Voorlichtingsprogramma. Ouder worden in Nederland in de 21ste eeuw



Vergelijkbare documenten
Bijeenkomst 3 Module Actief zijn en blijven, ontmoeting (2)

Bijeenkomst 5 Module Wonen als u ouder wordt (2)

Bijeenkomst 1 Kennismaking

Migrantenouderen in cijfers

Bijeenkomst 7 Module Zorg thuis (2)

Bijeenkomst 8 Module Informatie, advies en begeleiding

Factsheet Demografische ontwikkelingen

Rotterdams Ambassadrices Netwerk

MEE Nederland. Raad en daad voor iedereen met een beperking. Moeilijk lerend. Uitleg over het leven van een moeilijk lerend kind

Bijeenkomst 2 Module Actief zijn en blijven, ontmoeting (1)

Nieuwe A. Amsterdammers en taalcoaches gaan samen op stap

Bijeenkomst 4 Module Wonen als u ouder wordt (1)

Opvoeden in andere culturen

12. Vaak een uitkering

Islam door vrouwenogen 3: Ontmoeting met moslimvrouwen of moskeebezoek

Programma voor een wervings- en startbijeenkomst (bijeenkomst 0) Doelen van deze bijeenkomst

Bijeenkomst 6 Module Zorg thuis (1)

Senioren ontmoeten elkaar. Verslag van 2 oktober 2010

Verslag het project ABBA /VL/5998 migranten actief betrekken bij mantelzorg 2016 bijeenkomsten Dialooghuis

Sociaal Innovatie Centrum. Brabantse proeftuin dementie inventarisatie

4. Kans op echtscheiding

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding

Methodebeschrijving Voorlichtingsprogramma Ouder worden in Nederland in de 21 e eeuw. Databank Effectieve sociale interventies

Methodisch werken binnen Lang Verblijf. woonzorg en dagbesteding

Unieke mensen verdienen persoonlijke zorg. Ziekenhuiszorg voor mensen met een verstandelijke beperking

WERVEN VAN VRIJWILLIGERS

Inge Test

Evaluatie van de Remigratiewet Een kwantitatieve evaluatie

Voor mantelzorgers en vrijwilligers

N. Buitelaar, psychiater en V. Yildirim, psycholoog. Beiden werkzaam bij Altrecht Centrum ADHD Volwassenen.

10. Veel ouderen in de bijstand

Rapportage Huisbezoek Allochtone Ouderen

Oudere migranten in Nederland. Jeroen Ooijevaar NVD-seminar oudere migranten, 6 oktober 2017

DESKUNDIG AAN HET WERK OUDEREN. Trainingen op het gebied van psychische problemen of psychiatrische stoornissen

Hebt u zorg nodig? Informatie over de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en het aanvragen van zorg

Kortom, informatie en advies die vindbaar, begrijpelijk en herkenbaar is. Ik zal u aangeven waarom ik dit zo belangrijk vind.

IN GESPREK MET OUDEREN UIT VERSCHILLENDE CULTUREN OVER EENZAAMHEID

Vertaalde informatie over zorg en cliëntenparticipatie voor migranten. Amsterdam Edouard Buning november 2010

Sociaal netwerk. Handleiding voor begeleiders

Hoe voorkomen we eergerelateerd geweld?

1.1. Eye-openers vanuit het perspectief van patiëntenorganisaties

Maatschappelijke participatie als opstap naar betaald werk.

Gemeente Alkmaar laat zien waar goede zorg om draait. oktober 2016

INFORMATIE OVER HET GEBRUIK VAN KINDERBIJBELS VOOR GEZINNEN MET JONGE KINDEREN

Als u klachten heeft...

De Herberg komt naar u toe. We zijn niet alleen. Over omzien naar elkaar en samen opzien naar God.

Allochtonen in Nijmegen Gezondheid en zorggebruik

Colofon jaarverslag NMI 2

Vrijwilligerswerk bij Doras

Als u klachten heeft...

Welkom Hoşgeldiniz Esselamunaleykum

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

MEE Utrecht, Gooi & Vecht. Ondersteuning bij leven met een beperking. Moeilijk lerend. Uitleg over het leven van een moeilijk lerend kind

3 Hoogbegaafdheid op school

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN

Kinderen Anders Naar School KANS. Handleiding

Ouder worden in Maassluis

Cultuurparticipatie in Dordrecht.

Demografische gegevens ouderen

Schizofrenie. Leven in een andere wereld. Deze folder is voor doven en slechthorenden die meer willen weten over schizofrenie

Cultuur-sensitieve aspecten in de zorg

Vele kralen maken een ketting Training Wat kan ik doen om (andere) ouderen te helpen?

Inleiding. Autisme & Communicatie in de sport

TOOLKIT Bekend maakt Bemind

Ik heb een gesprek met de arts of de arbeidsdeskundige

Tilweg 5b. Een tillift thuis

Project dichter bij de mens. Preventief allochtone ouderenzorg door t Roosendael (huisartsenpraktijk in de Donderberg)

Fact sheet. Dienst Wonen, Zorg en Samenleven. Eigen woningbezit 1e en 2e generatie allochtonen. Aandeel stijgt, maar afstand blijft

Bijlagen bij hoofdstuk 7 Sociaal-culturele integratie Sandra Beekhoven (SCP) en Jaco Dagevos (SCP)

Zorg na de diagnose. Emete Solmaz, specialist ouderengeneeskunde, Royaal Thuis Brian Sinnema, casemanager dementie, HWW Zorg

Persbericht. Niet-westerse allochtonen tweemaal zo vaak een uitkering. Centraal Bureau voor de Statistiek

Cursussen en Themabesprekingen

Evalueren van projecten met externen Kennisdocument Onderzoek & Statistiek

Publiciteit en werving OSA

kinderen toch blijven ondersteunen. Het maakt niet uit wat (Surinaamse vader, 3 kinderen)

2. Groei allochtone bevolking fors minder

Met de wervingscirkel kun je stap voor stap een wervingsactie voorbereiden:

Mantelzorg en mantelzorgondersteuning

Zijn autochtonen en allochtonen tevreden met hun buurtbewoners?

Advies WMO raad Haarlem op nota. Welzijnswerk klaar voor toekomst.

Cursus VRIENDEN MAKEN.KUN JE LEREN

Het rondetafeloverleg (i.v.m. 1Gezin1Plan)

Mannen, zorg ervoor!

HOE U DE SAMENWERKING MET THUISZORGMEDEWERKERS VERBETERT

Management samenvatting Ongekend Talent. De woorden Ongekend Talent zijn begonnen om een verhaal te vertellen

Op zoek naar geschikte kinderopvang. Onze tips voor u. Goede zorg voor uw naasten.

Begeleid Wonen. Maatschappelijke opvang en aanpak huiselijk geweld

Mantelzorg & mantelzorgondersteuning

WERKPLAN EN ACTIVITEITENOVERZICHT

Stappenplan Jong & Natuur. Betrek jongeren in 8 stappen bij uw organisatie

Thema s voor diversiteitsbeleid. In de maatschappelijke opvang voor dak- en thuislozen

Vertaalde informatie over zorg en cliëntenparticipatie voor migranten - samenvatting uitkomsten- Amsterdam Edouard Buning november 2010

Evaluatie groepsinteracties door ervaringsdeskundigen stichting Waarheid bij JCC den Haag De kracht zit in de mensen én de methode!

Latijn: iets voor jou?

Vrijwilligerswerk bij Carintreggeland

Mensen met afasie hebben moeite met taal, maar zij zijn niet gek!

Samen zorgen Informatie voor mantelzorgers

Hebt u een klacht? Waar kunt u terecht als u niet tevreden bent?

Afasie. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Transcriptie:

Voorlichtingsprogramma Ouder worden in Nederland in de 21ste eeuw

Voorlichtingsprogramma Ouder worden in Nederland in de 21ste eeuw Voorlichtingsprogramma welzijn-wonen-zorg voor oudere migranten en vluchtelingen Ank Loog Riki van Overbeek NIZW Zorg, Kenniscentrum Ouderen

2006 Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn / NIZW Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfi lm of op enige andere wijze zonder voorafgaande schriftelijke toestemming. Dit voorlichtingsprogramma is tot stand gekomen met fi nanciële steun van het VSBfonds, RCOAK en het ministerie van VWS. Auteurs Ank Loog en Riki van Overbeek Foto s Katrien Mulder, Amsterdam Pictogrammen Visitaal Pictogrammen, Amsterdam ISBN 10: 90-5957-365-X 13: 978-90-5957-365-9 NIZW Zorg Kenniscentrum Ouderen Postbus 19152 3501 DD Utrecht Telefoon (030) 230 67 65 E-mail r.vanoverbeek@nizw.nl Website www.kenniscentrum-ouderen.nl U kunt deze publicatie bestellen via Adrepak Postbus 45666 2504 BB Den Haag telefoon (070) 359 07 20 fax (070) 359 07 01 e-mail nizw@adrepak.nl of via www.nizw.nl/zorg

Inhoud Vooraf 7 Waarom een voorlichtingsprogramma voor oudere migranten en vluchtelingen over wonen, welzijn en zorg? 7 Wie zijn de oudere migranten en vluchtelingen? 8 Hoeveel oudere migranten en vluchtelingen wonen er in Nederland en wat zijn de verwachte aantallen voor de komende decennia? 9 Samenvatting en opbouw van het programma 11 Doelgroep 11 Aanpak 11 Voorlichtingsmethode 12 Toepassing 12 Overzicht programmaonderdelen 13 Follow-up 13 1 Organisatie en voorbereiding 15 1 Doel, doelgroep en aanpak van de bijeenkomsten 16 2 Voorwaarden om het voorlichtingsprogramma op te zetten en tot een succes te maken 22 3 De coördinator/cursusbegeleider: kwaliteit en voorbereiding 25 4 Werving van deelnemers 33 5 Ruimte, tijdstip en materiaal 35 2 Uitvoering 37 Bijeenkomst 1 Kennismaking 39 Bijeenkomst 2 Module Actief zijn en blijven, ontmoeting (1) 59 Bijeenkomst 3 Module Actief zijn en blijven, ontmoeting (2) 83 Bijeenkomst 4 Module Wonen als u ouder wordt (1) 97 Bijeenkomst 5 Module Wonen als u ouder wordt (2) 119 Bijeenkomst 6 Module Zorg thuis (1) 135 Bijeenkomst 7 Module Zorg thuis (2) 155 Bijeenkomst 8 Module Informatie, advies en begeleiding 171 Bijlagen 187 Bijlage A Programma voor een wervings- en startbijeenkomst 189 Bijlage B Informatie over oudere migranten en vluchtelingen 215 Bijlage C Achtergrondinformatie voor de cursusbegeleider over voorzieningen voor ouderen 223 Bijlage D Informatie over andere voorlichtingsprogramma s gericht op oudere migranten en vluchtelingen 231

Vooraf In het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw heeft het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn / NIZW het programma Voorlichting aan oudere migranten ontwikkeld. Het doel van dit programma was: 1 een stimulans te geven aan de voorlichting aan oudere migranten over de voorzieningen op het terrein van wonen, welzijn en zorg; 2 zicht te krijgen op de wensen van ouderen op dit gebied; 3 het aanbod van voorzieningen aan te passen aan de wensen van deze ouderen. Er is de afgelopen jaren veel veranderd. De informatie over wonen, welzijn en zorg voor ouderen die is opgenomen in het voorlichtingsprogramma, is gedateerd. De ervaring leert dat de doelen 2 en 3 in een voorlichtingsreeks niet haalbaar zijn. Ook het materiaal dat wordt gebruikt tijdens de voorlichting is gedeeltelijk aan vernieuwing toe. In 2004 heeft het NIZW het initiatief genomen om het voorlichtingsprogramma aan te passen. Daarvoor heeft het NIZW een bijdrage gekregen van het VSBfonds, het RCOAK en het ministerie van VWS. Waarom een voorlichtingsprogramma voor oudere migranten en vluchtelingen over wonen, welzijn en zorg? De aanleiding om ruim tien jaar geleden een voorlichtingsprogramma op te zetten voor migrantenouderen was dat weinig migrantenouderen gebruikmaakten van de voorzieningen op het terrein van wonen, welzijn en zorg. Hiervoor waren indertijd drie redenen aan te wijzen: 1 Het dilemma wel of niet terugkeren naar het land van herkomst. Veel migranten en vluchtelingen zijn naar Nederland gekomen met de bedoeling op termijn weer terug te keren naar hun land van herkomst. De migranten zijn naar Nederland gekomen om hier enkele jaren geld te verdienen om daarmee in hun eigen land een beter bestaan op te bouwen. Vluchtelingen hopen dat de politieke en economische omstandigheden zullen verbeteren zodat zij na enige tijd terug kunnen keren naar hun land. In werkelijkheid is de tijd die zij hier verblijven steeds langer geworden. Hun kinderen zijn hier geboren en/of grootgebracht. De kinderen willen in Nederland blijven en vooral de vrouwen willen in de buurt van hun kinderen blijven wonen. De migranten en vluchtelingen zelf hebben ook een ontwikkeling doorgemaakt. Door het lange verblijf in Nederland zijn de contacten in hun land van afkomst afgenomen. Ze staan met één been in Nederland en met het andere been in het land van herkomst. Ze worden in beide landen als vreemdeling gezien. Een Spaanse oudere verwoordt het als volgt: Als ik in Spanje ben dan zeggen ze: Kijk, daar loopt die Nederlander ; als ik in Nederland ben dan zeggen ze: Dat is een Spanjaard. Vaak gaan de migranten en vluchtelingen ervan uit dat ze nog zullen terugkeren, maar in de praktijk blijven ze in Nederland wonen. Het is een dilemma waar velen mee worstelen en 7

waardoor zij een ambivalente houding hebben ten aanzien van het ouder worden. Men denkt er liever niet over na. 2 Een traditionele kijk op zorg en tegelijkertijd de vraag: wie zorgt er voor mij in de toekomst? De meeste oudere migranten en vluchtelingen willen vasthouden aan de traditionele gewoonte in hun land van herkomst dat kinderen voor hun ouders zorgen en vaak hun ouders in huis nemen als zij oud worden en zorg nodig hebben. Tegelijk merken zij in Nederland dat het niet meer zo vanzelfsprekend is bij de kinderen in te trekken. De woningen zijn hiervoor vaak niet geschikt en te klein. Zowel vrouwen als mannen hebben buitenshuis werk, waardoor intensieve zorgverlening lastiger wordt. De ouderen maken zich zorgen over wat er gaat gebeuren als zij zorg nodig hebben. De kinderen kampen met soortgelijke gevoelens. Vanuit de tradities van de cultuur van hun ouders is de verwachting dat zij voor hun ouders zorgen. Maar tegelijk leven, wonen en werken ze in Nederland, waar het veel moeilijker is om aan de verwachtingen van hun ouders te voldoen. 3 Onbekendheid met de voorzieningen die in Nederland voorhanden zijn en de toegang tot die voorzieningen. Aanbod dat niet passend is. Oudere migranten en vluchtelingen hebben weinig kennis over de voorzieningen waar Nederlandse ouderen gebruik van maken als zij ouder en minder gezond zijn. Dit is een belangrijke reden waarom zij minder gebruikmaken van deze voorzieningen. Omdat zij de voorzieningen niet kennen, blijft hun blik vooral gericht op hun kinderen. Zelfs als ze wel op de hoogte zijn van het bestaan van voorzieningen en de mogelijkheid om hulp te krijgen, dan kennen ze vaak niet de toegang ertoe. Het aanbod komt ook onvoldoende tegemoet aan de culturele achtergrond van deze groepen ouderen en hun wensen en behoeften. De genoemde factoren vormden tien jaar geleden de aanleiding het voorlichtingsprogramma te ontwikkelen. Dezelfde factoren spelen ook nu nog een rol. Wetende dat weinig migrantenen vluchtelingenouderen terugkeren naar het land van herkomst, is het des te belangrijker om aandacht te blijven besteden aan voorlichting aan deze groepen. In de komende tien jaar zal het aantal ouderen onder de migranten en vluchtelingen sterk toenemen, wat ook een reden is om voorlichting aan deze groepen voldoende aandacht te geven. Wie zijn de oudere migranten en vluchtelingen? 8 De afgelopen vijftig jaar zijn er veel mensen geïmmigreerd naar Nederland. Zij kwamen hier om te werken, te studeren of omdat zij gevlucht waren. Van der Kamp e.a. 1 onderscheiden vier groepen migranten- en vluchtelingenouderen (van 55 jaar en ouder): 1 arbeidsmigranten Arbeidsmigranten worden gevormd door ouderen uit de landen rond de Middellandse Zee: Italianen, Grieken, Spanjaarden, Portugezen, Turken, Marokkanen en mensen uit voormalig Joegoslavië. Ook de mensen uit Kaapverdië als voormalige kolonie van Portugal worden hiertoe gerekend. De meeste arbeidsmigranten kwamen in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw naar Nederland. De Turkse en Marokkaanse ouderen vormen de grootste groepen. 1 Kamp, J. van der, G. Kaptein, F. Suijker, Allochtone ouderen: inkomen en sociale zekerheid. Utrecht: LOM/FORUM, 2004.

2 migranten uit Suriname, de Antillen en Aruba De migranten uit Suriname, de Antillen en Aruba kwamen vooral naar Nederland om een aanvullende studie te doen. Daarnaast verplaatsten er zich na de afhankelijkheid van Suriname in 1975 nogal wat mensen naar Nederland. Zij vormen samen met de Turkse en Marokkaanse ouderen de grootste groep migranten in Nederland. 3 mensen van de Molukken De eerste generatie Molukkers kwam naar Nederland rond 1951. Dit waren vooral ex-knilmilitairen. 4 vluchtelingen De vluchtelingen vormen een gemêleerd gezelschap. Veel oudere vluchtelingen zijn in de jaren zeventig en tachtig van de voorgaande eeuw naar Nederland gekomen. De grootste groepen worden gevormd door vluchtelingen uit Afghanistan, Irak, Iran en Vietnam. Hoeveel oudere migranten en vluchtelingen wonen er in Nederland en wat zijn de verwachte aantallen voor de komende jaren? In Nederland wonen ongeveer 120.000 55-plussers van niet-westerse afkomst en 379.900 westerse 55-plussers van niet-nederlandse afkomst. Westerse inwoners van niet-nederlandse afkomst zijn inwoners afkomstig uit Europa (exclusief Nederland), Noord-Amerika, Japan, Indonesië en Australië. De ouderen van Turkse, Marokkaanse, Surinaamse en Antilliaanse afkomst zijn de belangrijkste groepen. Hun aantallen worden in de hiernavolgende tabel genoemd. De groep oudere arbeidsmigranten afkomstig uit de landen rond de Middellandse Zee (exclusief Turkije en Marokko) bestaat uit ongeveer 24.000 personen. Het aantal Molukse ouderen wordt geschat op ongeveer 6000. Het aantal vluchtelingen wordt geschat op ongeveer 22.000 ouderen. 2 De komende jaren zal het aantal migranten- en vluchtelingenouderen fl ink toenemen. De stijging doet zich vooral voor in de hogere leeftijdsgroepen. Voor de vier grootste groepen migranten van 55 jaar en ouder is de situatie nu en in de toekomst als volgt weer te geven: Belangrijkste migrantengroepen 2000 2005 2015 % totale oudere bevolking in 2015 Turkse ouderen 21.600 29.400 46.000 0,9 Marokkaanse ouderen 19.200 25.500 40.700 0,8 Surinaamse ouderen 27.000 37.100 70.300 1,4 Antilliaanse ouderen 6.700 11.100 23.000 0,5 Totaal niet-westerse ouderen 92.700 136.320 262.000 5,2 9 Bron: Cijferrapport allochtone ouderen, 2004 3 2 idem 3 Schellingerhout, R., Cijferrapport allochtone ouderen. Werkdocument 105. Den Haag: SCP, 2004.

De toename van het aantal oudere migranten tot 2015 vindt vooral plaats onder de Surinaamse en Antilliaanse groepen ouderen. Nu maken de oudere migranten nog 2,9% uit van het totale aantal 55-plussers in Nederland, in 2015 zal dit 5,2% zijn. In bijlage B wordt achtergrondinformatie gegeven over de verschillende groepen oudere migranten en vluchtelingen. 10

Samenvatting en opbouw van het programma Doelgroep De doelgroep van de voorlichting wordt gevormd door oudere migranten en vluchtelingen. Vrij algemeen wordt daarbij uitgegaan van 50-plussers. Het gaat om oudere Turken, Marokkanen, Surinamers, Antillianen, Arubanen, Chinezen, Molukkers, Kaapverdianen, Zuid-Europeanen zoals Spanjaarden, Grieken, Italianen, Portugezen, en vluchtelingen zoals oudere Vietnamezen, Irakezen, Iraniërs en Afghanen. Veel van deze ouderen spreken en begrijpen zeer beperkt Nederlands. Aanpak We gaan bij dit voorlichtingsprogramma uit van groepsgewijze voorlichting, bij voorkeur in de eigen taal. Dit houdt in dat de voorlichting wordt gegeven aan één groep ouderen die dezelfde taal spreekt. Dit betekent ook dat de cursusbegeleider de taal van de ouderen spreekt of met een tolk werkt. In sommige situaties is het om fi nanciële en organisatorische redenen niet mogelijk om voorlichting te geven aan één taalgroep en moet een combinatie worden gemaakt van migranten en vluchtelingen die verschillende talen spreken. Dit is op zich wel mogelijk, maar het vraagt veel tijd voor vertalen en uitleg. Dan moet er rekening worden gehouden met een groter aantal dagdelen voor de uitvoering van dit programma. Bij sommige groepen, zoals Turkse en Marokkaanse ouderen, blijkt uit ervaring dat het de voorkeur heeft om de voorlichting gescheiden aan mannen en vrouwen te geven. In de bijeenkomsten wordt ingegaan op de gevolgen van het ouder worden op het terrein van wonen, welzijn en zorg. De ouderen krijgen basisinformatie over de voorzieningen waar ouderen een beroep op kunnen doen in Nederland. 11 We pleiten ervoor dat organisatoren van de voorlichting partners zoeken voor de uitvoering ervan. De instellingen die aanbod hebben voor ouderen, hebben ook de opdracht om hun potentiële klanten goed te informeren. Als er formeel een samenwerkingsverband is overeengekomen, kan er voor onderdelen van de voorlichting gebruikgemaakt worden van de voorlichters uit de betreffende instellingen zonder dat daar een fi nanciële vergoeding tegenover staat. Partners kunnen zijn: welzijn ouderen, woningcorporaties, thuiszorg, zelforganisaties 4 of contactpersonen vanuit de doelgroep. 4 In deze handleiding verstaan we onder een zelforganisatie een vereniging van een migrantengroep. Het kan gaan om een vrouwenvereniging, een moskeevereniging, een arbeidsvereniging, een gezelligheidsvereniging enzovoort. De noemer is de etniciteit, vaak in combinatie met een geloof, politieke richting of man of vrouw zijn.

Het programma bestaat uit een kennismakingsbijeenkomst en vier modules onderverdeeld in zeven bijeenkomsten. De modules kunnen onafhankelijk van elkaar worden gebruikt. Als het niet mogelijk is om acht bijeenkomsten te organiseren, dan kan men een module laten vervallen. Het is wel belangrijk om per module beide bijeenkomsten uit te voeren, omdat ze zijn opgezet volgens het stramien: eerst praten over de eigen beleving en kennis en daarna pas informatie aanbieden. De kans is dan groter dat de informatie ook daadwerkelijk blijft hangen. Bij de handleiding is een dvd bijgevoegd met alle werkbladen. Bij drie bijeenkomsten (bijeenkomst 2, bijeenkomst 7 en bijeenkomst 0) worden suggesties gedaan om een video/dvd of een spel te gebruiken ter ondersteuning van de voorlichting. In de handleiding bij de desbetreffende bijeenkomsten staat informatie over de wijze van bestellen en de kosten. Voorlichtingsmethode De voorlichtingsmethode is methodisch afgestemd op de doelgroep: b de voorlichting wordt bij voorkeur gegeven in de eigen taal; b er wordt rekening mee gehouden dat ouderen van sommige groepen weinig of geen opleiding hebben genoten en soms ook analfabeet zijn; b de oefeningen zijn eenvoudig; b het uitgangspunt is dat de ouderen over weinig voorkennis beschikken. Toepassing 12 Het voorlichtingsprogramma is bruikbaar bij voorlichting aan vele groepen oudere migranten en vluchtelingen, in alle gemeenten in Nederland. De basistekst in deze handleiding is bijgevolg algemeen. We geven in bijlage B op belangrijke punten informatie over verschillende oudere migrantengroepen en oudere vluchtelingen. Als u de voorlichting wilt gaan geven met gebruik van deze handleiding dan dient u vooraf twee stappen te zetten om een en ander aan te passen aan uw situatie: b u kiest voor een bepaalde groep, bijvoorbeeld Turkse ouderen, en u leest uit de handleiding vooraf de informatie over deze groep en het te gebruiken materiaal; b u verzamelt gegevens over de voorzieningen die in uw eigen wijk of gemeente voorhanden zijn en zorgt ervoor dat u daarover informatie beschikbaar hebt. U overlegt vooraf of u voorlichters van de betreffende instellingen kunt inschakelen. Als de cursusbegeleider iemand is van buiten de gemeente, dan is het verstandig om voor de uitvoering nauwe samenwerking te regelen met een ouderenadviseur of iemand anders die goed op de hoogte is van de plaatselijke situatie.

Overzicht programmaonderdelen Modules Inhoud Bijeenkomsten (eventueel) wervings- en startbijeenkomst bijeenkomst 0 (bijlage A) kennismakingsbijeenkomst bijeenkomst 1 module 1 actief zijn en blijven, ontmoeting bijeenkomst 2 en 3 module 2 wonen bijeenkomst 4 en 5 module 3 zorg thuis bijeenkomst 6 en 7 module 4 informatie, advies en begeleiding bijeenkomst 8 en eventueel 9 Als de voorlichting wordt georganiseerd voor een groep mensen die elkaar al kent van een eigen vereniging of het buurthuis is er wellicht geen wervings- en startbijeenkomst nodig. Als er breed wordt geworven, kan een startbijeenkomst een goed hulpmiddel zijn in de werving. In een dergelijke bijeenkomst kan mondeling worden toegelicht waarom deelname aan de voorlichtingen belangrijk is en kan de drempel voor deelname worden verlaagd. Een programma voor een dergelijke bijeenkomst is in bijlage A opgenomen. Follow-up Het doel van de voorlichting is ondersteuning bieden aan migranten- en vluchtelingenouderen om hun eigen keuzes te maken en bewust na te denken over hun behoeften op het gebied van wonen, welzijn en zorg en hoe het mogelijk is daaraan tegemoet te komen. Daarvoor is het van belang dat de ouderen beter bekend raken met voorzieningen. Die informatie hebben zij nodig om hun eigen afwegingen te kunnen maken. Voorlichting op maat voor deze groepen ouderen kan ook het niet-gebruik van voorzieningen op het terrein van wonen, welzijn en zorg voor zover veroorzaakt door kennisgebrek terugdringen. De ervaring met dit voorlichtingsprogramma leert dat ouderen die deze voorlichting hebben gevolgd behoefte hebben aan drie vormen van follow-up: b een contactpersoon die zij via de voorlichting hebben leren kennen en die hen kan helpen bij individuele problemen of vragen; iemand op wie ze kunnen terugvallen na afl oop van het programma voor hulp bij het invullen van formulieren en het doen van aanvragen; b een terugkeerochtend of -dag waar de deelnemers elkaar weer eens kunnen ontmoeten; b een vervolg van de cursus waarbij sprake kan zijn van verdere uitdieping van de onderwerpen of van een nieuw onderwerp waarvan tijdens de cursus bleek dat er behoefte aan is. 13 Naast dit voorlichtingsprogramma wonen-welzijn-zorg zijn er de afgelopen jaren meer programma s ontwikkeld specifi ek gericht op oudere migranten of vluchtelingen. In Bijlage C worden deze programma s kort beschreven.

1 Organisatie en voorbereiding 15

1 Doel, doelgroep en aanpak van de bijeenkomsten De bijeenkomsten worden voor ouderen georganiseerd. Uitgangspunt is dat alle mensen het vermogen hebben om hun eigen keuzes te maken en in zekere mate hun eigen leven te sturen. We willen in deze cursus een appel doen op de kracht van mensen. De ouderen hebben allemaal ooit een (soms afgedwongen) keus gemaakt hun land van herkomst te verlaten. Zij hebben een nieuw leven opgebouwd in een vreemd land. Dat is met vallen en opstaan gebeurd, maar ze hebben er wel van geleerd. Nu ze voor de levensfase van de ouderdom staan, kunnen ze die kracht en ervaring gebruiken om opnieuw een volgend stuk van hun leven in te vullen. Doelen 16 b Ondersteuning geven aan de deelnemers om hun eigen koers te varen en invloed uit te oefenen op de kwaliteit van hun leven. (Effect: deelnemers geven na afl oop van de bijeenkomsten aan dat ze (beter) weten wat ze willen voor de komende jaren en hoe ze dat kunnen vormgeven.) b Een aanzet geven tot bewust nadenken over de ouderdomsfase en verhelderen dat er een wereld van verschil bestaat tussen de beelden over en realiteit van ouderdom in het land van herkomst en oud worden in Nederland. (Effect: er is een verschil tussen de nulmeting en de nameting wat betreft de beelden die mensen hebben over oud worden en zorg krijgen.) b Een begin van een gesprek stimuleren tussen ouderen onderling over verwachtingen en opvattingen over en weer en wensen voor de toekomst. (Effect: verschil tussen de nulmeting en de nameting betreffende de mate waarin mensen thuis en met kinderen praten over hoe zij verantwoordelijkheden en wensen zien en de zaken praktisch regelen.) b Mogelijkheden bieden voor oriëntatie en beeldvorming over wat het Nederlandse stelsel op het gebied van wonen, welzijn en zorg te bieden heeft aan thuiswonende ouderen (om hen in staat te stellen zo lang mogelijk in hun eigen huis te blijven). (Effect: via de nulmeting en de nameting is een verschil in kennisniveau aantoonbaar.) b De weg wijzen naar die personen en instanties die op maat kunnen informeren en helpen in individuele gevallen. Dat is van belang voor het moment dat de deelnemers hun eigen keuzes hebben gemaakt. (Effect: aantoonbare groei in cliëntcontacten van ouderenadviseurs en andere verwijzers in de weken na de bijeenkomsten.) De genoemde doelen impliceren dat het niet de opzet is om in deze bijeenkomsten het aanbod te verkopen. Van belang is dat de deelnemers zelf over hun eigen wensen en keuzes gaan nadenken en dat er gesprekken ontstaan tussen ouderen en familieleden over hulp en zorg. Daarvoor hebben de ouderen informatie nodig over wat mogelijk is en welke weg ze moeten volgen bij het inschakelen van professionele hulp.

Doelgroep De doelgroep ouderen van deze cursus bestaat uit mensen van 50 jaar en ouder, migranten en vluchtelingen. Deze mensen zijn allemaal in een ander deel van de wereld opgegroeid en volwassen geworden. Op enig moment zijn ze naar Nederland gekomen. Voor een deel van de groep geldt dat de mensen nog niet zo veel over oud worden hebben gedacht omdat zij nog steeds bezig zijn een nieuw leven in een nieuw land op te bouwen. Voor een ander deel geldt dat de droom van terugkeer nog heel sterk is. Die mensen vertrouwen op het aloude systeem van familiezorg in het thuisland. Wellicht hebben zij wel een gevoel dat het niet zo simpel zal zijn, maar zij ervaren weerstand om daar iets mee te doen zolang zij daartoe de uiterste noodzaak niet inzien. Migranten en vluchtelingen hebben vanuit hun eigen land beelden meegenomen over ouder worden en zorgverlening. In veel gevallen zijn ook in het land van herkomst die beelden inmiddels verouderd. In Nederland zijn die beelden over ouder worden en zorg krijgen al helemaal niet realistisch. Voor vrijwel alle migranten en vluchtelingen geldt verder dat ze wel ideeën hebben over hoe Nederlanders met hun ouderen omgaan, maar dat ze heel weinig weten over de feitelijke gang van zaken. Het is bijvoorbeeld niet bekend bij migrantenouderen dat een heel hoog percentage autochtone ouderen thuis blijft wonen met steun van familie en met professionele zorg. Deze groepen migranten en vluchtelingen hebben geen of nauwelijks zicht op welke mogelijkheden er zijn om zelfstandig te blijven leven en wonen met ondersteuning van welzijn, dienstverlening en zorg. Er is sprake van een achterstand in informatie als gevolg van factoren die bij deze groepen zelf liggen: gebrekkige beheersing van het Nederlands, een percentage analfabeten in de eigen taal, schriftelijke informatie niet (kunnen) lezen, nauwelijks toegang tot internet. Nieuwe kennis verwerven mensen uit deze doelgroepen via mondelinge overdracht door vertrouwde personen. Maar daarnaast speelt een belangrijke rol dat in het algemeen de aanbiedende organisaties nog geen werkbare manier hebben gevonden om deze groepen te informeren en voor te lichten op een wijze die bij deze doelgroepen past. De familieleden van deze ouderen zijn evenmin op de hoogte van het Nederlandse zorgstelsel, zo leert de ervaring. Er is ook bij deze groep sprake van een informatieachterstand en een kloof wat betreft zorgopvattingen en verwachtingen. Deze mensen ervaren de spanning tussen de verwachtingen van de ouderen en dat wat zij zelf kunnen bieden. Om overbelasting te voorkomen, is het belangrijk dat zij geïnformeerd zijn en dat zij met de ouderen samen tot werkbare oplossingen kunnen komen. Ook voor deze mensen is voorlichting belangrijk. Het werkt het beste als tegelijk met de voorlichting aan ouderen ook voorlichting aan mantelzorgers wordt georganiseerd. In deze handleiding geven we echter alleen suggesties voor een programma op maat voor de ouderen. De grote lijn kan evenwel ook worden gevolgd voor een programma voor mantelzorgers. Het verschil in perspectief tussen ouderen en mantelzorgers vraagt echter wel om aanpassingen. 17

De zorgculturen, zorgopvattingen en praktijken bij de doelgroep verschillen van die in de Nederlandse instellingen voor wonen, welzijn en zorg. Er is niet alleen sprake van een informatiekloof. Het is niet mogelijk de kloof tussen de vraag van deze ouderen en het beschikbare aanbod te overbruggen met alleen voorlichten. Wederzijds is ook aanpassing nodig in cultuur, opvattingen en uitvoeringspraktijk van hulp en zorg. In dit programma wordt aandacht besteed aan de ouderen en worden hun verwachtingen afgezet tegen wat in Nederland gangbaar en mogelijk is. Dit programma is niet gericht op de aanpassingen die van de aanbodzijde worden gevraagd! Daarvoor is een aanvullend, apart traject noodzakelijk. Bij het ouder worden komen veel mensen problemen tegen: gezondheidsproblemen, bestaansproblemen en problemen in de omgang met anderen. Soms is het moeilijk onderscheid te maken tussen gezondheids- en bestaansproblemen (bijvoorbeeld bij dementie en depressie), omdat het niet duidelijk is wat er precies aan de hand is. Problemen in de omgang met anderen worden vrijwel nooit als zodanig benoemd, terwijl die wel heel bepalend kunnen zijn voor het welbevinden van mensen. 5 Voor de doelgroep van deze voorlichting spelen bestaansproblemen en problemen in de omgang met anderen een grote rol. Dat leidt tot ingewikkelde levensopgaven die deze mensen bij het ouder worden te vervullen hebben. De cursusbijeenkomsten kunnen wellicht een bijdrage leveren door in het programma het levensloopperspectief en de levensopgaven een plaats te geven: b persoonlijke opgaven als betekenisgeving herzien, zelfbeeld aanpassen, hoop en gevoel van eigenwaarde behouden; b sociale opgaven: zelfstandigheid zo veel mogelijk behouden, (her)vinden van een zinvolle dagbesteding en tijdsbesteding, sociale contacten onderhouden; b de opgave om de eigen autonomie in stand te houden of te versterken, eigen sturing te geven aan het leven. Juist bij deze laatste opgave is het verschil in cultuur tussen individualistische en groepsculturen sterk merkbaar. Het Nederlandse zorgstelsel gaat uit van het principe dat ouderen zo lang mogelijk, zo veel mogelijk zelf doen. In groepsculturen, waarin veel migranten en vluchtelingen leven, is er meer sprake van aanpassing aan de wensen en mogelijkheden van de groep en van afwachtendheid ( De hogere macht zal voor ons zorgen ). 18 Opvattingen over ouderdom, zorgculturen en zorgpraktijken verschillen. Daardoor vullen mensen op zeer verschillende wijze in hoe zij aan de levensopgaven van de ouderdom (willen) werken. In de cursusbijeenkomsten krijgen deelnemers de mogelijkheid om na te denken over de eigen aanpak. De cursus kan niet meer dan een aanzet geven tot nadenken over keuzes, het gesprek stimuleren en richting geven aan de te volgen weg. Het is van belang dat er na de voorlichting mogelijkheden zijn voor individuele nazorg voor de mensen die direct hulp nodig hebben. Een voorlichtingsreeks kan daarom beter niet als losse activiteit worden georganiseerd, maar wordt bij voorkeur ingekaderd in een bredere aanpak van voorlichting en aanpassing van dienstverlening en zorgaanbod. 5 Pool, A., H. Mostert en J. Schumacher, De kunst van het afstemmen. Belevingsgerichte zorg: theorie en praktijk van een nieuw zorgconcept. Utrecht: NIZW, 2003.

Aanpak De cursus is opgezet voor oudere migranten en vluchtelingen, wat een grote verscheidenheid aan subdoelgroepen betekent. Daarom is het niet eenvoudig vooraf een scherp doelgroepprofi el te benoemen. We gaan er in de programmaopzet van uit dat een groot deel van de doelgroep het Nederlands niet goed beheerst. Voor vrijwel allen geldt dat het Nederlands problemen geeft als het gaat om onderwerpen met een emotionele lading. Daarnaast gaan we uit van de noodzaak van een heel concrete, praktische en ervarende aanpak. Daarmee denken we een programma te maken dat voor veel mensen uit deze groepen passend is. Er is een algemeen programma voor de bijeenkomsten gemaakt; het stramien is voor alle groepen hetzelfde. In de bijlagen zijn suggesties en achtergrondinformatie over verschillende subgroepen opgenomen om het algemene programma voor de verschillende subdoelgroepen op maat te maken, bijvoorbeeld voor Turkse of Antilliaanse groepen. Dit is ook bedoeld als hulpmiddel voor de inleiders/voorlichters om meer op maat voor een bepaalde subdoelgroep te werken. Het is aan de cursusbegeleider om in het algemene programma waar wenselijk of nodig onderdelen op maat op te nemen voor de groep waarvoor de cursus op dat moment wordt gegeven. Het programma bestaat uit een aantal modules en er wordt aandacht besteed aan welzijn, wonen en zorg, met ter afsluiting informatie en adviesvoorzieningen. Kortom: het accent ligt op actief en zelfstandig ouder worden en de ondersteuning die daarbij beschikbaar is. De ervaring leert dat deelnemers veel vragen hebben over regelingen op het gebied van psychische problematiek, migratie, pendelen, fi nanciën en gezondheidsbevordering. Hiervoor zijn in deze handleiding echter geen modules uitgewerkt. Voor deze thema s zijn andere, goed bruikbare programma s ontwikkeld. Gegevens over inhoud en verkrijgbaarheid van die programma s zijn in de bijlagen opgenomen. In totaal is er materiaal voor één kennismakingsbijeenkomst en voor zeven voorlichtings- en discussiebijeenkomsten, verdeeld over vier modules. De laatste module betreft een programma voor één bijeenkomst. Wij pleiten ervoor om een negende bijeenkomst mogelijk te maken. De invulling daarvan komt voort uit de tijdens de cursus gebleken behoefte aan verdieping van een onderwerp of een nieuw onderwerp. In bijlage A hebben we een programma opgenomen voor een wervings- en startbijeenkomst. Die kan een belangrijk hulpmiddel zijn in de wervingsfase, zeker als er breed wordt geworven onder deelnemers die niet al in andere groepen hebben kennisgemaakt met elkaar of het programma van de voorlichting. Iedere module is opgebouwd uit een eerste bijeenkomst waarin de deelnemers zich oriënteren op de thematiek, warm lopen, hun eigen beelden en verwachtingen verhelderen, en een vervolgbijeenkomst waarin de deelnemers de informatie die wordt gegeven, kunnen inpassen in hun eigen denkkader. 19 De cursusbegeleider kan zelf een selectie maken voor een kleiner aantal bijeenkomsten, al naargelang de doelen van de organisatie, de wensen van de deelnemersgroep en de fi nanciële mogelijkheden. Wij raden echter aan om in dat geval een hele module te schrappen, zodat de methodische opbouw van de bijeenkomsten gehandhaafd blijft. Verder raden we aan om de thematische

volgorde van de bijeenkomsten te volgen: eerst de bijeenkomst over sociale contacten / actief zijn, vervolgens wonen en zorg, en ter afsluiting een bijeenkomst over informatie en adviesvoorzieningen. Deze volgorde is bewust gekozen om deelnemers in de gelegenheid te stellen met elkaar een veilige groepsomgeving op te bouwen en te groeien van onderwerpen die minder op de eigen opvattingen en zelfbeelden ingrijpen naar meer ingrijpende thema s. Met opzet is de bijeenkomst informatie en advies als laatste geplaatst omdat daarin een schakel wordt gelegd naar nazorg. Overzicht opzet en inhoud van de bijeenkomsten Het voorlichtingsprogramma bestaat uit een aantal modules die onafhankelijk van elkaar gebruikt kunnen worden. Dit wil zeggen dat als men kiest voor een beperkt aantal bijeenkomsten, men een module kan laten vervallen. Per module is het belangrijk beide bijeenkomsten te realiseren, omdat ze zijn opgezet volgens het stramien: eerst praten over de eigen beleving en kennis en vervolgens informatie aanbieden opdat die beter aansluit en beklijft. 20 Modules Inhoud Bijeenkomsten (eventueel) wervings- en startbijeenkomst bijeenkomst 0 (bijlage A) kennismakingsbijeenkomst bijeenkomst 1 module 1: actief zijn en blijven, blijven bewegen, activiteiten en bijeenkomst 2 en 3 ontmoeting ontmoeting vervoer cursussen, ontspanning eettafels, dagbesteding excursie module 2: wonen blijven wonen in je eigen huis en welke bijeenkomst 4 en 5 hulp en aanpassing is mogelijk verschillende vormen van zelfstandige seniorenhuisvesting verschillende vormen van beschermd wonen excursie module 3: zorg thuis familiezorg en ondersteuning familiezorg bijeenkomst 6 en 7 thuiszorg en hulpmiddelen ziekenboeg, maaltijdvoorziening module 4: informatie, advies en begeleiding informatie over ouderenadviseurs maatschappelijk werk, schuldhulpverlening informatieboekje en evaluatie vervolg bijeenkomst 8 en facultatief bijeenkomst 9, verdieping of vervolg