1. Welke stof speelt de belangrijkste rol bij het bepalen van de glomulaire filtratiesnelheid, een maat voor nierschade? 1. Ferritine 2. CRP 3. Kreatinine 4. Albumine De glomerulaire filtratiesnelheid is het totale volume van voorurine dat in een gedefinieerde tijdseenheid gefilterd wordt door alle glomeruli van beide nieren. Bij mensen met een normale bloeddruk is dat ongeveer 0,12 liter per minuut oftewel ca. 170 liter per dag. Fysiologisch daalt de GFR met de leeftijd, pathologisch bij verschillende nierziektes. De GFR is de belangrijkste factor voor het inschatten van de nierfunctie. In het ziekenhuis wordt de GFR bepaald door de benaderende bepaling van de kreatinineklaring. De klaringswaarde kan worden bepaald door het meten van de GFR via het bloed en urine of het berekenen of schatten van de egfr (estimated GFR) via het bloed, bijvoorbeeld als een patiënt als gevolg van de nierschade niet meer plast. 2. Welke negatieve veranderingen kunnen optreden wanneer patiënten dialyseren door middel van buikspoeling? 1. Alle antwoorden zijn goed 2. Toename ontstekingscellen 3. Vorming nieuwe bloedvaten 4. Verdikking in de buikwand
Negatieve veranderingen die bij PD kunnen optreden zijn: verdikking in de buikwand, vorming van nieuwe bloedvaten en een toename van ontstekingscellen. Door de vorming van nieuwe bloedvaten wordt de werking van spoelvloeistof in de buikholte minder. Normaal gaan afvalstoffen van het bloed naar de spoelvloeistof. Bij meer bloedvaten zal de samenstelling van de vloeistof sneller veranderen en daardoor zal het vermogen om afvalstoffen uit het bloed te filtreren afnemen. Onderzoekers ontdekten bij dierproeven dat deze nadelen deels verminderden door toediening van vitamine D. Ook bleek dat vitamine D belangrijk is voor het functioneren van de nieren en schade aan de nieren kan voorkomen en herstellen. https://www.vumc.nl/onderzoek/nieuws/vitamine-d-dialyse-nierpatienten/ 3. Hoeveel uren dialyseren dialysepatiënten over het algemeen in een week? 1. 6 uren 2. 9 uren 3. 15 uren 4. 12 uren
De meeste dialysepatiënten (zo'n 75% bij Dialyse Centrum Groningen) komt drie keer in de week naar het centrum om te dialyseren. Per keer dialyseren ze dan 4 uur. In totaal komt dat neer op 12 uur in de week. De reistijd komt daar dan nog bij. Bij (nachtelijke) thuishemodialyse of nachtelijke centrumdialyse wordt regelmatig langer of frequenter gedialyseerd. De patiënten die 's nachts thuis dialyseren doen dat soms wel vijf tot zes keer per week zo'n 7,5-8 uur. Patiënten met nachtelijke centrumdialyse dialyseren drie keer 7,5 uur. Het voordeel daarvan is dat de machine op een rustiger tempo kan draaien en uiteindelijk langer het bloed filtert. Patiënten die langer en frequenter dialyseren voelen zich vaak fitter. Bij buikspoeling kost de wisseling van de vloeistof de patiënt vier keer een half uur iedere dag. Of een machine zorgt ervoor dat iedere nacht de vloeistof een paar keer verwisseld wordt. https://www.dcg.nl/behandeling-en-ondersteuning 4. Patiënten met een chronische nierziekte hebben regelmatig bloedarmoede. Wat is daarvan de oorzaak? 0,5 van de 1 punt behaald 1. Een tekort aan EPO 2. IJzertekort 3. Bloedcellen worden uitgedialyseerd.
Anemie wordt gekenmerkt door een abnormale daling van het hemoglobinegehalte in het bloed. Dit eiwit is aanwezig in de rode bloedcellen en transporteert zuurstof naar organen en spieren. In geval van anemie is die functie aanzienlijk verzwakt, wat tot hartproblemen kan leiden bij de patiënt. Erytropoëtine (EPO), een door de nieren aangemaakt hormoon dat het beenmerg stimuleert om rode bloedcellen te produceren, is de oorzaak hiervan. Bij nierproblemen vermindert de EPO-synthese. Ook het hemoglobinegehalte in het bloed wordt te laag. Bij hemodialysepatiënten wordt anemie vaak nog erger door verlies van ijzer, een molecule die onmisbaar is voor de aanmaak van hemoglobine. http://nl.medipedia.be/nierinsufficientie/news_nierinsufficientie-anemie-cardiovasculair-risico_123 5. De dialysekater (hoofdpijn, misselijkheid, vermoeidheid) is een veel voorkomende bijwerking van dialyse. Waardoor ontstaat deze bijwerking? 1. Door snelle veranderingen in de samenstelling van het bloed 2. Door het snelle rondpompen van het bloed 3. Door de liggende houding en druk op de hersenen
Een dialysekater is een bijwerking van dialyse. Die ontstaat doordat in korte tijd veranderingen optreden in het bloed, waarbij ook grote schommelingen kunnen optreden in de bloeddruk. Als er (te) veel vocht wordt afgevoerd kan kramp, misselijkheid en duizeligheid ontstaan. De meeste HD-patiënten voelen zich het best op de dagen tussen dialyses in. 6. Dialysepatiënten hebben een shunt, een verbinding tussen een ader en slagader in de arm. Mag u aan deze arm bloed afnemen? 1. Ja 2. Nee Het is niet verstandig bloed af te nemen of bloeddruk te meten aan de shuntarm. De shunt kan hierdoor beschadigen. Een beschadigde shunt kan niet meer veilig aangeprikt worden voor dialyse. 7. Welke van onderstaande stellingen is juist? 1. Diabetes heeft geen invloed op het risico op nierfalen. 2. Het grootste deel van de patiënten dialyseert thuis 3. De oorzaak van nierfalen is in bijna 25% van de gevallen onbekend 4. De meeste nierpatiënten hebben een erfelijke of aangeboren nierafwijking
De meest voorkomende bekende oorzaken van nierfalen zijn diabetes, hoge bloeddruk en atherosclerose. In bijna een kwart van de gevallen is de oorzaak onbekend. Overige oorzaken is een verzameling van diverse nierziekten met oorzaken buiten de nier, en bepaalde erfelijke en aangeboren nierafwijkingen, zoals het syndroom van Alport. https://www.nierstichting.nl/media/filer_public/68/e8/68e8fe8b-dc7c-4326-bf63-2306f51ed3a3/factsheet_6_nierfalen_en_behandeling.pdf