Verzorgende-IG basisdeel kerntaak 1 werkproces 6 oefenopdracht A De opvattingen over hoe goede zorg eruit ziet, zijn aan het veranderen: zelfredzaamheid en eigen regie van zorgvragers worden steeds belangrijker, het draagt bij aan kwaliteit van leven. Jouw begeleiding draagt bij aan de mogelijkheden die mensen hebben om het zelf te redden op een manier die past bij wat ze kunnen en willen. In deze opdracht ga je een zorgvrager observeren bij een activiteit die bijdraagt aan bij het zelfstandig functioneren van de zorgvrager. Denk bijvoorbeeld aan het observeren van een zorgvrager die: Dementerend is en begeleiding nodig heeft op psychosociaal gebied. Door ziekte, beperkingen of handicap weer moet leren om de regie over het eigen leven te voeren. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een zorgvrager die een CVA doorgemaakt heeft. Terminaal is, waardoor de zorgvrager moet hierdoor iedere keer weer leren omgaan met de achteruitgang in de gezondheid. Opdracht Oefen met het observeren van zorgvragers in hun behoefte aan begeleiding bij het hebben van een dagbesteding binnen jouw BPV. Om de zorgvrager te kunnen observeren doorloop je de volgende stappen: Zoek op welke vormen van dagbesteding er zijn voor zorgvragers van je BPV-adres, bedenk hoe deze activiteiten kunnen bijdragen aan het zelfstandig functioneren en invulling geven aan de dag. Kijk in je lesstof, wat je hier over gelezen hebt. Onderzoek (vraag aan collega s, lees zorgdossiers, kijk in de agenda) welke vormen van dagbesteding de zorgvragers (kunnen) hebben binnen jouw BPV. Oriënteer je op de visie, die jij in je organisatie tegenkomt, met betrekking tot het bieden van een dagbesteding. Bedenk welke verschillen er kunnen zijn binnen de verschillende werkvelden van de zorg. Je kunt bijvoorbeeld het anamneseformulier hiervoor bestuderen en kijken welke vragen gesteld worden met betrekking tot de dagbesteding van de zorgvrager. Maak een afspraak met je begeleider om een keer mee te kijken bij een activiteit. Observeer je begeleider wanneer zij een zorgvrager begeleidt bij een activiteit. Als het mogelijk is voer dan een gesprek met de zorgvrager over de activiteit: o Informeer naar de wensen en behoefte van de zorgvrager en/of naastbetrokkene als het gaat om de invulling van de dag. o Bespreek de activiteit met de zorgvrager en/of naastbetrokkene na. Bespreek in hoeverre de activiteit voldoet aan de wensen en behoefte van de zorgvrager. Vraag feedback aan je collega s en aan de zorgvrager.
Resultaat Je hebt een zorgvrager geobserveerd in hun behoefte aan begeleiding bij het invulling geven aan een dag. Bewijsstukken Feedbacklijst (volledig ingevuld en ondertekend) met daarin feedback op de gedragsobservatie en het methodisch leren.. Oriënteren Zorg dat je goed weet wat er van je verwacht wordt. Lees de opdracht en feedbacklijst. Beantwoord de volgende vragen: Welke kennis over een dag invulling van de zorgvrager moet jij als verzorgende hebben? Welke vaardigheden heb jij als verzorgende nodig, om een zorgvrager te kunnen begeleiden in zijn of haar daginvulling? Bespreek met andere studenten en collega s welke vormen van dagindeling er mogelijk zijn voor zorgvragers. Kijk in het zorgleefplan en vraag aan je collega s hoe je de zorgvrager met betrekking tot de dag invulling kunt begeleiden. Plannen Maak een planning voor je opdrachten. Je kunt hiervoor het planningsformulier bij oefenopdracht A VZ- B1-K1-W6 gebruiken. Tip: Je kunt ook met je begeleider bespreken of het mogelijk is, dat je eens meeloopt met een activiteiten begeleider.je kunt dan de activiteit die de activiteitenbegeleider met de zorgvrager doet observeren. Uitvoeren Voer de opdracht uit volgens je planning.
Vraag je begeleider regelmatig om feedback. Controleren Controleren Controleer (met je werkbegeleider) of je de opdracht uitgevoerd hebt. Heb je het resultaat bereikt? Vink bij de volgende punten aan wat je gedaan hebt: Ik kan uitleggen welke vormen van dag invulling er zijn voor zorgvragers en welke vormen ik tegen kom binnen mijn organisatie. Ik heb met collega s meegekeken, wanneer zij zorgvragers begeleiden bij het bieden van een dag invulling. Ik heb geoefend met praten met zorgvragers over en observeren bij activiteiten die bijdragen aan het invullen van de dag geoefend en kan het nu zelfstandig. Ik heb mijn collega s om feedback gevraagd over mijn houding en rol bij het praten met en observeren van de zorgvragers bij een activiteit. Ik heb de bewijsstukken (gedragsobservatie) verzameld. Hoe is het werken volgens planning verlopen? Goed, omdat Minder goed, omdat Evalueren Evalueer met je begeleider het observeren van de zorgvrager, bij het invulling geven aan de dag. Laat je feedbacklijst invullen door je begeleider. Reflecteren Reflecteer op jouw oefening: het observeren van de zorgvrager bij het invulling geven aan de dag. Welke keuzes heb je gemaakt om de oefenopdracht zo goed mogelijk te kunnen uitvoeren? Zijn er onderdelen van de opdracht die opvallen, of waar je nog verder over wilt nadenken? Heb je het resultaat bereikt met deze opdracht, zo ja hoe, en zo nee, wat is daarvan de reden? Wat zou je eventueel anders aanpakken? Op welke manier heeft deze opdracht bijgedragen aan je professionele ontwikkeling? Ben je klaar voor een nieuwe opdracht, of ga je de opdracht nogmaals oefenen?
Opdracht Werkproces Opleiding Naam student: Studentnummer: VZ-B-K1-W6-A B1-K1-W6 Begeleidt een zorgvrager Verzorgende IG Feedbackcriteria Informeert naar de wensen van de zorgvrager en/of naastbetrokkenen als het gaat om de invulling van de dag. Toont betrokkenheid bij het fysieke en mentale welzijn van de zorgvrager. Behandelt de zorgvrager en/of naastbetrokkenen met respect, inlevingsvermogen en geduld. Observeert de zorgvrager volgens de afspraken in het zorgplan als het gaat om de invulling van de dag. Werkt volgens richtlijnen en protocollen van de BPV-instelling. Vraagt aan collega s en de zorgvrager feedback over het informerend gesprek en de verkregen gegevens uit de observatie. Feedback aan de hand van bovengenoemde criteria
Feedbackcriteria Methodisch leren Heeft gewerkt volgens de stappen oriënteren, plannen, uitvoeren, controleren en evalueren Feedback aan de hand van bovengenoemde criteria Naam begeleider: Functie: Instelling*: BPV (s.v.p. naam van de instelling vermelden) Opleiding Datum: Handtekening: * s.v.p. aankruisen wat van toepassing is VZ-B-K1-W6-A Kennis heeft inzicht in gezondheidsrisico's behorende bij de doelgroep heeft kennis van algemene begrippen van gedragswetenschappen, psychologie, orthopedagogiek, psychiatrie en (toegepaste) sociologie heeft kennis van begeleidingsmethoden zoals belevingsgerichte zorg en PDL heeft kennis van pathologie en multipathologie Vaardigheden kan actuele benaderingswijzen toepassen in de omgang met dementerenden kan bijdragen aan patiëntveiligheidscultuur, handelt risicobewust, communiceert patiëntveilig en optimaliseert menselijke en omgevingsfactoren kan handelen volgens de normen voor verantwoorde zorg kan methodisch en systematisch handelen toepassen tijdens de beroepsuitoefening kan sociaal vaardig optreden in functionele contacten
Planningsformulier bij oefenopdracht A VZ- B1-K1-W6 Planning van de opdracht: Begeleidt een zorgvrager. Werkproces: VZ- B1-K1-W6 Naam student: Wat ga je doen? Waar, in welke context? Welke hulpmiddelen heb je hiervoor nodig? Wie zijn erbij betrokken? Wanneer ga je dit doen? Oefenopdracht lezen. Op school De oefenopdracht De docent Oriënterend afspraken maken met de begeleider. Opzoeken welke vormen van dag invulling er zijn voor zorgvragers binnen en buiten je BPV. In gesprek gaan met medeleerlingen en collega s, welke vormen van dag invulling jouw zorgvragers (kunnen) hebben binnen jouw BPV. Bestuderen van de anamnese formulieren binnen je BPV en kijk hoe navraag gedaan wordt naar de behoefte aan dag invulling van de zorgvrager.
Het maken van afspraken met de werkbegeleider over het observeren van een zorgvrager bij een activiteit. Lezen van zorgplan(nen) van zorgvrager(s). Kijk wat je terugvindt aan behoefte aan dag invulling van de zorgvragers. Informeren naar de wensen en behoefte van de zorgvrager en/of naastbetrokkene als het gaat om de invulling van de dag. Observeren van de zorgvrager tijdens een activiteit en het nabespreken van de activiteit met de zorgvrager en/of naastbetrokkene. Bespreken in hoeverre de activiteit voldoet aan de wensen en behoefte van de zorgvrager. Feedback vragen aan de hand van de criteria uit de feedbacklijst tijdens het oefenen.
Controleren van de oefenopdracht. Evalueren van de oefenopdracht. Reflecteren op de oefenopdracht.