Aanpak Geweld in huiselijke kring. &JC*- ^>9^ TACgsC ^Z^t**^*^. 4Mt

Transcriptie

1 Aanpak Geweld in huiselijke kring &JC*- ^>9^ TACgsC ^Z^t**^*^. Mt * Steunpunt Huiselijk Geweld Eindhoven en de Kempen Jaarverslag en achtergrondrapportages 3 Valkenswaard

2 INLEIDING Overal in het land is het aantal meldingen van geweld in huiselijke kring in 3 gestegen. Landelijk heeft de toename vooral te maken met de invoering van de Wet Meidcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling op juli 3. De Meidcode geeft professionals een kader om te handelen bij vermoedens van geweld en biedt de mogelijkheid om het Steunpunt Huiselijk Geweld te consulteren en geweld te melden, als zij zelf niet in staat zijn het geweld te stoppen. Daarnaast is er een toename van het aantal meldingen te zien als gevolg van de landelijke aandacht voor geweld in huiselijke kring in de landelijke campagne Voor een veilig thuis. Regionaal is er een toename van het aantal meldingen van bijna 3%. De meeste meldingen zijn afkomstig van de politie (6%). Daarnaast komen meldingen van professionals (6%), slachtoffers (%), omstanders (5,5%) en plegers (,5%). De afname van meldingen in Valkenswaard is opvallende gezien de toename in de andere gemeenten in de veiligheidsregio. Opvallend is het ontbreken van meldingen door professionals. Recidive is in Best lager dan gemiddeld, wel is er een stijging van het aantal plegers wat de vrijwillige hulp van het SHG bij een eerste melding niet accepteert. Om het recidivepercentage te verminderen werkt het SHG intensief samen met politie, reclassering en OM en stimuleert het SHG deelname van pegers aan agressiereulatietrainingen. Om de toename van het aantal meldingen te kunnen verwerken zonder afbreuk te doen aan de wens om zo snel mogelijk na een incident te kunnen starten met de interventie heeft het SHG in 3 vooral gewerkt aan het direct veilig maken van de gezinssituatie en het toeleiden naar vervolghulp die nodig is om de gezinssituatie veilig te houden. De inzet van het SHG in een traject is hierdoor robuust, maar niet te lang. Hierdoor is het gelukt om met behoud van kwaliteit binnen de afgesproken uren te blijven. Het SHG is in 3 gestart de invoering van een triage op de meldingen. Achter iedere melding ligt een zorgwekkende situatie, maar de oplossing ligt niet altijd in de specialistische aanpak van de medewerkers van het SHG. Op basis van de triage worden alle meldingen ingedeeld in categorieën, waarbij het veiligheidsrisico voor het gezin oploopt. Medewerkers van het SHG houden zich voortaan met name bezig met de trajecten oranje en rood en de ondersteuning van de professionals (meestal AMW) van de trajecten groen en geel. Zodra er een veiligheidsplan is gemaakt en vervolghulp in ingezet draagt het SHG de regie van de casus over, maar blijft de medewerker nog enige maanden volgen of de vervolghulp wel op gang komt en beklijft. Mocht dit niet het geval zijn dan pakt het SHG de regie weer tijdelijk over met als doel het veiligheidsplan samen met het gezin bij te stellen. De leidende benaderingswijze hierbij is Signs of Safety, waarin vooral gekeken wordt naar de krachten van het gezin. Daarnaast kijkt het SHG veel scherper welke hulpverleners al bij een gezin betrokken zijn en maken zij op casusniveau afspraken om dubbelingen in de hulpverlening te voorkomen. Voor is er een splitsing gemaakt in de uren die ingezet zullen worden voor casuïstiek code groen en geel en casuïstiek code oranje en rood. In 5 zal in het kader van de transities de aanpak van geweld in huiselijke kring gedeeltelijk worden samengevoegd met de aanpak kindermishandeling in een AMHK, wat zal worden georganiseerd voor de gemeenten van de SRE. Tevens wordt in alle gemeenten gewerkt aan de vorming van generalistische basisteams. De door het SHG ingezette werkwijze draagt bij aan een soepele overgang van de huidige organisatievorm naar de toekomstige en speelt in op de wens van gemeenten om de hulp zo dicht bij huis en licht mogelijk te organiseren.

3 ACHTERGROND RAPPORTAGE Steunpunt Huiselijk Geweld 3 Het Steunpunt Huiselijk Geweld Eindhoven en de Kempen is voor advies, consultatie, meldingen van geweld in huiselijke kring en algemene vragen uur per dag en 7 dagen per week telefonisch bereikbaar via het telefoonnummer en digitaal via het mailadres info@huiselijkgeweldeindhovendekempen, het en de facebookpagina Steunpunt Huiselijk Geweld Eindhoven de Kempen. Medewerkers van het SHG zijn uur per dag, 7 dagen per week beschikbaar om indien noodzakelijk binnen een uur na melding hulpverlening op te starten. Het SHG fungeert hierbij als meldpunt voor alle vormen van geweld in huiselijke kring met uitzondering van kindermishandeling, voor alle meldingen uit de veiligheidsregio Eindhoven. ln deze rapportage worden achtergrondgegevens verstrekt. De rapportage bestaat uit twee onderdelen: Deel bevat de algemene instroomgegevens vanuit de regionale functie van het SHG, uitgesplitst op:. Het aantal meldingen van geweld in huiselijke kring per gemeente in het werkgebied, verdeeld in advies, consultatie en formele meldingen.. Instroomgegevens met betrekking tot initiatiefnemers bij advies, consultatie en formele meldingen..3 Het aantal opgelegde huisverboden per gemeente in het werkgebied.. Het aantal casuïstiek waarbij Casus op Maat is ingezet..5 Het percentage recidive van plegers van geweld in huiselijke kring in het werkgebied..6 Het aantal snelle interventies en het effect op de hulpverleningsbereidheid..7 Het aantal aansluitingen AWARE in het werkgebied..8 De vastgestelde geweldsproblematiek bij afsluiting van casuïstiek in het werkgebied..9 Het aantal voorlichtingen voor professionals over geweld in huiselijke kring.. De leeftijdsopbouw van betrokkenen bij geweld in huiselijke kring. Deel bevat de achtergrondgegevens met betrekking tot instroom en uitstroom per gemeente, uitgesplitst op:. Instroomgegevens met betrekking tot aard van het geweld bij advies en consultatie.. Instroomgegevens met betrekking tot het aantal formele meldingen..3 Instroomgegevens met betrekking tot recidive.. Instroomgegevens met betrekking tot het aantal gestarte trajecten en huisverboden..5 Uitstroomgegevens met betrekking tot aantal afgesloten trajecten..6 De vastgestelde geweldsproblematiek bij afsluiting van casuïstiek..7 Het aantal uitgezette hulpverleningssporen..8 Openstaande casuïstiek per 3 december 3.. ALGEMENE INSTROOMGEGEVENS VANUIT DE REGIONALE FUNCTIE VAN HETSHG. Het aantal meldingen van geweld in huiselijke kring In totaal zijn erin de periode van januari toten met 3 december 3 75 meldingen binnen gekomen via het algemene telefoonnummer, het mailadres en het twitteraccount van het SHG die geleid hebben tot advies, consultatie of een formele melding. Contacten die niet leiden tot een nieuwe adviesvraag of melding worden door het SHG niet geregistreerd. Contacten met betrekking tot een reeds bekende melding worden ook niet apart geregistreerd, maar indien nodig in lopende casuïstiek opgenomen. Op juli 3 is de wet Meidcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling ingegaan. In haar contact met melders hanteert het SHG de meidcode al geruime tijd. In de meidcode staat onder andere omschreven wanneer een melding beperkt blijft tot advies of consultatie en wanneer er een formele Het gaat hierbij om onder andere (ex-) partnergeweld, ouderenmishandeling, eergerelateerd geweld waaronder huwelijksdwang en eerwraak, seksueel misbruik onder andere in relatie tot loverboys, en vrouwelijke genitale verminking. Bron: Registratie binnen REGAS.

4 melding volgt. Dat laatste is het geval als de (professionele) melder met betrokkenen heeft gesproken over het geweld en van mening is dat hij vanuit zijn expertise het geweld niet kan laten stoppen. Voor de bepaling of een contact resulteert in advies, consultatie of een melding is dus de wet Meidcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling leading. Na 33 contacten had de melder behoefte aan advies. Advies houdt in dat het SHG de melder adviseert over de te volgen stappen. Dit een eenmalige activiteit, waarbij geen persoonsgegevens van slachtoffers en plegers worden uitgewisseld. Als een melder behoefte heeft aan meer ondersteuning, maar geen formele melding kan, wil of mag doen, is dit een consultatie. Er zijn dan meerdere contacten mogelijk, die tellen als één consultatie. Ook hierbij worden geen persoonsgegevens uitgewisseld. Een consultatie is 6 keer gegeven. Na 38 contacten volgde een formele melding, waarna het SHG contact opneemt met slachtoffers en, als deze op de hoogte is van de melding, plegers. Het SHG motiveert hen hulpverlening te accepteren en zet de hulpverlening vervolgens uit. Er is sprake van een formele melding als het SHG persoonsgegevens registreert en actief contact heeft of gaat opnemen met slachtoffer en pleger. Daarnaast waren er nog 36 meldingen die betrekking hadden op lopende casuïstiek. Deze meldingen zijn in de telling niet meegenomen. In onderstaande tabel zijn de meldingen per gemeente weergegeven. Gemeente Advies Consultatie Formele melding Bergeijk 5 6 Best ' 6 53 Bladel 7 8 Cranendonck 5 5 Eersel 6 Eindhoven 9 7 Geldrop - Mierlo 3 6 Heeze - Leende 5 8 Nuenen 5 Oirschot 9 Reusel-de Mierden 3 3 Son en Breugel 6 5 Valkenswaard 6 65 Veldhoven 7 Waalre 5 Overig Het aantal formele meldingen van geweld in huiselijke kring is inclusief opgelegde huisverboden. De cijfers laten ten opzichte van een stijging zien van zowel het aantal advies- en consultatievragen (7) als het aantal formele meldingen (8). 3 Meldingen uit Geldorp - Mierlo worden door het SHG geregistreerd en vervolgens doorgezet naar collega's van de LEV-groep. De inhoudelijke afhandeling van de casuïstiek wordt door hen gedaan en niet verder door het SHG geregistreerd. Meldingen uit Nuenen worden door het SHG geregistreerd en vervolgens doorgezet naar collega's van de LEV-groep. De inhoudelijke afhandeling van de casuïstiek wordt door hen gedaan en niet verder door het SHG geregistreerd. 5 Overige contacten advies en consultatie omvatten ook anonieme meldingen, waarbij geen woonplaats van betrokkenen geregistreerd kan worden.

5 . Instroomgegevens met betrekking tot initiatiefnemers In onderstaande tabel is het aantal meldingen gesplitst op initiatiefnemer weergegeven. Gemeente Slachtoffer Pleger Politie Om- Overige standers verwijzers Bergeijk Best Bladel Cranendonck Eersel Eindhoven Geldrop-Mierio Heeze - Leende Nuenen Oirschot Reusel - de Mierden Son en Breugel Valkenswaard Veldhoven Waalre Overig Ten opzichte van is met name een stijging van het aantal meldingen door slachtoffers (van 9 naar %) en omstanders (van 3 naar 6%) opvallend. Deze stijging heeft met name te maken met de intensieve landelijke campagne Voor een veilig thuis Het aantal opgelegde huisverboden In 3 is het aantal opgelegde huisverboden ongeveer gelijk gebleven aan het aantal van. In was er sprake van opgelegde huisverboden in Eindhoven, de Kempen en Peelland, in 3 waren dat er. In onderstaande tabel is het aantal opgelegde huisverboden per gemeente weergegeven. Gemeente Huisverboden Bergeijk Best ' Bladel Cranendonck 5 Eersel 3 Eindhoven 56 Geldrop - Mierlo 3 Heeze - Leende Nuenen Oirschot Reusel - de Mierden Son en Breugel 3 Valkenswaard Veldhoven 9 Waalre 9. Het aantal casuïstiek waarbij Casus op Maat is ingezet Bij zeer complexe casuïstiek, waar sprake is van ernstige dreiging, hoge recidive en/of zeer complexe problematiek in het gezin kan gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een Casus op Maat in te zetten. Er wordt dan een plan van aanpak gemaakt onder regie van het Veiligheidshuis in samenhang

6 met in ieder geval de reclassering, het OM en de politie. In 3 is met betrekking tot 38 casussen een Casus op Maat georganiseerd 6. Bij casussen waar mogelijk eergerelateerd geweld een rol speelt wordt in het Veiligheidshuis ook een specifiek casusoverleg op maat georganiseerd, waarbij in ieder geval specialisten van het SHG en de politie aansluiten. In dit overleg wordt, naast een plan van aanpak, een veiligheidsscreening gemaakt, indien nodig in overleg met het Landelijk Expertise Centrum (LEC). In onderstaande tabel is het aantal Casus op Maat en het aantal casusbesprekingen eergerelateerd geweld per gemeente weergegeven. Gemeente Bergeijk Best Bladel Cranendonck Eersel Eindhoven Heeze - Leende Oirschot Reusel - de Mierden Son en Breugel Valkenswaard Veldhoven Waalre Casus op Maat 8 38 Casusbespreking Eergerelateerd geweld.5 Recidive van plegers van geweld in huiselijk kring Het terugdringen van recidive heeft prioriteit in de aanpak van geweld in huiselijke kring. In de aanpak heeft het werken met Casus op Maat en overleg met reclassering ingeval van een ZSM-maatregel hoge prioriteit. Bij een melding van geweld in huiselijke kring wordt dan ook altijd gekeken in hoeverre er sprake is van recidive. Hierbij geldt een andere definitie van recidive dan vanuit de politiesystemen wordt aangegeven. Voor de politie is iemand recidivist als hij meer dan een keer is aangehouden terzake geweld in huiselijke kring. Voor het SHG is iemand recidivist als hij meer dan een keer voorkomt in het registratiesysteem met betrekking tot geweld in huiselijke kring. Daarbij wordt vervolgens een onderscheid gemaakt tussen recidivisten die wel hebben geparticipeerd in een hulpverleningstraject en recidivisten waarvoor dat niet geldt. In onderstaande tabel wordt een percentueel overzicht van deze recidivecijfers weergegeven. 6 Casus op Maat georganiseerd voor Geldrop-Mierio of Nuenen is in de telling niet meegenomen. Gegevens kunnen desgewenst door de LEV-groep worden aangeleverd.

7 Gemeente Bergeijk Best Bladel Cranendonck Eersel Eindhoven Geldrop - Mierlo' Heeze - Leende Nuenen Oirschot Reusel - de Mierden Son en Breugel Valkenswaard Veldhoven Waalre Gemiddeld Recidive volgens politiegegevens 3,5 8,8 8,5 6,,6 6,,,7,5,8 8,7,8, 5,,9, Recidive volgens het SHG met eerder interventietraject 3,33 6,97,5 3,53,53 8,3 7, 3,57,5 6,56,86,53 8,9 3, 3,7,9,9,5 8,5,,,5,56 6, Recidive volgens het SHG zonder eerder interventietraject 6,67 3,96 9, 8,7,5 9,53,9 8,57 9,7 6,55 5,7 3, 8,5 7,,9, 5,63 6,67, 5, 5,38,9 Percentage waarbij geen sprake is van recidive volgens het SHG 8, 79,7 86,36 67,76 78,95 7,5 78,57 67,86 58,33 86,89 9, 3 7, 77,78 78,57 7,3 87,5 65,9, 5,88 8,7 5,88 9,3 88, 73,33 66,67 6,5 8,5 7,93, 5, 3, 8, 6, 7,96,83,5 78,68 69,5 Uit de evaluatie van het Tijdelijk Huisverbod blijkt dat landelijk gezien de recidive van plegers 3% is, na een huisverbod %. Recidive na een huisverbod in het werkgebied van het SHG is aanzienlijk lager, slechts %..6 Snelle interventies Vanaf mei is het SHG gestart met de snelle interventies 8. Op verzoek van (de noodhulp van) de politie komen medewerkers van het SHG bij een melding van geweld in huiselijke kring /7 binnen een uur ter plaatse, waardoor (crisis-) hulpverlening direct kan starten. In onderstaande tabel is een overzicht van het aantal snelle interventies per gemeente weergegeven. Na alle snelle interventies is crisis- en vervolghulpvedening op gang gekomen. In vergelijking met alle politiemeldingen is dit een hoger resultaat, gemiddeld komt hulpverlening na 6% van de meldingen niet op gang. Gemeente Bergeijk Best Bladel Cranendonck Eersel Eindhoven Heeze - Leende Oirschot Reusel - de Mierden Son en Breugel Valkenswaard Veldhoven Waalre Snelle interventies 6 7 Van Geldrop - Mierlo en Nuenen zijn enkel de politiegegevens bekend. Recidivecijfers kunnen desgewenst door de LEVgroep worden aangeleverd. In de gemeenten Geldrop - Mierlo en Nuenen is nog geen mogelijkheid om snelle interventies in te zetten.

8 .7 Het aantal aansluitingen AWARE Voor slachtoffers van ernstige stalking of geweldsdreiging door een ex-partner bestaat de mogelijkheid om AWARE in te zetten. AWARE is een mobiel alarmeringssysteem, waarbij het slachtoffer via een spraak-luisterverbinding bij dreiging direct contact kan leggen met de meldkamer van de politie. AWARE is in te zetten voor slachtoffers in het gehele werkgebied. In de periode 3 zijn 7 AWARE-aansluitingen ingezet. 5 aansluitingen waren voor de gemeente Eindhoven, in de gemeenten Bladel en Eersel is elk aansluiting gerealiseerd..8 De vastgestelde geweldsproblematiek bij afsluiting Bij afsluiting van een interventie wordt geregistreerd wat de vastgestelde geweldsproblematiek is. In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van het percentueel aantal keren dat een problematiek is vastgesteld in 3 en in. Vastgestelde geweldsproblematiek 3 (Ex-) partnergeweld Seksueel geweld Ouderenmishandeling Eergerelateerd geweld Geweld tegen ouders door hun kinderen Vrouwelijke genitale verminking Grooming Jeugdprostitutie 8,3%,%,85%,5%,36%,3%,53%,5%,% 9,69%,6%,77%,9%,7%,%,%,77%,% Uit de cijfers blijkt dat er steeds meer zicht is op andere vormen van geweld in huiselijke kring dan enkel (ex-) partnergeweld. De daling van het aantal meldingen eergerelateerd geweld heeft meer te maken met een verbetering van de screening van de geweldproblematiek dan een vermindering van de awareness op dit onderwerp. Opvallend is de grote stijging van het aantal meldingen m.b.t. geweld van kinderen tegen hun ouders, een fenomeen wat volgens de politie ook landelijk een trend is. De oorzaak hiervan lijkt gelegen in het feit dat meerderjarige kinderen langer thuis blijven wonen, wat spanningen kan opleveren in het gezin. Onder de plegers van deze categorie lijken jongeren met psychiatrische- en verslavingsproblematiek oververtegenwoordigd..9 Het aantal voorlichtingen voor professionals over geweld in huiselijk kring Door het SHG zijn in 3 voorlichting georganiseerd voor professionals over geweld in een afhankelijkheidsrelatie. Het betrof hier 8 algemene voorlichtingen voor professionals, georganiseerd per gemeente, een voorlichting over Eergerelateerd Geweld voor buurtbrigadiers uit het werkgebied en een provinciale conferentie over ouderenmishandeling. In totaal zijn bij deze voorlichtingen 68 professionals uit het werkgebied aanwezig geweest.. De leeftijdsopbouw van betrokkenen bij geweld in huiselijk kring In onderstaande tabel is de leeftijdsopbouw van personen betrokken bij Geweld in huiselijke kring in 3 weergegeven. Leeftijdscategorie t/m 5 jaar 6 t/m jaar t/m7jaar Meerderjarig Slachtoffer % % 3% 97% % Pleger % % 5% 95% % Kinderen 38% 36% % % %

9 ACHTERGRONDRAPPORTAGE GEWELD IN HUISELIJKE KRING VALKENSWAARD. De aard van het geweld bij advies en consultatie Voor de gemeente Valkenswaard waren er in 3 8 meldingen van geweld in huiselijke kring die resulteerden in advies, consultatie of een formele melding. In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de 6 meldingen die resulteerden in informatie en advies of consultatie, gesplitst op melder en aard van het geweld. Geweldscategorie Slacht- Pleger Politie Om- Overige offer standers verwijzers (Ex-) partnergeweld 5 6 Seksueel geweld Ouderenmishandeling Eergerelateerd geweld Geweld tegen ouders door hun kinderen Vrouwelijke genitale verminking Dating violence Grooming Jeugdprostitutie Overige i Initiatiefnemers bij formele meldingen 65 meldingen resulteerden in een formele melding. In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van het aantal formele meldingen, gesplitst op initiatiefnemer van de aanmelding. Initiatiefnemer Slachtoffer Pleger Politie Omstanders Overige verwijzers Ter vergelijking, in waren er 69 meldingen van geweld in huiselijke kring. Het aantal meldingen is dus nagenoeg gelijk gebleven. Opvallend is het ontbreken van meldingen door professionele verwijzers. Bij meldingen waren een of meerdere kinderen als getuige van geweld betrokken..3 Recidive Bij een melding van geweld in huiselijke kring wordt gekeken in hoeverre er sprake is van recidive. Hierbij geldt een andere definitie van recidive dan door de politie wordt gehanteerd. Voor de politie is iemand recidivist als hij of zij meer dan een keer is aangehouden terzake huiselijk geweld. Voor het Steunpunt is iemand recidivist als hij of zij meer dan een keer voorkomt in het registratiesysteem met betrekking tot huiselijk geweld. Gekeken wordt dan of een klant al eerder in het kader van geweld in huiselijke kring gemeld is bij het Steunpunt.

10 Uit onderstaande tabel blijkt dat het percentage recidive van plegers van geweld vergeleken met is gedaald. Het aantal plegers wat opnieuw wordt gemeld maar eerder geen hulp van het SHG heeft geaccepteerd is echter gestegen. Gemeente Recidive volgens politiegegevens 3 Valkenswaard, Recidive volgens Recidive volgens Percentage het Steunpunt met eerder interventietraject het Steunpunt zonder eerder interventietraject waarbij geen sprake is van recidive volgens het Steunpunt ,56,56 6,55 5,38 86,89 8,5. Gestarte trajecten en huisverboden In een casus kunnen meerdere trajecten worden uitgevoerd, ledere casus start met een aanmelding. Het Steunpunt legt in deze fase contact met slachtoffers en plegers (als zij op de hoogte zijn van de melding), bekijkt of een interventie vanuit het Steunpunt nodig is en motiveert zo nodig slachtoffers en plegers hulpverlening te accepteren. Als klanten niet direct openstaan voor hulpverlening kan eerst een motivatie- of onderzoekstraject gestart worden. In deze fase probeert het Steunpunt slachtoffers en plegers te motiveren om vrijwillige hulpverlening te accepteren. Als klanten de hulpverlening accepteren start alsnog een interventietraject. Als klanten de hulpverlening niet accepteren wordt de aanmelding afgesloten of doorgezet naar ketenpartners. Dat laatste is bijvoorbeeld het geval als er minderjarige kinderen als getuige van geweld in het gezin zijn. In een motivatie- of onderzoekstraject kan ook blijken dat er voldoende andere hulpverlening in het gezin aanwezig is en inzet van het Steunpunt geen toegevoegde waarde heeft. Als klanten openstaan voor hulpverlening wordt een interventietraject gestart, gericht op het stoppen van het geweld en het bevorderen van veiligheid voor het hele systeem. Tijdens de interventie wordt tevens in beeld gebracht welke hulp slachtoffer, pleger en kinderen nodig hebben om het geweld duurzaam te stoppen. Hierbij wordt gekeken naar de inzet van zowel informele als formele hulp. Na ieder interventietraject wordt een nazorgtraject ingezet, met als doel het geweld duurzaam te stoppen en recidive te verminderen. De medewerkers van het Steunpunt volgen in deze fase of het geweld inderdaad gestopt is en houden contact met het gezin en indien nodig de vervolghulpverlening. In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van het aantal gestarte trajecten. Gestarte trajecten Aanmelding Motivatie/onderzoek Interventie Nazorg Casemanagement Huisverbod De cijfers in de rij Casemanagement Huisverbod geven het aantal opgelegde huisverboden weer. Ter vergelijking, in werden er huisverboden opgelegd.

11 .5 Afgesloten trajecten casussen werden afgesloten na enkel een traject aanmelding. In de onderstaande tabel staat een specificatie van de reden van afsluiting. Reden van afsluiting Klanten staan niet open voor hulp. 9 Klanten staan niet open voor hulp, melding is doorgezet naar ketenpartners. Melding betrof geen geweld in huiselijke kring. Melding betrof geen geweld in huiselijke kring, melding is doorgezet naar ketenpartners. Casusregie ligt niet bij het Steunpunt, melding is opgepakt door ketenpartners. Interventie door het Steunpunt is niet nodig ivm voldoende hulp in het systeem. In totaal werden casussen afgesloten na een motivatie- of onderzoekstraject. In onderstaande tabel is het aantal afgesloten trajecten weergegeven, uitgesplitst op het resultaat van het traject. Reden van afsluiting Klanten staan niet open voor hulp. Klanten staan niet open voor hulp, melding is doorgezet naar ketenpartners. Melding betrof geen geweld in huiselijke kring. Klanten hebben voldoende aan informatie en advies. Interventie door het Steunpunt is niet nodig ivm voldoende hulp in het systeem. 8 Met klanten resulteerde een motivatie- of onderzoekstraject alsnog in een interventietraject. In totaal werden 37 interventietrajecten afgesloten. In onderstaande tabel is het aantal afgesloten interventietrajecten weergegeven, uitgesplitst resultaat van het traject. Resultaat bij afsluiting Geweld is duurzaam gestopt. 7 Geweld is nog niet duurzaam gestopt, casusregie is overgedragen naar 6 ketenpartners. Geweld is nog niet gestopt, nieuwe interventie is nodig Geweld is nog niet gestopt, klanten staan niet open voor verdere hulpverlening. Ter vergelijking, in werden er 8 interventietrajecten afgesloten..6 De vastgestelde geweldsproblematiek In onderstaande tabel wordt het aantal afgesloten interventietrajecten Geweld in huiselijke kring uitgesplitst op de aard van de geweldsproblematiek. Geweldscategorie (Ex-) partnergeweld Seksueel geweld Ouderenmishandeling Eergerelateerd geweld Geweld tegen ouders door hun kinderen Vrouwelijke genitale verminking Grooming Jeugdprostitutie

12 Het aantal keren dat geweld door kinderen tegen hun ouders in casuïstiek voorkomt is hoog, ook in vergelijking met andere gemeenten in de veiligheidsregio. Opvallend is verder het ontbreken van casuïstiek met betrekking tot ouderenmishandeling..7 Het aantal uitgezette hulpverleningssporen Het Steunpunt werkt systeem gericht en streeft er altijd naar om zowel slachtoffer als pleger en kinderen bij de interventie te betrekken. In onderstaande tabel wordt weergegeven hoe vaak een slachtoffer- pleger of kindspoor is uitgezet in afgesloten interventietrajecten. Betrokkene Kinderen Geparticipeerd in de hulpverlening Niet geparticipeerd in de hulpverlening Geen kinderen in het systeem aanwezig Plegers Geparticipeerd in de hulpverlening Niet geparticipeerd in de hulpverlening Slachtoffers Geparticipeerd in de hulpverlening Niet geparticipeerd in de hulpverlening Aantal van het spoor Openstaande casuïstiek per 3 december 3 In onderstaande tabel staat het aantal openstaande casuïstiek per 3 december 3 weergegeven. Gestart in 3