Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3 voor rekenen: De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties.

Vergelijkbare documenten
Kerndoel Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3. De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties

Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3 voor rekenen: De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties.

Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3 voor rekenen: De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties.

29. Kan ik dat nog ruilen of terug brengen?

32 lessen voor VSO-ZML

Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3 voor rekenen: De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties

Kerndoel Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3. De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties

Kerndoel Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3: de leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties

T-shirts op een rij. Doel van de les - de telrij opzeggen tot en met 20 - terugtellen vanaf een willekeurig getal in het getallengebied

7. Getalkaartjes bij de kralenketting

8. Reizen met de bus

3. Klusjes in school. Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 1: de leerlingen leren hoeveelheidsbegrippen gebruiken en herkennen.

11. Hele en halve uren met klokkaartjes. - dagelijkse activiteiten aan de halve uren koppelen

21. Lichaamslengte, deel 2: in een grafiek

7. Van huis naar school. Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 1: de leerlingen leren hoeveelheidsbegrippen gebruiken en herkennen.

Deze les levert een bijdrage aan het kerndoel: 2 De leerlingen leren rekenhandelingen uitvoeren voor het functioneren in dagelijkse situaties

Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 5: de leerlingen leren omgaan met geld- en betaalmiddelen

1. Wat is de temperatuur vandaag? Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 1: de leerlingen leren hoeveelheidsbegrippen gebruiken en herkennen.

kerndoel 4: de leerlingen leren meten en wegen en leren omgaan met meetinstrumenten, gangbare mate en meeteenheden.

5. Introductie van de standaardmaat liter

Wat zijn er veel soorten thermometers!

9. Aftrekken met de kralenketting

- een lege verpakking van drie ijsjes - eventueel zes ijsstokjes en vijf poppetjes

Kerndoel Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3.1 en 3.2. De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties.

Een recept van de dokter

Eten en drinken in de dierentuin

1. Wat zie je vanuit de lucht?

2. Naar het pretpark!

(hoeveelheden 6 en 10 of 4 en 6 centraal)

LES: Waslijn. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Stapjes maken (zie p. 5) potlood en gum AFBEELDING SPELLETJE

Representeren. 4-8 jarigen

LES: Wie van de drie? 2

Samen appelflensjes bakken

LES: Getallenfabriek 2

Geld verkennen. 4-8 jarigen

LES: Wie van de drie?

Kalender en datumnotatie in een kwartet

Kijk na! Buiten spelen

Rekenen: Getallen groep 5 en hoger. Rekenen en schattingen ontdekken. Algebra groep 5 en hoger. Patronen en relaties ontdekken.

Kerstkoekjes bakken. Voor elke leerling een exemplaar van de Kopieerbladen Kerstkoekjes bakken 1, 2 en 3.

Samen een dierentuin nabouwen. Deze les levert een bijdrage aan het kerndoel: 1 De leerlingen leren hoeveelheidbegrippen gebruiken en herkennen

Katern Geld voor VSO-zml. Auteurs Mariel Cordang Jos ter Pelle. Projectleiding Nina Boswinkel (FIsme) Ineke Ginjaar (CED-Groep) Jos ter Pelle (SLO)

De leerlingen maken aan de hand van een boodschappenlijstje kennis met de formele notatie van breuken.

LES: Vallende sommen. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad "Groter of kleiner" (zie p. 5) potlood en gum AFBEELDING SPELLETJE

Deze activiteit levert een bijdrage aan het kerndoel: 1 De leerlingen leren hoeveelheidbegrippen begrijpen en herkennen

LES: Vallende sommen 3

LES: Eerlijk verdelen

Titel van deze les: Helpende en remmende gedachten 1

LES: Vergroting. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Hoe vaak past het? (zie p. 5) rood kleurpotlood en gum AFBEELDING SPELLETJE

Grafieken jaar. Rekenles over het maken van grafieken. Rekenen. 60 minuten. Weerstation, data, grafieken

Kleuren met getallen Afbeeldingen weergeven

Hoger/lager Ja/nee. Thema: getal oriëntatie. Doel: getallen uitspreken en getallen op de goede volgorde leggen. Groep: 3 t/m 8

LES: Snelle sommen 2. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Snelle stappen (zie p. 5) potlood, 2 verschillende kleurpotloden, gum AFBEELDING SPELLETJE

Thema: Nieuw biljet van vijf euro. Handleiding en opgaven niveau A2. Opgave 1: Samen

Ieder tweetal heeft nodig: Een kopie van de slagschipspelletjes: 1. 1A, 1B voor spel A, 2B voor spel A, 3B voor spel 3

optellen 1 Doel: plaats bepalen op de getallenlijn 2 Doel: optellen met de rekentekens + en 3 Doel: optellen van concreet naar abstract Herhalen

LES: Groepjes maken 2

Speels oefenen. Relaties tussen vermenigvuldigsommen. Vermenigvuldigen

Samenhang tussen kilogram en gram (spel)

3. Delen oefenen: De groepjes van 2 verzinnen een eigen melodie en noteren deze op de melodiekaartjes. Ze oefenen dit op hun instrument.

Samenhang tussen liter en deciliter, centiliter en milliliter (spel)

Handleiding en opgaven niveau AA. Opgave 1: Samen

Thema: De watersnoodramp. Handleiding en opgaven niveau A1. Opgave 1: Samen

Bee-bot lessen Introductie in de klas

Thema: Weekblad Donald Duck 60 jaar. Handleiding en opgaven niveau A1. Opgave 1: Samen

8 lessen voor VSO-ZML

1. CIJFERSPEL 2. DOBBELEN

Hier ben ik (lessenserie Omgaan met pesten)

Lesideeën beroepenkaarten WERKEND NEDERLANDS

Spin je slim in de onderbouw!

De Kunstenaar. Korte lessenserie bij het gelijknamige prentenboek. Doelgroep Groep 6-8. Leerdoelen

Onderdeel nummer 5 Breuken, procenten, kommagetallen en verhoudingen

MAAL- en DEELTAFEL van ZES

Inleiding Tijdens deze les maken de leerlingen een programma om een bericht in morsecode te versturen en ontcijferen ze gecodeerde berichten.

ontdekken de kinderen hoe een regenboog ontstaat en maken daarbij aantekeningen.

Themales: met handen en voeten taalvrijwilliger/docent werkblad: Geef me de vijf. werkblad: Een handje helpen.

Binair rekenen. unplugged

LES: Vier op een rij. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Vier op een rij (zie p. 5) kleurpotloden, potlood en gum AFBEELDING SPELLETJE

Van een verdeling naar een stambreuk

Lesopbouw: instructie. 2 Instructie. 1 Start. Blok 4 Week 2 Les 1

Thema: de mosasaurus. Handleiding en opgaven niveau A2. Opgave 1: Samen

Strategieën bedenken om ongestructureerde hoeveelheden te schatten. liniaal, potlood kopieerblad Olifanten 1970 en 1989

Tijd Activiteit Leerling Activiteit Docent Hulpmiddelen Opening Het IOP met persoonlijke leerdoelen (opnieuw) bespreken.

LESBRIEF LES 1 DE VOEDSELKETENLES SAMENVATTING LES 1 VOORBEREIDING BENODIGDHEDEN DUUR LESDOELEN LINK ZAAKVAKKENINHOUD. Wat is voedselverspilling?

(Eerlijk) verdelen, breuken (taal), meetkunde, meten

Kern 6: geit-pauw-duif-ei

Gebruik het vragenmachientje en bedenk een onderzoeksvraag

BAS KUNSTLER SCHRIJFT

Winkelen in het bos?

maken de kinderen een elfje, een gedicht met 11 woorden, rondom dit thema.

Thema: de mosasaurus. Handleiding en opgaven niveau A1. Opgave 1: Samen

LES: Betaal gepast 2. inzicht ontwikkelen in deelbaarheid en factoren van getallen. BENODIGDHEDEN Per leerling

Preventie rekenproblemen door effectief rekenonderwijs in de groepen januari 2015

Gebruiken en begrijpen van de formele breuknotatie.

Taalgerichte les Formules

Themales geluid taalvrijwilliger/docent werkblad een vreemd geluid, werkblad de stam vinden, werkblad spelen met de stam werkblad: een vreemd geluid

China. Stadsgeluiden in China. 3 lessen rond geluiden in een Chinese stad. Vakgebied: Muziek. Lesduur: 60 minuten per les

Werkblad. LES 9: Ouders. GROEP 5-6. Bijlage 1. Rood actief inspannen/ sporten. Oranje middelmatig inspannen.

Beste ouders, Team Weemewereld

Transcriptie:

7. In welke maand is dat gekocht? Leeftijdsgroep Kerndoel Leerstofonderdeel Doel van de les Ongeveer 12-16 jaar Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3 voor rekenen: De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties. 3.3.9 de maanden van het jaar in goede volgorde 3.3.9 verschillende notaties van data herkennen 3.3.9 kalenderfeiten kennen 3.3.11 een datum op verschillende manieren noteren en lezen Kennis maken met de notatie van de maanden in getallen Benodigdheden - kassabonnen met datumnotatie in getallen - werkblad 1: schrijf het juiste getal achter de maand - werkblad 2 en 3 kunnen eventueel ook in een volgende les Korte samenvatting Organisatie Activiteiten 10-3-2009 De leerlingen oefenen de plaats en de betekenis van het getal dat staat voor de maand. Tijdens de introductie en de kern zit de groep in de kring rondom een tafel. De verwerking gebeurt in tweetallen. Introductie: Hang twee kaarten op het bord waar op de ene kant staat geschreven: 10-3-2009 en 10-9-2009. Vraag aan de leerlingen of ze weten wat er op het blad staat geschreven. Wat zou het kunnen zijn? Vraag de leerlingen of de beide kaarten hetzelfde zijn, wat is er anders en wat is hetzelfde? Begrijpen ze dat het staat voor een datum? Weten ze wat het betekent? Komen de leerlingen weleens een datum tegen? Kunnen ze voorbeelden noemen? Kern: Weten de leerling waarom er 3 keer getallen staan en waar die streepjes voor dienen? Waar staan dat eerste, tweede en derde getal voor? Draai de kaarten om. De leerlingen zien nu staan 10 maart 2009 en 10 september 2009. Laat de leerlingen ontdekken dat deze data ook uit 3 stukken bestaan, trek er een cirkel omheen. Laat de data oplezen. Als het getal 3 hetzelfde is als maart, wat zou dat nou kunnen zijn? Is er een vermoeden dat maart derde maand van jaar is? Ga samen met de groep de maanden op het bord schrijven, achter elkaar en laat dat vervolgens tellen van 1 tot 12. Wat valt de leerlingen op? Als de groep het spontaan niet opmerkt, vraag dan een Rekenboog.zml, Kalender, april 2011 32

leerling de getallen onder de maanden te schrijven. Laat de kaarten nog eens zien. Is het nu duidelijk waarom het getal 3 voor de maand maart staat? Klopt het ook met het getal 9 voor de maand september? Doe samen met de groep een spelletje: Eén van de leerlingen noemt een maand en de anderen mogen het getal van die maand zeggen. De volgende leerling noemt een getal, waarna de leerlingen de bijbehorende maand mogen zeggen. Wat vinden de leerlingen moeilijker? Eerst het getal of eerst de maand? Verwerking: Vraag de leerlingen werkblad 1 te maken. Ze zoeken dezelfde betekenissen bij elkaar. Bijvoorbeeld: bij de maand januari schrijven ze in de tweede kolom het getal 1. Afsluiting: Bespreek het werkblad met de hele groep. Aandachtspunten Differentiatie Vervolgactiviteiten Sommige leerlingen halen de 3 onderdelen dag-maandjaar door elkaar. Oefen, zo mogelijk, met deze leerlingen dagelijks door ze op elk werkblad de datum te laten noteren op twee manieren. Makkelijker - hang een blad op met de maanden januari tot en met december, met het getal erachter geschreven en laat de leerlingen met behulp van dit blad de opdracht maken Moeilijker - schrijf bijvoorbeeld 02 in plaats van 2 voor de maanden januari tot en met september - gebruik data met het afgekorte jaartal zoals '09 i.p.v. 2009 - laat een feestdag uit een agenda kiezen en vraag deze datum in getallen opschrijven In welke maand (getal) is elke leerling uit de groep jarig? Welke maand zie ik op de kassabon? Welke maand lees ik op diverse verpakkingen van levensmiddelen? Wat is mijn geboortedatum? Rekenboog.zml, Kalender, april 2011 33

Werkblad 1: Zet het getal van de maand erachter januari juni december augustus februari september oktober maart mei april augustus november Rekenboog.zml, Kalender, april 2011 34

Werkblad 2: Schrijf de juiste maand achter het getal. 8 12 4 7 9 6 2 10 3 1 11 Rekenboog.zml, Kalender, april 2011 35

Werkblad 3: Omcirkel de maand en schrijf de maand erachter in letters 22-2-2009 15-9-2009 1-2-2009 20-6-2009 11-4-2009 29-8-2009 4-4-2009 26-1-2009 6-10-2009 31-12-2009 3-7-2009 12-11-2009 Rekenboog.zml, Kalender, april 2011 36