Groep 5/6 - De leerling kent de basisregels, nu worden de regels verder uitgebreid. Ook deze moet de leerling kunnen toepassen.

Vergelijkbare documenten
LES 38 GROEP: 3 t/m 8 Handstand, mikken, over de kop gaan

LES 23. GROEP: 3 t/m 8 Bewegen op muziek.

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 Trefbal

LES 21. GROEP: 3 t/m 8 Springen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN: Groep 3/4. Freerunning:

LES 39 GROEP: 3 t/m 8 Springen, Hardlopen, Doelspelen DOELSTELLINGEN:

LES 7. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, tikspelen, springen.

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 Trefbal DOELSTELLINGEN:

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL

- De leerling gooit de bal op het moment dat er een grote kans is om een loper te raken.

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL DOELSTELLINGEN:

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 VOETBAL.

LES 3. GROEP 3 t/m 8 HANDBAL. DOELSTELLINGEN:

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL.

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON

LES 42. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, springen, doelspelen

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 HOCKEY.

LES 16. GROEP: 3 t/m 8 Over de kop gaan, Mikken, Hardlopen.

LES 9. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, klimmen, mikken DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 Balanceren, jongleren, doelspelen. DOELSTELLINGEN:

Uitwerking vrije lessen

LES 31. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, Hardlopen, Mikken. DOELSTELLINGEN:

Inleiding. Kern A B A B A B A B A B A B A B. Groep 7 en 8 Les 1 Klassikale les. Kerndoel

LES 41. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Springen, Doelspelen

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

LES 26. GROEP: 3 t/m 8 Sportspelen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL. DOELSTELLINGEN:

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 Trefbal, de basis.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

LES 27. GROEP: 3 t/m 8 Balanceren, Tikspelen, Jongleren.

Les 3. GROEP: 3 t/m 8 Doelspelen, springen, balanceren

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 VOETBAL. DOELSTELLINGEN:

LES 17. GROEP: 3 t/m 8 Over de kop gaan, Doelspelen, Tikspelen.

LES 4. GROEP: 3 t/m 8 Balanceren, tikspelen, stoeispelen.

- De leerling kan een medeleerling veilig heen en weer laten zwaaien.

LES 15. GROEP: 3 t/m 8 Over de kop gaan, Stoeispelen, Tikspelen.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON

Maak de afstand kleiner. Maak de afstand groter. Te makkelijk? afstand in een rechte lijn zo snel

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 5 6

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

SPEL 1. Kangoeroe buidel-dief. Doel: Uitleg: Te moeilijk? Te makkelijk?

Sporttoernooi. KoningsspelenPakket

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL

Inhoudsopgave. Inleiding. Legenda. Les 1 Gezonde voeding Les 2 Schijf van Vijf Les 3 Kcal en Bewegen. Onderdeel van FetFit 2

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 7 8

LES 34. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, tikspelen, Stoeien. DOELSTELLINGEN:

LES 2 GROEP: 3 t/m 8 ATLETIEK DOELSTELLINGEN:

LES 6. GROEP: 3 t/m 8 Balanceren, springen, tikspelen.

GiGa Bewegingsonderwijs Leerlijn

Aankleding: ballonnen, slingers, rode neuzen, jongleerspullen,

Groep 3/4 - De leerlingen houden de hockeystick op de juiste manier vast. - De leerlingen kennen de regels wat betreft de veiligheid van hockey.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON

Het spellenboek. De plaatjes laten zien wat je bij elk spelletje nodig hebt. Hieronder zie je wat elk plaatje betekent:

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

LES 30. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Klimmen, Mikken. DOELSTELLINGEN:

Softbal. LOCATIE : Quick 20 veld 2. Makkelijk om te weten:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 Springen, tikspelen, jongleren. DOELSTELLINGEN:

LES 32. GROEP: 3 t/m 8 Over de kop gaan, Tikspelen, Balanceren.

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON DOELSTELLINGEN:

LES 5. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, tikspelen, balanceren.

LES 37. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, springen, mikken. DOELSTELLINGEN:

Workshop honkloopspelen Wim van Gelder Zwolle, 14 mei Algemeen

Circus les 1. Doelen:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON

LES 36. GROEP: 3/4 Over de kop gaan, Klauteren, Tikspelen.

Inleiding. Kern. Groep 3 en 4 Les 1 Klassikale les. Kerndoel

Doelgroep: groep 7/8. Ontwikkelt en bedacht door: Renske Brouwer, Lisette Centen, Maud Löring en Inge Vogelsangs

Gymrooster groep 3 Opgesteld voor 20 weken, dus twee keer in het jaar uitvoeren Elske Schudde CZ 09/10

Tik me dan als je kan!

LES 24. GROEP: 3 t/m 8 Reis rond de wereld. Groep 3/4 - De leerlingen werken tijdens de reis met elkaar samen. Ze krijgen een groot groepsgevoel en

Op vakantie les 8. Doelen: punt. vindt.

Aankleding: koffers, zwembadje (bij mooi weer), strandballen, opblaas materiaal, parasol

7&8. Sportles groep 7 & 8 Lekker in je vel? Jouw veiligheidsplan. Over deze les. Wat heeft u nodig?

Warming up. Shuttle tikkertje. Hoe lang? Doel van het spel Wat heb ik nodig? Organisatie. Start. Speelregels Hoe maak ik het makkelijker?

Prinsen en prinsessen les 2. Doelen:

LES 14. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Tikspelen, Afgooispelen. DOELSTELLINGEN:

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

POULEINDELING GROEP 5 & 6

Op vakantie les 9. Doelen: zich snel te verplaatsen. handen. punt. (open ruimte opzoeken)

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken

Aankleding: speelgoed zwaarden, kroontjes, prinsen- en prinsessenkleding

Regels: Score = punt voor doelpuntenmaker; iedereen blijft wel meedoen Bal mag niet hoger dan de hoogte van het doeltje (= pylon).

Introductiebasis Duokorfbal ACTIVITEIT ARRANGEMENT REGELS Éénderde van het veld bij ong. 8 kinderen,

LES 28. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Springen, Tikspelen

LES 20. GROEP: 3 t/m 8 Springen, Tikspelen, Zwaaien

Richt je op 1 groep bij de finish, de plekken die overblijven zijn van de andere groep. Elke groep/leerling sprint twee keer.

Blok 1 les 7 Groep 3,4

Warming-up Dit is voor alle groepen geschikt: de warming-up bestaat uit verschillende trucjes met de bal.

Pietengymles. Kun jij een echte hulppiet worden? Doe de oefeningen en verdien een pietendiploma!

Methodiek softballen

Deze warming up is geschikt voor alle groepen. De warming up bestaat uit verschillende baloefeningen die hieronder worden beschreven:

1. CLINIC met SNAG clubs en doelen. 15 min - Estafette slalom (Spelenderwijs Leren 1: les 01) met Rollerama

Inleidende spelletjes

TRAININGSPROGRAMMA HIGH-INTENSITY INTERVAL TRAINING

Op vakantie les 5. Doelen:

Circus les 8. Doelen:

Lesbrief 1 VEILIG LEREN VALLEN VOOR LEERLINGEN IN HET BASISONDERWIJS

Transcriptie:

LES 11. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Bewegen op muziek: - De leerlingen kunnen de Leeuwenkoning dans vrij door de zaal uitvoeren waarbij het accent ligt op het nadoen van bewegingen en uitbeelden van expressies. Honk- en rondloopspelen - De leerlingen gooien de bal weg en gaan meteen zakjes halen. Dit gaat in hoog tempo. Groep 5/6 - De leerling kent de basisregels, nu worden de regels verder uitgebreid. Ook deze moet de leerling kunnen toepassen. - De leerling kan met andere leerlingen samenwerken tijdens het veldspel. Er wordt slim gespeeld. Groep 7/8 - De leerling kent de basisregels, nu worden de regels verder uitgebreid. Ook deze moet de leerling kunnen toepassen. - De leerling kan met andere leerlingen samenwerken tijdens het veldspel. Er wordt slim gespeeld.

LES 11. GROEP: 3 t/m 8 HET MATERIAAL: Groep 3/4 Inleiding: - Muziek cd - Radio Let op! Beide zelf meenemen! Kern 1: - Uitwerking Leeuwenkoning dans. - De Leeuwenkoning dans - Radio. Afsluiting: - 3 foamballen Kern 2: - 10 hoepels - Bak met pittenzakjes - 5 tennisballen Groep 5/6 Inleiding: - Al het materiaal dat klaar staat voor de kern. - 2 banken - 8 hoepels - 1 korf - 1 turnmat of 4 pionnen in een vak - 10 pionnen - 3 stokken - 6 paaltjes - 1 tennisbal - 1 slagplankje (plat) Afsluiting: - 2 lintjes - 3 blokjes naast de slagbank - Scorebord Groep 7/8 Inleiding: - Al het materiaal dat klaar staat voor de kern. - 2 banken - 8 hoepels - 1 korf - 1 turnmat of 4 pionnen in een vak - 10 pionnen - 3 stokken - 6 paaltjes - 1 tennisbal - 1 slagplankje (plat) Afsluiting: - 2 lintjes - 3 blokjes naast de slagbank - Scorebord

LES 11. GROEP: 3 t/m 8 OPSTELLING VAN HET MATERIAAL: Groep 3/4 Groep 5/6/7/8

LES 11. GROEP: 3/4 INLEIDING: Rennen op de muziek. - Zet de muziek aan. - De leerlingen huppelen op de maat van de muziek. - Gaat de muziek uit, dan staan de leerlingen meteen helemaal stil. Tip: - Vinden de leerling het lastig om in de maat te huppelen? o Meeklappen o Achter iemand laten huppelen die in de maat huppelt. o Meestampen met de muziek KERN 1: De Leeuwenkoning dans. - Op de volgende pagina s staat de uitgewerkte versie van de Leeuwenkoning dans. Voer iedere keer een deel uit, herhaal dit vaak en voeg steeds een nieuw deel toe. Volgorde van aanleren: o De stukken waar sluipen in voorkomt, Deel C en Deel E (huppelen). De rest is schudden met de staart. (1x) o Toevoegen deel B (vangen prooi) (1x) o Toevoegen deel D (1x) o Toevoegen deel F (1x) o Alles aan elkaar plakken en de hele dans dansen. Tips: - Vraag de leerlingen of ze de Leeuwenkoning kennen en wat een leeuw allemaal doet. - Doe alle stukken mee en laat de leerlingen je nadoen (geef aan wat er komt) - Als het goed gaat zeg je minder en als het heel goed gaat doe je stukjes niet meer mee (kijk of de leerlingen muzikale stukken herkennen) KERN 2: Honk- en rondloopspelen. - Er zijn twee teams. Een slag /werppartij en een veldpartij. - Van de werppartij gaan 4 leerlingen met een tennisbal in de hoepel staan. Op het teken van de leerkracht gooien zij allemaal de tennisbal zo ver mogelijk in de zaal. - Vervolgens proberen ze zoveel mogelijk zakjes te halen en in hun hoepel te leggen. (1 voor 1) - De veldpartij pakt z.s.m. alle ballen en doet ze in de doos. - Als alle ballen in de doos zitten fluit de docent en mogen er geen zakjes meer gepakt worden. - Zakjes tellen, zakjes terug leggen en dan mogen de volgende 4 Tips: Benadruk dat de kinderen met de bovenhandse strekworp gooien (schuin klaarstaan met de bal in je achterste hand, andere arm gebruiken om de mikken/sturen) Wissel van functie als iedereen 1x is geweest (bij een kleiner groepje kun je ook na 2x of 3x doen) AFSLUITING: Iemand is hem, niemand is hem. - In het spel zijn 3 zachte ballen. - Iedereen mag elkaar afgooien. Je bent af als de bal direct je lichaam raakt. Hoofd is heilig. - Afgegooid is naar de bank, 3 is te veel. Tips - Speciale meidenbal, waar meiden alleen mee mogen gooien.

LES 11. GROEP: 3/4 Nederlandse versie, Jij bent de koning. Deel A: 4x8 tellen o Sluipen door de zaal Deel B: (herhalen na D) o Tel 1-2 Klauw + stap links o Tel 3-4 Klauw + stap rechts o Tel 1-2 2 klauwen met sprong o Tel 3-4 2 klauwen met sprong 1x8 tellen o Zo groot en sterk als een leeuw stappen op de plaats 2x8 tellen o Herhaal eerste 4x4 tellen Deel C: (herhalen na B daarna naar E) 1x8 tellen o Schudden met je staart 1x8 tellen o Rondje lopen o Terug op je plaats komen Deel D: o Tel 1-2 Manen rechts kammen o Tel 3-4 Manen links kammen o Tel 1-2 Schudden met je manen o Tel 3-4 Schudden met je manen 1x8 tellen o Herhaal eerste 2x4 tellen 2x8 tellen o Sluipen door de zaal o Terug op je plaats komen Deel B: Herhalen Deel C: Herhalen Deel E: 2x8 tellen o Huppelen door de zaal

LES 11. GROEP: 3/4 Deel F: o Kijken naar links (hand bij je voorhoofd) o Stap naar rechts o Klein maken o Groot maken 3x8 tellen o Sluipen door de zaal 2 x 8 o 1 X 8 o 1 x 8 o Grote stappen zetten door de zaal en je klauwen in de aanslag (1 stap = 2 tellen) Trommelen op de grond Eigen stoere eindhouding

LES 11. GROEP: 5/6 Slagbal met hindernissen. INLEIDING: De leerkracht doet de hele baan een keer voor. De leerlingen lopen de baan een aantal keer achter elkaar. Niet te snel achter elkaar vertrekken. SLAGBAL met hindernissen. Organisatie: - Verdeel de leerlingen in twee gelijke groepen. - De ene partij is de veldpartij, deze mag op de veldbank gaan zitten. De andere partij wordt de slagpartij, deze gaan op de slagbank zitten. - De leerlingen van de veldpartij moeten zo snel mogelijk de bal in de korf zien te krijgen. - De slagpartij gaat proberen langs zo veel mogelijk hindernissen en honken te lopen. Spel 1. - Leerling 1 slaat met het plankje en de bal in zijn hand of de bal op de pion, de bal het veld in. De bal moet over de lijn komen. - Daarna gaat de leerling langs alle honken. - De veldpartij moet de bal zo snel mogelijk naar de brander gooien, de brander brandt de bal in de korf. Op dat moment moet de loper bij een honk staan, anders is hij uit. Bij het eerste spel mag de leerling nog wel in het spel blijven. - Uit is een blokje om, 3 blokjes om is wisselen. - Iedere leerling die binnenkomt, is een punt. Spel 2. - Zelfde regels als spel 1, maar met extra regels. - Uit is nu af, de leerling mag niet meer in het spel blijven en moet gaan zitten op de bank. - Wordt er een vangbal gemaakt door de veldpartij, dan krijgen zij een extra punt. De loper mag nog doorlopen. - Wisselen na 3 uit. Spel 3: Mini wedstrijd. - Spel met tijd. Iedere partij 3 minuten. Wie maakt er de meeste punten? - Uit is nu ook een extra punt voor de veldpartij. De hindernissen. 1. In iedere hoepel 1 voet. 2. Slalommen tussen de pionnen door. 3. Over de stokken springen. 4. Door de twee hoepels heen. Afsluiting. Lijnentikkertje. Al het materiaal mag blijven staan. - De leerlingen en de tikkers moeten over de lijnen lopen. - Komen ze een hindernis tegen, dan moeten ze dezelfde opdracht daar uitvoeren als bij het slagbal. - Getikt is naar de bank.. - Tikker van de lijn af = iedereen vrij!

LES 11. GROEP: 7/8 Slagbal met hindernissen. INLEIDING: De leerkracht doet de hele baan een keer voor. De leerlingen lopen de baan een aantal keer achter elkaar. Niet te snel achter elkaar verteken. SLAGBAL met hindernissen. Organisatie: - Verdeel de leerlingen in twee gelijke groepen. - De ene partij is de veldpartij, deze mag op de veldbank gaan zitten. De andere partij wordt de slagpartij, deze gaan op de slagbank zitten. - De leerlingen van de veldpartij moeten zo snel mogelijk de bal in de korf zien te krijgen. - De slagpartij gaat proberen langs zo veel mogelijk hindernissen en honken te lopen. - Om de snelheid te verhogen kan de slagpartij met 2 lopen. 1 slaan en samen het parcours lopen. Spel 1. - Leerling 1 slaat met het plankje en de bal in zijn hand of de bal op de pion, de bal het veld in. De bal moet over de lijn komen. - Daarna gaat de leerling langs alle honken. - De veldpartij moet de bal zo snel mogelijk naar de brander gooien, de brander brandt de bal in de korf. Op dat moment moet de loper bij een honk staan, anders is hij uit. Bij het eerste spel mag de leerling nog wel in het spel blijven. - Uit is een blokje om, 3 blokjes om is wisselen. - Iedere leerling die binnenkomt, is een punt. Spel 2. - Zelfde regels als spel 1, maar met extra regels. - Uit is nu af, de leerling mag niet meer in het spel blijven en moet gaan zitten op de bank. - Wordt er een vangbal gemaakt door de veldpartij, dan krijgen zij een extra punt. De loper mag nog doorlopen. - Wisselen na 3 uit. Spel 3: Mini wedstrijd. - Spel met tijd. Iedere partij krijgt 3 minuten de tijd. Wie maakt er de meeste punten? - Uit is nu ook een extra punt voor de veldpartij. De hindernissen. 5. In iedere hoepel 1 voet. 6. Slalommen tussen de pionnen door. 7. Over de stokken springen. 8. Door de twee hoepels heen. Afsluiting. Lijnentikkertje. Al het materiaal mag blijven staan. - De leerlingen en de tikkers moeten over de lijnen lopen. - Komen ze een hindernis tegen, dan moeten ze dezelfde opdracht daar uitvoeren als bij het slagbal. - Getikt is naar de bank.. - Tikker van de lijn af = iedereen vrij!