Oefenvragen Management Assistent A - Communicatie



Vergelijkbare documenten
5. Welke stijl van leidinggeven, volgens het model van Situatiegericht Leiderschap, hoort bij onderstaande uitspraak?

Oefenvragen Ondernemerskunde A - Leiderschap & motivatie

Omgaan met klachten volgens de BOOS-formule

i.s.m. Start 2 Start...

Accuraat communiceren

Bekijk de Leerdoelen die bij deze casus horen. Beantwoord daarna de vraag.

Verbindingsactietraining

Samen werken = samenwerken bij De Belvertshoeve

Communicatie op de werkvloer

5 Assertiviteit. 1 Inleiding

VERTROUWELIJK RESULTATEN VIP-TEST_ LEIDINGGEVEN. Kandidaat: de heer Bart Datum praktijksimulatie: Adviseur: Dennis Luijks INLEIDING

RESULTATEN VIP-TEST LEIDINGGEVEN. Kandidaat: de heer Bart Soeters Datum praktijksimulatie: Adviseur: INLEIDING

Ideeën presenteren aan sceptische mensen. Inleiding. Enkele begrippen vooraf


Inleiding. Autisme & Communicatie in de sport

Vragenlijst: Wat vind jij van je

Gesprekstips: Open vragen

Luisteren, doorvragen en feedback geven

1 SITUATIE 2 TEST. Als ik luister denk ik niet aan andere zaken. Ik laat mensen uitpraten. Ik plaats wat ik hoor in een duidelijk kader

7.5 HANDELINGSINSTRUCTIES AGRESSIE AAN DE TELEFOON

Emotionele Intelligentie

Programma. Telefonische Klachtenbehandeling. Filosofie rond klachtenbehandeling. Wat is een klacht?

TIPS VOOR HET COMMERCIËLE TELEFOONGESPREK

4 communicatie. Ik weet welke informatie anderen nodig hebben om mij te kunnen begrijpen. Ik vertel anderen wat ik denk of voel.

Tijdschrift Kindermishandeling April 2013 Onderwijsspecial deel 2. 8 tips voor een goed gesprek met je leerling

In gesprek gaan met ouders in verband met een vermoeden van kindermishandeling

Non-verbale communicatie

1Communicatie als. containerbegrip

Dit boekje is van... Mijn naam is: Mijn gezinsvoogd heet: Het telefoonnummer van de gezinsvoogd is:

Wees duidelijk tegen je klanten

Nieuwsbrief 3 De Vreedzame School

Vaardigheidsmeter Communicatie

Communicatiemodel. Communicatieniveaus

4 soorten relaties Is er een vraag om hulp?

er zijn/ specifieke activiteit uitvoeren

Feedback ontvangen. Feedback ontvangen is moeilijk. Hoe gaan we om met feedback?

Beurstraining Starting Smart Together

EénZin- ElevatorPitch. EénZ. voor dienstverlenende ZZP ers. Zinnige. Riet de Wit - dec

Introducties telefonisch interview

Communicatie. Els Ronsse. april 2008

Coachend Leidinggeven Waaier met informatie en tips voor gezond en efficiënt werken

Wat het effect van een vraag is, hangt sterk af van het soort vraag. Hieronder volgen enkele soorten vragen, geïllustreerd met voorbeelden.

Tot een geloofsgesprek komen. I Ontmoeten

GESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG:

- Elkaar leren kennen: warming-ups en spelletjes om het ijs te breken - 5 minuten zelfbewustzijn begrijpen anderen respecteren om de beurt iets doen

EFFECTIEF OMGAAN MET BEZWAREN

TACTIEKEN BIJ DE STRIJDGEEST

Reader Gespreksvoering

Handleiding bij het invullen

WAAROM DIT BOEKJE? VERBODEN

Assertiviteit. BOL 1 e jaars AG studenten

Workshop Telefonisch Afspraken Maken

11 Omgaan met verbale agressie

6.1 De Net Promoter Score voor de Publieke Sector

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Mijn collega (of leidinggevende) hoort mij niet. En de werksfeer zou ook beter kunnen

Vragenlijst conflicthantering

Relaties Hanteren. Leesteksten bij het onderdeel Samenvatten. Pagina 1 van 6

Samenvatting. (Summary in dutch)

Personal Branding voor Ingenieurs

Informatie voor ouders

Feedback. in hapklare brokken

Waar gaan we het over hebben?

STICKY STORY DE NIEUWE MANIER OM EEN ELEVATOR PITCH TE MAKEN DIE BLIJFT HANGEN

Als je ouders uit elkaar gaan, zit je met heel wat vragen.

Positieve contactmomenten en de loyaliteit van klanten, deel I

FEED BACK COMMENTAAR GEVEN EN ONTVANGEN MARIETA KOOPMANS

Feedback is een mededeling aan iemand die hem informatie geeft over hoe zijn gedrag wordt waargenomen, begrepen en ervaren.

Feedback geven en ontvangen

2. De teamcoach kan naar zijn of haar team kijken als een soort systeem. Deze systeembenadering kent 6 invalshoeken om naar het systeem te kijken.

Mysteryshopping zachte vloeren. Nieuwegein, april 2010 Jeroen Kleingeld

Familie aan tafel. Een werkvorm voor individuele coaching of intervisie.

Communiceren met de achterban

1 Professioneel telefoneren

Blok 3. Gesprekstechnieken, 2 uur

Handleiding Werkvormen Overtuigend presenteren

Zingeving, spiritualiteit en verpleegkundige zorg

Aan de slag blijven. Schematisch overzicht van thema s, leerdoelen en inhoud

Opleiders in de school: Els Hagebeuk Sjef Langedijk Begeleiden van pabostudenten

Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Prentenboeken: Les 10: Hoe zeg ik nee. Lesoverzicht. Basis

RECAP. Het sellogram. Verkoop & gesprekstechnieken. Communicatie. Communicatiemodellen 21/03/2016. MULTI MEDIA EXPERT SYNTRA WEST (Brugge & Roeselare)

Het verkoop-adviesgesprek. Waar gaat deze kaart over? Wat wordt er van je verwacht? Verkopen

G E D R A G S C O D E V O O R C W Z - M E D E W E R K E R S

Wie zijn jouw vrienden? Opdracht:

Effectief Communiceren NPZ-NRZ

STICKY STORY ZO MAAK JE EEN PITCH DIE BLIJFT HANGEN

HELDER! SPREKEN. Een praktische voorbereiding voor beroepssprekers. Marieke Dooper

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor

Als je ouders uit elkaar gaan, zit je met heel wat vragen.

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Workshop Lichaamstaal. Lichaamstaal, een krachtig communicatiemiddel

1. nooit 2. zelden 3. soms 4. vaak 5. altijd 1. (QMEMO01) Houdt u een lijst bij van belangrijke data, zoals verjaardagen?...

Deze gevoelens en emoties blijven bestaan totdat jij er aan toe bent om ze te uiten.

Sollicitatiegesprekken volgens de STAR methode

In gesprek met medewerkers over verzuim

Daag jij je team wel voldoende uit? Workshop Thijs Boogert

CP23. klachten afhandelen

Transcriptie:

Oefenvragen Management Assistent A - Communicatie 1. De meeste mensen zijn primair: A. visueel ingesteld. B. kinesthetisch ingesteld. C. socialistisch ingesteld. D. auditief ingesteld. 2. Wat is het belangrijkste doel van samenvatten tijdens een gesprek? A. U onderzoekt daarmee of u de boodschap uit het verhaal van de ander hebt begrepen. B. U kunt daardoor een verslag maken van de conclusies. C. Het is daarmee duidelijk wie het gesprek leidt en de richting bepaalt. D. U waarborgt daarmee de structuur in het gesprek. 3. Verkleinwoorden in communicatie: A. kunt u beter vermijden, omdat daardoor uw positie als gespreksleider onder druk komt te staan. B. kunt u beter vermijden, omdat hierdoor uw boodschap kleinerend of minder krachtig kan overkomen. C. kunnen nuttig zijn om een situatie die te hoog is opgelopen te relativeren. D. kunnen nuttig zijn wanneer u de emotie van uw gesprekspartner wilt reduceren. 4. Wat is het belangrijkste kenmerk van een open vraag? A. Ze beginnen bijna altijd met een werkwoord. B. Ze leveren doorgaans veel informatie op. C. Ze zijn to-the-point. D. Ze bepalen in sterke mate de structuur van het gesprek. 5. Welke stelling over actief en passief luisteren is juist? 1. Bij actief luisteren geeft de toehoorder signalen af, zodat de spreker doorheeft dat er geluisterd wordt en dit stimuleert de spreker om verder te vertellen. 2. Bij passief luisteren is het niet duidelijk of de toehoorder luistert, de toehoorder geeft daarmee bewust te kennen geen interesse te hebben in het verhaal van de spreker. C. Stelling 1 en 2 zijn beiden juist. D. Stelling 1 en 2 zijn beiden onjuist.

6. Wat is het verschil tussen verbale en non-verbale communicatie? A. Verbaal zijn woorden die we zeggen of schrijven, non-verbaal is alles behalve de woorden, zoals lichaamstaal. B. Verbaal is de intonatie van de letterlijke woorden, non-verbaal zijn zaken als gebaren en lichaamstaal. C. Verbaal zijn woorden, stemgebruik en klank, non-verbaal zijn gebaren en houding. D. Verbaal zijn zaken als gezichtsuitdrukking en beeldend taalgebruik, non-verbaal gaat vooral over houding en attitude. 7. Stel u heeft een boze klant aan de telefoon, omdat u volgens hem al meerdere malen niet heeft teruggebeld. U weet echter van niets. U besluit om de emotie eerst maar eens te reduceren door uzelf 'empathisch' op te stellen. Welke van onderstaande manieren van reageren sluit daarbij het beste aan? A. Ik kan me indenken dat u ervan baalt en eerlijk gezegd ben ik het ook wel met u eens. B. Blijkbaar is hier sprake van een misverstand want ik ben er niet van op de hoogte. C. Ik merk aan u dat dit een vervelende situatie voor u is, ik kan me dat voorstellen. D. Ik vraag uw begrip omdat we het nu eenmaal erg druk hebben de laatste tijd. 8. Carla is net nieuw binnen het bedrijf en u werkt haar in. Ze mag ook een opleiding in werktijd volgen en heeft zich hier bijzonder op verheugd. Samen met uw leidinggevende heeft u besloten hierop terug te moeten komen, omdat er door ziekte flinke onderbezetting is ontstaan. U vertelt dit in een persoonlijk gesprek aan Carla, waarop zij zeer boos reageert. Ze is niet voor rede vatbaar en schreeuwt u zelfs toe dat u een lomperik bent, het is haar duidelijk dat u haar niet mag... Onterecht, want u bent juist zeer te spreken over Carla. Wat is volgens de theorie de meest effectieve reactie wanneer u de emotie eerst maar eens wat wilt reduceren? A. "Ik kan me heel goed voorstellen dat je ervan baalt. Je hebt gelijk. Ik zal mijn uiterste best doen om te kijken of ik het alsnog zo kan plannen dat je toch de opleiding kan volgen in werktijd, maar ik kan niets beloven." B. "Ik kan me voorstellen dat je ervan baalt. Ik wil best kijken of we het op kunnen lossen, maar ik tolereer niet dat je mij een lomperik noemt." C. "Het is niet mijn bedoeling om jou hiermee te kwetsen en het is absoluut niet het geval dat ik je niet mag! Er is nu eenmaal onderbezetting waar we niets aan kunnen doen." D. "Ik merk aan je dat deze situatie heel vervelend voor je is. Je hebt je erop verheugd en dan is dit een flinke teleurstelling. Ik kan me voorstellen dat je ervan baalt." 9. Indien u slecht nieuws te melden heeft, zoals het vertellen dat u het werk niet op tijd afkrijgt, of het afkeuren van een offerte, wat is dan het beste begin van het gesprek? A. Zonder omwegen meteen zeggen waar het op staat. B. Eerst de persoon laten weten dat je hem of haar erg waardeert. C. Eerst eens bij de persoon informeren hoe de privé gaat, om de spanning er wat af te halen. D. Met open vragen uitvinden of de persoon zelf beseft wat er aan de hand is.

10. Welke stelling met betrekking tot terechte en onterechte klachten is juist? Stelling 1 Alleen bij een terechte klacht toont u begrip voor het ongemak en de emoties. Stelling 2 Bij een terechte klacht biedt u in het begin van de brief direct uw verontschuldigingen aan. C. Beide stellingen zijn juist. D. Beide stellingen zijn onjuist. 11. Welke stelling is juist? Stelling 1 Bij het schrijven van een brief denkt u eerst na over het doel van de brief, over wat u met de brief wilt bereiken. Stelling 2 Het schrijven van een brief waarmee u het gedrag van iemand wilt wijzigen is moeilijker dan een brief waarmee u iemand duidelijk wilt informeren. C. Beide stellingen zijn juist. D. Beide stellingen zijn onjuist. 12. Stel dat u een brief gaat schrijven aan een leverancier om deze te overtuigen dat de manier van leveren toch echt klantgerichter moet. Met welk soort doel schrijft u dan deze brief? A. Affectief B. Informatief C. Instructief D. Persuatief 13. Stel dat u als management assistent wordt gebeld door iemand van de pers met vragen voor uw manager. Wat zijn dan twee belangrijke aandachtspunten, die u goed moet regelen? A. Zorgen dat uw manager zelf kan terugbellen en ondertussen alvast een communicatieplan opzetten en toesturen. B. Zorgen dat u weet waar de vragen over gaan en zorgen dat uw manger de tijd krijgt om zich voor te bereiden. C. Zorgen dat u weet waar de vragen over gaan en dat u de vragen al zo goed mogelijk zelf beantwoordt om tijd te besparen voor uw manager. D. Zorgen dat u de vragen al zoveel mogelijk beantwoordt om tijd te besparen voor uw manager en zorgen dat uw manager de tijd heeft om zich voor te bereiden op de overige vragen.

14. Wat is de eerste stap bij het opzetten van een communicatieplan? A. De communicatiemiddelen, welke instrumenten gaan we inzetten om de klanten te bereiken. B. Het communicatiedoel, wat wilt u met de promotie bereiken. C. De communicatiedoelgroep, op wie wilt u de reclame richten. D. De communicatieboodschap, welke kernboodschap wilt u aan de klanten kwijt. 15. Bij klantgericht telefoneren kan het werkwoord moeten leiden tot: A. een direct en duidelijk begrip bij de ander van wat u bedoelt. B. een situatie waarbij uw boodschap onbedoeld onvriendelijk en dwingend overkomt. C. positieve assertiviteit door daadkrachtig taalgebruik. D. onbedoelde spanningen, omdat de ander het als een verwijt kan opvatten.

Oefenvragen Management Assistent A - Communicatie 1. A 2. A 3. B 4. B 5. A 6. A 7. C 8. D 9. A 10. B 11. C 12. D 13. B 14. B 15. B