Nationale Studentenenquête Proces, respons, analyses, resultaten en rapportages Anja van den Broek, ResearchNed
Onderwerpen Deelname Veldwerk Respons Communicatie Analyses Resultaten Rapportages 2
Deelname 177.218 respondenten 59% (104.545) e-mail (actieve deelname): 31 instellingen 9 wo en 22 hbo 19 niet-bekostigde instellingen 41% (72.673) IB-Groep (passieve deelname): 47 instellingen 8 wo en 39 hbo 3
Veldwerk April-juli 2009 (week 13 t/m week 29) Week 24: extra impulsen responsverhoging mede op basis van onderzoek onder afhakers: incentives (MacBooks, ipods en bol.com-bonnen) kortere uitnodigingsteksten betere spamfilterconfiguratie ander briefpapier aanpassing styling vragenlijst lengte vragenlijst 4
Respons Herhaalde bouncers en ongeldige postadressen: 7.716 respondenten, steekproef totaal 169.502. Totaal 48.527 interviews gestart, 39.755 completes. E-mailrespons 34%, de IB-Groep respons 21%. Totale respons 48.527 / 169.502 = 28,63%. 5
Responsverloop 3.000 2.500 2.000 1.500 1.000 500 0 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 6
Per dag van de week 9000 8000 7000 6000 5000 4000 3000 2000 1000 0 Maandag Dinsdag W oensdag Donderdag Vrijdag Zaterdag Zondag 7
Communicatie Gedurende deze hele periode communicatie met instellingen www.studiekeuzeinformatie.nl (informatie en wekelijkse responsoverzichten) Nieuwsbrieven Bijeenkomsten Begeleidingsgroep NSE Deskundigenpanel: kwaliteitsbewaking 8
Analyses Bestandopbouw ruwe gegevens 2006-2008 samengevoegd correctie methode-effect 2006-2008 herberekening clusterscores uniformering en labelling verrijking (faculteiten, stedelijkheid, landsdeel) Weging herwogen naar landelijke verdeling op basis van croho-code binnen een instelling correctie-syntax weging per instelling 9
Aggregaties Aggregaties voor website en database: >10: afzonderlijk opgenomen <10: gebundeld (locaties of verwante studies) <10 maar >40% van de populatie: afzonderlijk opgenomen overig: niet opgenomen (1,7%) Aggregaties voor schriftelijke rapporten Bestandslevering: NSE Online, instellingen Landelijke gegevens voor Kennis in Kaart 10
Studiekeuzedatabase Bachelor voltijd, bachelor deeltijd en master (ongewogen). Studentoordelen per studies landelijk/verwante opleidingen (gewogen): totaalscore, inhoud, keuzeruimte, samenhang, werkvormen, voorbereiding loopbaan, studeerbaarheid. Studentoordelen per vestiging (gewogen): kantine, bereikbaarheid, sport, parkeren. Oordelen handicapvragen per vestiging (ongewogen) 11
Resultaten totaal hoger onderwijs Sfeer (2009) Voorzieningen Inhoud Faciliteiten Docenten Studeerbaarheid Samenhang Aansluiting (2009) Keuzeruimte Werkvormen Voorbereiding loopbaan Gebouwen Inspraak (2009) Begeleiding (2009) Communicatie Woonruimte Totaalscore 7,5 7,5 7,1 6,9 6,9 6,8 6,7 6,7 6,6 6,6 6,6 6,6 6,6 6,5 6,3 6,0 6,7 0 1 2 3 4 5 6 7 8 12
Verschillen wo en hbo Wo-studenten zijn veel positiever over: inhoud, faciliteiten, communicatie, totaalscore, docenten, gebouwen. Wo-studenten zijn positiever over: keuzeruimte, werkvormen, voorzieningen, aansluiting (2009), samenhang, inspraak (2009). Hbo-studenten zijn iets positiever over: sfeer (2009) en begeleiding (2009). 13
Landelijke analyse Multilevel model. Rekening houden met het feit dat studenten bij dezelfde opleiding op elkaar lijken. Alle verschillen uiteengelegd in verschillen tussen opleidingen en tussen individuen. Resultaten houden rekening met deze onderlinge correlatie. Verschillen tussen studenten onderling zijn groter dan de verschillen tussen opleidingen. 14
Individuele verschillen Vrouwen en eerstejaars oordelen positiever. Gehandicapte studenten oordelen negatiever. Studenten die veel tijd aan hun studie besteden oordelen positiever (verschil tussen luie en ijverige student bedraagt 0,32). 15
Opleidingskenmerken Ingevoerde factoren verklaren helft van verschillen tussen opleidingen. Verschil tussen hbo en wo groot: 0,54. Positiever zijn studenten van masteropleidingen, niet-bekostigde opleidingen en deeltijdopleidingen. Grootstedelijke opleidingen scoren lager. Grote opleidingen scoren lager. 16
Organisatiegraad Het effect van opleidingsomvang verdwijnt volledig na opname organisatiegraad (omvang hoorcollege). Kijkend naar opleidingen met een zelfde organisatiegraad, dan zijn: Studenten van kleinschalig georganiseerde opleidingen (ook grote opleidingen) positiever. Studenten van numerus fixus opleidingen positiever. Alle individuele verschillen blijven bestaan. 17
Rapportage aan instellingen SPSS-bestand met: scores van uw instelling scores van alle andere hbo- of wo-instellingen te gebruiken voor nadere analyses en benchmark Excel- en pdf-bestand resultaten op hoofdclusters hard-copy en digitaal NSE ONLINE 18
Download: www.nse.nl/download 19
Download: www.nse.nl/download 20
Rapportage 21
NSE Online op www.studiekeuzeinformatie.nl 22
Bedankt voor uw aandacht! dr. Anja van den Broek (a.vdbroek@researchned.nl) 23