Den Haag, April 2013 Strategisch Beleidsplan Stichting Vilcabamba 2013 2017
Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Voorwoord... 3 1. Missie en visie Stichting Vilcabamba... 4 1.1 Inleiding... 4 1.2 Missie en visie... 4 2. Ontwikkelingen en veranderende omgevingsfactoren... 5 2.1 Inleiding... 5 2.2 Externe ontwikkelingen... 5 2.3 Interne sterktes en aandachtspunten... 6 3. Strategie en doelstellingen... 6 3.1 Inleiding... 6 3.2 Strategie... 6 2
Voorwoord In dit strategisch beleidsplan wordt de strategie van de Stichting Vilcabamba voor de jaren 2013-2017 geschetst. Het plan sluit aan bij het vorige beleidsplan van de Stichting. Er is veel bereikt in de afgelopen tien jaar. Er zijn ook veranderingen in de context en omstandigheden waaronder de Stichting haar doelen wil bereiken. Voor de Stichting aanleiding om het beleidsplan te actualiseren en aan te geven hoe zij in de komende jaren hiermee verder wil gaan en waar haar focus op gericht is. Het bestuur van de Stichting bedankt Michael Rauner voor zijn inspirerende en prikkelende bijdragen bij de totstandkoming van dit plan en voor de Stichting in zijn geheel. Ingeborg Ahlers Cees Hesseling Jan Hesseling Wencke Verhoeff 3
1. Missie en visie Stichting Vilcabamba 1.1 Inleiding De Stichting Vilcabamba (hierna genoemd de Stichting) is in 2003 opgericht met als doel sociale ontwikkelingsprojecten in Cusco, Peru te ondersteunen. Deze ontwikkelingsprojecten zijn gericht op de kwetsbaarste doelgroepen: ondervoede kinderen en hun families en jongeren. Om de projecten te financieren worden fondsen geworven, in Nederland en in Peru. De organisatie, aansturing en begeleiding van de projecten wordt gedaan door de lokale organisatie CEDNA : Centro para el Desarrollo del Niňo y el Adolescente, geleid door Cora Staats. De ontwikkelingsprojecten kennen twee categorieën: opleidingsprojecten voor jongeren en moeders om hun kans op de arbeidsmarkt te vergroten en het gezinsinkomen te verbeteren, Yachay (leren) genaamd. De gezondheidsprojecten zijn gericht op het verbeteren van de gezondheids- en voedingssituatie van ondervoede kinderen en hun familie, genaamd Miski Wawa projecten. In 2011 heeft CEDNA met steun van de Stichting Buitenveldert een vaste lokatie in Cusco kunnen verwerven. In dit centrum vinden alle opleidings- en organisatieactiviteiten plaats. De organisatie van CEDNA wordt aangestuurd door een management team met Cora Staats als algemeen directeur. Met de uitvoering van de twee typen projecten hebben tot nu toe meer dan 1250 kinderen deelgenomen, zijn meer dan 700 moeders en 3640 jongeren en moeders opgeleid waarvan meer dan 1900 zijn geplaatst op de arbeidsmarkt. Eind 2012 waren het zesde Opleidingsproject en het zevende Miski Wawa project in uitvoering. 1.2 Missie en visie De uitgangspunten voor de missie zijn gelegen in het streven naar zelfstandigheid, het overbrengen van kennis met als doel dat mensen zelf leren en zelf activiteiten ontplooien waarmee zij in staat zijn hun sociaal-economische situatie te verbeteren. Hiermee kunnen zij betere kansen voor zichzelf en hun kinderen creëren. Dit betekent dat er met en door de eigen bevolking wordt samengewerkt (gelijkwaardigheid) om dit doel te bereiken, vanuit een sterke betrokkenheid met en belangstelling voor de mogelijkheden om de lokale situatie van kinderen, jongeren en moeders blijvend te kunnen verbeteren. De hieruit voortkomende missie is als volgt omschreven: het helpen creëren van het noodzakelijke fundament, en stevige basis, waarmee de kansarme minderjarigen en volwassenen zélf in staat worden gesteld de eigen situatie te verbeteren en daarmee de grondslag te kunnen leggen voor een beteren toekomst. 4
De Stichting verwezenlijkt de opleidings- en gezondheidsprojecten. Daarmee zet zij zich in om de lokale bevolking zelfstandig(er) te laten worden en hen de middelen aan te reiken waarmee zij dat kunnen doen (opleiding, training en begeleiding). Daarnaast wordt bijgedragen aan het verbeteren van de leef- en gezondheidsomstandigheden van de meest kwetsbare groepen: kinderen, jongeren en moeders. Hiermee krijgen zij een betere uitgangspositie om zelf hun eigen situatie te verbeteren (gezondheid, voorlichting, voeding). Vanuit de visie van de Stichting betekent dit dat de projecten en de activiteiten niet vrijblijvend zijn of gericht zijn op het behalen van snel maar vaak kortdurend resultaat. De ontplooide activiteiten vragen om commitment van niet alleen de lokale bevolking, leefgemeenschappen en lokale overheden maar ook van de deelnemers en hun families en de opleiders. De doelstellingen die worden nagestreefd in de projecten bouwen voort op wat er voorafgaand is bereikt. De doelstellingen worden in de tijd gevolgd en geëvalueerd om ervoor te zorgen dat de ingeslagen wegen ook de juiste zijn en aansluiten bij de lokale behoeften. Resultaatgerichtheid, duurzaamheid en zelfredzaamheid staan voorop. 2. Ontwikkelingen en veranderende omgevingsfactoren 2.1 Inleiding In de afgelopen tien jaar is er in de projecten veel bereikt en heeft de Stichting en CEDNA haar fundament verstevigd. Er is een grote groep trouwe individuele donateurs en sponsoren in Nederland opgebouwd. De eerste stappen worden door CEDNA gezet om ook lokaal meer fondsen te werven en op een zakelijk-sociale wijze met lokale overheden en marktpartijen duurzaam samen te werken. 2.2 Externe ontwikkelingen Tegelijkertijd is er ook een hoop veranderd in de externe omstandigheden waaronder de Stichting en CEDNA hun doelen proberen te bereikend. Als belangrijkste ontwikkelingen die in de afgelopen periode zijn ingezet en die zich naar verwachtring van de Stichting sterker zullen voortzetten, ziet zij de volgende: 1. door de mondiale financiële crisis nemen de financiële middelen die overheden en professionele sponsoren ter beschikking stellen, af 2. een toenemende vraag naar transparantie, niet alleen in besteding van de middelen maar ook van bereikte resultaten in alle ontplooide activiteiten vanuit sponsoren, donateurs en het brede publiek 3. toenemende druk om te komen tot duurzame en effectieve resultaten en dit op een efficiënte en resultaatgerichte manier te bereiken 4. een toename van kleinere particuliere initiatieven, zowel in aanbod van projecten en kleine organisaties als in het beschikbaar stellen van middelen. 5
De Stichting heeft in de afgelopen twee jaar daadwerkelijk de druk van vooral de punten 1 en 3 ondervonden. Zo constateert zij een daling in donaties en een toename in de vraag naar bereikte resultaten en inzicht in de kostenontwikkeling van de uitgevoerde projecten. 2.3 Interne sterktes en aandachtspunten Daarnaast ziet de Stichting ook intern een aantal sterke punten en een aantal aandachtspunten die van invloed zijn op het bereiken van de nagestreefde doelen. Hiervan ziet de Stichting als belangrijkste: Sterke punten: een sterk relatiemanagement in de vorm van periodieke, heldere en resultaatgerichte rapportages van projecten, van onderhouden van contacten met donateurs en sponsoren en andere relevante stakeholders een relatief groot en trouw donateurbestand aansprekende projecten met goede resultaten een groeiende, lokale uitvoeringsorganisatie in de vorm van CEDNA en haar team van medewerkers en management waar intensieve, langjarige en goede samenwerking mee bestaat. Als aandachtspunten ziet zij vooral: afhankelijkheid van één lokale partner, CEDNA, en de leiding daarvan, als initiator en drijvende kracht achter de ingezette projecten een stijging in het aandeel van niet-direct projectgebonden kosten, samenhangend met de groei die de CEDNA-organisatie heeft doorgemaakt de moeite die het CEDNA kost om lokaal, gekwalificeerde en loyale medewerkers aan te trekken die de organisatie en de projecten verder kunnen laten professionaliseren. 3. Strategie en doelstellingen 3.1 Inleiding Op basis van de bovenstaande analyses van externe en interne ontwikkelingen en omgevingsfactoren komt de Stichting tot een aantal conclusies en inzichten voor de toekomst. Deze hebben geleid tot een strategie en aantal geformuleerde doelstellingen voor de komende vijf jaar (2013 2017). 3.2 Strategie De belangrijkste conclusies en inzichten zijn dat de gemaakte keuzes om opleidingsen gezondheidsprojecten uit te voeren, ook voor de toekomst de beste mogelijkheden bieden om de missie en visie van de Stichting uit te voeren. Om dit te kunnen bereiken is niet alleen een duurzame relatie met de bestaande donateurs en sponsoren nodig maar zal de Stichting maar ook CEDNA op zoek moeten gaan naar andere vormen van steun en (financiële) bijdragen aan de projecten. Daarvan is de bijdrage zoals de Stichting Buitenveldert die heeft gedaan, een mooi voorbeeld. 6
Meer bekendheid in Nederland maar ook in Peru en de daar aanwezige mogelijkheden voor financiële bijdragen zijn noodzakelijk. De Stichting sluit hiermee het ondersteunen en financieren van microkredieten voor de lokale bevolking in Cusco uit. In de visie van de Stichting vereisen dergelijke financieringswijzen specialistische kennis waarover de Stichting nu niet beschikt en ook in de komende vijf jaar niet zal beschikken. De bovenstaande uitgangspunten leiden tot een strategie voor de komende vijf jaar gericht op: 1. een bredere bekendheid in Nederland bereiken met behulp van onder andere moderne media en alternatieve vormen van sponsoring en bijdragen, zoals vormen van crowdfunding, allianties met bekende Nederlanders of grote organisaties, het organiseren of deelnemen aan evenementen. 2. de samenwerking met CEDNA verder uitdiepen en verhelderen gericht op het ondersteunen van de noodzakelijke verdere professionalisering van de organisatie en activiteiten van CEDNA voor een duurzame toekomst 3. de efficiency, effectiviteit en duurzaamheid van de projecten en activiteiten die CEDNA uitvoert verder verbeteren om daarmee beter tegemoet te komen aan de getelde eisen van donateurs en andere belangrijke stakeholders. Uitgaande van deze strategie betekent dit dat de Stichting zich in de komende vijf jaar zal richten op het behalen van de volgende doelstellingen: 1. het uitvoeren van duurzame en effectieve opleidings- en gezondheidsprojecten voor gerichte doelgroepen. De projecten zijn modulair van opbouw, beperkt in omvang (maximaal 10-20 cursisten) en met concrete resultaten. Deze projecten zijn: a. opleidingsprojecten: gerichte vakopleidingen van een LBO-MBO niveau b. gezondheidsprojecten: gericht op het verbeteren van de gezondheidsen voedingssituatie van jonge kinderen (0 10 jr.) en hun moeders, door middel van het geven van voorlichting op het gebied van voeding en hygiëne 2. Het versterken van de financiële basis van de Stichting en CEDNA door enerzijds het verhogen van de opbrengst uit het netwerk van bestaande sponsoren en donateurs (meer met minder). Anderzijds door het aanboren van nieuwe sponsoren, in Nederland en in Peru en door het gebruik maken van nieuwe media, evenementen en dergelijke 3. het bijdragen aan de verdere professionalisering van CEDNA en haar management en medewerkers met als doel om de organisatie en haar doelgroepen een duurzame en financieel solide basis te geven voor een zelfstandige en duurzame toekomst in Cusco, Peru. 7