1. Ecologisch streefbeeld

Vergelijkbare documenten
1. Ecologisch streefbeeld 2. Systeemkenmerken kwelgraslanden

Verduidelijking van de begrippen hoogwatergeulen en kwelgeulen

Natte en Vochtige bossen. Hydrologisch herstel van natte en vochtige bossen: welke kansen liggen er?

Zwart Water_Inrichting Schaapsen Diepbroek incl. sanering stortlocaties

Gagel-en wilgenstruwelen

Ontwikkeling en beheer van natuurgraslanden in Utrecht: Nat schraalland

Klimaatrondetafel Omgeving en Natuur

Integraal beekdalherstel. Herstel diffuse afvoersystemen, gedempte afvoerdynamiek en beekprofielherstel

OOST NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V.

Beeselsbroek. Abiotische kenmerken

Projectnummer: C /LB. Opgesteld door: Tristan Bergsma. Ons kenmerk: :0.2. Kopieën aan: Cees-Jan de Rooi (gd)

Veenvorming in beekdalen. Veldwerkplaats: Drentse Aa, 15 juni 2009 Willem Molenaar / Camiel Aggenbach

Het hydro-ecologisch functioneren van Teut en Tenhaagdoornheide

Ooibossen zijn bossen die op natuurlijke wijze zijn ontstaan en langs rivieren groeien.

Informatieblad grondwaterkwaliteit Natte Natuurparel. Wijstgronden Uden

Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken

Inrichting Straelensbroek/ Straelens Schuitwater

Potenties voor vegetaties van Natte duinvalleien in het plangebied Hanenplas

grondwater doorgrond wat kunt u doen tegen grondwateroverlast?

Fosfaat en natuurontwikkeling

ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT

Bijlage 1. Geohydrologische beschrijving zoekgebied RBT rond Bornerbroek

Vlijmens ven, Moerputten & Bossche Broek. De geschiedenis van een overstromingsvlakte in de Langstraat

NADERE UITWERKING MONITORING LANDBOUW Januari 08

Drasland. Groot Wilnis-Vinkeveen

Informatieblad grondwaterkwaliteit Natte Natuurparel. Strabrechtse Heide

Geohydrologisch onderzoek Centrumplan Oldebroek

Van mais naar vochtig schraalland, de teletijdmachine van Blues in the marshes

Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting.

Nadere onderbouwing waterhuishoudkundige consequenties Uitwerkingsplan Brandevoort II Liverdonk Oost

Grondwaterstanden juni 2016

Kwaliteit van de natuur. Hoe spoor je aantastingen op?

TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE

14. Geohydrologie Zuidbuurt eemnes Tauw Kenmerk N BTM-V

Natte Natuurparel Nemerlaer

BODEMONDERZOEK GROEI- LOCATIE GLASTUINBOUW KLEINE HEITRAK, ASTEN

Compensatieplan. natuurcompensatie. parkeren De Heimolen. juli 2015

III.1. Algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving van de actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.10.

OBN-onderzoek: Verlanding in laagveenpetgaten Speerpunt voor herstel in laagvenen

Bewortelingsonderzoek eiken langs de Middachter Molenbeek

Contactinfo, paswoord

Toestand KRW-waterlichamen Flevoland medio 2018

Onderzoeksrapportage naar het functioneren van de IT-Duiker Waddenweg te Berkel en Rodenrijs

ACHTERGRONDDOCUMENT. Ontwikkelingsvisie en Beheerplan voor de landgoederen Nieuw- en Oud Amelisweerd en Rhijnauwen. Juni 2008

Bestuurlijke samenvatting. Laatste onderzoeksresultaten De Groote Meer op de Brabantse Wal

Achtergrondartikel grondwatermeetnetten

Stichting het Limburgs Landschap t.a.v. ing. Carlo van Seggelen, ing. René Gerats drs. ing. Martin G. Boute ZG Arcen 6107 BJ Stevensweert

Waterplanten en Waterkwaliteit

Bergvennen & Brecklenkampse Veld

Systeemanalyse Volther-Agelerbroek

Vegetatie-ontwikkeling in bossen op rijke bodem. Patrick Hommel en Rein de Waal Alterra; Wageningen-UR

WKO-coach Drenthe Kansen gemeente Westerveld in beeld. Rutger Wierikx IF Technology 9 februari 2012

Chemisch wateronderzoek 1. klimaatstad. water leeft 2. Abio. klimaatstad

Betreft Effecten ontwikkeling Oosterdalfsen op grondwaterstanden en natuurwaarden EHS

Water- en waterbodem: de IJZERVAL

Kaartenbijlage behorende bij het peilbesluit Nieuwegein Nieuwegein-West, Plettenburg en Oudegein

: SAB Prinses Margrietlaan Best Betreft : Watertoets ontwikkeling Prinses Margrietlaan nabij nr. 24

Naar een duurzaam beheer van het veenweidegebied. Piet-Jan Westendorp Aquatisch ecoloog Witteveen+Bos

Middelburg Polder Tempelpolder. Polder Reeuwijk. Reeuwijk. Polder Bloemendaal. Reeuwijksche Plassen. Gouda

Ontwerp Projectplan Waterwet voor het project Uitvoering GGOR Havikerwaard, aanpassing waterhuishouding Middachterbroek en Ellecomse Polder

Wat kunnen we leren van de droogte van 1976 in relatie tot gevolgen van klimaatverandering? Casus Loenderveense plas

Wijst een uniek geohydrologisch verschijnsel

Ten aanzien van deze watersaspecten is contact geweest, overlegd en advies gevraagd aan het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier.

Projectnummer: D Opgesteld door: Ons kenmerk: Kopieën aan: Kernteam

Zuid-Limburgse Hellingmoerassen & Kalktufbronnen

Workshop maatregelen

Wetland. Groot Wilnis-Vinkeveen

Gierzwaluw. Boomleeuwerik. Witte kwikstaart. Nachtzwaluw

Toelichting GGOR Schieveen

Trosbosbes Effecten op het ecosysteem en mogelijkheden voor bestrijding

Plaggen ten behoeve van natuurontwikkeling. Fosfaatverzadiging als uitgangspunt

Toepassing van instrumenten uit handboek op NATURA2000-gebied Boetelerveld

Nitraat in het grondwater

Bronnen aan de basis van een goede natuurkwaliteit Over herstelbeheer in bronsystemen

Rob van der Burg 6 april 2017 Vochtige bossen Tussen verdrogen en nat gaan

Onderzoek naar mogelijkheden voor natuurontwikkeling in de depressie van de Moervaart in relatie tot fosfor

Bodemsanering. 45 humane spoedlocaties zijn niet volledig gesaneerd. De bodem en het (grond)water zijn schoon MILIEU MARKT. Staat van Utrecht 2014

Aanvulling. Dictaat Inleiding Bodem. Voor versie Bodem en Water 1 (LAD-10806) Bodem en Water II (AEW-21306) Oktober 2010.

BEPLANTINGSPLAN LANDGOED NIEUW HOLTHUIZEN

Herstel van de hydrologie in natuurgebieden HANHART CONSULT

Grondwatersysteemanalyse en effectberekening van de ringweg rond Tongeren in de omgeving van het natuurgebied De Kevie

Ontwikkeling van broekbossen

Landbouwkundig belang van een goede waterhuishouding Everhard van Essen Jan van Berkum

Resultaten onderzoek relatieve bronnen. B-ware en Royal Haskoning (proefsloten) HH Stichtse Rijnlanden en Aequator (polderanalyse)

BODEMOPBOUW EN INFILTRATIECAPACITEIT VLASSTRAAT/BRIMWEG, SOMEREN

Notitie beoordeling houtwal

Piet van de Munckhof m.m.v. Jan van Roestel en Michel Braad, Bureau Oranjewoud

Bell Hullenaar. Ecohydrologisch Adviesbureau. Natuurontwikkeling Koningsven - De Diepen. Inleiding. Beantwoording zienswijze Korving & De Kreuk

IJzersuppletie in Laagveenplassen

MONITORING GRONDWATERSTANDEN 3E OOSTERPARKSTRAAT EN VROLIKSTRAAT TE AMSTERDAM

Grondwatereffecten door aanleg van de tunneltraverse A2

Streefbeelden Bomen & Bos. Streefbeelden Bomen, Bos & Struweel. Stadsbomen. Van Leefbaarheid & Emotie tot Biodiversiteit & Natuureducatie

Watertoets bestemmingsplan wijziging Crematorium Haarlo

REACTIENOTA zienswijzen Peilbesluit De Onlanden

Roofvogel gegevens Loonse en Drunense duinen e.o. Jaar 2013

Toelichting GGOR Akkerdijksche polder

MTO Case Study: NIOO. Effecten van MTO op de bodem en grondwaterkwaliteit. 4 juni 2019 Workshop HTO bij Koppert Cress Gebruikersplatform Bodemenergie

NOTITIE BOMENKAP GASLEIDINGTRACE ODILIAPEEL - MELICK

Transcriptie:

1. Ecologisch streefbeeld Dit bostype is een van de meest kenmerkende vormen van kwelnatuur langs de Terrassenmaas. De zwarte els is de meest voorkomende boomsoort. Ook kunnen zachte berk, es en schietwilg deel uitmaken van de boomlaag. De struiklaag is in de regel slecht ontwikkeld en bestaat vooral uit struikvormige wilgen als grauwe wilg en geoorde wilg. De samenstelling van de kruidlaag kan sterk uiteenlopen, en is vooral afhankelijk van de bodemopbouw en de kwaliteit van grond- en oppervlaktewater. Zo kan op kleibodems moeraszegge tot dominantie komen, terwijl de aanwezigheid van zachte berk, gagel, zompzegge, moerasvaren, veenmossen en koningsvaren een aanwijzing is voor de toestroming van zwak zuur en mineralenarm grondwater. Ook waterviolier heeft een voorkeur voor deze korte kwel. Dotterbloem, grote boterbloem en slangenwortel zijn kenmerkend voor de toestroom van meer gerijpt grondwater. Dotterbloem kan in het voorjaar hele bossen geel kleuren (foto 2) Karakteristiek voor de elzenbroekbossen is verder de aanwezigheid van elzenzegge. Andere zeggesoorten die kenmerkend zijn voor het elzenbroekbos zijn stijve zegge, ijle zegge en de polvormende pluimzegge, zie foto 1. Foto 1. Pol pluimzegge in elzenbroekbos met verder vooral moeraszegge Foto 2. Dotterbloemen in het elzenbroek In verdroogde en door de mineralisatie van het veen verrijkte broekbossen nemen soorten als braam, stekelvarens en grote brandnetel de regie over, al houden sommige kenmerkende soorten het nog lang vol, zoals de concurrentiekrachtige pluimzegge en de koningsvaren. De slechte toegankelijkheid maakt deze bossen ook aantrekkelijk als nestplaats voor havik en buizerd. In het voorjaar zet de bruine kikker zijn eiklompen af in de plassen in het elzenbroek; het bos zelf is een belangrijke zomerbiotoop voor deze soort. Vooral aan de bosranden kunnen we de vlindersoorten kleine ijsvogelvlinder en grote weerschijnvlinder tegenkomen. Waar het elzenbroek grenst aan beekjes, ontstaat leefgebied voor de waterspitsmuis en de bosbeekjuffer.

2. Systeemkenmerken Elzenbroekbossen komen vooral voor in restgeulen, op zowel het Laagterras als het Middenterras. Het gaat daarbij om restgeulen van zowel het vlechtende als het meanderende systeem (de oude Maasmeanders). Op de Recente overstromingsvlakte ontbreekt dit bostype. De bodem is meestal venig, maar kan ook uit klei bestaan, die zowel goed als slecht doorlatend kan zijn. Elzenbroekbossen zijn afhankelijk van een geringe tot matig hoge voedselrijkdom van de bodem. Er wordt een Olsen-P streefconcentratie (voor planten beschikbaar fosfaat) tussen 300 en 800 (- 1000) μmol/l gemeten. De grondwaterstand reikt 's winters en in het vroege voorjaar tot boven het maaiveld, de Gemiddeld Laagste Grondwaterstand ligt rond de 40 cm onder maaiveld. Het grondwater is in de regel van regionale herkomst (lange kwel van gerijpt grondwater). Aan terrasranden kan ook korte kwel aanwezig zijn, hetgeen zich openbaart in de aanwezigheid van de genoemde soorten die kenmerkend zijn voor zacht water (korte kwel). De kenmerken van beide typen kwelwater zijn: Tabel 1: Eigenschappen gerijpt en weinig gerijpt grondwater. ph (zuurgraad) Calcium Ca (mg/l) Gerijpt grondwater (lange kwel) >7 >100 >250 Weinig gerijpt grondwater (korte <7 <70 <100 kwel) Bicarbonaat HCO3 (mg/l) Kwelwater is rijk aan ijzer. Zodra het zuurstofarme ijzerhoudende kwelwater aan de oppervlakte komt en zuurstof uit de lucht opneemt, gaat het opgeloste ijzer oxideren tot onoplosbare ijzeroxide dat uitvlokt en neerslaat. IJzer in het water is visueel zichtbaar in de vorm van ijzerneerslag, roodkleuring van het water, ijzervlokken en/of een bacterievlies. Een hoog ijzergehalte zegt echter nog niets over de verdere chemische samenstelling/eutrofiering van het uittredende grondwater. De grootste bedreiging voor elzenbroekbos is de slechte kwaliteit van het kwelwater: door overbemesting van de intrekgebieden is het toestromende kwelwater rijk aan nutriënten en sulfaat. Hoge sulfaatgehalten van het grondwater in venige bodems leiden tot versnelde afbraak van het veen en daarmee verdere toename van de voedselrijkdom. Dit noemen we het proces van interne eutrofiëring. De onderstaande tabel geeft inzicht in de kritische concentraties van deze systeemvreemde stoffen. Tabel 3: Waterkwaliteit, beoordeeld op basis van aanwezigheid systeemvreemde stoffen in mg/l

3. Huidig voorkomen langs de Maas Goed ontwikkelde elzenbroekbossen vinden we in de Oude Maasarm bij Meerlo (Sohr-Legerterbos), het Beesels broek, het Heuloërbroek, het Dubbroek, het Koelbroek, het Broekhuizerbroek en in de Vuilbemden. Foto 3. Sterke kwel met veel grote boterbloem en verder dotterbloem en kleine watereppe in elzenbroekbos in het Heuloërbroek. 4. Inrichtingsprincipes Geëigende inrichtingsmaatregelen zijn: het kappen van populierenaanplanten; het afgraven van verstoorde of veraarde bodems; het herstellen van de natuurlijke waterhuishouding: dempen van sloten en het omleggen van doorgaande leggerwatergangen; Let op: bij vernatting door het opzetten van grondwaterstanden is het van belang dat voldoende doorstroming plaatsvindt. Stagnatie van oppervlaktewater kan tot het vrijkomen van fosfaat leiden en hierdoor ongewenste verruiging veroorzaken. Stagnatie van afstromend water en het verhogen van waterpeilen heeft in te verleden al geleid tot degradatie van elzenbroekbossen (het Kaldenbroek en het Broekhuizerbroek). Tegenwoordig is de bever met zijn dammenbouw vaak de schuldige waar het gaat om ongewenste wateropzet en vernatting. In onderstaande schets zijn de ecologische streefbeelden en inrichtingsprincipes voor elzenbroek op het Laagterras gevisualiseerd. Voor het Middenterras gelden identieke streefbeelden en inrichtingsprincipes. 5. Beheer Elzenbroekbossen behoeven geen beheer. Vroeger werd elzenbroekbos vaak als hakhoutcultuur geëxploiteerd, wat nog te zien is aan de stobbevormige groeiwijze van de elzen. Door deze cultuur trad veel struweelvorming op, waar vogels als nachtegaal van profiteerden. Tegenwoordig is 'niets doen' de gangbare beheervorm. Na verloop van tijd zullen bomen omwaaien, wat eenzelfde effect heeft als hakhoutbeheer. Op de open plaatsen die zo ontstaan, verschijnen bloemrijke natte ruigten en wilgenbroekstruweel.

6. Kansen Kansen voor de ontwikkeling van elzenbroekbossen liggen vooral in de restgeulen van het meanderend systeem. Deze zijn vrijwel uitsluitend beperkt tot het Middenterras. Daar bieden de al aanwezige elzenbroekbossen goede aangrijpingspunten voor kwaliteitsverbetering of verdere uitbreiding. De beste kansen doen zich voor in het Beesels broek, het Dubbroek, het Kaldenbroek, het Broekhuizerbroek, het Heuloërbroek, het Lottumeter Schuitwater, het Koelbroek en in de Vuilbemden. De ligging van deze, maar ook andere kansrijke locaties, is te vinden op de Kansenkaart. Deze kaart is onderdeel van de rapportage Herstel en ontwikkeling van kwelnatuur langs de Terrassenmaas. 7. Checklist locatiespecifiek onderzoek Er kan niet vaak genoeg gewezen worden op de noodzaak van het opstellen van een goede systeemanalyse ter plekke van de beoogde (her)inrichting. Een goede systeemanalyse biedt de basis voor het treffen van de juiste inrichtingsmaatregelen. Daarbij past het volgende onderzoeksprogramma: bestudeer de geologie: zoek de restgeulen op; bepaal de bodemopbouw en de ligging van GLG en GHG door het uitvoeren van grondboringen. Besef dat bestaande bodemkaarten slechts een indicatief beeld geven; trek de ontstaansgeschiedenis van het gebied na de grondwaterstanden: plaats peilbuizen en/of maak gebruik van bestaande meetreeksen; grondwaterkwaliteit: bemonster de relevante parameters en maak gebruik van analyses uit bestaande meetnetten en programma s zoals het OGOR-programma; bepaal de kweldruk: stijghoogteverschillen tussen freatisch grondwater en eerste watervoerend pakket door het plaatsen van dubbele grondwaterbuizen met resp. diep en ondiep filter; kijk hoe het oppervlaktewatersysteem functioneert en let daarbij vooral op de ligging van de leggerwatergangen.

Colofon Dit product hoort bij het onderzoeksrapport Herstel en ontwikkeling van kwelmilieus langs de Terrassenmaas, dat in opdracht van het OBN kennisnetwerk is uitgevoerd door Arcadis. Rapport is gepubliceerd op www.natuurkennis.nl Auteur: Gerjan Verhoeff www.arcadis.com Projectnummer: C03091.000093.0100