Regionaal inkoopplan 2014 ten behoeve van de inkoop in de regio Noordoost-Brabant

Transcriptie

1 Regionaal inkoopplan 2014 ten behoeve van de inkoop in de regio Noordoost-Brabant Juni 2013 Inkoopplan 2014 regio Noordoost-Brabant

2 Inhoudsopgave 1 INLEIDING REGIO IN BEELD Regiobeeld en stand van zaken beleidsthema s Regiobeeld kwantitatieve analyse per sector Verpleging & Verzorging Gehandicaptenzorg (GHZ) VG Geestelijke Gezondsheids Zorg INKOOPDOELSTELLINGEN Inkoopdoelstelling wijknetwerken Inkoopdoelstellingen Verpleging & Verzorging Extramuralisering Ketenzorg dementie Doelmatigheid/kosten Overig Inkoopdoelstellingen Gehandicaptenzorg Extramuralisering Ketenzorg autisme Doelmatigheid/kosten Overig Inkoopdoelstellingen Geestelijke Gezondsheids Zorg (GGZ) Extramuralisering Ketenzorg autisme Doelmatigheid/kosten Overig PRIORITERING

3 1 Inleiding Net als voorgaande jaren voeren de Zorgkantoren Coöperatie VGZ U.A. de AWBZ uit in de regio s Nijmegen, Noord- en Midden Limburg, Noordoost-Brabant, Midden-Brabant, Midden- Holland, Waardenland en Noord-Holland Noord. Voor een beschrijving van het inkoop- en contracteringsproces 2014 verwijzen wij naar onze inkoopsystematiek op Opzet regionale inkoopplannen Om onze centrale beleidsdoelstellingen te vertalen naar de situatie in de regio Noordoost-Brabant hebben wij dit regionale inkoopplan opgesteld. Dit beschrijft in essentie wat het zorgkantoor in de regio wil bereiken, uw offerte dient zich te richten op de doelstellingen zoals deze in dit plan zijn opgenomen. In het inkoopplan kan verwezen worden naar de relatie tussen de betreffende regio en de overige VGZ regio s, de analyse waarop dit is gebaseerd vindt u terug in het bestand Vergelijking VGZ Zorgkantoorregio s zoals gepubliceerd op onze website. Landelijke taakstelling Voor de inkoop 2014 zal er als uitvloeisel van landelijke maatregelen door de zorgkantoren extra aandacht zijn voor de doelmatige inzet van middelen, een viertal elementen zijn hierbij van belang: Afspraken over productmix Afspraken over tarief Afspraken over volumes Afspraken over gemiddelde kosten per cliënt Wij verzoeken aanbieders dan ook met klem om in hun offerte al rekening te houden met de forse taakstelling die wij allen dienen te behalen. Met name de uitkomsten van het Zorgakkoord en de doorrekening van de gevolgen van de extramuralisering hebben een forse impact. Aanpassing van de productieafspraak in lijn met deze maatregelen is onvermijdelijk. Nieuwe aanbieders en PGB maatregel Op het moment van publicatie van dit document is er landelijk nog onduidelijkheid over de uitwerking van een aantal maatregelen uit het regeerakkoord. Onder andere de contractering van nieuwe aanbieders in relatie tot de beperking van het PGB valt hieronder. Vooralsnog hanteren de zorgkantoren van Coöperatie VGZ net zoals voorgaande jaren de stelregel dat nieuwe aanbieders die in aanmerking willen komen voor een contract voor het leveren van AWBZ zorg in de regio ook inzichtelijk moeten maken dat ze een meerwaarde hebben voor de regio. Een duidelijke en ook vast te stellen motivatie op dit onderdeel dient door aanbieders die in aanmerking willen komen dan ook aangeleverd te worden bij de offerte. Samenhang tussen inkoopdocumenten. De centrale visie op langdurige zorg van het zorgkantoor is beschreven in het visiedocument Duurzaam en Dichtbij Daarnaast zijn op onze website de overige relevante documenten gepubliceerd waarvan u kennis dient te nemen om tot een overeenkomst te komen. 3

4 2 Regio in beeld 2.1 Regiobeeld en stand van zaken beleidsthema s Het aantal inwoners in de regio Noordoost-Brabant bedraagt in het jaar Het zorgkantoor Noordoost-Brabant koopt AWBZ-zorg in voor cliënten met een AWBZ-indicatie in de gemeenten die onder deze zorgkantoorregio vallen. De regio bestaat uit de gemeenten Bernheze, Boekel, Boxmeer, Boxtel, Cuijk, Grave, Haaren, 's-hertogenbosch, Landerd, Maasdonk, Maasdriel, Mill en St. Hubert, Oss, Schijndel, St. Anthonis, St. Michielsgestel, St. Oedenrode, Uden, Veghel, Vught en Zaltbommel. Binnen de regio Noordoost-Brabant zijn drie sub regio s te onderscheiden te weten s-hertogenbosch en omstreken, Oss-Uden-Veghel en Land van Cuijk. De sub regio s-hertogenbosch en omstreken kenmerkt zich als overwegend stedelijk gebied. In de regio zijn relatief veel zorgaanbieders actief. De gemeente Maasdonk (met de kernen Geffen, Nuland en Vinkel) zal per worden opgeheven. De kernen Nuland en Vinkel zullen aan de gemeente s-hertogenbosch worden toegevoegd en de kern Geffen aan de gemeente Oss. De sub regio Oss-Uden-Veghel kenmerkt zich als een overwegend landelijk gebied met naast de 3 grotere kerngemeenten Oss (84.025), Uden (40.540) en Veghel (37.290) vallen hier ook onder Boekel, Landerd, Schijndel en St. Oedenrode. De sub regio Land van Cuijk kenmerkt zich als een landelijk gebied met kleine kernen. Boxmeer is de grootste gemeente. In twee gemeenten in de regio Noordoost-Brabant nemen zorgverzekeraar Coöperatie VGZ en het zorgkantoor Noordoost-Brabant een voortrekkersrol in het ontwikkelen van wijknetwerken. Dit zijn de gemeenten s-hertogenbosch en Oss. Met de gemeente s-hertogenbosch is reeds een convenant afgesloten. Met de gemeente Oss worden op dit moment nadere verkennende gesprekken gevoerd. Vanwege beperkte personele capaciteit van (de Zorgkantoren) Coöperatie VGZ wordt geen voortrekkersrol genomen in de overige gemeenten in de regio Noordoost- Brabant. In de zorgkantoorregio Noordoost-Brabant bestaan diverse samenwerkingsverbanden voor onder andere dementie, ziekenhuis gebonden AWBZ-zorg, revalidatie en de pilots wijknetwerken. Deze samenwerkingsverbanden hebben als doel een efficiënte en doeltreffende levering van (multidisciplinaire) zorg te bewerkstelligen. Opgave voor de toekomst Net als de zorgverzekeraar Coöperatie VGZ staan wij momenteel voor een grote uitdaging: een positieve en effectieve bijdrage leveren aan het betaalbaar en toegankelijk houden van de AWBZ. Dit betekent dat wij in het belang van de cliënt en de inwoners van de regio Noordoost-Brabant moeten voorsorteren op de toekomst. 2.2 Regiobeeld kwantitatieve analyse per sector Het aantal inwoners in de regio Noordoost-Brabant zal zich als volgt ontwikkelen: Bron CBS 12/05/13 via provincie Noordoost-Brabant Jaar Totaal aantal inwoners Aantal inwoners 75+ Aantal inwoners

5 Binnen de V&V sector zijn in partijen gecontracteerd. Voor de gehandicaptenzorg zijn 17 partijen gecontracteerd en voor de GGZ betreft het 15 aanbieders. Voor enkele van deze partijen vindt een overheveling plaats naar een andere zorgkantoorregio. Op peildatum 1 mei 2013 staan in AZR zo n actief- en/of wenswachtenden geregistreerd. De onderverdeling hiervan is als volgt: AW WW AWi Totaal Intramuraal V&V Extramuraal V&V Intramuraal GHZ Extramuraal GHZ Intramuraal GGZ Extramuraal GGZ Totaal AW= Actief wachtenden, WW= Wens wachtenden, AWi = Actief wachtenden inclusief overbruggingszorg Verpleging & Verzorging De zorgkantoren van Coöperatie VGZ hebben een kwantitatieve analyse gemaakt van het gebruik van V&V zorg in de zeven regio s waar wij zorg inkopen. Voor de V&V in de regio Noordoost-Brabant zijn onderstaand de relevante resultaten van deze analyse benoemd. De regio Noordoost-Brabant is een regio die iets minder vergrijst is (7,18% vijfenzeventigplussers op totaal aantal inwoners) dan het Nederlands gemiddelde (7,20% vijfenzeventigplussers), maar meer vergrijst is dan het gemiddelde van de zorgkantoorregio s van Coöperatie VGZ (7,14% vijfenzeventigplussers). De regio Noordoost-Brabant vergrijst de komende jaren even snel als het Nederlands gemiddelde en vergrijst minder hard dan de andere zorgkantoorregio s van Coöperatie VGZ. De gemeenten Maasdriel, Zaltbommel en s-hertogenbosch vergrijzen minder snel dan het regiogemiddelde. De gemeenten Landerd, Maasdonk, Mill en St. Hubert, St. Anthonis, St. Michielsgestel, St. Oedenrode en Vught vergrijzen sneller dan het regiogemiddelde. In de regio Noordoost-Brabant wordt, vergeleken met het gemiddelde van de zorgkantoren Coöperatie VGZ, relatief meer intramurale zorg geleverd dan extramurale zorg. In de regio Noordoost-Brabant ligt deze verhouding op respectievelijk 39% - 61% ten opzichte van de gemiddelde verhouding van de gezamenlijke zorgkantoren van respectievelijk 37% - 63%. NB. Door verschillen in demografie kunnen deze cijfers op gemeentelijk en sub regionaal niveau anders liggen. Zowel het aantal actief wachtenden (1,1% van totaal aantal plaatsen) als het totaal aantal actief wens- en slapend wachtenden (18% van totaal aantal plaatsen) ligt voor de regio Noordoost- Brabant onder het gemiddelde van de Zorgkantoren Coöperatie VGZ (resp. 1,4% en 21% wachtenden). Dit duidt op voldoende intramurale capaciteit. Daarnaast blijkt uit de ZZP-mixverhouding dat de regio Noordoost-Brabant ten opzichte van het gemiddelde van de zorgkantoorregio s van Coöperatie VGZ iets meer verzwaring kent. Dit kan deels verklaard worden doordat de regio Noordoost-Brabant iets meer vergrijzing kent dan het gemiddelde van de zorgkantoorregio s van Coöperatie VGZ. Opvallend is echter dat het verschil in percentage 75+ers (7,18% - 7,14%=) 0,4% is, terwijl het aantal ingekochte ZZP s 5 en 7 afwijkt met respectievelijk 1% en 2%. 5

6 ZZP Regio Noordoost-Brabant Gemiddelde zorgkantoorregio s Coöperatie VGZ 1VV 3% 4% 2VV 9% 10% 3VV 11% 12% 4VV 16% 16% 5VV 32% 31% 6VV 14% 15% 7VV 11% 9% 8VV 3% 2% 9VV 1% 1% 10VV 1% 1% Bron: afgesproken budget De pakketten inclusief en exclusief behandeling zijn bij elkaar opgeteld. De gemiddelde extramurale kosten per unieke cliënt zijn in de regio Noordoost-Brabant hoger dan het gemiddelde van de Zorgkantoren Coöperatie VGZ (respectievelijk ten opzichte van 7.219). Bovendien worden in de regio relatief meer personen intramuraal opgenomen. Logischerwijs bevat de populatie cliënten met extramurale zorg daardoor een lagere gemiddelde zorgzwaarte. Met deze constatering zou je verwachten dat de gemiddelde extramurale kosten per unieke cliënt lager zouden zijn dan gemiddeld. Dit is niet het geval. In de regio bestaan afspraken voor extramurale behandeling. Opvallend is dat enkele regio s van de Zorgkantoren Coöperatie VGZ in de sector V&V geen afspraken voor deze prestaties hebben. Hieruit blijkt dat het mogelijk is om de afspraken voor extramurale behandeling te verlagen. Ook blijkt uit de analyse dat in de regio Noordoost-Brabant de kosten voor vervoer relatief hoog zijn vergeleken met het gemiddelde van de Zorgkantoren Coöperatie VGZ (kosten zijn 51% hoger dan gemiddeld). Deze kosten kunnen naar beneden worden gebracht door dagbesteding dichter in de buurt van de cliënt te organiseren. In regio Land van Cuijk is een trend te zien. Jarenlang was het extramuraal aanbod in het landelijke gebied dun gezaaid. Inmiddels zijn hier enkele initiatieven gestart. Opvallend is dat deze initiatieven qua bedrijfsstructuur een lage overhead hebben. Echter, de marktwerking kan in deze omgeving nog steeds worden uitgebreid. Wij staan er daarom nog steeds voor open om voor de kleine kernen nieuwe initiatieven te contracteren Gehandicaptenzorg (GHZ) VG De Zorgkantoren van Coöperatie VGZ hebben een kwantitatieve analyse gemaakt van het gebruik van GHZ zorg in de zeven regio s waar wij zorg inkopen. Voor de GHZ in de regio Noordoost-Brabant zijn onderstaand de relevante resultaten van deze analyse benoemd. Ten behoeve van de vergelijkbaarheid is in de analyse alleen gekeken naar de VG. De LG, ZG, JLVG zijn buiten beschouwing gelaten. De totaalkosten per inwoner van de regio liggen voor de regio Noordoost-Brabant iets bovengemiddeld ten opzichte van het gemiddelde van de Zorgkantoren Coöperatie VGZ, zowel voor de intramurale als de extramurale zorg. De kosten voor vervoer lijken lager te kunnen in vergelijking met andere regio s. De verklaring hiervoor is dat de prevalentie in de regio bovengemiddeld is. De (lagere) kosten per unieke cliënt wijzen uit dat er efficiënt met de beschikbare middelen wordt omgegaan. De opslagen/toeslagen liggen in de regio licht onder het gemiddelde. Voor de regio Noordoost-Brabant geldt dat de gemiddelde kosten per unieke cliënt lager dan gemiddeld zijn. Dit geldt zowel voor intramurale zorg als extramurale zorg en voor de toeslagen / opslagen. 6

7 Zowel voor intramurale als extramurale zorg is de prevalentie binnen de regio Noordoost-Brabant bovengemiddeld. Dit komt wat de extramurale zorg betreft terug in het aantal prestaties, dat hoger is dan gemiddeld. Intramuraal ligt de capaciteit van de regio echter lager dan gemiddeld, terwijl de prevalentie hoger ligt. Uit de mixverhoudingen ZZP blijkt dat de regio met name op de lichte ZZP s een relatief hoog aandeel heeft ten opzichte van gemiddeld (namelijk 36% tegen gemiddeld 31%). Dit verklaart waarom voor intramuraal de gemiddelde kosten per cliënt ook lager dan gemiddeld zijn. Deze lijn willen wij behouden. Er dient geen verzwaring van zorg plaats te vinden. Het aantal geleverde extramurale prestaties ligt in de regio Noordoost-Brabant bovengemiddeld. Het aantal prestaties ligt in de regio 3,1% bovengemiddeld, terwijl de prevalentie extramuraal voor die regio 15,6% bovengemiddeld ligt. Voor de regio geldt dat de prevalentie veel hoger ligt dan de capaciteit. Dit kan te verklaren zijn door doelmatigheid. Binnen de regio Noordoost-Brabant zien wij een bovengemiddelde inzet van Dagbesteding, Behandeling en Begeleiding. Met name de afspraak Behandeling en Dagbesteding zou lager kunnen Geestelijke Gezondsheids Zorg De Zorgkantoren van Coöperatie VGZ hebben een kwantitatieve analyse gemaakt van het gebruik van GGZ zorg in de zeven regio s waar wij zorg inkopen. Voor de GGZ in de regio Noordoost-Brabant zijn onderstaand de relevante resultaten van deze analyse benoemd. Zowel per inwoner als per unieke cliënt zijn de kosten voor AWBZ GGZ zorg in de regio bovengemiddeld, bij een ongeveer gemiddelde prevalentie. Per unieke cliënt zijn vooral de intramurale kosten fors hoog (ruim 13% hoger dan gemiddeld) in vergelijking met andere regio s (in verhouding wordt er ook veel GGZ B afgesproken). Naast de hoge kosten per unieke cliënt is ook het aantal afgesproken plaatsen per inwoners bovengemiddeld. De wachtlijst in de regio is daarnaast zeer beperkt, zowel absoluut als in vergelijking met de overige regio s. Binnen de extramurale zorg is het aantal prestaties per inwoners bovengemiddeld, dit lijkt met name verklaard te worden door de grote hoeveelheid dagbesteding (16% meer dan gemiddeld) die binnen de regio wordt afgesproken. Wij zien verder dat in de regio de kortingen die door aanbieders geboden worden op de tarieven in vergelijking met het gemiddelde voor VGZ laag zijn. Een eerst conclusie is dat de regio Noordoost-Brabant in vergelijking met de overige regio s door verschillende oorzaken een dure regio is. Het zorgkantoor zal in de inkoop sturen op het meer in lijn brengen van de kosten in de regio met het gemiddelde. 7

8 3 Inkoopdoelstellingen 3.1 Inkoopdoelstelling wijknetwerken Sub regio s-hertogenbosch e.o. De Zorgkantoren Coöperatie VGZ hebben de keuze gemaakt om wijknetwerken te ontwikkelen in directe samenwerking met de zorgverzekeraar en de gemeente. Voor een beschrijving van het concept Wijknetwerken wordt verwezen naar de gelijknamige paragraaf in het hoofddocument. Wijknetwerken voor zorg en welzijn worden niet als product ingekocht. Het zorgkantoor Noordoost-Brabant en de Coöperatie VGZ hebben een convenant afgesloten met de gemeente s-hertogenbosch. Onderdeel van dit convenant vormt de opzet van een integraal wijkteam. In de gemeente s-hertogenbosch is met ingang van 25 april 2013 het Wijkteam Helftheuvel actief in de wijk Kruiskamp/Schutskamp. Dit team functioneert over verschillende domeinen (onder andere jeugd, onderwijs, werk, inkomen, zorg, maatschappelijke ondersteuning, wonen en veiligheid). Het team bestaat uit 9 generalisten en zij doen op praktische wijze dat wat nodig is. Het wijkteam heeft de volgende opdracht op hoofdlijnen: verbeteren positie kwetsbare huishoudens. stimuleren en faciliteren van eigen initiatieven en zelforganisatie (in de buurt). vergroten sociale samenhang in de buurt. terugdringen maatschappelijke kosten in huishoudens en de buurt. Het wijkteam is het vliegwiel voor de sociale vernieuwing die nu nodig is. Bij buurtbewoners, maar ook bij uitvoerende professionals. Het team functioneert onafhankelijk van organisaties en wordt niet gehinderd of gevoed door instellingsbelangen. De generalisten uit het team kunnen daadwerkelijk doorpakken en bepalen welke organisaties actief zijn/blijven binnen een huishouden. Het team is in plaats gekomen van de reguliere inzet (systeeminnovatie). Dit betekent dat het team wordt gefinancierd vanuit bestaande financiële middelen. De 9 generalisten zijn gedetacheerd naar de gemeente s-hertogenbosch. In het team wordt 1 persoon gefinancierd vanuit de AWBZ (hiervoor is geen extra geld beschikbaar gesteld). De overige teamleden komen uit organisaties die (voor een specifiek project) gefinancierd worden door de gemeente s-hertogenbosch. In het team zit ook één van de huidige zichtbare schakels/wijkverpleegkundige. Ook deze wijkverpleegkundige wordt gefinancierd door de gemeente s-hertogenbosch. Het zorgkantoor zal zich (vanuit de rol van zorgorganisator) in 2014 richten op het (verder) verbeteren optimaliseren van de zorg/dienstverlening aan de burgers door het wijkteam. In 2014 zullen wij de eerste resultaten meten en bekijken of wij elders in de gemeente/regio vergelijkbaar wijkteams kunnen oprichten (binnen bestaande budgetten). 3.2 Inkoopdoelstellingen Verpleging & Verzorging Extramuralisering Voor het beleid met betrekking tot extramuralisering verwijzen wij naar het centrale beleidsstuk van de Zorgkantoren Coöperatie VGZ. Met extramuralisering bestaat er een prikkel tot verzwaren. Het beleid zorgzwaartebekostiging spreekt zich uit over de financiering van verzwaring. In aanvulling hierop noemen wij het volgende: 8

9 Als wordt bepaald dat er behoefte is aan het uitbreiden van intramurale capaciteit dan wordt door het zorgkantoor eerst gekeken naar bestaande (intramurale) gebouwen in de betreffende gemeente. Het plegen van (vervangende) nieuwbouw is volledig voor risico van de aanbieder. Uitbreiding van het ZZP VV5 is pas mogelijk indien: er in de specifieke wijk/gemeente wachtlijsten zijn (meer dan 15 Actief Wachtenden in de betreffende wijk). dit aansluit bij de behoeften in de wijk. Als er in de wijk meer behoefte is aan particuliere/extramurale initiatieven dan zal het zorgkantoor intramurale uitbreiding niet ondersteunen. Het zorgkantoor wil dat de bewoners uit de wijk de behoefte bepalen. de betreffende gemeente het initiatief ondersteunt. er financiële ruimte beschikbaar is om de uitbreiding in te kopen. Er wordt geen uitbreiding op het ZZP VV6 gegeven. Met de extramuralisering van de lagere ZZP s wordt verwacht dit ZZP in de toekomst minder wordt afgegeven. Daarnaast wenst het zorgkantoor deze zorg in de toekomst in extramurale vorm en in een geclusterde setting te financieren. Uit landelijke analyses blijkt dat de regio Noordoost-Brabant een bovengemiddeld aantal cliënten met een ZZP7 en ZZP8 op ers heeft. Om verdere groei op deze ZZP s te begrenzen wordt er regionaal geen uitbreiding op deze ZZP s gegeven. Het reeds ingekochte volume van het ZZP VV10 voldoet aan de norm van 5 bedden op Het zorgkantoor ziet daarom geen reden om uitbreiding toe te staan op dit ZZP Ketenzorg dementie Voor het beleid van de Zorgkantoren Coöperatie VGZ op de keten dementie verwijzen wij naar het centraal inkoopdocument op onze site. Voor de sub regio s hebben wij de volgende doelen geformuleerd. Sub regio s-hertogenbosch e.o. Voor 2014 is de doelstelling om de pilot verder uit te breiden en casemanagement breder, vanuit de keten, in de regio beschikbaar te stellen. Bestaande AWBZ middelen (10%) vanuit de afspraken begeleiding individueel, zullen worden ingezet voor dit subregionale project 1. Daarnaast zal in 2014 bekeken worden hoe en wanneer zorgpad 1 het beste geïntegreerd kan worden in indien beschikbaar - integrale/generalistische wijkteams. Op deze wijze wordt er gewerkt aan het toekomstbestendig maken van de zorg aan dementerenden in de sub regio s-hertogenbosch e.o. Sub regio Oss-Uden-Veghel Voor 2014 is het doel om de doelen uit 2013 verder te concretiseren. Deze doelen waren: Het casemanagement in de hele regio te ontwikkelen tot een eenduidig ingevulde en herkenbaar functionerende schakel in de keten. Bestaande ketenafspraken waar nodig aan te scherpen en te verankeren in de bestaande uitvoeringspraktijk. Het betreft hierbij afspraken over vroegsignalering, vroegdiagnostiek en een goed verwijsbeleid en de ondersteuning van de mantelzorger. Bij de uitwerking van deze afspraken is ook de regionale afdeling van Alzheimer Nederland intensief betrokken. 1 Dit betekent dat bij zorgaanbieder die actief zijn in deze sub regio 10% minder BG-individueel wordt ingekocht. Voor het bepalen van de 10% wordt uitgegaan van de gerealiseerde productie binnen de herschikking

10 Verder is het voor 2014 van groot belang dat samen met de gemeenten bekeken wordt hoe deze keten toekomstbestendig kan worden gemaakt. In dit kader is het van belang om te bekijken hoe onderdelen van de keten zoveel als mogelijk in de wijk kunnen worden geregeld. In 2014 zal de mantelzorgpas in de regio verder worden uitgerold naar de gemeente Oss. Subregio Land van Cuijk Naast de verdere ontwikkeling van de doelstellingen uit 2013 (keten bestendigen en effectmeting) willen wij in 2014 als doel stellen de keten (nog) meer op een laagdrempelige manier in te richten, bijvoorbeeld door de zorg zoveel als mogelijk in de nulde of eerste lijn beschikbaar te hebben. De zorgprofessional zal hierbij meer en meer consulterend optreden. Verder is aanhaking van de betreffende gemeenten van groot belang. De doelstelling is om samen met de gemeenten te bekijken hoe wij deze keten toekomstbestendig kunnen maken. Dit is belangrijk om deze zorg en begeleiding in de toekomst beschikbaar te hebben op gemeentelijk/regionaal niveau (structurele borging) Doelmatigheid/kosten Prestatiecontracten Verpleging & Verzorging Het zorgkantoor Noordoost-Brabant wil dit jaar starten met het werken met prestatiecontracten (pilot). Zorgaanbieders die in 2013 een AWBZ budgetafspraak hebben van meer van 50 miljoen in de regio Noordoost-Brabant hebben de mogelijkheid om met ons een prestatiecontract af te sluiten. Om met het zorgkantoor een prestatiecontract aan te gaan is het van belang dat de aanbieder het gedachtegoed/de visie van het zorgkantoor onderschrijft. Het zorgkantoor verwacht dat de aanbieder met innovatieve ideeën komt om de doelstellingen van het zorgkantoor waar te maken. De doelstellingen staan vermeld in de algemene beleidstukken van de Zorgkantoren Coöperatie VGZ. De budgetten voor de langdurige zorg zullen de komende jaren flink afnemen. Belangrijk is dat de zorgaanbieder cliënten gaat helpen binnen de teruglopende/krimpende budgetten. Dit betekent dat zorgaanbieders aan de slag moeten met deze grote transitie. Dit betekent uitdrukkelijk niet dat de kaasschaafmethode moet worden toegepast, maar dat er op een fundamenteel andere wijze gewerkt gaat worden. De (betreffende) zorgaanbieders die in aanmerking willen komen voor een prestatiecontract met het zorgkantoor, kunnen de nadere voorwaarden bij het zorgkantoor opvragen. Deze zullen vervolgens worden nagezonden. Dagactiviteiten Het zorgkantoor zet zich actief in voor het toekomstbestendig maken van de AWBZ. Wij hebben een verantwoordelijkheid om de overgang voor de cliënt (in verband met de transitie AWBZ) zo geruisloos mogelijk te laten verlopen. Om dit te kunnen bewerkstelligen moeten wij nu al actief aan de slag om er voor te zorgen dat cliënten zoveel als mogelijk in de eigen wijk terecht kunnen voor dagactiviteiten. Wij streven er naar dat er koppelingen in de wijk gemaakt worden tussen burgers die iets voor elkaar kunnen betekenen. Burgers die daarnaast de behoefte hebben om voorzieningen te realiseren willen wij zo veel mogelijk zelf de voorzieningen laten realiseren. Het zorgkantoor wil wijkgerichte voorzieningen bij voorkeur samen met de betreffende gemeente inkopen. Voor de inkoop is het van groot belang dat de betreffende voorziening toekomstbestendig is. Het streven is om maximaal 80 90% van het uitgegeven budget in 2013 (passend binnen de productieafspraak van 1 november 2013) voor dagbesteding in 2014 in te zetten. 10

11 Met en zonder behandeling Cliënten met een ZZP 1 t/m 4 ontvangen in de praktijk relatief weinig behandeling. Door deze ZZP s zonder behandeling te leveren wordt voorzien in een goede binding met de lokale eerstelijns zorg. Deze binding is van belang in het kader van het scheiden wonen en zorg op deze ZZP s. Het zorgkantoor koopt daarom in 2014 voor nieuwe cliënten enkel nog ZZP s 1 t/m 4 zonder behandeling in (met uitzondering van personen met een ZZP 4 die op een verpleegafdeling PG verblijven). Inkoop begeleiding en persoonlijke verzorging Net als de zorgverzekeraar Coöperatie VGZ staan de Zorgkantoren Coöperatie VGZ momenteel voor een enorme uitdaging: een positieve en effectieve bijdrage leveren aan het betaalbaar en toegankelijk houden van zorg. Het zorgkantoor Noordoost-Brabant ziet vele mogelijkheden om begeleiding en persoonlijke verzorging meer toekomstbestendig te organiseren (en daarmee betaalbaar en toegankelijk te houden). Het zorgkantoor verwacht van zorgaanbieders innovatieve ideeën die er toe leiden dat er minder begeleiding en persoonlijke verzorging per klant ingezet moet worden. Gespecialiseerde verpleging (VP-speciaal) De gespecialiseerde verpleging (hoog-complexe zorg) wordt in 2014 ingekocht bij de huidige specialistische teams in de regio. Belangrijk is dat deze teams ook specialistische zorg verlenen in het kader van de ZVW. Het zorgkantoor wil de gebieden waar een aanbieder deze zorg levert afbakenen om zo efficiënte routes te bewerkstelligen. Bij de inkoop van deze zorg zal het zorgkantoor daarom met de betreffende aanbieder afspreken voor welke gemeenten deze zorg bij hen is ingekocht. Extramurale behandeling Om dubbele bekostiging met de ZVW te voorkomen wordt extramurale behandeling niet tot weinig afgesproken. Ketenzorg chronisch zieken (AIV) Voor klanten met chronische ziekten (onder andere dementie) is er een sterke verwevenheid met zorg uit de zorgverzekeringswet (huisartsenzorg, ziekenhuiszorg etc.). Advies, Instructie en Voorlichting (VP-AIV) vanuit de AWBZ wordt daarom alleen ingekocht als het faciliterend/aanvullend is op initiatieven vanuit de zorgverzekeringswet. Het zorgkantoor wil in de offerte terug zien waarom de inzet van VP-AIV noodzakelijk is voor het vormgeven van de ketenzorg en hoe de VP-AIV aansluit op de initiatieven vanuit de zorgverzekeringswet. Wanneer dit niet is weergegeven in de offerte, is het zorgkantoor voornemens de afgesproken regeling AIV af te bouwen Overig Onplanbare zorg, crisisregelingen en logeervoorzieningen Het zorgkantoor wenst graag de onplanbare zorg, crisisregelingen en logeervoorzieningen doelmatiger vorm te geven. Indien deze (doelmatigere) regelingen in 2014 nog niet voorhanden zijn, zal het zorgkantoor de bestaande regelingen/voorzieningen continueren. Voor bestaande en nieuwe regelingen/voorzieningen geldt dat het zorgkantoor deze zorg inkoopt op basis van een aangeleverde begroting. Bij inkoop van de huidige regelingen/voorzieningen wordt de bestaande financiering gehandhaafd. Specifieke doelgroepen Bedden voor specifieke doelgroepen (onder andere ademhalingsondersteuning en jong dementerenden) worden zoveel mogelijk op dezelfde locatie ingekocht om zo een goed mogelijk kwaliteitsniveau te waarborgen. In de sub regio s-hertogenbosch e.o. worden de bedden voor ademhalingsondersteuning ingekocht bij Vivent Mariaoord in Rosmalen. De bedden voor jong dementerenden voor de sub regio s-hertogenbosch e.o. worden eveneens ingekocht bij Vivent Mariaoord in Rosmalen. 11

12 Het aantal gecontracteerde GGZ bedden in verpleeghuizen zal conform de taakstelling in de GGZ worden afgebouwd. Palliatieve zorg In de regio Noordoost-Brabant functioneren drie netwerken palliatieve zorg ( s-hertogenbosch e.o., Oss-Uden-Veghel e.o. en Land van Cuijk). Ten behoeve van het hooghouden van de kwaliteit van zorg vindt het zorgkantoor het van belang dat zorgaanbieders die palliatieve terminale zorg leveren ook actief deelnemen aan deze netwerken. In de regio zijn een bepaald aantal intramurale bedden voor palliatieve terminale zorg ingekocht middels een ZZP10. Het zorgkantoor stelt aan deze afspraak de volgende eisen: De zorg is geprotocolleerd en wordt geleverd volgens de landelijke standaard. De cliënt was voor de palliatieve terminale fase een extramurale cliënt. Voor intramurale cliënten over verschillende sectoren zijn middelen voor palliatieve terminale zorg verwerkt in het ZZP. Alle intramurale instellingen, zowel in de V&V, GHZ als GGZ, dienen een eigen protocol/beleid te hebben ten behoeve van levering van palliatieve terminale zorg. Naast dit alles vindt het zorgkantoor het van belang dat de palliatieve zorg thuis wordt versterkt, mede met inzet van vrijwilligers. Nieuwe aanbieders Het zorgkantoor heeft geen signalen ontvangen dat er onvoldoende intramuraal of extramuraal aanbod van V&V zorg in de regio is gecontracteerd. De monitor van wachtlijsten in de regio bevestigt dit beeld. Indien aanbieders in aanmerking willen komen voor een contract voor het leveren van AWBZ zorg in de regio Noordoost-Brabant zal het zorgkantoor dan ook overtuigd moeten zijn van de meerwaarde die de aanbieder meent te hebben voor de regio. Een duidelijke en ook vast te stellen motivatie op dit onderdeel dient door aanbieders die in aanmerking willen komen dan ook aangeleverd te worden bij de offerte. 3.3 Inkoopdoelstellingen Gehandicaptenzorg Extramuralisering De basis voor de extramuralisering staat verwoord in het centraal opgestelde beleidsdocument. Door de krappere financiële kaders zullen er keuzes gemaakt moeten worden met betrekking tot de capaciteitsmutaties en financiering van zorgverzwaring. Wij stimuleren dat zorgaanbieders een deel van de capaciteit omzetten naar extramurale arrangementen voor deze cliëntgroep en daarnaast slimmere oplossingen bedenken in organisatie van de zorg om de zorgverzwaring op de hogere ZZP s te financieren. Het omzetten van lichte naar zware capaciteit is niet wenselijk en gezien de krappe financiële kaders ook niet haalbaar. Er zal wel aandacht moeten blijven voor voldoende aanbod voor specialistische zorg voor specifieke doelgroepen die ook in de toekomst afhankelijk blijven van AWBZ zorg. Dit moet van voldoende kwaliteit zijn en efficiënt georganiseerd Ketenzorg autisme Op basis van deze beleidsuitgangspunten in het centrale beleidsstuk zijn in de regio Noordoost- Brabant additioneel de volgende acties gedefinieerd: Begeleiding en behandeling moet meer in samenhang met elkaar worden aangeboden gezien de vraag van de klant niet in producten te definiëren is; 12

13 Zorgaanbieders met een aanbod op gebied van welzijn dit kan een cursusaanbod zijn, een inlooppunt of bijvoorbeeld lotgenotencontact worden aangemoedigd dit aanbod breed kenbaar en beschikbaar te maken; Van zorgaanbieders wordt verwacht dat ze niet alleen investeren in de kennis van hun medewerkers maar ook in de vaardigheden om met mensen met ASS om te gaan; Ketensamenwerking rondom autisme versterken met als doel te komen tot regionale netwerkstructuren met sluitende zorgketens; Creëren van voldoende aanbod dat aansluit bij het gewone leven van de klant Doelmatigheid/kosten Dagactiviteiten Het zorgkantoor zet zich actief in voor het toekomstbestendig maken van de AWBZ. Om dit voor elkaar te krijgen moeten wij nu al actief aan de slag om er voor te zorgen dat cliënten zoveel als mogelijk in de eigen wijk terecht kunnen voor dagactiviteiten. Wij streven er naar dat er koppelingen in de wijk gemaakt worden tussen burgers die iets voor elkaar kunnen betekenen. Burgers die daarnaast de behoefte hebben om voorzieningen te realiseren willen wij zo veel mogelijk zelf de voorzieningen laten realiseren. Het zorgkantoor wil wijkgerichte voorzieningen bij voorkeur samen met de betreffende gemeente inkopen. Voor de inkoop is het van groot belang dat de betreffende voorziening toekomstbestendig is. Het streven is om maximaal 80-90% van het uitgegeven budget in 2013 (passend binnen de productieafspraak van 1 november 2013) voor dagbesteding in 2014 in te zetten Overig Zintuiglijk Gehandicapten (ZG) In de regio is er in volume voldoende intramuraal en extramuraal aanbod beschikbaar. Uitbreiding van productie is dan ook geen prioriteit voor het zorgkantoor. De sector is beperkt in omvang en mede daardoor ook sterk geconcentreerd, dit zorgt ervoor dat de keuzevrijheid voor cliënten vaak beperkt is. Aanbieders die in actief willen worden in de regio zullen in dit kader aantoonbaar moeten maken dat de zorg die zij bieden, naast kwalitatief goede en betaalbare zorg ook echt een alternatief kan bieden aan onze cliënten ten opzichte van het huidige aanbod. Lichamelijk Gehandicapten (LG) Voor intramuraal aanbod hebben cliënten met een LG-indicatie de keuze uit één LG-aanbieder of de aanbieders van verpleeghuiszorg. Het zorgkantoor gaat komend jaar onderzoeken of er noodzaak bestaat veranderingen aan te brengen in het intramuraal zorgaanbod. Wanneer deze noodzaak inderdaad gevoeld wordt, zal er voor het jaar 2015 een inkoopdoel omtrent de intramurale zorg voor LG-cliënten worden opgenomen. Licht Verstandelijk Gehandicapten (LVG) Initiatieven ten behoeve van de LVG-klanten worden beoordeeld op hun bijdrage aan een betere samenwerking en organisatie van de zorg voor LVG-klanten en van zorg die meer aansluit bij de behoeften en wensen van deze groep. Op basis van de Trendanalyse GZ constateren wij dat de zorgvraag van klanten met een licht verstandelijke beperking of zwakbegaafdheid in de komende jaren zal stijgen. Bij deze groep klanten is steeds vaker sprake van bijkomende gedragsproblematiek, zowel bij jongeren als bij volwassenen. De zorgvraag voor deze groep klanten ontwikkelt zich op alle vlakken binnen de keten van jlvgzorg. Het betreft zowel ondersteuning van het systeem rondom de klant, passende (arbeidsmatige) dagbesteding en zeer specifieke gedragsbehandeling maken onderdeel uit van de zorgvraag. Het verkorten van de behandelduur is voor 2014 een speerpunt. Noodzakelijk is dat er eerder (dan nu) afstemming met de aanbieder van vervolgzorg plaatsvindt waarbij ook de cliënt actief betrokken wordt. 13

14 Gespecialiseerde begeleiding Niet Aangeboren Hersenletsel (NAH) De CIZ-basisrapportage geeft aan dat ondanks de groei in cliënten met een LG-indicatie, het in totaal geïndiceerd aantal uren begeleiding-individueel voor deze doelgroep min of meer gelijk is gebleven over de periode van 1 januari 2012 tot 1 januari Daarnaast is het percentage cliënten dat de indicatie in Zorg in Natura afneemt niet verandert. Om deze reden is het zorgkantoor niet bereid om een uitbreiding van het aantal uren begeleiding NAH af te spreken. Crisiszorg Het zorgkantoor wil de crisisregelingen doelmatig inkopen. Het is van belang dat er een regionale dekking is en optimaal gebruik gemaakt wordt van de verschillende mogelijkheden. Deze opvang is kortdurend en vraagt vaak een specifieke expertise. Punt van aandacht hierin is capaciteit vrij te hebben op de juiste plaats voor het invullen van deze specifieke zorgvraag. Het aantal crisisplaatsen in de regio lijkt voldoende te zijn. Wel werpt de vraag zich op of het aanbod nog aansluit op de vraag. Voor 2014 zijn de speerpunten ten aanzien van crisiszorg: De laatste tijd is er vraag naar crisisplaatsen (in een besloten omgeving) en met inbreng van psychiatrische expertise. Investering in de terugkeer naar huis na de crisisperiode. Vergroten van ambulante vormen van crisiszorg en methoden ter voorkoming van crisiszorg. Eventuele afbouw van niet-benutte bedden. Het zorgkantoor zal geen groei van het aantal crisisdagen inkopen. Intramurale zorg - kwantitatief Het zorgkantoor koopt alleen initiatieven in die voldoen aan de specifieke zorgvragen van klanten en waar nog geen passend aanbod voor is in de regio. De verwachting is dat dit kan gebeuren binnen de huidige capaciteit van aanbieders. In 2014 stelt het zorgkantoor zich tot doel de intramurale wachtlijst actief wachtenden te verkorten door middel van: - Het inkopen van extramurale initiatieven die zelfstandig (geclusterd) wonen stimuleren in de regio s voor cliënten met een ZZP 2VG en 3VG, eventueel geclusterd met intramurale zorg voor cliënten met een ZZP 4VG. De hoogte prioriteit wordt gegeven aan initiatieven in de gemeenten Oss en s-hertogenbosch (en omstreken). - Specialistische intramurale voorzieningen uit te nodigen een (aanvullend) extramuraal aanbod te doen aan klanten met een ZZP indicatie. De volgende voorzieningen worden in ieder geval als specialistisch aangemerkt: Zorg voor verstandelijk gehandicapte ouders met hun kind(eren), WWA voorzieningen voor mensen met ASS, Verstandelijk gehandicapten met EPA, LVG met (ernstige) gedragsproblemen. - Capaciteit voor enkelvoudige, categorale problematiek (en waarvoor vraag ontbreekt) omzetten naar capaciteit voor meervoudige problematiek waar verschillende disciplines/ sectoren samenwerken om een totaalaanbod aan de klant te kunnen doen. - In 2014 zal gekeken worden naar de mogelijkheden om de ZZP3 en mogelijk ook ZZP4 met behandeling om te zetten naar pakketten zonder behandeling. De behandeling kan vervolgens in de ZVW geleverd en gedeclareerd worden. Uitbreidingsaanvragen worden niet gehonoreerd als niet inzichtelijk gemaakt is, waarom alternatieve arrangementen niet mogelijk zijn. Intramuraal aanbod - kwalitatief De regio Noordoost-Brabant kent een sterke vergrijzing, ook onder de VG klanten is dit merkbaar. Voor nieuwe wooninitiatieven en vervangende nieuwbouw wordt van zorgaanbieders verwacht dat al bij aanvang nauw samengewerkt wordt met V&V aanbieders. Doordat binnen deze doelgroep sprake is van aanvullende motorische, visuele en auditieve beperkingen vraagt dit aanpassingen op het gebied van huisvesting en dagbesteding. 14

15 Het zorgkantoor staat open voor initiatieven waar de sectorale benadering wordt losgelaten, zeker in de kleinere kernen van Noordoost-Brabant. Empowerment Empowerment van cliënten moet in de regio nog veel sterker ontwikkeld worden. Het gaat hier om zowel zelfredzaamheid als samenredzaamheid. Aandacht wordt gevraagd voor: Netwerk in kaart brengen en mobiliseren. Ontzorging binnen instellingen. Opheffen van de rolongelijkheid tussen zorgvrager en zorgverlener. Inzetten van specifieke methoden zoals methode familiezorg. Onderzoeken van mogelijkheden voor de inzet van ervaringsdeskundigen in de VG. Ervaringsdeskundigen, mensen die de ervaring van cliënt hebben en die kunnen overstijgen, zijn van groot belang in cliëntondersteuning. Zij kunnen kwetsbare burgers soms beter bereiken dan professionals en daardoor de begeleiding toegankelijker maken. Bovendien groeien de ervaringsdeskundigen zelf als persoon als zij hun talenten en ervaringen kunnen inzetten. Nieuwe aanbieders Het zorgkantoor heeft geen signalen ontvangen dat er onvoldoende intramuraal of extramuraal aanbod van GHZ zorg in de regio is gecontracteerd. De monitor van wachtlijsten in de regio bevestigd dit beeld. Indien aanbieders in aanmerking willen komen voor een contract voor het leveren van AWBZ zorg in de regio Noordoost-Brabant zal het zorgkantoor dan ook overtuigd moeten zijn van de meerwaarde die de aanbieder meent te hebben voor de regio. Een duidelijke en ook vast te stellen motivatie op dit onderdeel dient door aanbieders die in aanmerking willen komen dan ook aangeleverd te worden bij de offerte. 3.4 Inkoopdoelstellingen Geestelijke Gezondsheids Zorg (GGZ) Extramuralisering De basis voor de extramuralisering staat verwoord in het centraal opgestelde beleidsdocument. De regiovergelijking laat zien dat de taakstelling met betrekking tot extramuralisering in de regio Noordoost-Brabant fors is. De intramurale aanbieders wordt verzocht om in lijn met ons beleid Langdurende GGZ en het beleid extramuralisering te komen met concrete voorstellen om de extramuralisering de komende jaren vorm te geven Ketenzorg autisme Op basis van deze beleidsuitgangspunten in het centrale beleidsstuk zijn in de regio Noordoost- Brabant additioneel de volgende acties gedefinieerd: Begeleiding en behandeling moet meer in samenhang met elkaar worden aangeboden gezien de vraag van de klant niet in producten te definiëren is. Zorgaanbieders met een aanbod op gebied van welzijn dit kan een cursusaanbod zijn, een inlooppunt of bijvoorbeeld lotgenotencontact worden aangemoedigd dit aanbod breed kenbaar en beschikbaar te maken. Van zorgaanbieders wordt verwacht dat ze niet alleen investeren in de kennis van hun medewerkers maar ook in de vaardigheden om met mensen met ASS om te gaan. Ketensamenwerking rondom autisme versterken met als doel te komen tot regionale netwerkstructuren met sluitende zorgketens. Creëren van voldoende aanbod dat aansluit bij het gewone leven van de klant. 15

16 3.4.3 Doelmatigheid/kosten Uit de regiovergelijking blijkt dat de regio Noordoost-Brabant zowel absoluut als per individuele cliënt een dure regio is. Het zorgkantoor zal in de inkoop hiervoor extra aandacht vragen en ernaar streven afspraken te maken die er zorg voor dragen dat de kosten zich gaan bewegen naar het gemiddelde. Voor het zorgkantoor zijn tarieven, dagbesteding en verhouding begeleiding/gespecialiseerde begeleiding in ieder geval elementen die specifiek voor de GGZ extra aandacht behoeven. Het zorgkantoor nodigt aanbieders dan ook uit om in hun offerte met voorstellen te komen om de doelmatigheid te vergroten. Indien zorgaanbieders van mening zijn dat er inhoudelijke argumenten te benoemen zijn die de hoge kosten in de regio verklaren dan verwacht het zorgkantoor dat deze bij indiening van de offerte aangeleverd worden Overig Nieuwe aanbieders Het zorgkantoor heeft geen signalen ontvangen dat er onvoldoende intramuraal als extramuraal aanbod van GGZ zorg in de regio is gecontracteerd. De monitor van wachtlijsten in de regio bevestigd dit beeld. Indien aanbieders in aanmerking willen komen voor een contract voor het leveren van AWBZ zorg in de regio Noordoost-Brabant zal het zorgkantoor dan ook overtuigd moeten zijn van de meerwaarde die de aanbieder meent te hebben voor de regio. Een duidelijke en ook vast te stellen motivatie op dit onderdeel dient door aanbieders die in aanmerking willen komen dan ook aangeleverd te worden bij de offerte. E-health In de regio Noordoost-Brabant constateren wij dat de mogelijkheden van e-health en domotica nog onvoldoende benut worden. Deze dienen verder gestimuleerd en uitgewerkt te worden. Hiertoe roepen wij dan ook aanbieders op om dergelijke initiatieven met ons te bespreken en uit te werken. 16

17 4 Prioritering Het zorgkantoor streeft ernaar om de in het regionaal inkoopplan opgenomen zorg in 2014 in te kopen. Hiervoor is het zorgkantoor in eerste plaats afhankelijk van het beschikbare aanbod en de beschikbare middelen. Van aanbieders wordt verwacht dat zij in de offerte aangeven op welk specifiek onderdeel van het inkoopplan zij zich richten. Daarnaast is de landelijke regelgeving en de beschikbare financiële ruimte bepalend voor de daadwerkelijke mogelijkheden om de bovenstaande ambitie waar te maken. Omdat op dit moment nog niet volledig duidelijk is welke overheidsregels gelden, sluit het zorgkantoor niet uit dat voor inkoop 2014 keuzes gemaakt moeten worden. In dit hoofdstuk geven wij daarom de prioritering aan van de in hoofdstuk 3 benoemde inkoopdoelstellingen. Doelstelling 1 Basiszorg ter waarborging van de continuïteit van zorg. Waarbij de landelijk financiële en inhoudelijke taakstellingen (vertaald naar de VGZ zorgkantoorregio s)voor de AWBZ 2014 kader stellend zullen zijn. Doelstelling 2 Uitbreiding extramurale zorg in relatie tot gerichte afbouw van intramurale zorg en daaraan gekoppelde afspraken. Doelstelling 3 Dagactiviteiten die voldoen aan de voorwaarden zoals genoemd in en Doelstelling 4 Afbouw van intramurale verzorgingshuiscapaciteit Uitbreiding intramurale V&V-capaciteit (zwaar) indien voldaan wordt aan de voorwaarden zoals genoemd in Doelstelling 5, overige knelpunten Uitbreiding casemanagement voor dementerenden in de subregio s-hertogenbosch e.o. (incl. de Bommelerwaard) en afbouw van het aantal uren BG-ind. bij organisaties die actief zijn in dit gebied. Passend vervolgaanbod voor de uitbehandelde jlvg-er. Er is aanbod nodig op specifieke doelgroepen; dit gebeurt nog onvoldoende bij randgebieden als de zorg voor LVG en Psychiatrie en VG/LVG in combinatie met verslavingsproblematiek. Uitbreiding van (begeleiding in de) FACT-teams, welke ingekocht worden samen met de Curatieve GGZ. 17