Contourenvoorstel ontwikkeltafel jeugd (werkgroep DBC s) Inleiding Er is een werkgroep geformeerd bestaande uit aanbieders en gemeenten die werkt aan een alternatief voor de DBC. huidige situatie / op te lossen probleem Omdat vanaf 2018 geen specialistische jeugd-ggz meer gecontracteerd kan worden met behulp van de DBCsystematiek, dient hiervoor een alternatief te komen. Van gemeenten wordt verwacht dat ze deze zorgvorm contracteren in één van de drie door het programma i-sociaal Domein gedefinieerde uitvoeringsvarianten: inspanningsgericht, outputgericht of taakgericht. In Noord-Limburg is ervoor gekozen om de inkoop van de jeugdhulp via inspanningsgerichte bekostiging (p x q) vorm te geven. Daarom ligt het voor de hand om deze bekostigingssystematiek ook toe te passen op de inkoop van de specialistische jeugd-ggz. De inspanningsgerichte uitvoeringsvariant is een contractvorm waarbij de gemeente de aanbieder betaalt voor de tijdsbesteding van een behandelaar. Bij de keuze voor de inspanningsgerichte uitvoeringsvariant zijn uniforme definities en spelregels cruciaal voor het vermijden van administratieve lasten. Hiervoor zijn landelijke standaarden. Zie voor meer informatie de handreiking Bekostiging Jeugd-GGZ inspanningsgericht. Deze handreiking geeft richtinggevend advies aan gemeenten over te hanteren productcodes en spelregels rond registratie en declaratie. Naast bekostigingsvragen dienen gemeenten en aanbieders ook de ICT-systemen en het berichtenverkeer onderling voor te bereiden op de overgang van DBC s naar de inspanningsgerichte uitvoeringsvariant. Om tot een goede inpassing van de DBC s in de bestaande inkoopsystematiek te komen, worden onderstaande oplossingsrichtingen/aandachtspunten door de werkgroep DBC s uitgewerkt. Een aantal daarvan kunnen in deze fase al concreet besproken worden. De overige oplossingsrichtingen werkt de werkgroep de komende periode nader uit al dan niet in samenwerking met de andere werkgroepen (met name behandeling en verblijf). Verkenning oplossingsrichtingen / gemaakte afwegingen / voorstellen / vragen Hierna komen de volgende thema s aan bod: - De rol van de regiebehandelaar - De opbouw van een uurtarief - Productindeling jeugd-ggz - Geen passend aanbod na intake - Deeltijd-GGZ - Combinatie met verblijf - Harde afsluiting DBC s - De rol van DSM V - Wachtlijst/wachttijd Rol van de regiebehandelaar Als een DBC wordt ingezet, is er altijd sprake van een regiebehandelaar. Bepaald moet worden hoe de toekomstige rol van de regiebehandelaar eruit ziet. De GGZ definitie van regiebehandelaar is leidend; zie hiervoor de factsheet regiebehandelaar. Vragen aan ontwikkeltafel - Kunnen jullie je in dit voorstel vinden? - Moeten hier contractueel nadere afspraken over gemaakt worden?
Opbouw van een uurtarief De opbouw van het uurtarief dient (nog) door alle werkgroepen opgepakt te worden. Inzichtelijk moet bijvoorbeeld de directe tijd voor zowel cliënt, gemeente als zorgaanbieder gemaakt worden. Om de DBC s goed om te kunnen zetten naar de p x q variant moet de reistijd onderdeel zijn van het uurtarief. De VNG doet een voorstel voor opbouw uurtarief in de handreiking Bekostiging Jeugd-GGZ Inspanningsgericht. Los van de vraag welke elementen in een uurprijs meegerekend worden, is het ook de vraag hoe wordt omgegaan met de mix van professionals met een diversiteit in opleidingsniveau die hulp verlenen aan kinderen met een stoornis. Deze mix kan sterk verschillen per behandeling en kan verschillen tijdens het verloop van de behandeling. Zoals ook in de contourennotitie behandeling wordt beschreven zijn hiervoor in principe 2 scenario s mogelijk: Scenario 1: Binnen één productcode (uurtarief) één niveau van medewerkers inzetten. Dit is de huidige systematiek onder de percelen begeleiding en behandeling, waar een opleidingsniveau per categorie licht, midden en zwaar is vereist. Bij dit scenario krijg je stapeling van verschillende producten bij één cliënt, om op die manier maatwerk te bieden. Aanbieder neemt bij veranderingen contact op met gemeenten, waardoor zij op de hoogte zijn van wijzigingen. Dit geeft gemeenten goede mogelijkheden om zijn regiefunctie uit te voeren. Kwaliteit van en eisen aan aanbieders zijn gemakkelijk te controleren. Een tarief per functieniveau volgt het principe betalen voor exact geleverde aantal uur aansluitend bij het niveau van de zorgprofessional. Hiermee betaalt de gemeente voor de exacte tijd van iedere professional (Bron: Bekostiging Jeugd-GGZ, inspanningsgericht). Met een tarief per functieniveau ontvangt de gemeente gedetailleerde informatie over de ingezette mix van professionals. De gemeenten moeten overigens nog beoordelen of zij deze informatie nodig hebben. (Bron: Bekostiging Jeugd-GGZ, inspanningsgericht). Een tarief per functie bevat voor aanbieders geen prikkel om bedrijfseconomisch te optimaliseren in de inzet van professionals. Scenario 2: Binnen één productcode (uurtarief) een flexibele inzet (mix) van medewerkers van verschillend niveau kunnen inzetten (mixtarief). Dit is een nieuwe systematiek die de VNG adviseert voor jeugdhulp met GGZ (dus als vervanging van de DBC s). Eén productcode per cliënt, waar alles onder valt. Past binnen de huidige opzet van DBC s, waarin aanbieders maximale vrijheid hebben om in te zetten wat nodig is voor de cliënt, zonder dit telkens terug te koppelen naar de gemeenten. Per productcode (licht, midden, zwaar) moet in de inkoopdocumenten al aangegeven worden welk percentage inzet MBO, HBO, WO of WO+ is, per productcategorie (licht, midden, zwaar). Bij deze werkwijze bestaat het risico dat er discussie ontstaat over de vraag of een zwaardere productcategorie ingezet kan worden, als in de praktijk blijkt dat percentage hoger opgeleiden binnen de behandeling hoger is. Kwaliteit van en eisen aan aanbieders zijn minder gemakkelijk te controleren, omdat verschillende niveaus van medewerkers binnen één product actief zijn. Een mix-tarief bevat een prikkel voor de aanbieder om bedrijfseconomisch de inzet te optimaliseren; Deze prikkel kan overigens mogelijk ook leiden tot een te grote druk op bedrijfseconomische optimalisatie met als gevolg een te minimaal opgeleide mix. (Bron: Bekostiging Jeugd-GGZ, inspanningsgericht). We stellen voor uit te gaan van een mixtarief (zoals gehanteerd in de handreiking van de VNG). Het idee is dat als hier niet voor gekozen wordt, er een grote administratieve druk ontstaat bij zowel de aanbieders als de gemeenten. Hierbij volgen we de voorstellen waarmee de VNG op korte termijn mee komt. Dit voorstel is in afwijking van de huidige tariefopbouw voor begeleiding en behandeling. Het is de vraag of een keuze voor een mixtatief bij Jeugd-GGZ consequenties dient te hebben voor de huidige tariefopbouw voor behandeling en begeleiding. Hierover vindt nog overleg plaats.
Vragen aan de ontwikkeltafel - Kunnen jullie je in dit voorstel vinden? - Welke aandachtspunten zijn er naast reistijd en indirecte tijd bij de omzetting van DBC naar uurtarief (p x q)? - Voor welk uurprijs-scenario zou je kiezen? Heb je nog aanvullingen op voor- en nadelen per scenario? - Zijn er verder nog aandachtspunten / opmerkingen over de opbouw van het uurtarief?? Productindeling jeugd-ggz Er moet uitgezocht worden in hoeverre alle DBC s omgezet kunnen worden naar p x q. Omdat zowel de behandeling als de diagnose van dyslexie helemaal geprotocolleerd zijn, kan hier gewerkt worden met een stukprijs (opgebouwd vanuit p x q). Dit is in lijn met het de richtlijnen van de VNG. De VNG hanteert voor de Basis GGZ jeugd GGZ basis/generalistisch. In Noord-Limburg maken wij hier momenteel geen gebruik van, aangezien de basis GGZ reeds onder het product behandeling licht valt. De precieze invulling (waar valt basis GGZ straks onder in 2018) wordt nog met de werkgroep behandeling afgestemd. We volgen bij het omzetten naar de huidige inkoopsystematiek de richtlijnen van de VNG. We stellen voor om te werken met de volgende productcategorieën (hier moeten nog codes aangekoppeld worden): Behandeling: - Dyslexie - Jeugd GGZ specialistisch - Jeugd GGZ hoog-specialistisch (momenteel wordt uitgezocht welke producten hier onder vallen) - Jeugd GGZ diagnostiek Jeugd GGZ diagnostiek wordt enkel ingezet voor diagnostiek zonder behandeling (diagnostiek met behandeling valt onder jeugd GGZ (hoog) specialistisch) ofwel bij intake zonder vervolg als de aanbieder geen passend aanbod kan leveren. De precieze invulling van basis GGZ in 2018 wordt nog met de werkgroep behandeling afgestemd. Vragen aan de ontwikkeltafel - Kunnen jullie je in deze indeling vinden? Waarom wel/niet? - De VNG stelt voor om te werken met een aparte productcategorie hoog specialistisch. Is hier behoefte aan? Geen passend aanbod na intake (afrekening intake?) Als een cliënt via een rechtstreekse verwijzing binnenkomt bij een aanbieder met bijvoorbeeld een ondersteuningsvraag GGZ dan moet de aanbieder de ondersteuning bepalen maar ook of de aanbieder deze ondersteuning daadwerkelijk kan bieden. Daar waar na een intake blijkt dat een aanbieder de ondersteuning niet kan bieden moet nagedacht worden of en hoe een aanbieder de intake vergoed krijgt. Daarbij zijn verschillende mogelijkheden, bijvoorbeeld: - De aanbieder declareert de geïnvesteerde tijd tegen een bepaald vooraf vastgesteld tarief - De aanbieder declareert niets omdat hiervoor een opslag in zijn uurtarief is opgenomen waarmee gemiddeld genomen de kosten worden gedekt. Als een cliënt geen passende ondersteuning kan krijgen van de aanbieder wordt deze doorverwezen. Om de financiële afrekening van de intake in zo n geval soepel te laten verlopen, stelt de VNG voor om te werken met een productcode voor diagnose. Deze kan in zo n geval gebruikt worden om de ingezette uren te factureren.
Vraag aan ontwikkeltafel - Welke suggesties hebben jullie met betrekking tot de vraag hoe hiermee om te gaan? Deeltijd GGZ Deeltijd GGZ = ambulant, behandeling in groep (huidige structuur). Deeltijd GGZ wordt ondergebracht in de huidige structuur bij behandeling en niet onder verblijf. Hoe ga je om met de combinatie met verblijf (licht midden zwaar)? Aanvullend aan verblijf kan een j-ggz behandeling gekoppeld worden. Bepaald dient te worden hoe hier mee omgegaan moet worden. In lijn met bovenstaande stellen wij voor om ook in zo n geval te werken met een mix-tarief. We hanteren voor 2018 de huidige indeling: A t/m G voor verblijf. Dit geeft ons ruimte om te onderzoeken of een andere indeling wenselijk is. Hierover wordt afgestemd met de werkgroep verblijf Vraag aan ontwikkeltafel - Kunnen jullie je hier in vinden? - Welke aandachtspunten zijn er bij de verdere uitwerking hiervan? Harde afsluiting DBC s per 31-12-2017 De VNG adviseert om de DBC met ingang van 31 december 2017 hard af te sluiten. Voordelen: helder overgangsmoment per 1 januari 2018; voorkomen van administratieve lasten en fouten; minder complex voor het jaarrekeningproces; betere sturingsinformatie door strikte scheiding wel/geen DBC-gebruik; om dezelfde reden: betere (beleids)monitoring voor gemeenten. zo bestaan slechts kortstondig twee systemen naast elkaar; Risico s: Gereedheid van software bij gemeenten en aanbieders om ijw-berichten zoals Toewijzing, Facturatie en Verzoek om Toewijzing (VOT) te kunnen gebruiken. Zowel aanbieders als gemeenten moeten in het vierde kwartaal van 2017 en het eerste kwartaal van 2018 beschikken over voldoende capaciteit voor de gevraagde administratieve afhandeling, zoals nieuwe toewijzingen en VOT s versturen. Een nieuwe financieringssystematiek moet bekend en ontwikkeld zijn. Het inkoopproces moet tijdig zijn afgerond. Voor alle cliënten van wie de zorg doorloopt in 2018, moeten de productcodes bepaald worden. Het alternatief is de bestaande DBC s (die maximaal een jaar lopen) in 2018 gewoon door te laten lopen tot het einde en daarna pas op basis van inspanningsbekostiging te gaan financieren. Dit vraagt minder capaciteit voor het administratieve proces, maar levert zeker knelpunten op mbt de voordelen die hierboven beschreven zijn. Alle DBC s worden hard afgesloten op 31-12-2017. Om dit goed te kunnen realiseren, lijk het noodzakelijk om de contractering naar voren te halen. Bekeken moet nog worden of dit haalbaar is. Hiervoor volgen we de administratieve stappen zoals opgenomen in het Protocol beëindiging DBC-systematiek en JW321 bericht (zorginstituut Nederland) zie bijlage. Vragen aan ontwikkeltafel - Welke aandachtspunten (met name qua administratie) zijn er nog bij de verdere uitwerking?
De rol van DSM V Bepaald moet worden of de DSM V nog onderdeel vormt van de toekomstige kwaliteitseisen. DSM V inzetten als kwaliteitsinstrument. De gemeente stelt dit als eis en neemt het op in het contract. Wachtlijst / wachttijd Afspraken maken over het aantal dagen waarbinnen een 301 beschikking moet worden afgegeven. Er zijn uniforme afspraken nodig over verwijzingen / beschikking / berichtenverkeer door gemeenten met aanbieders. Nader voorstel wordt meegenomen in werkwijze administratieve handelingen omzetting DBC s.