Beroepsbevolking Amsterdam en regio, 2007

Transcriptie

1 Beroepsbevolking Amsterdam en regio, 2007 De beroepsbevolking in cijfers Project: 7017 Nienke Nottelman Weesperstraat 79 Postbus VN Amsterdam 1000 AR Amsterdam Telefoon Fax Amsterdam, januari 2008

2 In dit rapport worden de resultaten van de door O+S gehouden Enquête Regionale Beroepsbevolking weergegeven in tabellen. Informatie over de achtergrond van het onderzoek, de vragenlijst en definities zijn te vinden in de bijlagen. 2

3 Inhoud 1 Beroepsbevolking Amsterdam Beroepsbevolking naar geslacht en herkomstgroepering Beroepsbevolking naar geslacht en leeftijdgroep Beroepsbevolking naar opleidingsniveau Voornaamste bezigheid 10 2 Werkzame beroepsbevolking Amsterdam Dienstverband en arbeidsduur Werkzame beroepsbevolking naar bedrijfstak Werkzame beroepsbevolking naar opleidingsniveau 17 3 Werkloosheid Amsterdam Werkloze beroepsbevolking naar achtergrondkenmerken Manieren van werk zoeken 21 4 Beroepsbevolking stadsdelen Beroepsbevolking regio Amsterdam Bijlage I Achtergrond van het onderzoek 37 Bijlage II Definities beroepsbevolking 39 Bijlage III Definities van etniciteit en opleidingsniveau 42 Bijlage III Vragenlijst 43 3

4 4

5 1 Beroepsbevolking Amsterdam Beroepsbevolking naar geslacht en herkomstgroepering Tabel 1.1 De Amsterdamse (beroeps-) bevolking van jaar naar herkomstgroepering en geslacht, 2007 (x 1.000) mannen totale totale beroepsbevolking werkzaam werkloos niet- beroepsbevolking bevolking jaar Surinamers & Antillianen 20,1 18,2 1,9 8,0 28,1 Turken 9,8 8,6 1,2 4,2 14,0 Marokkanen 14,0 11,4 2,6 8,4 22,4 overige niet-westerse allochtonen 19,7 16,4 3,3 7,9 27,6 westerse allochtonen 34,5 32,6 1,9 5,6 40,1 autochtonen 113,9 110,3 3,6 25,1 139,0 totaal 212,1 197,4 14,6 59,2 271,2 vrouwen totale beroepsbevolking werkzaam werkloos niet- beroepsbevolking totale bevolking jaar Surinamers & Antillianen 20,3 17,2 3,1 11,8 32,1 Turken 4,6 3,7,9 8,4 13,0 Marokkanen 8,0 6,1 1,9 13,0 21,0 overige niet-westerse allochtonen 13,4 10,8 2,6 11,2 24,6 westerse allochtonen 30,1 26,9 3,2 12,0 42,1 autochtonen 101,9 97,4 4,5 35,7 137,6 totaal 178,2 162,1 16,1 92,2 270,4 totaal totale beroepsbevolking werkzaam werkloos niet- beroepsbevolking totale bevolking jaar Surinamers & Antillianen 40,4 35,4 5,0 19,8 60,2 Turken 14,4 12,3 2,1 12,6 27,0 Marokkanen 22,0 17,5 4,5 21,4 43,4 overige niet-westerse allochtonen 33,1 27,2 5,9 19,1 52,2 westerse allochtonen 64,6 59,5 5,1 17,6 82,2 autochtonen 215,8 207,7 8,1 60,8 276,6 totaal 390,3 359,5 30,8 151,4 541,7 5

6 Tabel 1.2 Netto en bruto participatie (%) naar herkomstgroepering en geslacht, 2007 mannen bruto participatie netto participatie Surinamers & Antillianen Turken Marokkanen overige niet-westerse allochtonen westerse allochtonen autochtonen totaal vrouwen bruto participatie netto participatie Surinamers & Antillianen Turken Marokkanen overige niet-westerse allochtonen westerse allochtonen autochtonen totaal totaal bruto participatie netto participatie Surinamers & Antillianen Turken Marokkanen overige niet-westerse allochtonen westerse allochtonen autochtonen totaal Bruto participatie: beroepsbevolking in procenten van de bevolking Netto participatie: werkzame beroepsbevolking in procenten van de bevolking 6

7 1.2 Beroepsbevolking naar geslacht en leeftijdgroep Tabel 1.3. De Amsterdamse beroepsbevolking naar 5-jaars-leeftijdgroep en geslacht, 2007 (x 1.000) mannen vrouwen totaal jaar 6,4 6,7 13, jaar 15,1 17,2 32, jaar 27,7 28,0 55, jaar 33,8 28,9 62, jaar 32,6 26,2 58, jaar 29,1 21,4 50, jaar 24,5 19,3 43, jaar 19,3 15,3 34, jaar 16,6 11,3 28, jaar 6,9 3,9 10,7 totaal 212,1 178,2 390,3 Tabel 1.4. Participatie (bruto) per 5-jaars-leeftijdgroep en geslacht, Amsterdam, 2007 mannen vrouwen totaal jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar totaal Participatie (bruto): beroepsbevolking in procenten van de bevolking 7

8 Tabel 1.5. Participatie (bruto) per leeftijdgroep en geslacht, Amsterdam, mannen jaar jaar jaar jaar jaar totaal vrouwen jaar jaar jaar jaar jaar totaal totaal jaar jaar jaar jaar jaar totaal Participatie (bruto): beroepsbevolking in procenten van de bevolking Tabel 1.6 Participatie (bruto) per leeftijdgroep en herkomstgroepering, 2007 overige Surinamers & Antillianen Turken Marokkanen nietwesterse allochtonen westerse allochtonen autochtonen totaal jaar jaar totaal Participatie (bruto): beroepsbevolking in procenten van de bevolking 8

9 1.3 Beroepsbevolking naar opleidingsniveau Tabel 1.7. Participatie (bruto) per opleidingsniveau en geslacht, 2007 mannen vrouwen totaal BO LBO/MAVO MBO/HAVO/VWO HBO/WO totaal Participatie (bruto): beroepsbevolking in procenten van de bevolking Tabel 1.8 Participatie (bruto) per opleidingsniveau en leeftijdgroep, jaar jaar jaar jaar jaar totaal BO LBO/MAVO MBO/HAVO/VWO HBO/WO 71* totaal Participatie (bruto): beroepsbevolking in procenten van de bevolking * percentage gebaseerd op klein aantal respondenten Tabel 1.9 Participatie (bruto) per opleidingsniveau en herkomstgroepering, 2007 overige nietwesterse Surinamers & Antillianen Turken Marokkanen allochtonen westerse allochtonen autochtonen totaal BO/LBO/MAVO MBO/HAVO/VWO HBO/WO 91 83* 90* totaal Participatie (bruto): beroepsbevolking in procenten van de bevolking * percentage gebaseerd op zeer klein aantal respondenten 9

10 1.4 Voornaamste bezigheid Tabel 1.10 De Amsterdamse bevolking van jaar naar voornaamste bezigheid en deelname aan de beroepsbevolking, 2007 (x 1.000) totale totale niet bevolking participatie participatie participatie beroepsbevolking beroeps mannen vrouwen totaal werkzaam werkloos bevolking jaar onderwijsvolgend/studerend 26,8 19,1 7,8 53,6 80, eigen huishouding 4,8 1,1 3,7 33,7 38, invalide/arbeidsongeschikt 1,4,5,9 25,9 27, werkloos/werkzoekend/wachtgeld 15,6 1,1 14,5 14,9 30, gepensioneerd/rentenierend,7,3,4 9,3 10, zelfstandig 48,3 48,1,2 1,3 49, werk in loondienst 287,7 286,3 1,4 4,2 291, anders 4,9 3,0 1,9 8,5 13, totaal 390,3 359,5 30,8 151,4 541, Participatie (bruto): beroepsbevolking in procenten van de bevolking 10

11 2 Werkzame beroepsbevolking Amsterdam Dienstverband en arbeidsduur Tabel 2.1 De Amsterdamse werkzame beroepsbevolking naar positie in de werkkring en geslacht, 2007 (x 1.000) mannen zelfstandigen en meewerkende gezinsleden 32,9 in loondienst 164,5 w.v. vaste baan 135,2 tijdelijke baan 27,4 contract onbekend 1,9 totaal 197,4 vrouwen zelfstandigen en meewerkende gezinsleden 16,9 in loondienst 145,2 w.v. vaste baan 118,2 tijdelijke baan 25,4 contract onbekend 1,6 totaal 162,1 totaal zelfstandigen en meewerkende gezinsleden 49,8 in loondienst 309,7 w.v. vaste baan 253,4 tijdelijke baan 52,8 contract onbekend 3,5 totaal 359,5 Tabel 2.2 De Amsterdamse werkzame bevolking van jaar naar arbeidsduur per week, 2007 (x 1.000) mannen vrouwen totaal 1-11 uur (behoren niet tot de werkzame beroepsbevolking) 13,0 18,5 31, uur 19,6 41,8 61, uur 26,5 47,3 73,8 33 of meer 143,2 67,1 210,3 sterk wisselend 8,0 6,0 14,0 totaal 210,4 180,6 391,0 11

12 Tabel 2.3 De Amsterdamse werkzame bevolking (15-64 jaar), naar arbeidsduur per week en aard van het dienstverband, 2007 (x 1.000) meewerkend zelfstandig in eigen bedrijf vaste baan uitzendwerk oproepcontract thuiswerk tijdelijk contract onbekend totaal 1-11 uur 2,4,6 10,5 1,6 6,2,1 6,2 3,8 31, uur 3,7,6 41,0 3,7 3,9,1 6,2 2,2 61, uur 7,0,1 53,9 3,4,6 6,4 2,3 73,8 33 of meer 30,9,3 154,4 5,7,6,4 13,9 4,2 210,3 sterk wisselend 6,8,4 4,1,4 1,0,9,5 14,0 totaal 50,8 2,0 263,9 14,9 12,3,6 33,5 13,0 391,0 Tabel 2.4 De Amsterdamse werkzame beroepsbevolking naar arbeidsduur per week, in procenten per leeftijdgroep en geslacht, jaar jaar jaar jaar jaar totaal mannen uur uur of meer totaal aantal 1 18,2 59,6 57,9 40,0 21,7 197,4 vrouwen uur uur of meer totaal aantal 2 19,3 52,8 44,2 31,6 14,3 162,1 totaal uur uur of meer totaal aantal 2 37,5 112,4 102,1 71,6 36,0 359,5 1 totaal aantal x = 100% 12

13 2.2 Werkzame beroepsbevolking naar bedrijfstak Tabel 2.5 De Amsterdamse werkzame beroepsbevolking naar werkadres, in procenten per bedrijfstak, 2007 totaal x werkadres Amsterdam Waterland/ overig wisselend/ = 100% Zaanstreek Meerlanden Amstelland Nederland onbekend landbouw/industrie ,6 uitgever/drukker ,1 bouw/installatie ,6 groot+tussenhandel/ 13,8 garages detailhandel/reparatie ,8 horeca ,8 vervoer/telecom ,4 bank/verzekering ,7 zakelijke dienstverlening ,5 overheid ,6 onderwijs/universiteit ,5 gezondheid/welzijn/milieu ,6 maatsch. organisaties 26,6 cultuur/sport/ recreatie overige dienstverlening ,8 anders/onbekend ,2 totaal ,5 13

14 Tabel 2.6. De Amsterdamse werkzame beroepsbevolking naar bedrijfstak en geslacht, 2007 in procenten per geslacht mannen vrouwen totaal landbouw/industrie uitgever/drukker bouw/installatie groot+tussenhandel/ garages detailhandel/reparatie horeca vervoer/telecom bank/verzekering zakelijke dienstverlening overheid onderwijs/universiteit gezondheid/welzijn/milieu maatsch. organisaties cultuur/sport/ recreatie overige dienstverlening anders/onbekend totaal x = 100% 197,4 162,1 359,5 in procenten per bedrijfstak mannen vrouwen totaal x = 100% landbouw/industrie ,6 uitgever/drukker ,1 bouw/installatie ,6 groot+tussenhandel/ garages ,8 detailhandel/reparatie ,8 horeca ,8 vervoer/telecom ,4 bank/verzekering ,7 zakelijke dienstverlening ,5 overheid ,6 onderwijs/universiteit ,5 gezondheid/welzijn/milieu ,6 maatsch. organisaties cultuur/sport/ recreatie ,6 overige dienstverlening ,8 anders/onbekend ,2 totaal ,5 14

15 Tabel 2.7. De Amsterdamse werkzame beroepsbevolking naar bedrijfstak en herkomstgroepering, 2007 in procenten per herkomstgroepering Surinamers & Antillianen Turken Marokkanen overige nietwesterse allochtonen westerse allochtonen autochtonen totaal landbouw/industrie uitgever/drukker bouw/installatie groot+tussenhandel/ garages detailhandel/reparatie horeca vervoer/telecom bank/verzekering zakelijke dienstverlening overheid onderwijs/universiteit gezondheid/welzijn/milieu maatsch. organisaties cultuur/sport/ recreatie overige dienstverlening anders/onbekend totaal x = 100% 35,4 12,3 17,5 27,2 59,5 207,7 359,5 in procenten per bedrijfstak totaal x overige nietwesterse westerse Surinamers = & Antillianen Turken Marokkanen allochtonen allochtonen autochtonen 100% landbouw/industrie ,6 uitgever/drukker ,1 bouw/installatie ,6 groot+tussenhandel/ 13,8 garages detailhandel/reparatie ,8 horeca ,8 vervoer/telecom ,4 bank/verzekering ,7 zakelijke dienstverlening ,5 overheid ,6 onderwijs/universiteit ,5 gezondheid/welzijn/milieu ,6 maatsch. organisaties 26,6 cultuur/sport/ recreatie overige dienstverlening ,8 anders/onbekend ,2 totaal ,5 15

16 Tabel 2.8 De Amsterdamse werkzame beroepsbevolking naar bedrijfstak en opleidingsniveau, 2007 in procenten per opleidingsniveau BO LBO/MAVO MBO/HAVO/ VWO HBO/WO totaal landbouw/industrie uitgever/drukker bouw/installatie groot+tussenhandel/ garages detailhandel/reparatie horeca vervoer/telecom bank/verzekering zakelijke dienstverlening overheid onderwijs/universiteit gezondheid/welzijn/milieu maatsch. organisaties cultuur/sport/ recreatie overige dienstverlening anders/onbekend totaal x = 100% 30,5 72,2 109,7 147,2 359,5 in procenten per bedrijfstak BO LBO/MAVO MBO/HAVO/ VWO HBO/WO totaal x = 100% landbouw/industrie ,6 uitgever/drukker ,1 bouw/installatie ,6 groot+tussenhandel/ garages ,8 detailhandel/reparatie ,8 horeca ,8 vervoer/telecom ,4 bank/verzekering ,7 zakelijke dienstverlening ,5 overheid ,6 onderwijs/universiteit ,5 gezondheid/welzijn/milieu ,6 maatsch. organisaties cultuur/sport/ 26,6 recreatie overige dienstverlening ,8 anders/onbekend ,2 totaal ,5 16

17 2.3 Amsterdamse werkzame beroepsbevolking naar opleidingsniveau Tabel 2.9. Participatie (netto) per opleidingsniveau en geslacht, 2007 mannen vrouwen totaal BO LBO/MAVO MBO/HAVO/VWO HBO/WO totaal Participatie (netto): werkzame beroepsbevolking in procenten van de bevolking Tabel 2.10 Participatie (netto) per opleidingsniveau en leeftijdgroep, jaar jaar jaar jaar jaar totaal BO LBO/MAVO MBO/HAVO/VWO HBO/WO totaal Participatie (netto): werkzame beroepsbevolking in procenten van de bevolking Tabel 2.11 Participatie (netto) per opleidingsniveau en herkomstgroepering, 2007 overige nietwesterse Surinamers & Antillianen Turken Marokkanen allochtonen westerse allochtonen autochtonen totaal BO * * LBO/MAVO MBO/HAVO/VWO * HBO/WO 86 *81 * totaal Participatie (netto): werkzame beroepsbevolking in procenten van de bevolking * Laag responsaantal: percentage is indicatief 17

18 18

19 3 Werkloosheid Amsterdam Werkloze beroepsbevolking naar achtergrondkenmerken Tabel 3.1 Afleiding Amsterdamse werkloze beroepsbevolking, 2007 x verricht geen betaald werk 150,7 werkt minder dan 12 uur 31,5 totaal 182,2 waarvan: --- wil betaald werk voor 12 of meer uur per week 78,6 én: is op korte termijn beschikbaar voor minimaal 12 uur per week 58,4 én: heeft de laatste maand actief gezocht = werkloze beroepsbevolking 30,8 Tabel 3.2 Amsterdamse werkloze beroepsbevolking en werkloosheidspercentage, naar geslacht en herkomstgroepering, 2007 aantal x % mannen Surinamers & Antillianen 1,9 10 Turken 1,2 12 Marokkanen 2,6 19 overige niet-westerse allochtonen 3,3 17 westerse allochtonen 1,9 6 autochtonen 3,6 3 totaal 14,6 7 vrouwen Surinamers & Antillianen 3,1 15 Turken,9 20 Marokkanen 1,9 23 overige niet-westerse allochtonen 2,6 19 westerse allochtonen 3,2 11 autochtonen 4,5 4 totaal 16,1 9 totaal Surinamers & Antillianen 5,0 12 Turken 2,1 15 Marokkanen 4,5 20 overige niet-westerse allochtonen 5,9 18 westerse allochtonen 5,1 8 autochtonen 8,1 4 totaal 30,8 8 Werkloosheidspercentage: werkloze beroepsbevolking in procenten van de beroepsbevolking 19

20 Tabel 3.3 Amsterdamse werkloze beroepsbevolking en werkloosheidspercentage, naar geslacht en leeftijdgroep, 2007 aantal x % mannen jaar 3, jaar 1, jaar 3, jaar 3, jaar 1,8 8 totaal 14,6 7 vrouwen jaar 4, jaar 4, jaar 3, jaar 3, jaar,9 6 totaal 16,1 9 totaal jaar 8, jaar 6, jaar 7, jaar 6, jaar 2,8 7 totaal 30,8 8 Werkloosheidspercentage: werkloze beroepsbevolking in procenten van de beroepsbevolking 20

21 3.2 Manieren van werk zoeken Tabel 3.4 Actief werkzoekenden naar wijze van werk zoeken in procenten per geslacht, Amsterdam, 2007 mannen vrouwen totaal via CWI via het uitzendbureau gesolliciteerd zelf advertentie(s) geplaatst geïnformeerd bij werkgevers/bekenden anders totaal actief zoekenden x (=100%) 18,1 21,7 39,8 N.B. Meer dan een antwoord was mogelijk; percentages tellen niet op tot 100% Tabel 3.5 Ingeschrevenen bij CWI (volgens eigen opgave) naar arbeidswens en achtergrondkenmerken, Amsterdam, 2007 Wilt u betaald werk voor meer dan 12 uur per week? ja totaal aantal x nee/ weet niet (=100%) aantal x % aantal x % mannen 17,2 70 7, ,5 vrouwen 18, , , jaar 11,5 70 4, , jaar 10,4 73 3, , jaar 13,8 61 8, ,6 BO 11,6 54 9, ,4 LBO/MAVO 10,8 72 4, ,1 MBO/HAVO/VWO 7,4 74 2, ,1 HBO/WO 5,8 88,8 12 6,6 totaal 35, , ,2 21

22 22

23 4 Beroepsbevolking stadsdelen 2007 Tabel 4.1. Amsterdamse bevolking en beroepsbevolking per stadsdeel, 2007 (x 1.000) mannen totale beroepsbevolking werkzaam werkloos niet-beroepsbevolking totale bevolking jaar Centrum 29,2 26,9 2,2 6,1 35,2 Westerpark 10,4 9,2 1,2 3,4 13,8 Oud-West 10,2 9,7,5 2,7 12,9 Zeeburg 14,7 13,2 1,5 3,1 17,8 Bos en Lommer 8,9 8,1,8 2,5 11,4 De Baarsjes 10,3 9,9,5 2,7 13,0 Amsterdam-Noord 21,1 20,0 1,1 7,0 28,0 Geuzenveld-Slotermeer 9,0 8,2,8 5,0 14,0 Osdorp 11,1 10,0 1,1 3,2 14,4 Slotervaart 11,1 10,4,6 3,6 14,7 Zuidoost 21,7 20,0 1,7 5,9 27,5 Oost-Watergraafsmeer 16,4 15,3 1,1 5,5 21,9 Oud-Zuid 25,9 25,0,9 5,5 31,5 Zuideramstel 12,1 11,4,6 3,1 15,1 totaal 212,1 197,4 14,6 59,2 271,2 vrouwen totale beroepsbevolking werkzaam werkloos niet-beroepsbevolking totale bevolking jaar Centrum 20,6 18,9 1,6 10,2 30,7 Westerpark 9,3 8,5,8 4,1 13,4 Oud-West 9,5 8,9,7 3,2 12,7 Zeeburg 10,9 9,5 1,4 5,9 16,8 Bos en Lommer 5,8 5,3,6 5,1 11,0 De Baarsjes 9,8 9,2,7 3,5 13,3 Amsterdam-Noord 18,2 16,0 2,2 11,2 29,4 Geuzenveld-Slotermeer 6,2 5,4,8 7,2 13,4 Osdorp 10,6 9,9,7 4,4 15,0 Slotervaart 8,9 8,1,8 5,7 14,6 Zuidoost 18,6 15,3 3,3 9,8 28,4 Oost-Watergraafsmeer 13,9 12,5 1,4 7,8 21,7 Oud-Zuid 23,4 22,9,5 9,7 33,1 Zuideramstel 12,5 11,6,8 4,3 16,8 totaal 178,2 162,1 16,1 92,2 270,4 23

24 vervolg: tabel 4.1. Amsterdamse bevolking en beroepsbevolking per stadsdeel, 2007 (x 1.000) totaal totale beroepsbevolking werkzaam werkloos niet-beroepsbevolking totale bevolking jaar Centrum 49,7 45,9 3,8 16,3 66,0 Westerpark 19,7 17,7 2,0 7,5 27,2 Oud-West 19,7 18,6 1,1 5,9 25,6 Zeeburg 25,6 22,7 2,9 9,1 34,7 Bos en Lommer 14,7 13,4 1,3 7,6 22,4 De Baarsjes 20,2 19,0 1,1 6,1 26,3 Amsterdam-Noord 39,3 36,1 3,2 18,2 57,5 Geuzenveld-Slotermeer 15,3 13,6 1,6 12,2 27,4 Osdorp 21,7 19,9 1,8 7,6 29,3 Slotervaart 20,0 18,6 1,4 9,3 29,3 Zuidoost 40,3 35,3 4,9 15,7 55,9 Oost-Watergraafsmeer 30,3 27,8 2,5 13,4 43,7 Oud-Zuid 49,4 48,0 1,4 15,2 64,6 Zuideramstel 24,5 23,0 1,5 7,4 31,9 totaal 390,3 359,5 30,8 151,4 541,7 24

25 Tabel 4.2 Bruto participatie naar geslacht, leeftijd en etniciteit, stadsdelen Amsterdam, 2007 mannen vrouwen jaar jaar jaar allochtoon autochtoon Centrum * Westerpark Oud-West * Zeeburg Bos en Lommer * De De Baarsjes * Amsterdam-Noord Geuzenveld-Slotermeer Osdorp Slotervaart Zuidoost Oost-Watergraafsmeer Oud-Zuid Zuideramstel * totaal Participatie (bruto): beroepsbevolking in procenten van de bevolking * Gebaseerd op klein aantal respondenten, percentage is indicatief totaal Tabel 4.3 Netto participatie naar geslacht, leeftijd en etniciteit, stadsdelen Amsterdam, 2007 mannen vrouwen jaar jaar jaar allochtoon autochtoon totaal Centrum * Westerpark Oud-West * Zeeburg Bos en Lommer * De De Baarsjes * Amsterdam-Noord Geuzenveld-Slotermeer Osdorp Slotervaart Zuidoost Oost-Watergraafsmeer Oud-Zuid Zuideramstel * totaal Participatie (netto): werkzame beroepsbevolking in procenten van de bevolking * Gebaseerd op klein aantal respondenten, percentage is indicatief 25

26 Tabel 4.4 De Amsterdamse werkzame beroepsbevolking naar vervoer naar het werk, in procenten per stadsdeel, 2007 stadsdeel woonadres auto, motor trein bus of metro of tram sneltram fiets bromfiets, scooter lopend anders totaal werkzame beroepsbevolking (aantal x 1.000) Centrum ,9 Westerpark ,7 Oud-West ,6 Zeeburg ,7 Bos en Lommer ,4 De De Baarsjes ,0 Amsterdam-Noord ,1 Geuzenveld- Slotermeer ,6 Osdorp ,9 Slotervaart ,6 Zuidoost ,3 Oost- Watergraafsmeer ,8 Oud-Zuid ,0 Zuideramstel ,0 totaal ,5 Tabel 4.5. De Amsterdamse werkzame beroepsbevolking naar woon- en werkgebied, 2007 (in procenten per stadsdeel) stadsdeel woonadres: Werkgebied Amsterdammers: Eigen Amsterdamstadsdeel Centrum Overig Amsterdam totaal Amsterdam Waterland, Zaanstreek Meerlanden, Amstelland Overig totaal werkzame beroepsbevolking x (=100%) Centrum ,9 Westerpark ,7 Oud-West ,6 Zeeburg ,7 Bos en Lommer ,4 De Baarsjes ,0 Amsterdam- Noord ,1 Geuzenveld- Slotermeer ,6 Osdorp ,9 Slotervaart ,6 Zuidoost ,3 Oost- Watergraafsmeer ,8 Oud-Zuid ,0 Zuideramstel ,0 totaal ,5 26

27 * de categorie 'werkgebied onbekend' is niet in deze tabel opgenomen Tabel 4.6 De Amsterdamse werkloze beroepsbevolking per stadsdeel, aantallen en percentages, 2007 Werkloze Aantal x beroepsbevolking als % van beroepsbevolking totaal beroepsbevolking (aantal x 1.000) Centrum 3,8 8 49,7 Westerpark 2, ,7 Oud-West 1,1 6 19,7 Zeeburg 2, ,6 Bos en Lommer 1,3 9 14,7 De De Baarsjes 1,1 6 20,2 Amsterdam-Noord 3,2 8 39,3 Geuzenveld-Slotermeer 1, ,3 Osdorp 1,8 8 21,7 Slotervaart 1,4 7 20,0 Zuidoost 4, ,3 Oost-Watergraafsmeer 2,5 8 30,3 Oud-Zuid 1,4 3 49,4 Zuideramstel 1,5 6 24,5 totaal 30, ,3 Tabel 4.7. Opleidingsniveau van de Amsterdamse bevolking van jaar, in procenten per stadsdeel, 2007 totaal bevolking BO LBO/MAVO MBO/HAVO/ VWO HBO/WO jaar (aantal x 1.000) Centrum ,0 Westerpark ,2 Oud-West ,6 Zeeburg ,7 Bos en Lommer ,4 De De Baarsjes ,3 Amsterdam-Noord ,5 Geuzenveld-Slotermeer ,4 Osdorp ,3 Slotervaart ,3 Zuidoost ,9 Oost-Watergraafsmeer ,7 Oud-Zuid ,6 Zuideramstel ,9 totaal ,7 27

28 Tabel 4.8 De Amsterdamse bevolking naar netto inkomen van het huishouden, per stadsdeel, Amsterdam, 2005 (%) minder dan meer dan totaalx euro euro euro euro euro 3201 euro (= 100%) Centrum ,5 Westerpark ,7 Oud-West ,9 Zeeburg ,6 Bos en Lommer ,7 De Baarsjes ,7 Amsterdam-Noord ,4 Geuzenveld-Slotermeer ,7 Osdorp ,6 Slotervaart ,2 Zuidoost ,6 Oost-Watergraafsmeer ,1 Oud-Zuid ,6 Zuideramstel ,9 totaal ,2 NB. * 85% van de respondenten heeft deze vraag beantwoord * de leeftijd van de respondenten is jaar * gegevens over 2007 niet beschikbaar 28

29 5 Beroepsbevolking regio Amsterdam 2007 Tabel 5.1. Bevolking en beroepsbevolking naar leeftijdgroep en geslacht, regio Amsterdam, 2007 (x 1.000) Waterland Zaanstreek Meerlanden Amstelland Almere totale beroepsbevolking werkzaam werkloos niet-beroepsbevolking totale bevolking jaar jaar 25,7 24,7 1,0 9,8 35, jaar 34,2 32,9 1,3 4,8 39, jaar 20,4 19,6,8 11,5 31,9 mannen 44,1 43,6,5 8,7 52,8 vrouwen 36,2 33,6 2,6 17,3 53,4 totaal 80,3 77,2 3,1 26,0 106, jaar 27,3 26,7,6 9,2 36, jaar 34,6 33,7,8 3,9 38, jaar 19,1 17,7 1,3 11,5 30,6 mannen 43,7 42,5 1,2 8,9 52,6 vrouwen 37,2 35,7 1,5 15,6 52,8 totaal 80,9 78,2 2,7 24,5 105, jaar 34,5 32,5 2,1 9,4 43, jaar 44,2 42,9 1,3 5,6 49, jaar 22,7 21,8,8 12,6 35,3 mannen 55,6 53,1 2,5 9,2 64,8 vrouwen 45,8 44,1 1,7 18,5 64,3 totaal 101,4 97,2 4,2 27,6 129, jaar 19,6 18,6 1,1 6,4 26, jaar 25,6 24,9,7 2,0 27, jaar 15,6 15,3,3 6,8 22,4 mannen 34,0 32,7 1,3 3,4 37,4 vrouwen 26,9 26,1,8 11,8 38,7 totaal 60,8 58,8 2,1 15,2 76, jaar 38,6 36,9 1,6 11,4 49, jaar 44,1 41,4 2,7 5,2 49, jaar 20,3 18,8 1,5 7,3 27,6 mannen 56,0 53,9 2,1 6,8 62,9 vrouwen 46,9 43,3 3,7 17,0 63,9 totaal 103,0 97,2 5,8 23,8 126,8 29

30 vervolg tabel 5.1 Amsterdam regio totaal totale beroepsbevolking werkzaam werkloos niet-beroepsbevolking totale bevolking jaar jaar 163,9 149,9 14,0 67,4 231, jaar 153,0 142,4 10,6 34,3 187, jaar 73,4 67,2 6,2 49,7 123,1 mannen 212,1 197,4 14,6 59,2 271,2 vrouwen 178,2 162,1 16,1 92,2 270,4 totaal 390,3 359,5 30,8 151,4 541, jaar 309,6 289,3 20,3 113,5 423, jaar 335,7 318,2 17,4 55,7 391, jaar 171,5 160,5 10,9 99,4 270,9 mannen 445,6 423,2 22,3 96,2 541,8 vrouwen 371,2 344,8 26,4 172,3 543,6 totaal 816,8 768,1 48,7 268, ,3 30

31 5.2. Bruto en netto participatie per leeftijdsgroep en geslacht, regio Amsterdam, 2007 Waterland Zaanstreek Meerlanden Amstelland Almere Amsterdam totaal bruto participatie netto participatie jaar jaar jaar mannen vrouwen totaal jaar jaar jaar mannen vrouwen totaal jaar jaar jaar mannen vrouwen totaal jaar jaar jaar mannen vrouwen totaal jaar jaar jaar mannen vrouwen totaal jaar jaar jaar mannen vrouwen totaal jaar jaar jaar mannen vrouwen totaal Participatie (bruto): beroepsbevolking in procenten van de bevolking Participatie (netto): werkzame beroepsbevolking in procenten van de bevolking 31

32 Tabel 5.3a Werkzame beroepsbevolking naar woon- en werkgebied, regio Amsterdam, 2007 (x 1.000) woongebied Waterland Zaanstreek Meerlanden Amstelland Almere Amsterdam totaal werkgebied Waterland 34,3 3,5,5,1,4 1,6 40,5 Zaanstreek 2,2 36,8,6,3,5 3,5 43,9 Meerlanden 1,9 2,7 48,6 6,7 4,0 21,6 85,5 Amstelland 1,4 2,0 4,8 20,6 3,2 14,4 46,4 Almere,6,5,5,5 44,2 2,0 48,2 Amsterdam 25,9 17,9 17,3 21,1 22,2 259,1 363,6 overig Nl. + buitenl. 5,9 9,6 19,2 6,0 18,2 41,4 100,2 wisselend/ onbekend 4,9 5,1 5,8 3,4 4,4 16,1 39,8 totaal werkzame beroepsbevolking 77,2 78,2 97,2 58,8 97,2 359,5 768,1 uitgaande pendel 42,8 41,4 48,6 38,2 53,0 100,5 324,5 in % Tabel 5.3b Werkzame beroepsbevolking in procenten naar woongebied, regio Amsterdam, 2007 woongebied Waterland Zaanstreek Meerlanden Amstelland Almere Amsterdam totaal werkgebied Waterland 44% 5% 1% 0% 0% 1% 5% Zaanstreek 3% 47% 1% 0% 0% 1% 6% Meerlanden 3% 4% 50% 12% 4% 6% 11% Amstelland 1% 3% 5% 36% 3% 4% 6% Almere 1% 0% 0% 2% 46% 1% 6% Amsterdam 34% 23% 17% 36% 23% 72% 47% overig Nl. + buitenl. 8% 13% 19% 10% 19% 11% 13% wisselend/ onbekend 6% 6% 6% 5% 4% 4% 5% werkzame beroepsbevolking = 100% 77,2 78,2 97,2 58,8 97,2 359,5 768,1 uitgaande pendel 42,8 41,4 48,6 38,2 53,0 100,5 324,5 in %

33 Tabel 5.4. Werkzame beroepsbevolking naar bedrijfstak, in procenten per deelgebied en geslacht, regio Amsterdam, 2007 Waterland Zaanstreek Meerlanden Amstelland Almere Amsterdam totaal mannen landbouw/industrie uitgever/drukker bouw/installatie groot+tussenhandel/ garages detailhandel/reparatie horeca vervoer/telecom bank/verzekering zakelijke dienstverlening overheid onderwijs/universiteit gezondheid/welzijn/milieu maatsch. organisaties cultuur/sport/ recreatie overige dienstverlening totaal aantal=100% 43,6 42,5 53,1 32,7 53,9 197,4 423,2 vrouwen landbouw/industrie uitgever/drukker bouw/installatie groot+tussenhandel/ garages detailhandel/reparatie horeca vervoer/telecom bank/verzekering zakelijke dienstverlening overheid onderwijs/universiteit gezondheid/welzijn/milieu maatsch. organisaties cultuur/sport/ recreatie overige dienstverlening totaal aantal=100% 33,6 35,7 44,1 26,1 43,3 162,1 344,8 33

34 vervolg tabel 5.4 Waterland Zaanstreek Meerlanden Amstelland Almere Amsterdam totaal totaal landbouw/industrie uitgever/drukker bouw/installatie groot+tussenhandel/ garages detailhandel/reparatie horeca vervoer/telecom bank/verzekering zakelijke dienstverlening overheid onderwijs/universiteit gezondheid/welzijn/milieu maatsch. organisaties cultuur/sport/ recreatie overige dienstverlening totaal aantal=100% 77,2 78,2 97,2 58,8 97,2 359,5 768,1 34

35 Tabel 5.5. Beroepsbevolking naar opleidingsniveau in procenten per gebied, geslacht en leeftijdgroep, regio Amsterdam, 2007 Waterland Zaanstreek Meerlanden Amstelland Almere Amsterdam totaal mannen BO LBO/MAVO MBO/HAVO/VWO HBO/WO totaal aantal 2 44,1 43,7 55,6 34,0 56,0 212,1 445,6 vrouwen BO LBO/MAVO MBO/HAVO/VWO HBO/WO totaal aantal 3 36,2 37,2 45,8 26,9 46,9 178,2 371, jaar BO LBO/MAVO MBO/HAVO/VWO HBO/WO totaal aantal 3 25,7 27,3 34,5 19,6 38,6 163,9 309, jaar BO LBO/MAVO MBO/HAVO/VWO HBO/WO totaal aantal 3 34,2 34,6 44,2 25,6 44,1 153,0 335, jaar BO LBO/MAVO MBO/HAVO/VWO HBO/WO totaal aantal 3 20,4 19,1 22,7 15,6 20,3 73,4 171,5 totaal BO LBO/MAVO MBO/HAVO/VWO HBO/WO totaal aantal 3 80,3 80,9 101,4 60,8 103,0 390,3 816,8 2 totaal aantal x = 100% 35

36 36

37 Bijlage I Achtergrond van het onderzoek In 1990 is O+S gestart met een eigen onderzoek naar de beroepsbevolking. Dit onderzoek kan gezien worden als een aanvulling op CBS gegevens over de beroepsbevolking in Amsterdam. De resultaten van het door O+S verrichte onderzoek zijn meer toegespitst op de Amsterdamse situatie. Aanvankelijk was men vooral geïnteresseerd in gedetailleerde informatie over de arbeidssituatie van allochtone Amsterdammers. In 1994 is het onderzoek uitgebreid naar de regio en sinds 1999 kan informatie over de beroepsbevolking in de stadsdelen worden gepresenteerd. Methode Door middel van enquêtes wordt een representatief deel van de bevolking ondervraagd naar hun relatie tot de arbeidsmarkt. Om seizoensinvloeden te kunnen corrigeren worden de enquêtes verspreid over een jaar gehouden. Tussen mei 2006 en april 2007 zijn Amsterdammers ondervraagd en nog eens ruim mensen in de regio rond Amsterdam. 37

38 38

39 Bijlage II Definities beroepsbevolking potentiële beroepsbevolking beroepsbevolking niet- beroepsbevolking werkzame beroepsbevolking werkloze beroepsbevolking Potentiële beroepsbevolking De bevolking tussen 15 en 64 jaar wordt de potentiële beroepsbevolking genoemd. De potentiële beroepsbevolking bestaat uit beroepsbevolking en niet-beroepsbevolking. Mensen die actief zijn op de arbeidsmarkt (volgens onderstaande omschrijving) behoren tot de beroepsbevolking en mensen die niet actief zijn op de arbeidsmarkt tot de nietberoepsbevolking. Beroepsbevolking De beroepsbevolking bestaat uit mensen tussen de jaar die actief zijn op de arbeidsmarkt: dat betekent dat zij 12 uur of meer per week werken of daar actief naar zoeken. De beroepsbevolking wordt dus gevormd door de werkzame en de werkloze beroepsbevolking tezamen: Werkzame beroepsbevolking Iedereen die 12 of meer uur per week in loondienst of eigen bedrijf werkt. Werkloze beroepsbevolking Iedereen die: - niet, of minder dan 12 uur werkt, én - actief op zoek is naar werk van minimaal 12 uur per week én - direct beschikbaar is. De criteria voor actief naar werk zoeken en beschikbaar zijn liggen vast. Actief zoeken wil zeggen dat men de maand voorafgaand aan het onderzoek actief iets ondernomen heeft om aan werk te komen. Direct beschikbaar zijn houdt in dat 39

40 men binnen twee weken aan een baan van minimaal 12 uur per week kan beginnen. Mensen die niet binnen twee weken maar wel binnen drie maanden kunnen beginnen en daarvoor een geldige reden hebben, zoals het regelen van kinderopvang of het afronden van vrijwilligerswerk, zijn volgens de definitie ook direct beschikbaar. Niet-beroepsbevolking Niet-beroepsbevolking zijn mensen die minder dan 12 uur per week werken of helemaal geen werk hebben en er ook niet actief naar op zoek zijn. Tot deze laatste groep behoren bijvoorbeeld huisvrouwen/-mannen, studenten en langdurig zieken. De definitie van werkloze beroepsbevolking is behoorlijk streng. Daarom bevinden zich onder de mensen die niet tot de beroepsbevolking behoren veel mensen die toch op zoek zijn naar werk. Zij voldoen bijvoorbeeld niet aan de eis dat zij de maand voorafgaand aan het onderzoek actief naar werk gezocht hebben, of zij zijn op iets langere termijn dan drie maanden beschikbaar voor de arbeidsmarkt. Netto en bruto participatie Bij participatie gaat het om percentages: Bruto participatie is de beroepsbevolking weergegeven als percentage van de bevolking van jaar. Bruto participatie wordt ook wel deelname aan de beroepsbevolking genoemd. Netto participatie is de werkzame beroepsbevolking in procenten van de bevolking van jaar. Werkloosheid: meerdere definities De ene persoon is actief op zoek naar werk, terwijl een ander al langer werkloos is en niet meer zo actief zoekt. Een groep mensen schrijft zich in bij CWI (soms verplicht) anderen doen dat niet. Om iets te kunnen zeggen over deze verschillende groepen mensen worden verschillende definities van werkloosheid gebruikt. Sinds 2003 drukt het CBS de werkloosheid uit in het werkloosheidspercentage. Voordien was de geregistreerde werkloosheid (GWL) de meest gebruikte definitie. De definities verschillen behoorlijk van elkaar. Het werkloosheidspercentage is het percentage werkloze beroepsbevolking van de totale beroepsbevolking. De definitie van werkloze beroepsbevolking is hierboven gegeven en houdt kort gezegd in dat men: niet of minder dan 12 uur werkt, actief naar werk van 12 of meer uur zoekt en dat men direct beschikbaar is voor werk. Men hoeft niét ingeschreven te zijn bij het CWI. Geregistreerde werkloosheid (GWL) is het aantal mensen dat zich bij CWI heeft ingeschreven, geen werk heeft (of minder dan 12 uur) en direct beschikbaar is. Men hoeft niét actief op zoek te zijn naar werk. 40

41 Een andere veel gebruikte definitie is die van niet-werkende werkzoekenden (NWW). Dat zijn alle mensen die bij het CWI zijn ingeschreven en niet, of minder dan 12 uur werken. Hierbij geldt niet het criterium van beschikbaarheid en ook niet het criterium dat men actief moet zoeken. 41

42 Bijlage III Definities van etniciteit en opleidingsniveau De definitie van etnische herkomst gaat uit van het geboorteland van een persoon en diens ouders. Als één (of meer) van de drie geboortelanden niet Nederland is, wordt de persoon tot een allochtone herkomstgroepering gerekend. De indeling die wij in deze publicatie gebruiken, wijkt iets af van de standaardindeling van de gemeente: Antillianen en Surinamers zijn niet apart onderscheiden. De categorieën zijn: * Surinamers en Antillianen * Turken * Marokkanen * overige niet-westerse allochtonen * westerse allochtonen * autochtonen Opleidingsniveau Aan de respondenten is gevraagd om hun hoogst behaalde diploma op te geven. Daarbij worden de volgende categorieën onderscheiden: 1 geen opleiding of enkele jaren basisonderwijs 2 lagere school, basisschool 3 lagere school plus enkele jaren onderwijs zonder einddiploma 4 diploma LBO,VBO (huishoud-, ambacht-, technische school of interne bedrijfsopleiding) MBO-kort 5 diploma MAVO, MULO, VMBO 6 diploma MBO-lang of interne bedrijfsopleiding op MBO-niveau 7 diploma HAVO, VWO, HBS, MMS 8 diploma HBO 9 WO, universiteit In veel publicaties worden deze categorieën teruggebracht tot drie of vier niveaus: 1 laag = categorie 1 t/m 5 2 midden = categorie 6 en 7 3 hoog = categorie 8 en 9 of: 1 BO = categorie 1,2,3 2 LBO/MAVO = categorie 4 en 5 3 MBO/HAVO/VWO = categorie 6 en 7 4 HBO/WO = categorie 8 en 9 42

43 Bijlage III Vragenlijst 43

44 VRAGENLIJST BEROEPSBEVOLKING 1. Hoe was uw situatie een jaar geleden? Wat was toen uw voornaamste bezigheid? 1. onderwijsvolgend, studerend 2. huisvrouw, huisman 3. invalide, arbeidsongeschikt 4. werkloos, werkzoekend, wachtgeld 5. gepensioneerd, rentenierend, vut 6. meewerkend in eigen bedrijf (van huishouden) 7. zelfstandige, eigen bedrijf 8. werk in loondienst 9. anders 2. Wat is op dit moment uw voornaamste bezigheid? 1. onderwijsvolgend, studerend 2. huisvrouw, huisman 3. invalide, arbeidsongeschikt 4. werkloos, werkzoekend, wachtgeld 5. gepensioneerd, rentenierend, vut 6. meewerkend in eigen bedrijf (van huishouden) ga door naar vraag 7 7. zelfstandige, eigen bedrijf ga door naar vraag 7 8. werk in loondienst ga door naar vraag 4 9. anders 3. Verricht u momenteel betaalde arbeid, of werkt u in een eigen bedrijf, ook al is het maar enkele uren per week? 1. ja, in loondienst 2. ja, zelfstandig ga door naar vraag 7 3. ja, meewerkend in eigen bedrijf ga door naar vraag 7 4. nee ga door naar vraag Indien u een jaar geleden ook in loondienst werkte, was dat bij hetzelfde bedrijf/organisatie? 1. ja 2. nee 3. niet van toepassing 5. Heeft u een vaste baan? 1. ja ga door naar vraag 7 2. nee 6. Wat voor los werk heeft u dan? Aanwijzing: bij deze vraag is slechts één antwoord mogelijk. Noteer het werk dat u het meeste tijd kost. 1. uitzendwerk, detachering 2. werk met oproepcontract 3. thuiswerk 4. tijdelijk contract 5. Instroom, Doorstroom, Melkertbaan, WiW 6. anders 7. Is uw werkadres in Amsterdam? Aanwijzing: Hier wordt het adres bedoeld waar u zich meldt om te gaan werken 1. ja 2. nee ga door naar vraag 9 3. wisselend ga door naar vraag 10 Vragenlijst Beroepsbevolking, O+S () pagina 1

45 8. In welk stadsdeel werkt u? 1. Amsterdam-Centrum (Binnenstad) 9. Geuzenveld/Slotermeer 2. Westpoort 10. Osdorp 3. Westerpark 11. Slotervaart/Overtoomse Veld 4. Oud-West 12. Zuidoost 5. Zeeburg 13. Oost/Watergraafsmeer 6. Bos en Lommer 14. Amsterdam Oud-Zuid 7. De Baarsjes 15. Zuideramstel 8. Amsterdam-Noord Indien u niet weet in welk stadsdeel uw werkadres is, wilt u dan hier de straatnaam noteren: Ga na het beantwoorden van vraag 8 door naar vraag In welke plaats werkt u dan? 1. Waterland (Beemster, Zeevang, Purmerend, Edam-Volendam, Oostzaan, Landsmeer, Monnickendam, Broek in Waterland, Marken, Ilpendam, Watergang) 2. Zaanstreek (Wormerland, Zaandam, Wormerveer, Koog a/d Zaan, Zaandijk, Krommenie, Assendelft) 3. Meerlanden (Haarlemmermeer, Schiphol, Hoofddorp, Nieuw-Vennep, Aalsmeer, Uithoorn) 4. Amstelland (Amstelveen, Duivendrecht, Ouderkerk a/d Amstel, Diemen) 5. Almere 6. Overig 10. Tot welke sector behoort het bedrijf waar u werkt? 1. land- en tuinbouw, visserij 12. verzekeringswezen en pensioenfondsen 2. industrie, nutsbedrijven 13. zakelijke dienstverlening 3. uitgeverijen en drukkerijen 14. overheid 4. bouwnijverheid en installatiebedrijven 15. onderwijs, universiteit 5. handel en reparatie van auto's en motoren 16. gezondheidszorg, welzijnszorg, 6. groothandel en handelsbemiddeling milieudiensten 7. detailhandel (winkels), reparatie 17. maatschappelijke organisaties, cultuur, 8. horeca sport en recreatie 9. vervoer, transport, opslag 18. overige dienstverlening 10. post en telecommunicatie 19. anders, namelijk: 11. bankwezen 11. Hoeveel mensen werken er bij uw organisatie of bedrijf? Aanwijzing: Het gaat om alle medewerkers van het totale bedrijf (hoofd en nevenvestigingen samen, reken uzelf mee) 1. 1 persoon personen personen personen personen personen personen of meer personen 12. Met welk vervoermiddel gaat u over het algemeen naar uw werk? Aanwijzing: Er is slechts één antwoord is mogelijk. Noteer het vervoermiddel waarmee u de langste afstand aflegt. 1. auto, motor 2. trein 3. bus, tram 4. metro, sneltram 5. fiets 6. bromfiets, scooter 7. lopend 8. anders Vragenlijst Beroepsbevolking, O+S () pagina 2

46 13. Hoeveel uur per week werkt u gemiddeld? Aanwijzing: Als u meer dan één arbeidsovereenkomst heeft, kunt u de uren bij elkaar optellen tot en met 11 uur ga door naar vraag tot en met 24 uur ga door naar vraag tot en met 32 uur ga door naar vraag uur of meer ga door naar vraag sterk wisselend ga door naar vraag Ontvangt u momenteel zelf een uitkering? 1. ja 2. nee ga door naar vraag Welke uitkering vormt uw hoofdinkomen? Aanwijzing: Slechts één antwoord mogelijk. 1. WW 2. WAO, WAZ, WAJONG 3. VUT, pensioen 4. wachtgeld 5. ABW, bijstand 6. anders, namelijk: Zou u betaald werk willen hebben voor 12 uur of meer per week? 1. ja 2. nee ga door naar vraag Heeft u de afgelopen vier weken iets gedaan om aan (ander) werk te komen van 12 of meer uur per week? 1. ja 2. nee ga door naar vraag Wat heeft u gedaan? Aanwijzing: Bij deze vraag kunt u meerdere antwoorden geven. 1. bij CWI (arbeidsbureau) geïnformeerd/gezocht 2. bij uitzendbureau geïnformeerd 3. gesolliciteerd (schriftelijk, telefonisch, mondeling, via internet) 4. zelf advertentie(s) geplaatst 5. geïnformeerd bij werkgevers of bekenden 6. anders, namelijk: 19. Bent u momenteel ingeschreven bij een CWI (Arbeidsbureau)? 1. ja 2. nee 20. Als u nu een geschikte baan zou worden aangeboden voor 12 of meer uur per week, zou u dan binnen twee weken met die baan kunnen beginnen? 1. ja ga door naar vraag nee 21. Waarom kunt u niet binnen 2 weken beginnen? 1. afronden vrijwilligerswerk 5. vakantie 2. opzeggen baan 6. ziekte 3. opleiding of studie 7. anders, namelijk: 4. regelen kinderopvang 22. Kunt u dan binnen 3 maanden beginnen? 1. ja 2. nee Vragenlijst Beroepsbevolking, O+S () pagina 3

47 23. Wat is uw hoogst VOLTOOIDE opleiding? Aanwijzing: Let bij deze vraag goed op de doorverwijzing 1. geen opleiding of enkele jaren lagere school of basisschool ga door naar vraag lagere school/basisschool, speciaal onderwijs ga door naar vraag VSO, voorgezet speciaal onderwijs 4. VBO/LBO (huishoud-, ambacht-, technische school of interne bedrijfsopleiding LBO-niveau), MBO-KORT, BBL/BOL 1-2, leerlingwezen, ULO 5. MAVO, MULO, VMBO 6. MBO-lang, interne bedrijfsopleiding MBO-niveau, BBL/BOL HAVO, VWO, HBS, MMS 8. HBO of interne opleiding op HBO-niveau 9. WO, universiteit, kandidaatsexamen 24. Welke vakrichting of studierichting heeft u in uw opleiding gevolgd? 25. Wat is/was uw beroep? niet van toepassing niet van toepassing 26. Uit hoeveel personen bestaat uw huishouden? 1. één persoon ga door naar vraag 29 B (alleen eigen netto maandinkomen invullen) 2. twee personen 3. drie personen 4. vier personen 5. vijf personen 6. meer dan 5 personen, namelijk: 27. Kunt u aangeven hoe uw huishouden is samengesteld? 1. twee volwassenen, geen kind(eren) 2. (echt)paar met thuiswonend(e) kind(eren) 3. één-ouder met thuiswonend(e) kind(eren) 4. anders, met thuiswonend(e) kind(eren) 5. anders, zonder thuiswonend(e) kind(eren) 28. Hoeveel personen in uw huishouden verdienen een inkomen? (exclusief eventuele kinderen jonger dan 18 jaar) aantal: 29. Wat is het gezamenlijk netto maandinkomen van uw huishouden en het eigen netto maandinkomen? A Gezamenlijk netto maandinkomen B Eigen netto maandinkomen 1. minder dan: minder dan: tussen: 701 en tussen: 701 en tussen: 1001 en tussen: 1001 en tussen: 1351 en tussen: 1351 en tussen: 2051 en tussen: 2051 en meer dan: meer dan: Wat is uw geboortedatum? / / Bent u: man vrouw Vriendelijk bedankt voor uw medewerking! Vragenlijst Beroepsbevolking, O+S () pagina 4