- Directoraat-Ceneraal. Rijkswaterstaat



Vergelijkbare documenten
baggerspecie van 60% en meer wordt als reinigbare

stortontheffing artikel WET MILIEUBEHEER

Ontwerpbesluit inzake de Wet verontreiniging oppervlaktewateren

voor de deur Mobiele opvangmiddelen voor afvalwater Opslag van afvalwater Clean Water Mobiele waterzuiver

Omgevingsdienst Regio Nijmegen OMGEVINGSVERGUNNING. Aanvrager Datum besluit Onderwerp

ADVIES VOOR DE M.E.R.-BEOORDELING OVER DE PRODUCTIE VAN PRIMAIR ALUMINIUM BIJ ALUMINIUM DELFZIJL 28 MEI 2001 INHOUDSOPGAVE

Acceptatievoorwaarden Afval Energie Bedrijf

Minimum VerwerkingsStandaard (MVS) voor baggerspecie

tômgevingsd/msŕ jc Midden- ca Wts-t-Brabaat

Sectorplan 4 Afval van onderhoud van openbare ruimten

Aanmeldnotitie Besluit Mer

Minimum VerwerkingsStandaard (MVS) voor baggerspecie. Technisch-inhoudelijke uitwerking

Uitbreiding olieopslagterminal VOPAK te Rotterdam Europoort Toetsingsadvies over het milieueffectrapport

M3> -H. Samenvatting vergunningsaanvragen. Grondreinigingsinrichting en TOP VEENDAM. 25 januari /129 ARCADIS HEIDEMIJ REALISATIE

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Baggerprogramma Noord-Hollandse vaarwegen

djksdienst voor de ijsselmeerpolders

OMGEVINGSVERGUNNING WABO. Bos Recycling B.V. ten behoeve van het overslaan van bouw- en sloopafval en onverwerkte slakken voor metaal verwijdering.

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Figuur 1 Zuiveringsinstallatie

Inleiding. Afvalwater. Afvalwaterzuivering

Wijziging van de Inrichting Veluwse Afval Recycling (VAR) B.V. Advies voor de m.e.r.-beoordeling

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING

Wet belastingen op milieugrondslag

Afdeling Vergunningen Toezicht en Handhaving Aanvraagformulier maatwerkvoorschriften op basis van het Besluit lozen buiten inrichtingen

OMGEVINGSVERGUNNING. Lubrizol Advanced Materials Resin BV

OMGEVINGSVERGUNNING. Theo Pouw Secundaire Bouwstoffen B.V.

ADVIES OMGEVINGSVERGUNNING, ONDERDEEL MILIEU

M.E.R. beoordelingsbesluit

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING. milieuneutraal veranderen van een inrichting. Industrieweg 16 te Noordhorn. datum besluit: 13 oktober 2017

sectorplan Ernstig verontreinigde grond

FUIV[b. Grou, 5 maart 2015 VERZONDEN -6 MRT Friese Uitvoeringsdienst Milieu en Omgeving

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

M.e.r.-beoordelingsbesluit. Orgaworld Lelystad Zeeasterweg 40c 8219 PN Lelystad

omgevingsdienst HAAGLANDEN

1 Inleiding. Aan: Gemeente Nieuwegein T.a.v. de heer B.P. Asselt Postbus AA Nieuwegein. Geachte heer Asselt,

STEG-eenheid Moerdijk Advies voor richtlijnen voor het milieueffectrapport

Oprichting van een inrichting voor varkenshouderij Maatschap Jongen te Maria Hoop Toetsingsadvies over het milieueffectrapport

sectorplan 27 Industrieel afvalwater

Omgevingsvergunning Voor de activiteit milieuneutrale verandering

ONTWERPBESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING. : het wijzigen van de grens van een inrichting bedoeld voor de zuivering van rioolwater

Fibroned BV te Apeldoorn

William Wilssens Celhoofd H&DS Afdeling Maritieme Toegang Departement Mobiliteit en Openbare Werken. Jos Vandekeybus Projectleider AMORAS MWH

OMGEVINGSVERGUNNING BEPERKTE MILIEUTOETS

DEFINITIEVE VERGUNNING. EEW Energy from Waste Delfzijl BV

Omgevingsvergunning OV

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Risico s beperken, leefbaarheid vergroten.

1 Inleiding. 2 Beschikking. Gemeente Montfoort t.a.v. de heer J. Dronkert Postbus ZG MONTFOORT. Geachte heer Dronkert,

Stort Noordelijke Geluidswal te Drachten Toetsingsadvies over het milieueffectrapport

Definities. Samensteller(s): Riza. Document: Definities TJS.doc. Datum: 9 maart Versie: 2.0 Definitief

Wij hebben op 14 juli 2015 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van AVI Den

Oprichting van een reststoffen energiecentrale (REC) te Harlingen door Omrin Toetsingsadvies over de aanvullende milieu-informatie

Besluit. Wabo, Milieuneutraal veranderen. Eerste Lelystadse Schroothandel BV, Staalstraat 19, Lelystad

OMGEVINGSVERGUNNING *D * D

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

OMGEVINGSVERGUNNING. het in gebruik nemen van een nieuwe voorbreker ter vervanging van de huidige. milieuneutraal veranderen van een inrichting

Besluit Milieuneutraal veranderen. Hoogweg Luttelgeest B.V., Nieuwlandseweg 9 Luttelgeest

INHOUD. Voorwoord 13. Inleiding 15 Indeling van milieuproblemen 19 Indeling van dit boek 19 Inleiding tot de Vlaamse milieuwetgeving voor bedrijven 19

Pagina 1 van 49 Registratienummer: Z / D

Handleiding. Afvalwaterzuivering. Uitleg Samenvatting Test jezelf

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID BIJ DEELONDERZOEK VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Mestverwerking MACE in Landhorst. Henk Jans, arts MG, MMK 3 juli 2014

Theo Beheer BV. Kenmerken project. Groenafval en uitbreiding veegvuil. Verwerkingslocatie Lelystad

Toepassing van zeefzand uit groenafval.

omgevingsdienst HAAGLANDEN

1. In te trekken de Afvalstoffenverordening 2016 Dronten 2. Vast te stellen de volgende verordening: Afvalstoffenverordening 2019 Dronten

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID BIJ VOLLEDIG ONDERZOEK VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

2 De zuivering van afvalwater Typen bedrijfsafvalwater De zuivering in vogelvlucht Afsluiting 21

OMGEVINGSVERGUNNING WABO

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. voor de activiteit milieuneutraal veranderen. Rockwool B.V.

OMGEVINGSVERGUNNING WABO

Wubben Oliebewerking BV Postbus BN ROOSENDAAL. Melding ex artikel 8.19 Wet milieubeheer.

Provinciaal blad van Noord-Brabant

OMGEVINGSVERGUNNING BEPERKTE MILIEUTOETS

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID BIJ DEELONDERZOEK VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Op de voordracht van de Minister van Infrastructuur en Milieu van, nr., Directie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

OMGEVINGSVERGUNNING. Schipper Recycling B.V.

omgevingsdienst HAAGLANDEN Beschikking Wet bodembesclierming - geval van bodemverontreiniging

omgevingsdienst HAAGLANDEN

2. Het Bouwstoffenbesluit bodem- en oppervlaktewaterenbescherming

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Activiteit milieuneutraal veranderen. Rockwool B.V. te Roermond

Deelstudie Verwerldng Baggerspecie Projectgroep CF508. Sanering Kralingse Plas

drukhouders Sectorplan 70: CFK s, HCFK s, HFK s en halonen Beleidskader

Thermische reinigingsinstallatie voor teerhoudend asfalt granulaat (TAG) en andere afvalstoffen in de Eemshaven door Theo Pouw B.V.

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

1 ALGEMEEN Algemeen BODEMBESCHERMING Voorzieningen en beheermaatregelen Nulsituatiebodemonderzoek 17

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Melding Besluit lozen buiten inrichtingen. Introductie

Aan: de heer D.W. Cazant Gieltjesdorp EK Kockengen. Geachte heer Cazant,

Vergunningprocedure DuPont

provincie groningen Richtlijnen voor het milieueffectrapport

Transcriptie:

2 - Directoraat-Ceneraal. Rijkswaterstaat Mlnirterie van Verkeer en Waterrtaat Startnotitie milieu-effectrapportage tijdelijke havenslibverwerkingsinstallatie

Startnotitie milieu-effectrapportage tij installatie augustus 1993 Postbus 600 8200 AP Lelystad Smedinghuis Zuidewagenplein 2 tel. 03200-9 91 11 telefax 03200-34300

Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Probleemstelling en doe1 4 2.1 Doe1 4 2.2 De aard en hoeveelheid van het afval 4 2.3 Afvalbeleid 6 3 Te nemen en reeds genomen besluiten 8 4 Voorgenomen activiteit 9 4.1 Overzicht van de inrichting 9 4.2 De werking van de inrichting 10 4.3 Lokatie 12 5 Globale aanduiding van de te verwachten gevolgen voor het milieu 13 5.1 Grondwater 13 5.2 Oppervlaktewater. 13 5.3 Atmosferische effecten 13 5.4 Effecten op planten. dieren en ecosystemen 13 5.5 Landschappelijke effecten 14 5.6 Akoestische effecten 14 5.7 Recreatieve effecten 14 5.8 Verkeers- en vervoersaspecten. 14 6 Procedurele aspecten 15

rapportage tijdelij ke havenslibverwerkingsinstallatie 1 Inleiding aard van de inrichting Bij de sanering van de waterbodem van de haven komt havenslib vrij dat voor meer dan 50% kan worden hergebruikt. Het havenslib bevat namelijk veel zand dat geschikt is als grondstof voor werkzaamheden in de bouw. Door het havenslib te verwerken kan de hoeveelheid afval die bij de waterbodemsanering vrijkomt, beperkt worden. Om het zand te scheiden van het verontreinigde slib is het nodig om een tijdelijke verwerkingsinstallatie neer te zetten. Het gaat dan om een scheidingsinstallatie met een aanvullende ontwateringsstap. sen definitieve lokatiekeuze is nog niet gemaakt. Een kaart waarop de mogelijke verwerkingslokaties zijn aangegeven is opgenomen in deze startnotitie. vergunningen Voor het oprichten van deze tijdelijke installatie zijn een tweetal milieuvergunningen nodig: 6611 voor de Wet milieubeheer en een voor de Wet verontreiniging oppervlaktewater. De milieuvergunning wordt aangevraagd bij Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland. Gedeputeerde Staten treden tevens op als codrdinerend bevoegd gezag. De Wet verontreiniging oppervlaktewater vergunning wordt aangevraagd bij het zuiveringsschap Veluwe te Apeldoorn. m.e.r.-procedure Verontreinigd havenslib is een afvalstof. Omdat de tijdelijke installatie een vewerkingscapaciteit heeft die groter is dan 25.000 ton per jaar, is het oprichten van deze tijdelijke installatie m.e.r.- plichtig. (De verplichting is gebaseerd op de omschrijving van activiteit 18.2 C van het Besluit milieu-effectrapportage, waar het gaat om de oprichting van een inrichting voor het anderszins bewerken en vewerken van zodanige afvalstoffen met uitzondering van bouw- en sloopafval, in het geval de inrichting een capaciteit heeft van 25.000 ton per jaar of meer.) ini tatiefnemer De vergunningen wordt aangevraagd door Directie Flevoland van het Directoraat Generaal Rijkswaterstaat. Het bezoekadres is: gebouw Smedinghuis, Zuiderwagenplein 2, Lelystad. Het postadres is: postbus 600, 8200 AP Lelystad.

2 Probleemstelling en doe1 de activiteit in breder verband De verwerking van het havenslib is onderdeel van een proefproject in het kader van het Progranuna Ontwikkeling Saneringsprocessen Waterbodems, een programma dat tot doe1 heeft om nieuwe saneringsprocessen voor waterbodems te ontwikkelen. De minister van Verkeer en Waterstaat meldt in haar brief aan de Tweede Kamer dat zij gelden heeft gereserveerd voor proefprojecten om veelbelovende technieken op praktijkschaal uit te testen (TK 1991-1992, 21656, nr. 10). Het doe1 van de voorgenomen activiteit is het oprichten van een tijdelijke verwerkingeinstallatie voor het havenslib dat vrijkomt bij de sanering van de waterbodem van de toegangsgeul en de haven van Elburg. Daarnaast is het verkrijgen van kennis en inzicht in de verwerkingsprocessen een nevendoel van deze activiteit. 2.2 De aard en hoeveelheid van het afval aard Deze tijdelijke inetallatie verwerkt de verontreinigde laag van de waterbodem. De waterbodem van de haven is sterk verontreinigd met polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK's) en in mindere mate met de zware metalen koper en zink. De tijdelijke installatie verwerkt geen slib uit andere lokaties. Het gaat alleen om de verwerking van het havenslib uit Elburg. hoeveelheid De hoeveelheid te verwerken vervuild havenslib wordt geschat op 50.000 in situ kubieke meter. Dit komt ongeveer overeen met 46.000 ton droge stof. Na het verwerken van deze hoeveelheid wordt de installatie afgebroken en het terrein opgeruimd.

samens telling Het havenslib bestaat uit water, mineralen en organische stof. De mineralen zijn in Bit geval zand, silt en klei deeltjes. Het organische stof gehalte is hoog. Dit havenslib is voornamelijk verontreinigd met poly-cyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK's). Deze stoffen zijn bestanddelen van teerprodukten die bijvoorbeeld gebruikt worden bij het conserveren van scheepshuiden, beschoeiingen en netten. Ook bij verbrandingsprocessen komen PnK's vrij. Polycyclische aromatische koolwaterstoffen zijn carcinogeen. herkomst De herkomst van het havenslib is zoals gezegd de toegangsgeul en haven van Elburg. De oppervlakte van dit gebied is ongeveer 7 hectare afzet van het verwerkte havenslib Na de verwerking ontst'aat een hoeveelheid fijn materiaal waarin zich de verontreiniging heeft geconcentreerd. Deze dun-vloeibare massa wordt ontwaterd, waarna het steekvast is. Dit produkt wordt onder IBC condities gestort op een nabij gelegen stortlokatie. De eerst aangewezen stort is i{de.i!:,rl&?e&rg1 te,:~rk=loi.:.c'). Behalve een geconcentreerde hoeveelheid afval komt er bij deverwerking van het havenslib schoon zand vrij. Naar verwachting is dit 50% van de aangeboden hoeveelheid havenslib. Dit zand kan worden gebruikt bij toekomstige bouwaktiviteiten als zogenoemd aanvul- en ophoogzand. De gemeen zal dit zand afnemen. Een restprodukt is het proceswater. Dit water wordt na behandeling geloosd op het nabijgelegen riool op het terrein van de rioolwaterzuiveringsinstallatie, beide in eigendom van het zuiveringssehap Veluwe. verontreinigd havenslib: gevaarlijk afval In het Ontwerp-Besluit aanwijzing gevaarlijke afvalstoffen wordt voor een aantal stoffen uit de groep polycyclische aromatische koolwaterstoffen een concentratiegrenswaarde van 50 mg/kg gemeld. Het havenslib uit Elburg bevat geen concentraties die deze grens overschrijden. Daarmee is het havenslib geen gevaarlijk'afval. Bij de verwerking ontstaat een concentraat dat concentraties bevat die deze grens we1 overschrijden.

... 2.3 Aivalbeleid landelijk verwerkingsbeleid Over het verwerken van havenslib is alleen in concept een beleidsstandpunt beschikbaar (beleidsstandpunt verwijdering baggerspecie, 3e concept 11 mei 1993). Hierin staat geschreven dat er bij de verwijdering van afvalstromen, net zoals bij het milieubeleid, een voorkeursvolgorde is voor de verwijdering van afvalstromen, en dus ook voor verontreinigd havenslib (baggerspecie). Deze voorkeursvolgorde is als volgt: ( preventie - hergebruik (eventueel eerst verwerken) - storten i Dit betekent dat preventie altijd voorop staat en dat hergebruik altijd de voorkeur heeft boven storten. Het beleid voor de verwijdering van baggerspecie in de periode tot 2000 is gericht op de volgende punten: 1. Het stimuleren van het verwerken van verontreinigde baggerspecie; 2. Het stimuleren van het toepassen van licht verontreinigde baggerspecie; 3. Het realiseren van voldoende stortcapaciteit voor met name klasse 3 en klasse 4 baggerspecie. landelijke verwerkingsstructuur Er bestaat op dit moment geen landelijke verwerkingsstructuur voor havenslib. Regionaal zijn er we1 oplossingen voor dit afvalprobleem, maar dan gaat het om storten, niet om verwerken. 7.0 wordt het havenslib van Rotterdam en omgeving gestort in de Slufter of de Papegaaiebek, beide zeer grote depots. Op grond van met name de beheersing, controle, goede nazorg, emissies naar grond- en oppervlaktewater en ruimtebeslag is het van belang dat het aantal baggerspeciestortplaatsen in ons land beperkt wordt gehouden. In de regio Elburg is er in de toekomst naar verwachting het depot in het Ketelmeer beschikbaar. De verwerkingsinstallatie Elburg en de landelijke verwerkingstructuur De voorgenomen activiteit loopt vooruit op de totstandkoming van een landelijke verwerkingsstructuur. Met de verwerking van het havenslib van Elburg wordt ervaring opgedaan met het vewerken van havenslib. Het Programma Ontwikkeling Saneringsprocessen Waterbodems, POSW, heeft ten

doe1 ervaring op te doen met deze saneringsprocessen. Dit progrma staat garant voor een goede verslaglegging rond de voorgenomen activiteit, waardoor de ervaringen beschikbaar zijn voor een brede doelgroep. Met dergelijke rapportages over op praktijkschaal toegepaste technieken zal de discussie over de voor Nederland meest geschikte vewerkingsstructuur worden gevoed. In dit verband is het nuttig te vermelden dat het Service Centrum Grondreiniging, SCG, betrokken is bij deze activiteit. capaciteit van de installatie De maximale produktie, de verwerkingscapaciteit. van de installatie wordt geschat op 1350 my per dag, ongeveer 1900 ton droge stof per dag. In totaal wordt in een periode van maximaal een half jaar46.000 ton droge stof verwerkt. In dit geval wordt dus slechts een deel van de beschikbare capaciteit gebruikt.

rapportage ti jdeli jke havenslibverwerkingslnstallatie 3 Te nemen en reeds genomen besluiten Per 1 September 1987 is het besluit milieu-effectrapportage in werking getreden. Hierin wordt voor een aantal nader omschreven activiteiten de wettelijke verplichting aangegeven voor het maken van een milieueffectrapport. Het milieu-effectrapport wordt opgesteld voor het nemen van een uitvoeringsbesluit. In dit geval betreft het de verlening van een drietal vergunningen. De volgende milieuvergunningen zijn nodig: - een vergunning op basis van de Wet milieubeheer (Wm-vergunning); - een vergunning op basis van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (WVO) voor het lozen van afvalwater op het riool. Daarnaast is voor het tijdelijk oprichten van de installatie een bouwvergunning nodig. Deze bouwvergu~ing wordt aangevraagd bij de gemeen. Een tijdelijke vrijstelling van de Wet Ruimtelijke Ordening wordt gecombineerd met deze vergunning. Het bevoegd gezag voor de Wet Milieubeheervergunning is het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland, dat tevens op zal treden als codrdinerend bevoegd gezag omdat er meerdere besluiten moeten worden genomen. Het adres: Het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland postbus 9090 6800 GX Arnhem Het bevoegd gezag voor het verlenen van de WVO vergunning is het zuiveringsschap Veluwe, gevestigd te Apeldoorn. In het kader van de Wet milieubeheer wordt de vergunningverlening gecodrdineerd door het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland. Reeds genomen besluiten met betrekking tot de inrichting Er is geen vergunning voor de installatie verleend. Ook zijn er geen langlopende contracten met aanleverende of afnemende bedrijven gesloten.

4 Voorgenomen activiteit 4.1 Overzicht van de inrichting De tijdelijke vewerkingsinstallatie bestaat uit een aantal onderdelen. De belangrijkste processtappen zijn: - het scheiden van het havenslib in een grove en een tweetal fijnere fracties. - het ontwateren van de fijne fractie, waarna het buiten de inrichting wordt gestort. - het zonodig wassen van de grove (zand) fractie, waarna het kan worden gebruikt als aanvul- of ophoogzand voor bouwactivititeiten. Een blokschema van het reinigingsproces voor baggerspecie uit de haven van Elburg is weergegeven in figuur 1. Een meer uitgebreide beschrijving van de de verschillende onderdelen van het proces wordt gegeven in paragraaf 4.2. Behalve verwerking vindt er op het terrein van de inrichting tijdelijke opslag plaats. De opslag van baggerspecie is nodig om de verwerkingsinstallatie gelijkmatig van aanvoer te kunnen voorzien. Bovendien zullen er voor de tussen en eindprodukten tijdelijke opslagplaatsen worden gemaakt op het terrein.

Figuur 1. Blokschema van het reinigingsproces voor baggerspecie uit de haven van Elburg. De fractie-aanduiding is indicatief. Het kader geeft schematisch de grens van de verwerkingsinstallatie aan. aanvoer van havenslib i.-i-i scheiden H scheiden tdontwateren Ciistorten - ii 1- -1 1 :irest-.. 126%~ 1220 P 1 I.. 1~63 P 1 -i.. Ilandfanning lii I wassen ( I flotatie I I.. I-':: 1 I I I I -1 I I ontwaterenl 1 I I -1... I I I 1 grond I zand ( silt 1 natte oxidatie.. (.. zand lsilt ( ::produkt - - I, 1... = grens van de ti jdeli j ke verwerkingsinstallatie 4.2 De werking van de inrichting Aanvoer Het havenslib wordt hydraulisch of via het water getransporteerd. Na transport wordt het materiaal indien nodig tijdelijk opgeslagen in een bufferbasin, waarna het gereed is voor verwerking. De eerste stap hierin is de scheiding in fracties met een verschillende korrelgrootte. Scheiding De hydrocycloonopstelling is het hart van de scheidingsinstallatie. Het principe van deee scheiding is het verschil in massa tussen grote en kleine deeltjes.

Startnotitie - ~ - ~- -- milieu-effect - rapportage tijdiii jke havenslibverwerkingsinstallatie Voordat het mengsel de hydrocycloon ingaat, moet het worden geconditioneerd. Dat wil zegen dat onder toevoeging van water a1 het grove vuil en de fractie groter dan 2 mm wordt afgezeefd. Na het conditioneren wordt het mengsel in de hydrocyclonen gepompt. In de hydrocyclonen wordt het slib-water mengsel in een ronddraaiende bewegeing gebracht. De centrifugaalkrachten die zo ontstaan zorgen ervoor dat de zwaardere deeltjes de wand van de cycloon bereiken, waarna ze de benedenloop bereiken. De fijne deeltjes die de wand niet hebben bereikt verdwijnen via de draaikolk in het hart van de cycloon door de bovenloop. De fijne fractie wordt nog een tweede keer gescheiden. Hierbij ontstaat een middelfijne fractie die bestaat uit deeltjes met een grootte tussen 20 en 63 p en een fijne fractie die bestaat uit deeltjes die kleiner zijn dan 20 p. On twa teren Nadat het zand en de middelfijne fractie uit de specie is vewijderd, blijft er een fijne fractie over (kleiner dan 20 p) die sterk verontreinigd is. Dit materiaal wordt voor het grootste deel ontwaterd. Daarna is het steekvast en kan het naar een stortplaats worden gebracht. Processenop pilot-schaal Het grootste gedeelte van het verontreinigde materiaal zal met het bovengenoemde proces worden behandeld. Voor de ontwikkeling van technieken worden er op pilot-schaal technieken toegepast om daarmee kemis en ervaring op te doen. De schaal van deze processen is dan ook veel kleiner dan waarvoor de verwerkingsinstallatie wordt gebouwd. Deze processen zijn dan ook geen onlosmakelijk onderdeel van de m.e.r.- plichtige aktiviteit. We1 zijn ze opgenomen in het schema van figuur 1. Er wordt uitgegaan van een te verwerken hoeveelheid van ongeveer 2000 m3 per proces. Landfarming Het betreft onder meer de landfanning techniek, waarbij het gebaggerde materiaal in een laag van 30 cm op de (beschermde) bodem wordt gebracht. In contact met de lucht vindt er biologische afbraak plaats. Be1 uchten Een proces met een vergelijkbaar principe (biologische afbraak) is her beluchten van de fijne fractie (kleiner dan 20 p) in een beluchtingsbassin. Hiervoor wordt naar verwachting een kleine hoeveelheid van de fijne fractie gebruikt.

rapportage tijdelijke havenslibvewerkingsinstallatie Flotatie De middelfijne fractie (20-63 p) kan door middel van flotatie geschikt gemaakt worden voor hergebruik. Scheiding door flotatie is een techniek waarbij luchtbelletjes zich hechten aan de verontreinigde deeltjes. De deeltjes gaan daardoor drijven, waardoor scheiding mogelijk wordt. De middelfijne fractie is daarna geschikt voor hergebruik. Vertech Het Vertech proc6d6 is een techniek waarbij zuivere zuurstof onder hoge druk in contact wordt gebracht met het verontreinigde materiaal, waardoor het wordt geoxideerd. Voor deze behandeling zal een deel van het materiaal naar de bestaande Vertech installatie te Apeldoorn worden getransporteerd. Daarmee valt het Vertech proc6d6 buiten de inrichting en is daarom geen onderdeel van het besluit waarvoor deze milieueffectrapportage wordt opgesteld. 4.3 Lokatie De reiniginsinstallatie kan op een aantal lokaties worden opgesteld. De lokatiekeuze is op dit moment nog onderwerp van studie. De volgende alternatieven worden in beschouwing genomen: 1. lokatie Rietveld. Het terrein ligt aan de oever van het Drontermeer. Het rietveld is, vanuit de woonkern gezien, gelegen achter het industrieterrein de Kruismaten. Kadastrale nummers: 1515, 2158, 2159, 1166, 2639, 2640 en 2641. 2. lokatie Industriestraat. Dit terrein is gelegen naast de rioolwaterzuiverinsinstallatie op het industrieterrein de Kruismaten. Kadastraal nurmner: 3340 3. lokatie Flevoweg. Dit terrein is gelegen aan de toegangsgeul van de haven, tegenover het industrieterrein de Kruismaten. Het terrein ligt tussen de weg van Elburg naar Dronten (de Flevoweg) en de toegansgeul. Kadastrale nummers: 1456, 1460, 1799. Voor een situatieschets van de haven en de mogelijke reinigingslokaties wordt verwezen naar figuur 1 achterin deze startnotitie. Als alternatief voor de bouw van de installatie op het vaste land kan de inrichting, of delen daarvan, drijvend uitgevoerd worden.

5 Globale aanduiding van de te verwachten gevolgen voor hat milieu 5.1 Grondwater Bij de verwerking van de specie kan de verontreinigde specie in contact komen met het terrein waarop de tijdelijke installatie staat opgesteld. Het ontwerp van de tijdelijke installatie is zodanig dat beinvloeding van het grondwater wordt voorkomen. 5.2 Oppervlaktewater. Bij de verwerking van de specie zal het vrijkomende proceswater na zuivering worden geloosd op de nabijgelegen rioolwaterzuiveringsinstallatie. Het regenwater zal worden opgevangen en worden gebruikt binnen het scheidingsproces, waardoor beinvloeding van het oppervlaktewater niet optreedt. 5.3 Atmosferische effecten Het transport zal in gesloten leidingen of bakken plaatsvinden, waardoor geen lucht-emissie optreedt. Bij een aantal processen die deel uitmaken van de verwerking van het sediment kunnen a6rosolen vrijkomen. Het betreft het beluchten van de fijne fractie en de scheiding door middel van flotatie. Vluchtige componenten kunnen vrijkomen bij landfarming, ontwateren, beluchten en flotatie. De geurbeleving van de omgeving van de installatie zal naar verwachting niet veranderen. 5.4 Effecten op planten, dieren en ecosystemen Het ~erwerkin~sterrein is in het verleden beplant met riet, dat tijdelijk verwijderd zal worden. De fauna op het vewerkingsterrein zal tijdelijk een ander heenkomen moeten vinden.

Startnocitie milieu-effect - 5.5 Landschappelijke effecten De tijdelijk op te richten scheidings- en reinigingsinstallatie zal zichtbaar zijn vanaf het water en vanaf de Kamperdijk, het dijkje langs de Gelderse oever van het Drontermeer. Daarmee heeft de installatie een tijdelijk visueel effect. Her landschap wordt door deze activiteit niet veranderd. Er zijn daarmee geen effecten op de beleving van het landschap te verwachten.... 5.6 Akoestische effecten De verwerkingsinstallatie is een geluidsbron waardoor enige geluidshinder kan ontstaan. De geluidsemissie dient nader aangegeven te worden.... 5.7 Recreatieve effecten Het verwerkingsterrein heeft geen recreatieve functie. Omdat de verwerking buiten het toeristenseizoen plaatsvindt is er geen hinder voor het toerisme te verwachten. 5.8 Verkeers- en vervoersaspecten. Het transport van de produkten van het scheidings- en reinigingsprocede zal van invloed zijn op het aantal verkeersbewegingen op het industrieterrein nabij het verwerkingsterrein.

6 Procedurele aspecten Deze startnotitie markeert het begin van de milieu-effectrapportage (m.e.r.). De aanmelding door Directie Flevoland van het Directoraat- Generaal Rijkswaterstaat bij het bevbegd gezag Gedeputeerde Staten van provincie Gelderland van de m.e.r.-plichtige activiteit tezamen met het aanleveren van deze startnotitie is de formele start van de procedure. Het bevoegd gezag maakt 66n en ander bekend en draagt ervoor zorg dat de procedures van de vergunningaanvragen gecodrdineerd worden behandeld. De Gedeputeerde Staten van provincie Gelderland treden op als co8rdinerend bevoegd gezag. Vervolgens stellen de Gedeputeerde Staten van provincie Gelderland richtlijnen voor het MER vast, na een inspraakronde en een advies van de Comissie voor de m.e.r. Daarna kan het MER door de initiatiefnemer worden opgesteld. Het MER wordt ingediend tezamen met de aanvragen voor de vereiste vergunningen. Het MER wordt op aanvaardbaarheid beoordeeld en bekend gemaakt door de Gedeputeerde Staten vin provincie Gelderland en vervolgens, na een inspraakronde, getoetst door de Comissie voor de m.e.r.

lokatie Rietveld VELUWEnEER Figuur 1. Situatieschets haven en mogelijke verwerkingslokaties