TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2017 TOETS APRIL :00 12:45 uur

Vergelijkbare documenten
TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2018 TOETS 1

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2013 TOETS APRIL :00 12:45 uur

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2014 TOETS APRIL uur

XXX INTERNATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE PADUA, ITALIË THEORIE-TOETS

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2019 TOETS APRIL 2019 Tijdsduur: 1h45

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2015 TOETS APRIL :00 12:45 uur

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2015 theorietoets deel 1

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2018 theorietoets deel 1

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2016 TOETS APRIL :15 12:15 uur

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2014 theorietoets deel 1

In een U-vormige buis bevinden zich drie verschillende, niet mengbare vloeistoffen met dichtheden ρ1, ρ2 en ρ3. De hoogte h1 = 10 cm en h3 = 15 cm.

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2013 theorietoets deel 1

Eindronde Natuurkunde Olympiade theorietoets deel 1

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2012 TOETS APRIL uur

jaar: 1989 nummer: 25

T G6202. Info: auteur: Examencommissie Toelatingsexamen Arts en Tandarts, bron: Juli 2015, id: 11941

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2016 theorietoets deel 1

Schriftelijk examen: theorie en oefeningen Fysica: elektromagnetisme

tentamen stromingsleer (wb1225), Faculteit 3mE, TU Delft, 28 juni 2011, u

Woensdag 21 mei, uur

Juli geel Fysica Vraag 1

De pomp geeft het water een zekere snelheid mee. Het water komt 147 meter hoog. De vluchttijd is dus (m.b.v. ):

Juli blauw Fysica Vraag 1

koper hout water Als de bovenkant van het blokje hout zich net aan het wateroppervlak bevindt, is de massa van het blokje koper gelijk aan:

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM EXAMEN VWO 2015

Augustus blauw Fysica Vraag 1

Augustus geel Fysica Vraag 1

Opgave 1. Voor de grootte van de magnetische veldsterkte in de spoel geldt: = l

Woensdag 30 augustus, uur

TENTAMEN NATUURKUNDE

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Eindronde theorietoets. 13 juni beschikbare tijd: 2x2 uur. Deel 1

TENTAMEN NATUURKUNDE

Juli blauw Vraag 1. Fysica

FACULTEIT TECHNISCHE NATUURWETENSCHAPPEN Opleiding Technische Natuurkunde TENTAMEN

NATUURKUNDE OLYMPIADE EINDRONDE 2013 PRAKTIKUMTOETS

1. Een karretje op een rail

Deeltoets II E&M & juni 2016 Velden en elektromagnetisme

Tentamen Fysica: Elektriciteit en Magnetisme (MNW en SBI)

TENTAMEN. x 2 x 3. x x2. cos( x y) cos ( x) cos( y) + sin( x) sin( y) d dx arcsin( x)

Basic Creative Engineering Skills

Formules voor Natuurkunde Alle formules die je moet kennen voor de toets. Eventuele naam of uitleg

Tentamen Optica. 19 februari 2008, 14:00 uur tot 17:00 uur

Faculteit Technische Natuurkunde Tentamen OPTICA voor BMT (3D010) 22 juni 1999, 14:00-17:00 uur

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Tweede ronde - theorie toets. 21 juni beschikbare tijd : 2 x 2 uur

Tentamen Optica. 20 februari Zet je naam, studentennummer en studierichting bovenaan elk vel dat je gebruikt. Lees de 6 opgaven eerst eens door.

Vlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde

EXAMEN HOGER ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1975

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN

De snelheid van de auto neemt eerst toe en wordt na zekere tijd constant. Bereken de snelheid die de auto dan heeft.


1 ELECTROSTATICA: Recht toe, recht aan

DE XXXIII INTERNATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1977 MAVO4 NATUUR- EN SCHEIKUNDE I. Zie ommezijde. Vrijdag 19 augustus,

NATUURKUNDE 8 29/04/2011 KLAS 5 INHAALPROEFWERK HOOFDSTUK

Fysica. Indien dezelfde kracht werkt op een voorwerp met massa m 1 + m 2, is de versnelling van dat voorwerp gelijk aan: <A> 18,0 m/s 2.

TENTAMEN DYNAMICA (140302) 29 januari 2010, 9:00-12:30

Woensdag 11 mei, uur

Examen mechanica: oefeningen

HEREXAMEN EIND MULO tevens IIe ZITTING STAATSEXAMEN EIND MULO 2009

. Vermeld je naam op elke pagina.

, met ω de hoekfrequentie en

Fysica. Een lichtstraal gaat van middenstof A via middenstof B naar middenstof C. De stralengang van de lichtstraal is aangegeven in de figuur.

Begripsvragen: Elektrisch veld

Maandag 15 juni, uur

Schriftelijk examen 2e Ba Biologie Fysica: elektromagnetisme

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Eerste ronde. 16 januari beschikbare tijd : 2 uur

NATUURKUNDE KLAS 5. PROEFWERK H8 JUNI 2010 Gebruik eigen rekenmachine en BINAS toegestaan. Totaal 29 p

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM HEREXAMEN HAVO 2015

ALGEMEEN 1. De luchtdruk op aarde is ongeveer gelijk aan. A 1mbar. B 1 N/m 2. C 13,6 cm kwikdruk. D 100 kpa.

Als de trapper in de stand van figuur 1 staat, oefent de voet de in figuur 2 aangegeven verticale kracht uit op het rechter pedaal.

Tentamen. Elektriciteit en Magnetisme 1. Woensdag 20 juni :00-12:00. Leg je collegekaart aan de rechterkant van de tafel.

TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen

Tentamen Natuurkunde 1A uur uur vrijdag 14 januari 2011 docent drs.j.b. Vrijdaghs

Faculteit Biomedische Technologie. 9 april 2018, 18:00-21:00 uur

Woensdag 24 mei, uur

NATUURKUNDE OLYMPIADE EINDRONDE 2016 PRACTICUMTOETS

Hertentamen Optica. 20 maart Zet je naam, studentennummer en studierichting bovenaan elk vel dat je gebruikt. Lees de 6 opgaven eerst eens door.

MEERKEUZEVRAGEN A B C D

Tentamen Fysica: Elektriciteit en Magnetisme (MNW)

FACULTEIT TECHNISCHE NATUURKUNDE. Kenmerk: /vGr. Datum: 24 juli 2000 TENTAMEN

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2002-I

Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 20 mei uur

GROEP 1. Naam : F. Outloos Nummer (zie kladblad): A B D B E D C C

6.2 Elektrische energie en vermogen; rendement

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE

Deze toets bestaat uit 3 opgaven (34 punten). Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Veel succes!

Vrijdag 8 juni, uur

Space Experience Curaçao

NATUURKUNDE. Donderdag 5 juni, uur. MAVO-C Il EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN C - niveau

Technische Universiteit Eindhoven

Elektro-magnetisme Q B Q A

VLAKKE PLAATCONDENSATOR

1. Langere vraag over de theorie

Theory Dutch (Netherlands) Lees eerst de algemene instructies uit de aparte enveloppe voordat je begint met deze opgave.

Langere vraag over de theorie

Eindexamen natuurkunde compex vwo I

Als l groter wordt zal T. Als A groter wordt zal T

Schriftelijk examen: theorie en oefeningen Fysica: elektromagnetisme

Eindronde Natuurkunde Olympiade practicumtoets deel: Omvallend melkpak

Transcriptie:

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2017 TOETS 1 12 APRIL 2017 11:00 12:45 uur

1 Eenheden. (3 punten) Een helikopter kan stil hangen in de lucht als de motor van de helikopter een vermogen levert. Een tweede helikopter, met lineaire dimensies de helft van die van helikopter A, heeft een vermogen nodig. Bereken. Opmerking: Neem aan dat het benodigde vermogen enkel afhangt van de valversnelling, de (lineaire) afmetingen, de gemiddelde dichtheid van de helikopter en de dichtheid van de lucht. Hint: Dimensie analyse. 2 Fontein. (5 punten) In Canberra (Australië) staat het Captain James Cook memorial. Een onderdeel daarvan is een fontein die het water opspuit tot een hoogte van 147 meter. Er bevindt zich steeds 6,0 m 3 water in de lucht. Bereken het vermogen dat de pompen minimaal moeten leveren. 3 Slinger. (5 punten) Een staaf met verwaarloosbare massa is aan het éne uiteinde zodanig opgehangen dat hij in een verticaal vlak vrij kan ronddraaien. Aan het andere uiteinde is een voorwerp met verwaarloosbare afmetingen, maar met niet verwaarloosbare massa bevestigd. De staaf wordt zó geplaatst, dat hij een hoek van 5 o met de verticaal maakt. Zie de schets. Vervolgens wordt het systeem losgelaten waardoor het naar beneden draait. Wrijving wordt daarbij verwaarloosd. Van de baansnelheid van het voorwerp is een diagram gemaakt, dat hieronder is afgebeeld. Het feit dat er geen waarden bij de snelheidsas staan, is een bewuste keuze. Bepaal, o.a. met behulp van dit, diagram, de lengte van de staaf. Geef duidelijk aan hoe je te werk gaat. Het diagram staat ook op de bijlage.

4 Mengen (4 punten) 300 cm tolueen van 0 wordt gemengd met 110 cm tolueen van 100. De uitzettingscoëfficiënt van tolueen is 1,0 10 K terwijl de soortelijke warmte van tolueen 1,6 10 Jkg K is. Bereken het eindvolume van het mengsel. 5 Aerocket (5 punten) Aerocket is een speelgoedraket. De raket kan m.b.v. een metalen buis worden gelanceerd. Op het hoogste punt van de baan opent zich een parachute zodat de raket zonder schade kan landen. Het lanceergedeelte bestaat uit een lange metalen buis van 2,13 m lang en een binnendoorsnede van 645 mm. De raket wordt in de buis geplaatst en op een hoogte van 61 cm d.m.v. een hendel vastgezet. De raket sluit de lucht onder de raket goed af. Met een fietspomp, aangesloten op het ventiel, wordt vervolgens de druk in de buis onder de raket verhoogd van 1,0 naar 4,0 atmosfeer. De raket wordt daarna gelanceerd door de hendel over te halen. De raket (inclusief parachute) heeft een massa van 600 gram. Neem verder aan dat de omgevingstemperatuur 20 is, dat de lucht zich ideaal gedraagt, dat het proces adiabatisch is en dat voor lucht geldt: 1,4. (a) Hoeveel mol lucht zit er voor de lancering onder de raket? (b) Wat is de temperatuur van de lucht in de buis op het moment dat de raket de buis verlaat? (c) Hoeveel arbeid heeft de lucht verricht op het moment dat de raket de buis verlaat? (d) Met welke snelheid komt de raket uit de buis? 6 2 bolletjes (3 punten) We beschouwen twee metalen bollen met eindige dikte, concentrisch in elkaar. De kleine bol heeft een binnendiameter en een buitendiameter. De grote bol heeft een binnendiameter en een buitendiameter. Een lading wordt op de binnenbol gezet en een lading op de buitenbol. (a) Bepaal de ladingsdichtheden op de oppervlakken van de bollen. (b) Als, bepaal dan de capaciteit van het systeem.

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2017 TOETS 2 12 APRIL 2017 13:30 15:15 uur

7 CD (2 punten) Een CD bevat 650 MB aan informatie. Deze informatie staat in een (hele) grote spiraal van binnen naar buiten. De informatie wordt met een laser uitgelezen. (a) Bepaal de grootte van 1 bit informatie op een CD. Maak hierbij gebruik van het plaatje hiernaast. (1 byte = 8 bits) De informatiedichtheid op een CD is overal even groot. Punt bevindt zich dichter bij het midden van de CD dan punt. De informatie wordt eerst bij punt uitgelezen en vervolgens bij punt. (b) Beredeneer bij welk punt de CD het snelst ronddraaide. 8 Nog een CD (3 punten) Op een CD wordt digitale informatie opgeslagen als een reeks ophogingen in het oppervlak die pits worden genoemd en uithollingen die lands worden genoemd. Zowel pits als lands zijn sterk reflecterend en zijn ingebouwd in een dik stuk kunststof materiaal met een brekingsindex 1,55. Als een laser met een golflengte van 780 nm (in lucht) de pit landreeks aftast, wordt de overgang gedetecteerd door het volgen van de intensiteit van het gereflecteerde laserlicht van de CD. Op het moment dat de helft van de laserstraal wordt gereflecteerd vanaf de pit en de andere helft vanaf de land, willen we dat de twee gereflecteerde helften van de straal 180 met elkaar uit fase zijn. [Wanneer dit licht een detector binnengaat, heffen de twee uit fasehelften van de laserstraal elkaar op, wat een minimale detectoroutput tot gevolg heeft.] Wat moet het minimale hoogteverschil tussen een pit en een land zijn? 9 Hoepel (5 punten) Een dunne hoepel met een massa en een straal wordt opgehangen in punt en kan wrijvingsloos om dat punt slingeren. Zie het plaatje hiernaast. (a) Geef een uitdrukking voor de slingertijd voor kleine uitwijkingen. Een staaf met lengte 2 en massa wordt opgehangen aan een uiteinde en maakt na een klein zetje een slingerbeweging met een slingertijd. Een massa wordt aan een touwtje met lengte 2 opgehangen en maakt na een klein zetje een slingerbeweging met slingertijd. (b) Zet de drie slingertijden op volgorde van groot naar klein. Gebruik bij je eindantwoord de operatoren en.

10 Nog een hoepel (5 punten) Een stuk weerstandsdraad met een lengte en een weerstand wordt in een gesloten cirkel gebogen. Contactpunt is vast, contactpunt is vrij beweegbaar. De hoek kan variëren tussen 0 en 360. Bereken als tussen en een weerstand van 6 wordt gemeten. 11 Opgehoepeld (5 punten) Twee punten A en B op een ring met straal van een dunne homogene draad worden met een batterij verbonden. Bereken de sterkte van het magneetveld in het centrum van de ring onder de aanname dat de toe en afvoerdraden ten gevolge van hun symmetrische ligging geen invloed zullen hebben op de magnetische veldsterkte in dat centrum. Je kan hierbij de wet van Biot Savart gebruiken. In dit geval geldt dat de grootte van de bijdrage db aan het magnetisch veld in het midden van de ring ten gevolge van een stroom I door een cirkelsegmentje dl gegeven wordt door: 4 12 Glazen bol (5 punten) We bekijken de breking van stralen aan het bolvormig oppervlak van een doorzichtig materiaal. Van een voorwerp in wordt een afbeelding gemaakt in. Het voorwerp bevindt zich in een medium met brekingsindex. Het beeld in bevindt zich in een medium waarvan de brekingsindex gelijk is aan. De kromtestraal van het bolvormig grensvlak is gelijk aan en het kromtemiddelpunt bevindt zich in punt. Zie de figuur. (a) Toon aan dat voor deze situatie geldt: Hierbij is de afstand van punt tot het oppervlak en de afstand van het oppervlak tot punt. Maak gebruik van de bijlage en gebruik de kleine hoek benadering: sin. Een puntbron van licht wordt geplaatst op een afstand van 25,0 cm van het middelpunt van een glazen bol ( 1,5 met een straal van 10,0 cm, zie de figuur. (b) Bepaal het beeld van de bron.