Workshop Verhalen Schrijven



Vergelijkbare documenten
Zin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift -

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

GESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG:

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Brave New Books daagt je uit: schrijf je boek af in één maand! WEEK 4: STIJL

om Kort en Krachtig te schrijven Ingrid Verbakel

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding

TITEL ACTIVITEIT + beschrijving: filosofisch gesprek over geloven.

Lesbrief voor leerlingen: hoe ontwerp je een omslag voor een boek

Maak samen een glossy groep 8

Eerst je eigen toekomst bedenken, voordat je samen een toekomst bedenkt. Aantrekkelijk voelen Pak je echte wens

lesmateriaal Taalkrant

[IN 3 STAPPEN JE EX TERUG.]

4 Denken. in het park een keer gebeten door een hond. Als Kim een hond ziet wil ze hem graag aaien. Als

WORKSHOP CREATIEF SCHRIJVEN: POËZIE

Actief luisteren (De ander helpen zo duidelijk mogelijk te zijn)

Verhaal: Jozef en Maria

Vragen bij het prentenboek 'De tovenaar die vergat te toveren'

Ontdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek

De volgende onderdelen moeten in het verslag worden verwerkt:

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Communiceren met de achterban

Spreekbeurt, en werkstuk

AMIGA4LIFE. Hooggevoelig, wat is dat? T VLAARDINGEN

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

Knabbel en Babbeltijd.

Zorg dat je een onderwerp kiest, waarvan je echt meer wilt weten. Dat is interessanter, leuker en makkelijker om mee bezig te zijn.

Tijdschrift Kindermishandeling April 2013 Onderwijsspecial deel 2. 8 tips voor een goed gesprek met je leerling

Muis heeft tikkertje gespeeld met Draak. Het is al donker als ze naar huis wil. Muis moet nog een heel eind door het bos.

Schrijven voor internet

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor

Bijlage interview meisje

Openingsgebeden INHOUD

Als je ouders uit elkaar gaan, zit je met heel wat vragen.

KIJK IN JE BREIN LESMODULE BASISSCHOOL LEERLING

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent?

Voel je vrij en liefdevol 7 oefeningen

Bij u schuil ik, u bent mijn schild,

Inhoud. 1 Wil je wel leren? 2 Kun je wel leren? 3 Gebruik je hersenen! 4 Maak een plan! 5 Gebruik trucjes! 6 Maak fouten en stel vragen!

Feedback Project Ergonomisch Ontwerpen

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

Gesprekstechniek voor de manager met o.a. The one minute manager

HEMELS HUWELIJK KALENDER 52 X WIJ TIJD VOOR ELKAAR. Willem en Marian de Vink

Zonder dieet lekkerder in je vel!

FEEDBACK GEVEN IN ZELFSTURENDE TEAMS. Yvette Paludanus

mindfulness workshop

Als je ouders uit elkaar gaan, zit je met heel wat vragen.

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Les 1 Vragen stellen Leestekst: De tandarts

Liefde is vrij van zichzelf, om te leven voor de ander.

KIJK IN JE BREIN LESMODULE VMBO LEERLING

Voordoen (modelen, hardop denken)

Relaties. HDYO heeft meer informatie beschikbaar over de Ziekte van Huntington voor jongeren, ouders en professionals op onze website:

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Algemene instructies voor de strategie: Vragen stellen. Introductiefase bij de eerste les:

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Begeleide interne stage

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet.

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Leerstijlentest van David Kolb Davy Jacobs, GDD1B

Belangrijk dichtwerkboekje van

1 Kies je onderwerp Samen met je buurman of buurvrouw. Ons onderwerp: Voorbeeld: Michael Jackson was de beste artiest ooit! Nu jullie!

ik? Houd je spreekbeurt over GGNet

Voordoen (modelen, hardop denken)

De bruiloft van Simson

Tekstbureau Duidelijk Zo

Persoonlijk én succesvol bloggen vanuit jouw passie

Formeel en informeel. Formeel: Je gebruikt u om iemand aan te spreken. Je noemt iemand bij zijn achternaam.

Online Titel Competentie Groepsfase Lesdoel Kwink van de Week

Begrijpend Lezen moet je Lezen Denken Begrijpen!

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

Als je nog steeds hoopt dat oplossingen buiten jezelf liggen dan kun je dit boekje nu beter weg leggen.

Inleiding. Veel plezier!

Inleiding. Autisme & Communicatie in de sport

De olifant die woord hield

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

bekende ruimte. W ren met z n zesse e zagen er mooi u We wisten dat we

Welke voorkeur heb jij?

3 Hoogbegaafdheid op school

Researchverslag: rituelen Joanna Siccama GAR1-B leraar: Harald Warmelink

maandag dinsdag , , woensdag donderdag

Lucy heeft een ballon

Energiek de lente in!

Waar een wil is, is een Weg!

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

Datum: Jaar van verschijnen: Duur van de film:

GAVE Kerk: werkblad Bijbelklassen en Spoorzoekers

Lesbrief. Blauw water Simone van der Vlugt

Spanning aanbrengen STAP 8

Inhoudstafel Luistermoment La J Kinderen Lees dit alvorens te beginnen... 2 Doel van de activiteit... 2 Overzicht... 2 Praktische voorbereiding...

Dit document hoort bij de training voor mentoren blok 4 coachingsinstrumenten, leerstijlen.

marketing voor zorg-professionals: Reader Deel 1: Waarom is marketing belangrijk?

Heilig Jaar van Barmhartigheid

Een sterk CV en motivatie

Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje

Verdrag. Jouw intentie. 2 Voor wie schrijf je?

Transcriptie:

Workshop Verhalen Schrijven Zaterdag 18 juni 2011 AbvaKabo FNV Dierenpark Amersfoort 1. INLEIDING Ik geef eerst wat algemene tips over verhalen schrijven en dan gaan we over naar de opdracht van vanmiddag. Wat gaan we straks doen? Een kort verhaal over verbinding schrijven. Jullie gaan straks op pad met mensen die de workshop Verhalen vertellen hebben gevolgd. Dus wat je doet is het volgende: je luistert goed, schrijft het verhaal op en je bent klaar... Als je een goede verhalenverteller treft, kan het zo werken. Maar jullie kunnen vast helpen om het vertelde verhaal nog fraaier te maken, nog beeldender te vertellen. Daar geef ik jullie een aantal tips voor mee. Maar goed luisteren is het allerbelangrijkst. 2. HART ONDER DE RIEM Vraagt iemand zich af of hij wel kan schrijven? Het is niet erg dat je je afvraagt of je wel kan schrijven. We leren de letters en de woorden wel, maar een goed verhaal maken, dat leer je niet op school. Ja, je moet een opstel krijgen en daar krijg je een punt voor, maar wat ik me herinner van mijn schooltijd is dat je vooraf eigenlijk geen handvatten meekrijgt: hoe zit een goed verhaal in elkaar, waar moet je op letten?, en dat dat cijfer eigenlijk ook nog niks zei over wat je wel of niet goed had gedaan. Dus schrijven veel mensen schools, braaf, zoals ze denken dat het moet. Goede schrijvers, daarentegen, hebben een eigen stijl ontwikkeld. Wat helpt om je eigen stijl te ontwikkelen, is zoveel mogelijk lezen en zoveel mogelijk schrijven. Door het lezen krijg je een gevoel voor wat je aanspreekt en het schrijven: oefening baart kunst. Het is echt zo. Door veel te schrijven, word je steeds losser en creatiever, en het gaat ook steeds makkelijker. Schrijven doet iedereen op zijn eigen manier, en dat is eigenlijk altijd goed. Wat je mooi vindt in een tekst, is een kwestie van smaak. Ikzelf houd van lichtvoetig, en vooral van de combinatie van drama en lichtvoetigheid. Sommige mensen hebben liever alleen maar drama, zodat ze er lekker in de ellende weg kunnen zakken. Zo heb je ook mensen die van lange zinnen houden, en mensen die van korte zinnen houden. Dat mag allemaal. Maar er zijn wel een aantal vuistregels die een tekst leesbaarder maken. Daar kom ik straks op terug. 3. EEN GOED VERHAAL Het klassieke verhaal heeft een begin, midden en einde, een spanningsboog (climax), een ontknoping, een conclusie.. Het heeft een zekere vaart. De climax zit meestal op 2/3 of ¾ van het verhaal. Het heeft een gesloten(mooi afgerond: en ze leefden nog lang en gelukkig ) of een open einde (het verhaal loopt door als de tekst ophoudt: Eindelijk viel hij in slaap. ). In een klassieke roman is dat nog verder uitgewerkt: op ¼ heb je de eerste wending in het verhaal, halverwege gebeurt er ook iets belangrijks, op ¾ heb je een climax en daarna bouw je het verhaal netjes af. In een roman lopen meestal ook meerdere verhaallijnen door elkaar. 1

Een anecdote is een vertelling met helemaal aan het eind een grappige ontknoping., IN een anecdote word je vaak in het begin op het verkeerde been gezet. Denk aan hoe Simon Carmiggelt dat kon doen. Let op: als iemand zegt: dit is op zich wel een leuk verhaal, volgt zelden een leuk verhaal! Je kunt ook een fragment uit een verhaal eruitlichten en de rest globaler beschrijven. Denk bijv. Aan een sfeerbeschrijving (met veel zintuiglijke details: horen, voelen, ruiken, proeven, zien), of een emo reportage (waarin je bijvoorbeeld inzoomt op een ontmoeting. Ook hier zijn de details heel belangrijk). Een verhaal zonder echte spanningsboog kan eventueel ook, maar alleen als je met poetisch proza een mooi schilderij kunt maken, waar je opgewonden raakt van hoe mooi de tekst is. Als je een goede verhalenverteller treft, of als je zelf kunt toveren 4. GOED LUISTEREN En dan dat goede luisteren Een verhaal is interessant om te lezen als het BEELDEND en SPANNEND is. Beeldend: je ziet het voor je, je ruikt het hout en het zweet, je voelt haast de splinters in je vingers. Spannend: wat helpt om spanning op te bouwen is, bijvoorbeeld o Het ritme in je verhaal, bijvoorbeeld starten met lange zinnen, kortere zinnen naarmate de spanning oploopt: Ze komt hem achterna met haar nagelschaartje. Hij rent de trap af. Hij valt. o Geloofwaardigheid: iemand achternazitten met een nagelschaartje is niet geloofwaardig. o Emotie o Verwachtingen kweken (begin met een krakende deur in een oud landhuis, of een spin die in een hoekje loert) Ik ga er vanuit dat de verhalenvertellers zelf voor de spanning zorgen. Jullie kunnen misschien wel helpen om het verhaal beeldender te maken. 1. Hoor het verhaal aan. Laat je gesprekspartner het verhaal eventueel twee keer vertellen, en stel de tweede keer vragen. Of stel je vragen achteraf, dat kan ook. 2. Wees niet te ongeduldig: antwoorden op vragen die jij wilt stellen, komen misschien vanzelf aan de orde. Kondig aan dat je vragen gaat stellen, en stel je vragen tijdens natuurlijke pauzes. Stel niet te veel vragen na elkaar. Je wilt niet dat je gesprekspartner de lijn van het verhaal verliest door jouw vragen. 3. Schrijf meteen mee, eventueel in steekwoorden. Blijf dicht bij het taalgebruik van de ander, schrijf dat zo letterlijk mogelijk op. Als je nu al gaat nadenken tijdens het schrijven over de formuleringen, luister je minder goed. Niet nadenken, dus! Luisteren! 4. Wees alert op lampwoordjes : woorden die een gevoel of emotie, of enige vorm van spanning weergeven. Spits dan je oren! En als jouw gesprekspartner zegt: je begrijpt wel dat ik heel blij was, dan vraag jij: hoe zag dat eruit? BEELDEND! De ene mens glimlacht op zo n moment, de ander pakt zijn partner beet en walst door de kamer, een derde juicht en springt, enzovoort. Vraag door en laat je gesprekspartner 2

het gevoel zo beeldend mogelijk beschrijven in zijn eigen woorden. Een verhaal met emotie is altijd beter dan een verhaal zonder. 5. Probeer ook motieven van de hoofdpersonen te achterhalen: waarom waren ze blij? Waarom waren ze waar ze waren? Wat vonden ze belangrijk in het leven? Met dit soort vragen geef je het verhaal meer diepgang. 6. Zoek naar beeldende details en denk daarbij aan alle zintuigen(zien, horen, voelen, ruiken en proeven): de kleren die mensen droegen, opvallende kenmerken van de plaats waar ze zich bevonden, Vraag daarop door. Dit soort details zijn heel sfeerbepalend. 7. Herhaal in het gesprek enkele keren wat jij onthouden hebt als belangrijke opmerkingen, of doe het aan het eind als je dat prettiger vindt. Dat helpt je om de hoofdlijn te pakken te krijgen. En je gesprekspartner kan je corrigeren als je het niet zo begrepen hebt als hij of zij bedoelde te zeggen. En dan heb je eindelijk het verhaal in ruwe vorm. Dan komen we nu aan het schrijven toe. Het herschrijven, polijsten, opleuken, verfraaien, inkorten! 5. GOED SCHRIJVEN De gouden standaard: een goed verhaal heeft een aansprekende snoet, een boeiend middenstuk en een krul in de staart. Besteed dus aandacht aan begin en einde, en weet de lezer tussentijds ook vast te houden. Belangrijke tips voor het schrijven van een goed verhaal: 1. Grijp je lezer liefdevol bij de kladden en sleur hem het verhaal in. Een mooie eerste zin is dus essentieel. Die heb je zelden meteen te pakken, dus die eerste zin verzin je zo n beetje als laatste. 2. Schrijf zo beeldend mogelijk! Gebruik verse, eigen woorden. Woorden die je zelf echt mooi vindt. Vergelijkingen maken een verhaal ook altijd levendig: ze zingt als een kraai met keelpijn of Vermijd clichetaal, zoals hij voelde zich zo fris als een hoentje en we werkten dat het een lieve lust was. Verzin iets mooiers. Maar bewaar natuurlijk de pareltjes van de verhalenverteller in je verhaal: het is een coproductie! 3. Vermijd de lijdende vorm. Teksten lijden eronder. ontwikkelingen zullen worden gevolgd, dit zal worden uitgevoerd. Het creëert afstand en komt ouderwets over. Benoem altijd wie de doener, of dader, is. 4. Kijk uit voor ouderwets, hoogdravend taalgebruik. Woorden als nochtans en echter, weliswaar en geenszins. Beter: schrijf in spreektaal. 5. Let op eenheid van tijd (schrijf alles in de tegenwoordige tijd, of in de verleden tijd, maar ga in je verhaal niet heen en weer tussen de tijden). Onvoltooid verleden tijd: veel gebruikt, is vertrouwd tijd voor mijmeringen tussendoor 3

Onvoltooid tegenwoordige tijd: actief, trekt de lezer erbij: Ik zit rustig in het cafe mijn koffie te drinken als er opeens een man woedend op me af komt. minder geschikt voor mijmeringen tussendoor, dat haalt de vaart uit het verhaal. 6. Let op het perspectief: schrijf vanuit de eerste persoon enkelvoud (als je het verhaal van je gesprekspartner zo letterlijk mogelijk wilt weergeven) of vanuit de derde persoon enkelvoud (als je je eigen commentaar of observaties wilt toevoegen). Als je je gesprekspartner dan wilt citeren, gebruik je aanhalingstekens. Als hij/zij iets denkt, gebruik je geen aanhalingstekens. 7. Rond mooi af, met een krul in de staart. 8. Herschrijven: probeer het verhaal eens op te schrijven in de helft van het aantal woorden. Meestal wordt het daar een stuk beter van. Schrijven is schrappen. Kill your darlings is een gevleugelde uitdrukking onder schrijvers. Het verwijst naar de noodzaak om je eigen tekst heel kritisch te bekijken en ook alle geweldige vondsten te verwijderen die niet echt bijdragen aan de loop van het verhaal. Een mooie, maar overbodige zin moet je dus rigoureus schrappen. En dat doet pijn. Kill your darlings verwijst ook naar jouw eigen standaard uitdrukkingen en zegswijzen die de tekst in sluipen. 6. AFHAKERS Wat maakt een tekst minder aantrekkelijk? Langdradigheid, te weinig vaart door saai taalgebruik of het ontbreken van een plot, of juist te veel vaart door het ontbreken van details. Beter: ga op zoek naar frisse woorden, aansprekende beelden en benoem het omslagpunt op het juiste moment: verhaal: op ¾,, anecdote op het eind. ouderwets, hoogdravend taalgebruik. Woorden als nochtans en echter, weliswaar en geenszins. Beter: schrijf in spreektaal. Gebruik van de lijdende vorm. ontwikkelingen zullen worden gevolgd, dit zal worden uitgevoerd. Beter: benoem altijd wie de doener, of dader, is. Geen duidelijke plot, geen spanningsboog, wat meestal synoniem is voor een woordenbrei Plotselinge wijzigingen in personage of in tijd. 7. INSPIRATIE Alles kan je inspireren: geuren, kleuren, warmte, de natuur, mensen, politiek, een verpakking die niet open wil, emoties als liefde, woede, stille wanhoop. Je moet er gewoon voor openstaan. Goede momenten om inspiratie te krijgen, zijn zogenaamde mijmermomenten: als je onder de douche staat, of in je eentje in de trein of auto zit, tijdens het schoonmaken van het huis (strijken is een heel goede!), wanneer je je gedachten kunt laten lopen zonder heel gericht ergens over na te denken. Maar je kunt het zelf ook oproepen met allerlei oefeningen: pak een mooie foto, ruik aan het parfum van je oma, lees een pagina uit je lievelingsboek en begin dan gewoon te 4

schrijven. De tijd is te kort om daar verder op in te gaan, maar er zijn schrijfoefeningen in allerlei vormen. OEFENING vertel elkaar over de liefde van je leven (mens, dier of ding). De ander schrijft het beeldend op. welk dier wil je zijn, en hoe zou je je dan voelen? De ander schrijft het beeldend op. 5