AIOS OP DE HUISARTSENPOST

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "AIOS OP DE HUISARTSENPOST"

Transcriptie

1 AIOS OP DE HUISARTSENPOST LEIDRAAD VOOR HET LEREN DIENSTDOEN E.T.I.M. Guldemond-Hecker huisarts Oktober 2009

2 Initiatief van Huisartsopleiding Nederland en SBOH Colofon Vormgeving en opmaak: Radstake Taal + Vorm Drukwerk: Drukwerkconsultancy Datum publicatie: December 2007, gewijzigde herdruk oktober 2009 Uitgegeven door het projectbureau Aios op de huisartsenpost 2 Directie Huisartsopleiding Nederland Directie SBOH Yvonne Guldemond-Hecker huisartsopleider, medewerker Huisartsopleiding Nederland hoofd van het Projectbureau Aios op de Huisartsenpost Annette van der Laan, senior beleidsmedewerker SBOH projectcoördinator Aios op de Huisartsenpost Mede namens de klankbordgroep Aios op de huisartsenpost Marinella Langendoen-Roel, hoofd huisartsopleiding LUMC, voorgedragen door Huisartsopleiding Nederland, voorzitter Bauke Smit, huisartsopleider, voorgedragen door Huisartsopleiding Nederland Hansmaarten Bolle, directeur VHN Olga Haveman, directeur Stichting Huisartsenposten Midden-Limburg Pauline van der Logt, aios en voorzitter LOVAH Tijmen Buddingh, aios en bestuurslid LOVAH

3 Voorwoord Dienstdoen (huisartsgeneeskundige zorg buiten kantooruren) wordt sinds enkele jaren voornamelijk uitgevoerd vanuit een huisartsenpost. Deelname aan diensten maakt deel uit van integrale huisartsgeneeskundige zorg en vormt dus een belangrijk onderdeel van de huisartsopleiding. Leren dienstdoen is geen afgebakend onderwijsprogramma, maar een vorm van onderwijs die als een draad door de hele huisartsopleiding is geweven. Tijdens twee landelijke projecten is door de opleidingsinstituten gewerkt aan een gezamenlijke visie op het opleiden van aios op de huisartsenpost. Dit heeft geresulteerd in een aantal heldere uitgangspunten en een set producten die gebruikt kunnen worden bij het opleiden van aios voor het onderdeel dienstdoen in de huisartsopleiding 1. Om op basis van deze uitgangspunten te komen tot heldere richtlijnen voor de opleiding van aios op de huisartsenpost is de projectgroep Aios op de huisartsenpost in het leven geroepen. Deze projectgroep is samengesteld uit vertegenwoordigers van alle partijen die betrokken zijn bij het opleiden van aios op de huisartsenpost. Met een reeds door de huisartsopleiding van de Universiteit Maastricht ontwikkelde basisversie heeft de projectgroep het voorliggende document Aios op de huisartsenpost; Leidraad voor het leren dienstdoen ontwikkeld. Deze Leidraad biedt duidelijkheid over de verantwoordelijkheden van de diverse spelers op de huisartsenposten en de gewenste voorzieningen ten behoeve van de opleiding. De aanbevelingen in de Leidraad zijn juridisch getoetst en goedgekeurd door de betrokken partijen. 3 De opleidingsinstituten hebben de Leidraad opgenomen in het opleidingsplan. Op basis van de Leidraad heeft de SBOH de financiering van de randvoorwaarden voor aios op de huisartsenposten ter hand genomen en sluit zij overeenkomsten met Huisartsen Diensten Structuren (HDS). Om implementatie van de aanbevelingen in de Leidraad te bevorderen is door Huisartsopleiding Nederland en de SBOH het Projectbureau Aios op de huisartsenpost in het leven geroepen. Wij hopen dat deze Leidraad u inspireert tot het scheppen van een geschikt opleidingsklimaat op de huisartsenposten, zodat de toekomstige huisarts adequate spoedeisende huisartsgeneeskundige zorg buiten kantooruren kan blijven bieden. Yvonne Guldemond-Hecker, hoofd Projectbureau Aios op de huisartsenpost Correspondentie: y.guldemond@huisartsopleiding.nl 1 PVH Eindrapport Diensten (2004) en SVUH Rapport Van Vergadertafel naar Werkvloer (2006).

4 Inhoudsopgave Colofon 2 Samenstelling projectgroep 2 Voorwoord 3 Inhoudsopgave 4 Inleiding 6 Schematisch overzicht Leidraad Taakgebieden op de huisartsenpost 8 2. Eindtermen 8 2a. Consultarts 9 2b. Visitearts 9 2c. Telefoonarts 9 3. Stapsgewijs groeien Verantwoordelijkheden 11 4a. De aios 11 4b. De opleider 12 4c. Het opleidingsinstituut 13 4d. De huisartsenpost 13 4e. De opleidingscoördinator 13 4f. De SBOH 14 Delegeren van verantwoordelijkheden 14 Tabel 1: Schematisch overzicht verantwoordelijkheden Leidraad Voorzieningen Werktijden, rusttijden en compensatie Cursus BLS Introductiecursus huisartsenpost Registratie diensten Ontwikkelingsdossier Cursorisch onderwijs Beoordeling zelfstandig dienstdoen Bekwaamheidsverklaring Verklaring van overdracht Zelfstandig dienstdoen als consultarts/visitearts/telefoonarts Toetsen registratie en bekwaamheidsverklaringen Gebruikte afkortingen Definiëring van begrippen 25 Bijlagen 1. Registratie diensten (eerste opleidingsperiode in de huisartspraktijk) Registratie diensten (tweede opleidingsperiode in de huisartspraktijk) Checklist beoordeling zelfstandig dienstdoen Bekwaamheidsverklaring aios als consultarts Bekwaamheidsverklaring aios als visitearts 33

5 6. Bekwaamheidsverklaring aios als telefoonarts Verklaring van overdracht van de begeleiding van een aios Aanhangsel bij de verklaring van overdracht van de begeleiding van een aios Opleidingscoördinator op de huisartsenpost 37 5

6 Inleiding De werkzaamheden van de huisarts die dienstdoet op de huisartsenpost zijn te verdelen in drie taakgebieden: consultarts, visitearts en telefoonarts (hoofdstuk 1). Voor elk van deze taakgebieden moet de aios de benodigde kennis, vaardigheden en attitude verwerven (hoofdstuk 2). Er is voor gekozen dat de aios in toenemende mate zelfstandig leert te werken om de eindtermen voor de drie taakgebieden op de huisartsenpost te bereiken (hoofdstuk 3). Deze zelfstandigheid van de aios heeft zowel betrekking op het werk dat hij 2 doet, als op de verantwoordelijkheid voor het eigen leerproces. De opleider past zijn begeleiding aan bij de fase van zelfstandigheid van de aios. Belangrijke aandachtspunten die in de Leidraad worden beschreven zijn: de verantwoordelijkheden van de diverse bij de opleiding betrokken partijen (hoofdstuk 4), noodzakelijke voorzieningen (hoofdstuk 5) en gegevens betreffende werktijden, inclusief het minimaal aantal te verrichten diensten (hoofdstuk 6). De overige hoofdstukken bestaan uit een overzicht van onderwijskundige zaken die ten behoeve van het leren dienstdoen op de post in de beide opleidingsperioden in de huisartspraktijk aan bod komen (hoofdstuk 7 t/m 15). 6 Het kan zijn dat onderdelen van dit document niet helemaal aansluiten bij de specifieke situatie van de diverse opleidingsinstituten en huisartsenposten. Het is aan de betrokken partijen om locale aanpassingen te maken in de geest van de aanbevelingen in dit document. 2 Overal waar hij of zijn staat kan ook zij of haar worden gelezen.

7 Schematisch overzicht Leidraad De Leidraad is onderverdeeld in de volgende onderdelen en hoofdstukken: ONDERDEEL NR HOOFDSTUK 1 Taakgebieden 2 Eindtermen 3 Stapsgewijs groeien Aandachtspunten 4 Verantwoordelijkheden 5 Voorzieningen 6 Werktijden, rusttijden en compensatie EERSTE OPLEIDINGSPERIODE IN DE HUISARTSPRAKTIJK Voorwaarden vooraf Lerend werken jaar 1 7 Cursus BLS+ 8 Introductiecursus HAP eerste jaar 9 Registratie diensten 10 Ontwikkelingsdossier 11 Cursorisch onderwijs 12 Beoordeling zelfstandig dienstdoen als consultarts 13 Bekwaamheidsverklaring consultarts 14 Verklaring van overdracht 15 Zelfstandig dienstdoen als consultarts 16 Toetsen registratie en bekwaamheidsverklaringen TWEEDE OPLEIDINGSPERIODE IN DE HUISARTSPRAKTIJK 7 Voorwaarden vooraf Lerend werken jaar 3 7 Opfriscursus BLS+ 8 Introductiecursus HAP derde jaar 9 Registratie diensten 10 Ontwikkelingsdossier 11 Cursorisch onderwijs 12 Beoordeling zelfstandig dienstdoen als visitearts/telefoonarts 13 Bekwaamheidsverklaring visitearts/telefoonarts 14 Verklaring van overdracht 15 Zelfstandig dienstdoen in alle taakgebieden 16 Toetsen registratie en bekwaamheidsverklaringen

8 1. Taakgebieden op de huisartsenpost De werkzaamheden van huisartsen die dienstdoen op de huisartsenpost zijn te verdelen in drie taak gebieden: consultarts, visitearts en telefoonarts 3. Voor elk taakgebied zijn de te bereiken eindtermen beschreven (zie hoofdstuk 2). De drie taakgebieden hebben een eigen specifiek traject van toenemende zelfstandigheid (zie hoofdstuk 3). 8 1a. Na een introductieperiode op de huisartsenpost begint de aios als consultarts. Deze ziet de patiënten die naar de huisartsenpost komen na voorafgaande triage. De consulten betreffen vooral veel voorkomende, kortdurende klachten die door de patiënten als spoedeisend ervaren worden. Het morbiditeitpatroon tijdens het dienstdoen is vergelijkbaar met dat van een inloopspreekuur en van de spoedgevallen in een huisartspraktijk overdag. Ondanks het feit dat er in toenemende mate op de post medische informatie vanuit de huisartspraktijk beschikbaar komt, is de onbekendheid met de voorgeschiedenis en het medicatiegebruik van de patiënt een moeilijkheidsfactor in dit taakgebied. Verder komt de aios vaker dan in de opleidingspraktijk ernstige ziektebeelden tegen. Bovendien kan tijdens deze Avond-Nacht-Weekend diensten (ANW-diensten) de tijdsdruk een belangrijke factor zijn. 1b. Als visitearts wordt de aios vooral geconfronteerd met spoedgevallen, exacerbaties van bestaande ziektes en vastgelopen hulpverleningssituaties. In korte tijd kan de aios verschillende, vaak ernstige ziektebeelden zien. Goede samenwerking met chauffeur, ambulancedienst en de tweede lijn is hier belangrijk. Beheersing van Basic Life Support-technieken is een vereiste. 1c. De telefoonarts heeft naast het uitvoeren van de telefonische consulten ook de taak om de triage-assistenten 4 te superviseren (wel of geen visite rijden, wanneer ambulancedienst inschakelen enz.) en visiterijdende huisartsen aan te sturen (zoals prioritering van de visites). Dit taakgebied heeft van de genoemde taakgebieden de hoogste moeilijkheidsgraad en kan pas uitgevoerd worden als de aios voldoende ervaring als consultarts en visitearts heeft opgedaan. NB: Op sommige huisartsenposten wordt de functie van telefoonarts uitgevoerd door een regiearts. Huisartsen die deze taak uitvoeren, hebben een aanvullende vervolgopleiding gehad. De regiearts heeft meer taken en bevoegdheden dan een telefoonarts. Een voorbeeld is het aansturen van andere artsen op de post. Deze regietaken staan niet vermeld in de eindtermen die de aios als telefoonarts moet halen en vallen dan ook buiten het opleidingstraject. 2. Eindtermen 5 Hieronder zijn de eindtermen beschreven, die de aios in zijn groei naar zelfstandigheid op de huisartsenpost dient te bereiken. De eindtermen zijn vastgesteld in het PVH Eindrapport Diensten 6 en goedgekeurd door de hoofden van de opleidingsinstituten. Omdat er geen strikte scheiding tussen de drie werkgebieden gemaakt kan worden, zijn de eindtermen die voor meerdere werkgebieden van toepassing zijn niet bij elk werkgebied opgenomen. 3 Het onderscheid in taakgebieden is een functionele indeling. Eén huisarts kan ook twee of drie taakgebieden tegelijk uitvoeren. 4 Een triage-assistent is een (dokters)assistente die getraind is in het triëren (schiften) van de hulpvragen van patiënten die zich melden bij een huisartsenpost. 5 De competenties voor de aios op de post dienen nog beschreven te worden. 6 Bron: PVH Eindrapport Diensten, juni 2004.

9 2a. Consultarts Kennis: de aios is in staat te benoemen: het verschil in morbiditeitspatroon bij huisartsgeneeskundige zorg binnen kantoortijden en tijdens het dienstdoen; het verschil tussen diagnostisch en therapeutisch huisartsgeneeskundig handelen tijdens kantooruren en tijdens het dienstdoen; het natuurlijk beloop, de epidemiologie en de risico s van klachten en ziekten die tijdens het dienstdoen worden gezien; ziekten en aandoeningen die directe zorg behoeven; de taken en bevoegdheden van het bij de organisatievormen van diensten betrokken ondersteunend personeel; de juridische consequenties van het werken in een organisatievorm van diensten. Vaardigheden: de aios is in staat om: tijdens het dienstdoen binnen de grenzen van de huisartsgeneeskundige zorg adequaat te handelen; de hulpverlening tijdens het dienstdoen aan te laten sluiten bij de zorg tijdens de reguliere werktijd; zorg te dragen voor overdracht van relevante gegevens aan de eigen huisarts van de patiënt; te handelen volgens de in de organisatievormen van diensten geldende protocollen; bij de diagnostiek en behandeling van patiënten die tijdens het dienstdoen gezien worden rekening te houden met het natuurlijk beloop, de epidemiologie en de risico s van de gepresenteerde klachten en ziekten; de relatie met de patiënt, van wie de somatische en/of psychosociale achtergrond onbekend is, zo te hanteren dat deze een functionele hulpverlening bevordert; taken aan het ondersteunend personeel te delegeren en planmatig met hen samen te werken. 9 2b. Visitearts Kennis: de aios is in staat te benoemen: het verschil in taken, werkterrein en deskundigheid van hulpverleners uit andere echelons die betrokken zijn bij de zorg buiten kantooruren. Vaardigheden: de aios is in staat om: het diagnostisch en therapeutisch proces zelfstandig uit te voeren en op indicatie gebruik te maken van de beschikbare expertise en mogelijkheden van hulpverleners uit andere echelons die betrokken zijn bij de zorg buiten kantooruren; adequate hulp te verlenen bij ziekten en aandoeningen die directe zorg behoeven; om te gaan met een hoge frequentie van spoedeisende situaties; de juiste prioriteiten te stellen in spoedeisende situaties; buiten de grenzen van het huisartsgeneeskundig handelen tijdens het dienstdoen samen te werken met andere hulpverleners; een goede werkrelatie met hulpverleners uit andere echelons te onderhouden met oog voor en acceptatie van verschillen in taken, werkterrein en deskundigheid. 2c. Telefoonarts Kennis: de aios is in staat te benoemen: de grenzen van het huisartsgeneeskundig handelen tijdens het dienstdoen;

10 welke huisartsgeneeskundige zorg tijdens het dienstdoen wel en niet tot zijn taak behoren; de belangrijkste vormen van wederzijdse beïnvloeding tussen patiënt en huisarts die specifiek zijn voor telefonische communicatie; de verschillen bij het werken binnen de verschillende organisatievormen van diensten; de juridische consequenties van het superviseren en autoriseren van het bij de organisatievormen van diensten betrokken ondersteunend personeel. Vaardigheden: de aios is in staat om: de kennis van de belangrijkste vormen van wederzijdse beïnvloeding tussen patiënt en huisarts die specifiek zijn voor telefonische communicatie, toe te passen in de hulpverlening; adequaat te reageren op vragen om huisartsgeneeskundige hulp tijdens het dienstdoen, zowel bij de beoordeling van de hulpvraag (triage) als bij het afhandelen van de hulpvraag (tijdens telefonisch contact, consulten of visites); om te gaan met situaties waarin telefonische communicatie bemoeilijkt is (taalproblemen, panieksituaties, patiënten die hun verzoek om hulp op agressieve wijze presenteren); een conflict met een patiënt op professionele wijze te hanteren; gevoelens van onzekerheid en onmacht te onderkennen, te analyseren en actie te ondernemen ter reductie of eliminatie daarvan; het bij de organisatievormen van diensten betrokken ondersteunend personeel aan te sturen, te superviseren en de door hen verrichte taken te autoriseren Stapsgewijs groeien Om de eindtermen voor de diverse taakgebieden op de huisartsenpost te bereiken is er in de Leidraad voor gekozen dat de aios in toenemende mate zelfstandig leert te werken. In dit leerproces doorloopt de aios een drietal fasen van zelfstandigheid: Fase van zelfstandigheid Aios Opleider fase 1 weinig zelfstandig modelling fase 2 bijna zelfstandig coaching fase 3 geheel zelfstandig fading De zelfstandigheid van de aios heeft betrekking op zowel het werk dat hij aan kan als op de verantwoordelijkheid voor het eigen leerproces. In beide gevallen dient de zelfstandigheid geleidelijk toe te nemen. De opleider past zijn begeleiding aan bij de fase van zelfstandigheid van de aios. Zolang de aios weinig zelfstandig is (fase 1), fungeert de opleider als referentiemodel (modelling). Zodra de aios onder toezicht bijna zelfstandig kan optreden (fase 2), gaat de opleider als coach fungeren (coaching). Op het moment dat de aios geheel zelfstandig kan werken (fase 3), trekt de opleider zich op de achtergrond terug (fading). In fase 1 en fase 2 is de opleider dicht bij de aios aanwezig. In fase 3 wordt de afstand tussen aios en opleider geleidelijk steeds groter, maar ook in deze laatste fase blijft de opleider te allen tijde voor de aios bereikbaar en beschikbaar. Het moge duidelijk zijn dat er geen strikte scheiding tussen de drie fasen van zelfstandigheid is aan te brengen en dat de fasen geleidelijk in elkaar overgaan. Bovendien moet er in de praktijk rekening mee worden

11 gehouden dat de fases van zelfstandigheid van de aios en de rol van de opleider niet altijd parallel lopen. Dit is bijvoorbeeld het geval als de aios onzeker is en op de opleider blijft terugvallen, of als de opleider onzeker is en de aios niet durft los te laten. 4. Verantwoordelijkheden Binnen de Leidraad is sprake van twee soorten verantwoordelijkheid: die ten aanzien van de patiëntenzorg en die ten aanzien van de opleiding. Binnen het leerproces dat zich tijdens de dienst afspeelt hebben alle partijen die op de huisartsenpost bij de opleiding van de aios betrokken zijn ieder een eigen specifieke verantwoordelijkheid. Belangrijk uitgangspunt bij dit hoofdstuk is dat opleiders en aios onder de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (BIG) vallen. De opleider draagt de professionele verantwoordelijkheid ex WGBO voor de inhoud van de zorg door de aios (kaderbesluit CHVG). De huisartsenposten vallen echter onder de Kwaliteitswet Zorginstellingen. De Kwaliteitswet stelt slechts globale eisen aan de zorg. De eigen verantwoordelijkheid van de zorginstelling voor kwalitatief goede zorg is het uitgangspunt. De individuele zorginstelling (of koepelorganisatie) moet de algemene eisen die de wet stelt zelf, nader uitwerken en invullen. De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) houdt toezicht op de naleving van de Kwaliteitswet. Omdat de Kwaliteitswet de eerste verantwoordelijkheid voor het leveren van verantwoorde zorg bij de zorginstelling zelf legt, zal het accent bij het toezicht vooral liggen op de manier waarop een instelling de eigen kwaliteit bewaakt, beheerst en verbetert. De overheid blijft eindverantwoordelijk voor de kwaliteit van de zorgverlening in Nederland. Als een beroepsbeoefenaar in een instelling in de reguliere zorg niet voldoet aan de in de Wet BIG gestelde eisen, verleent de instelling geen verantwoorde zorg. 11 Hieronder worden de verantwoordelijkheden per betrokken partij besproken. 4a. De aios T.a.v. de patiëntenzorg: De aios is zelfstandig bevoegd om patiëntenzorg te leveren, verantwoordelijk voor zijn eigen medisch handelen en onderworpen aan het Wettelijk tuchtrecht. Bij eventuele klachten valt de aios onder de klachtenregeling van de opleider. Hoewel de aios wettelijk bevoegd is alle handelingen zelfstandig te verrichten beschikt hij niet in alle gevallen over de benodigde bekwaamheid. De aios dient te allen tijde zelf te beoordelen of hij bekwaam is om de gevraagde opdracht uit te voeren. Als hij zich niet bekwaam acht, meldt hij dat bij de geringste twijfel aan de opleider. De opleider dient zich dan in de situatie te verdiepen en te besluiten of hij afgaat op de informatie van de aios dan wel de patiënt eerst zelf wil zien. Vervolgens geeft hij afhankelijk van de situatie de aios een advies of besluit om de verantwoordelijkheid over te nemen. Als de opleider op dat moment niet lijfelijk aanwezig is kan dit overleg ook telefonisch plaatsvinden. De eigen verantwoordelijkheid kan ertoe leiden dat in zeer urgente situaties, waarin geen tijd is om zelf de patiënt te gaan beoordelen, de aios of de opleider besluit om de patiënt direct in te sturen naar de Spoedeisende Eerste Hulp van het ziekenhuis. T.a.v. de opleiding: De aios heeft de taak om zijn kennis en vaardigheden te vergroten. De aios is mede verantwoordelijk voor zijn eigen leerproces. Hij stelt samen met de opleider zijn individuele opleidingsprogramma op. Daarin wordt

12 aangegeven in welke fase van zelfstandigheid hij zich bevindt en op welke wijze hij de volgende fase zal bereiken. Dit impliceert dat hij tevens aangeeft op welke wijze hij de eindtermen in de drie taakgebieden wil bereiken. Tevens houdt hij in het ontwikkelingsdossier (zie hoofdstuk 10) bij welke resultaten hij behaalt bij toetsen en beoordeling. 12 4b. De opleider T.a.v. de patiëntenzorg: De opleider is verantwoordelijk voor de patiënten waarmee hij een behandelrelatie aangaat, ook als hij deze huisartsgeneeskundige zorg tijdens het dienstdoen (onder zijn begeleiding) overdraagt aan een aios. In die zin is de opleider eindverantwoordelijk voor de door de aios geleverde patiëntenzorg. Echter, als de aios in de door hem geboden patiëntenzorg een individuele fout maakt, is de opleider in tuchtrechtelijke zin niet verantwoordelijk, mits: 1. De opleider zich ervan heeft vergewist dat de kwaliteit van de organisatie op de huisartsenpost zodanig is dat de aios in staat geacht kan worden om adequate patiëntenzorg te leveren (zoals de aanwezigheid van protocollen en werkwijzen, de aanwezigheid van voldoende ondersteunend personeel en het afstemmen van de opdrachten op de werkdruk in relatie tot de personele bezetting). 2. De opleider heeft gezorgd voor een adequate begeleiding van de aios, te weten: - de opleider moet zich er steeds van vergewissen of de zorg voor een patiënt aan de aios gedelegeerd kan worden: is de aios bekwaam op dit gebied? - de opleider moet achteraf beoordelen of de door de aios geleverde patiëntenzorg adequaat is geweest; - de opleider moet zich ervan vergewissen dat de aios in staat is om goed in te schatten wanneer hij de opleider moet consulteren; - de opleider is te allen tijde voor de aios bereikbaar en beschikbaar voor consultatie en overleg; - de opleider dient desgevraagd de situatie ter plekke te komen beoordelen. T.a.v. de opleiding: De opleider deelt de verantwoordelijkheid voor de opleiding van de aios op de post met de aios (zie 4a), het opleidingsinstituut (zie 4c), de huisartsenpost (zie 4d) en de SBOH (zie 4e). De eerste taak van de opleider is het inwerken van de aios op de huisartsenpost. Vervolgens is de opleider ervoor verantwoordelijk dat de aios begeleid wordt bij het stapsgewijs groeien naar zelfstandig werken in de diverse taakgebieden. De opleider is - samen met de aios - verantwoordelijk voor het opstellen en uitvoeren van een individueel opleidingsprogramma. Dit impliceert dat de opleider leergesprekken en nabesprekingen voert over de door de aios geselecteerde casuïstiek uit de diensten. De opleider zorgt - samen met het opleidingsinstituut - voor een systematische beoordeling van en controle op het functioneren van de aios (zie hoofdstuk 12). De opleider bewaakt de werkbelasting van de aios in die zin dat leren nog steeds mogelijk blijft. Dit geldt zowel voor overbelasting als voor onderbelasting. Ook draagt de opleider er zorg voor dat de problematiek van de zorgvraag congruent is met de fase van de opleiding waarin de aios verkeert. De opleider is te allen tijde bereikbaar en beschikbaar voor consultatie door de aios. Ook is de opleider bij eventuele vragen of problemen m.b.t. het functioneren van de aios aanspreekpunt voor andere huisartsen en hulpverleners.

13 4c. Het opleidingsinstituut T.a.v. de opleiding: Het opleidingsinstituut is verantwoordelijk voor de volgende aspecten van de opleiding van de aios op de huisartsenpost: - een voldoende aanbod van diensten, dit in samenwerking met de opleider (zie hoofdstuk 6); - organisatie van een introductiecursus, dit in samenwerking met de post (zie hoofdstuk 8); - cursorisch onderwijs (zie hoofdstuk 11); - toetsing en beoordeling van de aios; - scholing van opleiders; - aanstelling van een opleidingscoördinator, dit in overeenstemming met de huisartsenpost (zie bijlage 9). 4d. De huisartsenpost T.a.v. de patiëntenzorg: Een huisartsenpost is in het kader van de Kwaliteitswet verplicht erop toe te zien dat de op de huisartsenpost werkzame personen verantwoorde zorg leveren. Dat geldt dus ook voor de aios. Daarom dient de huisartsenpost na te gaan of: - de aios de introductiecursus heeft gevolgd; - er werkafspraken zijn waarin opleider en aios hebben vastgelegd hoe zij onderling hun verantwoordelijkheid t.a.v. de patiëntenzorg hebben geregeld (zie hoofdstuk 4a, 4b en 15); - er een kopie van een geldige bekwaamheidsverklaring aanwezig is. Als de huisartsenpost van oordeel is dat een aios of opleider niet aan de in dit rapport gestelde eisen voldoet kan de huisartsenpost besluiten om de inzet van een aios op te schorten of te staken. T.a.v. de opleiding: De huisartsenpost heeft een faciliterende taak om de aios te laten groeien tot zelfstandig functioneren (zie hoofdstuk 5). Daarnaast is de post met het opleidingsinstituut mede verantwoordelijk voor het organiseren van een introductiecursus voor aios. Ook biedt de huisartsenpost aan de opleidingscoördinator de gelegenheid om zijn taken uit te voeren. 13 4e. De opleidingscoördinator In het PVH Eindrapport Diensten wordt aanbevolen om ter borging van de kwaliteit van de huisartsopleiding een aparte functionaris verantwoordelijk te maken voor de coördinatie van de opleiding van aios op de huisartsenpost. De opleidingscoördinator fungeert als een trait d union tussen de bij de opleiding van de aios op de post betrokken partijen. In bijlage 9 zijn profiel, taken, positie en mogelijke aanstelling van een opleidingscoördinator op de huisartsenpost beschreven. De verantwoordelijkheden van de opleidingscoördinator zijn: T.a.v. de patiëntenzorg: De opleidingscoördinator heeft géén verantwoordelijkheid t.a.v. de patiëntenzorg. T.a.v. de opleiding: - het coördineren van de inhoud van de opleiding (onderwijs); - het coördineren van logistieke aspecten van de opleiding (introductiecursus, randvoorwaarden, beheer bekwaamheidsverklaringen, beheer lijst van waarnemend opleiders);

14 - het afstemmen van het beleid m.b.t. opleiding tussen huisartseninstituut en huisartsenpost; - aanspreekpunt voor opleiders, aios, huisartsenpost, opleidingsinstituut, SBOH en HVRC. 4f. De SBOH De verantwoordelijkheid van de SBOH ten aanzien van de huisartsenpost en de aios is vastgelegd in een mantelovereenkomst die de SBOH heeft gesloten met de Vereniging Huisartsenposten Nederland (VHN). Delegeren van verantwoordelijkheden Er kunnen zich situaties voordoen waarin de opleider de begeleiding van de aios m.b.t. de dienst tijdelijk moet overdragen aan een andere dienstdoende opleider, hier verder aangeduid als de waarnemend opleider. Deze overdracht dient met een schriftelijke verklaring vastgelegd te worden (zie hoofdstuk 14). Een opleider kan de verantwoordelijkheid voor de door de aios verrichte patiëntenzorg alleen delegeren aan een andere opleider als voldaan is aan de volgende voorwaarden: de aios is - naar het oordeel van de opleider - goed in staat om in te schatten wanneer hij de opleider moet consulteren; bij de overdracht is vermeld in welke mate de aios bekwaam is om zelfstandig op de huisartsenpost te functioneren; de aios stemt in met de beoogde waarnemend opleider. 14 Indien de begeleiding van de aios m.b.t. de dienst niet door een opleider kan plaatsvinden, kan in uitzonderlijke omstandigheden een niet-opleidende huisarts als waarnemend opleider optreden, mits deze voldoet aan de volgende strikte voorwaarden: minimaal 5 jaar praktijkervaring (ten minste 0,5 fte); ten minste 20 diensten verricht op de betreffende huisartsenpost; aantoonbare affiniteit met opleiden. De waarnemend opleider dient te allen tijde zelf op de post aanwezig te zijn, ook als de aios in principe in staat is om zelfstandig dienst te doen (zie hoofdstuk 15). Het delegeren van de verantwoordelijkheid voor de opleiding van de aios aan een andere huisarts kan geheel of gedeeltelijk plaatsvinden. De noodzaak om de volledige opleidingsverantwoordelijkheid aan de waarnemend opleider te delegeren is echter zelden aanwezig. Meestal is het voldoende om alleen het bieden van de mogelijkheid tot consultatie, het geven van feedback en de nabespreking van de betreffende dienst te delegeren. De overige opleidingsaspecten blijven onder de verantwoordelijkheid van de eigen opleider vallen. Zo kan de casuïstiek die de aios tijdens de dienst heeft gezien ook in een later stadium met de vaste opleider worden nabesproken. Een opleider kan zijn opleidingsverantwoordelijkheid t.a.v. het deelnemen aan diensten van een aios alleen delegeren aan de waarnemend opleider als er goede werk- en leerafspraken zijn gemaakt tussen de aios, de opleider en de waarnemend opleider. Als een opleider niet in een van de taakgebieden werkzaam is op de post, bijvoorbeeld als telefoonarts, moet dat deel van de opleiding gedelegeerd worden aan de waarnemend opleider die dat deel van de opleiding wel aan de aios kan bieden.

15 Het kan voorkomen dat een aios niet het minimaal benodigde aantal diensten behaalt. In eerste instantie dient de aios samen met de opleider en het opleidingsinstituut te zoeken naar alternatieve mogelijkheden om het ontbrekende aantal diensten alsnog te doen. Als dat niet lukt, kan overwogen worden om de aios deze diensten als een cluster te laten inhalen. Een clustering van diensten is een periode in de opleiding tot huisarts, waarbij de aios gedurende enkele weken van zijn opleiding dienst doet op de huisartsenpost. In die periode is de aios niet werkzaam in de huisartspraktijk van de opleider. De opleidingsverantwoordelijkheid en de verantwoordelijkheid t.a.v. patiëntenzorg wordt dan gedelegeerd aan een ervaren huisarts. Een clustering van diensten kan ook ingezet worden als een aios aan het einde van de opleiding (door zichzelf of door het instituut) onvoldoende bekwaam wordt geacht om zelfstandig dienst te doen. Op de huisartsenpost is een lijst aanwezig van huisartsen die gekwalificeerd zijn om als waarnemend opleider van een aios op te treden. Deze lijst wordt opgesteld en bijgehouden door de opleidingscoördinator in overleg met de leiding van de huisartsenpost. Het is een van de taken van de opleidingscoördinator (zie bijlage 9) om het delegeren van verantwoordelijkheden in goede banen te leiden. 15

16 Tabel 1: Schematisch overzicht verantwoordelijkheden Leidraad In dit overzicht wordt voor ieder onderdeel en hoofdstuk van de Leidraad aangegeven wie primair (P) en wie ondersteunend (O) verantwoordelijk is voor het uitvoeren ervan. Afhankelijk van het onderwerp kunnen meerdere actoren primair verantwoordelijk zijn. ONDERDEEL NR HOOFDSTUK AIOS HAO INST HAP 1 Taakgebieden P O O O 2 Eindtermen P O O O 16 Aandachtspunten 3 Stapsgewijs groeien P O O O 4 Verantwoordelijkheden P P P P 5 Voorzieningen O P 6 Werktijden, rusttijden en compensatie P O P EERSTE OPLEIDINGSPERIODE IN DE HUISARTSPRAKTIJK Voorwaarden vooraf Lerend werken jaar 1 7 Cursus BLS+ P 8 Introductiecursus HAP eerste jaar P P 9 Registratie diensten P O O 10 Ontwikkelingsdossier P O O 11 Cursorisch onderwijs P P 12 Beoordeling zelfstandig dienstdoen als consultarts 13 Bekwaamheidsverklaring consultarts P P O 14 Verklaring van overdracht P P 15 Zelfstandig dienstdoen als consultarts P P 16 Toetsen registratie en bekwaamheidsverklaringen TWEEDE OPLEIDINGSPERIODE IN DE HUISARTSPRAKTIJK Voorwaarden vooraf Lerend werken jaar 3 7 Opfriscursus BLS+ P 8 Introductiecursus HAP derde jaar P P 9 Registratie diensten P O O 10 Ontwikkelingsdossier P O O 11 Cursorisch onderwijs P P Beoordeling zelfstandig dienstdoen als visitearts/telefoonarts Bekwaamheidsverklaring visitearts / telefoonarts 14 Verklaring van overdracht P P Zelfstandig dienstdoen in alle taakgebieden Toetsen registratie en bekwaamheidsverklaringen P P P P P P O P P P P

17 5. Voorzieningen De huisartsenpost heeft een faciliterende taak bij de opleiding van de aios. De op de huisartsenpost aanwezige voorzieningen bepalen mede of er een goed opleidingsklimaat voor aios te realiseren is. Gewenste voorzieningen zijn: een adequate ruimte voor de aios om spreekuur te doen; een inlogcode voor de aios in het registratiesysteem van de huisartsenpost; voldoende en adequaat instrumentarium; gelegenheid (in ruimte en tijd) voor een leergesprek van aios en opleider; faciliteiten om een aios te observeren via video-opnames; een dienstrooster dat rekening houdt met de fase van zelfstandigheid van de aios (zie hoofdstuk 3); een feedbackmodule die de aios huisartsgeneeskunde vervolginformatie verstrekt over de door hem behandelde patiënten op de huisartsenpost; een beperkte bibliotheek (NHG-standaarden, formularium, toegang tot internet e.d.); indien van toepassing: slaapgelegenheid; een mededeling in de wachtkamer dat er aios op de post werkzaam zijn en dat het mogelijk is dat de patiënt geholpen wordt door een huisarts in opleiding. 6. Werktijden, rusttijden en compensatie Het minimum aantal diensten is in het PVH Eindrapport Diensten vastgesteld op 20 diensten in de eerste opleidingsperiode in de huisartspraktijk en 15 diensten in de tweede opleidingsperiode in de huisartspraktijk. Wanneer de tweede opleidingsperiode 12 maanden duurt, is het minimaal aantal vastgesteld op 20 diensten. 17 De aios wordt boventallig ingeroosterd. Het koppel aios-opleider levert minimaal de productie van één huisarts. Een goede verdeling van de diensten in de verschillende taakgebieden over de diverse blokken wordt hieronder gegeven. Eerste opleidingsperiode in de huisartspraktijk Tijdens deze opleidingsperiode is de minimale dienstbelasting 20 diensten met de volgende verdeling: twaalf consultdiensten (inclusief introductie op de huisartsenpost), waarvan minimaal 2 zelfstandig; zes visitediensten; twee telefoondiensten. Tweede opleidingsperiode in de huisartspraktijk Als deze opleidingsperiode 9 maanden duurt, is de minimale dienstbelasting 15 diensten met de volgende verdeling: twee introductiediensten; twee consultdiensten, zelfstandig; zes visitediensten, waarvan minimaal 2 zelfstandig; vijf telefoondiensten, waarvan minimaal 2 zelfstandig.

18 Als deze opleidingsperiode 12 maanden duurt, is de minimale dienstbelasting 20 diensten met een vergelijkbare verdeling van de diverse soorten diensten. Deze verdeling van diensten is gemaakt vanuit onderwijskundig perspectief met het oog op het stapsgewijs groeien naar zelfstandigheid en het bereiken van de eindtermen in de drie taakgebieden (zie hoofdstuk 2 en 3). De genoemde getallen zijn dan ook indicatief. Bij uitvoering van de hier voorgestelde verdeling van diensten moet rekening gehouden worden met de mogelijkheden en beperkingen van de huisartsenpost en de opleider. De verdeling van het aantal diensten over avond-, nacht- en weekenddienst wordt overgelaten aan de opleider, huisartsenpost en aios. Dit omdat het leereffect sterk afhankelijk is van de locale situatie (drukte, beschikbare spreekkamers, aantal aios etc). Het is mogelijk dat aios in een van de opleidingsperioden in de huisartspraktijk werkzaam is bij een huisarts die geen dienst doet op een huisartsenpost, maar in een waarneemgroep. Aios worden minstens één opleidingsperiode in de huisartspraktijk ingedeeld bij een huisarts die dienst doet op een huisartsenpost. Het hierboven aangeven aantal diensten is het minimum dat nodig is om verantwoord dienst te leren doen. Afhankelijk van de vorderingen van de aios kan het aantal diensten hoger liggen, echter niet lager. Gebaseerd op de CAO mag de aios niet meer dan 8 diensten per 3 maanden doen. 18 Het kan voorkomen dat de aios door omstandigheden niet het minimaal aantal diensten per opleidingsperiode in de huisartspraktijk haalt: zwangerschap, ziekte, onvoldoende diensten aangeboden door opleider, enz. In dat geval zoekt de opleiding in samenspraak met de aios en opleiders naar een oplossing of wordt gebruik gemaakt van de mogelijkheid om deze diensten geclusterd in te halen (zie hoofdstuk 4: delegeren van verantwoordelijkheden). In geval van een clustering van diensten schrijft de CAO voor dat de aios maximaal 15 geclusterde diensten in 3 maanden mag doen. Het doen van nachtdiensten is niet verplicht. In jaar 1 wordt het doen van nachtdiensten vanwege de ongunstige verhouding tussen belasting en leermogelijkheden afgeraden. Of de aios in jaar 3 wel of geen nachtdiensten verricht is afhankelijk van het oordeel van de opleider en de wens van de aios. Een nachtdienst mag niet voorafgaan aan de dag voor cursorisch onderwijs. De grenzen van de werktijden zijn vastgelegd in het arbeidstijdenbesluit: de maximale werktijd per 24 uur bedraagt 10 uur; de maximale werktijd per nachtdienst bedraagt 9 uur; per 13 weken mag de gemiddelde werktijd per week niet meer dan 48 uur bedragen; de basisregels t.a.v. de minimale rusttijden bij werkdienst zijn als volgt: a. dagelijkse rust: - de minimale aaneengesloten rusttijd per 24 uur bedraagt 11 uur; - eenmaal per 7 x 24 uur mag deze ingekort worden tot 8 uur; b. de wekelijkse rust: - de minimale aaneengesloten rusttijd per 7 x 24 uur bedraagt 36 uur; - eenmaal per 5 weken mag deze ingekort worden naar 32 uur; c. de minimale pauze: - bij 8 uur arbeid is de pauze minimaal ½ uur of 2 x ¼ uur; - bij 10 uur arbeid is de pauze minimaal ½ uur of 2 x ¼ uur;

19 d. de minimale rusttijd na een nachtdienst: - 14 uur, eenmaal per 7 x 24 uur in te korten tot 8 uur. De diensturen worden gecompenseerd met de werkuren in de praktijk. Voor diensten op een huisartsenpost geldt dat, indien de arbeidsduur binnen een tijdsbestek van zeven opeenvolgende dagen meer is dan 38 uur (bij een voltijdse aanstelling), er sprake is van overuren. Deze overuren worden in tijd gecompenseerd gedurende de lopende stage bij de opleider en wel binnen maximaal 28 dagen na de bovengenoemde periode van 7 dagen, tenzij de aios ermee instemt de compensatie op een ander tijdstip te laten plaatsvinden. 7. Cursus BLS+ Doel van deze training is om de aios te leren om een patiënt met ernstige stoornissen in de vitale functies systematisch te benaderen. Daarbij wordt aandacht besteed aan beslismomenten om deze benadering zo effectief mogelijk te laten verlopen. Er wordt aangesloten op de bestaande protocollen en werkwijzen van spoedeisende hulpverlenende diensten. Na de cursus is de aios in staat zijn rol in de zorgverlening aan slachtoffers in de preklinische fase te vervullen. Aanbevolen wordt om een eerste cursus te plannen in jaar 1. Daarbij dienen de vaardigheden getoetst te worden. Bij voldoende resultaat ontvangt de aios een bekwaamheidsverklaring. In jaar 2 en 3 worden herhalingslessen gepland. Elk opleidingsinstituut heeft een eigen cursus BLS+. Hierbij dienen de volgende onderdelen aan bod te komen: aanleren van competenties en vaardigheden volgens A-B-C-D-E benadering (ATLS-principe); integreren van deze kennis en vaardigheden in de ketenzorg; informeren over positie en rol van de huisarts in de preklinische acute zorg en bij grootschalige ongevallen en rampen (GHOR). 19 Op dit moment stellen de diverse opleidingsinstituten en huisartsenposten verschillende eisen ten aanzien van de vereiste vaardigheden en het certificaat BLS en AED. Het is aan de betrokken partijen om locale afspraken te maken en in de overeenkomst tussen opleidingsinstituut en huisartsenpost vast te leggen. Het NHG heeft in samenwerking met het Opleidingsinstituut Spoedeisende Geneeskunde van de VVAA (OSG) een samenhangend pakket aan cursussen in spoedeisende geneeskunde ontwikkeld. Het is ook mogelijk om als organisatie (opleidingsinstituut of huisartsenpost) deze cursussen te verzorgen (meer informatie op de website van het NHG). 8. Introductiecursus huisartsenpost Een goede introductie van de aios die gaat deelnemen aan de diensten op de huisartsenpost is een voorwaarde voor een goed leerproces. Hierbij dient aandacht besteed te worden aan de volgende aspecten: organisatie (openingstijden, werkindeling, roostering, reglement); infrastructuur (spreekkamers, communicatiesysteem, auto s); kennismaken met het op de post gebruikte instrumentarium (koffers, reanimatieapparatuur); karakter en omvang waarneemgebied; wijze van samenwerking met andere werkers in de gezondheidszorg; veiligheidsmaatregelen; taken en bevoegdheden van het ondersteunend personeel;

20 kennismaking met het registratiesysteem voor het raadplegen en registreren van medische gegevens; invoering van de aios als medewerker binnen het registratiesysteem (inlogcode). medisch beleid (triage, protocollen); kwaliteitsbeleid (delegeren, autoriseren, klachtenregeling, nascholing); afspraken over de wijze waarop de door de aios verrichte werkzaamheden geautoriseerd worden; afspraken over de wijze waarop taken van de opleider gedelegeerd kunnen worden aan andere huisartsen. Aios zijn verplicht om een introductiecursus te volgen voordat ze op de betreffende huisartsenpost werkzaam mogen zijn. De introductiecursus vindt plaats tijdens praktijkuren van de aios. In gezamenlijk overleg stellen opleidingsinstituut en huisartsenposten programma en data van de introductiecursus samen op basis van de hierboven genoemde punten. De huisartsenpost is verantwoordelijk voor de uitvoering van de introductiecursus. 9. Registratie diensten 20 De aios is verplicht een registratie bij te houden van de door hem uitgevoerde leeractiviteiten voor zover vermeld in hoofdstuk 10. Deze gegevens neemt hij op in zijn ontwikkelingsdossier. Om te kunnen beoordelen of de aios aan zijn dienstverplichting heeft voldaan zijn formulieren voor de registratie van diensten ontwikkeld (zie bijlagen 1 en 2). Naast de datum, duur en plaats van de dienst kan de aios op dit formulier ook de volgende gegevens registreren: het taakgebied waarin de aios actief was (consultarts, visitearts of telefoonarts); het soort dienst (avonddienst, nachtdienst of weekenddienst); de fase van zelfstandigheid (weinig zelfstandig, bijna zelfstandig, geheel zelfstandig) en de rol van de opleider (modelling, coaching of fading); of en zo ja met wie er een leergesprek heeft plaatsgevonden; eventuele bijzonderheden. De opleider tekent het registratieformulier van de aios met een paraaf per gevolgde dienst af. De opleidingsinstituten dienen aan de aios en opleider duidelijke richtlijnen te geven over het tijdstip waarop de ingevulde registratieformulieren aangeleverd moeten zijn. 10. Ontwikkelingsdossier In het ontwikkelingsdossier verzamelt de aios documenten waaruit zijn vorderingen in de groei naar zelfstandigheid blijken, zoals: relevante werkervaring (m.b.t. de gelopen leerwerkperiodes in de huisartspraktijk en leerwerkperiodes spoedeisende zorg (in de huisartspraktijk en elders); gevolgde scholing en cursussen, zoals een cursus Basic Life Support (BLS) en Automatische Externe Defibrillator (AED) en de resultaten daarvan; resultaten van relevante beoordelingen: resultaten van de Landelijke Huisartsgeneeskundige

21 Kennistoetsen, de in het opleidingsinstituut gebruikelijke beoordeling van (consult)vaardigheden, het resultaat van de selectieve beoordelingen enz.; de voor de drie taakgebieden opgestelde leerwerkafspraken met leerdoelen op basis van de eindtermen dienstdoen; een registratie van alle door de aios verrichte diensten, daarbij aangegeven in welke fase van zelfstandigheid de aios zich bevond en in welk taakgebied de aios actief was (zie hoofdstuk 9); de resultaten van de Beoordeling Zelfstandig Dienstdoen in de diverse taakgebieden (zie hoofdstuk 12); de verworven Verklaringen van Bekwaamheid (zie hoofdstuk 13). Verder bevat het ontwikkelingsdossier een aantal leeractiviteiten, waarvan gebruik gemaakt kan worden om de groei naar zelfstandigheid van de aios te stimuleren, te weten: 1. Het bepalen van leerdoelen van de aios. Hierbij hoort het regelmatig evalueren en bijstellen van de leerdoelen. Dit gebeurt aan de hand van de eindtermen. 2. Het aan de hand van de leerdoelen plannen van het individuele opleidingsprogramma en het bijstellen hiervan indien het niet gehaald wordt of juist eerder behaald wordt dan gepland. Tevens het tussentijds evalueren van het traject. 3. Leergesprekken zoals het nabespreken van patiëntencontacten en bespreking van onderwerpen die specifiek zijn voor de huisartsenpost, waaronder het werken binnen de hiërarchie van de huisartsenpost, het contact met de ziekenhuiszorg en de ervaren werkdruk op de huisartsenpost. Ook aspecten van attitude en reflectie op eigen handelen komen hierbij aan bod. 4. Zelfstudie, bijvoorbeeld naar aanleiding van patiëntcontacten. 5. Planning van de werkzaamheden in de diverse taakgebieden op de huisartsenpost. Een goede opbouw in zwaarte van de contacten en taken is belangrijk. 21 De vorderingen worden verwerkt bij het invullen van de Competentie Beoordeling Lijst (ComBel) 7. Het ontwikkelingsdossier is eigendom van de aios. Het kan uitsluitend met zijn toestemming worden ingezien door zijn opleider en de begeleiders op het opleidingsinstituut. 11. Cursorisch onderwijs Het cursorisch onderwijs sluit aan op de fase van de opleiding waarin de aios zich bevindt. Het leerproces van de aios wordt op vaste tijden met opleider en groepsbegeleiders geëvalueerd. Het opleidingsinstituut ondersteunt tijdens de opleidingsperiode in de huisartspraktijk het lerend werken binnen de huisartsenpost. Belangrijk daarbij zijn de praktijkopdrachten, de zelfstudie, het mede verzorgen van de introductiecursus op de huisartsenpost en het onderwijs op het instituut. Hieronder wordt een aantal aandachtspunten voor het cursorisch onderwijs in beide opleidingsperioden in de huisartspraktijk beschreven. Eerste opleidingsperiode in de huisartspraktijk Cursus Basic Life Support. Opfriscursus Vaardigheden (hechten, neustampon, catheteriseren, infuus inbrengen e.d.). Notabene: de organisatie van deze cursussen kan door de huisartsenpost of door het opleidingsinstituut worden verzorgd. Eventueel kunnen huisartsen die verbonden zijn aan de huisartsenpost ook deelnemen aan deze cursus. 7 Zie PVH Protocol Toetsing en beoordeling.

22 Forensische geneeskunde. Het zonder informatie van voorgeschiedenis en medicatiegebruik maken van beleid en het onderkennen van de valkuilen hierbij. De wet BIG en WGBO; het gedeelte van de wet betreffende delegeren van taken, de bevoegdheden en taken van het ondersteunend personeel. De rol van professionele ervaring (experience) en wetenschappelijke kennis (evidence) bij besluitvorming tijdens het dienstdoen. Tijdmanagement bij het werken in een dienstenstructuur en het onder druk kunnen werken. Tweede opleidingsperiode in de huisartspraktijk Herhalingsles Basic Life Support. Delegeren van taken naar en het superviseren van assistentes en huisartsen. Het interpreteren van een telefonische hulpvraag en het onderkennen van de hierbij aanwezige valkuilen. Het omgaan met de invloed van het dienstdoen op het privé-leven. Specifieke situaties in de communicatie tussen huisarts en patiënt tijdens het dienstdoen, zoals: - het onderkennen van vormen van wederzijdse beïnvloeding tussen patiënt en huisarts die specifiek zijn voor het werken tijdens diensten; - het uitvoeren van een efficiënte consultvoering bij patiënten met gecompliceerde psychosociale problematiek waarbij voorinformatie ontbreekt; - het omgaan met situaties waarin patiënten hun verzoek om hulp op agressieve wijze presenteren; - het op professionele wijze hanteren van een conflict met een patiënt Beoordeling zelfstandig dienstdoen In de groei naar zelfstandigheid van de aios komt er een moment waarop de opleider moet bepalen of een aios voldoende bekwaam is om zelfstandig dienst te doen als consultarts, visitearts of telefoonarts op de huisartsenpost. Dit is een formele stap die niet alleen van belang is voor opleider en aios, maar ook voor de huisartsenpost (zie hoofdstuk 4). Om die reden is het noodzakelijk dat de opleider zijn oordeel over de mate van zelfstandigheid vastlegt in een bekwaamheidsverklaring voor elk van de drie taakgebieden (zie hoofdstuk 13). Een hulpmiddel voor de beoordeling van de zelfstandigheid is de checklist zelfstandig dienstdoen (zie bijlage 2). 13. Bekwaamheidsverklaring De bekwaamheidsverklaring zelfstandig dienstdoen is een schriftelijke verklaring die wordt opgesteld op basis van een positieve beoordeling van zelfstandigheid van de aios (zie hoofdstuk 12). Uit deze verklaring blijkt dat een aios in staat geacht kan worden om zelfstandig als consultarts, visitearts of telefoonarts dienst te doen op de huisartsenpost (zie hoofdstuk 15). Er dient een bekwaamheidsverklaring afgegeven te worden voor elk van de drie taakgebieden. De bekwaamheidsverklaringen (zie bijlage 3) dienen ondertekend te worden door zowel opleider als aios en daarna opgenomen in het ontwikkelingsdossier en in het beoordelingsdossier van de aios.

23 Een kopie van de bekwaamheidsverklaring gaat naar de directeur of de opleidingscoördinator zodat de huisartsenpost op de hoogte is dat de betreffende aios zelfstandig dienst mag doen in het betreffende taakgebied. 14. Verklaring van overdracht Als de opleider de begeleiding van de aios tijdelijk overdraagt aan een waarnemend opleider, dient dit formeel te worden vastgelegd in een verklaring van overdracht (zie bijlage 4). Hierbij moet rekening gehouden met een juiste overdracht van twee soorten verantwoordelijkheden: de verantwoordelijkheid voor de door de aios geleverde patiëntenzorg en de verantwoordelijkheid voor de opleiding (zie hoofdstuk 4). Dit moet worden aangegeven bij de overdracht van de begeleiding. Bij het opstellen van de verklaring van overdracht dient aangegeven te worden in welke fase van zelfstandigheid de aios verkeert voor de drie taakgebieden. Bij de verklaring van overdracht is een aanhangsel opgenomen waarin staat vermeld aan welke voorwaarden moet worden voldaan om de verantwoordelijkheid aan de waarnemend opleider te kunnen overdragen. In geval de waarnemend opleider en aios al met elkaar bekend zijn omdat ze werkzaam zijn binnen de zelfde huisartspraktijk is het niet noodzakelijk om de overdracht van begeleiding schriftelijk vast te leggen. 15. Zelfstandig dienstdoen als consultarts/visitearts/telefoonarts De Leidraad is zodanig vormgegeven dat er naar gestreefd dient te worden dat de aios gedurende de laatste drie maanden van zijn opleiding in staat is om in alle drie de taakgebieden volledig zelfstandig dienst te doen op de huisartsenpost. Omdat er dan nog sprake is van een leersituatie blijft de opleider echter te allen tijde voor de aios bereikbaar en beschikbaar. Met deze opzet wordt getracht de aios voor te bereiden op de situatie waarin hij als pas afgestudeerde huisarts verantwoord zelfstandig dienst kan doen op de post. 23 De groei naar zelfstandigheid begint al in het eerste jaar: in principe starten opleider en aios samen totdat de opleider de indruk heeft dat de aios zelfstandig kan werken als consultarts (zie hoofdstuk 3). Vóórdat de aios officieel zelfstandig mag werken als consultarts dient hij door de opleider op zijn zelfstandigheid beoordeeld te zijn (zie hoofdstuk 12). Als gebleken is dat de aios voldoende bekwaam is om zelfstandig als consultarts te werken ontvangt hij een bekwaamheidsverklaring (zie hoofdstuk 13). Aanbevolen wordt om ernaar te streven dat de aios aan het einde van de 9e maand van jaar 1 de bekwaamheidsverklaring consultarts heeft verworven. Dit betekent dat de aios vanaf dat moment zelfstandig consulten kan doen op de post, waarbij de opleider op afstand bereikbaar en beschikbaar is. Om ervoor te zorgen dat de aios aan het eind van de opleiding ook in staat is om zelfstandig visite te rijden dient er naar gestreefd te worden dat de aios ook als visitearts steeds meer zelfstandig werkt. De opleider kan op een gegeven moment besluiten om in de auto te blijven wachten en alleen op verzoek van de aios naar binnen te gaan. Aanbevolen wordt om rond drie maanden na de start van jaar 3 de aios te beoordelen op zijn vaardigheid om zelfstandig te functioneren als visitearts. Als gebleken is dat de aios voldoende bekwaam is om zelfstandig als visitearts te werken ontvangt hij de bekwaamheidsverklaring visitearts en mag de aios alleen op pad. Ook hier is de opleider op afstand bereikbaar en beschikbaar.

Dienstdoen op de post

Dienstdoen op de post Dienstdoen op de post Consultarts Kennis De aios is in staat het volgende te benoemen: Het verschil in morbiditeitpatroon bij huisartsgeneeskundige zorg binnen kantoortijden en tijdens het dienstdoen.

Nadere informatie

AIOS OP DE HUISARTSENPOST

AIOS OP DE HUISARTSENPOST AIOS OP DE HUISARTSENPOST LEIDRAAD VOOR HET LEREN DIENSTDOEN herziene versie, oktober 2011 E.T.I.M. Guldemond-Hecker huisarts AIOS OP DE HUISARTSENPOST LEIDRAAD VOOR HET LEREN DIENSTDOEN E.T.I.M. Guldemond-Hecker

Nadere informatie

Pilot. Zelfstandige Periode op de Huisartsenpost. Pilot Zelfstandige Periode op de Huisartsenpost. Projectbureau Aios op de Huisartsenpost.

Pilot. Zelfstandige Periode op de Huisartsenpost. Pilot Zelfstandige Periode op de Huisartsenpost. Projectbureau Aios op de Huisartsenpost. Pilot Zelfstandige Periode op de Huisartsenpost Projectbureau Aios op de Huisartsenpost Mei 2010 Yvonne Guldemond-Hecker Mei 2010 Pagina 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 Probleemstelling 4 Vraagstelling 4 Doelstelling

Nadere informatie

AIOS OP DE HUISARTSENPOST

AIOS OP DE HUISARTSENPOST AIOS OP DE HUISARTSENPOST LEIDRAAD VOOR HET LEREN DIENSTDOEN Herziene versie, augustus 2016 1 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Inleiding 3 Schematisch overzicht Leidraad Diensten 4 1. Rollen op de huisartsenpost

Nadere informatie

DE OPLEIDINGSCOÖRDINATOR OP DE HUISARTSENPOST

DE OPLEIDINGSCOÖRDINATOR OP DE HUISARTSENPOST Initiatief van Huisartsopleiding Nederland en SBOH Handreiking DE OPLEIDINGSCOÖRDINATOR OP DE HUISARTSENPOST Deze handreiking is tot stand gekomen in samenwerking met het opleidingsinstituut AMC-UvA en

Nadere informatie

Huisartsenpost. AIOS op de EVALUATIE PROJECT

Huisartsenpost. AIOS op de EVALUATIE PROJECT AIOS op de EVALUATIE PROJECT Huisartsenpost Utrecht, 31 december 2011 Yvonne Guldemond-Hecker, hoofd Projectbureau (Huisartsopleiding Nederland) Annette van der Laan, projectcoördinator (SBOH) Inhoud Lijst

Nadere informatie

Handreiking LEREN EN WERKEN OP DE HUISARTSENPOST

Handreiking LEREN EN WERKEN OP DE HUISARTSENPOST Initiatief van Huisartsopleiding Nederland en SBOH Handreiking LEREN EN WERKEN OP DE HUISARTSENPOST Deze handreiking is tot stand gekomen in samenwerking met het opleidingsinstituut UMCG en akkoord bevonden

Nadere informatie

Lokaal toetsplan Huisartsopleiding UMCG Bijlage A bij het Instituutsreglement

Lokaal toetsplan Huisartsopleiding UMCG Bijlage A bij het Instituutsreglement Bijlage A bij het Instituutsreglement Pagina 3 van 7 Inhoudsopgave Inleiding... 4 Selectieve beoordeling/voortgangsbeslissing... 4 Beoordelingscommissie... 5 Instrumenten van toetsing en beoordeling...

Nadere informatie

Door aios op de huisartsenpost

Door aios op de huisartsenpost Initiatief van Huisartsopleiding Nederland en SBOH Richtlijn Video opnames Door aios op de huisartsenpost Yvonne Guldemond Hecker Projectbureau Aios op de Huisartsenpost Augustus 2010 www.aiosopdehap.nl

Nadere informatie

HET LEERWERKPLAN. Bijlage C. Het leerwerkplan. Pagina 1 van 8 Versiedatum: 01 juli 2013

HET LEERWERKPLAN. Bijlage C. Het leerwerkplan. Pagina 1 van 8 Versiedatum: 01 juli 2013 Pagina 1 van 8 Bijlage C Het leerwerkplan Pagina 2 van 8 Inleiding In het kaderbesluit CHVG (1 januari 2013) wordt het begrip leerwerkplan omschreven en de plaats van dit plan binnen het opleidingsplan

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling Huisartsopleiding tweede opleidingsjaar. versie juni 2015

Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling Huisartsopleiding tweede opleidingsjaar. versie juni 2015 Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling Huisartsopleiding tweede opleidingsjaar versie juni 2015 Inleiding Deze Regeling is een uitvoeringsregeling op basis van het Landelijke Protocol Toetsing en

Nadere informatie

LEOh. Landelijke Evaluatie Opleider huisartsgeneeskunde. Naam huisartsopleider. Plaats praktijk. Opleidingsjaar. jaar 1. jaar 3. Moment van invullen

LEOh. Landelijke Evaluatie Opleider huisartsgeneeskunde. Naam huisartsopleider. Plaats praktijk. Opleidingsjaar. jaar 1. jaar 3. Moment van invullen LEOh Landelijke Evaluatie Opleider huisartsgeneeskunde VERSIE AIOS IN TE VULLEN DOOR DE AIOS Naam aios IN TE VULLEN DOOR DE OPLEIDER Datum gezien Groepsnummer aios BIG-nummer Naam huisartsopleider Paraaf

Nadere informatie

LOKAAL TOETSPLAN HUISARTSOPLEIDING UMCG

LOKAAL TOETSPLAN HUISARTSOPLEIDING UMCG Pagina 1 van 7 Lokaal toetsplan Huisartsopleiding UMCG Bijlage A bij het Instituutsreglement Pagina 2 van 7 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Selectieve beoordeling/voortgangsbeslissing... 3 Beoordelingscommissie...

Nadere informatie

Naar een Landelijk Opleidingsplan Huisartsgeneeskunde

Naar een Landelijk Opleidingsplan Huisartsgeneeskunde Naar een Landelijk Opleidingsplan Huisartsgeneeskunde Thema Spoedeisende Zorg Colofon Expertgroep Spoedeisende Zorg Frank Baarveld (vz), huisarts, coördinator Startclass, Huisartsopleiding Nederland Gijs

Nadere informatie

Toets Consultvoering in jaar 1 IB Aangepast

Toets Consultvoering in jaar 1 IB Aangepast Toets Consultvoering in jaar 1 IB Aangepast 30082018 1 Inleiding Toetsing van de (deel-) competenties in het taakgebied Communicatie is onderdeel van het landelijk vastgestelde protocol Toetsing en beoordeling

Nadere informatie

Leerwerkplan formats

Leerwerkplan formats Leerwerkplan formats Organisatie: Afdeling: Adres: Titel: Onderdeel: Auteur(s): Houder: Beheerder: Bestandsnaam en pad: Leids Universitair Medisch Centrum PHEG - Huisartsopleiding Postbus 9600 2300 RC

Nadere informatie

Functiebeschrijving Hoofd Opleidingsinstituut Huisartsgeneeskunde LUMC

Functiebeschrijving Hoofd Opleidingsinstituut Huisartsgeneeskunde LUMC Functiebeschrijving Hoofd Opleidingsinstituut Huisartsgeneeskunde LUMC Functiebeschrijving hoofd opleidingsinstituut huisartsgeneeskunde LUMC, pagina 1 Hoofd Opleidingsinstituut Huisartsgeneeskunde Leids

Nadere informatie

Opleiding op de post. December 2013. Annette van der Laan, senior beleidsmedewerker (SBOH) Yvonne Guldemond Hecker, huisarts

Opleiding op de post. December 2013. Annette van der Laan, senior beleidsmedewerker (SBOH) Yvonne Guldemond Hecker, huisarts Opleiding op de post December 2013 Annette van der Laan, senior beleidsmedewerker (SBOH) Yvonne Guldemond Hecker, huisarts Inhoud: Inleiding 3 Resultaten 5 - Verankering Leidraad Diensten 5 - Realisering

Nadere informatie

LEOh. Landelijke Evaluatie Opleider huisartsgeneeskunde. Naam aios. Groepsnummer aios. Naam huisartsopleider. BIG-nummer Plaats praktijk

LEOh. Landelijke Evaluatie Opleider huisartsgeneeskunde. Naam aios. Groepsnummer aios. Naam huisartsopleider. BIG-nummer Plaats praktijk LEOh Landelijke Evaluatie Opleider huisartsgeneeskunde VERSIE OPLEIDER: ZELFEVALUATIE Naam aios Groepsnummer aios Naam huisartsopleider BIG-nummer Plaats praktijk Opleidingsjaar aios Moment van invullen

Nadere informatie

5. Protocol Toetsing en Beoordeling

5. Protocol Toetsing en Beoordeling 5. Protocol Toetsing en Beoordeling Dit protocol Toetsing en Beoordeling maakt deel uit van het Landelijk Opleidingsplan met ingangsdatum 1 januari 2017. Uitgangspunten Dit Protocol Toetsing en Beoordeling

Nadere informatie

Bijlage A. Lokaal Toetsplan Huisartsopleiding UMCG

Bijlage A. Lokaal Toetsplan Huisartsopleiding UMCG Bijlage A Lokaal Toetsplan Pagina 2 van 8 Lokaal Toetsplan Inhoudsopgave Inleiding... 3 Beoordelingscommissie... 3 Selectieve beoordeling/voortgangsbeslissing... 4 Toelichting en regelgeving toetsing en

Nadere informatie

Huisartsopleiding. Kennismakingsbrochure. Huisarts: specialist in veelzijdigheid! a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a

Huisartsopleiding. Kennismakingsbrochure. Huisarts: specialist in veelzijdigheid! a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a Huisarts: specialist in veelzijdigheid! Kennismakingsbrochure Huisartsopleiding a a a a a a a a a a 1 Huisarts: specialist in veelzijdigheid! Je maakt hele

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling in de Huisartsopleiding Rotterdam

Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling in de Huisartsopleiding Rotterdam Huisarts: specialist in veelzijdigheid! Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling in de Huisartsopleiding Rotterdam Algemeen Deel versie maart 2015 2015, Erasmus MC, Afdeling Huisartsgeneeskunde 1/8

Nadere informatie

Agenda 3e voortgangsgesprek van aios en opleider (ca. maand 9)

Agenda 3e voortgangsgesprek van aios en opleider (ca. maand 9) Agenda 3e voortgangsgesprek van aios en opleider (ca. maand 9) Doel gesprek: evalueren na negen maanden en een advies over de geschiktheid van de aios formuleren. Plannen en afspraken maken voor de laatste

Nadere informatie

Huisarts: specialist in veelzijdigheid!

Huisarts: specialist in veelzijdigheid! Opleidingsplan Huisartsopleiding Erasmus MC Rotterdam Huisarts: specialist in veelzijdigheid! Versie: Definitief Datum: Maart 2013 Opdrachtgever: Herman Bueving, hoofd huisartsopleiding Beheerder: Thérèse

Nadere informatie

Bijlage 2: Richtlijn inzet HDS-gelden

Bijlage 2: Richtlijn inzet HDS-gelden Bijlage 2: Richtlijn inzet HDS-gelden d.d. 12 december 2018 Inleiding Het thema Spoedeisende zorg van de huisartsopleiding heeft tot doel de aios de voor spoedzorg vereiste competenties aan te leren. Een

Nadere informatie

Richtlijn video-opnames door aios in de huisartspraktijk*

Richtlijn video-opnames door aios in de huisartspraktijk* C:\Users\mlmschuivens\AppData\Local\Microsoft\Windows\Temporary Internet Files\Content.IE5\9V10HOYY\Richtlijn Video opnames 060715GG logo.doc Versie 060715 Richtlijn video-opnames door aios in de huisartspraktijk*

Nadere informatie

PROJECT VERNIEUWING HUISARTSOPLEIDING

PROJECT VERNIEUWING HUISARTSOPLEIDING PROTOCOL TOETSING EN BEOORDELING IN DE HUISARTSOPLEIDING PROJECT VERNIEUWING HUISARTSOPLEIDING DATUM 24 JUNI 2005 VERSIE DEFINITIEF Colofon Samenstelling van de projectgroep Drs. H. Düsman (methodoloog)

Nadere informatie

Huisartsopleiding Leiden

Huisartsopleiding Leiden Zelfstandige periode in de opleidingspraktijk Huisartsopleiding Leiden Public Health en Eerstelijnsgeneeskunde G. GRIJPINK MAART 2016 Documentbeheer Organisatie: Afdeling: Adres: Titel: Onderdeel: Leids

Nadere informatie

Instituutsreglement. Huisartsopleiding VUmc. Maart 2012

Instituutsreglement. Huisartsopleiding VUmc. Maart 2012 Instituutsreglement Huisartsopleiding VUmc Maart 2012 Adres: Huisartsopleiding VUmc OZW, de Boelelaan 1109 1081 HV Amsterdam Tel. 020-4448235 INHOUD Voorwoord... 3 Inleiding... 4 HOOFDSTUK A Artikelen

Nadere informatie

Het opleidingsplan van de Huisartsopleiding Leiden

Het opleidingsplan van de Huisartsopleiding Leiden Het opleidingsplan van de Huisartsopleiding Organisatie: Afdeling: Adres: Titel: Onderdeel: Auteur(s): Houder: Beheerder: Bestandsnaam en pad: Leids Universitair Medisch Centrum PHEG - Huisartsopleiding

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling Huisartsopleiding

Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling Huisartsopleiding Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling Huisartsopleiding Eerste opleidingsjaar Maartgroepen 2016 versie maart 2016 Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling De uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling

Nadere informatie

Stageleerwerkplan (SLWP), versie 11 januari 2017

Stageleerwerkplan (SLWP), versie 11 januari 2017 Stageleerwerkplan (SLWP), versie 11 januari 2017 Inleiding In het Kaderbesluit van de CHVG (paragraaf I-D en II-D) staat dat de stageinrichting dient te beschikken over een stageleerwerkplan. Dit is een

Nadere informatie

INSTITUUTSREGLEMENT OPLEIDING TOT HUISARTS LUMC

INSTITUUTSREGLEMENT OPLEIDING TOT HUISARTS LUMC INSTITUUTSREGLEMENT OPLEIDING TOT HUISARTS LUMC De opleidings- en erkenningseisen voor de specialismen huisartsgeneeskunde, specialisme ouderengeneeskunde en geneeskunde voor verstandelijk gehandicapten

Nadere informatie

Het individuele opleidingsplan (IOP)

Het individuele opleidingsplan (IOP) Het individuele opleidingsplan (IOP) Achtergrond Het Individueel Opleidings Plan (IOP) is een hulpmiddel om het leerproces van de aios te structureren en te vergemakkelijken. In een IOP wordt een beperkt

Nadere informatie

Lokaal Toetsplan Huisartsopleiding UMCG Bijlage A bij het Instituutsreglement

Lokaal Toetsplan Huisartsopleiding UMCG Bijlage A bij het Instituutsreglement Pagina 1 van 7 Lokaal Toetsplan Huisartsopleiding UMCG Bijlage A bij het Instituutsreglement *Geldig voor alle aios die op of na de ingangsdatum van dit toetsplan gestart zijn met de opleiding of van een

Nadere informatie

Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm

Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm Stafdirectoraat Personeelszaken/ARBO Datum: november 2010 1 Handleiding roosteren van arbeidstijden van artsassistenten azm De regels over hoe lang een werknemer

Nadere informatie

Huisartsopleiding Leiden

Huisartsopleiding Leiden Zelfstandige periode in de opleidingspraktijk Huisartsopleiding Leiden Public Health en Eerstelijnsgeneeskunde G.J. GRIJPINK OKTOBER 2017 2 Documentbeheer Versie Datum Auteur(s) Wijziging 1.0 Aug 2009

Nadere informatie

Het opleidingsplan van de Huisartsopleiding Leiden

Het opleidingsplan van de Huisartsopleiding Leiden Het opleidingsplan van de Huisartsopleiding Leiden Huisartsopleiding Leiden Public Health en Eerstelijnsgeneeskunde PROF. DR. A.W.M. KRAMER MAART 2016 DOCUMENTBEHEER CONCEPT Organisatie: Afdeling: Adres:

Nadere informatie

De kwaliteitsvoorwaarden zijn gebaseerd op de volgende bronnen:

De kwaliteitsvoorwaarden zijn gebaseerd op de volgende bronnen: De kwaliteitsvoorwaarden zijn gebaseerd op de volgende bronnen: Kaderbesluit CHVG (2016) Besluit Ouderengeneeskunde (2016) Landelijk Opleidingsplan voor de opleiding tot specialist ouderengeneeskunde (ingangsdatum

Nadere informatie

Landelijk opleidingsplan Interne geneeskunde 2019

Landelijk opleidingsplan Interne geneeskunde 2019 Consultenstage Deel 2: Nederlandse Internisten Vereniging Inhoud Consultenstage 3 Aanleiding 3 Begripsbepaling van de consultenstage 3 Leermiddelen 4 Eisen te stellen aan supervisie 4 Eisen te stellen

Nadere informatie

Profiel huisartsopleider en opleidingspraktijk Kerngegevens van huisartsopleider(s) en van de praktijk

Profiel huisartsopleider en opleidingspraktijk Kerngegevens van huisartsopleider(s) en van de praktijk Profiel huisartsopleider en opleidingspraktijk Kerngegevens van huisartsopleider(s) en van de praktijk Laatste revisie: Datum: Naam: 1. PERSOONSGEGEVENS opleider Naam: Voorletter(s): Tussenvgsl: Voornaam:

Nadere informatie

Huisartsenzorg Veen, Genderen en Wijk en Aalburg

Huisartsenzorg Veen, Genderen en Wijk en Aalburg Huisartsenzorg Veen, Genderen en Wijk en Aalburg Ontstaan huisartsenpost Oprichting 2002 Posten in s-hertogenbosch, Zaltbommel, Oss en Uden Lagere dienstbelasting voor huisartsen Van circa 700 naar 225

Nadere informatie

Slotbeschouwing en conclusie

Slotbeschouwing en conclusie Samenvatting De huisartsenzorg is volop gewikkeld in een transitieproces. De oude huisarts in een solopraktijk is aan het verdwijnen. Overal zien we groepspraktijken ontstaan, vaak in de vorm van een HOED-structuur:

Nadere informatie

Vervolgopleiding tot Huisarts Nijmegen 2012

Vervolgopleiding tot Huisarts Nijmegen 2012 OPLEIDINGSPLAN Vervolgopleiding tot Huisarts Nijmegen 0 Inhoudsopgave. Inleiding.... Begrippenlijst.... Onderwijskundige uitgangspunten.... Onderwijskundige visie.... Opleider, stageopleider en praktijk....

Nadere informatie

HANDBOEK CONSULTOPNAMES

HANDBOEK CONSULTOPNAMES HANDBOEK CONSULTOPNAMES september 2015 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Toestemming van de patiënt... 4 Informatiebrief voor de patiënt... 6 Regelgeving... 7 Beelddragers... 7 Toestemmingsprocedure... 7 Opslag...

Nadere informatie

~. ~~ ~ ~ V ~~~ in opleïding MANTELOVEREENKOMST HUISARTSOPLEIDING NEDERLAND - SBOH -INEEN. ORGál~ISEERT DE EERST!UN

~. ~~ ~ ~ V ~~~ in opleïding MANTELOVEREENKOMST HUISARTSOPLEIDING NEDERLAND - SBOH -INEEN. ORGál~ISEERT DE EERST!UN ~. ~~ ORGál~ISEERT DE EERST!UN ~ ~ V ~~~ in opleïding MANTELOVEREENKOMST HUISARTSOPLEIDING NEDERLAND - SBOH -INEEN Part De Stichting Huisartsopleiding Nederland, vertegwoordiger van de universitaire opleidingsinstitut,

Nadere informatie

PROTOCOL TOETSING EN BEOORDELING IN DE VERPLEEGHUISARTSOPLEIDING

PROTOCOL TOETSING EN BEOORDELING IN DE VERPLEEGHUISARTSOPLEIDING PROTOCOL TOETSING EN BEOORDELING IN DE VERPLEEGHUISARTSOPLEIDING Goedgekeurd door de HVRC 1 maart 2007 Voorwoord Conform artikel B3 lid 2 van het Kaderbesluit CHVG (hierna: Kaderbesluit), in werking getreden

Nadere informatie

MODEL CHECKLIST GESPREKS-EN AANDACHTSPUNTEN VOOR HUISARTSOPLEIDER EN AIOS

MODEL CHECKLIST GESPREKS-EN AANDACHTSPUNTEN VOOR HUISARTSOPLEIDER EN AIOS MODEL CHECKLIST GESPREKS-EN AANDACHTSPUNTEN VOOR HUISARTSOPLEIDER EN AIOS MAART 2007 Te gebruiken bij kennismakings- en/of matchingsgesprekken en bij het maken van afspraken kennismakingsgesprek arbo aspecten

Nadere informatie

Instituutsreglement OPLEIDINGSINSTITUUT IGT

Instituutsreglement OPLEIDINGSINSTITUUT IGT Instituutsreglement OPLEIDINGSINSTITUUT IGT HOOFDSTUK A Artikelen bij het Kaderbesluit CHVG en het Besluit IGT Artikel 1 Opleiding bij erkende specialisten, profielartsen en instellingen Bij artikel B.1

Nadere informatie

De kwaliteitsvoorwaarden zijn gebaseerd op de volgende bronnen:

De kwaliteitsvoorwaarden zijn gebaseerd op de volgende bronnen: De kwaliteitsvoorwaarden zijn gebaseerd op de volgende bronnen: Kaderbesluit CHVG (2016) Besluit Ouderengeneeskunde (2016) Landelijk Opleidingsplan voor de opleiding tot specialist ouderengeneeskunde (ingangsdatum

Nadere informatie

Handleiding. bij het PROTOCOL TOETSING EN BEOORDELING

Handleiding. bij het PROTOCOL TOETSING EN BEOORDELING Handleiding bij het PROTOCOL TOETSING EN BEOORDELING Maart 2008 Huisartsopleiding Contactpersoon: P.L. Schoonheim Telefoon: 020 4448235 E-mail: pl.schoonheim@vumc.nl Huisartsopleiding VUmc OZW, de Boelelaan

Nadere informatie

INSTITUUTSREGLEMENT OPLEIDING TOT SPECIALIST OUDERENGENEESKUNDE

INSTITUUTSREGLEMENT OPLEIDING TOT SPECIALIST OUDERENGENEESKUNDE INSTITUUTSREGLEMENT OPLEIDING TOT SPECIALIST OUDERENGENEESKUNDE De opleidings- en erkenningseisen voor het specialisme ouderengeneeskunde zijn vastgelegd in het Kaderbesluit CHVG (hierna: Kaderbesluit)

Nadere informatie

[WERKWIJZE E-PORTFOLIO HUISARTSOPLEIDING UMCG]

[WERKWIJZE E-PORTFOLIO HUISARTSOPLEIDING UMCG] Pagina 1 van 6 Aanleiding Vanaf 1 september 2015 werken alle aios in alle jaren met het e-portfolio. Er bestaan nu nog diverse uitvoeringsproblemen, het wordt bijvoorbeeld nog niet goed ingevuld, verantwoordelijkheden

Nadere informatie

Supervisiereglement van de Nederlandse Wetenschappelijke Vereniging voor Seksuologie

Supervisiereglement van de Nederlandse Wetenschappelijke Vereniging voor Seksuologie Supervisiereglement van de Nederlandse Wetenschappelijke Vereniging voor Seksuologie Als vastgesteld op de ledenvergadering van 27 maart 2015 Inleiding In dit reglement is de procedure geregeld van het

Nadere informatie

De mensen van de huisartsenpost Wie er werken en wat ze doen

De mensen van de huisartsenpost Wie er werken en wat ze doen De mensen van de huisartsenpost Wie er werken en wat ze doen De mensen van de huisartsenpost Wie er werken en wat ze doen Op de huisartsenpost van Doktersdienst Groningen werken natuurlijk huisartsen.

Nadere informatie

TUSSENPROFIEL VAN DE HUISARTS IN OPLEIDING. Jaar 1. Versie 2

TUSSENPROFIEL VAN DE HUISARTS IN OPLEIDING. Jaar 1. Versie 2 TUSSENPROFIEL VAN DE HUISARTS IN OPLEIDING Jaar 1 Versie 2 Utrecht, januari 2006 Competentieprofiel van de 1 e -jaars aios per taakgebied 1 Taakgebied vakinhoudelijk handelen 1 Het vakinhoudelijk handelen

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling in de Huisartsopleiding Rotterdam

Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling in de Huisartsopleiding Rotterdam Huisarts: specialist in veelzijdigheid! Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling in de Huisartsopleiding Rotterdam Algemeen Deel versie maart 2012 2011, Erasmus MC, Afdeling Huisartsgeneeskunde 1/9

Nadere informatie

me nse nkennis Competentiegericht opleiden in de BIG opleidingen Getting started

me nse nkennis Competentiegericht opleiden in de BIG opleidingen Getting started me nse nkennis Competentiegericht opleiden in de BIG opleidingen Getting started Inhoud Competentiegericht opleiden 3 Doel van praktijktoetsen 4 Wijze van evalueren en beoordelen 4 Rollen 5 Getting started

Nadere informatie

Ontwikkeling, herziening, beheer en toegankelijkheid protocollen verloskunde in verzorgingsgebied RCU / GCMN

Ontwikkeling, herziening, beheer en toegankelijkheid protocollen verloskunde in verzorgingsgebied RCU / GCMN Ontwikkeling, herziening, beheer en toegankelijkheid protocollen verloskunde in verzorgingsgebied RCU / GCMN November 2013 1. Inleiding Binnen de VSK wordt gewerkt met regionale en landelijke protocollen.

Nadere informatie

Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm

Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm Stafdirectoraat Personeelszaken/ARBO Versie: 2 definitief Datum: januari 2015 Handleiding arbeidstijdenwet AIOS s van het azm jan 2015 Handleiding roosteren

Nadere informatie

Selectiemodel voor huisartsen die opleider willen worden

Selectiemodel voor huisartsen die opleider willen worden Selectiemodel voor huisartsen die opleider willen worden 1. Waarom selectie van huisartsopleiders? In de opleiding tot huisarts neemt de opleider een belangrijke plaats in gezien de tijd die de aios in

Nadere informatie

Het individuele opleidingsplan (IOP)

Het individuele opleidingsplan (IOP) Het individuele opleidingsplan (IOP) Achtergrond Het Individueel Opleidings Plan (IOP) is een hulpmiddel om het leerproces van de aios te structureren en te vergemakkelijken. In een IOP wordt een beperkt

Nadere informatie

Leer meer van de dagelijkse praktijk. KBA s als handvat voor aios en opleiders

Leer meer van de dagelijkse praktijk. KBA s als handvat voor aios en opleiders Leer meer van de dagelijkse praktijk KBA s als handvat voor aios en opleiders disclosure belangen sprekers: geen (potentiële) belangenverstrengeling Structuur Huisartsopleiding Opleidingspraktijk 4 dagen

Nadere informatie

Functieprofiel doktersassistent(e)

Functieprofiel doktersassistent(e) Functieprofiel doktersassistent(e) Algemene uitgangspunten Respectvol omgaan met patiënten en collega s. Je bent allround doktersassistent(e) in een team die samen verantwoordelijk is voor alle doktersassistent(e)

Nadere informatie

Dedicated Schakeljaar Vitale Functies

Dedicated Schakeljaar Vitale Functies Dedicated Schakeljaar Vitale Functies 1. Inleiding Het schakeljaar vormt de verbinding tussen de studie geneeskunde en de vervolgopleidingen. De student leert te functioneren op het niveau van een beginnende

Nadere informatie

OVEREENKOMST HUISARTSENZORG IN GECLUSTERDE WOONZORGVOORZIENINGEN

OVEREENKOMST HUISARTSENZORG IN GECLUSTERDE WOONZORGVOORZIENINGEN OVEREENKOMST HUISARTSENZORG IN GECLUSTERDE WOONZORGVOORZIENINGEN DE ONDERGETEKENDEN: 1. Geclusterde Woonzorgvoorziening, geregistreerd bij de Kamer van Koophandel onder nummer, statutair gevestigd en kantoorhoudende

Nadere informatie

BESLUIT CHVG no. 5 2000 EISEN EN VOORWAARDEN VOOR DE ERKENNING VAN OPLEIDERS, OPLEI- DINGSINRICHTINGEN EN OPLEIDINGSINSTITUTEN HUISARTSGENEESKUNDE

BESLUIT CHVG no. 5 2000 EISEN EN VOORWAARDEN VOOR DE ERKENNING VAN OPLEIDERS, OPLEI- DINGSINRICHTINGEN EN OPLEIDINGSINSTITUTEN HUISARTSGENEESKUNDE Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst COLLEGE VOOR HUISARTSGENEESKUNDE EN VERPLEEGHUISGENEESKUNDE BESLUIT CHVG no. 5 2000 EISEN EN VOORWAARDEN VOOR DE ERKENNING VAN OPLEIDERS,

Nadere informatie

Instructie assistent-geneeskundigen. werkzaam in de zorg voor mensen. met een verstandelijke handicap

Instructie assistent-geneeskundigen. werkzaam in de zorg voor mensen. met een verstandelijke handicap Instructie assistent-geneeskundigen werkzaam in de zorg voor mensen met een verstandelijke handicap Instructie assistent-geneeskundigen werkzaam in de zorg voor mensen met een verstandelijke handicap.

Nadere informatie

Beschrijving Functiegebied Medisch Management binnen de ambulancezorg

Beschrijving Functiegebied Medisch Management binnen de ambulancezorg Beschrijving Functiegebied Medisch Management binnen de ambulancezorg Opdrachtgever : Ambulancezorg Nederland Opsteller : THYMOS training & advies Status : definitief, bestuurlijk vastgesteld op 22 april

Nadere informatie

Instituutsreglement Huisartsopleiding VUmc. Module Huisartsgeneeskunde AMA

Instituutsreglement Huisartsopleiding VUmc. Module Huisartsgeneeskunde AMA Instituutsreglement Huisartsopleiding VUmc Module Huisartsgeneeskunde AMA 2 INHOUD 1 Instituutsreglement huisartsopleiding module huisartsgeneeskunde AMA 5 2 De algemeen militair arts in opleiding (AMA)

Nadere informatie

Instituutsreglement Opleidingsinstituut Huisartsgeneeskunde Erasmus MC Rotterdam

Instituutsreglement Opleidingsinstituut Huisartsgeneeskunde Erasmus MC Rotterdam Afdeling Huisartsgeneeskunde Huisartsopleiding Instituutsreglement Opleidingsinstituut Huisartsgeneeskunde Erasmus MC Rotterdam Versie: Voorgelegd aan de HVRC Datum: 18 april 2008 Opdrachtgever: Herman

Nadere informatie

Getting Started. Competentie gericht opleiden in de BIG opleidingen

Getting Started. Competentie gericht opleiden in de BIG opleidingen Getting Started Competentie gericht opleiden in de BIG opleidingen De BIG-opleidingen worden competentiegericht vormgegeven. Met het competentiegericht opleiden hebben de opleidingen een duidelijker inhoudelijk

Nadere informatie

Domein 4 Leeromgeving

Domein 4 Leeromgeving Domein 4 Leeromgeving Domein 4 Leeromgeving Subdomeinen Thema s Indicatoren 4a. Onderwijs en begeleiding in de praktijk 4b. Onderwijs en begeleiding op het instituut - Onderwijs en begeleiding door opleiders

Nadere informatie

Evaluatie van opleiders door aios LUMC: inleiding voor opleiders versie 2017

Evaluatie van opleiders door aios LUMC: inleiding voor opleiders versie 2017 Evaluatie van opleiders door aios LUMC: inleiding voor opleiders versie 2017 Om de kwaliteit van de opleiding tot specialist ouderengeneeskunde te behouden en te verbeteren worden met ingang van december

Nadere informatie

NVAVG: instructie arts al dan niet in opleiding tot specialist werkzaam in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking

NVAVG: instructie arts al dan niet in opleiding tot specialist werkzaam in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking NVAVG: instructie arts al dan niet in opleiding tot specialist werkzaam in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking Voorwoord Voor u ligt de Instructie arts werkzaam in de zorg voor mensen

Nadere informatie

Competentieprofiel kaderhuisarts

Competentieprofiel kaderhuisarts profiel kaderhuisarts Versie 2017 Inleiding De kaderhuisarts is het antwoord op de vraag van het werkveld naar huisartsen met specifieke bekwaamheden. Voor huisartsen, specialisten, voorzieningen, instellingen,

Nadere informatie

Stichting Huisartsen Dienstenposten Amsterdam

Stichting Huisartsen Dienstenposten Amsterdam Functieprofiel Naam organisatie: Stichting Huisartsen Dienstenposten Amsterdam Functienaam: Locatiemanager Datum: september 2009 1. Doelstelling van de functie De Locatiemanager is verantwoordelijk voor

Nadere informatie

Leids opleidingsplan 2017

Leids opleidingsplan 2017 Leids opleidingsplan 2017 Huisartsopleiding Leiden Public Health en Eerstelijnsgeneeskunde PROF. DR. A.W.M. KRAMER Oktober 2017 DOCUMENTBEHEER Organisatie: Afdeling: Adres: Titel: Onderdeel: Leids Universitair

Nadere informatie

SAMENWERKING HUISARTSENPOST + ACUTE GGZ RAPPORTAGE VAN DE ONDER HUISARTSENPOSTEN GEHOUDEN INTERVIEWS

SAMENWERKING HUISARTSENPOST + ACUTE GGZ RAPPORTAGE VAN DE ONDER HUISARTSENPOSTEN GEHOUDEN INTERVIEWS SAMENWERKING HUISARTSENPOST + ACUTE GGZ RAPPORTAGE VAN DE ONDER HUISARTSENPOSTEN GEHOUDEN INTERVIEWS STAND VAN ZAKEN PER 1 APRIL 2015 SAMENWERKING HUISARTSENPOST + ACUTE GGZ Stand van zaken per 1 april

Nadere informatie

Analyserapport van de patiënten vragenlijsten over de praktijk: Huisartsenpraktijk ten Kate (1107)

Analyserapport van de patiënten vragenlijsten over de praktijk: Huisartsenpraktijk ten Kate (1107) Analyserapport van de patiënten vragenlijsten over de praktijk: Huisartsenpraktijk ten Kate (1107) Datum aanmaak rapport:17-11-2016 1 Laatste ronde patiënten vragenlijsten praktijk Periode waarin ingevuld

Nadere informatie

Toetsingscriteria ZKN-Keurmerk

Toetsingscriteria ZKN-Keurmerk Toetsingscriteria ZKN-Keurmerk Toelichting opzet van het toetsingsmodel. Indien wordt verwezen naar het aanwezig zijn van een procedure, dan wordt deze geacht te zijn opgesteld, ingevoerd en intern getoetst.

Nadere informatie

Naar een Landelijk Opleidingsplan Huisartsgeneeskunde

Naar een Landelijk Opleidingsplan Huisartsgeneeskunde Naar een Landelijk Opleidingsplan Huisartsgeneeskunde Thema Korte Episode Zorg Colofon Expertgroep Korte Episode Zorg Prof. Dr. Patrick Bindels (voorzitter), hoogleraar huisartsgeneeskunde Drs. Marjolein

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 3 Introductie. 4 Procedure. 5 Voorbereiding. 7 Vraag & antwoord. 8 Informatie. 9 Vragenlijst ter voorbereiding op de visitatie

Inhoudsopgave. 3 Introductie. 4 Procedure. 5 Voorbereiding. 7 Vraag & antwoord. 8 Informatie. 9 Vragenlijst ter voorbereiding op de visitatie 2 Inhoudsopgave 3 Introductie 4 Procedure 5 Voorbereiding 7 Vraag & antwoord 8 Informatie 9 Vragenlijst ter voorbereiding op de visitatie 3 Introductie : informatie voor aios Kwaliteit staat bij de medische

Nadere informatie

NOTA KWALIFICATIES GEAUTORISEERD OBSTETRISCHE PROF. ACUTE VERLOSK. ZORG. Versie 1.0

NOTA KWALIFICATIES GEAUTORISEERD OBSTETRISCHE PROF. ACUTE VERLOSK. ZORG. Versie 1.0 NOTA KWALIFICATIES GEAUTORISEERD OBSTETRISCHE PROF. ACUTE VERLOSK. ZORG Versie 1.0 Datum Goedkeuring 07-03-2012 Methodiek Consensus based Discipline Verantwoording Monodisciplinair NVOG Inleiding De obstetrische

Nadere informatie

werkzaam in ziekenhuizen

werkzaam in ziekenhuizen modelinstructie arts al dan niet in opleiding tot (medisch) specialist werkzaam in ziekenhuizen VOORWOORD Voor u ligt de Modelinstructie arts al dan niet in opleiding tot (medisch) specialist werkzaam

Nadere informatie

Lokaal Toetsplan Utrecht. Maart Maartje Schouten Margit Vermeulen

Lokaal Toetsplan Utrecht. Maart Maartje Schouten Margit Vermeulen Lokaal Toetsplan Utrecht Maart 2017 Maartje Schouten Margit Vermeulen VOORWOORD Het Lokaal Toetsplan Utrecht 2017 beschrijft de toetsen, waar aios die op óf na 1 maart 2017 gestart zijn, tijdens de Huisartsopleiding

Nadere informatie

Starterspakket Geestelijke Gezondheidszorg

Starterspakket Geestelijke Gezondheidszorg Starterspakket Geestelijke Gezondheidszorg Wij heten u van harte welkom als stageopleider bij. In het 2e jaar van de opleiding tot huisarts volgen onze aios stages om werkervaring op te doen op voor de

Nadere informatie

Tussentijdse bevindingen van het thematoezicht naar de ketenzorg rond psychiatrische patiënten met ernstige somatische comorbiditeit

Tussentijdse bevindingen van het thematoezicht naar de ketenzorg rond psychiatrische patiënten met ernstige somatische comorbiditeit Bijlage Tussentijdse bevindingen van het thematoezicht naar de ketenzorg rond psychiatrische patiënten met ernstige somatische comorbiditeit 1 Achtergrond De casus van de heer W., beter bekend als de casus

Nadere informatie

Deel 1 Evaluatie opleider: checklist tussentijds evaluatiemoment versie 2017

Deel 1 Evaluatie opleider: checklist tussentijds evaluatiemoment versie 2017 Deel 1 Evaluatie opleider: checklist tussentijds evaluatiemoment versie 2017 Introductie Dit is de checklist voor de aios en opleider om halverwege de periode samen te bespreken hoe het opleiden gaat.

Nadere informatie

Huisarts en spoedzorg Dokter, ik heb onmiddellijk hulp nodig!

Huisarts en spoedzorg Dokter, ik heb onmiddellijk hulp nodig! NHG-STANDPUNT Huisarts en spoedzorg Dokter, ik heb onmiddellijk hulp nodig! Dokter, ik heb onmiddellijk hulp nodig, want ik ben opeens helemaal niet lekker geworden en ik heb erge pijn in mijn borst en

Nadere informatie

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst.

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAND uitspraak Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen

Nadere informatie

Competentieprofiel werkbegeleider

Competentieprofiel werkbegeleider Competentieprofiel werkbegeleider Voor verzorgenden en verpleegkundigen Ontwikkeld door: Hennie Verhagen (Evean) Joukje Stellingwerf (Puur Zuid) Maaike Hakvoort (ZGAO) Brenda van der Zaag (ROC TOP) Kim

Nadere informatie

Functieomschrijving Hoofd Huisartsopleiding UMCG

Functieomschrijving Hoofd Huisartsopleiding UMCG Pagina 1 van 5 Functiebeschrijving Hoofd Huisartsopleiding Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) Doel Het hoofd huisartsopleiding (hoofd opleidingsinstituut huisartsgeneeskunde, conform regelgeving)

Nadere informatie

NHG/LHV-Standpunt. Het elektronisch huisartsendossier (H-EPD) Gelukkig staat alles in mijn dossier, dokter. standpunt

NHG/LHV-Standpunt. Het elektronisch huisartsendossier (H-EPD) Gelukkig staat alles in mijn dossier, dokter. standpunt NHG/LHV-Standpunt Het elektronisch huisartsendossier (H-EPD) Gelukkig staat alles in mijn dossier, dokter standpunt Continuïteit van zorg vergt continuïteit van gegevensbeheer Mevrouw De Waal, 60 jaar,

Nadere informatie

EERSTE ZELFSTANDIGE PERIODE eerste jaars HAIO S Voorbespreking en Nabespreking

EERSTE ZELFSTANDIGE PERIODE eerste jaars HAIO S Voorbespreking en Nabespreking EERSTE ZELFSTANDIGE PERIODE eerste jaars HAIO S Voorbespreking en Nabespreking Versie augustus 2001 HUISARTS- OPLEIDING Algemene gegevens Dit onderwijsprogramma is ontwikkeld door de staf van de afdeling

Nadere informatie

OPLEIDINGSPLAN HUISARTSOPLEIDING UMCG

OPLEIDINGSPLAN HUISARTSOPLEIDING UMCG Pagina 1 van 16 Bijlage B Opleidingsplan huisartsopleiding UMCG Pagina 2 van 16 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 Begrippenlijst... 4 2. Onderwijskundige uitgangspunten... 6 Onderwijskundige visie... 6 Opleider,

Nadere informatie

STANDPUNT. Praktijkleren JGZ Jeugdarts-KNMG!

STANDPUNT. Praktijkleren JGZ Jeugdarts-KNMG! STANDPUNT Praktijkleren JGZ 0-18 (voorheen: Praktijkleren andere leeftijdsgroep) in het kader van de profielopleiding tot Jeugdarts-KNMG AJN Jeugdartsen Nederland Praktijkleren JGZ 0-18 Versie: Juli 2016

Nadere informatie

Instructie supervisie a(n)ios werkzaam in het LUMC

Instructie supervisie a(n)ios werkzaam in het LUMC Inleiding In het Leids Universitair Medisch centrum (LUMC) worden artsen opgeleid tot medisch specialist (aios). De aard van de opleiding brengt met zich mee dat een belangrijk deel van de opleiding van

Nadere informatie

NHG-Standpunt. Huisarts en palliatieve zorg. Fijn dat u er bent, dokter. standpunt

NHG-Standpunt. Huisarts en palliatieve zorg. Fijn dat u er bent, dokter. standpunt NHG-Standpunt Huisarts en palliatieve zorg Fijn dat u er bent, dokter standpunt Lijden verlichten De huisarts en de laatste levensfase Bij mevrouw Van Oosten, 51 jaar, is twee jaar geleden een melanoom

Nadere informatie