Zakboek Varkens. Belangrijke Informatie voor de varkenshouderij. Feiten Data Cijfers



Vergelijkbare documenten
Melkproductieproblemen bij zeugen; achtergronden en oplossingen vanuit de farmaceutische industrie.

FACTSHEET VOEDING DRAGENDE ZEUGEN

de voedingskundige samenstelling + onderbouwing

Zakboek varkens. Feiten Data Cijfers

{ nieuwsbrief. voor ondernemende varkenshouders

voeradvies voor efficiënte vleesvarkensproductie voeradvies tn50juni

NORMEN EN ECONOMISCHE WAARDERINGEN VOOR: DE RENTABILITEITSINDEX 2011 en HET PRODUCTIEGETAL 2012 ZEUGENHOUDERIJ

PRRS in vraag? en antwoord!

Kengetallen: Welke zijn bepalend voor de evaluatie van de bedrijfsvoering? Isabelle Degezelle 27 nov 2015

VOERADVIES VOOR EFFICIËNTE VLEESVARKENSPRODUCTIE VOER- ADVIES TN50. April

Voederwaarde-onderzoek Gras ingekuild Kuilkenner Excellent kuil 1

Uw sleutel tot effectieve zeugenvaccinatie en bestrijding van PRRS

Onzichtbare PIA doet pijn (in de portemonnee)

Kengetallen. Kengetallen in de zeugenstal. Verband economie en technische kengetallen? Hoe meer hoe beter? Productieoptimum? Less is more? Welke?

Belang van diergezondheid en bioveiligheid in de intensieve varkenshouderij Prof. dr. D. Maes

Tabel 1: Aanbevolen omgevingstemperatuur in de biggennest (Presentatie Fremaut, 2012)

Aanpak van griep bij het varken: een uitdaging? Dr. Tom Meyns MERIAL Belgium

Presentatie karkaskwaliteit Praktijknetwerk Karkaskwaliteit. Erna van Brenk & Gert Hemke

Bedrijfsvoering EVENWICHT ZOEKEN. Kengetallen: Welke zijn bepalend voor de evaluatie van de bedrijfsvoering?

De nieren bij kat en hond

Van harte welkom op studieavond vleesvarkenshouderij.

BVD, het aanpakken waard! Monique Driesse en Ruben Tolboom Januari 2015

Ziekteverwekkende micro-organismen dringen via lichaamsopeningen het lichaam binnen:

gezond zijn, gezond blijven met vitamines en mineralen

Is de diagnostiek van GRIEP eenvoudig? Pieter den Hartog, dierenarts Technical services manager production animals

SKIN CARE DIET VOOR DE HOND

DE BASIS VOOR EEN GEZONDE BIGGENOPFOK

Gastro-Intestinal Diet

CALM DIET VOOR DE KAT

De lever bij kat en hond

Samen ruiken aan het succes van complete APP bescherming

Juni Jaargang 1. Josine, Rubén en Eva s. Tips&Tricks #2. Een nieuwe kijk op bleke biggen!

CHECKLIST WELZIJN VARKENS

Proefverslag 350 VERLAGING VAN HET RUW EIWITGEHALTE IN VOEDER VOOR LACTERENDE ZEUGEN. Inleiding. Proefopzet Proefdieren. Proefbehandelingen lactatie

Zwavel als oorzaak van problemen? dr. Guillaume Counotte

Voeding. Voeding = eten

GEZONDHEIDSKUNDE-AFP LES 4. Gezonde voeding

RENAL DIET VOOR DE HOND

Sanitaire risico s en aandachtspunten voor biggengezondheid.

Vleesvarkens. Algemeen Technische resultaten

Uw partner in preventie. 02 zomer Nieuwsbrief

Module Voeren naar behoefte varkens

Effect van voer tijdens de biggenopfok op mesterijresultaten

Breedmax : Een zeer volledig voedingssupplement met duidelijk wetenschappelijke achtergrond

Huisvesting en klimaat: wat kan ik morgen doen?

Porcilis ColiClos. Samen de juiste E. coli / Clostridium vaccinatiestrategie bepalen

VACCINS ZIJN GEEN KOSTEN, MAAR INVESTERINGEN EXTRA OPBRENGST DOOR AANPAK MYCOPLASMA HET IDEALE VACCINATIEMOMENT

Monstername: Diagnostiek en Casuïstiek van mycotoxinen: Diagnostiek en Casuïstiek van mycotoxinen: Monstername bij praktijk-onderzoek

Resultaten & Voedings Supplement. vleeskuiken. cobb-vantress.com

Belang van goed water

Gezonde biggen voor gezond vlees. Coppens Symposium Januari 2012

Voeren als basis voor gezonde varkens

Nieuwe elementen in voeding van zeug en foetus. ir. Lieven De Weder

Uw sleutel tot effectieve vaccinatie en bestrijding van PRRS

Gastro-Intestinal Low Fat Diet

FIBRE RESPONSE DIET. Droogvoeding Verpakking van 2kg, 7,5kg en 14kg

Najaarsexcursie LSN - Dennis Klein Koerkamp Donderdag 29 november Vleesveeteam ForFarmers

PIC FLANK-TO-FLANK TAPE

gezond zwanger met vitamines en mineralen

Nieraandoeningen bij kat en hond

Het neusje van de zalm in PRRS bescherming op uw varkensbedrijf.

Leveraandoeningen bij de hond

Effect van vaccinatie op samenstelling van biest en immuniteit

Royal Canin (early) cardiac diet

HEPATIC DIET VOOR DE KAT

Scharrelvarken Producert ( * ) (deelnemer dient gecertificeerd te zijn voor IKB NV )

Optimale biggen voeding Hoe verteerd een big en hoe kan ik hem daarbij helpen?

VLEESKUIKEN STANDAARDEN EN STREEFRESULTATEN ROSS308

We gaan vooruit! Voeding en bigkwaliteit. Kennissessie biggenopfok maandag 7 december Albert Timmerman

Vertaalde positieve lijst diergeneesmiddelen (versie ) voor PVV/IKB varkensbedrijven, uitgegeven door Dierenkliniek De Kempen.

Urinary S/O Moderate Calorie Diet

Juist voeren: basis voor succesvolle biggenproductie

TECHNISCHE KENGETALLEN IN DE ZEUGENHOUDERIJ

vitamines & mineralen onmisbaar voor een goede gezondheid

Invloed van ileïtis (PIA) vaccinatie op het antibacterieel gebruik bij biggen en vleesvarkens

Voeding schapen algemeen. Voeding en vertering. Vertering schaap schematisch

Diabetic. Waarschuwing Het Diabetic dieet is niet geschikt voor pups, teven tijdens dracht en lactatie en honden met een verhoogde energie-behoefte.

Maatschap Teunissen. Zeugen- en vleesvarkenshouderij te Zevenaar en Wehl. Even voorstellen

Afleiding van de normen voor mineralen en spoorelementen voor paarden en pony s. Dr. A.M. van den Top Adviesbureau VOER-RAAD

2 Paard en voeropname Gebit en speeksel Maag en darmorganen Afsluiting 20

Voeding van zeugen voor vitale biggen mogelijkheden en beperkingen

BIJSLUITER Ingelvac PRRS KV emulsie voor injectie voor varkens (zeugen en gelten)

S C H I J F V A N V I J F

Agenda. Aantal geboren biggen neemt toe terwijl aantal arbeidsuren per zeugenplaats af neemt

De totale PRRS aanpak van Boehringer Ingelheim. Nieuwe PRRS vaccins op maat voor zeugen en biggen MEER INFORMATIE:

Preventie 2.0. Voer voor gezonde darmen. Hoe voorkomt u dat infecties binnenkomen op uw bedrijf en omslaan in ziektes?

De vergrotingseffecten van een prestarter

SFR VOEDING VAN OPFOKZEUGEN. 1. Inleiding

Wat wordt er nou anders?

van baby naar peuter met vitamines en mineralen

5.1 Biggen. 5.2 Opfokzeugen Voerschema en geadviseerde voeders

ORAL BAR VOOR DE HOND

is e r n ie t! Bewust Beter Betaalbaar

In deze circulaire zal aandacht worden besteed aan maatregelen om deze ongewenste situaties te voorkomen of te beperken.

Gezond voeren van het (Friese) paard

Wijzigingen. Betere sturing met. Vernieuwde kengetallen varkenshouderij. Uniformeringsafspraken Secretaris projectgroep.

BVD, het aanpakken waard! Ruben Tolboom Intervisie 2014

Vaccineren van honden Voorkomen is beter dan genezen!

Voederwaardeonderzoek Grasbalen (afgesloten) Voeding compleet Balen 73 x. Uw klantnummer: Eurofins Agro Postbus 170 NL AD Wageningen

BIG EN DAAROM VACCINEERT U... EERSTE WEEK ENTEN OF TOCH LATER? ANTIBIOTICAGEBRUIK GEDAALD IN

Transcriptie:

Zakboek Varkens Belangrijke Informatie voor de varkenshouderij Feiten Data Cijfers

Derde herziende druk, 2013 Uitgever: Boehringer Ingelheim b.v. Vetmedica Redactie: Nico Wertenbroek Elzo Kannekens Martijn Steenaert Martine Ordeman Naar: Élevage porcin en Typisch Schwein, uitgave Boehringer Ingelheim Cartoons: Eric Senmartin Disclaimer: Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend, druk en zetfouten voorbehouden. Raadpleeg altijd uw dierenarts in geval van vragen of twijfel.

INHOUDSOPGAVE Afkortingen...4 I. FYSIOLOGIE Groeicurve/temperatuur - Groeicurve...10 - Rectale temperatuur, ademhaling, pols...12 - Normale lichaamstemperatuur van zeugen in bepaald cyclusstadium...12 Bloedwaarden/immunologie - Plasmabestanddelen...14 - Bloedbeeld zeugen...15 - Het verloop van de immunoglobulines na de geboorte...16 - Verloop van de maternale antilichamen bij biggen...17 II. SPIJSVERTERING Maag-darmkanaal - Gebit...20 - Tandformule...20 - Maag-darmstelsel van het varken...21 - Darmpassage...21 - Borst- en buikorganen...22 - Mest en urine...23 Voeding - Samenstelling en energiewaardering van voer...26 - Energiebehoefte opfokzeugen...27 - Behoefte aan verteerbaar fosfor en calcium bij opfokzeugen...27 - Energiebehoefte dragende zeugen...28 - Energietoeslag guste en dragende zeugen voor de wintermaanden...28 - Energiebehoefte lacterende zeugen (200 kg)...29 - Aminozuurbehoefte dragende en lacterende zeugen...29 - Aminozuurbehoefte biggen en vleesvarkens...30

- Fosfor- en calciumbehoefte vleesvarkens...30 - Samenstelling van biest...31 - Samenstelling van zeugenmelk...31 - Energiebehoefte vleesvarkens 25-115 kg (hoge voeropnamecapaciteit)...32 - Energiebehoefte vleesvarkens 25-115 kg (lage voeropnamecapaciteit)...33 - Spoorelementenvoorziening...34 - Mineralenvoorziening...35 - Vitaminevoorziening...36 - Vitamine- en mineralenbehoefte...38 - Mycotoxinen...39 - Conditiescore (BCS)...40 - Waterbehoefte en debiet van drinknippels...42 - Normen drinkwaterkwaliteit...43 III. VOORTPLANTING - Geslachtsapparaat fokbeer...46 - Geslachtsapparaat fokzeug...48 - Hormonen betrokken bij de cyclus van de zeug...50 - Verloop geslachtshormonen in bloedplasma van een zeug...51 - Reproductie van de zeug...52 - Inseminatietijdstip...54 - Bevruchting en ontwikkeling van de eicel...55 - Data rondom het afbiggen...56 IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT - Omgevingstemperatuur...60 - Geluidsniveau...61 - Luchtkwaliteit...61 - Ventilatie (per dier)...62 - Licht...63

INHOUDSOPGAVE - Vloer...63 - Vloeroppervlakte...64 - Meerwekenritme en groepsgrootte...66 - Aantal groepen in meerwekensystemen op basis van 100 zeugen...67 - Ontwikkeling Nederlandse varkensstapel...68 - Voerprijzen in de varkenssector...69 - Marktprijzen in de varkenssector...70 - Kostenopdeling varkenshouderij 2012 (Kosten van biggenproductie)...71 - Kostenopdeling varkenshouderij 2012 (Kostenopdeling gesloten varkensbedrijf)... 72 - Kostenopdeling varkenshouderij 2012 (Kosten vleesvarkenshouderij)...73 - Kengetallenspiegel 2009...74 - Bedrijfsgrootte (aantal vleesvarkens) t/m voerwinst...76 - Kengetallenontwikkeling sinds 1990...78 - Antibioticumgebruik voor dieren in Nederland 1999-2012...80 - Benchmarkindicatoren voor het antibioticumgebruik in DDD/J...81 - Productiekosten van varkens in verschillende landen...81 - Zeugproductiviteit in verschillende landen...82 V. DIERGEZONDHEID - Symptomen Circo...86 - Symptomen Ileitis/PIA...87 - Symptomen Periparturient Hypogalactie Syndroom (PHS)...88 - Symptomen Mycoplasma...89 - Symptomen PRRS...90 - Infectieuze gezondheidsproblemen bij zeugen...91 - Luchtwegaandoeningen bij biggen en vleesvarkens...92 - Darmaandoeningen bij biggen en vleesvarkens...93 - PRRS of Influenza...94

- Diagnostiek...95 - Tien tips voor het vaccineren (van biggen)...96 - Infectieroutes...98 - Overlevingsduur van varkenspathogenen...99 - Economische waarderingen zeugen- en vleesvarkenshouderij...100 - Kosten van een lichte Ileitis/PIA-uitbraak...102 - Kosten van een zware Ileitis/PIA-uitbraak...103 - Kosten van een lichte Mycoplasma-uitbraak...104 - Kosten van een lichte Mycoplasma-uitbraak...105 - Kosten van een chronische Circovirus-infectie...106 - Kosten van een klinische Circovirus-infectie...107 - Schade door PHS-problemen (MMA)...108 - Kosten van PHS-problemen (MMA)...109 - Productinformatie Ingelvac CircoFLEX...110 - Productinformatie Ingelvac MycoFLEX...112 - Productinformatie Enterisol Ileitis...114 - Productinformatie Ingelvac PRRS MLV...117 - Productinformatie Ingelvac PRRS KV...119 - Productinformatie Novem 20 varken...121 - Productinformatie Voreen suspensie-im varken...123 - Productinformatie Buscopan compositum injectie IM...125 VI. LITERATUUROVERZICHT 128 VII. PRODUCTOVERZICHT 132 Nawoord...134

AFKORTINGEN AP = Alkalische Phosphatase APP = Actinobacillus PleuroPneumoniae Infectie BCS = Body Conditioning Score ca. = circa Ca = calcium cm = centimeter cm 3 = kubieke centimeter CO 2 = koolstofdioxide C = cystine db = decibel DGT = dagelijkse groei toename et al. = et alii = en andere (medewerkers) EW = energiewaarde FSH = Follikel Stimulerend Hormoon g = gram gavlv = gemiddeld aanwezig vleesvarken geb. = geboren gecor. = gecorrigeerd gem = gemiddeld GLDH = Glutamaat-Dehydrogenase GnRH = Gonadotropin-Releasing-Hormon HBDH = Hydroxybutyratdehydrogenase IE = internationale eenheden kg = kilogram kve = kolonievormende eenheden l = liter LDH = Lactaatdehydrogenase LG = lichaamsgewicht LH = luteiniserend hormoon LYS = lysine 4

M. hyo= Mycoplasma hyopneumoniae M. = Musculus m = meter m 2 = vierkante meter m 3 = kubieke meter max. = maximaal ME = metaboliseerbare energie MET = methionine μg = microgram = miljoenste gram mg = milligram = duizendste gram MJ = megajoule min = minuut ml = milliliter mm = millimeter m/s = meter per seconde μmol = micromol = miljoenste mol Na = natrium n.o. = niet onderzocht od = duitse graad P = fosfor ph = zuurtegraad p.p. = post partum = na begin geboorte p.n. = post natum = na einde geboorte PRRS = Porcine Respiratory and Reproduction Syndrom SIV = Swine Influenza Virus THR = threonine TRP = tryptophaan u = uur vp = verteerbaar fosfor WBC = witte bloedcellen (leukocyten) 5

I. FYSIOLOGIE Groeicurve/temperatuur Bloedwaarden/immunologie II. SPIJSVERTERING Maag-darmkanaal Voeding III. VOORTPLANTING IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT V. DIERGEZONDHEID VI. LITERATUUROVERZICHT VII. PRODUCTOVERZICHT 7

8

Groeicurve/temperatuur 9

I. FYSIOLOGIE GROEICURVE/TEMPERATUUR Groeicurve Diergroep Week DGT (g) Gemiddeld gewicht (kg) Big geboorte 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 260 280 310 330 350 370 400 450 500 580 1,5 3,3 5,3 7,5 9,8 12,2 14,8 17,6 20,8 24,3 28,0 Vleesvarken (vermogen 800 g/dag) 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 660 715 755 800 860 885 915 915 900 885 845 830 785 740 700 685 32,6 37,6 42,9 48,5 54,5 60,7 67,1 73,5 79,8 86,0 91,9 97,7 103,2 108,4 113,3 118,1 Bron: Brede, 2006 10

11

I. FYSIOLOGIE GROEICURVE/TEMPERATUUR Rectale temperatuur, ademhaling, pols Leeftijd Bron: Diseases of swine, 8 th edition Temp. Ademfreq. (per min) Pols (per min) Big geboorte 39,0 50-60 200-250 Big 1 uur 36,8 Big 24 uur 38,6 Big tot 4 weken 39,2 Big tot 10 weken 39,3 21-40 90-100 Big tot 20 weken 39,0 30-40 80-90 Big tot 26 weken 38,8 25-35 75-85 Zeugen 38,7 13-18 70-80 Normale lichaamstemperatuur van zeugen in bepaald cyclusstadium Cyclusstadium zeug Lichaamstemperatuur ( C) (normale variatie: ± 0,3 C) Drachtigheid 38,7 6 uur voor werpen 39,0 24 uur na werpen 40,0 Zoogperiode 39,3 Gusteperiode 38,6 Bron: Praktijkmap Varkens GD, 2010 12

Bloedwaarden/immunologie 13

I. FYSIOLOGIE BLOEDWAARDEN/IMMUNOLOGIE Plasmabestanddelen Parameter Referentiewaarde Eenheid Enzymen Alkalisch fosfatase tot 170 U/l Creatine kinase tot 2.000 U/l y-glutamyltransferase tot 45 U/l Glutamaat dehydrogenase tot 4 U/l Glutamaat oxaalacetaat tot 35 U/l transaminase Elektrolyten Calcium 4,4-3,5 mmol/l IJzer 93-200 μg/dl Kalium 4-5 mmol/l Koper 102-248 μg/dl Magnesium 0,5-1,3 mmol/l Natrium 140-160 mmol/l Fosfaat 6,5-10,2 mmol/l Selenium 180-220 μg/dl Substraten Bilirubine (totaal) tot 0,25 mg/dl Eiwit 5,0-8,6 g/dl Glucose 70-115 mg/dl Ureum 20-50 mg/dl Creatinine 0,45-1,5 mg/dl Albumine 1,8-3,1 g/dl Bron: Kraft & Dürr, 2005 14

Bloedbeeld zeugen Haematocriet (Hkt) (% Vol.) 29-46 Haemoglobine (Hb) (g/100 ml) 10-17 Erythrocyten (Erys) (10 6 /mm 3 ) 5,1-8 Leukocyten (WBC) (10 3 /mm 3 ) 10,6-24 Neutrofielen (%) 15,1-62,8 Lymphocyten (%) 25,5-71,1 Monocyten (%) 1-14 Eosinofielen (%) 1-13 Basofielen (%) 0-3 Bron: Friendship et al., 1984 15

I. FYSIOLOGIE BLOEDWAARDEN/IMMUNOLOGIE Het verloop van de immunoglobulines na de geboorte Bron: Sieverding, 2000 16

Verloop van maternale antistoffen bij biggen 17

18

Spijsvertering 19

II. SPIJSVERTERING - MAAG-DARMKANAAL Gebit I 1 I 2 I 3 C P 1 P 2 P 3 P 4 M 1 M 2 M 3 I 1 I 2 I 3 C P 1 P 2 P 3 P 4 M 1 M 2 M 3 Gebit van een tweejarig zwijn: I 1 I 3 = Snijtanden C = Hoektanden P 1 P 4 = Premolaren M 1 M 3 = Molaren Bron: Veterinary Anatomy, 1996 Tandformule Melkgebit 3 Id 1 Cd 3 Pd 3 Id 1 Cd 3 Pd Permanent gebit 3 I 1 C 4 P 3 M 3 I 1 C 4 P 3 M Bron: Veterinary Anatomy, 1996 20

Maag-darmstelsel van het varken Bron: Ruckebush, 1981, aangepast Darmpassage Lengte Passage snelheid Dunne darm: 16-21 m Dikke darm: 3,5-6 m Dunne darm: 2,5-3 u Dikke darm: 30-36 u Duur van de totale spijsvertering Begin van de uitscheiding (uur na voeropname) Maximum van de uitscheiding (uur na voeropname) Einde van de uitscheiding 11-13 (ochtendvoedering) 13-15 (avondvoedering) 12-24 (ochtendvoedering) 24-36 (avondvoedering) 4-5 dagen Bron: Richter et al., 1992, aangepast 21

II. SPIJSVERTERING - MAAG-DARMKANAAL Borst- en buikorganen van het varken A B C D E F G H J 1e rib 7e rib 10e rib 14e rib Darmbeen Zitbeen M. spinalis M. longissimus M. iliopsoas a b c d e f g h i Linker long Thymus Hart Middenrif Lever Maag Milt Pancreas Linker nier k l m n o p Jejunum Ileum Caecum Colon Colon descendens Urineblaas 1 5 Longen: 1, 2 Gespleten Lobus cranialis pulmonis sin. 3 Lobus caudalis pulmonis sin. 4 Inc. cardiaca 5 Fiss. interlobaris caud. 6 8 Lever: 6 Lobus hepatis sin. med. 7 Lobus hepatis sin. lat. 8 Inc. interlobaris 9 Omentum major 10 Niervet 11 15 Dikke darm: 11 eerste centripetale bocht 12 tweede centripetale bocht 13 derde centripetale bocht 14 vierde centripetale bocht 15 eerste centrifugale bocht 16 Linker blaasband Bron: Veterinary Anatomy, 1996 22

Mest en Urine Mesthoeveelheid 0,5-3 kg/dag Mest ph-waarde meestal alkalisch Watergehalte 55-75% Urine-uitscheiding Big Zeug 0,4-0,5 l/dag 2,0-4,0 l/dag Urine ph-waarde 6,0-7,0 (voedingafhankelijk) Dichtheid (g/cm 3 ) Big Zeug 1,009 ± 0,006 1,015 ± 0,010 Ureum (g/l) 15 60 Bron: Richter et al., 1992, aangepast 23

24

Voeding 25

II. SPIJSVERTERING - VOEDING Samenstelling en energiewaardering van voer Voer Water Droge stof (DS) Anorganische stof (AS) Organische stof (OS) Ruw eiwit (RE) en ruw vet (RVET) Koolhydraten Overige koolhydraten Ruwe celstof (RC) Zetmeel (ZET) Suiker (SUI) Niet-zetmeel polysacchariden (NSP) Bruto energie (GE) Energie in mest Verteerbare energie (DE) Energie in urine en darmgassen Metaboliseerbare energie (ME) Energie voor onderhoud en voervertering ME beschikbaar voor productie Energieverliezen bij productie Warmte Netto energie (NE) In Nederland worden varkensvoeders samengesteld op basis van de netto energie-inhoud van de grondstoffen. Eén EW komt overeen met 8,8 MJ NEv. Bron: Handboek varkenshouderij, 2010 26

Energiebehoefte opfokzeugen Leeftijd (weken) Lichaamsgewicht (kg) EW (per dag) 10 25 1,10 15 47 1,70 20 72 2,05 25 98 2,30 30 124 2,55 Bron: CVB Tabellenboek Veevoeding 2012 Behoefte aan verteerbaar fosfor en calcium bij opfokzeugen Leeftijd (weken) Lichaamsgewicht (kg) vp (g/ew) Ca (g/ew) 10-14 25-42 2,16 6,27 14-17 42-57 2,04 5,91 17-21 57-78 2,03 6,07 21-23 78-87 2,02 6,07 23-28 87-113 1,85 5,56 28-31 113-128 1,82 5,46 Bron: CVB Tabellenboek Veevoeding 2012 27

II. SPIJSVERTERING - VOEDING Energiebehoefte dragende zeugen EW per dag Dagen dracht W 1 W 2 W 3 W 4 W 5 0-14 2,15 2,30 2,40 2,50 2,60 15-28 2,25 2,40 2,45 2,55 2,60 29-56 2,35 2,50 2,55 2,65 2,70 57-84 2,60 2,75 2,80 2,90 2,95 85-98 2,85 3,00 3,05 3,10 3,15 99-115 3,00 3,15 3,20 3,30 3,30 Totaal EW 288 303 313 322 328 Bron: CVB Tabellenboek Veevoeding 2012 W = worp Energietoeslag guste en dragende zeugen voor de wintermaanden Maanden Extra energie (EW/dier/dag) Individuele huisvesting Oktober en maart 0,10 Groepshuisvesting November en februari 0,25 0,10 December en januari 0,40 0,20 Bron: CVB Tabellenboek Veevoeding 2012 28

Energiebehoefte lacterende zeugen (200 kg) Dagen lactatie EW per dag bij een gemiddelde toomgroei (kg/dag) van: 2,25 2,50* 2,75 1-7 5,6 5,9 6,3 8-14 7,0 7,5 8,1 15-21 7,7 8,3 8,9 22-28 7,9 8,5 9,1 1-28 7,0 7,6 8,1 *Deze toomgroei komt het dichtst bij de gemiddelde toomgroei in de praktijk Bron: CVB Tabellenboek Veevoeding 2012 Aminozuurbehoefte dragende en lacterende zeugen Gehalte aan darmverteerbaar aminozuur (g/ew) (verhoudingsgetal t.o.v. lysine) Voeder dvlys dvm + C dvthr dvtrp Zeugenvoer dracht 4,6 (100) 2,9 (63) 3,3 (72) 0,7 (15) Lacto zeugenvoer 6,4 (100) 3,2 (50) 4,0 (63) 1,1 (17) Bron: CVB Tabellenboek Veevoeding 2012 29

II. SPIJSVERTERING - VOEDING Aminozuurbehoefte biggen en vleesvarkens Gewichtstraject Gehalte aan darmverteerbaar aminozuur (g/ew) (verhouding t.o.v. lysine) dv LYS dv M + C dv THR dv TRP 11-25 kg 9,1 (100) 5,5 (60) 5,4 (59) 1,7 (19) 25-40 kg 8,3 (100) 4,9 (59) 4,7 (57) 1,6 (19) 40-70 kg 7,1 (100) 4,3 (60) 4,2 (59) 1,3 (19) 70-110 kg 5,9 (100) 3,6 (61) 3,5 (60) 1,1 (19) 40-110 kg 6,7 (100) 4,1 (61) 4,0 (60) 1,2 (19) Bron: CVB Tabellenboek Veevoeding 2012 Fosfor- en calciumbehoefte vleesvarkens Gewichtstraject vp (g/ew) Ca (g/ew) 7-11 kg 3,2 8,0 11-25 kg 3,4 9,5 25-45 kg 2,4 6,9 45-70 kg 2,1 6,3 70-110 kg 1,9 5,7 45-110 kg 2,0 6,0 Bron: Handboek varkenshouderij, 2010 30

Samenstelling van biest 0 uur 6 uur 18 uur 48 uur Droge stof (%) 25,6 22,7 17,7 18,6 Energie MJ (kg) 10,9 Ruw eiwit (%) 15,7 13 7,3 6,4 Lactose (%) 3,1 4,1 4,4 4,8 Ruw vet (%) 5 4,8 5,2 6,5 Bron: Klobasa, 1987 Samenstelling van zeugenmelk Droge stof (%) 20,8 Energie (MJ/kg) 5,1 Ruw eiwit (%) 5,5 Lactose (%) 4,9 Ruw vet (%) 9,2 Ruwe as (%) 0,8 Bron: Krichgeßner, 2004, naar Richter et al., 1992 31

II. SPIJSVERTERING - VOEDING Energiebehoefte vleesvarkens 25-115 kg Borg goed HOGE voeropnamecapaciteit Borg gemiddeld Zeug goed Zeug gemiddeld Dag LG (kg) EW LG (kg) EW LG (kg) EW LG (kg) EW 1 25,0 1,2 25,0 1,20 25,0 1,10 25,0 1,10 8 28,7 1,38 28,5 1,38 28,4 1,27 28,3 1,27 15 32,8 1,57 32,5 1,57 32,3 1,43 32,0 1,43 22 37,4 1,75 36,9 1,75 36,6 1,60 36,1 1,60 29 42,3 1,93 41,6 1,93 41,3 1,77 40,5 1,77 36 47,5 2,12 46,7 2,12 46,3 1,93 45,3 1,93 43 53,1 2,30 52,0 2,30 51,5 2,10 50,4 2,10 50 58,9 2,48 57,7 2,48 57,1 2,27 55,7 2,27 57 65,1 2,67 63,6 2,64 62,9 2,43 61,4 2,43 64 71,5 2,85 69,8 2,75 69,0 2,60 67,2 2,60 71 78,1 2,98 76,0 2,85 75,4 2,77 73,4 2,77 78 84,9 3,09 82,3 2,94 82,0 2,93 79,7 2,93 85 91,8 3,19 88,6 3,02 88,8 3,10 86,3 3,10 92 98,7 3,28 94,9 3,09 95,9 3,15 93,2 3,15 99 105,6 3,30 101,3 3,15 102,9 3,15 99,9 3,15 106 112,5 3,30 107,7 3,21 109,7 3,15 106,5 3,15 113 114,1 3,25 113,0 3,15 Groei (g/dag) 837 797 814 789 EW opname/dag 2,43 2,41 2,29 2,32 EW-conversie 2,90 3,02 2,81 2,94 Vlees % 53,8 52,7 55,7 54,1 Bron: CVB Tabellenboek Veevoeding 2012 32

Energiebehoefte vleesvarkens 25-115 kg Borg goed LAGE voeropnamecapaciteit Borg gemiddeld Zeug goed Zeug gemiddeld Dag LG (kg) EW LG (kg) EW LG (kg) EW LG (kg) EW 1 25,0 1,10 25,0 1,10 25,0 1,00 25,0 1,00 8 28,3 1,26 28,1 1,26 28,0 1,16 27,8 1,16 15 32,0 1,42 31,7 1,42 31,4 1,32 31,2 1,32 22 36,0 1,57 35,6 1,57 35,3 1,47 34,9 1,47 29 40,4 1,73 39,8 1,73 39,6 1,63 38,9 1,63 36 45,0 1,89 44,3 1,89 44,2 1,79 43,3 1,79 43 50,0 2,05 49,1 2,05 49,0 1,95 48,0 1,95 50 55,2 2,21 54,1 2,21 54,1 2,11 53,0 2,11 57 60,7 2,37 59,4 2,37 59,6 2,27 58,3 2,27 64 66,4 2,52 64,9 2,52 65,3 2,42 63,8 2,42 71 72,3 2,68 70,7 2,68 71,3 2,58 69,5 2,58 78 78,5 2,84 76,7 2,84 77,5 2,74 75,5 2,74 85 84,9 3,00 82,9 2,95 84,0 2,85 81,7 2,85 92 91,5 3,00 89,2 3,00 90,5 2,85 88,1 2,85 99 97,9 3,00 95,5 3,00 96,8 2,85 94,2 2,85 106 104,2 3,00 101,7 3,00 103,0 2,85 100,2 2,85 113 110,3 3,00 107,7 3,00 109,0 2,85 106,0 2,85 120 113,6 3,00 114,9 2,85 111,7 2,85 Groei (g/dag) 767 746 756 732 EW opname/dag 2,27 2,28 2,16 2,19 EW-conversie 2,96 3,06 2,86 2,99 Vlees % 54,4 53,2 56,1 54,7 Bron: CVB Tabellenboek Veevoeding 2012 33

II. SPIJSVERTERING - VOEDING Spoorelementenvoorziening Spoorelement IJzer (Fe) Zink (Zn) Mangaan (Mn) Koper (Cu) Jodium (I) Selenium (Se) Kobalt (Co) Belangrijkste functies - Bloedhaemoglobine - Zuurstoftransport - Opbouw enzymen/ hormonen - Skeletgroei - Spermaproductie - Huid en haar - Enzymsystemen - Voortplanting - Stofwisseling - Enzymsystemen - Bloedhaemoglobine - Oxidatieprocessen - Schildklierhormoon (T3/T4) - Voortplanting - Groei, weerstand en vruchtbaarheid - Antioxidant met vitamine E - Energiestofwisseling - Element van vitamine B12 - Eiwit- en vetstof - wisseling Gebreksverschijnselen - Mindere groei/voeropname - Ruw haarkleed/ruwe huid - Moeizame ademhaling - Bloedarmoede/bleekheid - Huidaandoeningen - Minder voeropname/groei - Verlengd werpproces - Meer doodgeboren biggen - Kleine tomen met zwakke biggen - Beengebreken - Verhoogde vetaanzet - Zwakgeboren biggen - Minder melkproductie - Onregelmatige oestrus - Minder voeropname en groei - Beengebreken - Bloedarmoede - Vergrote schildklier - Niet levensvatbare biggen - Verlengd werpproces - Minder melkproductie - Kleine tomen met zwakke biggen - Verlengd werpproces - Moerbeihartziekte - Lagere spermaproductie en -kwaliteit - Maagzweren - Spierdegeneratie - Onvoldoende vitamine B12 - Verminderde voeropname en groei - Ruwe huid Bron: Handboek varkenshouderij, 2010, naar NRC, 1998 en Straw et al., 1999 34

Mineralenvoorziening Mineraal Belangrijke functies Gebreksverschijnselen Magnesium (Mg) Kalium (K) Natrium (Na) Chloor (Cl) Zwavel (S) - Botopbouw - Zenuwstelsel, prikkeloverdracht - Transport door cel - membranen - Waterhuishouding - Waterhuishouding - Hartstelsel - Zenuwstelsel - Transport door celmembranen - Waterhuishouding - Bouwstof van bloed - Transport door cel - membranen - Bouwstof aminozuren en enzymen - Bouwstof van haren en hoeven - Bouwstof van hormonen - Prikkelbaar, agressief - Beenzwakte - Verstoorde beweging - Minder voeropname - Ruwe huid - Lusteloosheid - Minder voeropname en groei - Lage melkproductie - Uitdroging - Minder voeropname en groei - Ruwe huid en ruw haarkleed Onbekend Bron: Handboek varkenshouderij, 2010, naar NRC, 1998 en Straw et al., 1999 35

II. SPIJSVERTERING - VOEDING Vitaminevoorziening Vitamines Belangrijke functies Gebreksverschijnselen A retinol D3 cholecalciferol E tocopherol K menadione B1 thiamine B2 riboflavine Vetoplosbaar - Gezichtsvermogen - Huid, slijmvliesopbouw - Reproductie - Botopbouw - Immuunstelsel - Opname Ca en P - Botopbouw - Ca- en P-huishouding - Antioxidant - Energiestofwisseling - Immuunsysteem - Functioneren geslachts - organen - Bloedstolling Wateroplosbaar - Energiestofwisseling - Functioneren hart en zenuwstelsel - Eiwitstofwisseling - Vetmetabolisme - Vruchtbaarheid - Vorming van de huid - Spierkrampen - Minder vruchtbaar - Verminderd gezichts vermogen - Droog en dor haarkleed - Immuundepressie - Verstoorde botvorming - Mindere groei - Vruchtbaarheidsstoornissen - Degeneratie hart/spieren - Moerbeihartziekte - Immuundepressie - MMA - Maagzweren - Reproductieproblemen - Bloedingen - Navelbloedingen bij biggen - Bleke pasgeboren biggen - Geen eetlust, gewichtsverlies - Slechte hartfunctie - Vroeg-/zwakgeboren biggen - Lage lichaamstemperatuur - Diarree en braken - Aantasting zenuwen - Minder groei en voeropname - Huidaandoeningen - Voortplantingsstoornissen - Verminderde melkgift - Stijve en kromme poten B3 nicotinezuur - Eiwit-, vet- en kool - hydraatstof-wisseling - Gewichtsverlies, anorexie - Diarree en braken - Bloedarmoede - Huidaandoeningen 36

Vitamines Belangrijke functies Gebreksverschijnselen B5 panthotheenzuur B6 pyridoxine - Functioneren huid - Vorming immuunstelsel - Interne stofwisseling - Functioneren zenuw stelsel - Functioneren geslachtsorganen - Eiwit-, vet- en kool hydraat - stofwisseling - Bloeddrukregulatie - IJzerbenutting - Schubbige rode huid met korsten - Verlamming achterhand - Verminderde werking immuunstelsel - Diarree - Vruchtbaarheidsstoornissen - Minder voeropname en groei - Bloedarmoede - Ruw haarkleed - Spieraandoeningen B12 cyanocobalamine Foliumzuur Choline C ascorbinezuur Biotine - Intermediaire stofwisseling - Vorming rode bloedcellen - Eiwitstofwisseling - Vorming rode bloedcellen - Vorming van weerstand - Functioneren zenuwstelsel - Vetmetabolisme - Vorming van weerstand - IJzerbenutting/transport - Intermediaire stofwisseling - Huidaandoeningen - Kleine tomen/zwakke biggen - Bloedarmoede - Ongecoördineerde bewegingen - Bloedarmoede - Reproductiestoornissen (kleine tomen) - Leververvetting - Ongecoördineerde bewegingen - Reproductiestoornissen - Minder immuuncompetent - Minder groei - Bleke pasgeboren biggen - Overmatige bloedingen - Klauwaandoeningen - Ruwe bruine huid Carnitine - Enzymsystemen - Vetstofwisseling - Transport vetzuren - Celbescherming - Verminderde groei - Vergiftigingen - Weinig energie - Hartfalen - Zwakke beenderen Bron: Handboek varkenshouderij, 2010, naar McDowell, 2010 en Straw et al., 1999, aangepast 37

II. SPIJSVERTERING - VOEDING Vitamine- en mineralenbehoefte Mineralen (per kg voer) Big 10-20kg Big 20-50 kg Big 50-120 kg Fokzeug/ beer K (g) 2,6 2,3 1,9 2,0 Na (g) 1,5 1,0 1,0 1,5 Cl (g) 1,5 0,8 0,8 1,2 Mg (g) 0,4 0,4 0,4 0,4 Spoorelementen (per kg voer) Fe (mg) 80 60 50 80 Zn (mg) 80 60 50 50 Cu (mg) 5 4 3,5 5 Mn (mg) 3 2 2 20 I (mg) 0,14 0,14 0,14 0,14 Se (mg) 0,25 0,15 0,15 0,15 Vitamines (per kg voer) A (IE) 1750 1300 1300 2000 D (IE) 200 150 150 200 E (IE) 11 11 11 44 K (mg) 0,5 0,5 0,5 0,5 B1, Thiamine (mg) 1,0 1,0 1,0 1,0 B2, Riboflavine (mg) 3,0 2,5 2,0 3,75 B3, Niacine (mg) 12,5 10,0 7,0 10,0 B5, Pantotheenzuur (mg) 9,0 8,0 7,0 12,0 B6, Pyridoxine (mg) 1,5 1,0 1,0 1,0 Foliumzuur (mg) 0,3 0,3 0,3 1,3 Biotine (mg) 0,05 0,05 0,05 0,20 B12 (mg) 0,015 0,010 0,005 0,015 Choline (mg) 400 300 300 1250 Bron: Handboek varkenshouderij, 2010, naar NRC 1998 38

Mycotoxinen Schimmel Mycotoxinen Gevolg Fusarium Risicoproducten Trichotecenen T-2 DON - Verminderde voeropname - Huidirritatie - Verminderde voeropname, voerweigering - Braken Mais Tarwe Gerst Gras Hooi Mais Maissilage Tarwe CCM Hooi Gerst Zealeron - Oestrogene werking bij zeugen - Zwelling vulva en tepels - Zwakke biggen/spreidzit - Terugkomers - Slechte vruchtbaarheid beer Mais Maissilage Tarwe Sojaschroot/ hullen Bietenpulp Aflatoxine B 1 - Varkens weinig gevoelig: groeivertraging, leverafwijkingen Mais Oliehoudende zaden/noten Kokos Rijst Aspergillus Ochratoxine A - Groeivertraging, verminderde voeropname, veel drinken Gerst Mais Erwten Kokos Citrus Graspellets Claviceps Ergot alkaloiden (moederkoren) - Verminderde melkproductie - Verminderde voeropname en groei Rogge Triticale Bron: Handboek varkenshouderij, 2010, naar Veldman, 2003 39

II. SPIJSVERTERING - VOEDING Conditiescore (Body Conditioning Score BCS) BCS Voedingstoestand Omschrijving Lichaamsvorm 5 Zeer vet 4 Vet 3,5 Goed 3 Normaal Heupen en ruggengraat sterk bedekt Heupen en ruggengraat niet voelbaar Heupen en ruggengraat nauwelijks voelbaar Heupen en ruggengraat met stevige druk voelbaar Rond Ovaal Buisvormig Buisvormig 2,5 Iets te mager Heupen en ruggengraat met lichte druk voelbaar Buisvormig met ingevallen zijden 2 Mager Heupen en ruggengraat zichtbaar en voelbaar Ribben en wervels zichtbaar 1 Vermagerd Heupen en ruggengraat duidelijk zichtbaar Benige structuur zichtbaar Bron: Sieverding, 2000, aangepast 40

1 2 3 4 5 1 = Vermagerde zeug, ruggengraat duidelijk zichtbaar 2 = Mager, ruggengraat zichtbaar 3 = Ideale conditite tijdens lactatie, ruggengraat net voelbaar 4 = Iets overgewicht 5 = Rond lichaam, vet Het is aan te raden de conditie van de zeugen regelmatig te scoren met een spekdiktemeting. 41

II. SPIJSVERTERING - VOEDING Waterbehoefte en doorstroomsnelheid van drinknippels Waterbehoefte* (l/dier/dag) Doorstroomsnelheid (l/min) Biggen 5 kg LG 0,7 0,5 10 kg LG 1,0 0,5-0,8 20 kg LG 2,0 0,7-1,0 Vleesvarkens 25-50 kg LG 3-4 50-80 kg LG 5-8 1,0-1,5 80-100 kg LG 8-10 Zeugen Niet drachtig/in begin van dracht 8-12 1,5-2,2 In gevorderd drachtstadium 10-15 In lactatie 15+1,5 l/big (ad lib indien mogelijk) 2,0-4,0 Beren 10-15 1,5-2,2 Bron: Brede, 2006 * In het Varkensbesluit is het volgende opgenomen over waterverstrekking aan varkens: Varkens ouder dan twee weken dienen permanent te beschikken over voldoende vers water. 42

Normen drinkwaterkwaliteit Goed Ernstig risico ph 5-8,5 < 4 en > 9 Ammonium (mg/l) < 1,0 > 2,0 Nitriet (mg/l) < 0,10 > 1,00 Nitraat (mg/l) < 100 > 200 Chloride (mg/l) < 250 > 2.000 Natrium (mg/l) < 400 > 800 Sulfaat (mg/l) < 150 > 250 IJzer (mg/l) < 0,5 > 10,0 Mangaan (mg/l) < 1,0 > 2,0 Hardheid (od) < 20 > 25 Coliforme bacteriën (kve/ml) < 100 > 100 Totaal kiemgetal (kve/ml) < 100.000 > 100.000 Bron: Handboek Varkenshouderij, 2010, naar GD, aangepast 43

44

Voortplanting 45

III. VOORTPLANTING Geslachtsapparaat fokbeer Zijaanzicht 1. Testikel 2. Epididymis 3. Ductus deferens 5. Glandula vescicularis 7. Glandula bulbourethralis 8. Penis 9. Flexura sigmoidea 10. Musculus retractor penis 11. Spiraalvormige penispunt 12. Preputium 13. Diverticulum preputiae 14. Nier Bron: Mémento de l'éleveur de porc, ITP-editie 2000 46

Gedetailleerd 1. Testikel 2. Epididymis 3. Ductus deferens 4. Urether in bekkengebied 5. Glandula vescicularis 6. Prostaat 7. Glandula bulbourethralis 8. Penis 9. Flexura sigmoidea 10. Musculus retractor penis 11. Spiraalvormige penispunt Bron: Mémento de l'éleveur de porc, ITP-editie 2000 47

III. VOORTPLANTING Geslachtsapparaat fokzeug Zijaanzicht 1. Ovarium 2. Oviduct 3. Corpus uteri 4. Uterushoorn 5. Cervix 6. Ligamentum uteri 7. Vagina 8. Vulva 9. Urineblaas 10. Nier 11. Rectum Bron: Mémento de l'éleveur de porc, ITP-editie 2000 48

Gedetailleerd 1. Ovarium 2. Oviduct 3. Corpus uteri 4. Uterushoorn 5. Cervix 6. Ligamentum uteri 7. Vagina 8. Vulva Bron: Mémento de l'éleveur de porc, ITP-editie 2000 49

III. VOORTPLANTING Hormonen betrokken bij de cyclus van de zeug Bron: Mémento de l'éleveur de porc, ITP-editie 2000 50

Verloop geslachtshormonen in bloedplasma van een zeug Bron: Sieverding, 2000, aangepast 51

III. VOORTPLANTING Reproductie van de zeug Geslachtsrijp Dekrijp Cyclus na 180-240 dagen na 1-2 cycli bij een lichaams - gewicht van minimaal 130-140 kg het hele jaar Cyclusduur 21 dagen (18-24) Berigheid Ovulatietijdstip Ovulatiegraad Duur van de ovulatie Duur van de vrucht - baarheid van de eicellen Duur transport spermacellen tot eileider gelten: 36-48 uur zeugen: 48-72 uur 32 48 uur na begin berigheid gelten: 10-20 follikels zeugen: 10-25 follikels ca. 1-6 uur max. 8-10 uur ca. 15-30 min 52

Duur rijping sperma - cellen in eileider Duur vruchtbaarheid van geïnsemineerd sperma in de eileider Bewaartemperatuur van sperma ca. 4-6 uur ca. 18-24 uur 16-17 C Optimaal inseminatietijdstip - Eerste inseminatie 8-18 uur na sta-reflex. - Tweede inseminatie 24-29 uur na begin sta-reflex. - Eventueel een derde inseminatie 12-18 uur na de tweede bij aanhouden stareflex. Drachtlengte μ 115 dagen (112 117) Bron: Truschner, 2000, aangepast 53

III. VOORTPLANTING Inseminatietijdstip Berigheidsduur Sta-reflex Levensvatbaarheid sperma Inseminatie Late berigheid Eisprong Normale berigheid Vroege berigheid 1 2 3 4 5 6 7 8 Inseminatie tijdstip Dag Bron: Weitze, 2000, aangepast 54

Bevruchting en ontwikkeling van de eicel Bron: Mémento de l'éleveur de porc, ITP-editie 2000 55

III. VOORTPLANTING Data rondom het afbiggen μ Drachtlengte (dagen) 115 Duur geboorte/worp (u) 2-4 Duur geboorte/big (min) 10-15 Afkomen nageboorte (u) 1-2 Geboorteproblemen (%) Mummies/worp Totaal geboren biggen/worp Doodgeboren (%) < 5 (gelten) < 10 (zeugen) 0,2 (gelten) 0,3 (zeugen) 10,5-12,0 (gelten) 12,0-13,0 (zeugen) 7 (gelten) 8 (zeugen) 56

μ Biggen met een geboortegewicht van < 800 g (%) Dood-/zwakgeboren biggen/worp (%) Levendgeboren biggen/worp 3 (gelten) 4 (zeugen) 10-11 (gelten) 12-13 (zeugen) 10-11,5 (gelten) 11-12 (zeugen) Geboortes met intacte navelstreng (%) 60-70 Afbreken navelstreng min. na einde geboorte 2-4 Eerste zeugencontact min. na begin geboorte tot 20 Eerste biestopname min. na begin geboorte tot 20 Bron: Prange, 2004, aangepast 57

III. VOORTPLANTING 58

Huisvesting en management 59

IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT Omgevingstemperatuur Diercategorie Optimale temperatuur ( C) Kraamstal voor het werpen 18-20 Kraamstal tijdens werpen 21-23 Kraamstal 1 week tot einde 18-20 Biggennest tot 2 weken 28-33 Biggennest 2 weken tot spenen 24-30 Biggenbatterij opleg 24-26 Biggenbatterij einde 20-22 Guste zeugen 20-22 Drachtige zeugen 18-20 Vleesvarkens dag 1 23-25 Vleesvarkens dag 5 21-23 Vleesvarkens dag 50 20-22 Vleesvarkens dag 100 19-21 Bron: Handboek varkenshouderij, 2010 60

Geluidsniveau Max. 85 db Bron: Varkensbesluit Luchtkwaliteit Omgevingsfactor Relatieve luchtvochtigheid NH 3 Concentratie norm Varkens < 25 kg: 60-80% Varkens 25 kg: 50-80% Maximaal 10 ppm CO 2 Maximaal 0,20 volume % Luchtsnelheid Kraamhokken en gespeende biggen maximaal 0,15 m/s Andere categorieën maximaal 0,20 m/s Bron: Handboek varkenshouderij, 2010 61

IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT Ventilatie (per dier) Diercategorie Minimum ventilatie per dier (m 3 /u) Maximum ventilatie perdier(m 3 /u) Guste zeugen 14-20 120-150 Drachtige zeugen 18-25 120-150 Kraamzeugen tot 1 week na werpen Kraamzeugen vanaf 1 week na werpen Gespeende biggen dag 0 Gespeende biggen dag 21 Gespeende biggen dag 42 Vleesvarkens dag 1 Vleesvarkens dag 50 Vleesvarkens dag 100 18-25 160-200 35-50 200-250 2-3 10-12 4-6 15-18 6-9 20-25 6-8 20-30 11-15 40-55 14-20 60-80 Bron: Handboek varkenshouderij, 2010 62

Licht Minstens 8 uur verlichting met 40 Lux, verticaal op dierhoogte gemeten.* In de dekstal 100-300 Lux, gedurende min. 10 uur per dag.** *Varkensbesluit **Handboek varkenshouderij, 2010 Vloer Spleetbreedte betonvloer Spleetbreedte overige roostervloer Balkbreedte betonvloer Dekstal dragende zeugen Max. 20 mm Min. 8 cm Kraamstal Max. 10 mm Max. 12 mm Gespeende biggen Max. 14 mm Max. 15 mm Min. 5 cm Vleesvarkens Max. 20 mm Max. 20 mm Min. 8 cm 63

IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT Vloeroppervlakte Biggen Bron: Varkensbesluit Vleesvarkens Bron: Varkensbesluit Gewicht (kg) Vloeroppervlak (m 2 /dier) tot 15 0,2 15-30 0,40 Gewicht (kg) Vloeroppervlak (m 2 /dier) 30-50 0,60 50-85 0,8 85-110 1,0 boven 110 1,3 64

Zeugen Groepsgrootte tot 6 dieren (m 2 /dier) Groepsgrootte van 6 tot 40 dieren (m 2 /dier) Groepsgrootte vanaf 40 dieren (m 2 /dier) Per zeug 2,5 2,25 2,05 Bij groepshuisvesting moeten de zijden van een hok minstens 280 cm zijn, bij groepen met minder dan 6 zeugen minstens 240 cm lang. Bron: Varkensbesluit Beer Minstens 6 m 2, voor een beer vanaf 18 maanden; 10 m 2 indien de stal voor dekken wordt gebruikt. Bron: Varkensbesluit 65

IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT Meerwekenritme en groepsgrootte 1 weekritme 2 wekenritme 3 wekenritme 4 wekenritme 5 wekenritme Speenleeftijd 21 28 21 28 21 28 Aantal groepen Aantal zeugen 20 21 10 7 5 4 Per groep 100 5 5 10 15 20 25 200 10 10 20 29 40 50 300 15 15 30 43 60 75 400 20 19 40 58 80 100 Bron: Groβ, 2005, aangepast 66

Aantal groepen in meerwekensystemen op basis van 100 zeugen Speenleeftijd 28 dagen 21 dagen Wekenritme 1 3 5 1 2 4 Productiecyclus in weken 21 21 21 20 20 20 Zeugengroepen 21 7 4 20 10 5 Groepen in kraamafdeling Groepen in dekstal Groepen in wachtstal Worpen per kraamstal Biggenbatterijafdelingen 5 2 1 4 2 1 6 2 2 6 3 2 10 3 1 10 5 2 10,4 8,7 9,9 13 13 13 7 3 2 8 4 2 Om rekening te houden met terugkomers moet extra ruimte worden gereserveerd (10% in de dekstal, 15-20% in de wachtstal, 10-15% in de kraamstal). Bron: Gindele, 2005, aangepast 67

IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT Ontwikkeling Nederlandse varkensstapel (aantal x 1.000 stuks) 1995 2000 2005 2010 2012 Totaal varkens 14.061 13.118 11.312 12.255 12.203 Biggen tot 20 kg 5.596 5.104 4.563 5.124 5.173 Vleesvarkens 7.124 6.505 5.504 5.904 5.851 Fokvarkens 1.676 1.511 1.244 1.227 1.179 Bron: PVE, Statistisch Jaarrapport 2012 voorlopig 68

Voerprijzen in de varkenssector Start/overgangsvoer Vleesvarkensbrok EW 1.08 32.15 28.80 23.75 20.32 17.88 19.05 16.45 18.60 16.20 20.45 1995 2000 2005 2010 2012 Verbruiksprijzen in euro/100 kg bij levering van 8.000 kg in bulk, franco boerderij, excl. btw. Bron: PVE, Statistisch Jaarrapport 2012 voorlopig 69

IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT Marktprijzen in de varkenssector (euro/kg geslacht gewicht) 1995 2000 2005 2010 2012 Biggen (euro/big excl. btw) Vleesvarkens (euro/kg excl. btw) Zeugen (euro/kg excl. btw) 26,12 35,81 36,25 25,86 38,51 1,14 1,35 1,31 1,29 1,57 0,81 0,88 0,87 0,92 1,22 Consumentenprijs (euro/kg incl. btw) 4,91 5,75 6,38 6,38 6,72 Bron: PVE, Statistisch Jaarrapport 2012 voorlopig 70

Kostenopdeling varkenshouderij (2012) Kosten van biggenproductie Euro Voer 24,56 KI/vervanging 2,50 Gezondheid 2,40 Energie 2,07 Mestkosten 2,07 Overige variabele kosten 2,65 Arbeid 5,97 Huisvesting 8,40 Totale kosten (euro/big) 50,61 Kostenopdeling biggenproductie Huisvesting 17% Arbeid 12% Overige variabele kosten 5% Voer 48% Mestkosten 4% Energie 4% Gezondheid 5% KI/Vervanging 5% Bron: InterPIG/LEI Wageningen UR, jaar 2012 71

IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT Kostenopdeling varkenshouderij (2012) Kostenopdeling gesloten varkensbedrijf Euro Voer 1,024 Gezondheid 0,037 Energie 0,043 Mestkosten 0,073 Overige variabele kosten 0,112 Arbeid 0,142 Huisvesting 0,225 Totale kosten (euro/kg warm gewicht) 1,656 Kostenopdeling gesloten varkensbedrijf Huisvesting 14% Arbeid 8% Overige variabele kosten 7% Mest 4% Energie 3% Gezondheid 2% Voer 62% Bron: InterPIG/LEI Wageningen UR, jaar 2012 72

Kostenopdeling varkenshouderij (2012) Kosten vleesvarkenshouderij Euro Biggenkosten 52,25 Voer 69,55 Gezondheid 0,92 Energie 1,86 Mest 4,66 Overige variabele kosten 4,76 Arbeid 7,03 Huisvesting 12,24 Totale kosten (euro/slachtvarken) 153,28 Kostenopdeling vleesvarkenshouderij Huisvesting 8% Arbeid 5% Overige variabele kosten 3% Mest 3% Energie 1% Gezondheid 1% Voer 45% Biggenkosten 34% Bron: InterPIG/LEI Wageningen UR, jaar 2012 73

IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT Kengetallenspiegel 2009 Bedrijfsgrootte (gem. aanwezige zeugen) Gemiddeld 20% kleinste 20% grootste Aantal resultaten 783 157 157 Gem. aanwezige zeugen 439,1 153,0 935,6 Gem. aanwezige opfokzeugen 44,5 11,2 97,7 Gem. aanwezige beren 1,8 1,2 2,6 Bedrijfsworpindex 2,36 2,33 2,38 Gesp. biggen/zeug/jaar 28,2 27,2 28,8 Ingezette opfokzeugen (%) 45 43 48 Uitval opfokzeugen (%) 4 4 4 Gem. leeftijd aankoop/opleg 189 199 181 Leeftijd eerste inzet zeugen 274 259 261 Gem. leeftijd uitval opfokzeugen 281 298 278 Ingezette zeugen (%) 45 44 47 Uitval zeugen (%) 43 46 44 Verliesdagen uitval zeugen 29,7 35,3 27,1 Herinseminaties (%) 8 8 7 Onregelmatige herinseminaties (%) 4 4 4 Overinseminaties (%) 61 58 60 74

Gemiddeld 20% kleinste 20% grootste Non-return op 56 dagen (%) 91 91 91 Afbigpercentage 87 85 87 Afbigpercentage van eerste insem 88 87 88 Interval spenen-eerste insem 5,6 5,7 5,6 Interval eerste-laatste insem 3,4 3,9 3,0 Gem. dagen zoogperiode 25,6 27,0 24,8 Tussenworptijd 149,5 151,2 148,5 Zeugworpindex 2,44 2,42 2,46 Gemiddeld worpnummer 4,1 4,3 3,9 Eerste worpszeugen (%) 18 18 19 Levendgeboren biggen/worp 13,8 13,6 13,8 Doodgeboren biggen/worp 1,1 1,1 1,1 Sterfte tot spenen (%) 13,0 14,1 12,2 Gespeende biggen/worp 12,0 11,7 12,1 Sterfte na spenen (%) 2,2 2,1 2,5 Gemiddeld aflevergewicht big 24,7 25,6 24,0 Gemiddelde afleverleeftijd big 78 81 83 Gem. biggengroei/dag (g) 318 323 305 Bron: Kengetallenspiegel 2012, Bedrijfsvergelijking Agrovision B.V. 75

IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT Bedrijfsgrootte (aantal vleesvarkens) t/m voerwinst Gemiddeld 20% kleinste 20% grootste Aantal resultaten 887 177 177 Aantal vleesvarkens 1.801,4 423,6 4.320,6 Bezettingsgraad 93,4 91,3 97,2 Groei/dier/dag 795 799 785 Voeropname/dier/dag (kg) 2,04 2,09 2,01 EW voeropname/dier/dag 2,26 2,30 2,23 Voerconversie 2,58 2,63 2,56 EW-conversie 2,85 2,88 2,85 Gecorrigeerde groei/dier/dag 791 794 783 Gecorrigeerde EW-conversie 2,80 2,83 2,81 Voeropname/dier/dag (kg) 92,5 92,4 92,7 Levend gewicht 118,4 118,4 118,6 Opleggewicht 24,8 24,9 24,4 Vlees (%) 58,1 57,7 58,3 AA (%) 14,47 14,81 14,21 A (%) 62,01 62,49 61,66 Uitval (%) 2,4 2,3 2,4 Startvoer/opgelegde big (kg) 49 57 37 Overgangsvoer/opgelegde big kg) 32 28 29 76

Gemiddeld 20% kleinste 20% grootste Biggenprijs/big 51,30 50,48 52,92 Opbrengst/kg GG 1,681 1,662 1,702 Prijs startvoer/100 kg 35,87 34,81 36,75 Prijs overgangsvoer/100 kg 32,64 32,22 32,52 Prijs vleesvarkensvoer/100 kg 29,30 29,56 28,70 Pakketprijs krachtvoer/100 kg 31,97 31,14 32,93 Prijs bijprodukten/100 EW 20,94 22,09 20,94 Pakketprijs totaal voer/100 EW 27,77 28,24 26,74 Netto voerkosten/kg groei 0,790 0,813 0,760 Opbrengst vleesvarkens/gavlv 470 469 465 Kosten biggen/gavlv 160 156 163 Aanwas 4 0 8 Voerkosten/gavlv 227 234 216 Omzet+aanwas-voerk./gavlv 86 78 94 Bron: Kengetallenspiegel 2012, Bedrijfsvergelijking Agrovision B.V. 77

IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT Kengetallenontwikkeling sinds 1990 Jaar Belangrijke ontwikkelingen zeugenhouderij Levendgeboren biggen per worp Biggenproductie per zeug per jaar 1990 10,7 20,4 1991 10,3 18,7 1992 10,8 20,7 1993 10,9 21,2 1994 10,9 21,3 1995 10,9 21,5 1996 11,0 21,9 1997 10,9 21,3 1998 11,1 22,2 1999 11,3 22,8 2000 11,3 23,0 2001 11,4 22,6 2002 11,6 23,6 2003 11,7 23,6 2004 11,9 24,0 2005 12,1 24,5 2006 12,4 24,9 2007 12,8 25,8 2008 13,1 26,5 2009 13,2 26,9 2010 13,3 27,1 2011 13,7 27,8 2012 13,8 27,7 Bron: Kengetallenstatistiek Agrovision B.V. 78

Jaar Belangrijke ontwikkelingen vleesvarkenshouderij Gecor. groei/ dier/dag Gecor. EW-conversie Vleespercentage Uitvalspercentage 1990 712 3,05 53,2 2,1 1991 703 3,04 53,8 3,0 1992 710 3,04 55,3 2,9 1993 714 3,05 55,1 2,8 1994 717 3,01 55,4 2,7 1995 722 2,98 55,5 2,6 1996 730 2,98 55,5 2,4 1997 728 2,99 55,6 2,4 1998 746 2,95 55,7 2,2 1999 761 2,87 55,8 2,1 2000 760 2,86 56,0 2,7 2001 741 2,94 55,9 3,4 2002 752 2,92 56,1 3,5 2003 754 2,94 56,2 3,2 2004 771 2,90 56,1 2,9 2005 777 2,91 56,2 2,9 2006 772 2,96 56,4 2,7 2007 783 2,96 56,3 2,5 2008 778 3,01 56,2 2,4 2009 789 2,95 56,4 2,3 2010 796 2,89 56,6 2,3 2011 794 2,87 57,0 2,4 2012 788 2,84 58,0 2,4 Bron: Kengetallenstatistiek Agrovision B.V. 79

IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT Antibioticagebruik voor dieren in Nederland 1999-2012 Bron: Fidin uit SDA Rapportage, juli 2013 80

Benchmarkindicatoren voor het antibioticagebruik in DDD/J Zeugen/ biggen Streefniveau 2012-2015 Signaleringsniveau 2013 Actieniveau 2013 0-10 >10-22 >22 Vleesvarkens 0-10 >10-13 >13 Bron: SDA Rapportage, juli 2013 GROEN = geen directe actie vereist ORANJE = hoog gebruik, verdient extra aandacht ROOD = directe actie vereist Productiekosten van varkens in verschillende landen in 2011, naar kostenfactor (euro/kg warm slachtgewicht, excl. btw) 2,10 1,80 1,50 1,20 0,90 0,60 0,30 0,00 1,60 1,57 1,72 1,61 1,58 1,91 1,57 1,65 1,68 1,75 1,93 1,75 1,27 1,33 1,27 1,24 Voer Overige variabele kosten Arbeid Overige vaste kosten Bron: InterPIG over 2011, LEI Wageningen UR april 2013 81

IV. HUISVESTING EN MANAGEMENT Zeugproductiviteit in verschillende landen afgeleverde vleesvarkens (per zeug/jaar) en productie slachtgewicht (kg per zeug/jaar) in 2011 30 3100 Afgeleverde vleesvarkens per zeug/jaar Af 28 26 24 22 20 2800 2500 2200 1900 1600 Slachtgewicht per zeug/jaar S 18 27,0 26,9 24,3 25,2 2 23,0 22,6 23,5 22,6 24,1 21,3 22,7 20,8 24,5 23,7 21,0 22,9 1300 Afgeleverde er vleesvarkens per zeug/jaar (li-as) Slachtgewicht per zeug/jaar (kg) (re-as) Bron: InterPIG over 2011, LEI Wageningen UR april 2013 Tabel pag. 83 Toelichting per kengetal: A) Gespeende biggen per zeug per jaar B) Afgeleverde vleesvarkens per zeug per jaar C) Slachtgewicht per afgeleverd vleesvarken D) Productie slachtgewicht van de afgeleverde vleesvarkens per zeug per jaar E) Prijs van een volledig voerpakket van een gecombineerd varkensbedrijf in euro per ton, na correctie voor het voordeel van zelf mengen van grondstoffen F) Overall-voerconversie: de overall-voerconversie wordt berekend door het totale voerverbruik van zeugen, biggen en vleesvarkens op een gecombineerd varkensbedrijf te delen door het (levend) aflevergewicht van de afgeleverde vleesvarkens. Hiermee wordt de (voer)efficiëntie in de zeugenhouderij meegewogen G) Standaard daggroei 30-120 kg: gram per dag H) Euro per zeug per jaar I) Aantal afgeleverde vleesvarkens per zeug gedurende het hele leven van de zeug J) Deel van de zeugen dat per jaar wordt vervangen (%) K) Arbeidsinzet op een gecombineerd varkensbedrijf in uur per ton geproduceerd slachtgewicht L) Arbeidstarief: euro per uur 82

Land Nederland Spanje Italië België Denemarken Duitsland Frankrijk Groot- Brittannië Tsjechië Brazilië (Mato Grosso) Canada VS Gespeende biggen A) 28,2 28,8 25,7 26,7 24,6 23,3 25,2 22,6 22,4 25,6 22,1 24,4 Afgeleverde vleesvarkens B) 27 26,9 24,3 25,2 23 22,6 23,5 21,3 21,8 24,5 21 22,9 Slachtgewicht C) 92,4 81,6 95,6 91,2 82,3 129,8 91,9 80,7 88,4 87,4 95,4 92,8 Productie slachtgewicht D) 2,455 2,173 2,272 2,239 1,857 2,871 2,119 1,687 1,804 2,099 1,977 2,086 Prijs voerpakket E) 279 255 277 263 291 278 274 293 252 252 227 211 Overallvoerconversie 2,71 2,87 2,93 2,91 2,9 3,63 3,07 2,9 2,82 2,74 3,08 3,02 Standaard daggroei 30-120 kg G) 827 862 772 792 700 684 706 773 758 826 903 802 Standaard voer - conversie 30-120 kg 2,66 2,96 2,82 2,84 3,03 3,19 2,86 2,91 2,46 2,86 2,91 3,13 Nettovervangingskosten 40 45 62 59 38 44 27 25 25 30 27 18 Levensproductie I) 66 50 59 56 56 69 54 42 67 55 51 42 Vervangingspercentage 41% 54% 41% 45% 41% 33% 44% 51% 31% 45% 41% 55% Arbeidsinzet K) 6,6 6,8 8,7 9,4 7,2 11 8,9 12 24 15,9 12 6 Arbeidstarief L) 21,2 22 16,3 18 14 13,7 15,3 12,5 5,7 5,9 11,1 22 Toelichting per kengetal zie pag. 82 Bron: InterPIG over 2011, LEI Wageningen UR april 2013 83

84

Diergezondheid 85

V. DIERGEZONDHEID Symptomen Circo PCV2 virus (Porcine Circo Virus type 2) is de veroorzaker van de grote acute problemen (PMWS/ slijterziekte ) die in 2000-2002 plaatsvonden in de Nederlandse varkenshouderij. De afgelopen jaren is dit beeld meer chronisch/subklinisch geworden met soms op bedrijfsniveau een tijdelijke opflak kering naar de acute vorm. Nagenoeg elk Europees varkens bedrijf is PCV2 positief. Aangezien het virus de immuniteit op een basaal niveau aanpakt, is schade ook op chronisch/subklinisch geïnfecteerde bedrijven (indirect) vaak aanzienlijk. Symptomen acute vorm: Bleke, soms gele varkens Slijters, achterblijvers Vergrote lymfeknopen (in de lies) Koorts (40-41 C) Versnelde ademhaling/longontsteking, niezen, hoesten Diarree Porcine Dermatitis en Nefropathie Syndrome (PDNS) Aangetast 10-15%, uitval 6-10% Symptomen chronische/subklinische vorm: Verminderde vaccineffectiviteit Verminderde groei Verhoogde gevoeligheid voor andere kiemen (PRDC) Verhoogd gebruik van antibiotica Vruchtbaarheidsproblemen ten gevolge van een PCV2 infectie komen minder frequent voor. Algemeen wordt aangenomen dat vruchtbaarheidsproblemen meer optreden wanneer dieren een eerste keer met het virus in contact komen tijdens de dracht. Daarom worden de meeste problemen gezien bij gelten en nieuw opstartende/uitbreidende bedrijven. 86

Symptomen Ileitis (PIA) In Nederland zijn bijna alle bedrijven besmet met Ileitis (Lawsonia intracellularis). Ileitis is vooral onder de naam PIA bekend. Afhankelijk van de leeftijd bij infectie, de infectiedosis en de omgevingsfactoren kan een klinische Ileitis of sub - klinische Ileitis ontstaan. De klinische vorm kent twee uitingsvormen; de acute vorm met acuut dode dieren en de chronische vorm met diarree. De subklinische vorm komt het meest voor en uit zich zonder duidelijke symptomen. Vooral tegenvallende resultaten zijn een gevolg van deze vorm van Ileitis. De acute vorm komt vooral bij zware vleesvarkens en oudere opfokgelten voor en kan zich als volgt uiten: Bloederige diarree Plotseling dode dieren De chronische vorm zien we vooral bij dieren tussen 8 en 16 weken en kan zich als volgt uiten: Langzame verspreiding door de koppel Diarree Slechte uniformiteit De subklinische vorm komt voor vanaf spenen tot aan de slacht: Tegenvallende technische resultaten Verminderde uniformiteit en slachtkwaliteit Verminderde groei en verhoogde voerconversie 87

V. DIERGEZONDHEID Symptomen Periparturient Hypogalactie Syndroom (PHS) PHS werd voorheen Mastitis Metritis Agalactie (MMA) genoemd. Oorzaak: Problemen met werpen Verminderde voer- en wateropname en constipatie Acute infecties, endotoxineresorptie vanuit de darm Symptomen: Koorts Afnemende melkaanmaak Pijn Op het uier blijven liggen Afnemende lichaamsconditie Mobilisatie van lichaamsvet Gevolg: Tekort aan biest/melk voor de biggen tomen niet uniform, hoge uitval in de kraamstal Aanpak: Management rond voeren en kraamstalmanagement aanpakken Indien bacteriële infecties meespelen, antibiotica toedienen Geef een langwerkende ontstekingsremmer/ pijnstiller (min. 24 uur werkend) 88

Symptomen Mycoplasma Mycoplasma hyopneumoniae (M. hyo) geldt wereldwijd als een van de belangrijkste ziekteverwekkers in de varkenshouderij en veroorzaakt luchtwegproblemen. In Nederland is Mycoplasma op de meeste bedrijven aanwezig. Bij een ongecompliceerd verloop ziet men de volgende symptomen: Langdurige droge hoest die voornamelijk voorkomt bij vleesvarkens met een leeftijd van 3-6 maanden Lichte koorts Verminderde voeropname Groeiachterstand die tot uiting komt in de vorm van ongelijke tomen vleesvarkens In een stalomgeving ademen dieren voortdurend lucht in die bacteriën en virussen bevat. Bij gezonde varkens wordt een groot deel van deze kiemen vastgehouden in de slijmlaag van de bovenste luchtwegen. Dit slijm wordt door middel van de golvende beweging van trilhaartjes, die zich op de wand van de luchtwegen bevinden, terug naar buiten gewerkt bij het hoesten. Bij aantasting door Mycoplasma hechten deze bacteriën zich vast aan de toppen van de trilhaartjes en scheiden gif stoffen af die deze trilhaartjes vernietigen. Hierdoor is de zuiverende werking verstoord en komen meer kiemen terecht in de longen, waar ze schade kunnen aanrichten. We zien daarom vaak secundaire infecties (APP, Pasteurella, enz.). Tegelijkertijd zorgen virale aandoeningen (PRRS, Influenza, Circo) ervoor dat M.hyo gemakkelijker kan aanslaan. Dit complex van luchtwegaandoeningen staat bekend als PRDC (Porcine Respiratory Disease Complex). 89

V. DIERGEZONDHEID Symptomen PRRS Het Porcine Reproductive and Respiratory Syndrome wordt door een virus veroorzaakt en kan luchtweg- en reproductieproblemen veroorzaken. In Nederland is het virus endemisch aanwezig. Bij zeugen kunnen de volgende symptomen waargenomen worden: Verhoogd percentage terugkeerders (vnl. regelmatige) Verwerpen in het laatste derde van de dracht Meer vroeggeboortes Meer zwakgeboren biggen Meer doodgeboren biggen Meer uitval in de kraamstal Bij gespeende biggen en vleesvarkens kunnen de volgende symptomen waargenomen worden: Luchtwegproblemen, vaak therapieresistent gedurende een aantal weken Minder groei Minder uniform koppel Gevoelig voor secundaire infecties Meer uitval Ontsteking van de oogleden (conjunctivitis) en/of rood-blauwverkleuring van de oren 90

Infectieuze gezondheidsproblemen bij zeugen 91

Luchtwegaandoeningen bij biggen en vleesvarkens 92

Darmaandoeningen bij biggen en vleesvarkens 93

V. DIERGEZONDHEID PRRS of Infuenza Symptoom PRRS Influenza Terugkomers Abortus Vroeggeboortes Dood-/zwakgeboren biggen Mummies Mogelijk (regelmatig) Late (vanaf 100 dagen dracht) Ja (vanaf dag 110) Ja Ja (alleen grote) Ja (regel- en onregelmatig) Alle stadia Ja Ja Ja Kleine tomen Nee Ja Koorts bij dragende zeugen Koorts bij lacterende zeugen Zelden Nee Ja Ja Hoestende zeugen Zelden Vaak 94

Diagnostiek Wat is het belang van een goede diagnose? 1. Een verkeerde diagnose kost geld; Verkeerde of minder geschikte maatregelen en medicijnen worden ingezet De behandeling geeft niet het gewenste resultaat 2. Volksgezondheid; Meer preventieve maatregelen (management en/of vaccins) om primaire oorzaken aan te pakken, waardoor minder antibiotica nodig is Het gericht inzetten van antibiotica geeft een kleinere kans op resistentievorming Wat gebruik je om een goede diagnose te stellen? Het verhaal van de varkenshouder Klinisch beeld in de stal Sectie van acute fase dieren Bloed-/speeksel-/mestonderzoek Laboratoriumonderzoek; bacteriologie, virologie, parasitologie Slachtlijnonderzoek Door de combinatie kom je tot een goede diagnose. 95

V. DIERGEZONDHEID Tien tips voor het vaccineren (van biggen) 1. Weet waartegen u moet vaccineren Om te weten welke kiem aangepakt moet worden, is het stellen van de juiste diagnose erg belangrijk. 2. Vaccineer voordat problemen optreden Een vaccin heeft ongeveer twee weken nodig om voldoende bescherming te ontwikkelen. Meestal is vaccineren in de week voor het spenen het beste moment, zo vaccineert u niet te laat. 3. Vaccineer ook niet te vroeg Vaccineren in de eerste levensweek is niet aan te raden. De biestantistoffen kunnen zorgen voor een hoge maternale immuniteit en zo de werking van het vaccin verstoren, waardoor de bescherming minder zal zijn. Daarnaast is het raadzaam biggen in deze periode zo veel mogelijk met rust te laten en het vaccineren dus een tot twee weken uit te stellen. 4. Vaccineer niet op stressmomenten Ga pasgeboren biggen niet vaccineren. Deze dieren moeten enkel en alleen biest drinken. Vaccineer ook liever niet op het moment van spenen of opleggen van de vleesvarkens. Dit zijn allemaal stressmomenten die ervoor kunnen zorgen dat een vaccinatie minder goed aanslaat. 5. Vaccineer alleen dieren die gezond en fit zijn Alleen gezonde dieren zijn in staat een goede afweer op te bouwen. Bovendien vraagt elke vaccinatie een reactie van het immuunapparaat. Een zieke big kan dat er niet bij hebben. 96