62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 27 maart 2019

Vergelijkbare documenten
61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 10 juli 2018

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 14 januari 2019

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 11 april 2018

59e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 25 augustus 2016

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 5 september 2018

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 3 september 2018

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 16 juli 2018

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 27 november 2018

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 4 juli 2019

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 6 maart 2019

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 2 oktober 2018

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 24 juni 2019

60e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 4 november 2017

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 16 augustus 2018

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 12 juli 2018

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 5 januari 2018

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 26 februari 2019

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 30 augustus 2019

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 19 april 2018

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 28 januari 2019

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 20 februari 2019

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 20 juni 2018

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 4 januari 2019

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 17 januari 2019

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 17 juli 2018

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 4 oktober 2018

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 19 september 2018

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 13 mei 2019

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 20 januari 2018

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 12 november 2018

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 13 juli 2018

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 18 september 2018

59e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 20 april 2016

57e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 27 november 2014

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 30 mei 2018

60e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 31 oktober 2017

BD-FRIS. Eisen aan en toelichting op XBRL instances. voor gebruik met de Nederlandse Taxonomie 2012, versie 6.3

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 11 januari 2019

Vreemde Valutarekening Renteoverzicht

59e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 7 januari 2016

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/309 VAN DE COMMISSIE. van 23 februari 2017

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 24 juli 2018

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 9 januari 2019

Vreemde Valutarekening Renteoverzicht

59e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 26 augustus 2016

BD-FRIS. Eisen aan en toelichting op XBRL instances. voor gebruik met de Nederlandse Taxonomie 2014, voor het doen van een verzoek/wijziging

BD-FRIS. Eisen aan en toelichting op XBRL instances. voor gebruik met de Nederlandse Taxonomie 2013, voor het doen van een verzoek/wijziging

Koerslijst donderdag 31 december :00 uur

(Voor de EER relevante tekst)

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 1 juli 2019

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 16 januari 2019

Renteoverzicht ABN AMRO Basistarieven Vreemde Valutarekening.

Renteoverzicht ABN AMRO Basistarieven Vreemde Valutarekening.

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 25 september 2018

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 23 juli 2018

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 20 november 2018

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

57e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 30 augustus 2014

FSMA_2018_01-1 dd. 19/12/2017. Aard van de waarden

Mededelingen en bekendmakingen INFORMATIE OVER DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 27 september 2018

Mededelingen en bekendmakingen. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

2010/06 Structuur van het Publicatieblad - Aanpassing ingevolge de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon Publicatieblad, L-serie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25

FSMA_2013_01-1 dd. 15/01/2013. Activa die als tegenwaarde dienen van de solvabiliteitsmarge Zone A (4) Overige 1.

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 juli 2015 (OR. en)

Buitenlands betalingsverkeer

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 5 februari 2019

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 19 februari 2019

Activa die als tegenwaarde dienen van de solvabiliteitsmarge

C 337 E/172 Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen

62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 19 maart 2019

Juridische Afdeling. CO 949 bijlage 7/157. Betreft: Omrekeningskoersen van de munteenheden. Mevrouw, Mijnheer,

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 november 2004 (OR. en) 14297/04 COWEB 219

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

8194/18 JVS/sht DGC 2A. Raad van de Europese Unie Brussel, 14 mei 2018 (OR. en) 8194/18. Interinstitutioneel dossier: 2018/0102 (NLE)

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957

Raad van de Europese Unie Brussel, 27 oktober 2014 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

61e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 26 oktober 2018

Raad van de Europese Unie Brussel, 5 oktober 2016 (OR. en)

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

Raad van de Europese Unie Brussel, 14 mei 2018 (OR. en)

Voorwaarden en tarieven België

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 26 mei 2015 (OR. en)

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2008 Nr. 71

BIJLAGEN. bij het. Gezamenlijk voorstel voor een Besluit van de Raad

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 mei 2010 (18.05) (OR. en) 9846/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0123 (NLE) EEE 18 BUDGET 30 MI 149

GSC.TFUK. Raad van de Europese Unie Brussel, 7 januari 2019 (OR. en) XT 21106/18. Interinstitutioneel dossier: 2018/0426 (NLE) BXT 125

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Transcriptie:

Publicatieblad C 115 van de Europese Unie 62e jaargang Uitgave in de Nederlandse taal Mededelingen en bekendmakingen 27 maart 2019 Inhoud II Mededelingen MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE Europese Commissie 2019/C 115/01 Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak M.9094 Amcor/ Bemis) ( 1 )... 1 2019/C 115/02 Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak M.9261 CD&R/ FHI) ( 1 )... 1 2019/C 115/03 Mededeling van de Commissie uit hoofde van artikel 11, lid 5, van de monetaire overeenkomst tussen de Europese Unie en het Vorstendom Monaco... 2 IV Informatie INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE Europese Commissie 2019/C 115/04 Wisselkoersen van de euro... 5 2019/C 115/05 Besluit van de Commissie van 18 maart 2019 inzake de deelname van de nationale regulerende instantie van Montenegro aan het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie... 6 NL ( 1 ) Voor de EER relevante tekst.

2019/C 115/06 Besluit van de Commissie van 18 maart 2019 inzake de deelname van de nationale regulerende instantie van de Republiek Noord-Macedonië aan het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie... 11 2019/C 115/07 Besluit van de Commissie van 18 maart 2019 inzake de deelname van de nationale regulerende instantie van Bosnië en Herzegovina aan het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie... 16 2019/C 115/08 Besluit van de Commissie van 18 maart 2019 inzake de deelname van de nationale regulerende instantie van de Republiek Servië aan het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie... 21 2019/C 115/09 Besluit van de Commissie van 18 maart 2019 inzake de deelname van de nationale regulerende instantie van Kosovo aan het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie... 26 2019/C 115/10 Besluit van de Commissie van 18 maart 2019 inzake de deelname van de nationale regulerende instantie van de Republiek Albanië aan het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie... 31 V Bekendmakingen ANDERE HANDELINGEN Europese Commissie 2019/C 115/11 Informatie over de beoordeling van technische dossiers voor gevestigde geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken... 36 2019/C 115/12 Kennisgeving aan Tariq Gidar Group (TGG), die is toegevoegd aan de lijst bedoeld in de artikelen 2, 3 en 7 van Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad van 27 mei 2002 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met de organisaties ISIS (Da esh) en Al Qaida, overeenkomstig Uitvoeringsverordening (EU) 2019/507 van de Commissie... 50

27.3.2019 NL Publicatieblad van de Europese Unie C 115/1 II (Mededelingen) MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE EUROPESE COMMISSIE Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak M.9094 Amcor/Bemis) (Voor de EER relevante tekst) (2019/C 115/01) Op 11 februari 2019 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de interne markt te verklaren. Dit besluit is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), in samenhang met artikel 6, lid 2 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad ( 1 ). De volledige tekst van het besluit is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar: op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling Fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebesluiten op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector; in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/homepage.html?locale=nl) onder document nr. 32019M9094. EUR-Lex biedt onlinetoegang tot de communautaire wetgeving. ( 1 ) PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1. Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak M.9261 CD&R/FHI) (Voor de EER relevante tekst) (2019/C 115/02) Op 1 maart 2019 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de interne markt te verklaren. Dit besluit is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad ( 1 ). De volledige tekst van het besluit is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar: op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling Fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebesluiten op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector; in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/homepage.html?locale=nl) onder document nr. 32019M9261. EUR-Lex biedt onlinetoegang tot de communautaire wetgeving. ( 1 ) PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.

C 115/2 NL Publicatieblad van de Europese Unie 27.3.2019 Mededeling van de Commissie uit hoofde van artikel 11, lid 5, van de monetaire overeenkomst tussen de Europese Unie en het Vorstendom Monaco (2019/C 115/03) Het gemengd comité bestaande uit vertegenwoordigers van het Vorstendom Monaco en de Europese Unie heeft, overeenkomstig artikel 11, lid 5, van de monetaire overeenkomst tussen de Europese Unie en het Vorstendom Monaco, de lijst van bijlage B bij de monetaire overeenkomst bijgewerkt ( 1 ). ( 1 ) PB C 23 van 28.1.2012, blz. 13.

27.3.2019 NL Publicatieblad van de Europese Unie C 115/3 BIJLAGE BIJLAGE B Ten uitvoer te leggen rechtsbepalingen Uiterste datum van tenuitvoerlegging Voorkoming van witwassen van geld 1 Verordening (EG) nr. 1889/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende de controle van liquide middelen die de Gemeenschap binnenkomen of verlaten (PB L 309 van 25.11.2005, blz. 9) 2 Verordening (EU) 2015/847 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1781/2006 (PB L 141 van 5.6.2015, blz. 1) 30 juni 2017 ( 2 ) 3 Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering, tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijn 2006/70/EG van de Commissie (PB L 141 van 5.6.2015, blz. 73) 30 juni 2017 ( 2 ) Gewijzigd bij: 4 Richtlijn (EU) 2018/843 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 tot wijziging van Richtlijn (EU) 2015/849 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering, en tot wijziging van de Richtlijnen 2009/138/EG en 2013/36/EU (PB L 156 van 19.6.2018, blz. 43) 31 december 2020 ( 4 ) Aangevuld en ten uitvoer gelegd bij: 5 Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1675 van de Commissie van 14 juli 2016 tot aanvulling van Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad door de identificatie van derde landen met een hoog risico die strategische tekortkomingen vertonen (PB L 254 van 20.9.2016, blz. 1) 1 december 2017 ( 3 ) Gewijzigd bij: 6 Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/105 van de Commissie van 27 oktober 2017 houdende wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1675 wat betreft de toevoeging van Ethiopië aan de lijst van derde landen met een hoog risico in de in punt I van de bijlage opgenomen tabel (PB L 19 van 24.1.2018, blz. 1) 31 maart 2019 ( 4 ) 7 Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/212 van de Commissie van 13 december 2017 houdende wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1675 tot aanvulling van Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad, met betrekking tot de toevoeging van Sri Lanka, Trinidad en Tobago en Tunesië aan de in punt I van de bijlage opgenomen tabel (PB L 41 van 14.2.2018, blz. 4) 31 maart 2019 ( 4 ) Preventie van fraude en vervalsing 8 Kaderbesluit 2001/413/JBZ van de Raad van 28 mei 2001 betreffende de bestrijding van fraude en vervalsing in verband met andere betaalmiddelen dan contanten (PB L 149 van 2.6.2001, blz. 1)

C 115/4 NL Publicatieblad van de Europese Unie 27.3.2019 Ten uitvoer te leggen rechtsbepalingen Uiterste datum van tenuitvoerlegging 9 Verordening (EG) nr. 1338/2001 van de Raad van 28 juni 2001 tot vaststelling van maatregelen die noodzakelijk zijn voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij (PB L 181 van 4.7.2001, blz. 6) Gewijzigd bij: 10 Verordening (EG) nr. 44/2009 van de Raad van 18 december 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1338/2001 tot vaststelling van maatregelen die noodzakelijk zijn voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij (PB L 17 van 22.1.2009, blz. 1) 11 Besluit 2001/887/JBZ van de Raad van 6 december 2001 inzake de bescherming van de euro tegen valsemunterij (PB L 329 van 14.12.2001, blz. 1) 12 Verordening (EG) nr. 2182/2004 van de Raad van 6 december 2004 betreffende op euromunten lijkende medailles en penningen (PB L 373 van 21.12.2004, blz. 1) Gewijzigd bij: 13 Verordening (EG) nr. 46/2009 van de Raad van 18 december 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2182/2004 betreffende op euromunten lijkende medailles en penningen (PB L 17 van 22.1.2009, blz. 5) 14 Richtlijn 2014/62/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de strafrechtelijke bescherming van de euro en andere munten tegen valsemunterij en ter vervanging van Kaderbesluit 2000/383/JBZ van de Raad (PB L 151 van 21.5.2014, blz. 1) 30 juni 2016 ( 1 ) Bancaire en financiële wetgeving 15 Richtlijn 97/9/EG van het Europees Parlement en de Raad van 3 maart 1997 inzake de beleggerscompensatiestelsels (PB L 84 van 26.3.1997, blz. 22) ( 1 ) Het gemengd comité heeft in 2014, overeenkomstig artikel 11, lid 5, van de monetaire overeenkomst tussen de Europese Unie en het Vorstendom Monaco, over deze termijn beslist. ( 2 ) Het gemengd comité heeft in 2015, overeenkomstig artikel 11, lid 5, van de monetaire overeenkomst tussen de Europese Unie en het Vorstendom Monaco, over deze termijn beslist. ( 3 ) Het gemengd comité heeft in 2017, overeenkomstig artikel 11, lid 5, van de monetaire overeenkomst tussen de Europese Unie en het Vorstendom Monaco, over deze termijn beslist. ( 4 ) Het gemengd comité heeft in 2018, overeenkomstig artikel 11, lid 5, van de monetaire overeenkomst tussen de Europese Unie en het Vorstendom Monaco, over deze termijn beslist.

27.3.2019 NL Publicatieblad van de Europese Unie C 115/5 IV (Informatie) INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE EUROPESE COMMISSIE Wisselkoersen van de euro ( 1 ) 26 maart 2019 (2019/C 115/04) 1 euro = Munteenheid Koers USD US-dollar 1,1291 JPY Japanse yen 124,72 DKK Deense kroon 7,4654 GBP Pond sterling 0,85330 SEK Zweedse kroon 10,4263 CHF Zwitserse frank 1,1222 ISK IJslandse kroon 136,90 NOK Noorse kroon 9,6398 BGN Bulgaarse lev 1,9558 CZK Tsjechische koruna 25,769 HUF Hongaarse forint 316,10 PLN Poolse zloty 4,2934 RON Roemeense leu 4,7580 TRY Turkse lira 6,2404 AUD Australische dollar 1,5832 Munteenheid Koers CAD Canadese dollar 1,5132 HKD Hongkongse dollar 8,8622 NZD Nieuw-Zeelandse dollar 1,6345 SGD Singaporese dollar 1,5254 KRW Zuid-Koreaanse won 1 280,91 ZAR Zuid-Afrikaanse rand 16,2218 CNY Chinese yuan renminbi 7,5818 HRK Kroatische kuna 7,4188 IDR Indonesische roepia 15 999,35 MYR Maleisische ringgit 4,5971 PHP Filipijnse peso 59,404 RUB Russische roebel 72,5964 THB Thaise baht 35,730 BRL Braziliaanse real 4,3568 MXN Mexicaanse peso 21,5085 INR Indiase roepie 77,7555 ( 1 ) Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.

C 115/6 NL Publicatieblad van de Europese Unie 27.3.2019 BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 18 maart 2019 inzake de deelname van de nationale regulerende instantie van Montenegro aan het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (2019/C 115/05) DE EUROPESE COMMISSIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, Overwegende hetgeen volgt: (1) Artikel 17, lid 1, van het Verdrag betreffende de Europese Unie geeft een opsomming van de bevoegdheden van de Commissie en bepaalt dat de Commissie het algemeen belang van de Unie moet bevorderen en daartoe passende initiatieven moet nemen, onder de bij de Verdragen bepaalde voorwaarden coördinerende, uitvoerende en beheerstaken moet uitoefenen, en voor de externe vertegenwoordiging van de Unie moet zorgen, behalve wat betreft het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid en de andere bij de Verdragen bepaalde gevallen. (2) Krachtens artikel 35, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1971 van het Europees Parlement en de Raad ( 1 ) moeten de raad van regulators, de werkgroepen en de raad van bestuur openstaan voor deelname van regulerende instanties van derde landen met primaire bevoegdheid op het gebied van elektronische communicatie, indien die derde landen met de Unie overeenkomsten in die zin hebben gesloten. In dat artikel is ook bepaald dat, krachtens de betreffende bepalingen van die overeenkomsten, werkafspraken moeten worden gemaakt met een omschrijving van met name de aard, de omvang en de manier waarop de regulerende instanties van de betrokken derde landen zonder stemrecht zullen deelnemen aan de werkzaamheden van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (hierna Berec genoemd) en het Berec-Bureau, met inbegrip van bepalingen betreffende de deelname aan initiatieven van Berec, financiële bijdragen en personeel van het Berec-Bureau. (3) Overeenkomstig artikel 106 van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Montenegro, anderzijds ( 2 ) moet de samenwerking op het gebied van elektronische communicatie in eerste instantie gericht zijn op prioritaire gebieden die verband houden met het communautair acquis op dit gebied. De partijen moeten met name de samenwerking op het gebied van netwerken en diensten voor elektronische communicatie versterken. De Unie en Montenegro hebben derhalve een overeenkomst gesloten in de zin van artikel 35, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1971. (4) De voortzetting van de deelname van de regulerende instantie van Montenegro aan Berec en het Berec-Bureau is volledig in overeenstemming met de strategie voor de Westelijke Balkan ( 3 ), waarin wordt opgeroepen tot acties om de digitale maatschappij te ontwikkelen, met inbegrip van de uitrol van breedband en de verlaging van roamingkosten, en om de wetgeving van die landen aan te passen aan de wetgeving van de Unie. Zoals aangegeven in de Digitale Agenda voor de Westelijke Balkan ( 4 ) moeten nauwere banden tussen de Unie en de nationale regelgevende instanties (NRI s) van de Westelijke Balkan ertoe bijdragen dat de regelgevingspraktijk in de regio dichter aansluit bij de praktijk in de Unie. (5) Aangezien de Unie er belang bij heeft de samenwerking met Montenegro te versterken en Montenegro aan te moedigen om het regelgevingskader van de Unie voor elektronische communicatie aan te nemen, is het passend om werkafspraken te maken voor de deelname van de regulerende instantie van Montenegro aan de raad van regulators en de werkgroepen van Berec en de raad van bestuur van het Berec-Bureau, BESLUIT: Artikel 1 De nationale regulerende instantie van Montenegro die in hoofdzaak is belast met het toezicht op de dagelijkse werking van de markten voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten, mag deelnemen aan de raad van regulators en de werkgroepen van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (hierna Berec genoemd) en de raad van bestuur van het Berec-Bureau. ( 1 ) Verordening (EU) 2018/1971 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot instelling van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (Berec) en het Bureau voor ondersteuning van Berec (Berec-Bureau), tot wijziging van Verordening (EU) 2015/2120 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1211/2009 (PB L 321 van 17.12.2018, blz. 1). ( 2 ) Besluit van de Raad en de Commissie 2010/224/EU, Euratom van 29 maart 2010 betreffende de sluiting van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Montenegro, anderzijds (PB L 108 van 29.4.2010, blz. 1). ( 3 ) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio s. Een geloofwaardig vooruitzicht op toetreding en een grotere EU-betrokkenheid bij de Westelijke Balkan (COM(2018) 65 final van 6.2.2018). ( 4 ) Werkdocument van de diensten van de Commissie, Measures in support of a Digital Agenda for the Western Balkans (Maatregelen ter ondersteuning van een Digitale Agenda voor de Westelijke Balkan) (SWD(2018) 360 final).

27.3.2019 NL Publicatieblad van de Europese Unie C 115/7 Het mandaat voor de deelname van de nationale regulerende instantie van Montenegro is vastgesteld in de bijlage. Artikel 2 Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld. Gedaan te Brussel, 18 maart 2019. Voor de Commissie Mariya GABRIEL Lid van de Commissie

C 115/8 NL Publicatieblad van de Europese Unie 27.3.2019 BIJLAGE MANDAAT 1. Deelname aan de raad van regulators van Berec 1. De nationale regulerende instantie (hierna NRI genoemd) van Montenegro mag deelnemen aan de werkzaamheden van de raad van regulators van Berec. 2. De NRI van Montenegro benoemt het hoofd van de NRI, een lid van het collegiale orgaan ervan of de vervanger van een van hen als vertegenwoordiger om deel te nemen aan de beraadslagingen van de raad van regulators. 3. De NRI van Montenegro benoemt eveneens een plaatsvervanger, die de vertegenwoordiger zal vervangen bij diens afwezigheid. Als plaatsvervanger wordt benoemd het hoofd van de NRI, een lid van het collegiale orgaan ervan, of de vervanger van een van hen, of een ander personeelslid van de NRI. 4. De vertegenwoordiger van de NRI van Montenegro en de plaatsvervanger worden benoemd op grond van hun kennis op het gebied van elektronische communicatie, met inachtneming van hun relevante bestuurlijke, administratieve en budgettaire vaardigheden. Om ervoor te zorgen dat maximaal voordeel wordt gehaald uit hun deelname, streven de NRI s ernaar het verloop van hun vertegenwoordigers en, voor zover mogelijk, van hun plaatsvervangers, te beperken. 5. De deelnemer van de NRI van Montenegro heeft het recht om bij alle besprekingen een standpunt te formuleren, ongeacht of deze besprekingen in een vergadering van de raad van regulators van Berec of in een ander kader plaatsvinden. Deze standpunten worden naar behoren opgenomen in de notulen overeenkomstig de regels en werkmethoden van de raad van regulators. 6. De namen van de vertegenwoordiger van de NRI van Montenegro en van de plaatsvervanger worden opgenomen in de lijst van leden van de raad van regulators overeenkomstig artikel 7, lid 5, van Verordening (EU) 2018/1971 ( 1 ). 7. Wanneer de vertegenwoordiger van de NRI van Montenegro of de plaatsvervanger deelneemt aan de werkzaamheden van de raad van regulators, vraagt noch aanvaardt deze instructies van een regering, instelling, persoon of orgaan. 2. Deelname aan de werkgroepen 1. De NRI van Montenegro kan deskundigen aanwijzen om deel te nemen aan de werkgroepen van Berec. 2. Deze deskundigen kunnen aan alle activiteiten van de werkgroepen deelnemen overeenkomstig de regels en werkmethoden van Berec. Zij kunnen bij alle uitwisselingen een standpunt formuleren, ongeacht of deze uitwisselingen in een vergadering van de werkgroepen of in een ander kader plaatsvinden. 3. Deelname aan de raad van bestuur van het Berec-Bureau 1. De NRI van Montenegro mag deelnemen aan de werkzaamheden van de raad van bestuur van het Berec-bureau. 2. Voor deelname aan de werkzaamheden van de raad van bestuur benoemt de NRI van Montenegro de als vertegenwoordiger in de raad van regulators benoemde persoon, of een andere persoon dan de vertegenwoordiger in de raad van regulators, waarbij dit het hoofd van de NRI, een lid van het collegiale orgaan ervan of de vervanger van een van hen is. 3. Als plaatsvervanger van de vertegenwoordiger bij diens afwezigheid benoemt de NRI van Montenegro de als plaatsvervanger van de vertegenwoordiger in de raad van regulators benoemde persoon, of een andere persoon, waarbij dit het hoofd van de NRI, een lid van het collegiale orgaan ervan of de vervanger van een van hen, of een ander personeelslid van de NRI is. 4. De deelnemer van de NRI van Montenegro heeft het recht om bij alle besprekingen een standpunt te formuleren, ongeacht of deze besprekingen in een vergadering van de raad van bestuur van Berec of in een ander kader plaatsvinden. Deze standpunten worden naar behoren opgenomen in de notulen overeenkomstig de regels en werkmethoden van de raad van bestuur. 5. De namen van de vertegenwoordiger van de NRI van Montenegro en van de plaatsvervanger worden opgenomen in de lijst van leden van de raad van bestuur overeenkomstig Artikel 15, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1971. ( 1 ) Verordening (EU) 2018/1971 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot instelling van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (Berec) en het Bureau voor ondersteuning van Berec (Berec-Bureau), tot wijziging van Verordening (EU) 2015/2120 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1211/2009 (PB L 321 van 17.12.2018, blz. 1).

27.3.2019 NL Publicatieblad van de Europese Unie C 115/9 6. Wanneer de vertegenwoordiger van de NRI van Montenegro of de plaatsvervanger deelneemt aan de werkzaamheden van de raad van bestuur, vraagt noch aanvaardt deze instructies van een regering, instelling, persoon of orgaan. 4. Belangenverklaringen 1. De vertegenwoordigers van de NRI van Montenegro in de raad van regulators en de raad van bestuur, alsook hun plaatsvervangers, leggen elk een schriftelijke verbintenissenverklaring af over het bestaan van directe of indirecte belangen die hun onafhankelijkheid zouden kunnen aantasten. Dergelijke verklaringen worden afgelegd wanneer verantwoordelijkheden worden opgenomen en worden bekendgemaakt. Ze zijn accuraat en volledig, en worden geactualiseerd telkens er een risico is dat er een direct of indirect belang bestaat dat de onafhankelijkheid van de persoon die de verklaring aflegt, zou kunnen aantasten. 5. Personeel Het Berec-Bureau kan een beroep doen op personeel van Montenegro, met inbegrip van gedetacheerde nationale deskundigen en andere personeelsleden die niet bij het Berec-Bureau in dienst zijn, overeenkomstig een door de raad van bestuur te nemen besluit. 6. Financiële bijdrage van de NRI van Montenegro aan het Berec-Bureau 1. De financiële bijdrage aan de begroting van het Berec-Bureau die de NRI van Montenegro moet betalen om deel te nemen aan Berec, komt overeen met de volledige kosten van de deelname ervan overeenkomstig de punten 1, 2 en 3 van deze bijlage. De bedragen zullen worden vastgesteld overeenkomstig het onderstaande punt 6.2. 2. De financiële bijdrage die de NRI van Montenegro moet betalen overeenkomstig punt 6.1 dekt de volgende kosten: kosten voor de terugbetaling van reiskosten die door de vertegenwoordigers van de NRI worden gemaakt om deel te nemen aan vergaderingen van Berec, overeenkomstig de terugbetalingsregels van Berec; administratieve kosten in verband met de bovengenoemde terugbetaling van reiskosten, waarbij de administratieve kosten maximaal 3 % van de vergoede reiskosten bedragen; administratieve kosten in verband met de algemene deelname van de NRI aan de werkzaamheden van Berec. Het bedrag van de financiële bijdrage wordt bepaald door Berec, rekening houdend met onder meer de verwachte dienstreizen voor het komende jaar en de dienstreizen en terugbetalingen voor het afgelopen jaar of de afgelopen jaren die daadwerkelijk hebben plaatsgevonden. 3. De bijdrage van de NRI zal worden geïnd in overeenstemming met de financiële regels van het Berec-Bureau, die zijn vastgesteld overeenkomstig artikel 29 van Verordening (EU) 2018/1971. 4. De reis- en verblijfskosten van de vertegenwoordigers en deskundigen van de NRI van Montenegro in het kader van hun deelname aan de werkzaamheden van Berec en het Berec-Bureau, met inbegrip van daarmee verband houdende vergaderingen, worden terugbetaald door het Berec-Bureau overeenkomstig de regels die zijn vastgesteld in het besluit van het beheerscomité van het Berec-Bureau betreffende de terugbetaling van reis- en verblijfskosten, alsmede andere tijdens reizen gemaakte onkosten van personen die niet bij het Berec-Bureau in dienst zijn ( 2 ). 5. Na de inwerkingtreding van dit besluit en bij het begin van ieder nieuw jaar doet het Berec-Bureau de NRI een verzoek tot storting toekomen ter hoogte van de volgens dit besluit verschuldigde bijdrage van het NRI aan het Bureau. 6. Deze bijdrage wordt uitgedrukt in EUR en betaald op een EUR-bankrekening van het Berec-Bureau. 7. De NRI van Montenegro betaalt haar bijdrage overeenkomstig het verzoek tot storting binnen dertig dagen nadat het verzoek tot storting door het Berec-Bureau is verzonden. 8. Bij vertraging betaalt de NRI rente over het op de vervaldag openstaande bedrag. De rentevoet stemt overeen met de door de Europese Centrale Bank op de vervaldag voor haar eurotransacties gehanteerde rentevoet, vermeerderd met 1,5 procentpunt. ( 2 ) Besluit van het beheerscomité van het Berec-Bureau betreffende de terugbetaling van reis- en verblijfskosten, alsmede andere tijdens reizen gemaakte onkosten van personen die niet bij het Berec-Bureau in dienst zijn en tot intrekking van het vorige besluit van het beheerscomité nr. MC/2013/05 van 6 juni 2013 (MC/2015/13).

C 115/10 NL Publicatieblad van de Europese Unie 27.3.2019 7. Gedetailleerde werkafspraken 1. De raad van regulators en de raad van bestuur specificeren in voorkomend geval de gedetailleerde werkafspraken voor de deelname van de NRI van Montenegro overeenkomstig Verordening (EU) 2018/1971 en het onderhavige mandaat. 2. De NRI van Montenegro mag deelnemen aan de werkzaamheden van Berec, met inbegrip van de raad van regulators en de werkgroepen, en aan de raad van bestuur vanaf de dag van inwerkingtreding van dit besluit, ongeacht of de gedetailleerde werkafspraken als bedoeld in het bovenstaande punt 7.1 reeds zijn opgesteld.

27.3.2019 NL Publicatieblad van de Europese Unie C 115/11 BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 18 maart 2019 inzake de deelname van de nationale regulerende instantie van de Republiek Noord-Macedonië aan het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (2019/C 115/06) DE EUROPESE COMMISSIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, Overwegende hetgeen volgt: (1) Artikel 17, lid 1, van het Verdrag betreffende de Europese Unie geeft een opsomming van de bevoegdheden van de Commissie en bepaalt dat de Commissie het algemeen belang van de Unie moet bevorderen en daartoe passende initiatieven moet nemen, onder de bij de Verdragen bepaalde voorwaarden coördinerende, uitvoerende en beheerstaken moet uitoefenen, en voor de externe vertegenwoordiging van de Unie moet zorgen, behalve wat betreft het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid en de andere bij de Verdragen bepaalde gevallen. (2) Krachtens artikel 35, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1971 van het Europees Parlement en de Raad ( 1 ) moeten de raad van regulators, de werkgroepen en de raad van bestuur openstaan voor deelname van regulerende instanties van derde landen met primaire bevoegdheid op het gebied van elektronische communicatie, indien die derde landen met de Unie overeenkomsten in die zin hebben gesloten. In dat artikel is ook bepaald dat, krachtens de betreffende bepalingen van die overeenkomsten, werkafspraken moeten worden gemaakt met een omschrijving van met name de aard, de omvang en de manier waarop de regulerende instanties van de betrokken derde landen zonder stemrecht zullen deelnemen aan de werkzaamheden van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (hierna Berec genoemd) en het Berec-Bureau, met inbegrip van bepalingen betreffende de deelname aan initiatieven van Berec, financiële bijdragen en personeel van het Berec-Bureau. (3) Overeenkomstig artikel 95 van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Noord-Macedonië, anderzijds ( 2 ) moeten de partijen de samenwerking op het gebied van elektronische communicatie-infrastructuur en aanverwante diensten versterken. De prioritaire gebieden omvatten onder meer beleidsontwikkeling, wettelijke aspecten en aspecten van de reglementering, alsook institutionele opbouw ter ondersteuning van een geliberaliseerd klimaat. De Unie en de Republiek Noord-Macedonië hebben derhalve een overeenkomst gesloten in de zin van artikel 35, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1971. (4) De voortzetting van de deelname van de regulerende instantie van de Republiek Noord-Macedonië aan Berec en het Berec-Bureau is volledig in overeenstemming met de strategie voor de Westelijke Balkan ( 3 ), waarin wordt opgeroepen tot acties om de digitale maatschappij te ontwikkelen, met inbegrip van de uitrol van breedband en de verlaging van roamingkosten, en om de wetgeving van die landen aan te passen aan de wetgeving van de Unie. Zoals aangegeven in de Digitale Agenda voor de Westelijke Balkan ( 4 ) moeten nauwere banden tussen de Unie en de nationale regelgevende instanties (NRI s) van de Westelijke Balkan ertoe bijdragen dat de regelgevingspraktijk in de regio dichter aansluit bij de praktijk in de Unie. (5) Aangezien de Unie er belang bij heeft de samenwerking met de Republiek Noord-Macedonië te versterken en de Republiek Noord-Macedonië aan te moedigen om het regelgevingskader van de Unie voor elektronische communicatie aan te nemen, is het passend om werkafspraken te maken voor de deelname van de regulerende instantie van de Republiek Noord-Macedonië aan de raad van regulators en de werkgroepen van Berec en de raad van bestuur van het Berec-Bureau, BESLUIT: Artikel 1 De nationale regulerende instantie van de Republiek Noord-Macedonië die in hoofdzaak is belast met het toezicht op de dagelijkse werking van de markten voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten, mag deelnemen aan de raad van regulators en de werkgroepen van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (hierna Berec genoemd) en de raad van bestuur van het Berec-Bureau. ( 1 ) Verordening (EU) 2018/1971 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot instelling van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (Berec) en het Bureau voor ondersteuning van Berec (Berec-Bureau), tot wijziging van Verordening (EU) 2015/2120 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1211/2009 (PB L 321 van 17.12.2018, blz. 1). ( 2 ) Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds (PB L 84 van 20.3.2004, blz. 13). ( 3 ) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio s. Een geloofwaardig vooruitzicht op toetreding en een grotere EU-betrokkenheid bij de Westelijke Balkan (COM(2018) 65 final van 6.2.2018). ( 4 ) Werkdocument van de diensten van de Commissie, Measures in support of a Digital Agenda for the Western Balkans (Maatregelen ter ondersteuning van een Digitale Agenda voor de Westelijke Balkan) (SWD(2018) 360 final).

C 115/12 NL Publicatieblad van de Europese Unie 27.3.2019 Het mandaat voor de deelname van de nationale regulerende instantie van de Republiek Noord-Macedonië is vastgesteld in de bijlage. Artikel 2 Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld. Gedaan te Brussel, 18 maart 2019. Voor de Commissie Mariya GABRIEL Lid van de Commissie

27.3.2019 NL Publicatieblad van de Europese Unie C 115/13 BIJLAGE MANDAAT 1. Deelname aan de raad van regulators van Berec 1. De nationale regulerende instantie (hierna NRI genoemd) van de Republiek Noord-Macedonië mag deelnemen aan de werkzaamheden van de raad van regulators van Berec. 2. De NRI van de Republiek Noord-Macedonië benoemt het hoofd van de NRI, een lid van het collegiale orgaan ervan of de vervanger van een van hen als vertegenwoordiger om deel te nemen aan de beraadslagingen van de raad van regulators. 3. De NRI van de Republiek Noord-Macedonië benoemt eveneens een plaatsvervanger, die de vertegenwoordiger zal vervangen bij diens afwezigheid. Als plaatsvervanger wordt benoemd het hoofd van de NRI, een lid van het collegiale orgaan ervan, of de vervanger van een van hen, of een ander personeelslid van de NRI. 4. De vertegenwoordiger van de NRI van de Republiek Noord-Macedonië en de plaatsvervanger worden benoemd op grond van hun kennis op het gebied van elektronische communicatie, met inachtneming van hun relevante bestuurlijke, administratieve en budgettaire vaardigheden. Om ervoor te zorgen dat maximaal voordeel wordt gehaald uit hun deelname, streven de NRI s ernaar het verloop van hun vertegenwoordigers en, voor zover mogelijk, van hun plaatsvervangers, te beperken. 5. De deelnemer van de NRI van de Republiek Noord-Macedonië heeft het recht om bij alle besprekingen een standpunt te formuleren, ongeacht of deze besprekingen in een vergadering van de raad van regulators van Berec of in een ander kader plaatsvinden. Deze standpunten worden naar behoren opgenomen in de notulen overeenkomstig de regels en werkmethoden van de raad van regulators. 6. De namen van de vertegenwoordiger van de NRI van de Republiek Noord-Macedonië en van de plaatsvervanger worden opgenomen in de lijst van leden van de raad van regulators overeenkomstig Artikel 7, lid 5, van Verordening (EU) 2018/1971 ( 1 ). 7. Wanneer de vertegenwoordiger van de NRI van de Republiek Noord-Macedonië of de plaatsvervanger deelneemt aan de werkzaamheden van de raad van regulators, vraagt noch aanvaardt deze instructies van een regering, instelling, persoon of orgaan. 2. Deelname aan de werkgroepen 1. De NRI van de Republiek Noord-Macedonië kan deskundigen aanwijzen om deel te nemen aan de werkgroepen van Berec. 2. Deze deskundigen kunnen aan alle activiteiten van de werkgroepen deelnemen overeenkomstig de regels en werkmethoden van Berec. Zij kunnen bij alle uitwisselingen een standpunt formuleren, ongeacht of deze uitwisselingen in een vergadering van de werkgroepen of in een ander kader plaatsvinden. 3. Deelname aan de raad van bestuur van het Berec-Bureau 1. De NRI van de Republiek Noord-Macedonië mag deelnemen aan de werkzaamheden van de raad van bestuur van het Berec-bureau. 2. Voor deelname aan de werkzaamheden van de raad van bestuur benoemt de NRI van de Republiek Noord-Macedonië de als vertegenwoordiger in de raad van regulators benoemde persoon, of een andere persoon dan de vertegenwoordiger in de raad van regulators, waarbij dit het hoofd van de NRI, een lid van het collegiale orgaan ervan of de vervanger van een van hen is. 3. Als plaatsvervanger van de vertegenwoordiger bij diens afwezigheid benoemt de NRI van de Republiek Noord-Macedonië de als plaatsvervanger van de vertegenwoordiger in de raad van regulators benoemde persoon, of een andere persoon, waarbij dit het hoofd van de NRI, een lid van het collegiale orgaan ervan of de vervanger van een van hen, of een ander personeelslid van de NRI is. 4. De deelnemer van de NRI van de Republiek Noord-Macedonië heeft het recht om bij alle besprekingen een standpunt te formuleren, ongeacht of deze besprekingen in een vergadering van de raad van bestuur van Berec of in een ander kader plaatsvinden. Deze standpunten worden naar behoren opgenomen in de notulen overeenkomstig de regels en werkmethoden van de raad van bestuur. ( 1 ) Verordening (EU) 2018/1971 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot instelling van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (Berec) en het Bureau voor ondersteuning van Berec (Berec-Bureau), tot wijziging van Verordening (EU) 2015/2120 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1211/2009 (PB L 321 van 17.12.2018, blz. 1).

C 115/14 NL Publicatieblad van de Europese Unie 27.3.2019 5. De namen van de vertegenwoordiger van de NRI van de Republiek Noord-Macedonië en van de plaatsvervanger worden opgenomen in de lijst van leden van de raad van bestuur overeenkomstig Artikel 15, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1971. 6. Wanneer de vertegenwoordiger van de NRI van de Republiek Noord-Macedonië of de plaatsvervanger deelneemt aan de werkzaamheden van de raad van bestuur, vraagt noch aanvaardt deze instructies van een regering, instelling, persoon of orgaan. 4. Belangenverklaringen 1. De vertegenwoordigers van de NRI van de Republiek Noord-Macedonië in de raad van regulators en de raad van bestuur, alsook hun plaatsvervangers, leggen elk een schriftelijke verbintenissenverklaring af over het bestaan van directe of indirecte belangen die hun onafhankelijkheid zouden kunnen aantasten. Dergelijke verklaringen worden afgelegd wanneer verantwoordelijkheden worden opgenomen en worden bekendgemaakt. Ze zijn accuraat en volledig, en worden geactualiseerd telkens er een risico is dat er een direct of indirect belang bestaat dat de onafhankelijkheid van de persoon die de verklaring aflegt, zou kunnen aantasten. 5. Personeel 1. Het Berec-Bureau kan een beroep doen op personeel van de Republiek Noord-Macedonië, met inbegrip van gedetacheerde nationale deskundigen en andere personeelsleden die niet bij het Berec-Bureau in dienst zijn, overeenkomstig een door de raad van bestuur te nemen besluit. 6. Financiële bijdrage van de NRI van de Republiek Noord-Macedonië aan het Berec-Bureau 1. De financiële bijdrage aan de begroting van het Berec-Bureau die de NRI van de Republiek Noord-Macedonië moet betalen om deel te nemen aan Berec, komt overeen met de volledige kosten van de deelname ervan overeenkomstig de punten 1, 2 en 3 van deze bijlage. De bedragen zullen worden vastgesteld overeenkomstig het onderstaande punt 6.2. 2. De financiële bijdrage die de NRI van de Republiek Noord-Macedonië moet betalen overeenkomstig punt 6.1 dekt de volgende kosten: kosten voor de terugbetaling van reiskosten die door de vertegenwoordigers van de NRI worden gemaakt om deel te nemen aan vergaderingen van Berec, overeenkomstig de terugbetalingsregels van Berec; administratieve kosten in verband met de bovengenoemde terugbetaling van reiskosten, waarbij de administratieve kosten maximaal 3 % van de vergoede reiskosten bedragen; administratieve kosten in verband met de algemene deelname van de NRI aan de werkzaamheden van Berec. Het bedrag van de financiële bijdrage wordt bepaald door Berec, rekening houdend met onder meer de verwachte dienstreizen voor het komende jaar en de dienstreizen en terugbetalingen voor het afgelopen jaar of de afgelopen jaren die daadwerkelijk hebben plaatsgevonden. 3. De bijdrage van de NRI zal worden geïnd in overeenstemming met de financiële regels van het Berec-Bureau, die zijn vastgesteld overeenkomstig artikel 29 van Verordening (EU) 2018/1971. 4. De reis- en verblijfskosten van de vertegenwoordigers en deskundigen van de NRI van de Republiek Noord-Macedonië in het kader van hun deelname aan de werkzaamheden van Berec en het Berec-Bureau, met inbegrip van daarmee verband houdende vergaderingen, worden terugbetaald door het Berec-Bureau overeenkomstig de regels die zijn vastgesteld in het besluit van het beheerscomité van het Berec-Bureau betreffende de terugbetaling van reis- en verblijfskosten, alsmede andere tijdens reizen gemaakte onkosten van personen die niet bij het Berec-Bureau in dienst zijn ( 2 ). 5. Na de inwerkingtreding van dit besluit en bij het begin van ieder nieuw jaar doet het Berec-Bureau de NRI een verzoek tot storting toekomen ter hoogte van de volgens dit besluit verschuldigde bijdrage van het NRI aan het Bureau. 6. Deze bijdrage wordt uitgedrukt in EUR en betaald op een EUR-bankrekening van het Berec-Bureau. 7. De NRI van de Republiek Noord-Macedonië betaalt haar bijdrage overeenkomstig het verzoek tot storting binnen dertig dagen nadat het verzoek tot storting door het Berec-Bureau is verzonden. ( 2 ) Besluit van het beheerscomité van het Berec-Bureau betreffende de terugbetaling van reis- en verblijfskosten, alsmede andere tijdens reizen gemaakte onkosten van personen die niet bij het Berec-Bureau in dienst zijn en tot intrekking van het vorige besluit van het beheerscomité nr. MC/2013/05 van 6 juni 2013 (MC/2015/13).

27.3.2019 NL Publicatieblad van de Europese Unie C 115/15 8. Bij vertraging betaalt de NRI rente over het op de vervaldag openstaande bedrag. De rentevoet stemt overeen met de door de Europese Centrale Bank op de vervaldag voor haar eurotransacties gehanteerde rentevoet, vermeerderd met 1,5 procentpunt. 7. Gedetailleerde werkafspraken 1. De raad van regulators en de raad van bestuur specificeren in voorkomend geval de gedetailleerde werkafspraken voor de deelname van de NRI van de Republiek Noord-Macedonië overeenkomstig Verordening (EU) 2018/1971 en het onderhavige mandaat. 2. De NRI van de Republiek Noord-Macedonië mag deelnemen aan de werkzaamheden van Berec, met inbegrip van de raad van regulators en de werkgroepen, en aan de raad van bestuur vanaf de dag van inwerkingtreding van dit besluit, ongeacht of de gedetailleerde werkafspraken als bedoeld in het bovenstaande punt 7.1 reeds zijn opgesteld.

C 115/16 NL Publicatieblad van de Europese Unie 27.3.2019 BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 18 maart 2019 inzake de deelname van de nationale regulerende instantie van Bosnië en Herzegovina aan het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (2019/C 115/07) DE EUROPESE COMMISSIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, Overwegende hetgeen volgt: (1) Artikel 17, lid 1, van het Verdrag betreffende de Europese Unie geeft een opsomming van de bevoegdheden van de Commissie en bepaalt dat de Commissie het algemeen belang van de Unie moet bevorderen en daartoe passende initiatieven moet nemen, onder de bij de Verdragen bepaalde voorwaarden coördinerende, uitvoerende en beheerstaken moet uitoefenen, en voor de externe vertegenwoordiging van de Unie moet zorgen, behalve wat betreft het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid en de andere bij de Verdragen bepaalde gevallen. (2) Krachtens artikel 35, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1971 van het Europees Parlement en de Raad ( 1 ) moeten de raad van regulators, de werkgroepen en de raad van bestuur openstaan voor deelname van regulerende instanties van derde landen met primaire bevoegdheid op het gebied van elektronische communicatie, indien die derde landen met de Unie overeenkomsten in die zin hebben gesloten. In dat artikel is ook bepaald dat, krachtens de betreffende bepalingen van die overeenkomsten, werkafspraken moeten worden gemaakt met een omschrijving van met name de aard, de omvang en de manier waarop de regulerende instanties van de betrokken derde landen zonder stemrecht zullen deelnemen aan de werkzaamheden van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (hierna Berec genoemd) en het Berec-Bureau, met inbegrip van bepalingen betreffende de deelname aan initiatieven van Berec, financiële bijdragen en personeel van het Berec-Bureau. (3) Overeenkomstig artikel 104 van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en Bosnië en Herzegovina, anderzijds ( 2 ) moet de samenwerking op het gebied van netwerken en diensten voor elektronische communicatie in eerste instantie gericht zijn op prioritaire gebieden die verband houden met het communautair acquis op dit gebied. De partijen moeten met name de samenwerking op het gebied van netwerken en diensten voor elektronische communicatie versterken. De Unie en Bosnië en Herzegovina hebben derhalve een overeenkomst gesloten in de zin van artikel 35, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1971. (4) De deelname van de regulerende instantie van Bosnië en Herzegovina aan Berec en het Berec-Bureau is volledig in overeenstemming met de strategie voor de Westelijke Balkan ( 3 ), waarin wordt opgeroepen tot acties om de digitale maatschappij te ontwikkelen, met inbegrip van de uitrol van breedband en de verlaging van roamingkosten, en om de wetgeving van die landen aan te passen aan de wetgeving van de Unie. Zoals aangegeven in de Digitale Agenda voor de Westelijke Balkan ( 4 ) moeten nauwere banden tussen de Unie en de nationale regelgevende instanties (NRI s) van de Westelijke Balkan ertoe bijdragen dat de regelgevingspraktijk in de regio dichter aansluit bij de praktijk in de Unie. (5) Aangezien de Unie er belang bij heeft de samenwerking met Bosnië en Herzegovina te versterken en Bosnië en Herzegovina aan te moedigen om het regelgevingskader van de Unie voor elektronische communicatie aan te nemen, is het passend om werkafspraken te maken voor de deelname van de regulerende instantie van Bosnië en Herzegovina aan de raad van regulators en de werkgroepen van Berec en de raad van bestuur van het Berec-Bureau, BESLUIT: Artikel 1 De nationale regulerende instantie van Bosnië en Herzegovina die in hoofdzaak is belast met het toezicht op de dagelijkse werking van de markten voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten, mag deelnemen aan de raad van regulators en de werkgroepen van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (hierna Berec genoemd) en de raad van bestuur van het Berec-Bureau. ( 1 ) Verordening (EU) 2018/1971 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot instelling van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (Berec) en het Bureau voor ondersteuning van Berec (Berec-Bureau), tot wijziging van Verordening (EU) 2015/2120 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1211/2009 (PB L 321 van 17.12.2018, blz. 1). ( 2 ) Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en Bosnië en Herzegovina, anderzijds (PB L 164 van 30.6.2015, blz. 2). ( 3 ) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio s. Een geloofwaardig vooruitzicht op toetreding en een grotere EU-betrokkenheid bij de Westelijke Balkan (COM(2018) 65 final van 6.2.2018). ( 4 ) Werkdocument van de diensten van de Commissie, Measures in support of a Digital Agenda for the Western Balkans (Maatregelen ter ondersteuning van een Digitale Agenda voor de Westelijke Balkan) (SWD(2018) 360 final).

27.3.2019 NL Publicatieblad van de Europese Unie C 115/17 Het mandaat voor de deelname van de nationale regulerende instantie van Bosnië Herzegovina is vastgesteld in de bijlage. Artikel 2 Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld. Gedaan te Brussel, 18 maart 2019. Voor de Commissie Mariya GABRIEL Lid van de Commissie

C 115/18 NL Publicatieblad van de Europese Unie 27.3.2019 BIJLAGE MANDAAT 1. Deelname aan de raad van regulators van Berec 1. De nationale regulerende instantie (hierna NRI genoemd) van Bosnië en Herzegovina mag deelnemen aan de werkzaamheden van de raad van regulators van Berec. 2. De NRI van Bosnië en Herzegovina benoemt het hoofd van de NRI, een lid van het collegiale orgaan ervan of de vervanger van een van hen als vertegenwoordiger om deel te nemen aan de beraadslagingen van de raad van regulators. 3. De NRI van Bosnië en Herzegovina benoemt eveneens een plaatsvervanger, die de vertegenwoordiger zal vervangen bij diens afwezigheid. Als plaatsvervanger wordt benoemd het hoofd van de NRI, een lid van het collegiale orgaan ervan, of de vervanger van een van hen, of een ander personeelslid van de NRI. 4. De vertegenwoordiger van de NRI van Bosnië en Herzegovina en de plaatsvervanger worden benoemd op grond van hun kennis op het gebied van elektronische communicatie, met inachtneming van hun relevante bestuurlijke, administratieve en budgettaire vaardigheden. Om ervoor te zorgen dat maximaal voordeel wordt gehaald uit hun deelname, streven de NRI s ernaar het verloop van hun vertegenwoordigers en, voor zover mogelijk, van hun plaatsvervangers, te beperken. 5. De deelnemer van de NRI van Bosnië en Herzegovina heeft het recht om bij alle besprekingen een standpunt te formuleren, ongeacht of deze besprekingen in een vergadering van de raad van regulators van Berec of in een ander kader plaatsvinden. Deze standpunten worden naar behoren opgenomen in de notulen overeenkomstig de regels en werkmethoden van de raad van regulators. 6. De namen van de vertegenwoordiger van de NRI van Bosnië en Herzegovina en van de plaatsvervanger worden opgenomen in de lijst van leden van de raad van regulators overeenkomstig artikel 7, lid 5, van Verordening (EU) 2018/1971 van het Europees Parlement en de Raad ( 1 ). 7. Wanneer de vertegenwoordiger van de NRI van Bosnië en Herzegovina of de plaatsvervanger deelneemt aan de werkzaamheden van de raad van regulators, vraagt noch aanvaardt deze instructies van een regering, instelling, persoon of orgaan. 2. Deelname aan de werkgroepen 1. De NRI van Bosnië en Herzegovina kan deskundigen aanwijzen om deel te nemen aan de werkgroepen van Berec. 2. Deze deskundigen kunnen aan alle activiteiten van de werkgroepen deelnemen overeenkomstig de regels en werkmethoden van Berec. Zij kunnen bij alle uitwisselingen een standpunt formuleren, ongeacht of deze uitwisselingen in een vergadering van de werkgroepen of in een ander kader plaatsvinden. 3. Deelname aan de raad van bestuur van het Berec-Bureau 1. De NRI van Bosnië en Herzegovina mag deelnemen aan de werkzaamheden van de raad van bestuur van het Berec-bureau. 2. Voor deelname aan de werkzaamheden van de raad van bestuur benoemt de NRI van Bosnië en Herzegovina de als vertegenwoordiger in de raad van regulators benoemde persoon, of een andere persoon dan de vertegenwoordiger in de raad van regulators, waarbij dit het hoofd van de NRI, een lid van het collegiale orgaan ervan of de vervanger van een van hen is. 3. Als plaatsvervanger van de vertegenwoordiger bij diens afwezigheid benoemt de NRI van Bosnië en Herzegovina de als plaatsvervanger van de vertegenwoordiger in de raad van regulators benoemde persoon, of een andere persoon, waarbij dit het hoofd van de NRI, een lid van het collegiale orgaan ervan of de vervanger van een van hen, of een ander personeelslid van de NRI is. 4. De deelnemer van de NRI van Bosnië en Herzegovina heeft het recht om bij alle besprekingen een standpunt te formuleren, ongeacht of deze besprekingen in een vergadering van de raad van bestuur van Berec of in een ander kader plaatsvinden. Deze standpunten worden naar behoren opgenomen in de notulen overeenkomstig de regels en werkmethoden van de raad van bestuur. 5. De namen van de vertegenwoordiger van de NRI van Bosnië en Herzegovina en van de plaatsvervanger worden opgenomen in de lijst van leden van de raad van bestuur overeenkomstig Artikel 15, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1971. ( 1 ) Verordening (EU) 2018/1971 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot instelling van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (Berec) en het Bureau voor ondersteuning van Berec (Berec-Bureau), tot wijziging van Verordening (EU) 2015/2120 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1211/2009 (PB L 321 van 17.12.2018, blz. 1).