Kwalificatiedossier Hoofd Acute Gezondheidszorg Versie definitief Vastgesteld door Cluster Veiligheid GGD GHOR Nederland op 17 september 2015 1
Inhoud Leeswijzer... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Deel A Deel B Deel D Deel E Deel F Bijlage Algemene informatie... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Kerntaken Deel C Competenties... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Aandachtspunten en randvoorwaarden... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Specificaties vakbekwaamheid... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Verantwoording... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Crisismodel GHOR... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Leeswijzer... 3 Deel A Algemene informatie... 4 Deel B Kerntaken... 5 Deel C Gedragscompetenties... 7 Deel D Aandachtspunten en randvoorwaarden... 8 Deel E Specificaties vakbekwaamheid... 10 Deel F Verantwoording... 11 Bijlage 1: Crisismodel GHOR... 12 2
Leeswijzer Opbouw dossier Het kwalificatiedossier beschrijft op gestandaardiseerde wijze de rolvereisten voor de rol van Hoofd Acute Gezondheidszorg (HAG). De opbouw van het kwalificatiedossier ziet er als volgt uit: Deel A Deel B Deel C Deel D Deel E Deel F Algemene informatie over wat de rol typeert. Beschrijving van kerntaken. Beschrijving van competenties. Beschrijving van de aan de rol gerelateerde aandachtspunten en randvoorwaarden. Beschrijving van de specificaties van zowel de initiële als de blijvende vakbekwaamheid, evenals een beschrijving van het (instroom-) niveau. Verantwoording van de totstandkoming van het kwalificatiedossier als het benoemen waar de verantwoordelijkheid ligt voor het onderhouden van het kwalificatiedossier. Bijlage Crisismodel GHOR 3
Deel A Algemene informatie Typering van de rol Het Hoofd Acute Gezondheidszorg (HAG) is één van de rollen binnen het Crisismodel GHOR 1. Het HAG is dus geen permanente functie, maar conform het Crisismodel GHOR een rol die alleen bestaat ten tijde van een GRIP en/of mono-opschaling. Vanuit het Crisismodel GHOR is het mogelijk om meerdere rollen toe te kennen één persoon. Dit is een lokale keuze en verantwoordelijkheid van betreffende GHOR-organisatie. Het HAG geeft functioneel leiding* aan het proces Acute Gezondheidszorg en adviseert de Algemeen Commandant Geneeskundige Zorg (ACGZ) op dit terrein. Deze kerntaken worden bij deel B nader uitgewerkt. Het proces Acute Gezondheidszorg bestaat uit de deelprocessen pre-hospitale triage, behandeling en vervoer van slachtoffers. Hierbij is het HAG verantwoordelijk voor de voortgang, coördinatie en aansturing van het proces Acute Gezondheidszorg. Het HAG wordt monodisciplinair ingezet op basis van criteria. In de regel is dit vanaf GRIP 2. Echter kan het HAG bij behoefte vanuit bijvoorbeeld de Officier van Dienst Geneeskundig (OvD-G) ook worden ingezet bij GRIP 1 en/of mono-opschaling. Het HAG is aangewezen door de Directeur Publieke Gezondheid (DPG) als het daartoe bevoegde gezag. Het HAG opereert op tactisch niveau. Het HAG is beschikbaar en bereikbaar op basis van de regionale alarmeringsregeling. Het HAG legt verantwoording af aan, en ontvangt functioneel leiding van, de ACGZ. Het HAG geeft functioneel leiding* aan de OvD-G, de Informatiecoördinator Meldkamer Ambulancezorg en de Logistiek Coördinator Meldkamer Ambulancezorg. *functioneel leidinggeven omvat het coördineren en aansturen van het proces Acute Gezondheidszorg. Hiërarchisch leiding geven omvat het vanuit rechtspositionele regelingen rechtstreeks leiding geven aan functionarissen. Dit is in deze context niet van toepassing. 1 Crisismodel GHOR versie 1.0, 4 juni 2013. Vastgesteld: Besluit DPG d.d. 26 april 2013. Een schematisch overzicht van het Crisismodel GHOR wordt weergegeven aan het einde van dit document. 4
Deel B Kerntaken Kerntaak 1: Functioneel leiding geven aan het proces Acute Gezondheidszorg Coördineren en aansturen van het proces Acute Gezondheidszorg met daarbinnen de deelprocessen pre-hospitale triage, behandeling en vervoer van slachtoffers. Voortgangsbewaking op het proces Acute Gezondheidszorg. Sturen op de kwalitatieve en kwantitatieve output van het proces Acute Gezondheidszorg. Functioneel leiding geven aan de OvD-G, de Informatiecoördinator Meldkamer Ambulancezorg en de Logistiek Coördinator Meldkamer Ambulancezorg. Scheppen en aangeven van kaders waarin werk wordt uitgevoerd en hierbij duidelijk verwachtingen aangeven. Inzetten van de juiste mensen en juiste middelen (in de juiste aantallen) op de juiste plaats en het juiste tijdstip, daarbij het bewaken van de voortgang en het controleren van en aanspreken op (niet nagekomen) afspraken. Monitoren van de samenwerking met relevante partners zoals Mobiel Medische Teams, ziekenhuizen, ambulancediensten, huisartsen(posten), Gezondheidskundig Adviseurs Gevaarlijke stoffen (GAGS) binnen het proces Acute Gezondheidszorg met inachtneming van eigen verantwoordelijkheden en bevoegdheden van betreffende betrokkenen. Analyseren van scenario s op de korte, middellange en lange termijn t.b.v. maatregelen en besluitvorming binnen het proces Acute Gezondheidszorg. Vooral gevoed vanuit het contact met de OvD-G, de Informatiecoördinator Meldkamer Ambulancezorg, de Logistiek Coördinator Meldkamer Ambulancezorg en de ACGZ. Vertalen van opdrachten van de ACGZ naar tactisch/operationele opdrachten voor de OvD-G, de Informatiecoördinator Meldkamer Ambulancezorg en de Logistiek Coördinator Meldkamer Ambulancezorg. 5
Kerntaak 2: Adviseren ACGZ Informeren en adviseren van de ACGZ omtrent de voortgang, besluiten en dillema s binnen het proces Acute Gezondheidszorg, met als deelprocessen de pre-hospitale triage, behandeling en vervoer van slachtoffers. Adviseren van de ACGZ tot verdere opschaling. Zorgen voor een nabespreking en evaluatie met de OvD-G, de Informatiecoördinator Meldkamer Ambulancezorg en de Logistiek Coördinator Meldkamer Ambulancezorg, direct aansluitend aan de inzet als basis voor een terugkoppeling naar de ACGZ. Gegevens aanleveren aan ACGZ t.b.v. van mono- en multidisciplinaire evaluaties. Deelnemen aan, en adviseren binnen, de stafsectie geneeskundige zorg en hierin het behartigen van de belangen van het proces Acute Gezondheidszorg. 6
Deel C Gedragscompetenties Voor het opstellen van dit kwalificatiedossier is uitgegaan van specifieke competenties minimaal benodigd voor het effectief uitvoeren van de beschreven werkzaamheden. Hierbij is uitgegaan van de relevante gedragscompetenties zoals beschreven in het Besluit Personeel Veiligheidsregio s (Bijlage B van het besluit, behorende bij artikel 1 lid 2). Relevante gedragscompetenties Kerntaak Functioneel leiding geven Kerntaak Adviseren ACGZ G1 Leiding geven: Richting en sturing geven aan anderen in het kader van hun taakvervulling; stijl en methode aanpassen aan betrokken individuen, taken en situatie. G2 G3 G7 G9 Operationeel management: Aansturen en tot uitvoering brengen van diverse uitvoerende activiteiten. Taken en verantwoordelijkheden toewijzen. Activiteiten coördineren en zo nodig knelpunt wegnemen. In organisatorische zin randvoorwaarden creëren. Organiseren van eigen werk: Effectief organiseren van het eigen werk door het plannen van doelstellingen, tijd en activiteiten; beschikbare tijd en energie richten op de hoofdzaken en acute problemen. Overtuigingskracht: Gebruikmakend van de juiste stijl en methode proberen anderen te overtuigen van een bepaald standpunt en trachten instemming te verkrijgen met bepaalde plannen, ideeën of activiteiten. Samenwerken: Bijdragen aan een gezamenlijk resultaat, ook wanneer de samenwerking niet direct van eigen belang is. G10 G11 Probleemanalyse: Signaleren van problemen, herkennen van belangrijke informatie; verbanden leggen tussen gegevens. Opsporen van mogelijke oorzaken van problemen; zoeken naar ter zake doende gegevens. Oordeelsvorming: Gegevens en mogelijke alternatieve handelswijzen in het licht van relevante criteria tegen elkaar afwegen en tot realistische beoordelingen komen. G12 Besluitvaardigheid: Beslissingen nemen door middel van het ondernemen van acties of het zich vastleggen door middel van het uitspreken van oordelen. G13 G14 G16 Organisatiesensitiviteit: Onderkennen van invloed en gevolgen van eigen beslissingen of activiteiten op andere onderdelen van de organisatie; onderkennen van belangen van andere onderdelen van de organisatie. Omgevingsbewustzijn: Laten blijken goed geïnformeerd te zijn over organisatorische, maatschappelijke en politieke ontwikkelingen of andere omgevingsfactoren en deze kennis effectief benutten voor de eigen functie en organisatie. Stressbestendigheid: Effectief blijven presteren onder tijdsdruk, bij tegenslag en onder extreme fysieke en psychische omstandigheden. 7
Deel D Aandachtspunten en randvoorwaarden De volgende aandachtspunten en randvoorwaarden zijn relevant voor een adequate uitvoering van de HAGrol. Kerntaak 1: Het HAG geeft functioneel leiding* aan de OvD-G, de Informatiecoördinator Meldkamer Ambulancezorg en de Logistiek Coördinator Meldkamer Ambulancezorg. In andere situaties kunnen dit directe collega s of leidinggevenden zijn. Het HAG moet daarbij in staat zijn opdrachten en instructies te geven met behoud van collegiale werkrelaties. De deelprocessen pre-hospitale triage, behandeling en vervoer van slachtoffers worden dagelijks uitgevoerd binnen de RAV. De betrokken professionals doen dit feitelijk autonoom met inachtneming van de daartoe geldende protocollen. De Medisch Manager Ambulancevoorziening (MMA) heeft hierbij een belangrijke toetsende rol. In een opgeschaalde dagelijkse situatie krijgt het HAG de functionele leiding over genoemde deelprocessen. Hiervoor moet mandatering van de bevoegdheden van het HAG vooraf geregeld zijn, bijvoorbeeld t.a.v. de inzet van capaciteit en middelen van de RAV. Ook mandatering t.a.v. de bevoegdheden in relatie tot de directie RAV en de DPG dienen vooraf te zijn geregeld voor een adequate uitvoering van de rol. Tegelijkertijd is het HAG tijdens de uitvoering van zijn rol afhankelijk van de OvD-G, de Informatiecoördinator Meldkamer Ambulancezorg en de Logistiek Coördinator Meldkamer Ambulancezorg. De vakbekwaamheid van betreffende rollen moet binnen de GHOR-organisatie geborgd zijn. De ACGZ en de OvD-G staan vanuit de huidige praktijk direct met elkaar in verbinding. Het HAG is een nieuwe rol tussen betreffende rollen. De ACGZ en de OvD-G kunnen dit ervaren als een extra schakel. Bovenstaande vraagt om een goede taakafbakening en concrete werkafspraken tussen genoemde rollen. Het HAG heeft geen directe contacten met (zorg)ketenpartners, aangezien deze taken vanuit het proces Acute Gezondheidszorg worden uitgevoerd door de Informatiecoördinator Meldkamer Ambulancezorg en de Logistiek Coördinator Meldkamer Ambulancezorg. Hij of zij is echter wel verantwoordelijk voor de uitvoering en moet ook toezien dat dit (lees de uitvoering) gebeurt. * functioneel leidinggeven omvat het coördineren en aansturen van het proces Acute Gezondheidszorg. Hiërarchisch leiding geven omvat het vanuit rechtspositionele regelingen rechtstreeks leiding geven aan functionarissen. Dit is in deze context niet van toepassing 8
Kerntaak 2: Het HAG is verantwoordelijk voor het nemen van beslissingen en adviseren met mogelijk verstrekkende gevolgen op basis van mogelijk onvolledige informatie. Het HAG moet dit risico voor zichzelf kunnen accepteren en gemaakte keuzes kunnen verantwoorden aan de ACGZ. Bij enige twijfel, mede gelet op de aard van het incident overlegt het HAG met de ACGZ. Indien dit niet mogelijk is neemt de HAG maatregelen om verlies van levens of onnodige gezondheidsschade te voorkomen. De ACGZ en de OvD-G zijn als GHOR-vertegenwoordigers betrokken in multidisciplinaire teams. Het HAG is dat niet. Relevante multidisciplinaire informatie vanuit de OvD-G voor de ACGZ zal dus altijd verlopen via het HAG. 9
Deel E Specificaties vakbekwaamheid Instroomeisen Aantoonbare kennis en ervaring met de crisisbeheersing en rampenbestrijding minimaal blijkend uit: Het kunnen overzien van de geneeskundige keten bij opschaling. Kennis van het mono- en multidisciplinaire veld. Kennis van de verantwoordelijkheden van de GHOR en hoe die zich verhouden tot de verantwoordelijkheden van de partners in de witte keten. Kennis hebben van de regio voor wat betreft geneeskundig en gezondheidskundige voorzieningen. Aantoonbaar operationeel gevoel : kunnen verwoorden wat zich afspeelt in een (opgeschaalde) incidentsituatie, welke hulpverleningsprocessen opgestart kunnen worden, welke dilemma s je kunt tegenkomen bij een incident, hoe de samenwerking binnen en tussen de kolommen verloopt etc. Ervaring met leidinggeven/coördineren in de context van een crisis (effectief functioneren onder druk). Aantoonbaar leidinggevende / coördinerende ervaring op tactisch- en strategisch niveau. Niveaubepaling Voor de rol is een HBO/WO werk- en denkniveau vereist, aantoonbaar door opleiding en/of ervaring. Vakbekwaam worden Het HAG voldoet aan de gestelde eisen in dit kwalificatiedossier als hij de opleiding tot HAG heeft afgerond met een IFV-diploma. Vakbekwaam blijven Het aantoonbaar vakbekwaam blijven is een continu proces van leren waarin het opleiden, trainen en oefenen als onderdeel wordt gezien. De verantwoordelijk hiervoor ligt bij zowel de werkgever als de functionaris. De GHOR heeft de mogelijkheid om voor de blijvende vakbekwaamheid gebruik te maken van de landelijke standaarden blijvende vakbekwaamheid. 10
Deel F Verantwoording Procesinformatie Ontwikkeld door: Projectgroep HPG en HAG Onder regie van: AGOZ/IFV Vastgesteld door: AGOZ/IFV en GGD GHOR Nederland Versie: 30 oktober 2015 Verantwoordelijkheid beheer en onderhoud: De verantwoordelijkheid voor het ontwikkelen en onderhouden van de kwalificatiedossiers voor de rollen van het Crisismodel GHOR is belegd bij de AGOZ van het Instituut Fysieke Veiligheid (www.ifv.nl). 11
Bijlage 1: Crisismodel GHOR Op 26 april 2013 heeft de Raad van Directeuren Publieke Gezondheid het landelijke model voor de geneeskundige invulling van het regionaal crisisplan vastgesteld; het Crisismodel GHOR. De afspraak is dat alle directeuren publieke gezondheid dezelfde rollen en naamgeving hanteren in hun regionale crisisorganisatie, voor zover dat niet stuit op bezwaren van het regionale bestuur of de regionale partners. De Raad DPG verwacht verschillende voordelen van een landelijk uniform crisismodel: het vergemakkelijkt bovenregionale hulpverlening, het maakt het mogelijk om landelijke opleidingen aan te bieden voor crisisrollen en het maakt de GHOR-crisisorganisatie herkenbaarder voor onze partners. Het gaat om een crisismodel dat alleen functioneert in situaties van opschaling. De genoemde rollen zijn dus geen permanente functies, maar rollen die personen ten tijde van een opschaling kunnen uitvoeren. Hierbij is het mogelijk om meerdere rollen toe te kennen één persoon. Dit is een lokale keuze en verantwoordelijkheid van betreffende GHOR-organisatie. 12