BESLUITEN. B&W- nr.: d.d Plan van Aanpak Trekvaartplein en de noodzaak van integrale handhaving

Transcriptie

1 B&W- nr.: d.d Onderwerp Plan van Aanpak Trekvaartplein en de noodzaak van integrale handhaving BESLUITEN Het Plan van Aanpak vast te stellen; Over te gaan tot integrale handhaving op het Trekvaartplein, teneinde te komen tot een genormaliseerde situatie, een en ander conform het Plan van Aanpak Trekvaartplein en de noodzaak van integrale handhaving (zie bijlage), in het bijzonder: te herbevestigen dat de uitgangssituatie 1 november 1999 is; de samenwerking met andere handhavingspartners aan te gaan, zoals eerder is bevestigd in het convenant dat met hen is afgesloten. De directeur van de dienst Bouwen en Wonen aan te wijzen als ambtelijk opdrachtgever. Mandaat te verlenen aan de Burgemeester voor tekstuele wijzigingen. Samenvatting In samenwerking met de politie, het Openbaar Ministerie en de Belastingdienst heeft de gemeente een integraal handhavingsbeleid ontwikkeld met betrekking tot toepassing en handhaving van overheidsregelingen bij vrijplaatsen. Als eerste is een plan van aanpak opgesteld voor een integraal handhavingsbeleid op het woonwagencentrum Trekvaartplein. Dit plan van aanpak is door het College vastgesteld. Pagina 1 van 30

2 Plan van aanpak Trekvaartplein en de noodzaak tot integrale handhaving Pagina 2 van 30

3 Pagina 3 van 30

4 Inhoudsopgave Inleiding 6 Geschiedenis en nieuwe inzichten Voorgeschiedenis Nieuwe inzichten 7 Handhaving Inleiding Uitgebreide inventarisatie juni Algemene beleidslijnen handhaving 9 Integrale Handhaving is samenwerken Inleiding Samenwerking Integrale Handhaving (Convenant) 12 Handhaving in het fysieke cluster Algemeen Brandveiligheid Handhaving bouwregelgeving Handhaving milieurecht De planning en uitvoering 14 Handhaving in het financiële cluster Werkzaamheden financieel cluster Planning en uitvoering Informatie-uitwisseling 15 Organisatie Inleiding Bestuurlijke regierol De ambtelijke organisatie 17 Financiën 19 Bijlagen 20 Pagina 4 van 30

5 Pagina 5 van 30

6 Inleiding In dit beleidsdocument zult u lezen dat de gemeente Leiden in samenwerking met de Politie, het Openbaar Ministerie en de Belastingdienst een integraal handhavingsbeleid heeft ontwikkeld met betrekking tot toepassing en handhaving van overheidsregelingen bij vrijplaatsen en hoe zij dat beleid, in samenwerking met voormelde instanties de komende jaren wil gaan uitvoeren. Daartoe wordt een Convenant afgesloten dat betrekking heeft op alle soorten vrijplaatsen. In het Districtscollege (Driehoeksoverleg) wordt afgesproken welke specifieke vrijplaatsen specifiek aandacht krijgen. Dit Integraal Handhavingsbeleid wordt als eerste uitgewerkt voor het woonwagencentrum Trekvaartplein omdat is gebleken dat in vergelijking met andere gebiedsdelen in de gemeente hier aanzienlijke afwijkingen zijn geconstateerd in het naleven van de regelgeving. Het uitgangspunt is dat woonwagenbewoners dezelfde rechten en plichten hebben als andere inwoners van Leiden. Deze grote woonwagenlocatie kent echter een lange voorgeschiedenis. Die geschiedenis is niet altijd even illuster geweest en de gemeente wil met het nieuwe beleid dan ook een streep zetten onder dit verleden en in goed overleg met de huidige bewoners komen tot adequate oplossingen. Vanzelfsprekend respecteert zij legitieme aanspraken uit dat verleden. Voordat zij haar handhavingsbeleid uiteenzet (hoofdstuk 3 en 4) geeft de gemeente u inzicht in de feiten en omstandigheden die aanleiding hebben gegeven tot haar huidige beleidsinzichten en in de afwegingen die zij in dat kader heeft gemaakt.(hoofdstuk 2) Beleid kan niet zonder handhaving. In hoofdstuk 5 zet het College uiteen hoe het met zijn handhavingsbeleid in dit kader een einde wil maken aan een aantal illegale, niet langer toelaatbare situaties en een gezonde basis wil leggen voor de toekomst. Voorliggend plan van aanpak is van toepassing op het Woonwagencentrum Trekvaartplein. Pagina 6 van 30

7 Geschiedenis en nieuwe inzichten. 1.1 Voorgeschiedenis Het Trekvaartplein was in de eerste helft van de 20ste eeuw aanvankelijk een locatie voor woonwagens. Het terrein is ontstaan op een braakliggend terrein aan de rand van de gemeente, ver van de bebouwde kom, als tijdelijke standplaats voor reizende woonwagenbewoners. Het Trekvaartplein is als officiële woonwagenlocatie aangelegd omstreeks 1960 en was destijds een van de eerste grote regionale woonwagencentra in het land, als resultante van het rijksbeleid dat in de jaren 50 gericht was op het bij elkaar brengen van de woonwagenbevolking in grote kampen. Pas in 1973 kreeg het Trekvaartplein zijn huidige vorm, het werd ingericht met 68 standplaatsen en een buurthuis. In de jaren daarna zijn er onder meer door opheffing en sloop van een schooltje uiteindelijk 12 standplaatsen bijgekomen. Aanvankelijk waren er dus 80 standplaatsen, maar inmiddels is dit door een aantal illegale overbezetters gegroeid naar ongeveer 130 standplaatsen. De gemeente heeft echter verzuimd het bestemmingsplan in overeenstemming te brengen met het feitelijk gebruik. Gevolg daarvan is dat er geen bouwvergunningen kunnen worden verleend. Inmiddels is er veel gebeurd: a) de Woonwagenwet is ingetrokken b) de uitvoering van het huisvestingsbeleid is volledig een zaak van de gemeente geworden c) overleg met de bewoners van het Trekvaartplein in 1999 leidde tot de afspraak dat het aantal locaties, na herstructurering, zou uitkomen op 100 op het Trekvaartplein en 30 op een nieuwe locatie in Roomburg. d) In januari 2002 werd op grond van een dossieronderzoek de volgende conclusie getrokken: In de gemeente Leiden is tot nu toe niet echt sprake van een integraal woonwagenbeleid. In het verleden zijn daartoe wel pogingen ondernomen, maar deze notities hebben geen van alle een officiële status bereikt. Vanaf 1999 is de koers van de gemeente, 100 plaatsen op het Trekvaartplein en 30 in Roomburg, gehandhaafd. Verantwoordelijke wethouders hebben achtereenvolgens toegezegd dat het huidige plan uitgevoerd zou worden. Wat betreft de handhaving zijn er incidenteel acties geweest. Eénmaal heeft de gemeente een illegaal geplaatste woonwagen afgebroken en afgevoerd, éénmaal is het plaatsen onmogelijk gemaakt en in april 2003 heeft een grootschalige politieactie plaatsgevonden. Het waren incidenten. Van een consequente, integrale handhaving is tot op de dag van vandaag geen sprake geweest. In het plan van aanpak handhaving wordt hier nader op ingegaan. e) Door de vertraging in de uitvoering is het vertrouwen van de bewoners op een dieptepunt beland. Het bewonersoverleg is recent onder leiding van de burgemeester weer opgepakt. f) Nieuwe inzichten 1.2 Nieuwe inzichten Eind 2004 groeide het inzicht dat: A. de gekozen aanpak een geringe kans van slagen had B. er steeds grotere twijfel ontstond m.b.t. de inhoud van de plannen; C. de noodzaak tot handhaving zich krachtig manifesteerde. Hieronder zal worden ingegaan op deze inzichten. Ad a. De aanpak In 2003 is gekozen voor een aanpak gebaseerd op zoveel mogelijk medewerking van de bewoners. In het voorjaar van 2003 is bureau Nijbod, gespecialiseerd in woonwagenzaken, ingeschakeld voor inventarisatie c.q. planvoorbereiding. De inventarisatie had tot doel het in kaart brengen van de huidige situatie. Voor het Trekvaartplein en Roomburg zijn Pagina 7 van 30

8 inrichtingsplannen gemaakt en besproken met de bewoners; de inventarisatie verliep minder gemakkelijk. Op dit moment (december 2005), twee jaar na de start van de inventarisatie, is de inventarisatie nog niet klaar. Het blijkt buitengewoon moeilijk om de huidige situatie in kaart te brengen. Mensen wonen op een ander adres dan in het bevolkingsregister staat vermeld, sommigen weigeren de juiste gegevens te verstrekken, etc. De huidige plannen kennen nog de nodige losse eindjes. Zo moet voor het Trekvaartplein nog een geactualiseerd bestemmingsplan worden gemaakt en voor de locatie in Roomburg moet in het kader van de bouwplannen op archeologiegebied overleg plaatsvinden met de Rijksdienst voor Bodemkundig Onderzoek. Voornaamste probleem is dat er een grote hoeveelheid achterstallig onderhoud aan handhavingszaken is. Dat vergt een grootschalige registratie- en opschoningsactie die deels in eigen beheer (GBA/handhaving en vergunningen) en deels met behulp van de belastingdienst en politie moet worden uitgevoerd. Op het gebied van de handhaving van bouwregelgeving en de brandveiligheid zijn reeds goede vorderingen gemaakt, hetgeen verder in de nota wordt uitgewerkt. Ad b. De inhoud van de plannen Bij de uitwerking van de plannen voor het Trekvaartplein en Roomburg is de twijfel aan de stedenbouwkundige kwaliteit van de plannen gegroeid. De geïsoleerde locatie speelt daarbij een rol. Een belangrijk knelpunt vormt ook de beperkte beschikbaarheid van financiële middelen. Kortom: deze plannen moeten worden heroverwogen. Ad c. Handhaving In de praktijk blijkt dat de huidige situatie op het Trekvaartplein niet kan voortduren. Het College heeft, in samenspraak met het Openbaar Ministerie, de politie en de belastingdienst, besloten tot een integrale aanpak van de handhaving. Dit betekent dat er zoveel als mogelijk is tegelijk - handhavend zal worden opgetreden o.a. op het gebied van strafbare feiten, bouwregelgeving, milieu, belasting- en huurschulden, leerplicht en sociale uitkeringen. Met de betrokken instanties is daartoe een samenwerkingsconvenant gesloten. Kortheidshalve verwijzen we naar hoofdstuk 4. Ongetwijfeld zal dit handhavingsbeleid op veel weerstand onder de bewoners stuiten. In een dergelijke situatie is het pas verstandig over te gaan tot herhuisvesting van de legale standplaatshouders nadat duidelijk is welke rechten en plichten betrokkenen hebben alsmede welke concrete woonwensen er zijn. Dit traject is inmiddels in samenspraak met de bewonersdelegatie opgestart. Pagina 8 van 30

9 Handhaving 1.3 Inleiding Met dit integrale handhavingsbeleid wil de gemeente een verantwoorde start maken om binnen redelijke termijn te komen tot herhuisvesting van belanghebbenden. De aanwezige instrumenten om te kunnen handhaven zowel op strafrechtelijk- als bestuursrechtelijk gebied zullen worden ingezet. Ook zullen zo mogelijk de privaatrechtelijke sancties worden toegepast. 1.4 Uitgebreide inventarisatie juni 2004 Op verzoek van de burgemeester is in april 2004 gestart met een uitgebreide inventarisatie. Hierbij zijn diverse gemeentelijke diensten en externen betrokken geweest: Politie, Brandweer, Milieudienst West Holland, Bouw- en woningtoezicht, het Woonwagenschap, GBA, Sociale zaken, de Belastingdienst etc. Deze inventarisatie geeft het volgende beeld: Er zijn grote betalingsachterstanden terzake de staangelden en er is veel discussie over standplaatsrechten. Er zijn veel illegaal ingenomen standplaatsen en illegaal gebouwde of uitgebreide woonwagens en andere bouwwerken Er is sprake van een brandonveilige situatie die niet langer aanvaardbaar is en noopt tot een aantal directe maatregelen Stroom wordt illegaal afgetapt. De werkelijke woonsituatie stemt lang niet altijd overeen met de GBA-gegevens of die van het Schap Er is fraude met sociale uitkeringen. Er is onvoldoende zicht op belastingaangiften en - betalingen. Deze uitgebreide Inventarisatie heeft het gemeentebestuur gesterkt in de overtuiging dat thans een veel adequater handhavingtraject noodzakelijk is. Dat zal hieronder nader worden beschreven. 1.5 Algemene beleidslijnen handhaving Vraag is op welke wijze de diverse instanties het handhavingsbeleid handen en voeten zullen/willen geven. De voornaamste beleidslijnen zijn de volgende: a. Aanspraken van de huidige bewoners. Het College erkent de aanspraken van de legale bewoners op het Trekvaartplein op herhuisvesting op een (nieuwe) locatie. Als ijkdatum voor deze rechten hanteert het College de datum 1 november Hoofdbewoners die op de gewaarmerkte lijst staan kunnen in beginsel aanspraak maken op een nieuwe standplaats. Andersluidende uitspraken of uitlatingen heeft het College niet gedaan. Een juridische inventarisatie van allerlei claims van bewoners op basis van toezeggingen, afspraken etc. is uitgevoerd door Kennedy v/d Laan. De uitkomst van deze quick scan geldt als uitgangspunt. Nader zal worden bezien of er in bijzondere gevallen aanleiding is voor het toepassen van een hardheidsclausule. b. Normalisatie Omdat woonwagenbewoners dezelfde rechten en plichten hebben als alle andere inwoners van Leiden zal het gemeentebestuur daar ook naar handelen en erop toezien dat iedereen zich daaraan houdt. De huidige situatie op het Trekvaartplein heeft kenmerken van een vrijplaats. Op een relatief klein gebied gebeuren op grote schaal zaken die niet door de beugel kunnen. Sommige bewoners betalen ten onrechte geen belasting, andere krijgen een uitkering terwijl ze daar geen recht op hebben, weer Pagina 9 van 30

10 anderen hebben forse huurachterstanden enzovoorts. Deze situatie moet worden genormaliseerd. Met deze normalisatie zullen zaken met terugwerkende kracht worden gehandhaafd. Pagina 10 van 30

11 c.gedoogsituatie Het College respecteert alleen de aanspraken op een standplaats van de zogenaamde legale bewoners op het Trekvaartplein. Dit zijn degenen die op 1 november 1999 legaal op het Trekvaartplein een standplaats hadden. Ook zal onder stringente (brandtechnische) voorwaarden vervanging/ uitbreiding van woonwagens op legale standplaatsen, worden geaccepteerd. Ieder geval wordt hierbij apart bekeken. De voorwaarden worden per geval apart gesteld zodat anderen daar geen rechten aan kunnen ontlenen. Pagina 11 van 30

12 Integrale Handhaving is samenwerken 1.6 Inleiding Met integrale handhaving wordt bedoeld dat bijvoorbeeld een persoon (of bedrijf) die (dat) wordt gecontroleerd, zoveel als praktisch mogelijk gelijktijdig wordt gecontroleerd op relevante regelgeving die voor die persoon van toepassing is en niet op slechts één onderdeel. Bij een integrale aanpak kan ook worden voorkomen dat valse verwachtingen worden gewekt door de schijn dat de gemeente bepaalde overtredingen gedoogt. Bij integrale handhaving wordt daarentegen op zoveel mogelijk aspecten tegelijk gecontroleerd. De voordelen van integrale handhaving zijn dat in één keer meerdere aspecten van een afgebakend gebied tegelijkertijd kunnen worden aangepakt. Een gecombineerde actie is doeltreffender doordat meerdere handhavingdisciplines tegelijk optreden (synergie). De zichtbaarheid van de handhaving zal ook een preventieve werking hebben. Deze samenwerking door de diverse partners is vastgelegd in een convenant. Dit convenant is noodzakelijk om onder strikte voorwaarden - informatie uit te mogen wisselen. Ook kan informatie op elkaar worden afgestemd en kunnen handhavingsacties in onderling overleg worden opgestart. 1.7 Samenwerking Integrale Handhaving (Convenant) De samenwerking tussen handhavingspartners (OM, belastingdienst, politie en gemeente) richt zich in den lande op de toepassing en handhaving van overheidsregelingen tegen groepen of locaties waar de overheid (nog) niet effectief heeft kunnen of willen optreden. Hierbij valt onder andere te denken aan: belwinkels, coffeeshops, illegale casino s, prostitutiesector, woonwagencentra etc. Dit plan van aanpak zoomt in op het woonwagencentrum Trekvaartplein. Cruciaal voor een succesvolle handhaving is dat bij het toezicht en de handhaving zoveel mogelijk wordt samengewerkt tussen de verschillende handhavingspartners en dat er zoveel mogelijk gecombineerde acties plaatsvinden. Om deze samenwerking mogelijk te maken en informatieuitwisseling mogelijk te maken is een convenant nodig. Dit convenant is bijgevoegd als bijlage 1. Driehoeksoverleg De uitoefening van de integrale handhavingsbevoegdheden wordt aangestuurd via het Districtscollege (zgn. Driehoeksoverleg). Per doelgroep moeten goede afspraken worden gemaakt tussen partijen over de handhavingstrategie en de inzet van mensen en middelen. In dit overleg zullen ook afspraken worden gemaakt over de beveiliging van diegenen die zijn belast met de uitvoering van de handhavingspraktijk. Het districtscollege moet de hoeksteen vormen van het handhavingstraject. Omdat de Belastingdienst geen lid is van de lokale driehoek wordt de Belastingdienst nadrukkelijk van te voren betrokken bij de totstandkoming van het Plan van Aanpak. Per doelgroep zal dan ook een Plan van Aanpak worden vastgesteld door het Districtscollege: Dit plan van aanpak heeft alleen betrekking op Woonwagencentrum Trekvaartplein. Pagina 12 van 30

13 Handhaving in het fysieke cluster. 1.8 Algemeen Voor zowel het cluster financiële handhaving als het cluster fysieke handhaving moet gebruik gemaakt kunnen worden van een eenduidige lijst met bewoners. De gegevens hiervoor zijn verstrekt door het Gemeentelijke Basis Administratie welke naast de huuradministratie van het Woonwagenschap zijn gelegd. Gemeentelijke Basis Administratie Overbezetting ontstaan door het bewonen van caravans, waar dat volgens het bestemmingsplan niet is toegestaan, maar in de praktijk toch voorkomt, is als activiteit, wellicht strijdig met de geldende planvoorschriften, maar volgens de GBA niet verboden. Bewoners kunnen zich dus vestigen op een nieuw (verzonnen) adres. Met deze inschrijving kan iemand zich aanmelden voor een uitkering of kinderbijslag. Ook is het mogelijk zich ergens te vestigen, zonder dat de hoofdbewoner daar expliciet toestemming voor heeft gegeven. De inschrijving in de GBA zou bewijsmiddel kunnen zijn bij het vaststellen van overtredingen op de planvoorschriften. In dit hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de huidige stand van zaken en de voorgestane aanpak. 1.9 Brandveiligheid Herhaalde malen is door de Commandant van de Brandweer gewezen op de brandgevaarlijke situatie op het Trekvaartplein. Laatstelijk gebeurde dat bij brief van 12 juli j.l. Daarbij verzoekt hij op zeer korte termijn maatregelen te treffen om die uitermate brandgevaarlijke situatie op te heffen. De Afdeling Handhaving heeft hiervoor een advies geformuleerd dat op 24 augustus j.l. met de burgemeester is besproken. Voorgesteld wordt te besluiten de volgende maatregelen te treffen en afspraken te maken: 1. op kosten van de gemeente de levensgevaarlijke situatie van de propaanopslag onmiddellijk te doen verwijderen en aldaar andere noodzakelijke maatregelen te treffen. Dit wordt binnenkort gerealiseerd. Daarbij wordt aan de bewoners schriftelijk medegedeeld dat zij daaraan geen enkel recht op een standplaats of andere rechten kunnen ontlenen. 2. via beleidsregels worden de brandveiligheidseisen vastgelegd (zie separaat voorstel) en aan de bewoners bekendgemaakt 3. de brandweer wordt gevraagd ter zake de noodzakelijke controles uit te voeren waarvan de kosten ten laste van het project TVP komen 4. te bezien of door verplaatsing/verschuiving of andere maatregelen (extra nooduitgang) de situatie verbeterd kan worden 5. direct handhavend op treden via het opleggen van een forse dwangsom en een korte ingangstermijn (bijv. 3 dagen) tegen nieuwe illegale situaties die de brandgevaarlijkheid doen toenemen Als flankerend beleid wordt voorgesteld: a. b. c. d. e. f. periodieke controles te houden of de vluchtwegen en uitgangen vrij zijn van opslag en obstakels de aanleg indien noodzakelijk van extra toegangen tot Trekvaartplein individuele en collectieve brandveiligheidsinstructie van de bewoners het vaststellen van een ontruimingsplan/ calamiteitenplan versnelde voorbereiding van de realisering van standplaatsen in Roomburg het verantwoord invullen van de zogenaamde vrije plaatsen door legale standplaatshouders/ overbezetters 1.10 Handhaving bouwregelgeving De inventarisatie m.b.t. de illegale woonwagens c.a. en andere bouwwerken is voltooid. Daaruit blijkt dat er zeer veel illegaal is gebouwd/geplaatst. Voorstel is het handhavingsbeleid op dit gebied conform de ingezette lijn als volgt te realiseren: 1. tegen nieuwe illegale situaties wordt direct opgetreden via bestuursdwang of dwangsomoplegging Pagina 13 van 30

14 tegen oude (peildatum 1999) illegale situaties (illegale plaatsing woonwagens etc.) wordt via een aanschrijving opgetreden alle illegale bouw op legale standplaatsen is/ wordt aangepakt via een zogenaamde wrakingsbrief zodat uw College altijd het juridisch recht houdt zonodig handhavend op te treden bijv. als blijkt dat er een brandgevaarlijke situatie is regelmatig ontvangt het College een geactualiseerd overzicht van de stand van zaken op het gebied van handhaving bouwregelgeving Handhaving milieurecht De inventarisatie naar bedrijfsmatige (milieu)activiteiten is door de Milieudienst West Holland in samenspraak met de brandweer, afgerond. Dit is gebeurd via vergelijking van gegevens van de belastingdienst en de KvK. Ook heeft er een visuele inspectie plaatsgevonden. Er zijn geen bedrijven die alsnog een milieuvergunning zouden moeten aanvragen of een melding zouden moeten inleveren. Bodembedreigende en andere milieubedreigende activiteiten zijn tijdens (tot dusverre) controles niet geconstateerd De planning en uitvoering In het coördinatieteam handhaving is afgesproken de totale handhavingskoek op te delen in twee secties: 1. de fysieke (bouwregelgeving en milieu) 2. de financiële. Op het terrein van de handhaving van de bouwregelgeving en milieu is de stand van zaken per 1 november 2005 als volgt: Omschrijving Planning 1. wagens Aanschrijving illegaal geplaatste nieuwe Is uitgevoerd 2. Behandeling bezwaarschriften tegen aanschrijvingen Advies Cie B&B Hoevelaken / De Vries december Wraking illegale bouwwerken Is uitgevoerd 4. Verwijdering propaangas installatie (Nuon) Is uitgevoerd 5. Aanschrijving na geplaatste wagens a. Afronding div. gesprekken t/m dec. 05 b. Aanschrijvingen januari Vaststelling beleidsregels handhaving Uiterlijk medio februari Vaststelling beleidsregels brandveiligheid Uiterlijk medio februari Bewonersbrief integrale handhaving Uiterlijk medio februari 2006 Handhaving in het financiële cluster 1.13 Werkzaamheden financieel cluster Hieronder worden de werkzaamheden beschreven van het Cluster financiële handhaving. Doel is het doeltreffend bestrijden van illegale en onrechtmatige praktijken door bewoners van het Trekvaartplein. Deze praktijken hebben betrekking op de fraude met uitkeringen, fraude op gebied van fiscale regelgeving en niet fiscale douanetaken, het stelselmatig niet betalen van stagelden en huurpenningen etc. Eindresultaat van deze financiële handhavingsacties is een opgeschoond en actueel adresbestand, het terugdringen van uitkeringsfraude, incasso van onterecht ontvangen uitkeringen, het Pagina 14 van 30

15 volledig inzichtelijk maken van alle belastingplichtigen, het terugdringen van zgn. windhappers (mensen zonder zichtbare bron van inkomen) en incasso van huurachterstanden. Het Cluster Financiële Handhaving is vrij met het bepalen hoe deze resultaten bereikt worden. Vooralsnog wordt gedacht aan het uitnodigen van individuele bewoners bij de Belastingdienst. Hierbij is dan tevens de gemeente vertegenwoordigd. Het Cluster Financiële Handhaving kan hier onderwerpen aan toevoegen, na goedkeuring van het Coördinatieteam Handhaving Planning en uitvoering Hieronder worden de werkzaamheden in het kader van de financiële handhaving weergegeven in de tijd. Omschrijving: afgerond 1. convenant (ter besluitvorming) afstemming t/m voorliggend nov (afgerond) 2. handhavingsbeleid start uitvoering financieel dec ondertekening convenant) uitwisseling informatie (na dec individuele bewoners bij Belastingdienst eerste uitnodiging dec stuurgroep tussenevaluatie aan jan (aanslagen, aangiften uitreiken, inhouden uitkeringen, beslagleggingen, ontbinden (huur)overeenkomsten, juridische procedures (t/m kantonrechter) t.b.v. ontbindingen doorloop handhavingstraject t/m eind Informatie- uitwisseling Ondanks het feit dat het convenant de uitwisseling van informatie mogelijk maakt dient hier zeer zorgvuldig mee te worden omgegaan. In het Cluster Financiële Handhaving worden bestanden vergeleken en beoordeeld. Informatie die hier wordt besproken is vertrouwelijk en mag niet daarbuiten worden gebruikt voor andere doelen dan hierboven omschreven. De hoofdlijnen worden periodiek en geanonimiseerd gepresenteerd aan het coördinatieteam. Naast de leden van het Cluster Financiële Handhaving hebben verder de overall procesmanager en projectleider in principe toegang tot deze informatie. Er vindt geen informatie-uitwisseling plaats met externen voorzover dit betrekking heeft op de integrale en financiële handhaving. Voor zover de informatie betrekking heeft op het individu waarop de handhaving zich specifiek richt zal deze bewoner worden geconfronteerd met de belastende informatie (indien nodig). Pagina 15 van 30

16 Organisatie 1.16 Inleiding Belangrijk uitgangspunt is dat bestuurders zich onvoorwaardelijk opstellen achter de noodzaak tot een nieuw integraal handhavingsbeleid, zowel bij de huidige handhavingsacties als op lange termijn. Daarnaast moeten er goede afspraken zijn tussen en korte communicatielijnen binnen de driehoek Burgermeester, Officier van Justitie, commissaris van politie en andere externe handhavingspartners als de Belastingdienst. Vertegenwoordigers van de onderscheidende organisaties is gevraagd in het zgn. Coördinatieteam Handhaving plaats te nemen. Ten behoeve van de handhaving wordt een convenant gesloten met bovenstaande partijen. Hierdoor krijgt de gemeente de bevoegdheid om voor dit project binnen het driehoeksoverleg informatie te vergaren. Schematisch organigram Stuurgroep vs lokale driekhoek Stuurgroep vs lokale driekhoek (1x maand) (1x maand) (1 x maand) (1 x maand) Ambtelijk opdrachtgever Ambtelijk opdrachtgever Strategisch Strategisch juridisch advies juridisch advies Nadruk Ambtelijk opdrachtgever bottom up (politiek, externe belanghebbenden) Procesmanager Procesmanager Coördinatieteam Handhaving Coördinatieteam Handhaving (diverse handhavingspartners) (diverse handhavingspartners) Cluster fysieke Cluster fysieke handhaving handhaving Cluster financiële Cluster financiële handhaving handhaving Korte communicatielijnen tussen handhavingspartners (o.a. politie) duidelijke opdrachten N.t.b. cluster N.t.b. cluster 1.17 Bestuurlijke regierol Een goede bestuurlijke dekking is om meerdere redenen van groot belang: 1. De intensivering van de handhaving betekent een breuk met het verleden. De nieuwe koers zal in de raad en het College een breed draagvlak dienen te hebben; 2. In het plan van aanpak komt een voorstel voor integrale handhaving. Waarschijnlijk zal de uitvoering ervan tot grote onrust en weerstand van de bewoners leiden. Om het draagvlak bij het College te vergroten zal het nuttig zijn het Trekvaartplein regelmatig op de B&W-agenda te zetten, ook als het een burgemeestersof ambtelijke bevoegdheid betreft. De bestuurlijke betrokkenheid wordt vergroot door: a. De instelling van een stuurgroep, waarin naast de burgemeester, de wethouder WOWZ, zitting heeft, alsmede de politie, het openbaar ministerie en de belastingdienst. b. Regelmatig wordt de stand van zaken voorgelegd aan het College. Pagina 16 van 30

17 1.18 De ambtelijke organisatie Tijdelijk is de projectorganisatie versterkt met een procesmanager, die hoofdzakelijk is belast met de integrale handhaving en daarnaast met de heroverweging van de plannen voor Trekvaartplein. Hij heeft een overkoepelende rol en fungeert als intermediair tussen bestuur en projectorganisatie. In verband met het vertrouwelijke karakter en spoedeisende aard van de sommige besluiten krijgt deze procesmanager de bevoegdheid om met mandaat van de burgemeester dwars door de hele gemeentelijke organisatie te interveniëren. Indien nodig kunnen stukken ter besluitvorming worden aangeboden zonder dat aan ambtelijke procedures (bijvoorbeeld de parafenroute ) wordt voldaan. Deze Procesmanager zit het Coördinatieteam Handhaving voor en is verder belast met de coördinatie van en tussen de twee handhavingsclusters. De fysieke en financiële handhavingsclusters worden aangestuurd door twee projectleiders, te weten het sectorhoofd Inkomen en een (tweede) ingehuurde projectleider vanuit de afdeling Handhaving en Toezicht. De procesmanager en de twee projectleiders hebben dagelijks contact over de afstemming van werkzaamheden. Indien nodig kan de procesmanager, bij verhindering van één van de projectleiders, invallen. Voor de veiligheid van medewerkers wordt speciale aandacht gevraagd. Deze moet zo goed mogelijk gegarandeerd worden. Tevens moet de de vinger aan de pols gehouden worden; handhavingsmedewerkers mogen zich nooit aan hun lot overgelaten voelen. Anderzijds moeten medewerkers bekwamer en weerbaarder gemaakt worden door middel van training. Samenstelling Coördinatieteam handhaving Vooralsnog bestaat het coördinatieteam uit de volgende handhavingspartners: Openbaar Ministerie, parket Den Haag Politie Hollands Midden Belastingdienst Regionaal Woonwagenschap Gemeentelijke diensten Bouwen en Wonen, Brandweer, Sociale Zaken, Milieu en Beheer, Informatie en Dienstverlening Kennedy van der Laan (juridische ondersteuning procesmanager) Milieudienst West Holland Etc. Juridische zaken worden ter toetsing afgestemd met de afdeling BJZ. Daarnaast zijn er een aantal instellingen die op ad hoc basis geïnformeerd worden. Samenstelling Cluster Fysieke Handhaving Dit cluster bestaat uit de volgende handhavingspartners: Dienst Bouwen en Wonen, afdeling Handhaving en Toezicht Dienst Brandweer, afdeling Preventie Regionaal Woonwagenschap Milieudienst West Holland, afdeling Bedrijven Politie Hollands Midden, team Noord Nuon Dienst Milieu en Beheer, sector Stadstoezicht (ad hoc) Dienst Bouwen en Wonen, afdeling Vergunningen en Subsidies (ad hoc) Samenstelling Cluster Financiële Handhaving Dit cluster bestaat uit de volgende handhavingspartners: Dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid, sector inkomen Dienst Informatie en Dienstverlening, afdelingen Bevolking en Belasting Regionaal Woonwagenschap Belastingdienst Holland-Midden, Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (SIOD) Dienst Bouwen en Wonen, afdeling Handhaving en Toezicht (ad hoc) Pagina 17 van 30

18 Pagina 18 van 30

19 Financiën Een raadsvoorstel getiteld kredietaanvraag Trekvaartplein d.d. 14 november 2005 wordt separaat in de besluitvorming gebracht. In dit Raadsvoorstel zijn de kosten ten behoeve van kosten van de integrale handhaving opgenomen. Bij deze kredietaanvraag is de begrotingssystematiek conform het Handboek Ruimtelijke en Economische Projecten van de Dienst Bouwen en Wonen gehanteerd. Deze systematiek komt erop neer dat kosten vóór het projectbesluit voor rekening komen van de algemene dienst, uitgezonderd externe kosten én de afdelingen Ingenieursbureau en Vastgoed Informatie Centrum (VIC). Ná het projectbesluit worden de kosten van meerdere afdelingen doorberekend aan het project. Aangezien de heroverweging en daaropvolgende fase Integrale Handhaving is ingelast én hiervoor nog geen Projectbesluit was genomen worden de meeste kosten doorbelast aan de algemene dienst. Verder is in het convenant afgesproken dat elk van de handhavingspartners (respectievelijk gemeente, Belastingdienst, Politie en Openbaar Ministerie) eigen kosten voor eigen rekening nemen. De vrij te maken middelen voor bovengenoemd krediet worden betaald uit de reeds bestaande bestemmingsreserve Reconstructie Trekvaartplein. De kosten zijn geraamd op ,--. Pagina 19 van 30

20 Bijlagen Bijlage 1: Convenant betreffende de toepassing en handhaving van overheidsregelingen bij vrijplaatsen Bijlage 2: Beleidsregels toewijzingscriteria standplaatsen Pagina 20 van 30

21 Pagina 21 van 30

22 Bijlage 1 Convenant betreffende de toepassing en handhaving van overheidsregelingen bij vrijplaatsen De Staatssecretaris van Financiën voor de Belastingdienst, met name de Belastingdienst HollandMidden, de Belastingdienst/ FIOD-ECD en de Belastingdienst Douane West, te dezen vertegenwoordigd door Mr. J. Thunnissen, directeur generaal van de belastingdienst, De gemeente Leiden, vertegenwoordigd door de burgemeester van Leiden, de heer drs. H.J.J. Lenferink, Het Openbaar Ministerie, Arrondissementsparket Den Haag, vertegenwoordigd door de gebiedsofficier van justitie, Mr. M.J. Horstman en Politieregio Hollands Midden, District Leiden Voorschoten, te dezen vertegenwoordigd door de districtschef de heer P. van Musscher Komen overeen: Hun onderlinge samenwerking en integrale aanpak bij de toepassing en handhaving van overheidsregelingen bij vrijplaatsen vorm te geven zoals hierna omschreven. Informatie uit te wisselen die nodig is om de samenwerking en de integrale aanpak effectief en efficiënt te laten verlopen. Artikel 1. Doelstellingen Op initiatief van gemeente Leiden gaan Partijen een samenwerkingsverband aan ter verwezenlijking van de integrale aanpak van het overheidsoptreden binnen het grondgebied van gemeente Leiden, gelegen binnen het Politieregio Hollands Midden, District Leiden Voorschoten en het Openbaar Ministerie, Arrondissementsparket Den Haag en mede ter verwezenlijking van de volgende individuele taakstellingen: 1.1 Wat betreft de Gemeente Het doeltreffender bestrijden van de overlast en de illegale/ onrechtmatige praktijken als gevolg van handelen en/ of nalaten van de doelgroep waarop de samenwerking gericht is. Het overheidsoptreden, gericht op bestuurlijke en strafrechtelijke handhaving, doelmatiger en doeltreffender maken. Het handhaven en bevorderen van de veiligheid van de bewoners en omwonenden. 1.2 Wat betreft de Belastingdienst Het overheidsoptreden gebaseerd op de fiscale regelgeving en de niet fiscale douanetaken bij de in artikel 2 genoemde doelgroep, gericht op bestuurlijke handhaving, doelmatiger en doeltreffender maken. Het overheidsoptreden gebaseerd op de fiscale regelgeving en de niet fiscale douanetaken bij de in artikel 2 genoemde doelgroep, gericht op strafrechtelijke handhaving door de FIOD-ECD, doelmatiger en doeltreffender maken. Pagina 22 van 30

23 1.3 Wat betreft de Politie Hollands Midden en het Arrondissementsparket Den Haag Het doeltreffender bestrijden van de criminaliteit (OM en Politie) en handhaven van de openbare orde (Politie) bij de doelgroep waarop de samenwerking gericht is. Het overheidsoptreden, gericht op bestuurlijke en strafrechtelijke handhaving, doelmatiger en doeltreffender maken. Artikel 2. Het doel van de samenwerking De samenwerkingsovereenkomst richt zich op de toepassing en handhaving van overheidsregelingen bij vrijplaatsen. Onder vrijplaatsen wordt in het algemeen verstaan: groepen of locaties waar een effectief overheidsoptreden wordt belemmerd, leidend tot een maatschappelijk ongewenste situatie, waarbij structurele fraude van wezenlijke betekenis is. De belemmering betreft soms een bestaande of vermeende dreiging, soms een sociaal culturele hindernis. Om de samenwerking in te kaderen geld als voorwaarde dat de feitelijke samenwerking zich alleen richt op vrijplaatsen welke in het lokale driehoeksoverleg, in aanwezigheid van en in samenspraak met een vertegenwoordiger van de Belastingdienst, op basis van een plan van aanpak (voorzien van een analyse), zijn vastgesteld. Dit houdt in dat indien één van de partners in dit samenwerkingsverband hiertoe concrete aanleiding ziet een voorstel doet aan het districtscollege om de samenwerking van toepassing te verklaren tot andere vrijplaatsen. Ten minste één keer per jaar wordt in het lokale driehoeksoverleg in aanwezigheid van een vertegenwoordiger van de Belastingdienst de uitvoering van dit convenant besproken waarbij in ieder geval aan de orde komt hoe de samenwerking verloopt en welke integrale acties hebben plaatsgevonden en nog gaan plaatsvinden. De samenwerking op grond van dit convenant is aanvullend op projecten die in het kader van integrale overheidshandhaving en in het kader van interventieprojecten al worden uitgevoerd. Artikel 3. De opzet van de samenwerking Het in onderling overleg en wederzijdse afstemming richting geven aan de samenwerking door middel van het bij elkaar brengen van activiteiten en het brengen van samenhang hierin. Het genereren en analyseren van informatie over de doelgroep die nodig is met het oog op het realiseren van de hierboven omschreven doelstelling(en). Het onderling uitwisselen van de informatie die beheerd wordt door ieder der partijen. Convenantpartijen sluiten elke aansprakelijkheid jegens elkander uit. Artikel 4. Planning, financiën en control Partijen dragen ieder zelf de kosten die de samenwerking en de informatie-uitwisseling met zich meebrengen. Voor de als gevolg van het convenant gegenereerde opbrengsten geldt dat deze hun normale, door de wetgever beoogde bestemming volgen. Partijen nemen deel aan de in artikel 7 genoemde overlegstructuren. Partijen komen halfjaarlijks met een voortgangsrapportage over het effect van de samenwerking en informatie-uitwisseling. Naar aanleiding van de resultaten uit deze voortgangsrapportage kan het convenant worden aangepast. Partijen zijn ieder zelf verantwoordelijk voor de resultaatmeting, bewaking en beheersing van hun eigen activiteiten in het kader van het convenant, welke als zodanig deel uitmaken van de reguliere evaluaties van hun organisaties. Pagina 23 van 30

24 Artikel 5. Informatie-uitwisseling De convenantpartners verplichten zich over en weer met inachtneming van de wettelijke bepalingen die informatie te verstrekken die nodig is om de samenwerking effectief en efficiënt te laten verlopen. De politie is daarbij in ieder geval gehouden aan de Wet politieregisters en het Besluit politieregisters. Het Openbaar Ministerie is daarbij gehouden aan de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens en aan de Aanwijzing verstrekking van strafvorderlijke gegevens voor buiten de strafrechtspleging gelegen doeleinden. Beiden zijn in werking getreden op 1 september De gemeente is daarbij in ieder geval gehouden aan de Wet bescherming persoonsgegevens. De Belastingdienst is daarbij in ieder geval gehouden aan de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990, de Wet bescherming persoonsgegevens en het Voorschrift informatieverstrekking (VIV). De FIOD-ECD is daarbij bovendien gehouden aan de Wet bescherming persoonsgegevens en de Wet politieregisters. Gelet op het voorgaande dat het verstrekken van genoemde informatie in overeenstemming is met het door de Staatssecretaris van Financiën in 2.2, onderdeel b, van het Voorschrift informatieverstrekking 1993 neergelegde beleid met betrekking tot informatieverstrekking door de Belastingdienst en dat de Staatssecretaris van Financien door ondertekening van deze overeenkomst zijn goedkeuring aan de informatieverstrekking heeft verleend. Binnen de hiervoor genoemde wettelijke kaders zal de gegevensuitwisseling en de aanwending van de verkregen gegevens uitsluitend plaatsvinden ten behoeve van een goede vervulling van de publieke taak van de diverse partijen. Het Openbaar Ministerie zal daarbij in iedere afzonderlijke concrete zaak een afweging maken omtrent het al dan niet verstrekken van informatie op basis van een voldoende gemotiveerd verzoek. Met in achtneming van het voorgaande maken partijen in de stuurgroep afspraken over de wijze van verstrekking van informatie en over de waarborgen waaronder dit gebeurt. Artikel 6. Geheimhouding/ privacy De gegevens worden uitsluitend aangewend voor het doel waarvoor zij zijn verstrekt. Gegevens worden zonder toestemming van de verstrekker niet overgedragen of ter beschikking gesteld van niet convenantpartners en zijn niet raadpleegbaar voor niet convenantpartners. Geheimhoudingsvoorschriften in wet- en regelgeving van de convenantpartners worden in acht genomen. Het gestelde hieromtrent in respectievelijk de Wet politieregisters, het Besluit politieregisters, de Wet bescherming persoonsgegevens, de Wet Justitiële en Strafvorderlijke gegevens, de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990 en het Voorschrift informatieverstrekking (VIV) zal daarbij in acht worden genomen. Convenantpartijen sluiten elke aansprakelijkheid jegens elkander voor schade op grond van deze overeenkomst uit. Artikel 7. Structuur van de samenwerking. Er is een Stuurgroep geformeerd onder leiding van de Burgemeester van Leiden waarin de convenantpartners bestuurlijk zijn vertegenwoordigd en gemandateerd zijn om hun organisatie te binden in relatie tot de gemaakte samenwerkingsafspraken. De Stuurgroep maakt afspraken over de regeling van zijn werkzaamheden. Daarnaast is er een coördinatieteam Handhaving samengesteld waarin alle convenantpartners vertegenwoordigd zijn op tactisch niveau. In dat team worden concrete afspraken gemaakt over de Pagina 24 van 30

25 uitvoering van in de Stuurgroep afgesproken integrale handhavingactiviteiten en/ of toepassing van overheidsregelingen. Tevens kunnen in dat team werkafspraken worden gemaakt over de uitvoering van activiteiten die voortvloeien uit de individuele doelstellingen van de convenantpartijen. In dat laatste geval gaat het vaak om één convenantpartij die afspraken maakt met de Politie Hollands Midden omdat de sterke arm nodig is om tot uitvoering over te kunnen gaan. Bij het daadwerkelijk beschikbaar stellen van de capaciteit van de sterke arm heeft de politie een regiefunctie in de mogelijkheid om de activiteiten van de convenantpartijen te combineren. Artikel 8. Veiligheidsaspecten Waar nodig zorgt de politie conform het gestelde in artikel 7 voor voldoende capaciteit om de sterke armfunctie te kunnen vervullen, zodanig dat de convenantpartners hun werkzaamheden kunnen vervullen met gebruikmaking van hun bevoegdheden. Het besluit over de in te zetten politie capaciteit zal genomen worden in het driehoeksoverleg. Bij het beletten en/ of belemmeren van ambtshandelingen, het plegen van wederspannigheid en bij strafbare feiten (o.a. mishandeling, bedreiging en vernieling) tegen de persoonlijke integriteit zal de politie een opsporingsonderzoek uitvoeren en zo mogelijk proces-verbaal opmaken tegen de verdachten. Het Openbaar Ministerie Den Haag zal afhankelijk van de resultaten van het opsporingsonderzoek in beginsel overgaan tot vervolging van de strafbare feiten. In overeenstemming met de voor het Openbaar Ministerie geldende richtlijnen en aanwijzingen. Medewerkers (van alle convenantpartners) die hiermee worden geconfronteerd, worden geacht aangifte te doen bij de politie. Daarbij kiezen ze domicilie bij hun eigen organisatie. Artikel 9. Bevoegdheden Medewerkers van de convenantpartners mogen uitsluitend worden ingezet voor het verrichten van de werkzaamheden waarvoor zij bevoegd zijn. Artikel 10. Voorlichting en contacten met media De in artikel 7 genoemde Stuurgroep maakt afspraken over (voorgenomen) voorlichtingsactiviteiten en contacten met de media. Een en ander op basis van een advies van de Communicatie- en Voorlichtingsafdelingen van de convenantpartners. Geen van de convenantpartners zal zonder voorafgaande toestemming van de overige convenantpartners in publicaties of reclame-uitingen van deze overeenkomst melding maken. Artikel 11. Signaleren van belemmeringen Wanneer naar de mening van partijen wettelijke kaders de samenwerking en/of de informatieverstrekking in de weg staan leggen zij dit voor aan de betrokken bewindslieden. Het Openbaar Ministerie Den Haag kan in deze gevallen het College van Procureurs-Generaal informeren dat vervolgens beslist of de gesignaleerde belemmering aan de Minister van Justitie wordt voorgelegd. Artikel 12. Toetreding Dit convenant staat open voor toetreding door andere overheidsinstellingen die in relatie tot de doelgroep gelijke doelstellingen nastreven als de huidige convenantpartners. Een nieuwe partner kan door een aanvraag in te dienen bij de Burgemeester van Leiden, in zijn hoedanigheid van voorzitter van de in artikel 7 bedoelde Stuurgroep, toestemming vragen om toe te treden tot dit convenant. Na goedkeuring van alle convenantpartners kan de nieuwe partner toetreden via ondertekening van een bijlage bij het convenant. Pagina 25 van 30

26 Artikel 13. Uitvoering en wijziging Waar nodig maken partijen in de stuurgroep nadere afspraken om een goede uitvoering van dit convenant te verzekeren. Wijzigingen of aanvullingen van dit convenant dienen door alle convenantpartners te worden bekrachtigd. Artikel 14. Inwerkingtreding, opzegging en beëindiging Dit convenant treedt in werking op 1 januari 2006 en loopt tot 1 januari 2008 en kan eenzijdig worden opgezegd, zulks met inachtneming van een opzegtermijn van twee maanden, of op elk moment zonder opzegtermijn wanneer dit gebeurt met instemming van alle partijen, kan verlengd worden na een voorafgaande evaluatie van de bereikte effecten. Aldus overeengekomen te Leiden op 22 december 2005, Staatssecretaris van Financiën, voor deze Mr. J. Thunnissen directeur generaal van de belastingdienst Burgemeester van Leiden Drs. H.J.J. Lenferink Districtschef Politie Leiden Voorschoten P. van Musscher Openbaar Ministerie Mr. M.J. Horstman Gebiedsofficier Leiden Voorschoten, Arrondissementspakket Den Haag Pagina 26 van 30

27 Pagina 27 van 30

28 Bijlage 2 Beleidsregels toewijzing standplaatsen woonwagens Leiden Het Dagelijks bestuur van Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland overwegende dat: het noodzakelijk is beleidsregels vast te stellen met betrekking tot de toewijzing van standplaatsen voor woonwagens ; het dagelijks bestuur rekening wenst te houden met op basis van het verleden te erkennen aanspraken; besluit: vast te stellen: Beleidsregels toewijzing standplaatsen aan woonwagenbewoners. Artikel 1 a. b. d. e. f. g. h. i. Begripsbepalingen college:het college van burgemeester en wethouders van Leiden huishouden: een alleenstaande danwel twee of meer personen die aantoonbaar een duurzame en gemeenschappelijke huishouding voeren zoals bedoeld in het Burgerlijk Wetboek ofwel willen gaan voeren wat tot uitdrukking wordt gebracht door geregistreerd partnerschap en het gezamenlijk ondertekenen van een huurcontract of eigendomscontract huisvestingsvergunning: een vergunning als bedoeld in artikel 7, eerste lid van de Huisvestingswet peildatum: de datum 1 november 1999 waarop de hoofdbewoner feitelijk moet hebben gewoond op het woonwagencentrum Trekvaartplein en opgenomen was in de Gemeentelijke Basisadministratie of op andere wijze kan aantonen dat hij/zij feitelijk woonachtig was op het woonwagencentrum Trekvaartplein Regionale Woonwagencentra Rayon Leiden: de gemeenschappelijke regeling op basis van artikel 2 van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen, hierna te noemen het Woonwagenschap standplaats: een kavel bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, andere instellingen of van de gemeente kunnen worden aangesloten woonwagen: een voor bewoning bestemd gebouw dat is geplaatst op een standplaats en die in zijn geheel kan worden verplaatst Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland: de gemeenschappelijke regeling van het Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland Artikel 2 Reikwijdte beleidsregels Deze beleidsregels zijn van toepassing op nieuwe standplaatsen die in de gemeente Leiden worden gerealiseerd Artikel 3 Verbod innemen standplaats Het is verboden op de door het College van Burgemeester en Wethouders van gemeente Leiden aangewezen plaatsen zonder schriftelijke huisvestingsvergunning een standplaats in te nemen; Pagina 28 van 30

29 Artikel Gemeente Leiden wijst een nieuwe standplaats toe aan een hoofdbewoner die op de peildatum woonachtig was op het Trekvaartplein op het in de lijst van 1 november 1999 aangegeven adres, en die op het moment van toewijzing van de nieuwe standplaats nog steeds op dat adres woonachtig is Bij toewijzing van een nieuwe standplaats geldt de volgende rangorde: Toewijzing geschiedt in de eerste plaats aan hoofdbewoners van de huisnummers Trekvaartplein 1 tot en met 81, zoals opgenomen in de lijst van 1 november 1999; de toewijzing geschiedt in volgorde van degene die aantoonbaar het langst woonachtig is op het TVP Bij gelijke woonduur gaat de leeftijd voor; in bijzondere gevallen kan aan een andere persoon een standplaats worden toegewezen. Wanneer sprake is van een bijzonder geval staat ter beoordeling van het dagelijks bestuur. Artikel Aanvragen van vergunning De hoofdbewoner die op basis van artikel 4 een standplaats heeft toegewezen gekregen, kan een schriftelijke aanvraag indienen voor een huisvestingsvergunning bij het dagelijks bestuur van het Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland. Het bestuur stelt daartoe een aanvraagformulier vast; De aanvrager verstrekt daarbij de volgende gegevens: a. de naam, adres, woonplaats, burgerlijke staat van de aanvrager en de eventuele personen die tot zijn huishouden behoren; b. het huidige adres en het adres van de herkomst; c. het adres, met aanduiding van het huisnummer, van de locatie waar de aanvrager een standplaats zal gaan innemen. Artikel Toewijzingsnormen Verleningscriteria en voorwaarden Een huisvestingsvergunning wordt verleend voor bepaalde tijd, is persoonsgebonden en niet overdraagbaar; De geldigheid van een verleende vergunning eindigt zodra aan een huishouden een nieuwe huisvestingsvergunning wordt verstrekt. Een huisvestingsvergunning wordt slechts verleend aan de (hoofd)bewoners die overeenkomstig artikel 4 een nieuwe standplaats heeft toegewezen gekregen en kan aantonen dat er ten behoeve van hem/haar en eventueel degenen die tot zijn/haar huishouden behoren een woonwagen wordt gebouwd. Een huisvestingsvergunning wordt slechts verleend indien de (in aanbouw zijnde) woonwagen voldoet aan alle daaraan gestelde of te stellen wettelijke eisen; Artikel 7 Intrekkingsgronden Het dagelijks bestuur van het Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland kan een huisvestingsvergunning intrekken indien: a. de standplaats niet binnen een termijn van vier weken na de dag van verzending van de vergunning is ingenomen; deze termijn kan op verzoek voor de duur van ten hoogste zes maanden worden verlengd indien de bouw langer duurt. b. de vergunninghouder schriftelijk heeft verklaard van de vergunning geen gebruik te zullen maken; c. er sprake is van onjuistheid van de gegevens die de aanvrager heeft verstrekt d. vergunninghouder handelt in strijd met een of meer bepalingen uit deze beleidsregels. Artikel 8 Hardheidsclausule Pagina 29 van 30