Oriëntatie toezichthouder 1 ORIËNTATIE TOEZICHTHOUDER 1 (CBE23.1/CREBO:53158)

Transcriptie

1 ORIËNTATIE TOEZICHTHOUDER 1 (CBE23.1/CREBO:53158)

2 sd.cbe23.1.v1 ECABO, Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, overgenomen, opgeslagen of gepubliceerd in enige vorm of wijze, hetzij elektronisch, kopieertechnisch, druktechnisch of fotografisch, zonder voorafgaande toestemming van ECABO. Correspondentie met betrekking tot overneming of reproductie: ECABO Postbus BE AMERSFOORT

3 INHOUD Normeringsmodel met taxonomiecodes 1 2

4 Normeringsmodel met taxonomiecodes Deelkwalificatie Oriëntatie toezichthouder 1 (CBE23.1/CREBO:53158) Nr. Eindterm Taxonomiecode Waarde per eindterm 1. De kandidaat kan zich tijdens de uitvoering van zijn taken als toezichthouder sociaal vaardig gedragen. Rc/i De kandidaat kan communicatiestoringen met burgers oplossen. Rc/i De kandidaat kan een corrigerend gesprek voeren met burgers. Rc/i De kandidaat kan conflicten zo mogelijk voorkomen. Rc/i De kandidaat kan strafbare feiten ingevolge het Wetboek van Strafrecht signaleren en deze melden bij de hiervoor bestemde instanties. 6. De kandidaat kan strafbare feiten ingevolge de Wet Wapens en Munitie signaleren en deze melden bij de hiervoor bestemde instanties. 7. De kandidaat kan strafbare feiten of gedragingen ingevolge de Wegenverkeerswet signaleren en afhandelen conform de wettelijke richtlijnen. 8. De kandidaat kan strafbare feiten ingevolge de Opiumwet signaleren en deze melden bij de hiervoor bestemde instanties. 9. De kandidaat kan preventieve acties uitvoeren ter voorkoming van wederrechtelijke situaties. Rc 10 Rc 10 Rc 5 Rc 5 Rc/i De kandidaat kan een signalement opnemen. Rc/i

5 2

6 EINDTERM: 1. De kandidaat kan zich tijdens de uitvoering van zijn taken als toezichthouder sociaal vaardig gedragen. Taxonomiecode: Rc/i Waarde: 15 punten 1.1 Zich gedragen sociaal vaardig tijdens de uitvoering van zijn taken als toezichthouder - benadert burgers correct - behandelt burgers met respect - toont inlevingsvermogen - toont zich dienstverlenend en hulpvaardig - handelt zonder aanzien des persoons (gelijke behandeling) - toont de juiste beroepshouding - gaat correct om met vertrouwelijke informatie (geheimhoudingsplicht) - beheerst zichzelf - werkt adequaat samen met collegae en derden 3

7 EINDTERM: 2. De kandidaat kan communicatiestoringen met burgers oplossen. Taxonomiecode: Rc/i Waarde: 15 punten 2.1 Oplossen communicatiestoringen met burgers - hanteert correcte omgangsvormen - luistert actief - geeft samenvatting van wat gezegd wordt - geeft en ontvangt feedback - stelt vragen ter verduidelijking - doet voorstellen ter oplossing van het conflict - met aantoonbare kennis van de begrippen:. communicatiestoring. zender. ontvanger. boodschap. inhoudsniveau. betrekkingsniveau. ruis 4

8 EINDTERM: 3. De kandidaat kan een corrigerend gesprek voeren met burgers. Taxonomiecode: Rc/i Waarde: 15 punten 3.1 Voeren corrigerend gesprek met burgers - hanteert correcte omgangsvormen - geeft sturing aan het gesprek - geeft feedback en ontvangt feedback - past gevoelsreflectie toe door de herkenbare gemoedssituatie van de burger te benoemen - luistert actief - maakt onderscheid tussen hoofd- en bijzaken - bij het geven van repliek - stelt relevante vragen in verband met het verloop van het gesprek - stelt reflectieve vragen - vermijdt het stellen van suggestieve vragen - geeft een samenvatting van de kern van het gesprek 5

9 Deelkwalificatie: EINDTERM: 4. Oriëntatie toezichthouder 1 (CBE23.1/CREBO:53158) De kandidaat kan conflicten zo mogelijk voorkomen. Taxonomiecode: Rc/i Waarde: 10 punten 4.1 Voorkomen conflicten - past deëscalerende gedragsaspecten toe, zoals meeveren, de ander serieus nemen en het tonen van een open houding - past de juiste gesprekstechnieken toe, behorende bij coöperatief- of noncoöperatief gedrag - maakt, indien nodig, de juiste keuze tussen het zelf afhandelen van het conflict of het melden aan andere instanties - met aantoonbare kennis van:. het ontstaan van conflicten. de invloed van het eigen gedrag op conflicten. in te schakelen instanties 6

10 Deelkwalificatie: EINDTERM: 5. Oriëntatie toezichthouder 1 (CBE23.1/CREBO:53158) De kandidaat kan strafbare feiten ingevolge het Wetboek van Strafrecht signaleren en deze melden bij de hiervoor bestemde instanties. Taxonomiecode: Rc Waarde: 10 punten 5.1 Signaleren strafbare feiten ingevolge het Wetboek van Strafrecht - is alert op het optreden van strafbare feiten - herkent in situaties voorkomende strafbare feiten zoals:. openlijke geweldpleging (art. 141). mishandeling (art. 300). mishandeling met voorbedachten rade (art. 301). zware mishandeling (art. 302). huisvredebreuk (art. 138). lokaalvredebreuk (art. 139). schending van ambts- of beroepsgeheim (art. 272). opzettelijke vrijheidsberoving (art. 282). openbare dronkenschap (art. 453). belemmering verkeer of ordeverstoring tijdens dronkenschap (art. 426) 5.2 Melden strafbare feiten ingevolge het Wetboek van Strafrecht bij de hiervoor bestemde instanties - alarmeert op het juiste moment instanties, zoals politie, brandweer en ambulance 7

11 EINDTERM: 6. De kandidaat kan strafbare feiten ingevolge de Wet Wapens en Munitie signaleren en deze melden bij de hiervoor bestemde instanties. Taxonomiecode: Rc Waarde: 10 punten 6.1 Signaleren strafbare feiten ingevolge de Wet Wapens en Munitie - is alert op het optreden van strafbare feiten - met aantoonbare kennis van:. het doel en de opbouw van de wet. wapens en de daarbij horende vier categorieën - met correcte toepassing van de begrippen:. het vervoer, het dragen en het voorhanden hebben. bijzonder gevaarlijk, ontheffing, militaire wapens en vuurwapens - herkent de meest voorkomende wapens, zoals, stiletto s, boksbeugels, ploertendoders, wurgstokken, verschillende soorten vuurwapens, katapulten, verschillende soorten messen, stroomstoot handwapens, degens, zwaarden, sabels, wapenstokken en alarmpistolen 6.2 Melden strafbare feiten ingevolge de Wet Wapens en Munitie bij de hiervoor bestemde instanties - licht de daarvoor aangewezen instantie zo snel mogelijk in 8

12 EINDTERM: 7. De kandidaat kan strafbare feiten of gedragingen ingevolge de Wegenverkeerswet signaleren en afhandelen conform de wettelijke richtlijnen. Taxonomiecode: Rc Waarde: 5 punten 7.1 Signaleren strafbare feiten of gedragingen ingevolge de Wegenverkeerswet - is alert op het optreden van strafbare feiten - met aantoonbare kennis van het onderscheid tussen:. administratiefrechtelijke afhandeling (wet administratiefrechtelijke afhandeling verkeersvoorschriften, de Wet Mulder). strafrechtelijke vervolging 7.2 Afhandelen strafbare feiten of gedragingen conform wettelijke richtlijnen - draagt informatie over misdragingen in het verkeer over aan de politie 9

13 EINDTERM: 8. De kandidaat kan strafbare feiten ingevolge de Opiumwet signaleren en deze melden bij de hiervoor bestemde instanties. Taxonomiecode: Rc Waarde: 5 punten 8.1 Signaleren strafbare feiten ingevolge de Opiumwet - is alert op het optreden van strafbare feiten - maakt onderscheid tussen lijst 1 (bewustzijnsbeïnvloedende middelen met een aanvaardbaar risico) en lijst 2 (bewustzijnsbeïnvloedende middelen met een onaanvaardbaar risico) - met aantoonbare kennis van:. het doel en de opbouw van de wet. de begripsbepalingen (art. 1). de verboden (art. 2 en 3). de vrijstelling van verbodsbepaling (art. 3a). openbaarmaking (art. 3b). opsporing (art. 8) 8.2 Melden strafbare feiten ingevolge de Opiumwet bij de hiervoor bestemde instanties - schakelt de juiste instantie in bij herkenning van overtreding van de Opiumwet 10

14 EINDTERM: 9. De kandidaat kan preventieve acties uitvoeren ter voorkoming van wederrechtelijke situaties. Taxonomiecode: Rc/i Waarde: 10 punten 9.1 Uitvoeren preventieve acties ter voorkoming van Wederrechtelijke situaties - is alert op situaties die criminaliteit uitlokken - wijst derden op:. risicofactoren en omstandigheden die criminaliteitsbevorderend zijn. relevante bouwkundige, technische en organisatorische preventiemaatregelen - met aantoonbare kennis van het begrip Modus Operandi - met correcte toepassing van de Wet op de Identificatieplicht 11

15 EINDTERM: 10. De kandidaat kan preventieve acties uitvoeren ter voorkoming van wederrechtelijke situaties.. Taxonomiecode: Rc/i Waarde: 5 punten 10.1 Opnemen signalementen - bepaalt wanneer het opnemen van een signalement gewenst is - beschrijft op juiste wijze en in de juiste volgorde het signalement van personen - met de juiste toepassing van de begrippen:. primaire onderdelen (onveranderlijke kenmerken, zoals geslacht en leeftijd). secundaire onderdelen (veranderlijke kenmerken, zoals haardracht en kleding) - is nauwkeurig en objectief 12