gemeente Eindhoven Uitnodiging aan Aanw. Uitnodiging aan Aanw.

Transcriptie

1 gemeente Eindhoven Inboeknummer Bladnummer 547 Aanwezig 41 leden 8 juli 2004 Verslagvoor de raad van de gemeente Eindhoven Betreft openbare vergadering van 7 juni 2004, locatie Raadzaal, Stadhuisplein 1, aanvang 15:00 uur, schorsing 18:30 uur, vervolg 19:30 uur, schorsing 23:00 uur. Uitnodiging aan Aanw. Uitnodiging aan Aanw. drs. A.B. Sakkers burgem. X drs. J. Verheugt griffier X mw A.C. van Alphen de VVD X mw dr mr G.J.M. van den PvdA X Veer-Paulen Biggelaar J.G.J.M. van den Biggelaar PvdA X mw. drs. J.G.C.L. Breuers GL X mw. S. Bulut-Kapucu PvdA X W.J. Burema PvdA X M.J.A.M. van Bussel LE X H.W.A. van Dijck LE X drs. G.J.H. Dijsselbloem D66 X mw. drs. M.C.T. Fiers PvdA X mw. L.M.P. van Dootingh- Heijungs A.J.W.M. Geerts LE X B.J.M. Gerard SP X mw. H.J.M.C. van Herk CDA X A.F.W. Houben OAE X J.A.G. van Hout CDA X F. van Iersel CDA X mw. H.M.E. Jacobs- van VVD X drs. H.M.F. Janssen PvdA X Nisselrooij mw. E.M.H. Joosten CDA X mw M.T. Kamphorst SP X R.M. Kerkwijk GL X mw. P.J.F. van Kessel- Jansen PvdA X mw. N.G.E.C. Keunen- Habets drs. H.J. Kielenstijn LE X K.T. Kocak CDA X mr P.P.H.A. Leenders CDA X P.J. van Liempd PvdA X J.L. van der Meer VVD X mw. S.E. de Niet GL X mw. J.A. Oomen LE X M.F. Oosterveer VVD X S. Panchoe CDA X J.B.W. Peters LE X mw. R.B. Dos Ramos- CDA X ing. R.A.M. Rooijakkers LE X Verstraeten ir. J. Rozendaal VVD X mr. M.C.J. de Schepper D66 X J.C. Schut VVD X N.H. Stoevelaar CDA X mr. P.H.F.G. Verhaegh Liberaal X Eindhoven J.P.A. Vervoort LE X A.H.C. Vestjens CDA X dr. ir. J. Vleeshouwers Stadspartij X D66 LE X X

2 Wethouders: ir. W.G.J. Claassen mw. ir. J. Kuppens A.M.C.J. Pastoor P.J.C. van der Grinten mw. drs. G.M. Mittendorff mw. drs. M. Schreurs ir. C.A.J.M. Langerwerf gem. secr. Afwezig mevr. M.T. Kamphort (SP) en de heren A.F.W. Houben (OAE), M.F. Oosterveer (VVD) en J.B.W.M. Peters (Leefbaar Eindhoven) 548

3 Overzicht van het behandelde Opening. Uitreiking van het Ereteken van de stad Eindhoven aan een persoon door de burgemeester van Eindhoven. Vaststellen van de volgorde van de agenda. Benoemingen. Voorstel tot het benoemen van een voorzitter en leden van de stadsdeelcommissie Centrum. (Voorstel 04.R002.05). Voorstel tot het ontheffen van de heer A.J.W.M. Geerts van het lidmaatschap van de regioraad van het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven en het aanwijzen van de heer J.B.W.M. Peters als lid van regioraad. (Voorstel 04.R ). Vaststellen van de notulen van de openbare vergadering van 8 maart 2004 Vragenhalfuur ex artikel 44 van het Reglement van orde van de raad. Partij: Onderwerp: Beantwoord door: D66 TBS-beleid Burgemeester Sakkers D66 Handhavingsonderzoeken Wethouder Claassen PvdA Brand industrieterrein de Hurk Burgemeester Sakkers Liberaal Eindhoven Overlast spinselmot Wethouder van der Grinten SP Bijenkorfschool en Airbornelaan Wethouder van der Grinten Onderwerpen waarover geen of nauwelijks discussie discussie wordt verwacht alvorens tot besluitvorming te komen. 549

4 Voorstel inzake het bekrachtigen van een noodverordening in verband met de ruiming van een drietal vliegtuigbommen op 12 mei (Voorstel 04.R ). Voorstel inzake het vaststellen van de visie op kunst en cultuur Eindhoven, innovatieve Cultuurstad. (Voorstel 04.R ). Voorstel inzake enkele aanvragen met een spoedeisend karakter voor gebouwelijke aanpassingen in verband met onderwijskundige ontwikkelingen. (Voorstel 04.R ). Voorstel tot herijking MPS/ISV (Voorstel 04.R ). Voorstel inzake het beeldkwaliteitplan Kruidenbuurt. (Voorstel 04.R ). Voorstel tot het vaststellen van de geactualiseerde grondexploitatie Smalle Haven per 1 januari (Voorstel 04.R ). Voorstel tot het vaststellen van de Verordening tot het wijzigen van de Verordening Adviescommissie Seniorenbeleid. (Voorstel 04.R ). Voorstel inzake richtlijnen voor het Milieueffectrapport Meerland. (Voorstel 04.R ). Voorstel inzake de begroting CURE (Voorstel 04.R ). Voorstel inzake overname door de gemeente van de rijwielstallingen Ergonbedrijven, aanpassing openstellingstijden, sluiting rijwielstalling Begijnenhof en aanpassing begroting Parkeerbedrijf (Voorstel 04.R ). Voorstel inzake het advies over het bezwaar van het Christiaan Huygens College tegen het besluit tot afwijzing van de aanvraag tot uitbreiding van 550

5 de locatie Broodberglaan. (Voorstel 04.R ). Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor het plan-gebied Tongelresche Akkers. (Voorstel 04.R ). Voorstel inzake de Begroting 2005 van het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven. (Voorstel 04.R ). De Eindhovense fractie in de regioraad ontvangt het mandaat om in samenspraak met het college van burgemeester en wethouders te bezien welk standpunt zij ten aanzien van de begroting 2005 van het SRE zal innemen in de regioraadsvergadering van 24 juni Voorstellen tot wijziging van de begroting Wijz.nr. Bedrag Omschrijving ,- Opwaardering busstation Neckerspoel ,- Middelen voor nota Samen Werken aan een gezond Eindhoven ,- Ter beschikking stellen van een budget Afwikkeling Boventalligen ,- Aanleg 2 all weather tennisbanen tennis-vereniging ETV Volley. Onderwerpen waarover discussie wordt verwacht alvorens tot besluit- vorming te komen. Voorstel tot het vaststellen van het concept Beleidsplan Wonen, deel I, Visie. (Voorstel 04.R ). Voorstel inzake Plan van Aanpak Verbetering Inkoopfunctie. (Voorstel 04.R ). Actuele onderwerpen (ingekomen actuele moties). Actuele motie van de heer P. Verhaegh (Liberaal Eindhoven) inzake eenmalige verhoging activiteitenbudget van Abbemuseum met ,-- ten laste van het evenementenbudget; Actuele motie van mevrouw G. van den Biggelaar (PvdA), mevrouw H. Jacobs van Nisselrooij (VVD en de heer B. Gerard (SP) VMBO-problematiek (advies cie Houben en Regionaal Arrangement). inzake 551

6 Burgerinitiatief. Vrijstelling bestemmingsplan voor het pand Turnhoutlaan 15-15a Adviescommissie Seniorenbeleid. Advies inzake toegankelijkheid van inkomensondersteunende maatregelen voor ouderen op of onder de armoedegrens. (04.R ). Raadsinformatiebrieven ter kennisname. Ingekomen stukken. Initiatiefvoorstel inzake de bijdrage van de Eindhovense gemeenteraad aan de discussie om te komen tot een democratischer en meer transparant regionaal bestuur. (Voorstel 04.R ). Sluiting. Besluiten nrs. 1 t/m

7 Verslag van het gesprokene I. Opening. De Voorzitter: Ik open de vergadering en heet u van harte welkom. A. Uitreiking van het Ereteken van de stad Eindhoven door de burgemeester van Eindhoven. De Voorzitter: Het is gebruikelijk, mijnheer Van Raaij, om bijzondere dingen in het midden van de raad, het hart van de democratie, te laten plaatsvinden. Ik heet onze gasten van harte welkom, het komt niet elke dag voor dat de publieke tribune zo vol zit. U bent waarschijnlijk niet allen geïnteresseerd in het politieke debat. Voor wij beginnen met onze agenda, komt eerst een punt aan de orde, waarvoor wij de heer en mevrouw Van Raaij in ons midden hebben. Wie de heer Van Raaij te pakken wil krijgen, moet zich inschrijven en hopen dat hij over enkele weken aan de beurt komt. De hele journalistieke wereld komt langs om Harry te vragen hoe hij het heeft gevonden, wat hij nu gaat doen, enz.. Vanmiddag ben je van harte welkom in ons midden, het lukte op het nippertje, want zelfs tot op de dag van vandaag is onze Harry van Raaij zeer betrokken bij ons PSV. Ik laat het aan hem over daarover eventueel iets te melden. Wij hebben even een voorpraatje gehad en, voor ik verder ga, wil ik melden dat in de twintig jaar waarin Harry van Raaij met PSV van doen heeft gehad, vanaf 1984 tot nu, PSV tien keer landskampioen was. Laat daarover geen misverstand bestaan. Sommigen denken dat een vereniging, die Noordwestelijker is gevestigd, in de randstad, het zou zijn en het past om dat vanmiddag met trots tegen te spreken. Ik heet de familie Van Raaij, kinderen en misschien kleinkinderen van harte welkom. Dit welkom geldt ook onze ereburgers, de dragers van het ereteken van de stad en uiteraard de overige hooggewaardeerde gasten uit het bedrijfsleven en de sportwereld. Het lijkt in eerste instantie niet bijzonder moeilijk veel informatie over de heer Van Raaij te achterhalen. Toch ligt het het meest voor de hand die informatie in te winnen bij de naaste familie. In die contacten is niets duidelijker geworden dan dat eenvoud de mens het meeste siert. Geen grootspraak of hooghartigheid, maar tevredenheid in het terugvinden van het kleine geluk. Dat siert een Brabander en dat siert Harry van Raaij, Brabander in hart en nieren. U kent allen de heer Van Raaij als een zeer aimabel man, sommigen hebben hem wellicht anders leren kennen, maar dan hebben zij het verdiend. Hij is een man met veel kwaliteiten. In alle gesprekken is duidelijk geworden dat iedereen hem kent als Harry van Raaij. Nu dat het geval is, voel ik mij vrij ook Harry en Tiny te zeggen. Bijna 68 jaar geleden werd hij geboren als tweede zoon van de aannemertimmerman Van Raaij en zijn vrouw in Haps. Hij zou niet de laatste telg van dat gezin zijn. Het groeide als goed Brabants gezin in die tijd uit tot zeven zonen en een 553

8 dochter, het gezin werd daarmee rijk zoals als snel blijkt als in het huishouden Van Raaij de familieband de rode draad gaat vormen in het leven van het kroost. Ik maak grote stappen. In zijn vrije tijd was hij actief lid van voetbalvereniging De Snelvoeters in Sint Anthonis. De verhalen over de carrière in het voetbal zijn niet steeds duidelijk. Heeft hij wel of niet in het eerste elftal van de Snelvoeters gespeeld? Als dat het geval was, wat deed hij er dan? De vereniging waarvan Harry's jongste broer nu voorzitter is, viert binnenkort haar 75-jarig bestaan. Wellicht wordt dan een tipje van de sluier opgelicht. Het ging snel verder en de lichtstad Eindhoven trok. Dat is niet onbegrijpelijk als je weet dat Harry's grootvader in Gestel is geboren en zijn roots dus liggen in wat later Groot-Eindhoven zou heten. Werken bij DAF, vervolgens de overstap naar Philips bij de interne accountantsdienst. Hij combineerde dat met een studie aan de HBS en, alleen tevreden met het beste, studeerde hij verder en werd NIVRA registeraccountant. Na 25 jaar noeste arbeid, met soms minder tijd voor het gezin, trad hij toe tot de directie van corporate accounting, waarvan hij vijf jaar voorzitter was. Zijn maatschappelijke carrière verliep voorbeeldig, hij was in hart en nieren een Philipsman. Inmiddels was in zijn privéleven het nodige gebeurd. Hij trouwt met Tiny uit Sambeek, samen krijgen zij de zoons Hans en Edwin. Uiteraard blijven ondanks het werk vrouw en gezin cruciaal: altijd trouw; ook al zit hij in Duitsland, hij blijft in Nederland woonachtig. In zijn vrije tijd is hij met zijn broers Wil, Toon en Jan elke thuiswedstrijd van PSV te vinden in het stadion aan de Frederiklaan, tot hij in 1984 ineens niet meer bij de familie zit. Hij wordt penningmeester van PSV, vanaf dat moment zit hij op een andere plek op de tribune. Tot 1990 als penningmeester en van 1993 tot 1996 weer als penningmeester, gecombineerd met een werkzaam leven bij Philips. Op 1 september 1996 een punt achter de loopbaan in de accountancy en een maand later treedt hij als nieuwe voorzitter aan bij de beste voetbalclub van Nederland, zoals ik heb aangetoond. Hij koesterde het voornemen een ander licht te laten schijnen op zijn club. Als bestuurslid van de commissie betaald voetbal van de KNVB en als bondsbestuurslid in Zeist, maar ook voor tal van camera's, laat hij de wereld zijn stem horen, alles in het belang van het Nederlandse voetbal en zeker ook van PSV met een kenmerkende familiaire benadering, waarbij oog voor het detail een belangrijk kenmerk blijft. Ook sportieve zakelijkheid is een sterke kant. Afscheid nemen van Erik Gerets en Fons Sporen, met wie hij samen aan PSV bouwde, doet pijn. Ook de successen met aan- en verkopen van onder andere Romario en Ronaldo kenmerken hem als een leider met het hart op de juiste plaats. Een leven kent altijd hoogte- en dieptepunten. Als dat je zoon aangaat, treft het zeer. Als ik het over familie heb, bedoel ik eigenlijk niet alleen de familie Van Raaij, maar ook de PSV-familie en in een adem de inwoners van Eindhoven. Velen hebben jullie in het hart gesloten. Fans United staat ook in mindere tijden achter hunnen Harry: groot van geest, met oog voor detail en klein van hart. 554

9 De NOS-verslaggever meldt: PSV heeft met 5-1 van Ajax gewonnen en het doelpunt van Ajax werd gescoord door Ruud Geels. Over zulke opmerkingen kan Harry echt kwaad worden. Hij haat het imago van provincieclub uit een provinciestadje dat het Westen ten onrechte aan PSV en de stad Eindhoven probeert op te leggen. Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst. Studie en werk slokken veel tijd op in het gezin Van Raay. Kinderen krijgen dan vaak niet de aandacht die je hen zoudt willen geven, Tiny zorgde er al die jaren voor dat het perfect bleef draaien. Bij landskampioenschappen kende de vreugde onder de vele duizenden fans geen grenzen, volksfeesten op dat niveau zijn natuurlijk geweldig voor onze stad. Een Europese titel is PSV in de tijd van Harry niet ten deel gevallen. Initiatieven om een Europese competitie op te zetten kan hij misschien in de toekomst nog realiseren. Wij achten het onmogelijk dat Harry uit ons gezichtsveld zal verdwijnen. Het zal voor de familie even wennen zijn: geen onderhandelingen, geen transferbesprekingen meer. Kortom, een ander leven, maar een verzetje, als een bezoek met kleinkinderen aan leuke dingen, is een heel aardig alternatief. Eindhoven is een echte Brabantse mens rijk, een pater familias, iemand die Eindhoven in zijn hart weet, die PSV opstuwde in de vaart der volkeren en onze stad nog meer internationale betekenis gaf. Daarom, Harry, kan ik je met recht namens de gemeenteraad van Eindhoven mededelen dat wij je graag en zeer van harte eren met het ereteken van onze stad. Vervolgens overhandigt de Voorzitter het ereteken van de gemeente Eindhoven aan mevrouw Tiny van Raaij die het de heer Harry van Raaij opspeldt. (applaus). De heer Van Raaij: Allereerst, Alex, wil ik je bedanken voor je vriendelijke woorden. Ik kwam hier als burger van Eindhoven en daar ben ik bijzonder trots op. ik ben in 1952 naar Eindhoven gekomen, tussendoor ben ik zes jaar weggeweest, maar ik heb mij altijd een echte Eindhovenaar gevoeld. De burgervader heeft gelijk als hij erop wijst dat ik mij nogal eens erger aan zaken uit het Westen waar vaak nogal denigrerend over Eindhoven en PSV wordt gesproken. Dat heeft mij altijd diep geraakt. Nu ik straks als ereburger wegstap, realiseer ik mij dat ik vandaag, toen ik hier binnenkwam, verlegen werd en dat is niet vaak gebeurd. Het doet je iets als je hier plotseling al die mensen aantreft, ik ben er geweldig trots op. Wat mij vandaag is toebedeeld, is een erkenning van de gemeente voor alles wat PSV Eindhoven heeft geschonken. Ik ben er bijzonder blij mee dat dat op deze wijze tot uitdrukking wordt gebracht. PSV is voor de stad van eminent belang en dat moeten wij zo houden. Ik moet de burgemeester op een onjuistheid attenderen. Hij wees erop dat PSV in mijn tijd nooit een Europese titel heeft bereikt, maar in 1988 won PSV de Europacup 1, de huidige Champions League. In die tijd was ik echt penningmeester. (applaus). Ik wil de gemeente en zeker ook de politie heel hartelijk danken voor de prettige wijze waarop wij in de lokale driehoek in onze stad met elkaar omgaan. Dat is een 555

10 voorbeeld voor vele steden, ook in Zeist wordt onderkend dat wij ook op deze manier met elkaar kunnen omgaan om de dingen te regelen zoals het hoort, in goede harmonie. Daarvoor behoeven wij het niet altijd met elkaar eens te zijn. De verbouwing van ons stadion ging voor ons niet vlug genoeg, soms werd door de gemeente op de rem getrapt. Het is bekend dat ambities van bestuurders van voetbalclubs snelheid in zich dragen, maar gelukkig zijn er anderen die ertoe bijdragen het juiste tempo te bereiken. Ik ben dankbaar voor alles wat ik de afgelopen jaren in het overleg met de gemeente en de politie heb beleefd. Ik dank u allen voor het vertrouwen dat u in mij hebt gesteld. Dat jullie mij tot ereburger hebben benoemd, maakt mij trots, maar overtreft tegelijkertijd mijn stoutste verwachtingen. Ik dank u allen van harte. (applaus). De Voorzitter: Ik schors de vergadering zodat u de gelegenheid hebt onze ereburger te feliciteren. Schorsing. De Voorzitter: Ik heropen de vergadering. II. Vaststellen van de volgorde van de agenda. De heer Vleeshouwers: Voorzitter. Blijkens punt VI.2 gaan wij weer praten over de visie op kunst en cultuur. Het is precies hetzelfde stuk als in de vorige vergadering is behandeld en ik wil daarom vragen het van de agenda af te voeren. De Voorzitter: Ik moet u corrigeren. Boven deze rubriek staat dat het gaat om onderwerpen waarover geen of nauwelijks discussie wordt verwacht. Als u daaraan vasthoudt, kan dit punt gewoon op de agenda blijven. De heer Vleeshouwers: Desondanks verzoek ik u het voorstel van de agenda af te halen. Wij hebben er de vorige keer al uitgebreid over gesproken en nu is niets anders aan de orde. Iedere fractie, die het had gewild, had het voorstel in de vorige vergadering kunnen splitsen, maar dat is niet gebeurd. Ik ken de redenen daarvoor niet, maar ik neem aan dat elke fractie daarvoor eigen overwegingen had. Nu een deel van het vorige voorstel op de agenda staat, lijkt het erop of men een herkansing wil. Het lijkt erop dat men heeft zitten slapen, waardoor het niet is gegaan zoals men verwachtte dat het zou gaan. Ik vind dat geen compliment voor de alertheid van de raad. Daarbij komt dat ik dit een vervelend precedent vindt. In hoeverre gaan wij de volgende keer, als de dingen niet zijn gelopen zoals wij wilden, delen van voorstellen opnieuw agenderen in de hoop dat het dan anders loopt? Wij zouden eerst bij die 556

11 vraag moeten stilstaan voor wij dingen gaan doen waarvan wij later last kunnen krijgen. De Voorzitter: Ik heb van het college begrepen dat het uit de discussie in de raad de vraag afleidde waarom het vorige voorstel niet is gesplitst. Als het college de visie apart aan de raad zou hebben voorgelegd, zou de raad haar hebben kunnen onderschrijven. Verschillende sprekers hebben dat toen ook min of meer letterlijk gezegd. Ik heb begrepen dat het college er zeer aan hecht om nog voor het zomerreces duidelijkheid te krijgen over de visie en meer tijd te nemen voor het bezuinigingsvoorstel, waarop veel vragen waren gericht. Het college heeft, gehoord de vorige discussies in de raad, voorgesteld om in elk geval op korte termijn duidelijkheid te verschaffen over de visie. Dan kan, in de geest van de raad, meer tijd worden genomen voor de bezuinigingen. Mevrouw Van Alphen de Veer-Paulen: Wij hebben bepaald niet zitten slapen, zoals u de vorige keer zal zijn opgevallen. Wij willen geen herkansing, want wij zijn het met de visie eens zodat wij er weinig woorden aan behoeven vuil te maken. Wel is een aantal amendementen ingediend waarop wij graag willen reageren. Wij willen graag even praten over de nieuwe feiten en dus de amendementen bespreken. Misschien is het goed dit voorstel daarom naar categorie VII te verplaatsen. De heer Verhaegh: Ik sluit mij aan bij mevrouw Van Alphen de Veer. De heer Van den Biggelaar: Voorzitter. Ook wij willen dit voorstel graag verplaatsen naar categorie VII, zodat discussie mogelijk is. Ook al zijn wij er in een eerder stadium al over bezig geweest, wij kunnen er nu niet zonder meer aan voorbijgaan. De heer Kielenstijn: Voorzitter. Wij kunnen de lijn die u aangaf volledig onderschrijven, uiteraard staat het de fracties vrij hun amendementen toe te lichten. De heer Gerard: Voorzitter. Ik ben tegen het ordevoorstel van de heer Vleeshouwers en voor verschuiving naar de discussiestukken. De Voorzitter: Het lag in de lijn der verwachting dat fracties daarop zouden willen reageren. Gezien het feit dat al zwaar inhoudelijk over de visie is gedebatteerd, stel ik voor het voorstel in rubriek VI te handhaven, waarbij u de gelegenheid krijgt op de amendementen in te gaan. Dat is ook de afspraak bij deze rubriek. Er zal weinig of geen discussie over de voorstellen plaatsvinden, maar als er een amendement of motie is, moet de raad de kans krijgen daarop in te gaan. Ik zou er nu met u voor willen waken opnieuw een breed debat te voeren over een onderwerp dat al ruimschoots is besproken. 557

12 Ik dring er dan ook op aan dat u zich beperkt tot de amendementen, misschien iets ruimer dan gebruikelijk, maar ik zie liever geen verschuiving naar categorie VII, dan krijgen wij wellicht weer breeduit een discussie in twee termijnen. De heer Van den Biggelaar: Ik kan mij deels wel en deels niet in die oplossing vinden. Het gaat ook om de vraag wat wordt verstaan onder 'onderwerpen waarover geen of nauwelijks discussie wordt verwacht'. Het lijkt mij uiteindelijk de bedoeling dat wij over de voorstellen in deze categorie niets meer zeggen. Dan zullen voorstellen waarover weinig discussie wordt verwacht moeten worden verplaatst naar categorie VII. Dat neemt niet weg dat wij er ook dan kort over kunnen zijn. Mijn fractie wil enkele opmerkingen over dit voorstel maken, als dat mag als het in categorie VI blijft, behoeft het wat ons betreft niet te worden verschoven. Als het wel gebeurt, gaan wij in een richting waarin wij rubriek VI zo uitzuiveren dat er niets meer over wordt gezegd. De Voorzitter: Wij laten het voorstel in categorie VI en ik zal iets soepeler zijn dan gewoonlijk. De heer Vleeshouwers: Ik heb twee bezwaren genoemd, het tweede betrof de precedentwerking. Wij moeten ervoor zorgen dat wij alleen onderwerpen bespreken die werkelijk nieuw zijn. Ik ben bang dat het bij dit voorstel niet zal lukken. De Voorzitter: Ik begrijp dat een meerderheid van de raad het voorstel hier wil handhaven en dan iets meer wil kunnen zeggen over de amendementen. Dan gaan wij ermee aan de slag, ook gezien het unieke eerdere debat. Daarbij zullen wij oog hebben voor de waarschuwing van de heer Vleeshouwers in verband met precedenten. De heer Schut: Voorzitter. In dezelfde sfeer zitten wij met de punten VI.3 en VI.11. Wij hebben daarbij geen uitgebreide betogen, maar wij willen er wel iets van zeggen. De Voorzitter: Ik zal, als categorie VI aan de orde komt, inventariseren wie waarover een enkele opmerking wil maken. Dan kunnen wij dat op een rij zetten voor de behandeling van de hele set. III.1. Voorstel tot het benoemen van een voorzitter en leden van de stadsdeelcommissie Centrum. (voorstel 04.R ). De heer Van den Biggelaar: Voorzitter. In mijn fractie heb ik de vraag opgeworpen of het gaat om Samen Stad of Samen Binnenstad. Het verbaast mij dat een van de convenantspartijen, D66, geen voorzitter meer levert voor Gestel en zich ook terugtrekt als lid, maar nu wel een kandidaat heeft voor de stadsdeelcommissie 558

13 Centrum. Het bevreemdt mij dat Leefbaar Eindhoven een voorzitterspositie in Woensel-Zuid loslaat, niet de verantwoordelijkheid neemt door een nieuwe voorzitter te leveren, maar nu wel de voorzitter wil leveren voor de stadsdeelcommissie Binnenstad. Samen Stad of Samen Binnenstad of toch, zoals het Eindhovens Dagblad kopte, prestigieuze baantjes? Ik kan er weinig over zeggen, ik ken de achtergronden niet, maar ik stel vast dat een aantal coalitiepartijen, behalve in elk geval het CDA, hun verantwoordelijkheden labbekakkerig opnemen. Mijn fractie steunt de kandidatuur van de heer Schut, mocht hij niet worden gekozen, dan kunnen wij met de heer Vestjens ook leven. Met de kandidaat van Leefbaar Eindhoven hebben wij problemen, niet vanwege de persoon, maar vanwege het handelen van deze partij. De heer Kielenstijn: Voorzitter. Wij vinden het van belang bij een stadsdeelcommissie als deze onze verantwoordelijkheid te nemen. Daarom hebben wij een kandidaat voorgesteld. Naderhand bleken er meer kandidaten te zijn, de heer Vestjens achten wij een capabele persoon voor deze functie. Daarom zullen wij niet zelf een kandidaat voorstellen, wij steunen de kandidaat van het CDA. De Voorzitter: Er zijn dus twee kandidaten, namelijk de heren Schut en Vestjens. De heer Dijsselbloem: Ik voel mij door de heer Van den Biggelaar aangesproken. Ik heb mij teruggetrokken als voorzitter van de stadsdeelcommissie Gestel. Het is dan niet meer dan fair niet te kandideren voor het voorzitterschap van de stadsdeelcommissie Centrum. Ik wil wel kandidaat zijn voor het lidmaatschap van die commissie, omdat ik meen dat wij daar heel belangrijk werk hebben te doen. De heer Van den Biggelaar: U hebt ook uw lidmaatschap van de stadsdeelcommissie Gestel opgezegd. Is die commissie minder belangrijk dan de stadsdeelcommissie Centrum? De heer Dijsselbloem: Het antwoord op die vraag is betrekkelijk simpel. Ik ben er nog steeds van overtuigd dat het, toen ik mij terugtrok als voorzitter van de stadsdeelcommissie Gestel, niet verstandig was lid te blijven, althans in de huidige periode. De heer Rozendaal: Voorzitter. Wij hebben nagedacht over de vraag wat iemand moet doen om voorzitter te kunnen worden van de stadsdeelcommissie Centrum. De laatste tijd tendeert de raad naar de stelling dat deze soort functies moeten worden ingevuld op basis van een goede profielschets, waardoor kandidaten worden gemeten aan de eisen die aan de functie worden gesteld. In dit geval is geen profielschets opgesteld, maar wij vinden het toch belangrijk deze trend te volgen en te versterken. Daarom hebben wij ons afgevraagd welke eisen wij 559

14 zouden moeten stellen aan de voorzitter van een Stadsdeelcommissie, in dit geval voor het centrum. Wij hebben ze opgeschreven en geconstateerd dat wij een kandidaat hebben die daarbij goed past. Om andere partijen te stimuleren daarin mee te denken, hebben wij hen op de hoogte gesteld van onze overwegingen. Ik hoop dat de andere partijen op dezelfde manier naar dit voorzitterschap willen kijken en hun stem zullen bepalen op basis van de mate waaraan aan de eisen wordt voldaan. De heer Kielenstijn: Ik zou graag willen horen op grond waarvan wij van mening zouden moeten veranderen. Wat zijn de eigenschappen die uw kandidaat bijzonder geschikt maken? Misschien kan het CDA dat ook voor zijn kandidaat aangeven. De heer Rozendaal: Ik heb een mailtje gestuurd waarin ik heb aangegeven welke eisen zouden moeten worden gesteld. Tevens heb ik daarbij duidelijk gemaakt om welke redenen onze kandidaat daaraan voldoet. Ik doe geen uitspraken over de kwaliteiten van de kandidaat van het CDA. Het is aan u om die weging te maken. U kunt de kandidaat van het CDA tegen dezelfde maatlat leggen en eventueel tegen uw aanvullende eisen waaraan een voorzitter van een stadsdeelcommissie moet voldoen. Ik had die eisen graag van u vernomen. Blijkbaar heeft Leefbaar Eindhoven dat niet gedaan of is zij het volstrekt met ons eens, dat mag natuurlijk ook. Mevrouw Joosten: Wij hebben een kandidaat gesteld die voldoet aan alle kwaliteitseisen die in het mailtje van de VVD stonden, die bovendien de tijd en de ambitie heeft, jong en energiek is. De taken die de raad dient te vervullen moeten worden verdeeld, niet alle functies moeten bij een paar raadsleden blijven hangen. Daarom vinden wij dat wij een heel geschikte kandidaat hebben. De Voorzitter: Ik benoem de dames Van den Biggelaar, Van Dootingh en Breuers tot leden van de commissie van stemopnemers. Ingeleverd zijn 40 stembriefjes, waarvan 1 blanco. Uitgebracht zijn 21 stemmen op de heer Vestjens en 18 stemmen op de heer Schut, zodat de heer Vestjens is benoemd tot voorzitter van de stadsdeelcommissie Centrum. Zie besluit nr. 1 De Voorzitter: Ik dank de commissie voor haar werkzaamheden en ontbind haar. III.2. Voorstel tot het ontheffen van de heer A.W.J.M. Geerts van het lidmaatschap van de regioraad van het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven en het aanwijzen van de heer J.B.W.M. Peters als lid van de regioraad. (voorstel 04.R ) 560

15 Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. Zie besluit nr. 2 IV. Vaststellen van de notulen van de openbare vergadering van 8 maart (een ontwerp heeft voor de leden van de raad ter inzage gelegen). Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden de notulen van de openbare vergadering van 8 maart 2004 ongewijzigd vastgesteld. V. Vragenhalfuur ex artikel 44 van het Reglement van orde van de raad. Vragen van de fractie van D66 over het TBS-beleid. De heer Dijsselbloem: Voorzitter. Het komt regelmatig voor dat TBS-ers niet of niet tijdig terugkeren van proefverlof. In die tijd kunnen dramatische voorvallen plaatsvinden, zoals onlangs nog is gebleken. Wij mogen aannemen dat het ook in onze regio voorkomt dat TBS-ers niet of niet tijdig terugkeren. Daaruit volgen enkele vragen. Hebben opsporing en aanhouding van niet tijdig terugkerende TBS-ers in onze regio de hoogste prioriteit? Heeft de korpsbeheerder naar aanleiding van de gebeurtenissen van de afgelopen weken hierover contact gehad met de opsporingsinstanties? Wat was het resultaat daarvan? Als het nog niet is gebeurd, is de korpsbeheerder dan van plan het op korte termijn alsnog te doen? De Voorzitter: Er is over de TBS-problematiek kort contact geweest met de leiding van de politie naar aanleiding van de gebeurtenis waaraan u refereerde. Indien een TBSer in onze regio ontsnapt, krijgt opsporing en wat erbij hoort eerste prioriteit. Eindhoven heeft nogal wat TBS-ers die van elders komen en de politie werkt dan ook mee in samenspraak met de politie van de plaats van herkomst. Er zijn afspraken over de wijze waarop zij samen met de materie omgaan. Het zal duidelijk zijn dat opsporing en aanhouding topprioriteit hebben. Ik begrijp de zorg die uit de vraag spreekt nu ieder weer eens met de neus op de trieste feiten is gedrukt. Dat leidt tot een nog grotere alertheid. Vragen van de fractie van D66 over handhavingsonderzoek. De heer Dijsselbloem: Voorzitter. In Utrecht is onlangs een vrij groot onderzoek gehouden door een samenwerkingscluster van onder andere de Sociale dienst, uitkeringsinstanties, woningbouwcorporaties en andere. Daaruit is gebleken dat in een betrekkelijk groot aantal gevallen overtreding van relevante regelgeving had plaatsgevonden. Het is ook in het belang van Eindhoven om waar nodig ten behoeve van de handhaving overtredingen op te sporen. 561

16 Wordt dit type onderzoek in Eindhoven ook gehouden? Als dat het geval is, zijn dan de resultaten vergelijkbaar met de resultaten in Utrecht? Wordt ter zake opgetreden? Als zulk onderzoek niet plaatsvindt, overweegt het college dan op korte termijn wel onderzoek te laten doen? Wethouder Claassen: Voorzitter. Het onderzoek waaraan de heer Dijsselbloem refereerde, is ingesteld door het Coördinatiepunt handhaving Utrecht. Dat is een regionaal platform, dat door een aantal instanties wordt aangestuurd. Wanneer meer dan twee instanties aangeven dat onderzoek moet plaatsvinden in het belang van handhaving, kan een project worden geformuleerd dat door de landelijke stuurgroep moet worden geaccordeerd omdat er rijksmiddelen mee zijn gemoeid. In Eindhoven is een dergelijk platform in oprichting voor Zuidoost-Nederland, het wordt op 15 juli ingesteld. Wanneer dan in onze regio meer dan twee instanties vinden dat onderzoek in het belang van handhaving moet plaatsvinden, kunnen zij een project opzetten, dat door de landelijke stuurgroep moet worden geaccordeerd. De heer Dijsselbloem: Dit antwoord is voorlopig voldoende. Ik neem aan dat aan de raad of de commissie zal worden gerapporteerd als dit gaat spelen. Vragen van de PvdA-fractie inzake de brand op De Hurk. De heer Van den Biggelaar: Voorzitter. Onlangs schrok Eindhoven op door een brand op industrieterrein De Hurk bij Van der Leegte Laktechniek. Het Eindhovens Dagblad citeerde de officier van dienst van de brandweer, de heer Van Burgt: 'Als het vuur was overgeslagen naar de volgende loods -- de wind was niet in ons voordeel -- hadden wij een groot probleem gehad. Daar ligt een opslag van chemicaliën en met bedrijven als Air Liquide in de buurt, is dat geen geruststellende gedachte.' Deelt u deze opvatting van de brandweercommandant? Hoe staat het met dit bedrijf en de directe omgeving en hoe staat het in de analyse van risicovolle bedrijven? U begrijpt dat wij met HoekLoos in het achterhoofd vooral denken aan de situatie bij Air Liquide. De Voorzitter: Met alle respect voor de uitspraak van de brandweerofficier van dienst, wijs ik erop dat het gaat om 'als'. Het is heel attent dat de officier ter plekke zich bewust was van de potentiële risico's op het bedrijventerrein. Daaruit mag worden afgeleid dat wij de spullen goed op orde hebben, dat de brandweer, als zich op een bedrijventerrein een probleem voordoet, een goed beeld heeft van de typen bedrijvigheid die daar zijn gevestigd. Ik acht dat een belangrijke constatering. In het verleden wist men in Nederland dikwijls niet welke typen activiteiten met welke risico's er op bedrijventerreinen aan de orde waren. Nu hebben wij dat goed in beeld en de opmerking van de brandweercommandant geeft daar blijk van. Zij geeft ook blijk van het besef dat er risico's zijn als

17 Ik ben terstond over de brand geïnformeerd, de alarmering, ook naar de burgemeester, liep perfect. Wij hebben toen ook direct de beslissing genomen grootschalig aan de slag te gaan. Natuurlijk was ik ook blij dat men vrij snel de brand meester was. Feit is wel dat wij eenvoudig moeten erkennen dat op industrieterreinen verschillende activiteiten plaatsvinden waarbij met verschillende soorten stoffen wordt gewerkt. Wij weten dat daaraan bepaalde risico's zijn verbonden. Ik deel de opvatting over het feit als zodanig, maar gelukkig hebben wij de boel heel goed op orde, anders had de officier van dienst niet zo snel kunnen handelen in de voorzorg. Als het gaat om het bedrijf zelf en de directe omgeving is de brandweer heel actief met gebruiksvergunningen. Eerder zijn al afspraken gemaakt over versnelling van de actualisering van deze vergunningen. Dit type bedrijvigheid is daarbij als eerste onder de loep genomen om na te gaan of de spullen op orde zijn. Dat is het geval, er wordt adequaat gehandeld. Ik deel de opvatting van de officier van dienst, met enige gerustheid omdat de risico's blijkbaar bekend zijn. De heer Van den Biggelaar: Ik ben blij dat u vertrouwen hebt in de situatie en het opereren van de brandweer. Ik deel dat vertrouwen, maar de officier van dienst vond het blijkbaar geen geruststellende gedachte, terwijl het u gerust stelt dat alles zo goed in beeld is. Wat is het risico van een bedrijf als Air Liquide in vergelijking met de eerder gebleken risico's van HoekLoos? Ik wil geen paniek zaaien, in het verleden is dat bij HoekLoos ook niet gebeurd, terwijl er toch een ongeluk is gebeurd. Ik neem met plezier genoegen met uw antwoord, ik hoop dat dit onderwerp in het handhavingsprogramma de nodige aandacht zal houden. De heer Kielenstijn: Mijn nieuwsgierigheid is gewekt, ook omdat ik toen toevallig in de buurt was. Toen kwam de volgende vraag op. Als de brandweercommandant constateert dat een risicovolle situatie kan ontstaan, is er dan voldoende tijd om maatregelen te treffen opdat in nabijgelegen woonwijken geen risico's voor de gezondheid ontstaan? De Voorzitter: Wij moeten ons realiseren dat het in dit geval om een ander type bedrijvigheid ging dan bij HoekLoos. Als er iets gebeurt, ontstaan bij de verschillende bedrijven verschillende effecten. In het ene geval zal er sprake kunnen zijn van explosies en in het andere van verspreiding van stoffen, wat, afhankelijk van de windrichting en allerlei andere factoren, een risico is. Het staat vast dat de brandweer in onze regio een van de best geoefende organisaties is die wij kennen, zowel ambtelijk als bestuurlijk. Als een calamiteit ontstaat, is er nooit zo veel tijd als de heer Kielenstijn wellicht zou wensen. Wel wordt in zulke gevallen snel gehandeld en kan snel worden opgeschaald tot het niveau waarop alle zeilen worden bijgezet. Dat is een geruststelling, maar het mag er niet toe leiden dat wij achterover leunen. Wij moeten steeds op het puntje van onze stoel 563

18 attent zijn op mogelijke situaties en veranderingen. Daarvan geeft in het initiële stadium het contact tussen de officier van dienst en de burgemeester blijk. De officier realiseerde zich heel goed dat hij, als hij verder zou moeten, contact met de burgemeester moest hebben. Dat hij dat onmiddellijk signaleerde, is een teken van zeer adequaat handelen. Vragen van de fractie van Liberaal Eindhoven over de spinselmot. De heer Verhaegh: Voorzitter. Heeft het college kennisgenomen van klachten en berichten over de overlast van de spinselmot in Woensel? Is het college het met mij eens dat de gemeente, als bomen haar eigendom zijn en overlast veroorzaken, verantwoordelijk is voor de aanpak van de overlast? Klopt de uitspraak van de voorlichter van de gemeente in het Eindhovens Dagblad van 5 juni dat in de openbare ruimte alleen met gif wordt gewerkt als de volksgezondheid in het geding is? Is het college bereid de overlast van de spinselmot ook te bestrijden, al dan niet met gif, als er sprake is van overlast voor omwonenden, ook als de overlast zich niet binnen de woningen voordoet? Wethouder Van der Grinten: Voorzitter. Het college heeft kennisgenomen van de klachten, ik heb er de vorige week contact over gehad met de medewerkers van het stadsdeelkantoor. De tweede vraag beantwoord ik bevestigend, uiteraard is de gemeente verantwoordelijk voor haar eigendommen, wat geenszins wil zeggen dat in alle gevallen, waarin overlast ontstaat, direct actie moet worden genomen. De uitspraak van de voorlichter, dat in de openbare ruimte alleen met gif wordt gewerkt als de volksgezondheid in het geding is, is juist. De gemeente voert al jarenlang een terughoudend beleid bij het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen. Dat is het geval bij onkruidbestrijding en ook bij bestrijding van ziekten en plagen in de groenvoorzieningen. Het antwoord op de vierde vraag is 'neen'. De spinselmot is niet gevaarlijk voor mens en dier en behoeft niet te worden bestreden. Als de rupsen zich hebben verpopt, verdwijnt de overlast vanzelf. Het is een natuurlijk proces dat vier tot zes weken duurt. De beschadigde planten herstellen volledig en vormen snel nieuw blad. Bestrijding van de rups, wat met chemische middelen zou moeten gebeuren, betekent dat wordt ingegrepen in het ecosysteem, aangezien de rupsen voedsel voor vogels zijn. Daardoor hebben zij een duidelijke plek in de lokale keten. Er is inderdaad sprake van overlast, maar binnen een aantal weken is dat voorbij. De heer Verhaegh: Het antwoord is heel duidelijk, ik zal er nu niet verder op reageren. Wellicht kom ik er later nog eens op terug. Vragen van de fractie van de SP over veiligheid rond de Bijenkorfschool. 564

19 De heer Van Iersel: Voorzitter. Enige tijd geleden is een proef gehouden om de veiligheid rond de Bijenkorfschool te verbeteren. Nu de proef is afgelopen, zijn enkele onduidelijkheden blijven bestaan. De periode van de proef is verkeerd gekozen, de proef vond plaats toen diverse wegen rond het winkelcentrum waren afgesloten, waardoor veel verkeer niet wist hoe het moest rijden en op de Airbornelaan enige chaos ontstond. Wat zijn de bevindingen van de proef. Zijn die bevindingen betrouwbaar en hoe gaat het nu verder? Wethouder Van der Grinten: Voorzitter. Het doel van de maatregelen was het verbeteren van de verkeersveiligheid voor langzaam verkeer. Dat doel is in de perioden, waarin de oversteek het meest wordt gebruikt, niet gehaald. Buiten de spitstijden was er wel sprake van verbetering. Tijdens de proef hebben zich geen ongevallen voorgedaan die direct verband zouden kunnen houden met de maatregel. Van omwonenden en deelnemers aan de proef hebben wij heel weinig reacties gekregen, hoewel bij de Bijenkorfschool een enquête is gehouden. De weinige reacties waren zeer verdeeld. De wijkraad en de politie hebben aangegeven dat zij niet overtuigd zijn van het nut van definitieve invoering van de maatregel. De proef heeft plaatsgevonden in de periode 30 januari tot 26 maart. In die tijd werden ook werkzaamheden uitgevoerd aan wegen in de omgeving van winkelcentrum Woensel. Dat is van invloed geweest op de verkeersintensiteit, zij was hoger dan normaal, wat heeft geleid tot ervaringen met de uitwerking van de proef bij intensief verkeer. Het doel van de proef, verbetering van de verkeersveiligheid, is niet gehaald, doordat de oversteekbaarheid op dit punt is verslechterd. Gezien het geringe aantal reacties, de standpunten van de wijkraad en de politie en het feit dat de verkeersveiligheid niet is verbeterd, zal de dienst voorstellen de maatregelen die tijdens de proef zijn uitgeprobeerd niet definitief te maken. Het college zal dat voorstel overnemen. De heer Van Iersel: Ik ben tevreden met het antwoord. VI.1. Voorstel inzake het bekrachtigen van een noodverordening in verband met de ruiming van een drietal vliegtuigbommen op 12 mei (voorstel 04.R ). Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. Zie besluit nr. 3 VI.2. Voorstel inzake het vaststellen van de visie op kunst en cultuur Eindhoven, innovatieve Cultuurstad. (voorstel 04.R ). 565

20 (amendementen A1 van de heer Verhaegh en A2 t/m A4 van de heer Gerard). Mevrouw Van Alphen de Veer-Paulen: Voorzitter. Dit voorstel en de visie zijn ons, dat is opmerkelijk, enige weken geleden toegezonden, zodat wij eventueel schriftelijk konden adviseren. U bemerkt nu dat naar ons oordeel de raad de juiste plaats is om te reageren. Ik wil nog een maal hartgrondig protesteren tegen de zin 'de directe aanleiding om met een visie te komen, ligt in de bezuinigingsopdracht'. Al tien jaar leeft de wens een visie te ontwikkelen, om de doodeenvoudige reden dat voor een zo belangrijke sector kaders nodig zijn. Niet de bezuinigingsopdracht, maar de noodzaak kaders te stellen, leidt tot deze visie. Noodgedwongen heeft het college dat nu eindelijk begrepen, dus ligt nu de visie voor en daarmee kunnen wij instemmen. Wij hebben de wethouder gevraagd te reageren op de laatste brief van Museum Kempenland. Ook de SP heeft dat opgepakt en in amendementen verwoord. De cultuurhistorie komt er inderdaad bekaaid af, wij ondersteunen daarom een deel van het voorstel van Museum Kempenland waar het gaat om toevoegen van cultuurhistorie. Derhalve steunen wij de amendementen 2 en 3 van de SP. Wij zijn het nog niet eens met amendement 4, omdat daarin staat 'met name de museale collectie'. Als er 'mede met de museale collectie' zou staan, zouden wij ermee kunnen instemmen. 'Met name' duidt op vooruitlopen op programma en projecten en daarvoor vinden wij het te vroeg. Het amendement van de heer Verhaegh spreekt over kunst uit eigen tijd, het zegt dat dat niet eigentijds en vernieuwend behoeft te zijn. Dat is het intrappen van een open deur, maar wij kiezen juist voor eigentijdse en vernieuwende kunst, zodat wij amendement 1 niet zullen steunen. Wij nemen kennis van de uit de visie afgeleide criteria, maar meer niet, omdat wij vrezen dat met name waar het om kwaliteit gaat dit een onwerkbaar document is. Een oordeel van de deskundigheidsraad en de adviescommissie juichen wij van harte toe. De heer Gerard: Voorzitter. De SP heeft zich bij eerdere besprekingen geen voorstandster getoond van deze visie. Het standpunt was en is dat er een aantal waardevolle elementen in staat, dat de uitwerking wellicht tot een aanvaardbare visie leidt, maar dat dit niet aanvaardbaar is. Wij hebben bezwaren tegen de zwak gedefinieerde positie van de grote instellingen, zowel de in vage termen aangeduide mogelijkheid dat zij worden aangetast als tegen de afwezigheid van doelstellingen, die aangeven wat wij met hen willen. De visie is goed als de bibliotheek als eerste naar buiten komt, maar dat gebeurt hier niet. De vrije markt wordt te veel en te snel ingeroepen, de gemeente definieert zichzelf te veel weg. De combinatie cultuurhistorie, innovatief karakter, eigentijdse vernieuwende kunst zal onwerkbaar blijken, een van de amendementen is daarop gericht. Containerbegrippen als 'design' zijn niet nader ingevuld. 566

21 De visie als geheel verwisselt te veel hoofdzaken met bijzaken. Design en de laboratoriumfunctie, voor zover deze als gevolg van de ID-problematiek overeind blijven, zijn nuttig, maar het zijn bijzaken. Wat de brede massa van de Eindhovense bevolking raakt, is hoofdzaak. In die zin ligt het accent verkeerd Wij vinden dat de cultuurhistorie niet voldoende expliciet aan bod is geweest. Het amendement stelt voor het bevorderen van cultuurhistorie expliciet op te nemen op pagina 1 van de visie. Uiteraard betekent dat, als deze passage op andere bladzijden wordt herhaald, daar dezelfde wijziging moet worden aangebracht. Amendement 3 beoogt samenvoeging van cultuurhistorie, eigentijdse en innovatieve kunst te splitsen in twee functies, die apart worden genoemd. De discussie wordt daardoor zuiverder, maar dat wil niet zeggen dat wij instemmen met de genoemde bezuinigingsopdracht. Een bezuinigingsopdracht hoort niet in een visie thuis. Wie de bezuinigingsopdracht wel op zijn plaats vindt, kan ook in onze opzet daarvoor pleiten, wie hem niet op zijn plaats vindt, kan ertegen pleiten. Wij stellen een eenvoudigere en minder gekoppelde formulering voor. Ik heb er geen enkele moeite mee in amendement 4 'met name museale collecties' te vervangen door 'mede museale collecties'. Wij onderschrijven het amendement van de heer Verhaegh, aangezien wij de innovatieve werking een bijzaak vinden en het bereik van de kunst voor grote delen van de bevolking belangrijker achten. Ik heb de indruk dat de heer Verhaegh met een andere redenering ongeveer hetzelfde zegt. De heer Verhaegh: Voorzitter. Ik zeg met het amendement inderdaad niet dat kunst niet eigentijds mag zijn en dat men er niet voor mag kiezen, maar ik vind niet dat de raad zich bij voorbaat hiertoe moet beperken. Ik denk aan werken in het Van Abbemuseum, bijvoorbeeld een schilderij van Picasso, dat nu geen vernieuwende kunst meer is. Als wij voor eigentijdse vernieuwende kunst kiezen, moet het dan weg? Als het zou zijn gelukt de Holbeintentoonstelling in Eindhoven te krijgen, zou het dan nu niet meer kunnen omdat die kunst niet vernieuwend is? Ik zie hier een ingebouwde beperking, die ik eruit wil halen. Wij moeten op het niveau van de instellingen kiezen wat zij precies doen, daarbij moeten wij ook goed in het oog houden wat in Eindhoven de behoefte is. Dat kan eigentijds zijn, maar ook iets anders. Het is maar net wat er speelt. Daarom stel ik een verruiming van de visie voor. Ik onderschrijf de gedachte in de brief van Museum Kempenland. De amendementen van de heer Gerard gaan in dezelfde richting. Misschien kan de wethouder er iets van zeggen, zodat wij er snel uit zijn. Ook ik vind dat de cultuurhistorie er te bekaaid afkomt. In het stuk wordt nog iets gezegd over de creatieve klasse, ik vraag mij af of in Eindhoven kan worden gemeten hoe ver het is, of Eindhoven zich ontwikkelt als een goede vestigingsplaats voor de creatieve klasse. Ik heb er geen motie of amendement over, maar het is interessant na te gaan of wij dat kunnen operationaliseren, anders blijft het hangen in de sfeer van de ambities. Meten is weten! 567

22 Er is nog een onduidelijkheid. Is de wethouder met mij van mening dat de industriële geschiedenis en ontwikkeling onder deze visie valt? De heer Janssen: Voorzitter. Wij hebben telkenmale betoogd dat wij de nieuwe visie op het cultuurbeleid in de stad niet willen koppelen aan bezuinigingen. Dat siert het dossier dus niet, het is voor het college, de stad, de instellingen, liefhebbers van kunst en cultuur en niet in de laatste plaats voor de raad een hoofdpijndossier. Mevrouw Van Alphen de Veer merkte op dat in de inleiding toch weer erop wordt geduid dat de visie er moest komen in verband met bezuinigingen. Dat heeft velen in de stad, niet in de laatste plaats de instellingen, ontmoedigd. Kijken wij terug op de besluitvorming waarin de visie en de bezuinigingen met 20 stemmen tegen en 18 stemmen voor werden verworpen, dan zouden wij de redenen moeten analyseren. Wij kennen de aftrap die verleden jaar om deze tijd in de raad is gegeven door de heren Burema en Kerkwijk om een discussie te beginnen over een visie, niet over bezuinigingen. Wij hebben een soort slotdebat gehad, georganiseerd door het Eindhovens Dagblad, in Musis Sacrum. Daar werden groene kaarten uitgedeeld, partijen konden de visie onderschrijven. De PvdA heeft zich toen constructief opgesteld en voor de visie een groene kaart gegeven. Leefbaar Eindhoven gaf een rode kaart. Hoezo is er sprake van een dissonant in het stemgedrag als buiten de raad een fractiewoordvoerder aangeeft dat zijn fractie zal tegen stemmen en dat ook daadwerkelijk gebeurt? Dan is er iets mis met de coördinatie van de wethouder of het college die dat niet zien aankomen. Wij hebben tegen gestemd in verband met de koppeling aan de bezuinigingen. Wij hebben geadviseerd die koppeling niet aan te brengen, maar er is niet geluisterd en daarom zijn wij vandaag bezig met een salamitactiek. Nu behandelen wij de visie, waarbij ik alleen iets zal zeggen over de amendementen, en een volgende keer de bezuinigingen. Waarschijnlijk haalt het college dan beide binnen, maar wij zijn zeer benieuwd naar het stemgedrag van Leefbaar Eindhoven. Wij zullen het amendement van de SP over bevordering van cultuurhistorie steunen. Nu de SP bereid is van 'met name' te veranderen in 'mede' kunnen wij dat amendement eveneens steunen. De functies laten wij doorwerken in de uitwerking van de programma's, wij geloven daarin en zullen het betreffende amendement niet steunen. Eindhoven valt op door hedendaagse kunst, wij moeten nu niet het tegengestelde in de visie inbrengen. Daarom stemmen wij tegen het amendement van Liberaal Eindhoven. Tenslotte kan ik u mededelen dat mijn fractie de visie unaniem zal steunen. De heer Dijsselbloem: Voorzitter. Ik ben blij dat wij nu de kans krijgen de visie vast te stellen, wij wilden het graag. Om de reden die de heer Janssen noemde, zullen wij het amendement van de heer Verhaegh niet steunen. 568