Vragen inloopmiddag en avond Westerbroek 3 juni Op 3 juni is er een inloopmiddag en avond geweest, waarbij iedereen de plannen kon zien van de verbindingszone tussen het Zuidlaardermeer en Midden-Groningen. Daarbij zijn veel vragen gesteld. Hier kunt u de vragen en antwoorden per onderwerp terugvinden. Begrenzing en procedures In 2010 heeft Provinciale Staten gekozen voor het tracé van de verbindingszone. Dit besluit heeft ze genomen op basis van de uitgebreide onderzoeken naar de verschillende tracé s en het advies van de gebiedscommissies. De begrenzing van het natuurnetwerk (EHS) tussen het Zuidlaarmeer en Midden-Groningen is een uitwerking van dit besluit. Daarbij is voldoende ruimte nodig om de doelen te realiseren. De begrenzing is opgenomen in de Partiële Herziening 2014 van de Omgevingsverordening Provincie Groningen 2009 (POV). Op de poster en de uitgedeelde informatie stond de procedure van de begrenzing van het natuurnetwerk en de aankondiging van de informatiebijeenkomst over de begrenzing van het natuurnetwerk van 8 juni. Zienswijzen konden mensen indienen van 5 juni tot 2 juli 2014. De provincie Groningen streeft ernaar om de behandeling van de zienswijzen en het vaststellen van de herziene POV af te ronden voor oktober 2014. Dit geeft duidelijkheid aan grondgebruikers waar ze binnen het natuurnetwerk een beroep kunnen doen op beheervergoedingen. Informatie over de begrenzing kunt u vinden op www.ruimtelijkeplannen.nl en http://www.provinciegroningen.nl/uitvoering/natuur-en-landschap/ecologischehoofdstructuur/zuidlaardermeer-midden-groningen/inrichting-verbindingszone-westerbroek/ Hoe kan ik de ontwikkeling van de plannen volgen? Op de website van de provincie staat informatie over het plan. Op basis van de uitkomsten van het onderzoek naar de effecten van de peilwijzigingen, gaan we de uitkomsten bespreken met de betrokkenen. Ter inzage leggingen worden aangekondigd in de regionale bladen en op de website van de provincie. Vragen en antwoorden Algemeen 1. Wat betekent het dat mijn gronden binnen het natuurnetwerk liggen? Als uw gronden binnen het natuurnetwerk liggen, dan kunt u de grond aan de provincie verkopen tegen marktconforme prijzen of u kunt zich aanmelden voor particulier natuurbeheer. Daarbij wordt de bestemming van de grond omgezet naar natuur. Daarvoor is, in verband met deze functiewijziging, een vergoeding van 80% mogelijk voor de waardedaling en is het mogelijk om beheerpakketten af te sluiten. De grondverwerving is in principe vrijwillig. Wilt u niet verkopen of meedoen met particulier natuurbeheer, dan zorgen we ervoor dat u geen nadeel ondervindt van de inrichtingsmaatregelen. 2. Waarom wordt er een provinciaal inpassingplan gemaakt (PIP)? Wat is daarbij de rol van de gemeente? Het plan ligt in twee gemeenten. Gezien de samenhang van het plan is het handig dat hiervoor één partij de coördinatie voert. Daarnaast is het realiseren van de verbindingszone een taak van de provincie. Natuurlijk gebeurt dit in nauw overleg met de gemeenten. Bij wie kan ik terecht als ik verwacht dat ik schade ondervind van de nieuwe bestemming? Bij het PIP gelden dezelfde rechtswaarborgen als bij een nieuw bestemmingsplan. De provincie zal het PIP in procedure brengen en dan heeft iedereen de gelegenheid om te reageren.
Daarnaast is er, volgens de Wet Ruimtelijke Ordening, de mogelijkheid om beroep te doen op de planschadeprocedure. Uitgangspunt is dat we schade zo veel mogelijk voorkomen. 3. Hoe wordt schaduwwerking van het natuurnetwerk (=beperking voor de landbouw) voorkomen? Het natuurnetwerk leidt niet tot schaduwwerking. Het gebied bij Westerbroek valt niet onder Natura2000 gebied. Natura 2000 is de benaming voor een Europees netwerk van natuurgebieden waarin belangrijke flora en fauna voorkomen, gezien vanuit een Europees perspectief. Het is beleid van de provincie dat de aanleg van de natuurgebieden geen extra belemmeringen op het gebied van milieuvergunningen voor agrarische bedrijven met zich meebrengt. Dit houdt in dat de milieutechnische en bestemmingsplantechnische mogelijkheden die momenteel bestaan voor de nabije, bestaande agrarische bedrijven, niet veranderen door de aanleg van de nieuwe natuurgebieden. Grondzaken 4. Als ik grond wil kopen of verkopen, bij wie moet ik dan zijn? U kunt daarvoor contact opnemen met Anne Boonstra of Henk de Jong Posthumus van Bureau Beheer Landbouwgronden. Zie bij wie kunt u terecht met vragen? 5. Wat gebeurt er met de gronden van de provincie die buiten het natuurnetwerk liggen? Gronden in eigendom van de provincie, die buiten het natuurnetwerk liggen en waarvan het duidelijk is dat ze niet geruild kunnen worden naar het natuurnetwerk worden door de provincie op termijn te koop aangeboden. 6. Wie wordt eigenaar van de nieuwe natuurgebieden? Hiervoor geldt het nieuwe beleid van de provincie. De provincie zal de gronden binnen het natuurnetwerk te koop aanbieden, met de voorwaarde dat ze als natuur beheerd worden. Daarop kunnen partijen inschrijven. Dat kunnen natuurorganisaties zoals Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten zijn en ook landbouwers en particulieren. 7. Wat zijn de mogelijkheden voor kavelruil? Los van de procedure tot begrenzing van het natuurnetwerk is de Provincie bereid om mee te werken aan kavelruilen. Dat gebeurt op basis van marktconforme waarden en heeft structuurverbetering voor de landbouwbedrijven als doel. Heeft u ideeën voor een kavelruil neemt u dan contact met de provincie of Bureau Beheer Landbouwgronden (BBL). Inrichtingsschets 8. Welke partijen zijn betrokken bij deze plannen? Provincie Groningen, Waterschap Hunze en Aa s, Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, gemeente Hoogezand, gemeente Slochteren en Dienst Landelijk Gebied. 9. Voor welke dieren wordt de zone aangelegd? De zone wordt met name voor de otter en de bever aangelegd. Verder profiteren ook kleinere dieren, zoals noordse woelmuis en ringslang van de verbinding. De keuze voor otter en bever brengt met zich mee dat de waterloop voldoende diep moet zijn, zodat ook in de winter vis beschikbaar blijft voor de otter. Daarnaast stellen deze soorten ook eisen aan de breedte van de waterloop. 10. Welke werkzaamheden worden er uitgevoerd? Er wordt een doorgaande waterloop gerealiseerd. Vanwege de eisen die gesteld worden aan de zone, diepte en breedte van de waterloop, moet er veel grond ontgraven worden. Deze wordt deels verwerkt in de grondwal langs de A7. Er wordt een faunapassage onder de provinciale weg langs het Winschoterdiep aangelegd, zodat er uitwisseling van bever en otter kan plaatsvinden tussen het Zuidlaardermeergebied en Midden-Groningen. Ook onder de Borgweg, de Oudeweg en de Hoofdweg worden faunapassages aangelegd. Er worden duikers onder de wegen aangelegd waarbij er o.a. een looprichel is waarlangs de dieren de duiker kunnen passeren. Ook wordt er aandacht besteed aan de omgeving van de
duiker om te voorkomen dat dieren over de weg heen gaan en het risico groot is, dat ze dood gereden worden. Plaatselijk wordt een wandelroute aangepast en er is een uitkijkpunt gepland bij de Borgmeren. 11. Blijft er grond over en wie kan daarvan gebruik maken? Er blijft grond over zoals het er nu uitziet. Plannen moeten nog verder uitgewerkt worden. We moeten onder andere nog bepalen of er al dan niet percelen opgehoogd moeten worden om effecten van peilveranderingen op te vangen. Een mogelijkheid is dat grond in de omgeving gebruikt kan worden. 12. Hoe wordt het gewaarborgd dat de drooglegging rond woningen/erven/percelen gelijk blijft? Op basis van de uitkomsten van het onderzoek naar de effecten van waterpeilveranderingen bekijken we of er compenserende maatregelen nodig zijn en welke maatregelen dit zijn. Daardoor wordt overlast voorkomen. Het waterschap volgt dit onderzoek nauwlettend en toetst de uitkomsten. Dit onderzoek wordt betrokken bij het peilbesluit van het waterschap. 13. Met hoeveel centimeter worden de waterpeilen verhoogd? Geeft dit ook overlast voor mijn woning/erf/perceel? De grenssloten langs de percelen blijven hetzelfde landbouwpeil als nu houden. De verhoging vindt alleen plaats binnen de zone. In het landbouwgebied is sprake van een zomer- en een winterpeil, in het natuurgebied is er sprake van één peil. Het verschil tussen het zomerpeil en het peil in de zone varieert van 15 40 cm. Het verschil tussen het winterpeil en het peil in de zone varieert van 40 75 cm. We laten uitzoeken wat de effecten zijn op de omgeving van de verhoging van de waterpeilen binnen de zone. 14. Wat betekenen deze plannen voor de afwatering van het landbouwgebied? De afwatering van het landbouwgebied wordt gehandhaafd. 15. Wat zijn de gevolgen van veranderingen in het waterpeil aan de noordkant van de Hoofdweg en hoe worden de bewoners geïnformeerd? Er wordt onderzoek gedaan naar de effecten van peilwijzigingen op de directe omgeving van de verbindingszone. De effecten worden grotendeels binnen de verbindingszone opgevangen. Zijn er effecten buiten de zone, dan wordt bekeken op welke manier die effecten voorkomen kunnen worden door zogenaamde compenserende maatregelen. Daarbij wordt onder andere gedacht aan het ophogen van de aangrenzende percelen. Met de aangrenzende eigenaren (landbouwers en particulieren) bespreken we de uitkomsten van het onderzoek en eventuele compenserende maatregelen. 16. Hoe wordt de ontwatering aan de omgeving van de Woortmansdijk geregeld? De terreinen achter de huizen zijn nu al erg nat. De hoofdwaterloop tussen de Woortmansdijk en het natuurgebied wordt gehandhaafd. Dat geldt ook voor het waterpeil. De situatie mag voor de bewoners aan de Woortmansdijk niet slechter worden. Daarvoor wordt ook onderzoek gedaan naar de effecten van peilwijzigingen in de omgeving. Als het waterpeil in het gebied ten zuiden van het natuurgebied wijzigt, dan moet er een stuw geplaatst worden, zodat het peil in de waterloop tussen de Woortmansdijk en het natuurgebied gelijk kan blijven. 17. Is het noodzakelijk dat er een moerasvegetatie komt in het gebied tussen de Woortmansdijk en het natuurgebied Westerbroek? Dat wordt veranderd. In het gebied tussen de Woortmansdijk en het huidige natuurgebied komt geen moeras, maar grasland. 18. Komt er afrastering bij de duikers? Hoe ziet die er uit? Hoe is het onderhoud geregeld? De inrichting ter plaatse van de duikers moet nog uitgewerkt worden, maar uit onderzoek blijkt dat afrastering essentieel is om te voorkomen dat dieren over de weg oversteken en daardoor de kans lopen overreden te worden. Type afrastering moet nog bepaald worden. Op dit
moment is nog niet bekend wie de eigenaar van de verbindingszone wordt. Zie ook de vraag bij grondzaken. 19. Is er wel genoeg ruimte voor de verbindingszone bij de passage bij de Oudeweg? Er staat daar nog een woning. Het perceel aan de noordkant van de Oudeweg is ongeveer 45 m breed. Dat is niet ideaal, maar het is wel mogelijk om daar de verbinding te realiseren. 20. Waarom is het peil van de Borgmeren en Scharmerplas niet gelijk? De Scharmerplas staat in rechtstreekse verbinding met het gemaal Woudbloem. Voor de aanleg van deze plas liep daar al een hoofdwatergang van het waterschap. In de kadastrale ondergrond is dat nog steeds het geval; er loopt een strook eigendom van het waterschap door de plas. Omdat de plas rechtstreeks met het gemaal is verbonden heerst in de plas ook het zomer- en winterpeil zoals dat voor het landbouwgebied geldt. Uit de metingen vanaf 2012 blijkt dat het peil in de plas varieert tussen NAP -3,10 en Nap -3,40 m. De waterstand fluctueert in de plas minder dan bij het gemaal. Dat komt door de duikers tussen de plas en het gemaal. Op de plas loost ook de plas ten westen van de Herenlaan, de voormalige zandwinning van Begeman. In deze plas wordt een constant peil gehanteerd van NAP -3,00 m. Dat wordt geregeld met een stuw voor de duiker onder de Herenlaan. Daarom zal de waterstand in de Scharmerplas dan ook altijd lager of gelijk moeten zijn aan NAP -3,00 m. Verder loost op de Scharmerplas ook het landbouwgebied ten zuiden van de rijksweg A7. Voor het waterschap is het nooit een optie geweest om voor de Scharmerplas een stuw te bouwen om een vast peil te realiseren. De peilverschillen zijn relatief gering en het waterschap ziet geen meerwaarde in een vast peil gedurende het hele jaar. Weliswaar kan door golfwerking, veroorzaakt door sterke westenwind, aan de oostzijde van de plas oeverafslag plaatsvinden, maar dat zal bij een constant peil niet anders zijn. Hier zal altijd een goede oeververdediging noodzakelijk zijn. 21. Wat gebeurt er met de golfbaan op het recreatiepark en zijn er plannen voor uitbreiding van het park? De ecologische verbindingszone is deels gepland over eigendom van het bungalowpark. Dan zijn er verschillende mogelijkheden: aankoop van de grond, ruiling van gronden en dat de grond in eigendom blijft van het park en als natuur beheerd wordt. Over deze opties wordt gesproken met het recreatiepark. In het Provinciaal Inpassingsplan wordt op dit moment geen rekening gehouden met de bouw van recreatiewoningen. 22. Komen er maaipaden aan de zijde van de verbindingszone? Tussen het natuurnetwerk en het landbouwgebied liggen schouwsloten. Het waterpeil blijft in de schouwsloten op hetzelfde peil. De eigenaren zijn dan verplicht hun zijde van de sloot te onderhouden. 23. Hoe wordt overlast van dieren en planten in de omgeving voorkomen? Overlast voorkomen hangt samen met het beheer van de terreinen. Omdat nog niet bekend is wie de toekomstige eigenaar is, is het lastig om hier concreet iets over te zeggen. In algemene zin kunnen we stellen dat het uitgangspunt is om hinder te voorkomen. Er is bijvoorbeeld binnen de provincie Groningen een convenant gesloten over Jacobs Kruiskruid. Dat is ook hier van kracht. Natuurbeheerders, landbouwers en particulieren zullen daar samen uit moeten komen. Recreatie 24. Waarom is er een wandelpad gepland aan de noordzijde van de A7? De verbindingszone is er voor de dieren. Op dit moment is er een wandelpad langs het recreatiepark en aan de zuidzijde van de Scharmerplas. Dit pad wordt door de omgeving erg gewaardeerd. Daarom is het opnieuw opgenomen in het plan. De vraag is wel hoe het pad gescheiden kan worden van de verbindingszone omdat bevers veel last hebben van loslopende honden. Dit wordt nog nader uitgewerkt.
25. Hoe wordt voorkomen dat de heuvel een crossheuvel wordt? Bij de uitwerking van het plan zal gekeken worden of de heuvel zo ingericht kan worden, dat het geen crossheuvel wordt. 26. Wat gebeurt er met de de Hesselinkslaan? We waren op zoek naar een mooie fietsroute vanuit het gebied van Slochteren/Meerstad naar het Zuidlaardermeer. Vanuit de gemeente Hoogezand-Sappemeer, Natuurmonumenten en bewoners uit de directe omgeving is er voorkeur om de Hesselinkslaan te laten zoals die nu is. Vanuit de gemeente Slochteren is er wel een wens om de Hesselinkslaan op te knappen. Hierover vindt nog overleg plaats. 27. Wat gebeurt er met het recreatiegebied tussen de A7 en de Scharmerplas? Het wordt toch niet verschoven naar de Herenlaan? In het plan komt de verbindingszone tussen de A7 en de Scharmerplas. Er wordt gekeken naar een andere locatie voor het strandje. Grondwal langs de A7 28. Kan de grondwal over een langere lengte aangelegd worden? Bij de nadere uitwerking kijken we goed naar de plaats waar de grondwal komt te liggen in relatie met de omgeving. Dat geldt voor beide zijden van de grondwal. 29. Kan er een grondwal aan de kant van Westerbroek aangelegd worden? Dit moet nader bekeken worden. Belangrijk punt daarbij is wel dat op termijn de faunapassage onder de A7 gerealiseerd kan worden en dat dan de verbindingszone aan beide zijden van de A7 goed ingericht wordt. 30. Als de grondwal aangelegd wordt, krijgen we dan meer last van geluid? Er is nu veel geluid vanwege weerkaatsing van geluid van het viaduct over de A7 (tussen de Hoofdweg en de Valckelaan). Is het mogelijk om de wal door te trekken naar het viaduct? Dat laatste hangt af van het eigendom van de gronden, de benodigde oppervlakte, afstand tot de weg, aanwezige beplanting, de kosten e.d. In het kader van het Provinciaal Inpassingsplan zal er zo nodig onderzoek naar geluid worden gedaan. Faunapassage Winschoterdiep 31. Hoe zit het met de stalen damwand langs het Winschoterdiep? Is de dijk erachter wel sterk genoeg? Het waterschap Hunze en Aa s stelt strenge eisen aan de kade vanwege de veiligheid van het achterliggende gebied. Er zijn eisen voor de afmetingen van de nieuwe kade en voor de grondsoorten waaruit die kade wordt opgebouwd. De faunapassage (duiker) moet bijvoorbeeld afgesloten kunnen worden wanneer er iets met de nieuwe kade zou gebeuren. Als de plannen gereed zijn, vraagt de provincie bij het waterschap een watervergunning aan. Bij wie kunt u terecht met overige vragen? Vragen over de begrenzing en het provinciaal inpassingsplan: Arja Doornbos, a.j.doornbos@provinciegroningen.nl Vragen over de inrichtingsschets: Alex Schuiling, a.j.schuiling@dlg.nl en Karin de Ruijter, c.m.de.ruijter@dlg.nl Vragen over grondzaken: Anne Boonstra, a.h.boonstra@dlg.nl en Henk de Jong Posthumus, h.w.g.de.jong.posthumus@dlg.nl Vragen over faunapassage Winschoterdiep: Bert Katerborg, a.j.katerborg@provinciegroningen.nl