ONDERSTEUNENDE METHODIEKEN VOOR DE JOBCOACH

Vergelijkbare documenten
MIJN LOOPBAAN PLAN DIT PLAN IS VAN: JOBCOACH:

HANDLEIDING VOOR DE JOBCOACH

vlaamse dienst speelpleinwerk DNA 29 Talenten benoemen

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Trajectboekje co-animator

Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

voorwoord VOORBEELDPAGINA S Bestelnr De ander en ik

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

OPGELUCHT STAAT NETJES

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - -

Wat zijn generieke competenties?

Hoe overleef jij... je beste vriend(in)? Deze acties horen bij aflevering 3 Hoe overleef ik... je beste vriend(in)?

Talentmeting in korte trajecten

Werkboek Het is mijn leven

Jouw leven & werk. Werkboek voor deelnemers

Vergaderen. Wat is dat? Waarom moet dat? Dit is het boekje van..

Inhoud. Inleiding 7. Eindverslag 86. Extra opdrachten 90. Tips voor op school 94

Handleiding SHARE. Regio College. Auteur: L.E. Sinnema Master Professioneel Meesterschap MBO. Opleiders: Drs. Trudy Moerkamp Dr.

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

Workshop Evenwicht, je leven in Balans Werkboek bijeenkomst 1

Instructieboek Koken. Voor de Mpower-coach

Weet wat je kan. Je laten horen

SAMEN-WERKEN MET DE MENSEN OM JOU HEEN

BEHULPZAAMHEID BEHULPZAAMHEID

Roel$&$Sandra$van$Heel$ Basielhof$65$ 4907$AH$Oosterhout$ T$06$21$390$312$$ W$ Pagina$. 1$van$. .

Liefde, voor iedereen gelijk?

Dit boek is anders dan alle andere boeken. Het is helemaal voor jou alleen. Jij bent de enige die straks weet wat er in dit boek staat.

Ontdek-je-zelf toolkit. Plané Training & Coaching Persoonlijke- en Loopbaanontwikkeling

HANDLEIDING TALENTENQUIZ

Verantwoordelijkheid ontwikkelen. Informatiekit om uw medewerkers te helpen bij het voorkomen van werkstress

Over taaie taboes en lastige liefdes

INHOUD. #1 Mens zijn 5 #2 Slapen 17 #3 Taken 29 #4 Bewegen 49 #5 Expressie 61 #6 Voelen 75 #7 Gezond zijn en ziek zijn 95 #8 Voeding 110 #9 Tijd 128

18 tips om te werken aan je eigen inzetbaarheid

Exodus God zal er zijn

Exodus 3-4 God zal er zijn

LESBRIEF BIJ STAGE LOPEN

Tijdens het ontbijt kan mijn mama de klastitularis al een beetje leren kennen nog voor dat ze naar het oudercontact komt.

DE 12 VAN DOK12. Dit ben ik

De Virus Groei-wijzer Klaar voor de start (7-11 jaar)

150 Tips om kinderen te laten zien dat je om ze geeft!

Hoe je je voelt. hoofdstuk 10. Het zal je wel opgevallen zijn dat je op een dag een heleboel verschillende gevoelens hebt. Je kunt bijvoorbeeld:

Maak echt contact, stel iemand op zijn/haar gemak. Wellicht is dit de eerste keer dat je potentieel klant skype/facetime gebruikt.

Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken

Introductie... 3 Persoonlijk ontwikkelingsplan (pop)... 3 Competenties... 8 Uitleg basiscompetenties Uitleg keuzecompetenties...

Je eigen nieuwjaarsbrief

5. Waarin onderscheid deze organisatie zich van vergelijkbare organisaties? 9. Wat vinden die zorgvragers/klanten/cliënten belangrijk denk je?

Mijn collega (of leidinggevende) hoort mij niet. En de werksfeer zou ook beter kunnen

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

1. Inzichten en actiepunten Schrijf tijdens de training inzichten en actiepunten op. Noteer ze hier.

EEN MATRIX VAN KRACHTEN HOE (HER-)ONTDEK IK MIJN EIGEN MOGELIJKHEDEN? Werkwinkel Vlaamse Hersteldag 3 december 2013

Teken een architect. Lees het volgende verhaal:

Deze steekkaarten met tips rond competenties:

Spelregels voor de kaarten Beroepskwaliteiten en Leerpunten. Het Beroepskwaliteitenspel

Kinderrechten. Doelstellingen. Materiaal

Reflectie-opdrachten

Stappenplan voor het maken van een presentatie

E-CURSUS 1: WELKE WAARDEN ZIJN VAN WEZENLIJK BELANG VOOR JOU?

Niet veel mensen krijgen deze ziekte en sommige volwassenen hebben er vaak nog nooit van gehoord of weten er weinig vanaf.

Verbinding voelen met je omgeving

IK WIJZER. Ik wil graag weten wie ik ben

voor leerlingen Pesten op het werk VRAGEN EN OPDRACHTEN

en zelfbeeld Lichamelijke ontwikkeling Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht

Het participeren in een voortgangsgesprek van een stagiaire

Hoe lief ben jij voor je lichaam? 20 tips voor een positieve relatie met jezelf, je lichaam en eten.

Uitgeverij Schoolsupport ww.schoolsupport.nl

1.1 Vragenlijst: Wat ik leuk Vind

Instructie taakspecifieke vragenlijst + observatie

6.2.1 Dealen met afleiding onderweg

De loopbaanchecklist

Overijse Overlegt. Samen dromen & denken over de toekomst van onze gemeente. Leidraad voor korte toekomstbabbel

Docent HET HOUTEN HUIS

HOE NIEMAND MIJ GELOOFDE EN IK BIJNA ALLES VERLOOR

1 Uitslapen. Schrijf op hoe het vanmorgen ging. Voorbeeld: Begintijd Wat heb je gedaan? Hoeveel tijd kostte dat? Wekker, opstaan 15 minuten

Onze schooleigenvisie op huiswerk

BIJEENKOMST 1- KENNISMAKING

Werkvormen beroepenkaarten

Je toekomst? Die bepaal je zelf!

Sociale weerbaarheidstraining CoOl KiDs Bijeenkomst 6

OUDERE JEUGD. Formulier doelstellingen. Mijn kwaliteiten zijn/ik kan goed: Dit formulier is ingevuld door: Geboortedatum: Adres: Postcode: Tel: Lezen

WANNEER EEN SPECIAAL IEMAND ALS HEEFT

Epilepsie Groei-wijzer 7-11 jaar: Klaar voor de start

AMIGA4LIFE. Hooggevoelig, wat is dat? T VLAARDINGEN

DE BIBLIOTHEEK VAN JE DROMEN? groep A

Koffieochtend 20 oktober 2016 OPVOEDING IN DE FAMILIE

Wanneer vertel je het de kinderen? Kies een moment uit waarop je zelf en de kinderen niet gestoord kunnen worden.

Communiceren is teamwork

Bijlage 3: Interview cliënt

D R A A I B O E K W O R K S H O P :

Gezond thema: DE HUISARTS

Persoonlijk én succesvol bloggen vanuit jouw passie

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

OPDRACHTEN BIJ THEMA 9 FEEDBACK

Inhoudstafel Luistermoment Centrum-West Lees dit alvorens te beginnen... 2 Doel van de activiteit... 2 Overzicht... 2 Praktische voorbereiding...

Hoe goed stuur jij je eigen loopbaan aan? Met deze checklist ga je voor je zelf na hoe het gesteld is met de manier waarop jij jouw loopbaan stuurt.

Persoonlijk opleidingsplan. Hulpmiddelen voor de werknemer

Ik ga een grote uitdaging niet uit de weg. Taken die moeilijk zijn, vind ik veel leuker dan eenvoudige taken.

Zingroepen. Voorbereidingsformulier. Magda Vanderheere WERKCOLLEGE PASTORAAT 14 EN 28 OKTOBER 2016 PSYCHISCHE KWETSBAARHEID EN ZINGROEPEN I EN II

Transcriptie:

MIJN LOOPBAANPLAN ONDERSTEUNENDE METHODIEKEN VOOR DE JOBCOACH

8 1 2 7 6 3 5 4 BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 1 BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 2 BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 3 BIJLAGE STAP 3 OPDRACHT 1 BIJLAGE STAP 4 OPDRACHT 1 BIJLAGE STAP 4 OPDRACHT 2 BIJLAGE STAP 5 OPDRACHT 1 BIJLAGE STAP 6 OPDRACHT 1

MIJN EN De volgende keer (stap 2) werken we rond je talenten. Je krijgt twee opdrachten. Noteer hier wanneer je deze opdrachten gaat doen tegen de volgende afspraak en wie je daar gaat bij helpen. Opdracht 1: dit is een opdracht die je zelf moet doen. Je kan wel vragen aan iemand om je hierbij te helpen. Wanneer doe ik de opdracht? Wie helpt me? Opdracht 2: dit is een opdracht die je vraagt aan 2 mensen die jou goed kennen. Dit kunnen zijn: je moeder, vader, broer, zus, vriend, partner, begeleider Wanneer doe ik de opdracht? Wie helpt me? BIJLAGE STAP 2

OPDRACHT 1 OPDRACHT VOOR JEZELF Dit is een opdracht die je zelf moet doen. Lees eerst in je werkboek over Mijn talenten op p 8-10. Je hebt 6 stickers met rode sterren. Kies 6 talenten die jij (een beetje) hebt en kleef er een stersticker bij. Schrijf er telkens bij waarom je dat talent kiest. Bijvoorbeeld je kleeft een sticker bij: Beweegtalent en je schrijft erbij: ik doe ballet. Verzorgtalent en je schrijft erbij: de kleuterjuf zegt dat ik goed kleuters kan troosten. Mooi maak talent en je schrijft erbij: ik besteed veel aandacht aan mijn uiterlijk en krijg daar ook complimenten over van mijn vrienden. BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 1

BEWEEG EN EXPRESSIE TAAL SCHRIJF CREATIEF &FANTASIE PODIUM BEWEEG MUZIEK BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 1

VOOR JEZELF MOOI MAAK RELAX IK KEN MEZELF NATUUR BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 1

VOOR ANDEREN ZORG GRAPPIG SAMEN GESPREKS VRIEND- SCHAPS BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 1

WERK GOED AFWERK HANDIG ORGANISEER ORDE& STRUCTUUR BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 1

DENK WETEN SCHAPS ONDER ZOEKS DENK ZIN GEVINGS NIEUWS GIERIG BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 1

OPDRACHT 2 OPDRACHT VOOR JE NETWERK Dit kunnen zijn: je moeder, vader, broer, zus, vriend, partner, begeleider Op het bijhorende bladzijdes zie je 24 soorten talenten in kleur afgebeeld. Overloop de talenten eens. Omcirkel minimum 3 en maximum 6 talenten die jij opmerkt bij mij. Geef telkens een voorbeeld van dat talent. Beweegtalent en je schrijft erbij: Hij doet ballet. Verzorgtalent en je schrijft erbij: Hij kan goed kleuters troosten. Mooi maak talent en je schrijft erbij: Hij besteedt veel aandacht aan zijn/haar uiterlijk en krijgt er complimenten over. BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 2

BEWEEG EN EXPRESSIE TAAL SCHRIJF CREATIEF &FANTASIE PODIUM BEWEEG MUZIEK BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 1

VOOR JEZELF MOOI MAAK RELAX IK KEN MEZELF NATUUR BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 1

VOOR ANDEREN ZORG GRAPPIG SAMEN GESPREKS VRIEND- SCHAPS BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 1

WERK GOED AFWERK HANDIG ORGANISEER ORDE& STRUCTUUR BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 1

DENK WETEN SCHAPS ONDER ZOEKS DENK ZIN GEVINGS NIEUWS GIERIG BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 1

OPDRACHT 3 ACHTERGRONDINFORMATIE & ENSILHOUET Achtergrondinformatie Talent is een relationeel begrip. Mensen vinden wat ze doen vaak gewoon, maar het wordt opgemerkt als een talent doordat anderen dit niet zo gewoon vinden en het benoemen als een sterkte. Naast het relationele is de context ook een belangrijk gegeven. Talent wordt zichtbaar in een context. Het is interessant om mensen in een bepaalde context te plaatsen en te kijken wat er dan ontstaat. Sluit deze context aan bij de talenten van een persoon, dan wordt talent meer zichtbaar. In het zoeken naar de talenten kan je beroep doen op de relaties en de context. Zo stelde je al vragen aan het netwerk. En vroeg je ook aan de cliënt zelf waar hij goed in is. Dit geeft een eerste beeld van talenten van de cliënt. Aan deze info voeg je nog je eigen kennis toe. DENK ONDER ZOEKS DENK zaken opzoeken op de computer (vb. spreuken) nadenken over de dingen om zich heen leergierig WERK ORDE& STRUCTUUR HANDIG GOED AFWERK ordelijk en netjes ruimtes proper houden vaatmachine legen opdrachten tot in de puntjes afwerken kopiëren lamineren post in postvakjes steken BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 3

Methodiek talentensilhouet In het spreken en nadenken over talent, introduceer je het begrip succes. Je maakt een silhouettekening. De cliënt gaat op een groot blad papier liggen op de grond en wordt levensecht afgebeeld door jou. Dit doe je door met een stift zijn contouren vast te leggen. Daarna krijgt de cliënt de vraag om na te denken over een persoonlijk succes: Een actie, iets wat hij gedaan heeft. Bij voorkeur zeer recent. Het succes was zichtbaar voor minstens 1 iemand. Hij was er zelf tevreden over, trots op. Het gaf een goed gevoel. Ik ben vandaag vroeg opgestaan om zeker op tijd op deze afspraak te zijn. Mijn vader heeft dit gezien en zelf ben ik blij dat dit gelukt is. De successen worden op het papier geschreven met een bijpassende illustratie. Nu de cliënt weet wat een succes is, introduceer je het begrip talent. Je bekijkt het lijstje om talent op te sporen, op p 11. Vervolgens sta je stil bij de talenten van de cliënt. Die worden genoteerd en gegroepeerd op het getekende silhouet. BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 3

Je bouwt dit op in enkele stappen: Eerst bevraag je de cliënt zelf: wat zijn jouw talenten? Wat kan jij goed, doe je graag en waar krijg je complimenten over? Dat vul je aan met de input uit de bevraging van zijn netwerk. Als laatste vul jij aan vanuit je kennis over de cliënt. Voor een duidelijk overzicht van de talenten groepeer je ze per talentdomein. Ieder talentdomein heeft een eigen kleur die consequent wordt aangehouden. Beweeg- en expressietalent: groen Talent voor anderen: rood Talent voor mezelf: oranje Denktalent: blauw Werktalent: paars BEWEEG EN EXPRESSIE VOOR ANDEREN VOOR JEZELF WERK DENK Je groepeert de genoemde voorbeelden van talenten in actie volgens talent en talentdomein. Ieder talent krijgt ook een bijhorende talentsticker. Bijvoorbeeld: dansen, lopen, voetballen hoort bij beweegtalent. BIJLAGE STAP 2 OPDRACHT 3

WERKKWALITEITEN METHODIEK OM 8 WERKKWALITEITEN TE INTRODUCEREN Je plakt met papieren tape drie kaders op de grond. Elk kader staat voor één antwoordmogelijkheid (1,2,3). Je stelt de eerste vraag. De cliënt gaat in het antwoordvak staan dat hij verkiest. Jullie bespreken zijn antwoord. Er is niet één juist antwoord. Jullie bespreken in welke gevallen zijn antwoord OK zou zijn en in welke gevallen niet. Je start telkens met een toelichting over welke werkkwaliteit het gaat (info in werkboek) en je toont de bijbehorende foto in het werkboek p 22-29. Na deze opdracht lezen jullie samen in het werkboek nog eens de uitleg bij elke werkkwaliteit. Je toetst via een vraaggesprek af of de begrippen begrepen zijn. BIJLAGE STAP 3 OPDRACHT 1

1 PLANNING & PRIORITEITEN Planning en prioriteiten Ik moet van mijn werkbegeleider 200 enveloppen met etiketten kleven vandaag. De brieven moeten morgen de deur uit. Dit is mijn belangrijkste taak vandaag. Ik heb nog andere taken: de brievenbus leegmaken, de frigo aanvullen, Ik doe deze taken liever. Hoe pak ik het aan? 1. Ik begin met de taken die ik het leukste vind. En doe de taak etiketten kleven als laatst. 2. Ik doe het niet. Ik vind etiketten kleven niet leuk. 3. Ik begin met etiketten kleven. Deze taak is de belangrijkste. Daarna ga ik verder met de leukere taken. Toelichting: Als je goed kan plannen en prioriteiten stellen, dan weet je welke taken je best eerst doet (vb. etiketten kleven). Je kan je werk zo plannen dat je op tijd klaar bent. En je kan zelf starten met een taak die je al eens gedaan hebt. Als je werk klaar is, kan je een volgende taak doen. BIJLAGE STAP 3 OPDRACHT 1

2 SAMENWERKING Samenwerking Mijn collega en ik krijgen samen twee taken: posters ophangen en de zeep in de toiletten vervangen. We vervangen allebei niet graag de zeep in de toiletten. We moeten de taken verdelen. Hoe doen we dat? 1. Ik zeg aan mijn collega dat ik de posters ga ophangen. Mijn collega moet de zeep maar vervangen. 2. We trekken een lootje. Diegene die het kortste lootje trekt, moet de zeep vervangen. 3. Ik overleg met mijn collega hoe we de taken best verdelen. We spreken af dat we in de helft van de taak wisselen. Zo worden de taken eerlijk verdeeld. Toelichting: Op je stage is het belangrijk dat je goed kan samenwerken met je collega s. Dit betekent dat je jouw collega s complimentjes geeft. Dat je respect hebt voor hun spullen en hun privéleven. Je luistert naar de mening van jouw collega s. BIJLAGE STAP 3 OPDRACHT 1

3 JE VOORKOMEN Voorkomen Ik moet morgen werken. Waar let ik op? 1. Ik doe de kleren aan die ik gisteren aan had. Ik heb mij gisteren al gedoucht, dus vandaag moet het niet. 2. Ik leg propere kleren klaar voor de volgende dag. Ik controleer of ik mijn haar moet wassen, maar het is nog proper. 3. Ik leg mijn mooiste kleren klaar voor de volgende dag. Ik wil er goed uit zien op mijn stage. Ik ga nu alvast in de douche en zet ook mijn deo klaar voor morgenvroeg. Toelichting: Als je naar je werk gaat moet je ervoor zorgen dat je er verzorgd uitziet. Je kleren moeten volgens de regels van jouw werk zijn. Je let op je hygiëne. BIJLAGE STAP 3 OPDRACHT 1

4 STIPTHEID EN BETROUWBAARHEID Stiptheid en betrouwbaarheid Ik ga met de bus naar mijn werk. Ik was deze ochtend te laat opgestaan en heb mijn bus gemist. Ik heb de volgende bus genomen, maar zal een halfuurtje te laat zijn. 1. Een halfuurtje is niet veel, ik zal het straks wel uitleggen. 2. Ik verzin een excuus waarom ik te laat ben. 3. Ik bel naar mijn werkgever om te zeggen dat ik wat later zal zijn. Toelichting: Op je werk is het belangrijk om stipt te zijn. Je komt best altijd op tijd. Je gaat op tijd terug aan het werk na je pauzes. Het is belangrijk om betrouwbaar te zijn. Mensen kunnen op jou rekenen. Betrouwbaar zijn betekent dat je het durft toegeven als je een fout hebt gemaakt. (vb. Je hebt je overslapen.) BIJLAGE STAP 3 OPDRACHT 1

5 PROBLEMEN OPLOSSEN Problemen oplossen Ik krijg elke ochtend op mijn stage een lijst met taken van mijn werkbegeleider. Deze ochtend is mijn begeleider ziek. Wat doe ik? 1. Ik ga ergens zitten en hoop dat iemand mij komt helpen. 2. Ik neem zelf initiatief en start met het uitvoeren van taken, zonder een lijst. 3. Ik vraag hulp aan mijn collega. Zij geeft mij een lijstje met taken en ik ga aan de slag. Toelichting: Op het werk loopt niet altijd alles zoals je verwacht had. Als je goed bent in problemen oplossen, dan merk je het op als er iets fout loopt. En dan zoek je naar oplossingen. BIJLAGE STAP 3 OPDRACHT 1

6 LUISTEREN NAAR ELKAAR Luisteren naar elkaar Het is lunchtijd. Mijn collega vertelt een verhaal over haar kinderen tijdens het eten. Wat doe ik? 1. Ik luister naar haar verhaal en eet in stilte mijn boterhammen op. 2. Ik luister naar haar verhaal en stel vragen over haar kinderen. Ik vraag bijvoorbeeld welke leeftijd ze hebben. 3. Ik luister niet naar haar verhaal. Ik heb zelf geen kinderen, dus ik begrijp niet waarover ze praat. Toelichting: Je bent goed in luisteren naar elkaar als je interesse toont in de andere zijn verhaal, door extra vragen te stellen. Je vraagt meer uitleg aan anderen als je iets niet begrijpt. BIJLAGE STAP 3 OPDRACHT 1

7 INLEVEN IN ELKAAR Inleven in elkaar Mijn collega is gewoonlijk een babbelkous, maar zegt niet veel vandaag. Wat doe ik? 1. Het zijn mijn zaken niet. Ik werk door en vraag haar niet wat er is. 2. Ik vraag haar of er iets is, maar zeg erbij dat ze me niets moet vertellen als ze dat niet wilt. 3. Ik herinner mij dat haar mama ziek was geworden vorige week. Ik vraag of alles OK is met haar mama. Toelichting: Inleven in elkaar. Je bent hier goed in als je weet wat anderen bedoelen zonder dat ze het luidop moeten zeggen. Je onthoudt wat collega s al tegen jou verteld hebben in een voorgaand gesprek. Je voelt aan hoe iemand zich voelt. BIJLAGE STAP 3 OPDRACHT 1

8 ASSERTIVITEIT Assertiviteit: Opkomen voor je mening. Ik krijg de taak om planken te stapelen in het magazijn. Het werk valt mee, maar in het magazijn is het heel druk. Ik heb het moeilijk om in deze drukte te werken. 1. Het zal wel aan mij liggen, denk ik. Ik zeg er niets van. 2. Ik werk mijn taak af en ik bespreek met mijn werkbegeleider dat ik hier last van had. Samen maken we hier afspraken over voor als dit nog eens voorkomt. 3. Ik ga even een luchtje scheppen en leg het daarna uit aan mijn werkplekbegeleider. Toelichting: Assertief zijn is opkomen voor je eigen mening op een respectvolle manier. Het betekent ook uitleg durven vragen en durven zeggen wanneer iets niet eerlijk gebeurt. BIJLAGE STAP 3 OPDRACHT 1

Planning en prioriteiten Ik moet van mijn werkbegeleider 200 enveloppen met etiketten kleven vandaag. De brieven moeten morgen de deur uit. Dit is mijn belangrijkste taak vandaag. Ik heb nog andere taken: de brievenbus leegmaken, de frigo aanvullen, Ik doe deze taken liever. Hoe pak ik het aan? 1. Ik begin met de taken die ik het leukste vind. En doe de taak etiketten kleven als laatst. 2. Ik doe het niet. Ik vind etiketten kleven niet leuk. 3. Ik begin met etiketten kleven. Deze taak is de belangrijkste. Daarna ga ik verder met de leukere taken. Toelichting: Als je goed kan plannen en prioriteiten stellen, dan weet je welke taken je best eerst doet (vb. etiketten kleven). Je kan je werk zo plannen dat je op tijd klaar bent. En je kan zelf starten met een taak die je al eens gedaan hebt. Als je werk klaar is, kan je een volgende taak doen. Samenwerking Mijn collega en ik krijgen samen twee taken: posters ophangen en de zeep in de toiletten vervangen. We vervangen allebei niet graag de zeep in de toiletten. We moeten de taken verdelen. Hoe doen we dat? 1. Ik zeg aan mijn collega dat ik de posters ga ophangen. Mijn collega moet de zeep maar vervangen. 2. We trekken een lootje. Diegene die het kortste lootje trekt, moet de zeep vervangen. 3. Ik overleg met mijn collega hoe we de taken best verdelen. We spreken af dat we in de helft van de taak wisselen. Zo worden de taken eerlijk verdeeld. Toelichting: Op je stage is het belangrijk dat je goed kan samenwerken met je collega s. Dit betekent dat je jouw collega s complimentjes geeft. Dat je respect hebt voor hun spullen en hun privéleven. Je luistert naar de mening van jouw collega s. BIJLAGE STAP 3 OPDRACHT 1

Voorkomen Ik moet morgen werken. Waar let ik op? 1. Ik doe de kleren aan die ik gisteren aan had. Ik heb mij gisteren al gedoucht, dus vandaag moet het niet. 2. Ik leg propere kleren klaar voor de volgende dag. Ik controleer of ik mijn haar moet wassen, maar het is nog proper. 3. Ik leg mijn mooiste kleren klaar voor de volgende dag. Ik wil er goed uit zien op mijn stage. Ik ga nu alvast in de douche en zet ook mijn deo klaar voor morgenvroeg. Toelichting: Als je naar je werk gaat moet je ervoor zorgen dat je er verzorgd uitziet. Je kleren moeten volgens de regels van jouw werk zijn. Je let op je hygiëne. Stiptheid en betrouwbaarheid Ik ga met de bus naar mijn werk. Ik was deze ochtend te laat opgestaan en heb mijn bus gemist. Ik heb de volgende bus genomen, maar zal een halfuurtje te laat zijn. 4. Een halfuurtje is niet veel, ik zal het straks wel uitleggen. 5. Ik verzin een excuus waarom ik te laat ben. 6. Ik bel naar mijn werkgever om te zeggen dat ik wat later zal zijn. Toelichting: Op je werk is het belangrijk om stipt te zijn. Je komt best altijd op tijd. Je gaat op tijd terug aan het werk na je pauzes. Het is belangrijk om betrouwbaar te zijn. Mensen kunnen op jou rekenen. Betrouwbaar zijn betekent dat je het durft toegeven als je een fout hebt gemaakt. (vb. Je hebt je overslapen.) Problemen oplossen Ik krijg elke ochtend op mijn stage een lijst met taken van mijn werkbegeleider. Deze ochtend is mijn begeleider ziek. Wat doe ik? 1. Ik ga ergens zitten en hoop dat iemand mij komt helpen. 2. Ik neem zelf initiatief en start met het uitvoeren van taken, zonder een lijst. 3. Ik vraag hulp aan mijn collega. Zij geeft mij een lijstje met taken en ik ga aan de slag. Toelichting: Op het werk loopt niet altijd alles zoals je verwacht had. Als je goed bent in problemen oplossen, dan merk je het op als er iets fout loopt. En dan zoek je naar oplossingen. BIJLAGE STAP 3 OPDRACHT 1

Luisteren naar elkaar Het is lunchtijd. Mijn collega vertelt een verhaal over haar kinderen tijdens het eten. Wat doe ik? 1. Ik luister naar haar verhaal en eet in stilte mijn boterhammen op. 2. Ik luister naar haar verhaal en stel vragen over haar kinderen. Ik vraag bijvoorbeeld welke leeftijd ze hebben. 3. Ik luister niet naar haar verhaal. Ik heb zelf geen kinderen, dus ik begrijp niet waarover ze praat. Toelichting: Je bent goed in luisteren naar elkaar als je interesse toont in de andere zijn verhaal, door extra vragen te stellen. Je vraagt meer uitleg aan anderen als je iets niet begrijpt. Inleven in elkaar Mijn collega is gewoonlijk een babbelkous, maar zegt niet veel vandaag. Wat doe ik? 1. Het zijn mijn zaken niet. Ik werk door en vraag haar niet wat er is. 2. Ik vraag haar of er iets is, maar zeg erbij dat ze me niets moet vertellen als ze dat niet wilt. 3. Ik herinner mij dat haar mama ziek was geworden vorige week. Ik vraag of alles OK is met haar mama. Toelichting: Inleven in elkaar. Je bent hier goed in als je weet wat anderen bedoelen zonder dat ze het luidop moeten zeggen. Je onthoudt wat collega s al tegen jou verteld hebben in een voorgaand gesprek. Je voelt aan hoe iemand zich voelt. Assertiviteit: Opkomen voor je mening. Ik krijg de taak om planken te stapelen in het magazijn. Het werk valt mee, maar in het magazijn is het heel druk. Ik heb het moeilijk om in deze drukte te werken. 1. Het zal wel aan mij liggen, denk ik. Ik zeg er niets van. 2. Ik werk mijn taak af en ik bespreek met mijn werkbegeleider dat ik hier last van had. Samen maken we hier afspraken over voor als dit nog eens voorkomt. 3. Ik ga even een luchtje scheppen en leg het daarna uit aan mijn werkplekbegeleider. Toelichting: Assertief zijn is opkomen voor je eigen mening op een respectvolle manier. Het betekent ook uitleg durven vragen en durven zeggen wanneer iets niet eerlijk gebeurt.

LOOPBAANPOSTER MIJN LOOPBAAN POSTER MIJN EN WERK- KWALITEITEN ONTWIKKEL- PUNTEN Noem 2 talenten waar je trots op bent. Noem 2 werkkwaliteiten waar je trots op bent. Noem 3 ontwikkelpunten waarin je nog wil groeien. 1 EN DIT BEN IK 1 1 Schrijf, teken en kleef hier de dingen die je wil vertellen over jezelf. DIT IS MIJN WERK Schrijf, teken en kleef hier de dingen die je wil vertellen over werk. 2 NIET-EN 2 2 3 WERKKWALITEITEN MIJN IDEALE WERKOMGEVING HOE VOEL JIJ JE OP JE WERK? Deze taken doe ik graag en goed. Deze taken doe ik minder graag en lukken minder goed. Deze poster hoort bij de tool Mijn Loopbaanplan, ontwikkeld door Konekt vzw en Groep Intro vzw met de steun van de provincie Oost-Vlaanderen. Lees er alles over op www.konekt.be - kies voor Werk vanuit je talent BIJLAGE STAP 4 OPDRACHT 1

Hoe voel jij je op je werk? Omcirkel de Denk aan je stage. Omcirkel depassen. gevoelens die hierbij passen. gevoelens die hierbij LetsCo Tool C1 Tussentijds gesprek stage I PG 72 BIJLAGE STAP 4 OPDRACHT 2

Hoe voel jij je op je werk? Omcirkel de gevoelens die hierbij passen. droevig slecht bang onzeker blij lacherig samen ongeduldig ALLEEN verlegen kwaad onveilig depressief geborgen verveeld APART mottig MOEDIG RAZEND huilerig geprikkeld afschuwelijk gekwetst BIJLAGE STAP 4 OPDRACHT 2

Hoe voel jij je op je werk? Omcirkel de gevoelens die hierbij passen. zenuwachtig WOEDEND gesterkt gelukkig nerveus neerslachtig ongeduldig verlegen nieuwsgierig overstuur miskend rottig eng opgelucht getroost gerustgesteld BIJLAGE STAP 4 OPDRACHT 2

LEIDRAAD HET WERKBEZOEK Doel van het werkbezoek 1. Kaderen van het traject: We gaan samen met de cliënt een jaar op pad om te ontdekken waarin de cliënt sterk is en waarin hij of zij nog wil verder ontwikkelen. We maken elk jaar een actieplan op met zaken waaraan wordt gewerkt om de cliënt te laten groeien. We willen de werkbegeleider hierin meenemen. 2. De deelnemer stelt zelf voor welke bevindingen er in het traject zijn. Hij stelt zijn loopbaanposter voor: Talenten en niet-talenten Werkkwaliteiten Ideale werkomgeving 3. Van de werkbegeleider wordt input verwacht (bevestiging, aanvulling, andere invalshoeken...). Zo wordt hij meegenomen in het verhaal van ontwikkeling op de werkvloer. Bedoeling is dat samen wordt gewerkt aan ontwikkeling op de werkvloer in de toekomst. 4. De jobcoach zal het traject blijven opvolgen. Leidraad voor het werkbezoek 1. Maak een afspraak met de werkbegeleider/werkgever. Voorzie 1,5 uur en kader dit goed naar zowel de werkgever als de cliënt. Plan en communiceer dit goed naar je cliënt. 2. Maak tijd om voor de afspraak nog eens samen te zitten met de cliënt. Voorzie tijd om nog even naar de loopbaanposter te kijken. Maak afspraken rond verplaatsing. Rijden jullie samen? BIJLAGE STAP 5 OPDRACHT 1

3. Ga naar de werkgever samen met je cliënt. Zorg dat jullie rond de tafel zitten in een gelijkwaardige positie Laat je cliënt de loopbaanposter voorstellen Belangrijkste vragen voor de werkbegeleider: Akkoord met de bevindingen? Kan je per onderdeel aanvullen met concrete voorbeelden? Zijn er talenten en werkkwaliteiten die niet besproken zijn? Welke concrete acties kunnen er gepland worden in het volgende werkjaar? 4. Maak hier een verslag van. Noteer de hoofdzaken in het werkboek op p35. BIJLAGE STAP 5 OPDRACHT 1

WELKE ACTIES WIE HELPT? WELK RESULTAAT? WANNEER? BIJLAGE STAP 6 OPDRACHT 1

Sjabloon etiket Avery 3666 - formaat stickers 38,1 x 21,2 (65 per vel) BEWEEG EN EXPRESSIE TAAL SCHRIJF CREATIEF &FANTASIE PODIUM BEWEEG MUZIEK VOOR ANDEREN GRAPPIG GESPREK ZORG VRIEND- SCHAPS SAMEN VOOR JEZELF MOOI MAAK RELAX NATUUR IK KEN MEZELF DENK WETEN SCHAPS ONDER ZOEKS NIEUWS GIERIG ZIN GEVINGS DENK WERK ORGANISEER ORDE& STRUCTUUR GOED AFWERK HANDIG Hier ben ik trots op. Hier wil ik in ontwikkelen. Hier ben ik trots op. Hier wil ik in ontwikkelen. Hier ben ik trots op. Hier ben ik trots op. Hier wil ik in ontwikkelen. Hier ben ik trots op. Hier wil ik in ontwikkelen. Hier ben ik trots op. Hier ben ik trots op. Hier wil ik in ontwikkelen. Hier ben ik trots op. Hier wil ik in ontwikkelen. Hier wil ik in ontwikkelen. Hier ben ik trots op. Hier wil ik in ontwikkelen. Hier ben ik trots op. Hier wil ik in ontwikkelen. Hier wil ik in ontwikkelen.

COLOFON Tekst en inhoud: Miriam Hemelsoet (Konekt vzw), Sien Depouvre (Groep Intro) Dankjewel aan de cliënten en jobcoaches van Alderande, De Sperwer en Emiliani om deel te nemen aan dit project en voor de feedback. Konekt vzw I www.konekt.be info@konekt.be I Facebook Konektvzw Lijnmolenstraat 153, 9040 Gent I 09 261 57 50 Groep Intro vzw I www.groepintro.be Nieuwstraat 35, 9100 Sint-Niklaas I 03 777 51 34 Bronmateriaal: Konekt, ESF, Ik kies voor mijn talent (Luk Dewulf), Kickstart instrument. Vorm: llot - grafisch ontwerp Partners: Alderande, De Sperwer en Emiliani Dit Project werd mogelijk gemaakt door de Provincie Oost-Vlaanderen.

MIJN LOOPBAAN PLAN