Aan: Vereniging BOS/D. Spoorsingel 2, 2613 BD Delft. Delft, 26 november Geacht bestuur BOS/D,

Vergelijkbare documenten
[Hanssen, 2001] R F Hanssen. Radar Interferometry: Data Interpretation and Error Analysis. Kluwer Academic Publishers, Dordrecht 2001.

Hoogte in de Lage Landen: AHN3 Tecchnische ontwikkeling hoogteverandering

Bodemdalingskaart.nl. Challenge the future

SCHEEFSTANDMETING Objectnummer Adres

DEMPENDE PAALFUNDERING

Meetrapport monitoring paalfundering v. 1.5

Stand van zaken na een half jaar opvolging van de grondwaterpeilen

PS-InSAR-analyse van de bodemdaling in Noordwest-Friesland

Op palen gefundeerde panden

Aanvullende analyse stabiliteit gestorte specie in het kader van Flexibel Storten

Rapport. Nader onderzoek verzakking Wielewaal te Rotterdam

Even voorstellen: Eddie van Marum. Contra expert aardbevingsschade

Inhoud. Op palen gefundeerde panden. Voorbeeld zetting Hoogbouw: Inhoud. Erasmus MC 110 m hoog. Funderingspalen plaatselijk te kort

Grondwaterstanden juni 2016

Paalrot door lekke drainerende riolen

Ter plaatse van de instabiliteiten treedt op sommige plaatsen water uit het talud

1 Inleiding 3. 3 Metingen Meetmethode Instrumentarium en uitvoering Afwijkingen ten opzichte van de vorige meting 8

Monitoring en deformatiemetingen van binnenstedelijke kademuren

B&W-Aanbiedingsformulier

Amsterdam In de peilfilters zijn de grondwaterstanden waargenomen. Dit is met

Vraag 1 Herinnert u zich uw antwoorden op de eerdere vragen over de veiligheid van de A4-tunnel Midden-Delfland? 1

Bodemdaling door diepe en ondiepe oorzaken in Groningen

O.B.T.A. De Linde v.o.f.

TILTSENSOREN EARLY WARNING SYSTEM: VOOR VERZAKKINGEN EN BODEMBEWEGINGEN BIJ BOUWACTIVITEITEN

Rijnhaven. Conditiemeting van de kademuren in de Rijnhaven Ingenieursbureau. Projectcode MR Datum 20 augustus 2012.

Een kogel die van een helling afrolt, ondervindt een constante versnelling. Deze versnelling kan berekend worden met de formule:

Rapport: Analyse bodemdaling winningsvergunning Veendam 2012

het noordelijk deel (nabij de woningen) en het zuidelijk deel. Vanwege de invloed naar de omgeving is alleen het noordelijk deel beschouwd.

Risicobeheersing ondergronds bouwen lessen van de NoordZuidlijn voor de Singelgracht. Dr. ir. Mandy Korff

Correla'e tussen leidingbreuk en satellietme'ngen van bodem- daling

Meetregister bij het meetplan Waddenzee 2017 Rapportage van de nauwkeurigheidswaterpassing Ameland 2017

ONDERWERP Addendum gebouwschade i.r.t. bodemdaling en waterhuishouding onderzoeksgebied Groningen-West e.o

Memo Inleiding Conclusie Inspectiemethodiek Situatie op locatie

Funderingsherstel achter de plint met een minimum aan overlast. Varianten funderingsherstel: - Plaat- en balkfundaties - Kelderbouw - Schuimbeton

Begrippenlijst. Barometer. EN (elektroneutraliteit) Hydrologisch jaar. Maucha-diagram. Metingtype. Referentieniveau. Stiff-diagram

Robuustheid regressiemodel voor kapitaalkosten gebaseerd op aansluitdichtheid

natuurkunde vwo 2017-I

rib OOH4a Invloed bouwputten op de omgeving HRO ribooh4a Bouwputten 1

Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard Mw. M. Virardi- van de Hulsbeek Postbus AB Rotterdam

Plan van aanpak. Verzakkingen in de wijk Tussenwater. Stand van zaken, proces en planning. Orlando Karam Eunice Boereveen Lex Hussaarts

Geluidsbelasting door windturbine Slikkerdijk

FUNDERINGSONDERZOEK VAN SPEIJKSTRAAT AMSTERDAM

Paalrot door lekke drainerende riolen

Effecten van sedimentatie en erosie op de hoogteligging van het wad bij Paesens. Tussentijdse rapportage periode september 2003-augustus 2005

BODEMDALING DOOR DIEPE EN ONDIEPE OORZAKEN

1 Inleiding 2. 3 Metingen Meetmethode Instrumentarium en uitvoering Afwijkingen ten opzichte van de vorige meting 6

Bouwtrillingen. Projectnaam: Bedrijf: Contactpersoon: Telefoonnummer: Datum:

III 1111 Ons kenmerk: 2015/229563

6.2 Het deelproject Klaverweide/Bouwakker en omgeving

vandaag 4 minuten lezen

Zeespiegelmonitor 2018

Karla Kampman, Pepijn Abink Spaink, Gerard Bloemhof (gemeente Delft)

Opnamerapport. Straatnaam, Plaatsnaam. Project kenmerk: 0000-R-V1. Opdrachtgever : Datum opname: - Datum rapport: - Behandeld door :

Funderingsherstel achter de plint met een minimum aan overlast

Examen VWO - Compex. wiskunde A1,2

Aan de bewoners van de P.J. Troelstralaan 87 t/m 107 te Zaandam

Meetregister bij het meetplan Twente Rapportage van de nauwkeurigheidswaterpassing Twente 2015

aantal dagen gemeten zakking in mm ( + = stijging)

Bouwhistorische waarneming Wegje 1/Apenspel 5, Enkhuizen

Berekening van effecten voor WKO systemen tot 50 m³/uur. Begeleidingscommissie BUM Bodemenergie provincies 17 Januari 2012

Notitie / Memo. HaskoningDHV Nederland B.V. Water. Nora Koppert en Henk Kolkman Jasper Jansen Datum: 23 december 2016

Bodemdaling door grondwaterwinning

ONDERWERP Addendum gebouwschade i.r.t. bodemdaling en waterhuishouding onderzoeksgebied Veendam e.o

Meetregister bij het meetplan Waddenzee Rapportage van de nauwkeurigheidswaterpassing Lauwersmeer 2011

Betonoplangers Eerste uitgave Aanvulling Aanvulling KCAF

Omgevingsbeïnvloeding bij museum Ons Lieve Heer op Solder. Ir. J.K. Haasnoot directeur. CRUX Engineering BV

3 Aan: Geïnteresseerden Droogteberichtgeving

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid DE NEDERLANDSE AARDOLIE MAATSCHAPPIJ B.V.,

EXPERTISES CONSTRUCTIEVE PLAATSBESCHRIJVING

Samenvatting onderzoeksresultaten constructie huurwoningen Zeeheldenbuurt

QuakeShield Modellering constructief gedrag bij belasting in het vlak 17 November 2017

Rapport Prestatie Gevellamel versus Luchtgordijn

slimme geluidsschermen funderingsloos scherm scherm met zonnepanelen ipv Delft Pieters Bouwtechniek Holland Scherm

Verkeerstelling en kentekenonderzoek

Grondwater effecten parkeergarage en diepwand Scheveningen

Symposium Onderhoudsarme wegen in slappe ondergrond. Presentatie CROW-werkgroep

Bodemdaling Groningen op basis van InSAR waarnemingen

EPC Poort van Bunnik v.o.f. Postbus CA BUNNIK /

Funderingen in Veenweidegebieden risico s op schade en aanpak

Bestrijding bladwespen bij rode bes in kassen en tunnels.

Toepassing SRM2 voor Rozenoordbrug A10 Zuidas

M+P MBBM groep Mensen met oplossingen. Gemeente Houten T.a.v. Edwin Koolhof Postbus DA HOUTEN. Onderzoek herkomst bromtoon Houten

Notitie hoofdconstructeur

Betreft: Variatie in grondwaterpeilen en bodemopbouw (bureaustudie) ter plaatse van de Landgoed Huize Winfried te Wapenveld (gemeente Heerde).

Kennisvraag: wat waren de herhalingstijden van de neerslag-, afvoer- en grondwatersituatie? In beeld brengen situatie zoals die buiten geweest is.

Mkv Dynamica. 1. Bereken de versnelling van het wagentje in de volgende figuur. Wrijving is te verwaarlozen. 10 kg

Aantal pagina's 5. Doorkiesnummer +31(0)

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = en Y =

Trillingsonderzoek conform SBR A ter plaatse van een woning gelegen aan de Postbaan 7 te Putte

Rapport Geluidsniveaumetingen bij Oosterpark

Overgewicht (incl. obesitas)

KLIMAATVERANDERING. 20e eeuw

Uitspraak van de Arbiter Bodembeweging van 13 juni 2017

Verslag proefonderzoek Noorddijkerweg 32. Dinsdag

RESULTATEN DIOXINE-ANALYSES HARLINGEN, februari 2016

RAPPORT FUNDERINGSINSPECTIE PAALFUNDERING GEBOUW F & G.

Galerij ingestort Antillenweg in Leeuwarden Gepubliceerd op 23 mei, 2011

Inhoud. Inleiding 2. Materiaal & Methode 3. Resultaten 5. Theoretisch Kader 6. Discussie 7. Bronnen 9. Appendix Onderzoeksvraag 2

Profielen van het Mallegat en geologische profielen aan de Pr. Hendrikkade in Katwijk D. Parlevliet, D. van der Kooy, mei 2003

Beeldkwaliteitplan Emmen, Noorderplein en omstreken. behorende bij de Welstandsnota Koers op kwaliteit (2 e wijziging)

Transcriptie:

Aan: Vereniging BOS/D Spoorsingel 2, 2613 BD Delft e-mail: info@bosd.nl Delft, 26 november 2017 Geacht bestuur BOS/D, Zowel als medebewoner van het Spoorzonegebied en op basis van mijn expertise als hoogleraar geodesie en satelliet aardobservatie bij de TU Delft maak ik u graag attent op versnelde verzakkingen die effect hebben op een groot gedeelte van de panden aan de Spoorsingel. Ik heb dit vastgesteld op basis van satellietmetingen en onafhankelijk bevestigd aan de hand van waterpassingen. Mijn waarnemingen voeg ik aan deze brief toe. Hoewel het mij niet bekend is of deze bewegingen reeds tot schade hebben geleid, lijkt het mij verstandig om deze gegevens met u te delen om mogelijke schade die nog zou kunnen optreden te voorkomen. Met vriendelijke groet, Ramon Hanssen Spoorsingel 75, 2613 BB, Delft r.f.hanssen@gmail.com

Deformaties Spoorsingel 2009-2017 R.F.Hanssen@gmail.com 26-11-2017 1. Inleiding Onderstaand verslag toont resultaten van deformatiemetingen uitgevoerd rond de Spoorsingel in Delft. In paragraaf 2 worden de satellietmetingen besproken, gevolgd door de waterpassingen in paragraaf 3. In paragraaf 4 worden enkele conclusies getrokken. 2. Satellietmetingen (april 2009 september 2017) De satellietmetingen zijn verkregen door gebruik te maken van de techniek radar-interferometrie. Met deze techniek wordt Delft en omstreken sinds 2008 wekelijks opgemeten, waardoor bodembeweging zichtbaar wordt door bijvoorbeeld de wateronttrekking van DSM-Gist als ook het inklinken van de grond in nieuwe wijken zoals Emerald en Harnaschpolder. De dataset bestaat uit 428 meetcampagnes tussen april 2009 en september 2017. Een analyse van de Spoorzone toont aan dat panden aan de Spoorsingel sneller zakken dan de omliggende gebieden. In Figuur 1 is dit aangegeven. 2.1 Omgevingsvergelijking Uit de bredere context van de satellietmetingen blijkt dat de waargenomen verzakkingen alleen optreden aan de westzijde van de spoortunnel. De locatie van de verzakkingen komt sterk overeen met de begrenzing van de Spoorsingel-parkeergarage. Figuur 1 Resultaten van de satellietmetingen rond de Spoorzone Delft. Elke gekleurde punt geeft hier een deformatiesnelheid aan zoals waargenomen tussen oktober 2015 en september 2017. Duidelijk waarneembaar is de hogere deformatiesnelheid van panden aan de Spoorsingel, ten opzichte van andere locaties in het gebied.

2.2 Verzakking straatniveau versus panden Doordat de satelliet zowel datapunten vindt op straatniveau als op de panden zelf, kan een vergelijking gemaakt worden van de differentiële zetting. Met andere woorden, we kunnen vaststellen of het pand verzakt ten opzichte van het straatniveau, of andersom. Verder kunnen we hierdoor vaststellen of de oorzaak van de verzakking boven of onder het funderingsniveau van de panden gezocht moet worden. Immers, panden die op staal gefundeerd zijn zakken mee wanneer volumeverandering van de grond onder dit ondiepe funderingsniveau optreedt, terwijl panden die onderheid zijn alleen zullen zakken wanneer de volumeverandering op grotere diepte (meer dan ~20 meter) optreedt. Uit de satellietgegevens blijkt dat het proces waardoor de verzakking wordt veroorzaakt optreedt tussen het maaiveld en een diepte van ongeveer 23 meter. Figuur 2 Verzakkingen gerelateerd aan panden. De toename van de zakkingssnelheid langs de Spoorsingel tussen de Hugo de Grootstraat en de Kampveldweg is duidelijk waarneembaar. Het grootste gedeelte van deze huizen is op staal gebouwd: de fundering is slechts enkele meters diep. Het pand aangeduid met de blauwe pijl is met heipalen gefundeerd op een diepte van meer dan 20 meter. Dit pand toont nauwelijks verzakking. Hieruit kan worden afgeleid dat de oorzaak van de verzakkingen tussen het maaiveld en een diepte van ca. 23 meter gezocht moet worden.

Figuur 3 Detail van verzakkingen aan de noordzijde (links) en zuidzijde (rechts) van de Spoorsingel. 2.3 Verzakkingsgedrag in de tijd Voor elk meetpunt zijn meer dan 240 metingen gedaan tussen april 2009 en september 2017. Dit wordt weergegeven als tijdreeks, zie voorbeeld in Figuur 4. Figuur 4 Voorbeeld tijdsgedrag deformaties bij Spoorsingel 78. Rond 2015 is een verandering in het verzakkingsgedrag waarneembaar, en vanaf voorjaar 2016 versnelt dit significant. Voor sommige panden, zie Figuur 5 en Figuur 6 is de versnelling sterker, met cumulatieve verzakkingen tot 4.5 cm.

Figuur 5 Deformaties rond Spoorsingel 86. Sinds eind 2015 versnelt de verzakking hier aanzienlijk, cumulatief tot zo n 3 centimeter. Figuur 6 Deformaties rond Spoorsingel 97. De versnelling van de verzakking treedt hier op rond voorjaar 2016. De initiële zakking vanaf april 2009 was iets meer dan 1 mm per jaar, maar begin 2016 is de zakkingssnelheid aanzienlijk getegen. Cumulatief is de verzakking rond 4.5 cm. 2.4 Precisie en betrouwbaarheid. De satellietmetingen hebben een variabele precisie per meetpunt. Gesteld kan echter worden dat een standaardafwijking van ongeveer 2 a 3 millimeter per meting eenvoudig gehaald wordt voor deze dataset. De betrouwbaarheid volgt uit het feit dat twee onafhankelijke satelliet tijdreeksen zijn gebruikt.

2.5 Conclusies satellietmetingen De satellietmetingen laten duidelijk zien dat de panden aan de Spoorsingel verzakken, ter hoogte van de Spoorsingel-parkeergarage, en met hogere snelheid aan de noordzijde dan aan de zuidzijde. De verzakkingen treden niet op aan de noordzijde van het Spoortunnelgebied (Phoenixstraat). De oorzaak moet gezocht worden in de bovenste grondlagen, tussen het maaiveld en een diepte van zo n 23 meter. De metingen tonen aan dat de verzakkingen steeds sneller worden. 3. De waterpassingen (mrt 2010 feb 2017) Een aantal bewoners van de Spoorsingel heeft onafhankelijk waterpassingen laten uitvoeren aan een aantal panden, liggend tussen Spoorsingel 70 en Spoorsingel 99, met enkele metingen iets verder in de wijk Hof van Delft. Een nulmeting is uitgevoerd in maart 2010 (24 meetpunten), en er zijn drie herhalingsmetingen gedaan in februari 2015, 2016 en 2017 (31 meetpunten). Figuur 7 toont de locaties van de waterpas-meetpunten. Figuur 7 Locaties van de meetpunten voor waterpassingen. De eerste twee cijfers van de nummering zijn het huisnummer, gevolgd door een tweecijferig volgnummer.

Figuur 8 toont de waargenomen beweging. Uit deze grafiek blijkt dat er tussen maart 2010 en februari 2015 slechts zeer beperkte deformatie opgetreden is. Alleen aan de noordzijde (Spoorsingel 94 en noordelijker) is de deformatie significant te noemen. De deformatie die optreedt tussen februari 2015 en februari 2017 is echter vrijwel overal significant te noemen. Omdat de metingen tussen februari 2015 en februari 2017 meer meetpunten bevatten dan de nulmeting van maart 2010, toon ik deze resultaten in een aparte grafiek, zie Figuur 9. Figuur 8 Cumulatieve hoogteverandering tussen maart 2010 (nulmeting, in blauw) en drie herhalingsmetingen. De horizontale as toont de panden langs de spoorsingel, gerangschikt van noord (links) naar zuid (rechts). De codering XXYYZZ toont straatnaam (XX), huisnummer (YY) en volgnummer (ZZ). Afkortingen: SS (Spoorsingel), DV (De Vriesstraat), CF (C. Fockstraat). Uit deze grafiek blijkt dat er tussen maart 2010 en februari 2015 slechts zeer beperkte deformatie opgetreden is. Alleen aan de noordzijde (Spoorsingel 94 en noordelijker) is de deformatie significant te noemen. De deformatie die optreedt tussen februari 2015 en februari 2017 is echter vrijwel overal significant te noemen. Uit Figuur 9 blijkt dat er sinds februari 2015 significante deformatie is opgetreden: voor alle ingemeten panden aan de Spoorsingel meer dan 1 cm. Het blok tussen de Fransen van der Puttenstraat en de Van Heemstrastraat verzakte ongeveer 2 cm, en de panden noordelijk van Spoorsingel 97 zelfs tot 4 cm. Bij dit laatste blok kan worden geconstateerd dat de verzakkingssnelheid toeneemt. Merk op dat alle meetpunten die slechts weinig deformatie vertonen verder van de Spoorsingel-garage afliggen, waardoor kan worden geconstateerd dat het vooral de panden die direct aan de Spoorsingel-garage liggen zijn die verzakken.

Figuur 9 Cumulatieve hoogteverandering tussen februari 2015 (als nieuwe nulmeting, in blauw) en twee herhalingsmetingen. De horizontale as is als in figuur 1. Uit deze grafiek blijkt dat er sinds februari 2015 significante deformatie is opgetreden, voor alle panden aan de Spoorsingel meer dan 1 cm. Het blok tussen de Fransen van der Puttenstraat en de Van Heemstrastraat (Spoorsingel 80-84) verzakte ongeveer 2 cm, en de panden noordelijk van Spoorsingel 97 zelfs tot 4 cm. Bij dit laatste blok kan worden geconstateerd dat de verzakkingssnelheid toeneemt. De gele staafgrafiek laat per meetpunt zien hoever dat af ligt van de buitenste wand van de Spoorsingel-garage. Merk op dat alle meetpunten die slechts weinig deformatie vertonen verder van de Spoorsingel-garage afliggen, waardoor kan worden geconstateerd dat het vooral de panden aan de Spoorsingel zijn die verzakken. 3.1 Conclusie waterpassingen. Er is tussen het tijdstip februari 2015 en februari 2016 een verzakkingsproces gestart dat voor deze datum nog nauwelijks optrad. Dit verzakkingsproces betreft voornamelijk de panden aan de Spoorsingel, en nauwelijks panden die verder van de Spoorsingel-garage afgelegen zijn. Het verzakkingsproces is niet incidenteel maar structureel, aangezien het zich doorzet in het tijdvak tussen februari 2016 en februari 2017. Het proces is mogelijk nog steeds gaande. De totale verzakking van de panden zou dan momenteel (november 2017) meer dan 2 centimeter zijn voor alle panden, oplopend tot meer dan 5 centimeter bij enkele panden aan de noordzijde van de Spoorsingel. Voor deze panden is een meer dan een verdubbeling van de zakkingssnelheid geconstateerd. Voor meetpunten op hetzelfde pand, bv rond Spoorsingel 72-79, verzakken meetpunten aan de achterzijde minder snel dan punten aan de voorzijde. Dit duidt op ofwel een kanteling van de panden in

de richting van de bouwput, ofwel een verticale afschuiving. Dit is mogelijk belangrijk omdat het kan leiden tot (schuif)spanning in de constructie. 4. Totaal conclusie satellietmetingen en waterpassingen De satellietmetingen en de waterpassingen geven een consistent en eenduidig beeld: de panden aan de Spoorsingel hebben zich tussen april 2009 en voorjaar 2015 ongeveer op dezelfde wijze gedragen als alle andere panden in de omgeving; een bescheiden verzakkingssnelheid tot 1 a 1.5 mm per jaar. Sinds voorjaar 2015 (tijdstip afhankelijk van de locatie) beginnen deze panden echter te verzakken. De zakkingssnelheid neemt toe in de tijd. Vooral de panden aan de noordzijde van de Spoorsingel hebben te maken met significante verzakkingen: tot zo n 5 cm cumulatief. De locatie van de verzakkingen correleert sterk met de begrenzing van de Spoorsingel-parkeergarage. Het proces waardoor de verzakking wordt veroorzaakt vind plaats tussen het maaiveld en een diepte van ongeveer 23 meter. Verder wordt een kanteling (of afschuiving) van de panden richting de Spoorsingel-garage waargenomen. De verzakkingssnelheid versnelt voor veel locaties na voorjaar 2016, aan de noordzijde tot een verzakkingssnelheid van ongeveer 3 cm per jaar. Dit is mogelijk belangrijk omdat het kan leiden tot (schuif)spanning in de constructie. De verzakkingen worden alleen waargenomen aan de zuidzijde van de Spoortunnel. De noordzijde (Phoenixstraat) toont geen significante verzakkingen. De waargenomen zakking is duidelijk gecorreleerd met de afstand van de meetpunten tot de Spoorsingelgarage. Voor punten die verder van de garage afliggen is de zakkingssnelheid significant lager. Ook lijkt de verzakking minder te worden bij de zuidelijke begrenzing van de Spoorsingel-garage.