan helpen bij het maken van een keuze voor mijn vervolgopleiding niet Afspraken kennismakingsgesprek Hieronder schrijf je de afspraken op die je met je stage adres gemaakt hebt. Het gaat over de stagetijden en de dingen die je mag gaan doen en leren. De tijden dat ik stageloop zijn: Tijdens mijn stageweek ga ik het volgende doen en leren: 8
VERSLAG VAN DE EERSTE DAG datum: Vul hieronder in wat je vanmorgen allemaal gedaan hebt: Vul hieronder in wat je vanmiddag allemaal gedaan hebt: 9
Vragenformulier eerste stagedag (maandagmiddag/ - avond invullen) 1. Door wie ben je ontvangen? 2. Heb je het stageverslag aan de stagebegeleider laten zien? Ja / Nee Zo ja, waren er bijzonderheden? Zo nee, waarom niet? 3. Denk je dat de stagebegeleider weet wat de bedoeling is van de stage? Ja / Nee Zo ja, waaruit blijkt dat? Zo nee, heb je geprobeerd dat duidelijk te maken? 4. Zijn er afspraken gemaakt, over wat je tijdens de stage gaat doen? Ja / Nee Zo ja, welke afspraken zijn gemaakt? 5. Heb je een rondleiding door het bedrijf/ de instelling gehad? Ja / Nee 6. Ben je aan andere werknemers voorgesteld? Ja/ nee 7. Wat is je de eerste dag meegevallen? 8. Wat is je de eerste keer tegengevallen? 10
De sollicitatiebrief Bij Nederlands heb je geleerd hoe je een sollicitatiebrief moet schrijven. Op de website www.stagemarkt.nl vind je hiervoor tips. Tijdens je stageweek vraag je je begeleider om een door jouw geschreven sollicitatiebrief te beoordelen. Zou je in aanmerking komen om uitgenodigd te worden voor een gesprek? Wat vinden ze positief aan je brief? Zijn er tips waar je een volgende keer je voordeel mee kan doen? In de ruimte hieronder kun je de feedback op je sollicitatiebrief schrijven. Vergeet niet de brief erbij te voegen 11
Het interview Tijdens je stageweek ga je iemand van het bedrijf of de instelling waar je werkt interviewen. Waar moet je op letten? * Maak ruim van tevoren een afspraak met de persoon die je graag zou willen interviewen. * Het is verstandig om het interview wat later in de week te plannen. Je kent het bedrijf dan al een beetje en weet beter welke vragen je wel of niet kunt stellen. * Hieronder staan voorbeelden van vragen die je kunt stellen. Streep de vragen door die je niet kunt gebruiken. Maak dus een keuze uit de vragen, stel ze niet allemaal. * Vergeet niet de persoon te bedanken voor het interview. Voorbeeldvragen. 1. Hoe lang werkt u al bij dit bedrijf? 2. Welke opleiding heeft u gehad? 3. Gaat u nog verder leren voor het werk dat u nu doet? Zo ja, wat? 4. Geeft het bedrijf zelf ook cursussen? 5. Welke opleiding(en) wordt er gevraagd wanneer je hier wilt solliciteren voor een baan? 6. Als er gesolliciteerd moet worden per brief, waar let u dan op? 7. Naar welke dingen wordt er altijd gevraagd tijdens het sollicitatiegesprek? 8. Wie zitten er tijdens zo n sollicitatiegesprek allemaal bij? 9. Wordt er op het uiterlijk van de sollicitanten gelet? Zo ja, waar let u dan precies op? 10. Wie zou u eerder aannemen: iemand met een diploma en een prachtige cijferlijst of iemand met minder goede resultaten die de baan heel graag wil hebben? 11. Wanneer er iemand bij u solliciteert met een zwakke gezondheid, neemt u die persoon dan wel of niet aan? Kunt u uitleggen waarom? 12. Welke eigenschappen komen goed van pas voor dit werk? 13. Hoe ziet een gemiddelde werkdag van u eruit? 14. Wat vind u de leuke kanten van uw werk? 15. Zijn er ook minder leuke dingen? 16. Als het mogelijk zou zijn, zou u dan ander werk willen doen binnen het bedrijf? 17. Hoeveel uur per week werkt u? 18. Moet u wel een werk mee naar huis nemen? Zo ja, hoeveel tijd kost u dat? 19. Hoeveel vakantiedagen heeft u per jaar? 20. Komt u gevaarlijke dingen tegen tijdens uw werk? Zo ja, welke? 21. Bent u s avonds moe als u thuiskomt? 22. Moet u veel nadenken bij uw werk? 12
23. Kunt u zelf bepalen hoe u uw dag indeelt of wordt dat voor u gedaan? 24. Heeft uw bedrijf een CAO? Zo ja, welke? 25. Vind u het goed om lid te zijn van een vakbond? 26. Tot welke leeftijd moet u werken? Stel niet meer dan 10 tot 15 vragen. Je kunt natuurlijk ook zelf je vragen bedenken! 13
Ruimte voor het inplakken van je interview 14
VERSLAG VAN DE TWEEDE DAG datum: Vul hieronder in wat je vanmorgen allemaal gedaan hebt: Vul hieronder in wat je vanmiddag allemaal gedaan hebt: 15
Vragenformulier tweede stagedag (dinsdagmiddag/- avond invullen) 1. Wat is er vandaag anders gegaan dan gisteren? 2. Was je nu beter voorbereid op wat je moest doen? Leg uit! 3. Is er iets wat je nog nooit eerder gedaan of gezien hebt? 4. Is er vandaag nog iets bijzonders gebeurd? 5. Heb je al een afspraak met iemand gemaakt voor je interview? 6. Wat is je vandaag goed bevallen? Vertel waarom! 7. Wat is je vandaag niet bevallen? Waarom niet! 16
VERSLAG VAN DE DERDE DAG datum: Vul hieronder in wat je vanmorgen allemaal gedaan hebt: Vul hieronder in wat je vanmiddag allemaal gedaan hebt: 17
Vragenformulier derde stagedag (woensdagmiddag/- avond invullen) 1. Heb je vandaag, vergeleken met de eerste twee dagen, ander werkzaamheden gedaan? 2. Zo niet, zou je ander werk willen doen? Welk ander werk? Zou je dat durven vragen? 3. Zou je dit werk later ook wel willen doen? 4. Heb je het naar je zin, of zou je het liefst de rest van de week naar school gaan? Leg uit waarom! 5. Hoe vind je het om hele dagen te moeten werken? Ben je al moe of valt het wel mee? 6. Is er vandaag nog iets grappigs gebeurt? 7. Is er al een leraar van school langs geweest? Zo ja, hoe was dat? Zo nee, wanneer komt hij/ zij? 8. Wat vond je vandaag het meest interessant om te doen? 9. Wat vond je vandaag minder leuk om te doen? 18
VERSLAG VAN DE VIERDE DAG datum: Vul hieronder in wat je vanmorgen allemaal gedaan hebt: Vul hieronder in wat je vanmiddag allemaal gedaan hebt: 19
Vragenformulier vierde stagedag (donderdagmiddag/- avond invullen) 1. Heb je vandaag, vergeleken met de eerste drie dagen, ander werkzaamheden gedaan? 2. Is er al een leraar van school langs geweest? Zo ja, hoe was dat? Zo nee, wanneer komt hij/ zij? 3. Wat vond je vandaag het meest interessant om te doen? 4. Wat vond je vandaag minder interessant om te doen? 20
VERSLAG VAN DE LAATSTE DAG datum: Vul hieronder in wat je vanmorgen allemaal gedaan hebt: Vul hieronder in wat je vanmiddag allemaal gedaan hebt: 21
Vragenformulier laatste stagedag (vrijdagavond invullen) 1. Hoe kijk je op deze week terug? 2. Als je nog een keer stage zou mogen lopen, waar zou je dat dan willen doen? 3. Hoe vind je het dat je deze week geen vrije middagen hebt gehad? 4. Hoe vind je het om over een week weer naar school te gaan? 5. Waar ben je zelf het meest tevreden over als je terugkijkt naar je stage? 6. Kun je iets noemen wat je een volgende keer anders zou willen doen? 6. Is deze week je mee- of tegengevallen? Waarom? 22
Terugblik op de snuffelstage week (invullen NA de stageweek) 1. Hoe vind je het dat je in de derde klas stage hebt gelopen? Kruis aan: 2. Deze week heb ik veel rotklussen moeten doen 0 klopt niet 3. Mijn collega s stonden positief tegenover stagiaires op de werkvloer niet 4. Ik heb afwisselend werk gedaan niet 5. De opdrachten die ik te doen kreeg waren soms veel te moeilijk voor me 0 klopt niet 6. Ik heb veel geleerd tijdens deze stageweek. 7. Als iets niet helemaal duidelijk was heb ik vragen durven stellen. niet 0 klopt niet 8. Mijn begeleider heeft tijdens de stageweek veel tijd voor me gehad. 0 klopt niet 9. Ik heb de hele week keihard moeten werken. niet 10. Ik heb snel en makkelijk contacten gelegd tijdens de stageweek. 0 klopt niet 23
11. Op mijn stageplek vinden ze het niet erg als je een keertje te laat komt. 0 klopt niet 12. Het is me niet meegevallen om hele dagen te werken. niet 13. Ik heb met veel plezier stage gelopen 0 klopt niet 14. Deze snuffelstage heeft me geholpen bij het maken van een keuze voor mijn vervolgopleiding 0 klopt 0 klopt niet Vergelijk wat je zojuist hebt ingevuld met de verwachtingen die je voor de stageweek had? Welke conclusies kun je trekken? 24
Verslag De eerste mentorles na de stage moet je je stageboek inleveren. In je stageboek is ruimte om een kort verslag van je stageweek te plakken. Hieronder staan de vragen die je in je verslag moet verwerken. I. Arbeidsvoorwaarden 1. Wat zijn de werktijden van het bedrijf/ de instelling? 2. Zijn de werktijden voor iedereen hetzelfde? 3. Moet je speciale kleding dragen? Waarom? 4. Hoeveel vakantiedagen heeft men? Heeft iedereen zoveel vakantiedagen? Zo niet, verklaar het verschil? 5. Hoeveel pauzes heeft men op een dag en hoe lang zijn die? II. Het werk 1. Hoeveel mensen werken er in het bedrijf? 2. Wat is de verhouding mannen/ vrouwen? 3. Wat voor werkzaamheden verrichten de vrouwen in het algemeen? 4. Wat voor werkzaamheden verrichten de mannen in het algemeen? 5. Hoeveel uur is een volledige werkweek? 6. Zijn de meeste werknemers mensen die fulltime of mensen die parttime werken? III. Wat jij er van vond 1. Zou je later in dit bedrijf/ deze instelling willen werken? Leg uit 2. Vond je dit werk zwaarder dan naar school gaan? Leg uit 3. Zijn de mensen in het bedrijf/ de instelling aardig tegen je geweest? 4. Had je jezelf goed voorbereid op deze week? 5. Wat zou je een volgende keer anders doen? 6. Heb je je stageadres zelf gevonden? Zo nee, wie dan wel? 7. Wat kan school doen om de volgende snuffelstage beter te laten lopen. 8. Heb je nog tips of suggesties voor leerlingen die in de toekomst gaan stagelopen? 9. Heb je nog tips of suggesties voor het stagebedrijf? 25
Ruimte voor het inplakken van je verslag 26
Beoordeling door de leerling Naam leerling: Naam instelling: Contactpersoon instelling: Stagebegeleider: Aankruisen wat van toepassing is; meerdere antwoorden zijn mogelijk, eventueel aanvullen met een korte omschrijving mag. De vragen hebben vooral betrekking op de uitvoering en houding ten opzichte van het werk. A B C D E F G Het opgedragen werk heb ik uitgevoerd 0 goed 0 redelijk goed 0 matig Wat betreft de uitvoering van de opgedragen opdrachten geldt: 0 ik werk redelijk zelfstandig 0 ik heb veel (bege)leiding nodig 0 ik kan het opgedragen werk niet aan Werken ten gunste van andere mensen vind ik 0 leuk 0 niet zo leuk 0 helemaal niet leuk.. Tijdens het werk toonde ik 0 veel initiatief 0 soms initiatief 0 weinig initiatief Het werk verrichtte ik 0 netjes 0 redelijk 0 slordig... Samenwerken vond ik 0 leuk 0 soms leuk 0 meestal niet leuk 0 niet leuk In het werk 0 had ik voldoende vrijheid 0 had ik matige vrijheid 0 had ik geen vrijheid.. 27
Het stagerapport Beoordeling van de leerling door de stagebegeleider Naam stagebegeleider: Naam leerling: -Aankruisen wat van toepassing is -Eventueel aanvullen met korte beschrijving 1. Uitvoering en houding ten opzichte van anderen A B C D E F G H Hoe voert de leerling de opdrachten uit? 0 goed 0 redelijk goed 0 matig.. Wat betreft de uitvoering geldt: 0 De leerling werkt redelijk zelfstandig 0 De leerling heeft veel begeleiding nodig 0 De leerling kan het opgedragen werk niet aan.. De leerling verricht de werkzaamheden 0 met veel plezier 0 met plezier 0 met gering plezier.. Hoe werkte de leerling samen? 0 goed 0 redelijk 0 niet goed. De leerling toont 0 veel initiatief 0 soms initiatief 0 weinig initiatief.. Stiptheid 0 keurig op tijd 0 soms te laat 0 vaak te laat Verzuim 0 geen 0 gering 0 vaak Netheid 0 keurig 0 slordig 0 wisselend 28
2. Persoonlijk functioneren en omgang met anderen A B C D E F G De leerling 0 functioneerde vanaf het begin af aan goed 0 is gaandeweg beter gaan functioneren 0 is nauwelijks beter gaan functioneren. De leerling 0 zette zich goed in voor anderen 0 zette zich matig in voor anderen 0 zette zich niet in voor anderen.. De leerling 0 kreeg goed inzicht in het vrijwilligerswerk 0 kreeg geen inzicht in het vrijwilligerswerk 0 kreeg matig inzicht in het vrijwilligerswerk.. Met betrekking tot collega s 0 weet de leerling zijn/haar houding te bepalen 0 is de leerling stil en teruggetrokken 0 weet de leerling zijn/haar houding niet te bepalen.. In de omgang met mensen voor wie gewerkt werd 0 toont de leerling een juiste houding 0 Reageert de leerling soms verkeerd 0 Heeft de leerling een verkeerde houding Ten aanzien van het organiseren 0 Was de leerling erg alert 0 Was de leerling redelijk alert 0 Was de leerling niet alert Algemene opmerkingen: Handtekening stagebegeleider: 29
30