BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja Opdrachtgever: Jan van der Laan. Direct betrokkenen

Transcriptie

1 Onderwerp: Peilbesluit Meerstad Nummer: Bestuursstukken\1306 Agendapunt: 5 DB: Ja Workflow Opsteller: Ronald Leeraar, Veiligheid en Voldoende Water BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja Opdrachtgever: Jan van der Laan Portefeuillehouder: Harrie Prins AB: Ja Ondersteuning van de afdeling: Technisch; Willem Kastelijn Juridisch Financieel Staf Communicatie Externe betrokkenen: Grondeigenaren en grondgebruikers Reden: Direct betrokkenen Samenvatting: Het gebied van peilbesluit Meerstad, deelplan 1, maakt onderdeel uit van het watersysteem Duurswold. Globaal ligt het plangebied tussen de stad Groningen en Harkstede in. Aan de noordzijde wordt het gebied begrenst door het Slochterdiep, aan de oostkant door het recreatiegebied Grunostrand en de roeibaan. Aan de zuidkant van het gebied ligt de hoofdweg en aan de noordwestzijde ligt het Eemskanaal. Om tot het optimale meerpeil te komen zijn verschillende peilen onderzocht. Er is gestreefd naar een compromis tussen ecologie, hydrologie, grondbalans en beleving van het gebied. Ter plaatse van het meer wordt voorgesteld het peil zomers met circa 0,75 meter te verhogen, in de winter met 1,25 meter. In de kwelzone wordt een vast peil voorgesteld wat nagenoeg gelijk is aan het huidige zomerpeil. In de winter wordt een verhoging voorgesteld van 0,55 meter. Bewoners geven echter aan dat door de infrastructuur van de watergangen deze peilen reeds gehaald worden in de huidige situatie. Bij de inrichting van het gebied zal tevens rekening worden gehouden met het feit dat hier bij hoogwatersituaties water geborgen kan worden, de hoogte van de kaden wordt hierop afgestemd. In het voorjaar zal het meerpeil van NAP -2,30 meter gehanteerd worden, waardoor er 0,5 meter water geborgen kan worden. Gedurende de periode van ter inzage legging, is er één zienswijze ingediend. Deze zienswijze heeft niet geleid tot aanpassing van het peilbesluit. De zienswijze en de beantwoording hiervan zijn weergegeven in bijlage 2. 1

2 Duurzaamheidsparagraaf: Nee AB Voorstel: Het peilbesluit Meerstad, deelplan 1 vaststellen. Bijlagen: Ja Peilbesluit Meerstad deelplan 1; Kaart huidige en gewenste streefpeilen; Kaart streefpeilen eindsituatie; Reactienota peilbesluit Meerstad. Ter inzage (bestuursnet): Ja Onderwerp(en): Toelichting peilbesluit Meerstad deelplan 1. Besluit/opmerkingen bestuur: Paraaf secretaris-directeur: 2

3 Inleiding In een peilbesluit worden, na een inspraakprocedure, de na te streven oppervlaktewaterpeilen vastgelegd. Een peilbesluit biedt belanghebbenden duidelijkheid en rechtszekerheid. Het streven van het waterschap Hunze en Aa s is om voor het gehele beheergebied peilbesluiten op te stellen. Voorgeschiedenis/eerdere besluitvorming/beheerplan Het beleid van het Waterschap Hunze en Aa s is vastgelegd in het Beheerplan In het beheerplan staat aangegeven dat voor alle peilgebieden een peilbesluit wordt vastgesteld waarbij, op basis van de toegekende functies en de kaders die door de provincie zijn vastgesteld, de gewenste peilen worden vastgelegd. In het omgevingsplan van Groningen is aangegeven dat in dit gebied noodberging gerealiseerd kan worden en dat hier gebiedsontwikkeling plaats zal vinden in het kader van Meerstad. In het kader van project Meerstad zijn meerdere bestemmingsplannen reeds aangepast, deze worden in de toelichting op het peilbesluit genoemd. Huidige situatie/analyse van het probleem Het gebied van peilbesluit Meerstad, deelplan 1, maakt onderdeel uit van het watersysteem Duurswold en heeft een oppervlakte van 366 ha. Globaal ligt het plangebied tussen de stad Groningen en Harkstede in. Aan de noordzijde wordt het gebied begrenst door het Slochterdiep, aan de oostkant door het recreatiegebied Grunostrand en de roeibaan. Aan de zuidkant van het gebied ligt de hoofdweg en aan de noordwestzijde ligt het Eemskanaal. Op dit moment wordt het gebied op peil gehouden door een onder vrij verval afwaterende stuw en gemaal De Borg. In de nieuwe situatie zal een groot deel van het gebied onderdeel van het meer uitmaken. Aan de zuidwestkant zal nabij de bestaande bebouwing een kwelsloot aangelegd worden met een vast peil. Om tot het optimale meerpeil te komen zijn verschillende peilen onderzocht. Er is gestreefd naar een compromis tussen ecologie, hydrologie, grondbalans en beleving van het gebied. Een te hoog meerpeil betekent meer kwel in de omgeving en waterverlies van het meer. Bij een te laag meerpeil moet veel meer grond worden ontgraven wat een aanzienlijke kostenverhoging oplevert. Bij de inrichting van het gebied zal tevens rekening worden gehouden met het feit dat hier bij hoogwatersituaties water geborgen kan worden. Er kan in deze situatie 0,5 meter water geborgen worden, de hoogte van de kaden wordt hierop afgestemd. Vanwege de huidige economische situatie en de verkoop van percelen in Meerstad, worden de plannen in het gebied gefaseerd uitgevoerd. Voor het peilbesluit betekent dit dat er niet overal aangegeven kan worden wanneer de ingangsdatum van het nieuwe streefpeil is. Er is daarom in het peilbesluit opgenomen dat het peil ingesteld kan worden wanneer de inrichting van dat gebied is. In 2004 zijn in en rond het plangebied Meerstad peilbuizen geplaatst om de grondwaterstanden te monitoren. De resultaten van deze monitoring zijn in eerste instantie gebruikt om hydrologische 3

4 modellen te ijken. Na de realisatie van het meer kunnen deze peilbuizen aantonen of er mogelijk wateroverlast ontstaat en dat er aanvullende maatregelen nodig zijn om dit te beperken. Wettelijke kader/juridische procedure/inspraak Peilbesluiten die worden opgesteld voor deze gebieden dienen voor advies aan Gedeputeerde Staten te worden gezonden alvorens deze ter inzage gelegd en vastgesteld kunnen worden: Van peilbesluit Meerstad deelplan 1 vallen alle peilgebieden onder deze verplichting. Het ontwerp peilbesluit is ter advisering voorgelegd aan Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen. Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen heeft aangeven dat de afwegingen transparant en zorgvuldig zijn genomen en geen aanleiding geven tot het maken van opmerkingen. Na advisering van Gedeputeerde Staten is de formele inspraakprocedure volgens afdeling 3.4 van de Algemene Wet Bestuursrecht gevolgd. Er is gepubliceerd wanneer en waar het ontwerp ter inzage ligt. Het ontwerp peilbesluit heeft gedurende een periode van zes weken ter inzage gelegen (16 november 2012 tot en met 4 januari 2013). Gedurende deze periode is er één zienswijze ingediend. Dit heeft echt niet geleid tot aanpassing van het peilbesluit. De zienswijze en de beantwoording hiervan is weergegeven in bijlage 2. Communicatie In de periode voordat het ontwerp peilbesluit ter inzage lag, is voor dit peilbesluit een voorlichtingsavond gegeven. Belanghebbenden zijn op deze avond geïnformeerd over de peilen en voorgestelde peilveranderingen. De voorgestelde peilen zijn tijdens deze avond goed ontvangen, men was wel geïnteresseerd in de gevolgen voor de grondwaterstanden en wat er gedaan kan worden om mogelijke overlast in de toekomst te voorkomen. Voorstel Het Peilbesluit deelplan 1 vaststellen. namens het dagelijks bestuur, Harm Küpers secretaris-directeur Alfred van Hall dijkgraaf 4

5 Bijlage 1 peilbesluit Meerstad deelplan 1 Het algemeen bestuur van het waterschap Hunze en Aa s overwegende dat: 1. Het gebied Meerstad deelplan 1 ontwikkelingsgebied ten behoeve van Meerstad is. 2. Het gebied Meerstad deelplan 1 als noodbergingsgebied aangewezen is. 3. De zomer- en winterpeilen waar mogelijk afgestemd wordt op de toegekende functies. 4. Het gebied Meerstad deelplan 1 totaal een oppervlakte van 366 hectare heeft. 5. Het gebied Meerstad deelplan 1 uiteindelijk bestaat uit 3 peilgebieden (zie kaart 7 van de toelichting op dit peilbesluit). 6. Dit diverse wijzigingen van de peilen tot gevolg heeft. 7. De wijzingen van de peilen zijn onder voorbehoud dat de gebieden daadwerkelijk zijn ingericht 8. De ingangsdatum afhankelijk is van de inrichting van de peilgebieden Gelezen: - De Toelichting bij het peilbesluit Meerstad deelplan 1, die onderdeel uitmaakt van dit peilbesluit. Gelet op: - De artikelen 56 en 77 van de Waterschapswet (met betrekking tot de bevoegdheid tot regeling en bestuur van de taken die het waterschap zijn opgedragen). - Afdeling 3.4. van de Algemene wet bestuursrecht (met betrekking tot de te volgen inspraakprocedure). - Artikel 3.23 van de Omgevingsverordening van de provincie Groningen 2009 (met betrekking tot het inwinnen van advies en toezending peilbesluiten aan Gedeputeerde Staten). Overwegende dat: Het ontwerp van het peilbesluit na voorafgaande bekendmaking volgens de daarvoor geldende voorschriften gedurende een termijn van 6 weken van 16 november 2012 tot en met 4 januari 2013 op de daartoe door de Inspraakverordening Hunze en Aa s aangegeven wijze voor belanghebbenden ter inzage lag. 5

6 Besluit: Vast te stellen het peilbesluit Meerstad deelplan 1 ingaande op de aangegeven tijdstippen: Peilgebied Overgangspeil Ingangsdatum Winterpeil ** Minimum peil Maximum peil Ingangsdatum (m tov NAP) (m tov NAP) (m tov NAP) (m tov NAP) Meerstad 1* -2, ,30-2,50-2, Meerstad 2* -2, ,30-2,50-2, Meerstad 3* ,30-2,50-2,20 Meerstad 4* ,30-2,50-2,20 Meerstad 5* ,30-2,50-2, Meerstad 6* ,30-2,50-2, Meerstad 7* -3,00-2,30-2,50-2,20 Meerstad 8* ,30-2,50-2,20 * Peilgebieden Meerstad worden uiteindelijk samengevoegd tot één peilgebied ** 1 oktober tot 1 maart Peilgebied Winterpeil (m tov NAP) Zomerpeil (m tov NAP) Ingangsdatum Kwelzone-west 1* -3,00-3, Kwelzone-west 2* -3,00-3, Kwelzone-west 3* -3,00-3,00 Klein Harkstede -1,60-1,60 * Peilgebieden Kwelzone-west worden uiteindelijk samengevoegd tot één peilgebied Veendam, 13 maart 2013 Het algemeen bestuur van het waterschap Hunze en Aa s, Harm Küpers, secretaris-directeur Alfred van Hall, dijkgraaf 6

7 Bijlage 2 Reactienota peilbesluit Meerstad Het ontwerp peilbesluit Meerstad deelplan 1 heeft ter inzage gelegen van 16 november 2012 tot en met 04 januari Er is één zienswijze binnengekomen. De zienswijze is kort samengevat en beantwoord. Naam: Dhr. Kuipers Briefnummer: Brief: Samenvatting zienswijze: 1) Dhr. Kuipers wil graag weten hoe wij om denken te gaan met de waterpeilen in de sloten ten zuiden van zijn huis, aangezien deze een afwijkend peil hebben. Ook wil hij graag weten wat er met de inlaat aan de Borgsloot gebeurd. 2) Daarnaast wil de heer Kuipers duidelijkheid over wie aanspreekpunt is bij eventuele schade. Hierbij vraagt de heer Kuipers ook waar peilbuizen in zijn omgeving zijn geplaatst en of deze reeds bijzondere resultaten laat zien. 3) Verder wil de heer Kuipers graag weten hoe het zit met de ontkoppeling van IBA-systemen en wie hiervoor het initiatief neemt. Beantwoording zienswijze: 1) In verband met de plannen voor Meerstad is door middel van veldmetingen de bestaande situatie in kaart gebracht. Hieruit blijkt dat bij veel woningen in het betreffende gebied individuele maatregelen zijn genomen ten aanzien van het waterbeheer. Deze individuele maatregelen zijn erop gericht om het water in de watergangen rondom de kavels en woningen vast te houden op een hoger peil dan het huidige beheerpeil. De gegevens verkregen uit de veldmetingen nabij perceel Hoofdweg nr. 193 komen overeen met de opmerking van dhr. Kuipers. Het kavel watert af via de bermsloot van de Hoofdweg in zuidelijke richting. Circa 175 meter ten oosten van de woning staat een stuw welke het peil beheert in deze watergang. Via een watervergunning is deze stuw geplaatst en deze vergunning blijft gewoon van kracht. Het water aan de bovenstroomse zijde stond op een peil van NAP -2,10 meter. De bodemhoogte van de watergang richting het perceel nr. 193 ligt tussen de NAP -2,20 meter en -2,30 meter. Ook de afspraken rond de inlaat vanuit de Borgsloot blijven van kracht. Het uitgangspunt van het nieuwe afwateringssysteem is dat niet alleen deze, maar ook de andere individuele peilbeheersmaatregelen in stand gehouden worden. Hierdoor worden peilwisselingen als gevolg van de aanleg van het meer en de kwelsloot ter plaatse van de kavels en woningen voorkomen. 2) Het uitgangspunt voor Meerstad is dat er geen schade ontstaat door aanpassing van de peilen. Indien in de toekomst blijkt dat er toch schade optreedt als gevolg van de plannen, dan is het waterschap het bevoegd gezag en aanspreekpunt en zal indien nodig met andere partijen (Meerstad) om tafel gaan. De bewijslast ligt in dit geval bij de eigenaar van de woning. In verband met de voorgenomen plannen zijn circa 100 peilbuizen geplaatst welke gemonitord worden door middel van divers in de peilbuizen. Deze divers leggen enkele keren per dag de grondwaterstand vast in een geheugen, welke regelmatig uitgelezen wordt. De resultaten van deze 7

8 monitoring worden jaarlijks vastgelegd in een rapportage. De rapportages zijn openbaar en in te zien op het projectbureau Meerstad. De locaties van de peilbuizen zijn in onderstaand kaartje weergegeven. Dit kaartje maakt deel uit van de jaarlijkse rapportages. De dichtstbijzijnde peilbuizen in het peilgebied van de woning zijn peilbuizen 6 en 7. Peilbuis 6 is als gevolg van de werkzaamheden herplaatst op 3 september 2010 en laat sindsdien iets gewijzigde waarden noteren als gevolg van de nabijheid van de nieuwe kwelsloot. Uit de laatste opname is gebleken dat peilbuis 6 vanaf medio augustus 2011 fluctuaties laat zien die eerst niet werden waargenomen. Het is nog niet duidelijk of dit een gevolg is van daadwerkelijk wisselende grondwaterstanden of een storing van de diver in de peilbuis. Dit zal in de komende uitleesronde worden onderzocht. Peilbuis 7 laat vanaf het begin van de monitoring in 2004 fluctuaties zien als gevolg van de seizoens- en weersinvloeden, maar geeft geen afwijkingen weer. Helaas is deze peilbuis gedurende de werkzaamheden verloren gegaan, deze peilbuis zal worden herplaatst. Als gevolg van de veranderde plannen ten opzichte van 2004/2005 zal in de directe omgeving van de komende werkzaamheden het peilbuisnetwerk worden uitgebreid met een aantal extra peilbuizen. Tevens zullen de peilbuizen welke beschadigd zijn als gevolg van werkzaamheden of andere oorzaken hersteld worden. 3) De afvoer van het afvalwater uit de septictanks zal worden aangepast om de waterkwaliteit in het gebied te verbeteren. Op dit moment wordt gewerkt aan een voorstel waarmee de situatie verbeterd wordt. Bureau Meerstad neemt, in overleg met Waterschap Hunze en Aa s en de gemeente Slochteren, het initiatief om met een uitgewerkt voorstel in overleg te gaan met de bewoners. 8