CRIMPAK ONDERZOEK BEVEILIGING CLUSTER CHARLES PETIT E.O. BEDRIJVENTERREIN DOORNBOS BREDA



Vergelijkbare documenten
Wij verzoeken de ondernemer of de bedrijfsleider de vragenlijst in te vullen.

Enquête Bedrijventerrein Forepark Vereniging Beheer Forepark Keurmerk Veilig Ondernemen

Wij verzoeken de ondernemer of de bedrijfsleider de vragenlijst in te vullen.

Uiterste inzenddatum: 12 mei 2010

Enquête 0-meting in het kader van het Keurmerk Veilig Ondernemen - Bedrijventerreinen (KVO-B) op bedrijventerrein XXXX

Wij stellen uw medewerking erg op prijs!

Resultaat 1 meting ten opzichte van 0 meting Cereslaan en De Beemd, Bernheze

Enquête 0-meting in het kader van het Keurmerk Veilig Ondernemen - Bedrijventerreinen (KVO-B) op. Bedrijventerrein Dordtse Kil III te Dordrecht

Informatiebijeenkomst

QUICK-SCAN EN KEUZESCHEMA CAMERABEVEILIGING OP BEDRIJVENTERREINEN

Samenvatting en conclusies

Verslag haalbaarheidsonderzoek SeComHouse op Eeneind en Berkenbos Veiligheid en communicatie op bedrijventerreinen in een innovatief totaalconcept

Tabellen Veiligheidsmonitor 2008 Leiden

: Verlenging cameratoezicht bedrijventerrein Dombosch I en II

Resultaten 1-meting bedrijventerrein Acht, gemeente Eindhoven

De resultaten van de enquête zijn in de werkgroep besproken op 3 december 2014.

Keurmerk Veilig Ondernemen. Samenvatting Nul-meting Winkelcentrum; Meenthof.

KEURMERK VEILIG ONDERNEMEN - BEDRIJVENTERREIN. Terugkoppeling op hoofdlijnen

Integrale veiligheid. resultaten burgerpanelonderzoek maart 2007

B A S I S V O O R B E L E I D

iiitogiontant Resultaten uit de PPP-studies naar criminaliteit en criminaliteits preventie op bedrijventerreinen \sf

GEMEENTE OSS Resultaten op hoofdlijnen

5. CONCLUSIES. 5.1 Overlast

B A S I S V O O R B E L E I D

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 2018

Resultaat 0 meting bedrijventerrein Kleinwijk, Nistelrode

Werkzaamheden hoofdentree bedrijventerrein maart

Mede mogelijk gemaakt door de RPC s in Limburg

Monitor Leefbaarheid en Veiligheid 2013 Samenvatting

Monitor Veiligheidsbeleid Groningen januari tot april 2019

Inhoud sector Transport

5 OPW website met links naar gemeente, politie en brandweer. X X Doel- stelling 4 Verhogen tevredenheid Onderhoud en Beheer

B A S I S V O O R B E L E I D

Veilig Venlo? Resultaten van de enquête naar de veiligheidssituatie op de Veegtes. Rapporteurs : R.F.A. van den Bedem J.J.A. Essers V.

Inhoud sector Transport

Inhoud sector Transport

Resultaten Leefbaarheid- en Veiligheidsenquête maart 2006 t/m januari

Inhoud sector Horeca. Monitor Criminaliteit Bedrijfsleven 2005 WODC 30 december

Cams2Connect. Altijd in beeld

Toezichthouders in de wijk

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen januari-april 2018

Raadsinformatiebrief Nr. :

Ondernemersplan BIZ Fonds Stichting Veilig Ondernemen Bedrijventerrein Dalfsen

Ons kenmerk L110/ Aantal bijlagen

5 maart Criminaliteit in ziekenhuizen

Resultaten ondernemersenquête Binnenstad, uitgevoerd in juli Samengevat:

Rapportage TIP Nederweert. Generiek december. 2 januari 2019

Veiligheidscijfers Soest 2015 samenwerking loont

Tabel 1: Stellingen Fysieke voorzieningen en Sociale contacten in woonbuurt (%)

Van: M. van Milligen Tel nr: Nummer: 17A.00002

Mening van ondernemers industrieterreinen over reclamebelasting en Parkmanagement Zutphen. Ingevuld door 102 bedrijven.

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Inventarisatie overlast uitgaanscentrum Vlaardingen

Veiligheid en overlast in Oud-West

Veiligheidsmonitor 2017 Gemeente Heusden

/001 ENQUETE LEEFBAARHEID BINNENSTAD WEERT. Waarom deze enquête?

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen sept-dec 2017

Vragenlijst onderzoek Cameratoezicht in Openbare Ruimten

Cams2Connect. Altijd in beeld

Resultaten Leefbaarheid- en Veiligheidsenquête meting maart, april, mei en juni

In dit hoofdstuk worden de cijfers beschreven op de volgende niveaus:

CAMERA S IN BEELD. Werkvloer

Rhenen. ontwikkeling in de periode januari-jun 2018 t.o.v. januari-jun 2017

Keurmerk Veilig Ondernemen Auditrapport

Veiligheidssituatie in s-hertogenbosch vergeleken Afdeling Onderzoek & Statistiek, juni 2014

Reizen op de MerwedeLingelijn 2014

December preventietips

Tabel 3.1 Slachtofferschap van veelvoorkomende criminaliteit onder burgers van 15 jaar en ouder, volgens de ESM*

Veiligheidsmonitor 2009 Gemeente Leiden

Enquête leefbaarheid in uw buurt

Slachtoffers van woninginbraak

Veiligheid 2015 ^ICSB. Respons. Veiligheid & leefbaarheid. dŷ Veel sociale controle. Gemeente Gefdermafsen. 147 Respondenten. Veiligheid.

Samenvatting en conclusies

Monitor Criminaliteit Bedrijfsleven / Sector Bouwnijverheid

Terugkoppeling op hoofdlijnen

trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING

De ontwerpmodule bedrijven is uitgebreid en aangepast

De beveiligingsscan sta voor je zaak.nl

Veiligheidsmonitor 2010 Gemeente Leiden

Notitie bij collegebrief RVR 2015

ONDERZOEK VEILIGHEID. Inwonerpanel Gemeente Dongen Onderzoek 9 Mei GfK 2014 Gemeente Dongen Onderzoek Veiligheid Mei

Inhoud sector Zakelijke Dienstverlening

Welkom OP DE BIJEENKOMST VAN STICHTING BEVEILIGING BEDRIJVENTERREINEN DEVENTER

Enquête leefbaarheid in uw buurt

12 VEILIGHEID IN HAARLEM EN BUURTBELEVING

Ontwikkeling van misdrijven in Amersfoort

Projectplan van de Stichting BIZ Overdie/Laanenderweg. Doelstelling en ambitie:

Via deze raadsinformatiebrief bieden wij de politie(criminaliteits)cijfers 2016 en de duiding er van ter kennisname aan.

Resultaten 1-meting bedrijventerrein Kapelbeemd, gemeente Eindhoven

Beoordeling website Buurtveiligheid Amsterdam

1.1 Hoeveel inwoners telt de stad of streek waar het gebouw is gevestigd? Meer dan Tussen en Minder dan 20.

Kernrapport veiligheidsmonitor, benchmark (2015)

Heeft u in de afgelopen 5 jaar wel eens het noodnummer 112 gebeld om de POLITIE te bereiken? Nee... ga verder naar vraag 5 pagina 39

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Woolde Augustus 2010

Stadsmonitor. -thema Veiligheid-

Veiligheidsmonitor voor personeel (Eduniek) Vragenlijst School & Veiligheid Voor het personeel in het primair onderwijs. Naam:...

Bescherm wat u aan het hart gaat

De Eindhovense Veiligheidsindex. Eindhoven, oktober 11

3. Kunt u aangeven of u vanaf 2011 tot heden overlast heb ondervonden en in welke mate * Erg veel Veel overlast Matige overlast Geen overlast

Transcriptie:

CRIMPAK ONDERZOEK BEVEILIGING CLUSTER CHARLES PETIT E.O. BEDRIJVENTERREIN DOORNBOS BREDA Oktober 2008

ONDERZOEK BEVEILIGING CLUSTER CHARLES PETIT E.O. BEDRIJVENTERREIN DOORNBOS BREDA CRIMPAK voor uw veiligheid A.van Kempen 06-41 38 98 50 Wilgenstraat 2 4844SZ Terheijden www.crimpak.nl In samenwerking met Jobse Advies en Projectmanagement oktober 2008 2 van 29

INHOUD 1. Inleiding 5 2. Het terrein 6 2.1 Cluster Charles Petitweg e.o. 6 2.2 Beheer en onderhoud 7 2.3 Organisatie 8 2.4 Ontwikkelingen 8 2.4.1 Beveiligingsinspanningen omliggende terreinen 8 2.4.2 Uitbreiding bedrijventerrein 8 2.4.3 Woonbebouwing 9 2.5 Conclusies 9 3. Incidenten 11 3.1 Incidentcijfers politie 11 3.2 Resultaten 11 3.2.1 Per jaar 11 3.2.2 Per kwartaal 12 3.2.3 Per postcode 12 3.3 Conclusies 13 4. Enquête 14 4.1 Deelname 14 4.1.1 Respons 14 4.1.2 Type bedrijven 14 4.1.3 Bedrijfstijden 14 4.2 Resultaten 15 4.2.1 Beheer en onderhoud openbare ruimte 15 4.2.2 Veiligheidsbeleving 16 4.2.3 Overlast 16 4.2.4 Vernieling 17 4.2.5 Diefstal 18 4.2.6 Inbraak 19 4.2.7 Beroving of roofoverval 19 4.2.8 Bedreiging of intimidatie 20 4.3 Attractiviteit en genomen maatregelen 20 4.3.1 Attractiviteit bedrijven 20 4.3.2 Genomen organisatorische maatregelen 21 4.3.3 Genomen bouwkundige maatregelen 21 4.3.4 Genomen organisatorische maatregelen 21 4.3.5 Beveiligingsdiensten 22 4.4 Wensen verbetering veiligheid 23 4.4.1 Gewenste maatregelen 23 4.4.2 Samenwerking 23 4.5 Conclusies 23 5. Richtingbepaling 25 5.1 Aanleiding en urgentie voor beveiliging 25 5.2 Draagvlak 25 oktober 2008 3 van 29

5.3 Gefaseerde aanpak 26 5.3.1 1e fase: de eerste klap is een daalder waard 26 5.3.2 2e fase: voorkoming door vroegsignalering 26 5.3.3 3e fase: gecontroleerde toegang 27 5.3.4 Inzet menskracht 27 Vervolg 28 BIJLAGE: Overzicht deelnemers collectieve beveiliging SBBB 29 oktober 2008 4 van 29

Hoofdstuk 1 Inleiding De bedrijvenvereniging Doornbos Noord-Zuid was in Breda de eerste die koos voor een clustergewijze aanpak. Hoewel de voorbereidingstijd voor de uitvoering van de beveiligingsmaatregelen op het cluster Goeseelsstraat lang is, heeft dit cluster nog steeds een voorbeeldwerking voor andere bedrijventerreinen in Breda. Nu de maatregelen op de Goeseelsstraat in uitvoering zijn, heeft de bedrijvenvereniging een volgende stap gezet in de vorm van een onderzoek welke aanpak op het cluster Charles Petitweg / Kapittelweg wenselijk en haalbaar is. De bedrijvenvereniging is gestart met de uitvoering van een 0-meting voor het cluster. Door middel van een enquête onder de ondernemers is de veiligheidsbeleving in kaart gebracht. Hierbij is de ondernemers tevens gevraagd naar hun wensen en ideeën op het gebied van de verbetering van de veiligheid en hun bereidheid tot participatie. De 0-meting is compleet gemaakt door ook de structuur, inrichting en het onderhoud van het cluster en de criminaliteitscijfers van de politie erbij te betrekken. Het onderzoek is uitgevoerd door Crimpak in samenwerking met Jobse Advies en Projectmanagement. oktober 2008 5 van 29

Hoofdstuk 2 Het terrein 2.1 Cluster Charles Petitweg e.o. Het bedrijvencluster Charles Petitweg is gelegen in de hoek van de Kapittelweg en de Nieuwe Kadijk en telt ongeveer 70 bedrijven 1 : - Charles Petitweg: 60 bedrijven - Kapittelweg: 10 bedrijven - Nieuwe Kadijk: 1 bedrijf. Het gaat hierbij om ingeschreven bedrijven. In de praktijk kunnen meerdere bedrijfsvestigingen zijn ingeschreven op één adres, terwijl het feitelijk gaat om één bedrijfsobject. Op het terrein wordt relatief veel gewoond. Het cluster heeft één ontsluiting voor auto s op de Kapittelweg en een fietsontsluiting op de Nieuwe Kadijk. De doorgang voor auto s is op dit fietspad afdoende geblokkeerd. 1 Gegevens gemeente Breda oktober 2008 6 van 29

Aan de oostzijde is tevens de toegang tot de voormalige stadskwekerij van de gemeente. Dit terrein heeft ook een ontsluiting op de Nieuwe Kadijk; deze is echter met een hekwerk afgesloten, zodat dit geen vluchtweg vormt. Het bedrijvencluster is hiermee doodlopend voor autoverkeer, hetgeen voor criminelen met een auto minder aantrekkelijk is wegens het ontbreken van vluchtwegen. Ontsluiting op Kapittelweg Fietsontsluiting op Nieuwe Kadijk Toegang gemeentewerf vanuit cluster, doorgang naar Nieuwe Kadijk afgesloten 2.2 Beheer en onderhoud Het bedrijvencluster is ruim opgezet. De inrichting en het onderhoud kunnen worden beschouwd als schoon, heel en veilig: er zijn voldoende lichtmasten, het groen wordt voldoende bijgehouden en het openbaar gebied is relatief schoon. Waar bermen zijn wordt hier veel in geparkeerd. Parkeren in de bermen oktober 2008 7 van 29

Ruim opgezet Openbare ruimte schoon, heel en veilig 2.3 Organisatie Het bedrijvencluster valt onder de bedrijvenvereniging Doornbos Noord-Zuid, waartoe ook de nabij gelegen clusters Druivenstraat en Goeseelssraat behoren. Er is sprake van collectieve beveiliging vanuit de Stichting Beveiliging Bedrijventerreinen Breda (SBBB), een publiek private samenwerking tussen ondernemers, gemeente en politie waarin ook de bedrijvenvereniging Doornbos bestuurlijk participeert. In het kader van deze collectieve beveiliging is het cluster opgenomen in de preventieve surveillance en opvolging. Er nemen slechts 4 bedrijven deel aan de collectieve beveiliging, deze zijn alle gelegen aan de rand van het cluster: Kapittelweg en Nieuwe Kadijk. Dit houdt in dat er voor het cluster slechts een zeer beperkte capaciteit aanwezig is. In de bijlage is een overzicht opgenomen van de deelnemende bedrijven op het cluster. 2.4 Ontwikkelingen Op en rond het bedrijvencluster doen zich een aantal ontwikkelingen voor die van invloed zijn op de veiligheidssituatie. 2.4.1 Beveiligingsinspanningen omliggende terreinen Op diverse bedrijventerreinen in en rond Breda wordt een inhaalslag gemaakt met het op niveau brengen van de beveiliging. Dit gaat steeds meer gepaard met actief cameratoezicht zoals op het nabijgelegen cluster Goeseelsstraat en het wat verder gelegen terrein Hoogeind. Als andere terreinen voor de crimineel minder aantrekkelijk worden zullen zij hun werkterrein gaan verleggen en kan het cluster Charles Petit voor hen meer in de picture komen. 2.4.2 Uitbreiding bedrijventerrein Het cluster wordt flink uitgebreid met nieuwe bedrijven, waarvan een deel in combinatie met de woonfunctie. Ook hierdoor zal het terrein meer in de picture komen. Met de uitbreiding komt er ook een tweede ontsluiting op de Kapittelweg. Dit houdt in dat de crimineel meer vluchtmogelijkheden heeft, hetgeen de oktober 2008 8 van 29

aantrekkelijkheid voor de crimineel vergroot. De uitbreiding wordt van het omliggende gebied afgescheiden door een waterpartij, hetgeen een goede barrière vormt. Waterpartij Het positieve effect van sociale controle door uitbreiding van de woonfunctie zal gering zijn: de woningen zijn achter de bedrijven gelegen en hebben daarmee geen zicht op wat er in het openbaar gebied afspeelt. De uitbreiding vormt voor de beveiliging ook een kans: de nieuwe bedrijven zullen op grond van hun koopovereenkomst verplicht worden om deel te nemen aan de collectieve beveiliging, waardoor het draagvlak voor samenwerking wordt vergroot. 2.4.3 Woonbebouwing Grenzend aan de uitbreiding van het bedrijvencluster wordt de nieuwe woonwijk Waterakkers gebouwd. Dit hoeft geen consequenties te hebben voor de veiligheidssituatie op het bedrijvencluster. 2.5 Conclusies Gemengde functie Het bedrijvencluster heeft naast de bedrijfsfunctie ook een woonfunctie. Deze woonfunctie brengt op zich sociale controle met zich mee, maar deze is s-nachts gering. Inrichting en onderhoud Het cluster is ruim opgezet en schoon, heel en veilig. Voor autoverkeer is de Charles Petitweg doodlopend, hetgeen wegens het gebrek aan vluchtwegen voor de crimineel minder aantrekkelijk is. oktober 2008 9 van 29

Collectieve beveiliging Een zeer beperkt aantal deelnemers neemt deel aan de collectieve beveiliging, waardoor het beschikbaar volume aan preventieve surveillance en opvolging gering is. Verplaatsing criminaliteit Omliggende terreinen worden beter beveiligd. Wanneer er op het cluster niets gebeurd om de beveiliging aan te passen aan de eisen van deze tijd zal de criminaliteit zich deels naar dit terrein verplaatsen. Uitbreiding bedrijventerrein De uitbreiding van het terrein brengt risico s en kansen met zich mee: Het cluster krijgt een extra ontsluiting waardoor het preventieve effect van een doodlopende weg wordt weggenomen; De nieuwe bedrijven nemen verplicht deel aan de collectieve beveiliging, waardoor er een groter draagvlak ontstaat voor de samenwerking. oktober 2008 10 van 29

Hoofdstuk 3 Incidenten 3.1 Incidentcijfers politie Voor het in beeld brengen van de incidenten op het gebied van veiligheid en criminaliteit is gebruik gemaakt van de incidentgegevens uit de politieregistratie 2. Het gaat hierbij uitsluitend om incidenten die bij de politie bekend zijn: incidenten waarvan de ondernemer geen melding of aangifte doet komen niet in de cijfers terecht. De cijfers zijn geanonimiseerd, waardoor ze niet zijn te herleiden tot specifieke bedrijven. Wel kunnen op postcodeniveau drie delen van het cluster onderscheiden worden. Een belangrijke categorie is bedrijfsdiefstal. Het gaat hierbij om diverse vormen van diefstal uit het gebouw of van het terrein. Ook diefstal door eigen personeel valt hier onder 3. Onder overige diefstal vallen diverse vormen van diefstal die op het terrein plaatsvinden, zoals diefstallen uit auto s, van fietsen, bromfietsen en auto s, zakkenrollen, tasjesroof e.d. 3.2 Resultaten 3.2.1 Per jaar In de afgelopen 6½ jaar zijn 52 bedrijfsdiefstallen gemeld en 41 overige diefstallen. Dat is 7 bedrijfsdiefstallen en 6 overige diefstallen op elke 10 bedrijven. Piekjaren waren 2003 en 2005. 2007 was een relatief rustig jaar. Incidentencijfers Charles Petitweg / Kapittelweg 40 35 30 25 20 15 10 5 Overlast Verkeersongevallen Calamiteit Gew eldmisdrijven Vandalisme en vernieling Overige diefstal Winkeldiefstal Bedrijfsdiefstal Verdachte situatie 0 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2 Bron Veiligheidsmonitor SBBB / SOAB 3 De incidentregistratie van de politie geeft geen afzonderlijk inzicht in het aantal inbraken in bedrijven. Er kunnen derhalve geen directe conclusies worden getrokken over de ontwikkeling van deze vorm van criminaliteit op de bedrijventerreinen. oktober 2008 11 van 29

3.2.2 Per kwartaal In onderstaand overzicht zijn de incidentcijfers opgenomen per kwartaal. Charles Petitweg / Kapittelweg per kwartaal 10 8 6 4 2 Overlast Verkeersongevallen Calamiteit Gew eldmisdrijven Vandalisme en vernieling Overige diefstal Winkeldiefstal Bedrijfsdiefstal Verdachte situatie 0 2007-1 2007-2 2007-3 2007-4 2008-1 2008-2 2008-3 3.2.3 Per postcode De verwerking van de geanonimiseerde incidentcijfers gebeurt op postcodeniveau. Op basis van de 6-cijferige postcode kunnen drie delen van het cluster onderscheiden worden: - het eerste (1 t/m 11 en 6 t/m 10) en het laatste (33 t/m 41 en 26) deel van de Charles Petitweg; - het middendeel (13 t/m 21 en 12 t/m 20); - de Kapittelweg. Het gemeentepand aan de Nieuwe Kadijk zit in een ander postcodegebied. Wat opvalt, is dat er verhoudingsgewijs minder incidenten worden gemeld vanuit het middendeel. Dit kan te maken hebben met het feit dat hier relatief meer wordt gewoond en/of dat de verzamelgebouwen vooral in het eerste en laatste deel voorkomen. Onderbouwde uitspraken hierover kunnen niet worden gedaan zonder analyse op pandniveau. incidentcijfers 2002 t/m 1e half jaar 2008 op postcodeniveau 4827HJ Charles Petitweg 1 t/m 11 33 t/m 41 6 t/m 10 26 13 t/m 21 geweldsmisdrijven geregistreerde bedrijven incidenten per 10 bedrijven overige diefstal bedrijfsdiefstal 4847NW Charles Petitweg 12 t/m 20 11 1 0 0 4827HG Kapittelweg 10 t/m 24 10 6 6 1 49 9 7 2 oktober 2008 12 van 29

3.3 Conclusies Criminaliteit op basis van politiecijfers Over een langere periode van zes jaar hebben op elke 10 bedrijven 7 bedrijfsdiefstallen en 6 overige diefstallen plaatsgevonden. Dit is exclusief de criminaliteit die niet aan de politie is gemeld / aangegeven. Na een piek in 2005 is het de afgelopen twee jaar weer iets rustiger. De criminaliteit doet zich niet in de verschillende delen van het cluster in gelijke mate voor. Een relatie met de woonfunctie en de aanwezigheid van bedrijfsverzamelpanden is mogelijk, een analyse op adresniveau is echter nodig om een dergelijke conclusie te onderbouwen. oktober 2008 13 van 29

Hoofdstuk 4 Enquête 4.1 Deelname 4.1.1 Respons Op het terrein zijn zo n 70 bedrijven gevestigd 4. 25 bedrijven hebben aan de enquête deelgenomen. Dit is een respons van 36%. 4.1.2 Type bedrijven De deelnemende bedrijven bestaan voor het grootste deel uit zelfstandige MKB bedrijven die in een eigen pand zitten. Bij een deel van de bedrijven wordt ook gewoond. Vestiging Omvang personeelsbestand hoofdvestiging 80% 1-5 32% nevenvestiging 20% 6-25 44% 26-60 16% Eigendom pand 61-100 0% eigen pand 72% > 100 8% gehuurd pand 28% Personeel overdag aanwezig in bedrijf Woonfunctie 1-5 56% ja 20% 6-25 40% nee 80% 26-60 0% 61-100 0% > 100 4% 4.1.3 Bedrijfstijden Onder de respondenten waren geen bedrijven aanwezig met een 24-uursdienst. Het overgrote deel van de bedrijvigheid vindt bij hen plaats tijdens de reguliere kantoortijden, op zaterdag wordt beperkt gewerkt en op zondag niet. Dit houdt in dat buiten de woonfunctie er geen sociale controle is buiten kantoortijden. Ongewenste bezoekers kunnen zich dan op het terrein ophouden zonder noemenswaardige kans dat ze gezien worden. bedrijfstijden ma t/m vr 100% 80% 60% 40% aantal bedrijven 20% 0% 04.00 05.00 06.00 07.00 08.00 09.00 10.00 11.00 12.00 13.00 14.00 15.00 16.00 17.00 18.00 19.00 20.00 21.00 4 Bron: gemeente Breda oktober 2008 14 van 29

bedrijfstijden za 100% 80% 60% 40% aantal bedrijven 20% 0% 04.00 05.00 06.00 07.00 08.00 09.00 10.00 11.00 12.00 13.00 14.00 15.00 16.00 17.00 18.00 19.00 20.00 21.00 4.2 Resultaten 4.2.1 Beheer en onderhoud openbare ruimte De respondenten zijn tevreden over het beheer en onderhoud van de openbare ruimte. Slechts een enkeling is ontevreden. BEHEER EN ONDERHOUD OPENBARE RUIMTE CP 2006-2007 zeer ontevreden ontevreden redelijk tevreden tevreden zeer tevreden n.i. 0% 20% 40% 60% 80% 100% Een aantal respondenten is ontevreden over: - slecht onderhoud begroeiing 16% - onoverzichtelijke inrichting terrein 12% - verkeersonveilige inrichting 12% - te weinig schoonmaakbeurten 4% Niet genoemd zijn: - kwaliteit schoonmaakbeurten 0% - herstel kapotte dingen duurt te lang 0% - verkeerd soort begroeiing 0% - te weinig verlichting openbaar terrein 0% - slecht onderhoud verlichting 0% oktober 2008 15 van 29

4.2.2 Veiligheidsbeleving De meeste respondenten vinden het bedrijvencluster redelijk veilig. Slechts enkelen vinden het (zeer) onveilig. VEILIGHEID BEDRIJVENTERREIN CP 2006-2007 zeer onveilig onveilig redelijk veilig veilig zeer veilig n.i. 0% 20% 40% 60% 80% 100% Bij 10% van de bedrijven heeft de ondernemer of het personeel zich soms of regelmatig onveilig gevoeld in de directe omgeving van het bedrijf. De meeste respondenten vinden dat de veiligheidssituatie de afgelopen twee jaar gelijk is gebleven. Ontwikkeling veiligheidssituatie afgelopen twee jaar - verbeterd 16% - gelijk gebleven 60% - verslechterd 8% - niet ingevuld 16% 4.2.3 Overlast De respondenten hebben de afgelopen twee jaar weinig tot geen overlast 5 ervaren. OVERLAST CP 2006-2007 veel w einig geen n.i. 0% 20% 40% 60% 80% 100% De vormen van overlast die worden ervaren zijn: - parkeeroverlast 16% - rotzooi 16% - anders 12% - vernielen 4% - baldadigheid 4% - geluidsoverlast 4% 5 Overlast is vervelend gedrag, zoals rondhangen, lawaai veroorzaken, rommel maken etc. oktober 2008 16 van 29

- drugsoverlast 4% - stankoverlast 4% - rondhangen 0% RISICOANALYSE OVERLAST % 0% 10% 20% 30% 40% 50% kans (zeer) groot effect (zeer) groot probleem (zeer) ernstig Overlast scoort op basis van de inschatting van de respondenten vrij laag in de risicoanalyse 6. 4.2.4 Vernieling Bijna een kwart van de bedrijven is de afgelopen twee jaar het slachtoffer geworden van vernieling 7. Het betreft hierbij vernieling aan: - terrein 16% - gebouw 12% - voertuigen 8% - goederen 4% - graffity 0% VERNIELING CP 2006-2007 ja nee n.i. 0% 20% 40% 60% 80% 100% Ruim een derde vindt vernieling een ernstig tot zeer ernstig probleem. 6 De risicoanalyse is opgebouwd uit de volgende inschattingen van de respondenten: de kans dat het probleem zich bij het bedrijf kan voordoen, het effect voor het bedrijf, in welke mate het een probleem vormt voor het bedrijf. 7 Vernieling is het opzettelijk beschadigen van een bezit van het bedrijf oktober 2008 17 van 29

RISICOANALYSE VERNIELING % 0% 10% 20% 30% 40% 50% kans (zeer) groot effect (zeer) groot probleem (zeer) ernstig 4.2.5 Diefstal Ruim een kwart heeft in twee jaar te maken gehad met diefstal 8 : - uit gebouw 16% - van terrein 12% - uit voertuigen 8% DIEFSTAL CP 2006-2007 ja nee n.i. 0% 20% 40% 60% 80% 100% Diefstal scoort op basis van de inschatting van de respondenten ten aanzien van kans, effect en probleem vrij hoog in de risicoanalyse. RISICOANALYSE DIEFSTAL % 0% 10% 20% 30% 40% 50% kans (zeer) groot effect (zeer) groot probleem (zeer) ernstig 8 Onder diefstal wordt verstaan het wegnemen van (bedrijfs)eigendommen (geen inbraak) oktober 2008 18 van 29

4.2.6 Inbraak Een vijfde van de respondenten heeft in twee jaar één of meerdere keren te maken gehad met inbraak 9 of een poging daartoe. INBRAAK CP 2006-2007 inbraak poging beide niet niet ingevuld 0% 20% 40% 60% 80% 100% Eveneens een vijfde vindt de kans met inbraak geconfronteerd te worden (zeer) groot. Men heeft hiervoor de volgende redenen: - het bedrijventerrein is toegankelijk voor iedereen 32% - er zijn diefstalgevoelige spullen aanwezig 24% - er zijn veel vluchtmogelijkheden 12% - er zijn onvoldoende beveiligingsmaatregelen genomen 12% - mijn terrein is niet goed verlicht 0% De meeste ondernemers vinden dat de kans op inbraak de afgelopen twee jaar gelijk is gebleven: - afgenomen 8% - gelijk gebleven 76% - toegenomen 4% - niet ingevuld. 12% Inbraak scoort op basis van de inschatting van de respondenten ten aanzien van kans, effect en probleem vrij hoog in de risicoanalyse. RISICOANALYSE INBRAAK 0% 10% 20% 30% 40% 50% % kans (zeer) groot effect (zeer) groot probleem (zeer) ernstig 4.2.7 Beroving of roofoverval Geen van de respondenten had de afgelopen twee jaar te maken gehad met beroving of een roofoverval 10. Men schat de kans dat dit gebeurt ook niet groot in. 9 Insluipingen horen niet bij inbraak 10 Bij beroving/ roofovervallen wordt gebruik gemaakt van bedreigingen en/of geweld. oktober 2008 19 van 29

RISICOANALYSE BEROVING OF ROOFOVERVAL 0% 10% 20% 30% 40% 50% % kans (zeer) groot effect (zeer) groot probleem (zeer) ernstig 4.2.8 Bedreiging of intimidatie Ook met bedreiging of intimidatie 11 had geen van de respondenten in twee jaar te maken gehad. Dit probleem scoort dan ook laag in de risicoanalyse. RISICOANALYSE BEDREIGING OF INTIMDATIE % 0% 10% 20% 30% 40% 50% kans (zeer) groot effect (zeer) groot probleem (zeer) ernstig 4.3 Attractiviteit en genomen maatregelen 4.3.1 Attractiviteit bedrijven De respondenten schatten de aantrekkingskracht van hun bedrijf voor de crimineel laag in: - hoog 8% - gemiddeld 24% - laag 56% - niet ingevuld 12% Op onderdelen zijn er vooral ondernemers die de attractiviteit van de inventaris in het pand en de bedrijfsvoertuigen op het terrein hoog inschatten. hoog - inventaris in pand 20% - bedrijfsvoertuigen op terrein 20% - goederen in pand 16% - productiemiddelen in pand 4% - inhoud voertuigen op terrein 4% - opslag op terrein 4% 11 Hiermee worden alle bedreigende situaties rondom het bedrijf bedoeld. Bijvoorbeeld het met geweld afdwingen van een gunst. oktober 2008 20 van 29

4.3.2 Genomen organisatorische maatregelen Het invoeren van vaste procedures voor het openen en sluiten van het pand is de meest genomen organisatorische maatregel. Slechts 15% van de bedrijven heft een beveiligingsplan. Hoewel een GENOMEN ORGANISATORISCHE MAATREGELEN belangrijk deel van de ondernemers beveiligingsplan ervoor zorgt dat vast persoon verantwoordelijk beveiliging attractieve instructie personeel beveiligingsprocedures goederen als vaste procedures openen en sluiten PC s in ieder vast persoon verantwoordelijk sleutelbeheer geval buiten bedrijfstijd uit het toegangscontrole zicht staan, merken en registreren inventaris neemt slechts attractieve goederen buiten bedrijfstijd uit zicht een beperkt deel vastzetten PC's en beeldschermen van hen overzichtelijk houden terrein aanvullende vrij houden zicht op pand beperkende anders maatregelen in de vorm van het NIET(S) INGEVULD vastzetten van de apparatuur. 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 4.3.3 Genomen bouwkundige maatregelen De belangrijkste bouwkundige maatregel is het aanbrengen van 2-sterren hang- en sluitwerk. Tegelijkertijd heeft bijna de helft van de respondenten niet aangegeven deze maatregel te hebben getroffen. GENOMEN BOUWKUNDIGE MAATREGELEN 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% stevige terreinafscheiding voldoende hoogte stroomdraden op hekwerk maatregelen in- en opklimmen 2 ** hang- en sluitwerk alle ramen en deuren extra bouwkundige beveiliging ramen BG barrières tegen ramkraak extra beveil. ruimtes attract./kwetsb. goederen anders NIET(S) INGEVULD 4.3.4 Genomen organisatorische maatregelen Vrijwel alle respondenten beschikken over een inbraaksignaleringssysteem die is aangesloten op een meldkamer. Cameratoezicht komt (nog) nauwelijks voor. oktober 2008 21 van 29

GENOMEN ELEKTRONISCHE MAATREGELEN elektronische toegangscontrole inbraaksignaleringssysteen aangesloten op meldkamer cameraopnames passief met beeldopslag cameraopnames met eigen actief toezicht op beelden cameratoezicht actief op professionele anders 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% NIET(S) INGEVULD 4.3.5 Beveiligingsdiensten 20% van de respondenten neemt deel aan de collectieve beveiliging van de SBBB. De vragen over de beveiligingsdiensten die worden afgenomen zijn minder goed ingevuld. Dit heeft ondermeer te maken met het feit dat veel bedrijven deze kennis niet paraat hebben. Wat bij de bedrijven die deze vragen wel hebben ingevuld opvalt is de grote versnippering in dienstverlening. Alarmcentrale / meldkamer: - Varel 5x - Trigion 2x - CSU 2x - Cocon 2x - RAN 1x - EBN 1x - Blicon 1x - Niet ingevuld 7x Alarmopvolging: - EBN 2x - Assa 2x - Varel 1x - Trigion 1x - Gaan zelf kijken 8x - Niet ingevuld 7x oktober 2008 22 van 29

4.4 Wensen verbetering veiligheid 4.4.1 Gewenste maatregelen Maar een beperkt deel van de ondervraagde ondernemers heeft concrete wensen met betrekking tot het veiligheidsprobleem dat men het liefst opgelost wil zien en suggesties voor oplossingen. Het volgende is genoemd: Welk veiligheidsprobleem zou u het liefst opgelost zien? - beperken van de toegankelijkheid (2x) - een veilige buurt maken - sociale controle - personen die er niets te zoeken hebben - richting verkeer Welke oplossingen ziet u zelf voor dit probleem? - Hekwerk en poorten - slagbomen - afsluiten doorgaand fietspad als vluchtroute - bewaking - collectieve beveiliging - omgevingsbeveiliging met camera s - duidelijke borden richting verkeer 4.4.2 Samenwerking Tot slot is de ondernemers gevraagd of samenwerking met collega-ondernemers op het gebied van beveiliging zinvol kan zijn. Tweederde van hen is deze mening toegedaan, een aantal van hen echter met een mits. - ja 44% - ja, mits 24% - nee 8% - niet ingevuld 24% De volgende mitsen zijn genoemd: - Mits iedereen meedoet (2x) - Mits het een verplichting is bij een ieder - Mits men ervan doordrongen is - Mits het kosteloos - Mits offerte bij of in contact met betreffende bedrijf 4.5 Conclusies Veiligheidssituatie De ondervraagde ondernemers zijn overwegen positief over de veiligheidssituatie op het bedrijvencluster en over het beheer en onderhud van de openbare ruimte. Criminaliteitservaringen Eenderde van de ondernemers heeft in twee jaar te maken gehad met criminaliteit in de vorm van vernieling, diefstal, inbraak of een poging tot inbraak; bij een kwart van de ondernemers gaat het om twee of meer vormen van criminaliteit. Criminaliteit als probleem 40-45 % van de ondernemers vindt diefstal en inbraak een ernstig probleem oktober 2008 23 van 29

Risicoanalyse op grond van mening ondernemers Op basis van de risico-inschatting van de respondenten komt inbraak op de eerste en dieftal op de tweede plaats van de risico s voor de ondernemers op het bedrijvencluster. Overlast wordt nauwelijks als risico gezien. 0 0,1 0,2 0,3 0,4 0,5 Overlast Vernieling Diefstal Inbraak Beroving of roofoverval Bedreiging of intimidatie Dienstverlening De meeste ondernemers investeren in veiligheid, onder meer in de vorm van een inbraaksignaleringssysteem met aansluiting op een meldkamer. Een deel van hen besteedt de alarmopvolging uit. Op het gebied van de beveiligingsdienstverlening is sprake van versnippering, hetgeen te koste gaat van de (kosten-)effectiviteit. Samenwerking Een ruime meerderheid vindt samenwerking op het gebied van beveiliging zinvol. Een deel van hen verbindt hier wel voorwaarden aan, zoals dat iedereen meedoet. oktober 2008 24 van 29

Hoofdstuk 5 Richtingbepaling 5.1 Aanleiding en urgentie voor beveiliging Momenteel is het criminaliteitsprobleem op het cluster ten opzichte van andere terreinen in Breda minder groot. Toch heeft eenderde van de ondernemers in twee jaar één of meerdere keren te maken gehad met criminaliteit. Er doen zich een aantal ontwikkelingen voor die het tij in negatieve zin kunnen doen keren: - door de beveiligingsinspanningen op omliggende terreinen, waaronder de nabijgelegen Goeseelsstraat én in de regio (o.a. Etten-Leur en Oosterhout) zal de bedrijfsgerichte criminaliteit zich verplaatsen; - het cluster wordt uitgebreid en krijgt meerdere ontsluitingsmogelijkheden, waardoor de aantrekkelijkheid voor de criminaliteit toeneemt. Ook de dynamiek binnen de criminaliteitsbranche zelf kan ertoe leiden dat terreinen ineens meer of minder interessant zijn. De verplichte deelname aan de collectieve beveiliging voor de te vestigen bedrijven op de nieuw uit te geven kavels biedt kansen om de beveiliging op het cluster een impuls te geven. Tegelijkertijd zal er voor de legitimiteit van de verplichte deelname moeten worden toegewerkt naar een effectieve aanpak. De bedrijvenvereniging is er op tijd bij. Er is geen reden om meteen zeer omvangrijke stappen te nemen, wel om met elkaar een richting te kiezen en met elkaar planmatig de eerste stappen te zetten. 5.2 Draagvlak Bijna de helft van de ondernemers vindt diefstal en inbraak een ernstig probleem. Onder de ondernemers is draagvlak voor samenwerking om hier wat aan te doen: een ruime meerderheid van hen vindt dit zinvol, echter bij een deel van hen wel met enige mitsen en maren. Een gezamenlijke aanpak is kansrijk indien deze voorbehouden kunnen worden overbrugd. Hiervoor is nodig dat er een aanpak wordt gekozen waar de deelnemers individueel baat bij hebben in de vorm van een kosteneffectieve beveiliging van het eigen bedrijf, zonder dat zij het gevoel hebben te moeten meebetalen aan een systeem waar free riders van profiteren. In de toekomst zal er sprake zijn van verplichte deelname op een deel van het terrein. Het zal aan deze nieuwe ondernemers moeilijk te verkopen zijn dat zij voor een belangrijk deel moeten opdraaien voor de kosten voor een collectieve terreinbeveiliging van het gehele cluster waar niet meebetalende bedrijven op het oude deel van het cluster evenveel baat bij hebben. Uitgangspunt: De aanpak dient in belangrijke mate een privaat karakter te hebben uitsluitend ten dienste van die bedrijven die bereid zijn de handen ineen te slaan. Eventueel kan in een later stadium, wanneer er sprake is van een brede deelname, worden overgegaan tot aanvullende maatregelen gericht op de bewaking van de openbare delen van het terrein. oktober 2008 25 van 29

5.3 Gefaseerde aanpak Gezien de huidige criminaliteit, de huidige deelname aan de collectieve beveiliging, de te verwachten toename van de risico s en de uitbreiding van het terrein is er alle reden te kiezen voor een groeimodel. 5.3.1 1 e fase: de eerste klap is een daalder waard Momenteel is er sprake van een sterke mate van versnippering in beveiligingsinspanningen, hetgeen niet alleen ten koste gaat van de effectiviteit, maar tevens ten koste gaat van de portemonnee van de individuele ondernemer. Voorgesteld wordt te starten met de intensivering van de samenwerking door de versnipperde dienstverlening te bundelen en in één hand te brengen. Het gaat hierbij om: - aansluitingen op alarmcentrales; - alarmopvolging; - collectieve surveillance; - andere voorkomende vormen van beveiligingsdiensten. Door toezicht, signalering en opvolging in één hand te brengen is er één partij verantwoordelijk voor de individuele én gezamenlijke beveiliging van het cluster. Door dit te koppelen aan de uitvoering van nabijgelegen clusters wordt de aanwezigheid vergroot waardoor een snelle reactietijd mogelijk wordt. Met deze fase wordt de basis gelegd voor de samenwerking en de eerste stap gezet op weg naar een gezamenlijke doelmatige infrastructuur. 5.3.2 2 e fase: voorkoming door vroegsignalering De huidige alarmeringsystemen zijn meestal niet meer dan een waarschuwing achteraf dat er is ingebroken. Tegelijkertijd is een intensieve preventieve aanwezigheid van de beveiliger kostbaar. Er dienen maatregelen genomen te worden om dreigende inbreuken vroegtijdig te signaleren, zodat tijdig actie kan worden ondernomen. Met de inzet van technische hulpmiddelen kan gericht toezicht worden gehouden op de private bedrijfsobjecten. Door te kiezen voor een gezamenlijk systeem van private actieve camerabewaking kan een dergelijke infrastructuur worden uitgerold zonder dat hiervoor toestemming van de overheidsinstanties noodzakelijk is. Het systeem werkt in grote lijnen als volgt: - de deelnemende bedrijven worden voorzien van detectieschilden, waardoor dreigende inbreuk al vóór de gevel wordt gesignaleerd; - op strategische plaatsen worden enkele camera s geïnstalleerd die zich automatisch richten op de plek van dreigende inbreuk, door de gezamenlijke infrastructuur zijn per groep bedrijven bijvoorbeeld maar twee camera s nodig, hetgeen het systeem betaalbaar maakt; oktober 2008 26 van 29

- de signalering activeert de procedure in de toezichtcentrale, waar interpretatie plaats vindt: is het de krantenjongen of is er meer aan de hand?; - bij dreiging vindt aansturing van de surveillance plaats met een gegarandeerde reactietijd, zo nodig wordt ook de politie ingeschakeld. Het systeem is flexibel: - kan ook toegepast bij kleine samenwerkingsverbanden van bijvoorbeeld een groepje in elkaars nabijheid gelegen bedrijven of een bedrijfsverzamelcomplex; - is free riders onafhankelijk: wie wil doet mee, freerider bedrijven die niet deelnemen profiteren ook niet van het systeem, deelnemende bedrijven worden duidelijk herkenbaar gemaakt; - eventuele bestaande camerasystemen en andere bestaande elektronische systemen kunnen vaak worden geïntegreerd; - het is privaat, dus onafhankelijk van overheidsbesluitvorming; - het kan uitgroeien tot een dekkend terreinbewakingssysteem. 5.3.3 3 e fase: gecontroleerde toegang Naar de toekomst kan de beveiliging verder worden uitgebreid met cameratoezicht op de openbare weg, bijvoorbeeld door na realisatie van de uitbreiding camera s te plaatsen op de toegangen van het terrein, zodat ook in de gaten kan worden gehouden wie tijdens risicouren het terrein op en af gaat. Flexibele afsluiting van de entrees ligt in verband met de woonfunctie minder voor de hand. 5.3.4 Inzet menskracht Techniek is niet meer dan een hulpmiddel om situaties vroegtijdig te signaleren en hier effectief op te reageren. In alle gevallen is de inzet van menskracht bepalend voor het resultaat. Dit houdt in dat naast de uitwerking van een geavanceerde elektronische infrastructuur ook de organisatorisch-operationele kant goed moet worden geborgd. oktober 2008 27 van 29

Vervolg De bedrijvenvereniging Doornbos Noord-Zuid heeft opdracht verleend voor de uitvoering van een 0-meting en het samen met de ondernemers bepalen van een richting voor de aanpak. De resultaten van de 0-meting zijn opgenomen in voorliggende conceptrapportage. Op basis van interpretatie van deze resultaten is tevens een voorstel op genomen voor de in te slagen weg. Voorliggend concept wordt besproken in de bestuursvergadering van de bedrijvenvereniging. Daarna vindt een presentatie plaats aan de ondernemers op het cluster waar gezamenlijk conclusies worden getrokken hoe het vervolgtraject eruit moet komen te zien. Het bestuur kan op basis van de resultaten van de bijeenkomst met de ondernemers besluiten een Plan van Aanpak op te laten stellen, waarin ook de financiering nader is uitgewerkt. Voorgesteld wordt in de aanloop van het plan van aanpak een aantal gesprekken te voeren met individuele ondernemers waarvan wordt verwacht dat zijn een voorloperrol kunnen vervullen bij de individuele besluitvorming om deel te nemen. oktober 2008 28 van 29

Bijlage Deelnemers Collectieve Beveiliging SBBB per 31-12-2007 Bron: SBBB, jaarverslag 2007 - Bosch Security Systems Kapittelweg 10 - Adema & Touw BV Kapittelweg 16 - Vitelec BV Kapittelweg 18 - Gemeente Breda Nieuwe Kadijk 99 oktober 2008 29 van 29