Toezichtresultaten ziekenhuisbezoeken Therapeutic Drug Monitoring Aminoglycosiden Aminoglycosiden en medicatieveiligheid Aminoglycosiden zijn geneesmiddelen die onder de groep antibiotica vallen. Aminoglycosiden worden vrijwel alleen in ziekenhuizen toegepast. Wanneer patiënten aminoglycosiden moeten gebruiken is het van groot belang dat zij deze in de juiste dosering toegediend krijgen. Als de dosering te hoog is kunnen het gehoor, het evenwichtsorgaan en de nieren blijvend beschadigd raken. Als de dosering te laag is wordt de bacteriële infectie niet bestreden. De juiste dosering voor een patiënt moet worden gebaseerd op de nierfunctie en bij langer gebruik ook op de concentratie in het bloed. Het bewaken van de bloedspiegel van de patiënt wordt therapeutic drug monitoring (TDM) genoemd. Aanleiding De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (inspectie) heeft medicatieveiligheid als risicothema benoemd in haar Meerjarenbeleidsplan 2016 2019. In het IGZ-rapport Veilig voorschrijven moet beter (januari 2017) kwam naar voren dat ziekenhuizen de overdracht van medicatiegegevens bij ontslag onvoldoende regelen. In het Eindrapport Vervolgonderzoek Medicatieveiligheid van het Erasmus/NIVEL/Radboud/Pharmo (januari 2017) staan aanbevelingen dat bij de behandeling van patiënten met risicogeneesmiddelen meer gelet dient te worden op de individuele patiëntkenmerken, waaronder de nierfunctie. Aminoglycosiden vallen binnen deze categorie geneesmiddelen. Daarnaast ontving de inspectie in 2017 drie rapportages van ziekenhuizen over calamiteiten met aminoglycosiden. Twee calamiteiten betroffen patiënten die gezondheidsschade ondervonden na ontslag uit het ziekenhuis en die het gebruik van dit geneesmiddel thuis continueerden. De inspectie besloot de medicatieveiligheid in ziekenhuizen te onderzoeken ten aanzien van aminoglycosiden en daarbij ook aandacht te schenken aan de begeleiding van patiënten die het middel na ontslag moeten continueren. Doel onderzoek De inspectie richtte zich met dit onderzoek op de organisatie van zorg voor patiënten die aminoglycosiden gebruiken, vanaf het moment van voorschrijven tot en met hun ontslag, met als doel het bevorderen van veilig gebruik van aminoglycosiden. Daarbij werd gekeken naar de manier waarop professionals hun taken en verantwoordelijkheden invullen, inclusief de communicatie naar de eerstelijn. De inspectie formuleerde de volgende onderzoeksvragen : Voldoet het systeem van het ziekenhuis aan de randvoorwaarden voor veilige toepassing van aminoglycosiden? Vullen de betrokken voorschrijver en apotheker hun taken goed in, met betrekking tot hun verantwoordelijkheden ten aanzien van de medicatiebewaking van patiënten die aminoglycosiden gebruiken, zowel op individueel niveau als in onderlinge afstemming? 1 Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd oktober 2018
Uitvoering onderzoek Patiënt gaat met ontslag. Voor het onderzoek werden 14 aselect gekozen ziekenhuizen in de periode december 2017 - juni 2018 elk een halve dag bezocht. Voorafgaande aan het bezoek werden relevante documenten opgevraagd. Tijdens het bezoek werd gesproken met een ziekenhuisapotheker, één of meerdere voorschrijvende medisch specialisten en de raad van bestuur. Tevens werden drie dossiers bekeken van patiënten die aminoglycosiden toegediend hadden gekregen. De behandeling met een aminoglycoside wordt gestopt. De behandeling wordt elders voortgezet. Patiënt en/of diens vertegenwoordiger wordt ingelicht over de verdere behandeling met een aminoglycoside en bijbehorende controles. Het onderzoek vond plaats aan de hand van een gestandaardiseerd bezoekinstrument. De inhoud kwam tot stand na overleg met Stichting Portaal voor Patiëntveiligheid en twee externe experts op het gebied van antibioticabehandeling en farmacologie/therapeutic drug monitoring. Ter beoordeling van de onderzoeksbevindingen werd een algemeen beoordelingskader gebruikt, gebaseerd op wet- en regelgeving (zie bijlagen 2 en 3). Het proces TDM Aminoglycosiden Patiënt wordt ingelicht over de behandeling met een aminoglycoside.* De huisapotheek ontvangt binnen 24 uur na ontslag van de patiënt van de apotheker van het ziekenhuis een actueel medicatieoverzicht. De huisarts van de patiënt ontvangt binnen 24 uur na ontslag een ontslagbrief van de voorschrijver waarin de behandeling met het aminoglycoside staat vermeld. De huisapotheek ontvangt binnen 24 uur na ontslag van de patiënt van de apotheker van het ziekenhuis een actueel medicatieoverzicht. De huisarts ontvangt binnen 24 uur na ontslag van de patiënt een ontslagbrief van de voorschrijver waarin de behandeling met het aminoglycoside staat vermeld inclusief nierfunctie. De verpleegkundige of de laborant neemt op de afgesproken tijdstippen de top/dal- spiegels af en neemt op de afgesproken dag een bloedmonster af voor de nierfunctiebepaling en tekent deze af in het EPD. Voor de eerste gift dient de nierfunctie bekend te zijn.** Eerste gift: De dosis wordt berekend volgens het schema van de TDM monografie. Volgende giften: De ziekenhuisapotheker berekent en adviseert een optimale dosering op basis van de nierfunctie, de bloedspiegel en het lichaamsgewicht van de patiënt en noteert deze in het EPD. De verpleegkundige dient het aminoglycoside toe op het voorgeschreven tijdstip en tekent dit af in het EPD. De voorschrijver verwerkt het advies van de ziekenhuisapotheker in het EVS. De bloedspiegelbepaling wordt afgesproken in het EPD. * In een acute situatie kan dit ook op een later tijdstip plaatsvinden. ** Met uitzondering van neonaten (tot één week na de geboorte). Aminoglycosiden worden toegediend bij bacteriële infecties. Een patiënt die in aanmerking komt voor een aminoglycoside, wordt door de arts ingelicht over de mogelijke risico s en bijwerkingen. In een acute fase kan dit ook achteraf plaatsvinden. Ter berekening van de juiste dosering dient vóór de eerste gift de nierfunctie en het lichaamsgewicht van de patiënt bekend te zijn. De arts schrijft het aminoglycoside voor in het elektronisch voorschrijf systeem (EVS) en spreekt, in geval van een meerdaagse behandeling, af wanneer bloedspiegels en de nierfunctie moeten worden bepaald. Dit gebeurt in samenspraak met en op advies van de ziekenhuisapotheker. De nierfunctie wordt bewaakt om overdosering te voorkomen. De verpleegkundige dient het aminoglycoside toe op het afgesproken tijdstip en registreert de werkelijke toedientijd in het elektronisch patiëntendossier (EPD). Het tijdstip van toedienen is van belang voor het bepalen van de bloedspiegel en de berekening van de volgende dosering. Het bloedmonster voor de bepaling van de bloedspiegel en de nierfunctie wordt door de laborant of de verpleegkundige op het afgesproken tijdstip afgenomen. De afnametijd wordt geregistreerd in het EPD. De bloedmonsters worden geanalyseerd in het laboratorium. De waarden worden in het EPD genoteerd. De ziekenhuisapotheker berekent en adviseert een optimale dosering aan de voorschrijver op basis van de bloedspiegels en de nierfunctie. Het advies wordt genoteerd in het EPD. De voorschrijver past zo nodig de dosering aan in het EVS en noteert 2 Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd oktober 2018
dit in het EPD. De ziekenhuisapotheker controleert achteraf de medicatieopdracht. Zodra de patiënt met ontslag gaat, dient de voorschrijver binnen 24 uur een ontslagbrief verstuurd te hebben naar de volgende behandelaar. In het ontslagbericht moet de behandeling met het aminoglycoside worden benoemd, inclusief de nierfunctie, zodat de volgende behandelaar eventuele bijwerkingen kan herkennen. De apotheker van het ziekenhuis dient binnen 24 uur na ontslag van de patiënt de openbare apotheek te voorzien van een actueel medicatieoverzicht. Vóór het ontslag wordt de patiënt ingelicht over de verdere behandeling met het aminoglycoside en de organisatie rondom de controles van de nierfunctie en bloedspiegels. Bevindingen onderzoek Deze factsheet beschrijft de bevindingen van de 14 bezoeken. Voor gedetailleerde informatie over de individuele resultaten per ziekenhuis, verwijst de inspectie naar de individuele inspectierapporten. Interne afspraken (documenten) Voorafgaand aan het bezoek werden de documenten met betrekking tot TDM van het ziekenhuis bestudeerd. In figuur 1 worden de resultaten hiervan weergeven. Figuur 1: Interne afspraken (documenten) Schriftelijke afspraken* Taken en verantwoordelijkheden ** Bepaling dosering Monitoring Gentamicine Monitoring Tobramycine Monitoring Amikacine 0 2 4 6 8 10 12 14 Voldoende Onvoldoende N.v.t. * Afspraken tussen voorschrijver en apotheker over voorschrijven en monitoring ** Taken en verantwoordelijkheden van verpleegkundigen en laboratoriummedewerkers binnen het monitoringproces A Afspraken tussen voorschrijver en apotheker over voorschrijven en monitoring Elk bezocht ziekenhuis beschikte over samenwerkingsafspraken met een heldere taakafbakening tussen de voorschrijver en de apotheker. In één ziekenhuis had de apotheker een uitvoerende rol bij het voorschrijven van aminoglycosiden, hetgeen in strijd is met de Wet BIG. B Taken en verantwoordelijkheden van verpleegkundigen en laboratoriummedewerkers binnen het monitoringproces Voor het berekenen van vervolgdoseringen, wordt gebruik gemaakt van een of meerdere bloedspiegelwaarden. Aangezien een bloedspiegelwaarde wordt beïnvloed door onder meer het moment waarop het aminoglycoside is toegediend, de periode waarover het infuus is ingelopen en de plaats waar het bloedmonster wordt afgenomen, is een gestandaardiseerde manier van werken belangrijk. Binnen alle ziekenhuizen werd op een gestandaardiseerde manier gewerkt, maar drie ziekenhuizen hadden de taken en verantwoordelijkheden van verpleegkundigen en laboratoriummedewerkers ten behoeve van het monitoren van aminoglycosiden niet vastgelegd. C Bepaling dosering Volgens de TDM monografieën kunnen verschillende modellen worden gebruikt ter bepaling van een vervolgdosering aminoglycoside. Binnen die modellen wordt voor de bloedspiegelbepaling onderscheid gemaakt tussen top-, dal- en mediane spiegels. Alle bezochte ziekenhuizen hadden helder vastgelegd op welk model de vervolgdosering binnen het ziekenhuis wordt bepaald. D Monitoring Gentamicine In alle bezochte ziekenhuizen wordt gentamicine gegeven. 13 ziekenhuizen hebben de doseringsrichtlijn van gentamicine intern vastgelegd op basis van de TDM Monografie en/of de SWAB-richtlijn (Stichting werkgroep antibioticabeleid). Daarin werd onderscheid gemaakt tussen type patiënten (o.a. neonaten en volwassenen), indicaties (o.a. endocarditis) en verminderde nierfunctie. E Monitoring Tobramycine Negen van de 14 ziekenhuizen passen tobramycine toe. Acht van deze ziekenhuizen hebben de doseringsrichtlijn van tobramycine intern vastgelegd op basis van de TDM Monografie en/of de SWAB-richtlijn, met onderscheid tussen type patiënten (o.a. neonaten en volwassenen), indicaties (onder andere endocarditis) en verminderde nierfunctie. F Monitoring Amikacine Amikacine wordt in vijf van de veertien bezochte ziekenhuizen voorgeschreven. Deze vijf ziekenhuizen hadden de doseringsrichtlijn amikacine intern vastgelegd op basis van de TDM Monografie en/of de SWAB-richtlijn, met onderscheid tussen type patiënten, aandoeningen en verminderde nierfunctie. 3 Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd oktober 2018
Uitvoering (interviews en dossieronderzoek) Figuur 2: Uitvoering (interviews en dossieronderzoek) Informed Consent Elektronisch Voorschrijf Systeem Doseringsadviezen Bloedspiegel en toediening Nierfunctiebepaling Inhoud ontslagbericht aan volgende behandelaar Termijn ontslagbericht Farmaceutische ontslaginformatie naar apotheek Informeren patiënt bij ontslag 0 2 4 6 8 10 12 14 Voldoende Onvoldoende N.v.t. In figuur 2 worden de resultaten weergegeven op basis van de praktijk. De resultaten zijn gebaseerd op de uitkomsten van het dossieronderzoek en op wat de professionals vertelden. G Informed Consent Om (rechtsgeldig) toestemming te kunnen geven voor een medische behandeling heeft de patiënt of de familie/relatie van de patiënt goede informatie nodig. De informatieplicht van de arts en de vereiste toestemming van de patiënt (familie/relatie) vormen het informed consent. Zeker in het geval van behandelingen met risicovolle geneesmiddelen, zoals aminoglycosiden, vindt de inspectie het belangrijk dat patiënten informatie ontvangen. Als het niet mogelijk is de informatie voorafgaand aan de behandeling te verstrekken, behoort dit achteraf te gebeuren. Eventuele later ontstane effecten kunnen dan aan dit gebruik gerelateerd worden. Tijdens een bezoek aan een ziekenhuis gaven kinderartsen aan dat vanuit hun vakgroep ouders van patiënten te allen tijde over de mogelijke gevolgen van het gebruik van aminoglycosiden worden geïnformeerd. In een ander ziekenhuis w0rden patiënten die aminoglycosiden gebruiken, in een proefopzet op bijwerkingen onderzocht op de KNO-poli. Geen van de 14 ziekenhuizen voldoet aan de voorwaarden van informed consent. Eén instelling informeert patiënten die langdurig met gentamycine worden behandeld wel over mogelijke bijwerkingen, maar maakt hiervan geen aantekening in het patiëntendossier. H Elektronisch Voorschrijf Systeem Voor de veiligheid van patiënten is het belangrijk dat geneesmiddelen worden voorgeschreven via een EVS. In een EVS worden specifieke kenmerken van de patiënt, zoals I J gewicht, eventuele contra-indicaties en allergieën, gerelateerd aan het nieuwe voorschrift. De dosering wordt gecontroleerd en waarschuwingssignalen worden automatisch gegenereerd. In alle bezochte ziekenhuizen w0rden aminoglycosiden voorgeschreven via een EVS. Doseringsadviezen In alle bezochte ziekenhuizen adviseren apothekers artsen over de juiste dosering. Dit advies kan elektronisch dan wel mondeling plaatsvinden. In alle gevallen waren doseringsadviezen in de patiëntendossiers terug te vinden. Bloedspiegel en toediening Bij het inzien van de patiëntendossiers bleek bij één ziekenhuis geen bloedspiegelbepaling te hebben plaatsgevonden, ondanks meermalig gebruik van aminoglycosiden. Bij alle andere ziekenhuizen waren de dossiers op orde. K Nierfunctiebepaling Bij het inzien van de patiëntendossiers bleek bij een ziekenhuis de nierfunctie op een zeker moment ten onrechte niet bepaald te zijn. Bij de overige ziekenhuizen waren de nierfunctiewaarden op de juiste momenten berekend en in het patiëntendossier vastgelegd. L Inhoud ontslagbericht aan volgende behandelaar Wanneer een patiënt aan een volgende behandelaar wordt overgedragen, behoort de laatste behandelaar de volgende te voorzien van adequate informatie. Bij het inzien van ontslagberichten bleek meer dan de helft van de bezochte ziekenhuizen, op de steekproef van drie patiëntendossiers, de volgende behandelaar (vaak de huisarts) niet expliciet te informeren over de behandeling met aminoglycosiden. Soms was wel vermeld dat er een behandeling had plaatsgevonden met antibiotica, maar niet met welke soort. M Termijn ontslagbericht In vijf van de 14 bezochte ziekenhuizen bleek minstens een van de drie patiëntendossiers die tijdens het inspectiebezoek zijn ingezien, een ontslagbericht te bevatten dat later dan 24 uur na ontslag naar de huisarts was gezonden. N Farmaceutische ontslaginformatie naar apotheek Op basis van de richtlijn Overdracht van medicatiegegevens in de keten behoort de eerstelijns apotheek van de patiënt vanuit het ziekenhuis binnen 24 uur na ontslag een actueel medicatieoverzicht (AMO) te ontvangen, inclusief nierfunctie. In vier van de bezochte ziekenhuizen gebeurde dit niet voor alle patiënten. In die gevallen kreeg de patiënt een AMO mee bij ontslag en werd het niet overgedragen van zorgverlener naar zorgverlener en/of ontbrak de nierfunctie op het AMO. O Informeren patiënt bij ontslag met doorgebruik van aminoglycosiden Wanneer een patiënt wordt ontslagen tijdens de behandeling 4 Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd oktober 2018
met aminoglycosiden is het van groot belang dat de patiënt goed gemonitord blijft. Het ziekenhuis moet daartoe (samenwerkings-)afspraken maken met de nieuwe behandelaar en de patiënt inlichten over de wijze waarop de controles gaan plaatsvinden. Conclusies 1 De bezochte ziekenhuizen bewaken patiënten die aminoglycosiden toegediend krijgen, in het algemeen goed. De samenwerking tussen de professionals verloopt in alle ziekenhuizen goed en de onderlinge afspraken zijn vrijwel overal goed vastgelegd. Nierfuncties en bloedspiegels worden overeenkomstig de professionele standaarden gecontroleerd en worden vrijwel altijd geregistreerd. 2 De informatievoorziening aan de eerstelijn door het ziekenhuis bij ontslag moet beter. De huisarts van de patiënt wordt regelmatig te laat geïnformeerd over het moment van ontslag van de betreffende patiënt. Het komt ook vaak voor dat de huisarts niet expliciet wordt geïnformeerd over de behandeling met aminoglycosiden in het ziekenhuis. Een eventuele bijwerking van dit geneesmiddel kan daardoor lastiger herkend worden. Ook de openbare apotheek van de patiënt ontvangt niet van elk ziekenhuis na ontslag een actueel medicatieoverzicht of ontvangt dat niet binnen 24 uur. 3 De meeste bezochte ziekenhuizen behandelen patiënten alleen intramuraal, zolang aminoglycosiden zijn geïndiceerd. Enkele ziekenhuizen ontslaan bij uitzondering patiënten die deze medicatie nog moeten gebruiken. 4 De eis van informed consent wordt door geen van de bezochte ziekenhuizen bij gebruik van aminoglycosiden ziekenhuisbreed nageleefd. Wat verwacht de inspectie van de bezochte ziekenhuizen? De inspectie verwacht van alle bezochte ziekenhuizen dat zij de punten die als onvoldoende zijn beoordeeld voor 1 januari 2019 op orde hebben gebracht. De continuïteit van zorg na ontslag dient door elk ziekenhuis te zijn geborgd evenals naleving van de vigerende richtlijn informed consent. De inspectie zal de door de individuele ziekenhuizen te treffen maatregelen volgen in het reguliere toezicht. Bijlage 1 Bezochte ziekenhuizen Antonius Ziekenhuis te Sneek Wilhelmina Ziekenhuis te Assen Ommelander Ziekenhuis, locatie Winschoten Ziekenhuis Rivierenland te Tiel Admiraal de Ruyter Ziekenhuis te Goes Rijnstate Ziekenhuis te Arnhem Flevoziekenhuis te Almere BovenIJ Ziekenhuis te Amsterdam ErasmusMC te Rotterdam Medisch Spectrum Twente, locatie Enschede Diakonessenhuis te Utrecht Máxima Medisch Centrum te Veldhoven Alrijne Ziekenhuis, locatie Leiderdorp Amstelland Ziekenhuis te Amstelveen Een overzicht van rapporten van de bezochte instellingen vindt u op www.igj.nl Bijlage 2 Wet- en regelgeving Hieronder volgt een overzicht van de wet- en regelgeving op basis waarvan de inspectie bij dit onderzoek de bevindingen toetste. Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) Regeling Geneesmiddelenwet art 6.10 Informed Consent art. 2.1.2 (KNMG, 2001) Beroepsstandaard voor Apothekers van Ziekenhuizen (2017) Handreiking verantwoordelijkheidsverdeling bij samenwerking in de zorg (KNMG, 2010) Richtlijn electronisch voorschrijven (KNMG, 2013) Richtlijn overdracht van medicatiegegevens in de keten (2011) Farmacotherapeutisch Kompas TDM Monografieën, Commissie Analyse & Toxicologie van de NVZA Amikacine, versie 6 maart 2017 Gentamicine, versie 8 maart 2017 Tobramycine, versie 12 juli 2016 Nationale AntibioticaBoekje Stichting Werkgroep AntibioticaBeleid (SWAB, augustus 2017) Wat verwacht de inspectie van de wetenschappelijke verenigingen? De inspectie gaat over de resultaten inzake het informed consent in gesprek met de betrokken wetenschappelijke verenigingen, om te bevorderen dat patiënten (familie/relatie) over hun behandeling met aminoglycosiden worden geïnformeerd. 5 Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd oktober 2018
Bijlage 3 Algemeen beoordelingskader (versie 2 augustus 2018) Organisatie Therapeutic Drug Monitoring Aminoglycosiden A Interne afspraken (documenten ziekenhuis) Item Voldoende Onvoldoende 1 Afspraken tussen voorschrijver en apotheker over voorschrijven en monitoring. 2 Taken en verantwoordelijkheden van verpleegkundigen en laboratoriummedewerkers binnen het monitoringproces. 3 Bepaling dosering 4 Monitoring Gentamicine 5 Monitoring Tobramycine 6 Monitoring Amikacine Afspraken zijn vastgelegd, met benoeming van taken en verantwoordelijkheden, en zijn in lijn met de professionele standaard. Taken en verantwoordelijkheden zijn duidelijk vastgelegd. Er zijn duidelijke afspraken over de timing van bloedspiegelbepalingen en doseringsadviezen. Afspraken zijn vastgelegd en zijn gebaseerd op de professionele standaard inzake nierfunctiebepaling spiegelbepaling dosering Afspraken zijn vastgelegd en zijn gebaseerd op de professionele standaard inzake nierfunctiebepaling spiegelbepaling dosering Afspraken zijn vastgelegd en zijn gebaseerd op de professionele standaard inzake nierfunctiebepaling spiegelbepaling dosering Afspraken zijn niet of onduidelijk vastgelegd, of niet in lijn met de professionele standaard. Taken en verantwoordelijkheden zijn niet of onduidelijk vastgelegd. Er zijn geen of onduidelijke afspraken over de timing van bloedspiegelbepalingen en doseringsadviezen. Afspraken zijn niet vastgelegd en/of afspraken zijn niet duidelijk en/of afspraken wijken af van de professionele standaard, zonder onderbouwing. Afspraken zijn niet vastgelegd en/of afspraken zijn niet duidelijk en/of afspraken wijken af van de professionele standaard, zonder onderbouwing. Afspraken zijn niet vastgelegd en/of afspraken zijn niet duidelijk en/of afspraken wijken af van de professionele standaard, zonder onderbouwing. 6 Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd oktober 2018
B Uitvoering (interviews en dossieronderzoek) Item Voldoende Onvoldoende 1 Informed Consent 2 Elektronisch Voorschrijven 3 Doseringsadviezen 4 Bloedspiegel en toediening 5 Nierfunctiebepaling 6 Inhoud ontslagbericht aan volgende behandelaar 7 Termijn ontslagbericht 8 Farmaceutische ontslaginformatie naar apotheek Bespreking wordt door de voorschrijver met de patiënt of diens vertegenwoordiger gedaan en wordt vastgelegd. Aminoglycosiden worden voorgeschreven via een EVS. Doseringsadviezen van de apotheker zijn tijdig. Deze adviezen worden door de voorschrijver overgenomen, dan wel gemotiveerd niet overgenomen. Toedieningen en bloedspiegelbepalingen zijn tijdig en zijn op elkaar afgestemd. Bij patiënten met een slechte nierfunctie wordt de nierfunctie bewaakt. Bij patiënten die meer dan één gift krijgen wordt de nierfunctie bepaald en bewaakt. In geval van tobramycine en amikacine wordt de nierfunctie al voor de eerste gift bepaald. Het ontslagbericht bevat informatie over de behandeling met aminoglycosiden tijdens opname. Indien de behandeling doorgaat bevat het ontslagbericht daarnaast informatie over de monitoring. Het ontslagbericht is binnen 24 uur na ontslag bij de volgende medische behandelaar. De apotheker van de patiënt ontvangt binnen 24 uur na ontslag het actuele medicatieoverzicht, waarin het gebruik van aminoglycosiden tijdens opname is vermeld [1] en de nierfunctie. Bespreking wordt niet door de voorschrijver met de patiënt of diens vertegenwoordiger gedaan of wordt niet vastgelegd. Aminoglycosiden worden niet voorgeschreven via een EVS. Doseringsadviezen van de apotheker zijn niet tijdig en/of De motivatie voor een afwijking van het advies wordt door de voorschrijver niet vastgelegd. Toedieningen en bloedspiegelbepalingen zijn niet tijdig of zijn niet op elkaar afgestemd. Bij patiënten met een slechte nierfunctie wordt de nierfunctie niet bewaakt. Bij patiënten die meer dan één gift krijgen wordt de nierfunctie niet bepaald en/of niet bewaakt. In geval van tobramycine en amikacine wordt de nierfunctie niet voor de eerste gift bepaald. Het ontslagbericht bevat geen informatie over de behandeling met aminoglycosiden tijdens opname en/of Indien de behandeling doorgaat bevat het ontslagbericht geen informatie over de monitoring. Het ontslagbericht is niet binnen 24 uur na ontslag bij de volgende medische behandelaar. De apotheker van de patiënt ontvangt niet binnen 24 uur na ontslag het actuele medicatieoverzicht en/of het aminoglycosidengebruik tijdens opname is daarin niet vermeld [2] en/of de nierfunctie wordt niet overgedragen. [1] Dit onderdeel is voor de definitieve rapportage aangepast. Wanneer een aminoglycoside na ontslag moet worden doorgebruikt, maakt het geneesmiddel deel uit van het actuele medicatieoverzicht; niet wanneer het gestart en gestopt is tijdens de opname. [2] Zie eerste noot. 7 Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd oktober 2018
Item Voldoende Onvoldoende 9 Informeren patiënt De patiënt of diens vertegenwoordiger ontvangt instructies bij ontslag in geval van continuering van het aminoglycosidengebruik. De patiënt of diens vertegenwoordiger ontvangt bij ontslag geen instructies inzake zijn eigen veiligheid ten aanzien van zijn gebruik van aminoglycosiden. 8 Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd oktober 2018