s t u d i e Mobiliteit Mobiliteit OIVO, september 2011

Vergelijkbare documenten
De alternatieve geschillenregelingen

Perceptie van de fiscaliteit

Doelstellingen. Aantal bezoekers, koopgedrag, types aankopen die gedaan worden en evolutie. Sociaaldemografische variabelen.

s t u d i e Perceptie van GGO s Perceptie van GGO s Juli 2011

Consumenten en rookmelders Consumenten en rookmelders

s t u d i e De markt van de dood De markt van de dood Oktober 2011

s t u d i e De markt van de dood De markt van de dood Oktober 2010

s t u d i e Prijzen en winkels Prijzen en winkels April 2010

s t u d i e Jongeren en media Jongeren en media November 2011

s t u d i e Jongeren en media Jongeren en media OIVO, januari 2009

Jongeren en vrijetijdsbesteding

Doelstellingen. Keuzecriteria voor de voedingsproducten, non-foodproducten, voedingswinkels, nonfoodwinkels. Sociaaldemografische variabelen.

s t u d i e De vleesconsumptie De vleesconsumptie Augustus 2011 Studie uitgevoerd met de steun van Wallonië

s t u d i e Ouders en kinderen Ouders en kinderen Maart 2009

De voedingswaarde-etikettering

De voedingswaarde-etikettering

De bekendheid van de solidaire economie

1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft.

Het doel van deze studie bestaat erin de perceptie te evalueren die de consumenten van de gezondheidsinformatie hebben:

s t u d i e Jongeren en internet Jongeren en internet OIVO, januari 2010

Mobiliteitsclub VAB onderzoek jongeren en mobiliteit

Consumer Behavior Monitor

Eerste resultaten van de Monitor-enquête over de mobiliteit van de Belgen

De consumenten en justitie

Methodologie. Kwantitatieve studie

PERSBERICHT Brussel, 15 mei 2017

Referentie Vandercammen, M. (2009). Jongeren en kansspelen. Brussel: OIVO.

De honden en katten van de Belgen

PERSBERICHT Brussel, 28 maart 2013

verkeer veilige veiligheid verbindingen BIJLAGE 6: TAG CLOUDS MOBILITEIT staat stad stiptheid stress tijd tram trein treinen uur veilig

PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014

Kunstlaan 47-49, 1000 BRUSSEL Eric AERDEN Vooruitgangsstraat 56, 1210 BRUSSEL T GSM Persbericht

Alternatieve vervoermiddelen voor de luchtvaart

VAB-Mobiliteitsbarometer: 50-plussers

Rookgedrag in België


Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Luk Joossens, Stichting tegen Kanker, tel.: 02/ , gsm:

Jongeren en vrijetijdsbesteding

Resultaten fietsenquête

Merkketens, winkels en consumenten

Uw rechten als treinpassagier in Europa

De honden en katten van de Belgen

UW RECHTEN ALS TREINPASSAGIER IN EUROPA

De Eurobarometer van het Europees Parlement (EB/EP 79.5)

Pendelarbeid tussen Gewesten en provincies

Digitale (r)evolutie in België anno 2009

Vervoer in het dagelijks leven

DE BROODPRIJS. November Stichting van openbaar nut REPRODUCTIE TOEGELATEN MITS VOORAFGAAND AKKOORD VAN DE UITGEVER EN BRONVERMELDING.

10 SAMENVATTING Schets van de steekproef Kencijfers huishoudens Kencijfers personen

PERSBERICHT CIM 22/04/2015

Eurobarometer Standaard 82. DE PUBLIEKE OPINIE IN DE EUROPESE UNIE Najaar 2014 NATIONAAL RAPPORT BELGIË

Planningsmodellen beroepsbeoefenaars. gezondheidszorg

Mobiliteit & duurzaamheid Leaserijder wordt steeds duurzamer.

s t u d i e Jongeren en geld Jongeren en geld OIVO, mei 2006

De positie van de Vlaamse kust op de Belgische reismarkt

Standaard Eurobarometer 84. Die publieke opinie in de Europese Unie

Nationale Verkeers ONveiligheids enquête 2019

Woon-werkverkeer drijvende kracht achter groei mobiliteit

Enquête. Dienstregeling naleven. 12 Test-Aankoop 559 december 2011

ONDERZOEK NAAR DE GRENSOVERSCHRIJ- DENDE BEZOEKERSSTROMEN IN DE EUREGIO SCHELDEMOND UITLEG GEMEENTELIJKE FICHE

Resultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

2. Vervoer van deur tot deur

5. Ter beschikking stellen van een bedrijfswagen

Klanttevredenheid WMO vervoer Opsterland 2013

OPINIEPEILING. Het eten van foie de feestdagen. January

1 op 4 West-Vlamingen fietst regelmatig naar het werk

Tabel 69: Verdeling van het gavpppd volgens geslacht en hoofdvervoerswijze. meerdere verplaatsingen heeft gemaakt.

Voor het eerst heeft een autonome shuttle zonder bestuurder op de openbare weg gereden in ons land

LANDELIJKE FACTSHEET. 1. Hoofdpunten en kansen voor beleid. Beter Benutten. Gedragsmeting 2016

BRUSSEL HERADEMT. Vanaf 2018 worden de meest vervuilende voertuigen geleidelijk aan geweerd uit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Nieuwsbrief burgerpanel Overschie

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen ( ) Analyserapport

DEEL 1: Mobiliteit en Verkeersveiligheid in Vlaanderen. Universiteit Hasselt Bachelor- en master Verkeerskunde


Jongeren en vrijetijdsbesteding

Straten in Groningen

Offerte ivm de Politieke Doorlichting

Buurt- en dorpsenquête Openbaar vervoer

ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 17 oktober Armoede in België

3.3 Kennis m.b.t. klimaatverandering

Bevraging brilbezit en brilgebruik in de wagen bij een representatieve Belgische steekproef R NL

Profiel van de UVW-WZ: vergelijking 2004/ 2013

PERSBERICHT Brussel, 25 juni 2013

BIJLAGE 1: Frequentietabellen

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen ( ) Analyserapport

Resultaten voor België Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

Kerncijfers. 1. Personenmobiliteit. Personenmobiliteit

5 mei Onderzoek: Vliegverkeer in Nederland

De invloed van de residentiële mismatch op het verplaatsingsgedrag in Vlaanderen

EOS GALLUP EUROPE. Consumer survey Flash EB 117. Januari Ref. : Y007\Rapport\Studierapport I0973

ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010

PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015

ANWB Kiezen voor mobiliteit 0-meting. conclusies

De evolutie in TV- en video-kijken op nieuwe schermen. CIM Other Screen Monitor

Samenvatting van de studie uitgevoerd door CO 2 logic in opdracht van de MIVB

Mobiliteit en gezinnen. Resultaten van de enquête juli - augustus 2010

Digitale (r)evolutie in België anno 2010.

Rookgedrag in België

Bijna 7 Belgische werknemers op 10 hebben een goed evenwicht tussen werk en privéleven

Transcriptie:

s t u d i e Mobiliteit Mobiliteit OIVO, september 2011

Inhoud 1. Doelstellingen 2. Methodologie 3. Keuzecriteria voor een vervoermiddel 4. Vergelijking volgens stiptheid 5. Vergelijking volgens veiligheid 6. Vergelijking volgens milieuvriendelijkheid 7. Vergelijking volgens reisgemak 8. Vergelijking volgens aantrekkelijkheid 9. Voordelen volgens vervoermiddel 10. Perceptie van mobiliteit in de toekomst 11. Verre verplaatsingen 12. Conclusies 2

Doelstellingen De gedragspatronen en de percepties van de consumenten bestuderen met betrekking tot mobiliteit, de perceptie van 3 vervoermiddelen (trein, vliegtuig, auto) vergelijken. De perceptie van de consumenten over de evolutie van deze gedragspatronen analyseren. 3

Methodologie Kwantitatieve studie 613 kwantitatieve interviews, telefonisch afgenomen in België van mensen van 18 jaar en ouder. Field: februari 2011. Aselecte gelaagde gecorrigeerde steekproef. De resultaten hebben de gepaste statistische bewerkingen ( 2, Student en normale wet) ondergaan. De totale foutmarge op de steekproef bedraagt 4,04%. Enkel de betekenisvolle resultaten worden voorgesteld. Elk gegeven werd echter geanalyseerd in functie van het geslacht, de grootte en samenstelling van het gezin, de locatie, het type woonomgeving, de sociale groep, hoofdverantwoordelijke voor de aankopen (HVA) of niet, de materiële deprivatie-index. 4

De keuzecriteria voor een vervoermiddel 87% Waaraan hecht u het meeste belang wanneer u uw reisvervoermiddel kiest? Niet zelf moeten rijden Reissnelheid Autonomie tijdens het verblijf Stiptheid 52% 49% Geen tijdsdruk Prijs Reiscomfort 86% 85% 80% 79% Bijna 9 op de 10 consumenten vinden stiptheid, comfortabel reizen en autonomie tijdens het verblijf de bepalende criteria bij het kiezen van een vervoermiddel. Voor 8 op de 10 consumenten is de prijs en de snelheid belangrijk bij de keuze van een vervoermiddel. Iets meer dan de helft van de bevraagde consumenten hecht waarde aan reizen zonder tijdsdruk, minder dan de helft waardeert niet zelf te hoeven rijden. Basis: respondenten. 5

Verschillen volgens profiel Stiptheid (87%) Franstaligen vinden stiptheid talrijker belangrijk (96%), net als consumenten van 18 tot 39 jaar (94%). Gepensioneerden hechten minder belang aan de naleving van uurroosters (75%). Hetzelfde geldt voor inwoners van Vlaamse steden (70%) en leden van gezinnen met kinderen (80%). Reiscomfort (86%) Leden van gezinnen met twee ouders zijn veeleisender qua reiscomfort (92%). Autonoom kunnen blijven tijdens het verblijf (85%) Franstaligen en Nederlandstaligen hechten niet evenveel belang aan dit criterium. Voor 94% van de Franstaligen is autonomie van kapitaal belang, bij Nederlandstaligen is dit slechts 79%, in het bijzonder bij inwoners van Vlaamse steden (56%). Consumenten van 30-39 jaar (95%) en leden van gezinnen met 3 personen (96%) delen de mening van de Franstaligen. Bij de 65-plussers hecht 69% belang aan de autonomie die een eigen vervoermiddel biedt. Bij leden van gezinnen met kinderen is dat 77%. 6

Verschillen volgens profiel De prijs (80%) De prijs is een belangrijk keuzecriterium voor Brusselaars (89%), de leeftijdsgroep van 18-29 jaar (90%) en leden van gezinnen met 5 personen (94%). De reissnelheid (79%) De consumenten van 65 en ouder (66%) en de inwoners van Vlaamse steden (47%) kiezen hun vervoermiddel minder vaak op basis van de reissnelheid. Leden van gezinnen met 3 personen (91%) en Nederlandstaligen die in een landelijke gemeente wonen (90%) vinden dit een zeer belangrijk criterium. Geen tijdsdruk (52%) Vooral Brusselaars vinden het belangrijk niet beperkt te worden door uurroosters (67%). Vlaamse stedelingen (41%), inwoners van Vlaamse landelijke gemeenten (39%), leden van gezinnen met kinderen jonger dan 12 jaar (41%) en van gezinnen met kinderen van 12 tot 17 jaar (38%) vinden dit minder belangrijk. Niet zelf moeten rijden (49%) Vrouwen (58%) en Brusselaars (66%) appreciëren het niet zelf te moeten rijden. Inwoners van Vlaamse steden (28%) en leden van gezinnen met kinderen (40%) vinden dit minder belangrijk. 7

Vergelijking volgens stiptheid 12% Welk van de volgende vervoermiddelen is volgens u het meest stipte? 9% 29% 50% De helft van de geïnterviewde consumenten vindt dat de auto het meest stipte vervoermiddel is. De consumenten associëren stiptheid vaak met persoonlijke controle over de verplaatsing. Minder dan 3 op de 10 personen vinden dat het vliegtuig het stiptst is, terwijl de trein minder dan 1 op de 10 stemmen krijgt. Volgens meer dan 1 op de 10 consumenten is geen van deze drie vervoermiddelen stipt. Auto Vliegtuig Trein Geen enkel Basis: respondenten. 8

Verschillen volgens profiel Auto (50%) De verkeerssituatie in Brussel ziet er niet goed uit: slechts een kwart van de consumenten vindt de auto er het meest stipte vervoermiddel. Een gelijkaardig resultaat zien we bij alleenstaanden (met 35%). Leden van tweeoudergezinnen (60%) en van gezinnen met 4 personen (66%) vinden talrijker dan het gemiddelde dat de auto stipt is. Ook de inwoners van Vlaamse landelijke gemeenten (72%), die waarschijnlijk weinig alternatieven hebben op het vlak van openbaar vervoer, beschouwen de auto als het meest stipte vervoermiddel. Vliegtuig (29%) Vooral Franstaligen vinden het vliegtuig het meest stipte vervoermiddel (39%), net als inwoners van Brussel (55%). Anderen zijn het daar niet mee eens: Nederlandstaligen (22%), inwoners van steden (13%) of landelijke gemeenten (15%) en leden van gezinnen met kinderen (20%). Trein (9%) Weinig respondenten menen dat de trein vaak op tijd rijdt: dat zien we vooral bij de leeftijdsgroep van 30-39 jaar, bij leden van gezinnen met 3 personen en bij Waalse stadsbewoners (telkens slechts 3%). 9

Vergelijking volgens veiligheid 15% Welk van de volgende vervoermiddelen is volgens u het veiligste? 19% 21% 45% Minder dan de helft van de consumenten vindt het vliegtuig het veiligste vervoermiddel. Het werkelijke risico bedraagt 0,035. Volgens een vijfde van de consumenten wordt de grootste veiligheid geboden door de trein (werkelijk risico: 0,035) of de auto (werkelijk risico: 25). Meer dan een tiende van de bevraagde personen vindt geen van de drie vervoermiddelen veilig. We merken een grote discrepantie tussen het werkelijke risico en de perceptie van de consument. Vliegtuig Trein Auto Geen enkel Basis: respondenten Risico geschat op basis van het aantal gedode passagiers per 100 miljoen passagierkilometers in Europa 10

Verschillen volgens profiel Vliegtuig (45%) Meer dan de helft van alleenstaanden (56%) zien het vliegtuig als het veiligste vervoermiddel. De Brusselaars vinden dat ook en zelfs nog talrijker (64%). De bescheiden sociale groepen zijn dan weer veel minder talrijk (30%) overtuigd van de veiligheid van vliegreizen. Trein (21%) Van de consumenten van 30-39 jaar denkt slechts iets meer dan 1 op de 10 (13%) dat de trein het veiligste van alle vervoermiddelen is. Auto (19%) De Brusselaars en de consumenten die alleen wonen delen dezelfde mening over de veiligheid van de auto: slechts 6% van hen vindt dat met de auto reizen de veiligste methode is. De stadsbewoners hebben een verschillende kijk op de verkeersveiligheid naargelang ze Vlaming of Waal zijn. Meer dan 1 op de 3 Walen (34%) vindt immers dat auto s veilige vervoermiddelen zijn, terwijl minder dan 1 op de 10 Vlamingen (8%) die mening deelt. Meer dan een derde van de Nederlandstaligen (35%) die in een landelijke gemeente woont, geeft de veiligheidspalm aan de auto en dat doet meer dan een kwart van de tweeoudergezinnen ook (26%). 11

Vergelijking volgens milieuvriendelijkheid 15% Welk van de volgende vervoermiddelen is volgens u het meest milieuvriendelijke? 12% 4% 69% Volgens meer dan twee derde van de consumenten is de trein vandaag de dag de milieuvriendelijkste manier van reizen. Voor een tiende is dat de auto en voor 1 op de 20 het vliegtuig. 15% van de consumenten vinden geen enkel van de voorgestelde vervoermiddelen milieuvriendelijk. Dat klassement loopt gelijk met de werkelijke ecologische impact van deze vervoermiddelen: trein 5,3 kg, auto 33,4 kg en vliegtuig 59,3 kg CO 2. Trein Auto Vliegtuig Geen enkel Basis: respondenten. Impact gemeten op het traject Brussel Parijs in kg koolstofdioxide-uitstoot. 12

Verschillen volgens profiel Trein (69%) Bepaalde categorieën van consumenten zijn meer dan andere geneigd om de trein als het meest milieuvriendelijke vervoermiddel te beschouwen. We zien immers dat de meerderheid van de Brusselaars (81%), van de gezinnen met 4 personen (82%) en van de leeftijdsgroep van 18-29 jaar (80%) de trein milieuvriendelijker vinden. Walen die in een landelijke gemeente wonen (84%) en leden van de welstellende sociale groep zijn diezelfde mening toegedaan (78%). Anderzijds vindt slechts iets meer dan de helft van de 65-plussers (52%) de trein milieuvriendelijk, terwijl dat percentage bij de kwetsbare sociale groep nog lager ligt (49%). Auto (12%) Gemiddeld vinden heel weinig consumenten dat de auto het milieuvriendelijkste vervoermiddel is. Toch is een kwart van de leden van gezinnen met 5 personen (25%) en bijna een vijfde van de leden van tweeoudergezinnen (18%) van mening dat de auto milieuvriendelijker is dan de trein of het vliegtuig. In Brussel (3%), bij de mensen die alleen wonen (6%) en bij hen die autodelen kennen (6%), vinden we daarentegen meer mensen die zich bewust zijn van de schadelijkheid van de auto voor het milieu. Vliegtuig (4%) Een tiende van de consumenten van 65 en ouder vindt het vliegtuig het milieuvriendelijkste vervoermiddel. 13

Vergelijking volgens reisgemak 11% 10% 6% Welk van de volgende vervoermiddelen is volgens u het meest praktische? De meeste consumenten vinden de auto het meest praktische vervoermiddel, met ruime voorsprong op de trein en het vliegtuig, die 1 op de 10 personen praktisch vinden. 1 op de 20 consumenten vindt dat geen van deze vervoermiddelen praktisch is. 73% Auto Trein Vliegtuig Geen enkel Basis: respondenten 14

Verschillen volgens profiel Auto (73%) Naargelang het gewest waar ze wonen, verschillen de consumenten van mening over het reisgemak bij verplaatsingen met de auto. Slechts de helft van de Brusselaars (50%) en minder dan 6 op de tien Vlaamse stadsbewoners (58%) vinden de auto het meest praktische vervoermiddel, terwijl de Walen die in een stad wonen met een grote meerderheid de auto als het meest praktische vervoermiddel beschouwen. De mening van de consumenten is ook afhankelijk van de leeftijdsgroep waartoe ze behoren: de groep van 50-64 jaar is meer voorstander van de auto (82%), de 65- plussers beschouwen hem minder talrijk (57%) als het meest praktische vervoermiddel. Leden van gezinnen met 3 personen hebben dezelfde mening als de 50- tot 64-jarigen, zij het zelfs nog meer uitgesproken (87%), terwijl de gezinnen met 1 persoon of 5 personen (met respectievelijk 63% en 52%) eerder aansluiten bij de 65-plussers. Trein (11%) Weinig respondenten vinden de trein het beste vervoermiddel. Vooral leden van gezinnen met 3 personen (5%) en inwoners van Waalse kleine dorpen (2%) vinden de trein niet praktisch. Vliegtuig (10%) Ongeveer een kwart van de mensen die deel uitmaken van een gezin met 5 personen (26%) en van de inwoners van Brussel (27%) vinden het vliegtuig het meest praktische vervoermiddel. Waalse stadsbewoners (3%) en 65-plussers (5%) zijn die mening slechts in kleine getalen toegedaan. 15

Vergelijking volgens aantrekkelijkheid 6% Welk van de volgende vervoermiddelen is volgens u het meest aangename? 23% 15% 57% De auto is volgens bijna 6 op de 10 consumenten het aangenaamste vervoermiddel. Het vliegtuig spreekt minder dan 1 op de 4 respondenten aan en de trein is het populairst bij minder dan 1 op de 5 personen. Weinig consumenten vinden geen van deze vervoermiddelen aangenaam. Auto Vliegtuig Trein Geen Basis: respondenten 16

Verschillen volgens profiel Auto (57%) De meningen van de alleenstaanden en van inwoners van Brussel lopen gelijk: minder dan de helft van hen (respectievelijk 41% en 45%) vindt reizen met de auto het aangenaamst. Grote aanhangers van de auto, met ongeveer 7 op de 10 consumenten, zijn de inwoners van de Vlaamse landelijke gemeenten (69%) en de leeftijdsgroep van 18-29 jaar (71%), maar de grootste autoliefhebbers zijn mensen die deel uitmaken van een gezin met 3 personen (75%) en Waalse stadsbewoners (77%). Vliegtuig (23%) Van de consumenten die alleen wonen, vindt een derde (33%) reizen met het vliegtuig het aangenaamst, daarin gevolgd door Walen die in kleine dorpen wonen en Brusselaars (telkens 41%). Walen die in de stad wonen (8%) en Vlamingen uit landelijke gemeenten (11%) houden minder van vliegreizen. Trein (15%) De trein wordt door de meeste geïnterviewde consumenten niet als een aangenaam vervoermiddel beschouwd. In sommige sociodemografische groepen is er opmerkelijk nog minder enthousiasme voor de trein, met name bij gezinnen met 3 personen (7%) en inwoners van Vlaamse steden (7%). 17

Voordelen van een verplaatsing met het vliegtuig Het vliegtuig Veiligheid Stiptheid Aantrekkelijkheid Reisgemak 10% 23% 29% 45% Veiligheid is de belangrijkste troef van de luchtvaart. Minder dan een derde van de consumenten vindt stiptheid het sterke punt van luchtvaart en minder dan een kwart vindt het een aangename manier van reizen. Het reisgemak wordt door slechts een tiende van de consumenten geprezen en heel weinig consumenten dichten het vliegtuig een milieuvriendelijk karakter toe. Qua voordelen scoort dit vervoermiddel laag (index 1,11). Ecologie 4% Basis: respondenten 18

Ondanks de crisis zien we een lichte maar constante toename van het aantal vliegreizen in België (enquête van de FOD Economie in 2009). Op 1 juli 2011 haalde Brussel Nationaal luchthaven trouwens een recordaantal reizigers, met 43.600 passagiers. De Belgische luchtvaartmaatschappij scoort nochtans slecht op het gebied van de Atmosfair airline index, een vervuilingsindex van de luchtvaartmaatschappijen, uitgewerkt door een Duitse NGO om de reizigers een nieuw keuzecriterium bij de reservatie van hun vliegtickets aan te reiken. Die NGO heeft 116 klassieke (dus niet low cost) maatschappijen geanalyseerd en hun kerosineverbruik per passagier en per kilometer berekend. Brussels Airlines komt in die lijst van 116 uit op de 98 e plaats. De best scorende luchtvaartmaatschappijen hebben moderne toestellen, aangepast aan elk type van traject, die een maximum aantal zitplaatsen bieden en hoog scoren op het gebied van volledige bezetting en vracht. 19

Voordelen van een verplaatsing met de auto De auto Reisgemak 73% Aantrekkelijkheid Stiptheid Veiligheid Ecologie 12% 19% 50% 57% Volgens de consumenten biedt de auto meerdere voordelen. Drie kwart van de respondenten noemt de auto praktisch. Bijna 3 op de 5 vinden autoreizen aangenaam en de helft apprecieert de stiptheid. Minder dan een vijfde vindt de auto een veilig vervoermiddel en meer dan 1 op de 10 vindt autoreizen milieuvriendelijk. De voordelen van dit vervoermiddelen scoren hoog (index 2,11) en beter dan het vliegtuig en de trein. Basis: respondenten 20

Verplaatsingen per wagen hebben een grote milieu-impact. Het aantal voertuigen op onze wegen blijft immers jaar na jaar toenemen: zo was er tussen 1997 en 2007 volgens de Algemene Directie Statistieken en Economische Informatie van de FOD Economie een toename met 14,3%, waardoor het aantal particuliere auto s op 5.048.723 uitkwam. De auto wordt bijzonder gewaardeerd voor haar praktische karakter en aantrekkelijkheid. De consumenten vinden hun gading (nog?) niet bij een vervoermiddel dat wel milieuvriendelijker is, maar te lijden heeft onder andere nadelen. Daar komt nog bij dat elektrische auto s nog niet echt kunnen concurreren met hun klassieke tegenhangers (op het vlak van kosten, autonomie enzovoort) en dus niet erg in trek zijn bij het grote publiek. 21

Voordelen van een verplaatsing met de trein De trein Ecologie 69% Veiligheid Aantrekkelijkheid Reisgemak Stiptheid 21% 15% 11% 9% 7 op de 10 consumenten vinden de trein een milieuvriendelijk vervoermiddel. De meningen zijn meer verdeeld over de andere voordelen: een vijfde vindt de trein een veilige manier van reizen, 1 op de 6 vindt de trein aantrekkelijk en 1 op de 10 houdt van het reisgemak en de stiptheid. De score van dit vervoermiddel blijft eerder laag (met index 1,25). De trein scoort hoger dan het vliegtuig maar lager dan de auto. Basis: respondenten 22

Hoewel de trein door de consumenten terecht beschouwd wordt als het milieuvriendelijkste vervoermiddel, heeft het spoor te kampen met grote nadelen die de consumenten ontmoedigen de trein als vervoermiddel te kiezen. Regelmatige peilingen tonen aan hoe groot de kloof is tussen de verwachtingen van de reizigers en de realiteit. De belangrijkste kritiek wordt geuit op de stiptheid van de treinen en de informatie die aan de reizigers verstrekt wordt bij vertraging. En dat terwijl stiptheid net het belangrijkste criterium is voor de keuze van een vervoermiddel. De NMBS heeft sinds 2006 een systeem ingevoerd om de reizigers te vergoeden bij grote of geregelde vertragingen, maar de procedure is ingewikkeld en de schadevergoeding ontoereikend als ze er al komt. De consumenten hebben ook kritiek op het comfort, aangezien het aantal zitplaatsen duidelijk ontoereikend is in verhouding tot het aantal gebruikers dat steeds toeneemt. Ook het gebrek aan overdekte wachtplaatsen is een pijnpunt. Over de prijs van de tickets bestaat ontevredenheid, in het bijzonder bij de consumenten die de kosten volledig individueel moeten dekken. 23

Perceptie van de mobiliteit in de toekomst 17% Denkt u dat u in de toekomst (over 5 tot 10 jaar) meer verplaatsingen zult maken, zowel persoonlijke als voor beroepsredenen? 60% 23% 6 op de 10 consumenten denken dat ze in de toekomst precies evenveel zullen reizen als nu. Minder dan 1 op de 4 geïnterviewde personen stelt dat hij/zij minder trajecten zal afleggen dan vandaag de dag het geval is. Bijna een vijfde van de respondenten is van plan om zich meer te verplaatsen. Meer Minder Evenveel als vandaag Basis: respondenten 24

Verschillen volgens profiel Evenveel verplaatsingen als vandaag (60%) Vooral Waalse en Vlaamse stadsbewoners (80%) denken dat ze in de toekomst evenveel verplaatsingen gaan als vandaag, net als de inwoners van Waalse kleine dorpen (80%) en consumenten die behoren tot de sociale groep met een hoog inkomen (75%). Meer verplaatsingen (17%) Inwoners van Brussel (43%) en consumenten van 18-29 jaar (37%) denken het talrijkst dat ze zich in de toekomst meer zullen verplaatsen. Minder verplaatsingen (23%) Inwoners van Vlaamse kleine dorpen (39%) en consumenten die behoren tot een gezin met 2 personen (33%) denken vaker dat ze hun aantal trajecten in de toekomst zullen verminderen, net als de 65-plussers (43%). 25

Perceptie van de mobiliteit in de toekomst 13% Denkt u dat u voor die verplaatsingen het vliegtuig zult gebruiken? 61% 26% 6 op de 10 consumenten zijn niet van plan om het vliegtuig meer of minder te gaan gebruiken. 4 op de 10 respondenten denken dat hun gewoonten in de toekomst zullen veranderen. Meer dan een kwart denkt minder te zullen vliegen, terwijl meer dan een tiende eerder meer vliegverplaatsingen verwacht. Meer Minder Evenveel als vandaag Basis: respondenten 26

Verschillen volgens profiel Evenveel vliegreizen als vandaag (61%) Consumenten die deel uitmaken van gezinnen met 5 personen en van de hogere sociale groep (telkens met 78%), alsook inwoners van Vlaamse steden (82%) denken in de toekomst evenveel te zullen vliegen. Van de gezinnen met kinderen voorzien bijna 3 op de 4 (72%) eveneens dat ze het vliegtuig zullen blijven gebruiken. Meer vliegreizen (13%) De jonge volwassenen (23%), de Brusselaars (37%) en de consumenten die vandaag al meer dan 25.000 km per jaar afleggen (33%), zijn talrijker dan het gemiddelde van mening dat ze in de toekomst meer trajecten zullen vliegen. Minder vliegreizen (26%) De inwoners van de Vlaamse kleine dorpen (39%) en de consumenten van 65 en ouder (43%) denken talrijker dan het gemiddelde dat ze minder vaak zullen vliegen in de toekomst. Wat die laatste groep betreft, kunnen we ons afvragen of dat idee ecologisch geïnspireerd is of eerder ingegeven wordt door bezorgdheid over hun gezondheid. 27

Perceptie van de mobiliteit in de toekomst 23% Denkt u dat u voor die verplaatsingen de auto zult gebruiken? 57% 21% Voor de toekomst voorzien minder dan 6 op de 10 consumenten dat ze de auto evenveel zullen gebruiken als vandaag. 1 op de 5 consumenten denkt dat hun autogebruik zal afnemen, terwijl bijna 1 op de 4 een toename verwacht. Meer Minder Evenveel als vandaag Basis: respondenten 28

Verschillen volgens profiel Evenveel autogebruik als vandaag (57%) Meerdere sociodemografische categorieën plannen geen bijzondere veranderingen in hun autogebruik. Vooral de gezinnen met kinderen (67%) en de Waalse consumenten (68%) zijn van mening dat hun gewoonten op dat gebied identiek zullen blijven. In de Waalse landelijke gemeenten (72%) en in de Vlaamse steden (74%) delen de consumenten die kijk op de mobiliteit, net zoals de Waalse stadsbewoners (81%) en de gezinnen met 5 personen (82%). Meer autogebruik (23%) Meer dan 3 op de 10 consumenten die tot gemiddelde sociale groepen behoren (31%) of deel uitmaken van gezinnen met 4 personen (35%), denken dat hun autogebruik in de toekomst zal toenemen. In de leeftijdsgroep van 18-29 jaar denken meer dan 4 op de 10 (41%) er zo over. Minder autogebruik (21%) 65-plussers (40%) en alleenstaanden (34%) verwachten dat ze hun auto minder zullen gebruiken. Ook de consumenten die vandaag minder dan 5.000 km per jaar rijden, denken talrijker (35%) dat ze hun autogebruik in de komende jaren zullen (kunnen) verminderen. 29

Perceptie van de mobiliteit in de toekomst 17% Denkt u dat u voor die verplaatsingen de trein zult gebruiken? 57% 26% Meer dan de helft van de consumenten meent dat hun gebruik van het spoor in de toekomst hetzelfde zal zijn als vandaag. Meer dan 1 op de 4 verwacht minder treingebruik en minder dan 1 op de 5 denkt het omgekeerde. Meer Minder Evenveel als vandaag Basis: respondenten 30

Verschillen volgens profiel Evenveel treingebruik als vandaag (57%) Twee derde van de gezinnen met kinderen zijn niet van plan om hun gedrag op het gebied van treinreizen in de toekomst te veranderen. Meer treingebruik (17%) De consumenten die occasioneel autodelen (28%) of die van plan zijn om autodelen in de toekomst uit te proberen (33%) zeggen talrijker dat hun toekomstig gedrag meer treingebruik zal omvatten. Minder treingebruik (26%) Ook hier denken vooral de 65-plussers (40%) dat ze minder vaak met de trein zullen reizen in de komende 5 à 10 jaar. 31

Verre verplaatsingen Hoeveel trajecten (heen en terug) van meer dan 250 km hebt u in de voorbije 12 maanden in eigen naam (privé) afgelegd? 5,6 Gemiddeld hebben de consumenten 5,6 maal een afstand van meer dan 250 km in eigen naam afgelegd in het voorbije jaar. De Walen (met 8,9) en in het bijzonder de Waalse stadsbewoners (met 10,5) leggen per jaar het grootste aantal trajecten van meer dan 250 km af. In Vlaanderen (3,8), in de bescheiden sociale groepen (3,3) en in de gezinnen met kinderen onder de 12 jaar (4) leggen de consumenten minder vaak lange afstanden af. Basis: respondenten 32

Conclusies en aanbevelingen De doorslaggevende criteria die de consumenten het meest hanteren voor de keuze van een vervoermiddel zijn de volgende: stiptheid, comfort, de mogelijkheid om zich autonoom te verplaatsen, de prijs en de snelheid. Voor de meeste van deze criteria scoort de eigen wagen in de geest van de consumenten hoger dan de milieuvriendelijkere alternatieven. Hierin speelt ongetwijfeld mee dat de consumenten het (vaak verkeerde) gevoel hebben dat ze de duur van de verplaatsing beter in hand hebben als ze zelf aan het stuur zitten. Minder dan een kwart van de consumenten is van plan zijn of haar verplaatsingen (zowel privé als beroepsmatig) in de toekomst terug te brengen. Zes op de tien denken niet dat ze meer of minder verplaatsingen zullen doen en een vijfde van hen denkt zelfs de frequentie van zijn of haar verplaatsingen in de volgende tien jaar op te drijven. Tenzij er werk gemaakt wordt van een openbaar vervoer dat degelijk functioneert en stipt en comfortabel is, zullen de consumenten de voorkeur blijven geven aan verplaatsingen met de eigen wagen. Een aangepast prijsbeleid zou hen op andere ideeën kunnen brengen. 33

Verantwoordelijke uitgever : Marc Vandercammen OIVO Stichting van openbaar nut Paapsemlaan 20-1070 BRUSSEL Tel. 02/547.06.11 - Fax. 02/547.06.01 www.oivo.be ON 417541646 Uitgave 2011 Catalogusreferentie : 541-11 D 2011-2492-92 Prijs : 34 OIVO Overnames voor niet-commerciële doeleinden toegelaten mits bronvermelding 34