PERSBERICHT Brussel, 28 maart 2013

Transcriptie

1 PERSBERICHT Brussel, 28 maart 2013 De Belgische arbeidsmarkt in 2012 Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten Hoeveel personen verrichten betaalde arbeid? Hoeveel mensen zijn werkloos? Hoeveel inactieve personen zijn er? Hoe evolueren deze indicatoren ten opzichte van het jaar ervoor? Hoe scoort België in het kader van de Europese werkgelegenheidsdoelstelling? Antwoorden vinden we in de jaarresultaten voor 2012 van de Enquête naar de Arbeidskrachten van de FOD Economie, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie. Enkele belangrijke conclusies zijn: in België wonende personen zijn aan het werk. Hun aantal stijgt op jaarbasis met 0,3%; De trend dat er meer 50-plussers aan het werk zijn, wordt ook in 2012 bevestigd; 67,2% van de 20- tot 64-jarigen is aan het werk. Daarmee blijft België ver verwijderd van de Europese werkgelegenheidsdoelstelling om tegen % van de 20- tot 64-jarigen aan het werk te krijgen; personen zijn werkloos. Hun aantal groeit met 6,5% ten opzichte van 2011; De werkloosheid stijgt twee keer sneller bij mannen dan bij vrouwen; 7,6% van de beroepsbevolking is werkloos; De Belgische jeugdwerkloosheidsgraad bedraagt net geen 20%; Dat blijkt uit de meest recente resultaten van de enquête naar de arbeidskrachten (Labour Force Survey) van de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (FOD Economie). Deze enquête peilt naar de voornaamste evoluties qua werkgelegenheid en werkloosheid volgens internationale definities, op basis waarvan een aantal belangrijke arbeidsmarktindicatoren (zoals de werkgelegenheids-, de werkloosheids- en de activiteitsgraad) worden opgesteld. Om de werkloosheidscijfers internationaal vergelijkbaar te houden, worden ze volgens de definities van het Internationaal Arbeidsbureau berekend (zie bijlage 2 op pagina 7). WTCIII - Simon Bolivarlaan 30 T + 32 (0)2/ statpress@economie.fgov.be

2 Het aantal 50-plussers met een job blijft stijgen In 2012 waren er in België wonende personen aan het werk. Het aantal werkende personen is tussen 2011 en 2012 licht gestegen. Concreet gaat het om een toename met personen of met 0,3%. De werkgelegenheidsevolutie is echter heel verschillend naargelang het geslacht, de leeftijdsgroep en de regio van woonplaats (grafiek 1). Het aantal werkenden neemt procentueel het sterkst toe bij de 50-plussers. Het gaat om een toename met bijna 3%. De trend dat er steeds meer 50-plussers aan het werk zijn, wordt dus ook in 2012 bevestigd. Momenteel zijn 52,3% van de 50- tot 64-jarigen aan het werk. Tien jaar geleden ging het om 40,9%. Het aantal werkende Brusselaars en Walen groeit met respectievelijk 1,7% en 0,9%. In Wallonië gaat het vooral om een toename bij de 50-plussers terwijl in Brussel de stijging vooral optreedt bij de 25- tot 49-jarigen. In tegenstelling tot de stijgende trend in de twee andere gewesten noteert Vlaanderen een stabilisatie tot lichte daling van het aantal werkenden. De afnemende werkgelegenheid bij Vlaamse jongeren en 25- tot 49-jarigen wordt immers niet volledig gecompenseerd door de groei bij de 50-plussers. Op nationaal niveau neemt het aantal werkende vrouwen (+0,5%) sterker toe dan het aantal werkende mannen (+0,2%). Onderstaande grafiek toont ten slotte dat jongeren minder aan de bak komen. Dit fenomeen treedt vooral op in Vlaanderen. Grafiek 1: Procentuele evolutie van het aantal werkende personen van 15 jaar en ouder naar geslacht, leeftijdsgroep, onderwijsniveau en regio ( ) WTCIII - Simon Bolivarlaan 30 T + 32 (0)2/ statpress@economie.fgov.be

3 Nog erg ver verwijderd van de Europese werkgelegenheidsdoelstelling In het kader van de nieuwe langetermijnstrategie van de Europese Unie voor een sterke en duurzame economie met veel werkgelegenheid, de zogenaamde Europa 2020-strategie, werd vastgelegd dat tegen % van de Europeanen van 20 tot en met 64 jaar aan het werk moet zijn. België heeft, zoals alle Europese lidstaten, een nationale doelstelling vastgelegd. Die bedraagt 73,2%. In 2012 was in België 67,2% van de 20- tot 64-jarigen aan het werk. Dat cijfer ligt iets lager dan in België is dus nog ver verwijderd van de vooropgestelde doelstelling. Als we de cijfers opsplitsen naar regio, blijkt Vlaanderen met 71,5% het dichtst bij de doelstelling te zitten. Wallonië en Brussel halen respectievelijk 62,5% en 58,2%. De crisis heeft een grotere invloed op mannen dan op vrouwen In 2012 waren er volgens de definities van het Internationaal Arbeidsbureau (IAB) gemiddeld werklozen. Het gaat om personen die geen job hebben, maar wel actief op zoek zijn naar werk en beschikbaar zijn om te beginnen werken. Er zijn ongeveer vrouwen minder werkloos dan mannen. In vergelijking met 2011 stijgt het aantal IAB-werklozen met of 6,5%. De werkloosheid neemt in alle regio s toe, maar de stijging is procentueel het kleinst in Brussel (grafiek 2). De financieel-economische crisis treft al enkele jaren meer mannen dan vrouwen. Dat was ook in 2012 het geval. Grafiek 2: Procentuele evolutie van het aantal werkloze personen van 15 jaar en ouder naar geslacht, leeftijdsgroep en regio ( ) WTCIII - Simon Bolivarlaan 30 T + 32 (0)2/ statpress@economie.fgov.be

4 Jeugdwerkloosheidsgraad bedraagt net geen 20% Het aantal werklozen van 15 tot en met 24 jaar stijgt procentueel gezien de helft minder sterk dan de werkloosheid van 25- tot 49-jarigen. Toch blijft de werkloosheidsgraad van jongeren - dit is het aantal werkloze jongeren in procent van de beroepsbevolking - hoog in vergelijking met de werkloosheidsgraad van andere leeftijdsgroepen. De jeugdwerkloosheidsgraad bedraagt immers 19,8%. Bij de 25- tot 49-jarigen is 7,2% van de beroepsbevolking IABwerkloos en bij de 50- tot 64-jarigen gaat het om 4,6%. De Belgische werkloosheidsgraad van 15- tot 64-jarigen bedraagt 7,6%. 7,4% van de vrouwen en 7,7% van de mannen is IAB-werkloos. Bijkomende inlichtingen Voor meer inlichtingen kunt u terecht bij de communicatieverantwoordelijke, Stephan Moens (tel 02/ , e- mail stephan.moens@economie.fgov.be ). Bronvermelding Bronvermelding: Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie. Meer cijfers? Op de website van de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie ( kunt u meer arbeidsmarkt-gegevens vinden. - De kwartaalcijfers vanaf het 1ste kwartaal 1999 tot en met het 4de kwartaal 2012 zijn terug te vinden in onze dynamische toepasing be.stat of als downloadbare Excel-tabel op U vindt tevens bijkomende informatie (methodologie, statistieken, ) over de enquête naar de arbeidskrachten op - De tabellen opgenomen in dit persbericht geven slechts een beperkt overzicht van de belangrijkste arbeidsmarktresultaten voor Een uitgebreide publicatie met resultaten van de enquête naar de arbeidskrachten 2012 vindt u via volgende link ( s_forces_de_travail_2011.jsp) WTCIII - Simon Bolivarlaan 30 T + 32 (0)2/ statpress@economie.fgov.be

5 Bijlage 1: Kernindicatoren over de arbeidsmarkt 2012 Aantallen 2012 Procentuele evolutie ten opzichte van 2011 Werkende personen Totaal ,3% Mannen ,2% Vrouwen ,5% jaar ,5% jaar ,3% 50 jaar en ,9% Brussels Hoofdstedelijk Gewest ,7% Vlaams Gewest ,1% Waals Gewest ,9% IAB-werklozen Totaal ,5% Mannen ,5% Vrouwen ,2% jaar ,1% jaar ,1% 50 jaar en ,8% Brussels Hoofdstedelijk Gewest ,9% Vlaams Gewest ,4% Waals Gewest ,6% Inactieven (15 jaar en +) Totaal ,6% Mannen ,7% Vrouwen ,5% WTCIII - Simon Bolivarlaan 30 T + 32 (0)2/ statpress@economie.fgov.be

6 Bijlage 1: Kernindicatoren over de arbeidsmarkt vervolg Percentage 2012 Evolutie ten opzichte van 2011 in procentpunten Werkgelegenheidsgraad jaar Totaal 61,8% -0,1% Mannen 66,9% -0,2% Vrouwen 56,8% 0,1% Werkgelegenheidsgraad jaar Totaal 67,2% -0,1% Mannen 72,7% -0,3% Vrouwen 61,7% 0,2% Werkgelegenheidsgraad jaar Totaal 39,5% 0,8% Mannen 46,0% 0,0% Vrouwen 33,1% 1,6% Werkloosheidsgraad jaar Totaal 7,6% 0,4% Mannen 7,7% 0,6% Vrouwen 7,4% 0,2% Werkloosheidsgraad jaar Totaal 19,8% 1,0% Activiteitsgraad jaar Mannen 20,4% 1,7% Vrouwen 18,9% 0,1% Totaal 66,9% 0,2% Mannen 72,5% 0,2% Vrouwen 61,3% 0,3% WTCIII - Simon Bolivarlaan 30 T + 32 (0)2/ statpress@economie.fgov.be

7 Bijlage 2: Definities inzake werkenden en werklozen De steekproefenquête naar de arbeidskrachten is een enquête bij particuliere huishoudens, die over het hele jaar wordt gehouden. Ze is gebaseerd op een effectieve steekproef van huishoudens in 2012, meerbepaald personen (respondenten) op actieve leeftijd (15 jaar en ouder). De definities over werkgelegenheid en werkloosheid die hierna worden gehanteerd zijn die van het Internationaal Arbeidsbureau (IAB), waardoor een vergelijkbaarheid van de resultaten op internationaal vlak wordt gewaarborgd. Personen met een betrekking zijn personen die gedurende de referentieweek minstens één uur werk verrichtten voor loon of salaris of voor winst, of die een baan hadden maar tijdelijk afwezig waren. Daar worden ook de meewerkende familieleden meegerekend. Werklozen zijn alle personen die: (a) tijdens de referentieweek geen werk hadden, d.w.z. niet in loondienst of als zelfstandige werkten; (b) voor werk beschikbaar waren, d.w.z. voor werk in loondienst of als zelfstandige beschikbaar waren binnen twee weken na de referentieweek; c) actief werk zochten, d.w.z. gedurende de laatste vier weken met inbegrip van de referentieweek gerichte stappen hadden ondernomen om werk in loondienst of als zelfstandige te zoeken, of die werk hadden gevonden en binnen ten hoogste drie maanden zouden beginnen te werken. Opgelet! De IAB werkloosheidscijfers staan los van een eventuele inschrijving bij VDAB, Actiris, FOREM of ADG en zijn dus niet vergelijkbaar met de administratieve werkloosheidscijfers. Niet actieven zijn alle personen die niet beschouwd worden als personen met een betrekking of als werklozen. De werkgelegenheidsgraad geeft het percentage werkende personen in de bevolking van 15 tot 64 jaar weer. De werkgelegenheidsgraad in het kader van de Europa 2020 strategie geeft het percentage werkende personen in de bevolking van 20 tot 64 jaar weer. De werkloosheidsgraad geeft het percentage werklozen in de beroepsbevolking (werkende personen + werklozen) van 15 tot 64 jaar weer. De activiteitsgraad geeft het percentage beroepsbevolking (werkende personen + werklozen) in de bevolking van 15 tot 64 jaar weer. Bovenstaande indicatoren (werkgelegenheidsgraad, werkloosheidsgraad en activiteitsgraad) zijn de belangrijkste indicatoren om de arbeidsmarktevolutie op internationaal niveau te vergelijken. WTCIII - Simon Bolivarlaan 30 T + 32 (0)2/ statpress@economie.fgov.be