22 CENTRUM VOOR JEUGD EN GEZIN EN JONGEREN OP GEZOND GEWICHT

Transcriptie

1 22 CENTRUM VOOR JEUGD EN GEZIN EN JONGEREN OP GEZOND GEWICHT In dit hoofdstuk staan twee aspecten centraal die met jeugd en gezin verband houden: in het eerste deel wordt ingegaan op de bekendheid met en het gebruik van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) in Leiden. In het tweede deel staat de gezondheid van jongeren centraal en wordt met name ingezoomd op het programma Jongeren Op Gezond Gewicht (JOGG). Ook wordt bekeken hoe ouders omgaan met en aankijken tegen gezond eten en gezond leven van hun kinderen. Deze onderwerpen zijn niet eerder opgenomen geweest in de Stadsenquête van Leiden. De vragen in dit hoofdstuk zijn alleen gesteld aan ouders met kinderen in de leeftijd van 0 tot 24 jaar of aan respondenten die zelf in deze leeftijdsgroep vallen. Van alle respondenten gaat het om die tot de doelgroep van dit hoofdstuk behoort. Bij 9% gaat het om kinderen onder de 4 jaar, bij om kinderen van 4 tot 12 jaar, eveneens bij om kinderen tussen 12 en 20 jaar en bij ongeveer 1 om kinderen in de leeftijd van 20 tot 24 jaar. Van de jongeren van 20 tot 24 jaar heeft 6 de enquête zelf ingevuld Het Centrum voor Jeugd en Gezin Meer dan de helft (5) van de respondenten heeft wel eens van het Centrum voor Jeugd en Gezin gehoord. Het merendeel van hen () weet ook (deels) wat het CJG doet. Vrouwen, hoger opgeleiden en hogere inkomensgroepen zijn meer bekend met het CJG dan gemiddeld. Mannen, jongeren tot 34 jaar, en en lagere inkomensgroepen minder dan gemiddeld. Grafiek 22.1a Bekendheid van het CJG, naar doelgroep 1 32% % 1 49% % bekend, weet ook wat het CJG doet wel van gehoord, weet niet wat het CJG doet 49% 14% lager inkomen 19% % Er zijn verschillende bronnen waarvan men het CJG kent. Een kwart van de bewoners die het CJG kennen, heeft de informatie uit de krant, een vijfde via school. Daarnaast heeft 18% een folder over het CJG gelezen. Stadsenquête Leiden

2 Grafiek 22.1b Hoe heeft men van het CJG gehoord? In procenten van de bewoners met kinderen, die bekend zijn met het CJG (meer antwoorden mogelijk) uit de krant 2 via school een folder 18% 21% van internet via verloskundige van ied gehoord 13% kwam er langs van de huisarts andere bron Een kwart (24%) van de respondenten die bekend zijn met het CJG, heeft wel eens contact gehad met het CJG (van alle ouders met kinderen is dat 13%). Bijna heeft nog geen contact gehad, maar zou dat eventueel wel doen. Lager opgeleiden nemen minder snel contact op met het CJG dan gemiddeld. Grafiek 22.1c Contact met het CJG, naar doelgroep, in procenten van de bewoners die het CJG kennen 24% 39% 18% 28% 22% % contact gehad 3 nog niet, maar mogelijk wel 2 44% 3 lager inkomen 28% Het contact met het CJG verloopt veelal via een bezoek aan het CJG (63% van de mensen die contact hebben gehad) en/of telefonisch (). Een enkeling onderhoudt contact via () of internet () of op een andere ier (). 148 Stadsenquête Leiden 2013

3 Veel mensen komen naar het CJG voor controle van de gezondheid (). Tijdens het contact met het CJG wordt daarnaast meestal ingegaan op opvoedingsvragen (32% van de mensen die contact hebben gehad) en op vragen over eten (22%). Andere aspecten worden veel minder genoemd. Exposeyour Tot slot is gevraagd of men bekend is met Exposeyour. Niet meer dan 1% van de respondenten heeft aangegeven Exposeyour te kennen. Deze mensen geven terecht aan dat het hierbij gaat om een organisatie / adviescentrum voor hulp aan jongeren Gezondheid van jongeren Jongeren Op Gezond Gewicht (JOGG) is een beweging, waarbij iedereen zich inzet om gezond eten en bewegen voor jongeren gemakkelijk en aantrekkelijk te maken. De gemeente Leiden, GGD Hollands Midden en Zorg en Zekerheid werken samen aan JOGG in Leiden. Van alle Leidenaren met kinderen onder de 24 jaar of die zelf tot deze doelgroep behoren, heeft wel eens gehoord van JOGG. Hogere inkomens hebben meer dan gemiddeld gehoord van JOGG (), lagere inkomens juist minder (4%). Daarnaast zijn het vaker sers () die van JOGG hebben gehoord dan Leidenaren tot 35 jaar (). Grafiek 22.2a Gehoord van JOGG, naar doelgroep, in procenten van ouders van kinderen onder de 24 jaar of Leidenaren tot 24 jaar 8% 9% lager inkomen 4% 8% Leidenaren die wel eens van JOGG hebben gehoord, is gevraagd waar zij aan denken bij JOGG. Bijna één op de vijf weet dat JOGG staat voor Jongeren Op Gezond Gewicht (18%). Ruim de helft van de respondenten legt een relatie met kinderen of jongeren die gezond leven en/of genoeg bewegen. In gaat het hierbij echter maar om een beperkt aantal respondenten (41). Bijna de helft van de respondenten vindt het nodig dat JOGG er is, ruim een derde (39%) vindt het deels nodig, maar deels ook niet. Een veel kleiner deel () is van mening dat JOGG niet nodig is. Vrouwen, jongeren, lagere inkomens en en vinden het meer dan gemiddeld goed dat JOGG bestaat. Mannen en en vinden JOGG vaker niet nodig. Stadsenquête Leiden

4 Grafiek 22.2b Oordeel over noodzaak van JOGG, naar doelgroep, in procenten van ouders met kinderen onder de 24 jaar of Leidenaren tot 24 jaar 39% 1 53% 4% 53% 3 13% 3 13% 32% % 9% 49% 3 4% lager inkomen 51% % 1% JOGG is nodig deels nodig, deels ook niet niet nodig weet niet Wanneer respondenten wordt gevraagd welke uitspraak het meest op hen van toepassing is als het gaat om gezond eten, dan geeft twee derde aan dat men de eigen kinderen stimuleert om gezond te eten en dat men ook van mening is dat dit effect heeft; 31% is van mening dat men de eigen kinderen niet hoeft te stimuleren om gezond te eten omdat zij dit zelf doen. Bijna nied (4%) vindt dat het geen zin heeft om de kinderen te stimuleren gezond te eten of zegt dat de kinderen toch niets met het advies doen. Leidenaren met een hogere opleiding (71%) en met een (7) stimuleren hun kinderen vaker met effect om gezond te eten dan gemiddeld (6). Grafiek 22.2c Welk van de volgende uitspraken is het meest op u van toepassing? In procenten van ouders van kinderen onder de 24 jaar of Leidenaren tot 24 jaar ik stimuleer mijn kind(eren) om gezond te eten en dit heeft volgens mij wel effect 6 ik hoef mijn kind(eren) niet te stimuleren gezond te eten, dat doen zij zelf 31% ik stimuleer mijn kind(eren) om gezond te eten, maar zij doen hier (vrijwel) niets mee 3% ik stimuleer mijn kind(eren) niet (meer), het heeft toch geen zin 1% Stadsenquête Leiden 2013

5 Volgens vier op de tien respondenten heeft school met succes een bijdrage geleverd aan het gezond eten door kinderen. Eén op de vijf respondenten is van mening dat school hieraan geen bijdrage heeft geleverd en volgens heeft de bijdrage van school niet echt succes gehad. Van de ouders kan 29% hierover geen oordeel geven. Respondenten met een zijn over het algemeen vaker van mening dat school een succesvolle bijdrage hieraan heeft geleverd (51%). Grafiek 22.2d Bijdrage van school ten aanzien van het gezond laten eten van kinderen, in procenten van ouders van kinderen onder de 24 jaar of Leidenaren tot 24 jaar school heeft een bijdrage geleverd en dit heeft ook effect (gehad) school heeft geen bijdrage geleverd 21% school heeft een bijdrage geleverd maar zonder effect weet niet 29% De bijdrage die school heeft geleverd, is volgens de respondenten zeer divers. Zo geeft de helft van de respondenten aan dat hieraan aandacht is besteed in de les en ruim een derde dat school gezonde hapjes of gezond eten aanbiedt. Daarnaast geeft één op de vijf respondenten aan dat snoep of koek als tussendoortje of als traktatie verboden is op school. Grafiek 22.2e Aard van de bijdrage die school heeft geleverd ten aanzien van het gezond laten eten van kinderen (meer antwoorden mogelijk), in procenten van ouders van kinderen onder de 24 jaar of Leidenaren tot 24 jaar die van mening zijn dat school een bijdrage heeft geleverd aandacht besteed hieraan in de les 48% gezonde hapjes of gezond eten aanbieden 3 snoep of koek als tussendoortje/traktatie verbieden 19% iets anders 1 weet niet 8% Naast gezond eten is sporten van belang voor een gezond gewicht. Het stimuleren van kinderen om te gaan sporten, is volgens de helft van de ouders echter niet nodig omdat kinderen dit zelf doen. De overige ouders geven veelal aan de kinderen wel te stimuleren om te sporten waarbij men vindt dat de kinderen dit ook (grotendeels) oppakken. Er zijn relatief weinig ouders die van mening zijn dat kinderen niets doen met de stimulansen die ouders bieden () of dat stimuleren helemaal geen zin heeft (2%). Stadsenquête Leiden

6 Grafiek 22.2f Welk van de volgende uitspraken is het meest op u van toepassing? In procenten van ouders van kinderen onder de 24 jaar of Leidenaren tot 24 jaar ik hoef mijn kind(eren) niet te stimuleren om te sporten, dat doen zij zelf 53% ik stimuleer mijn kind(eren) om te sporten en dit wordt ook (grotendeels) opgepakt ik stimuleer mijn kind(eren) om te sporten, maar zij doen hier (vrijwel) niets mee ik stimuleer mijn kind(eren) niet (meer) om te sporten, het heeft toch geen zin 2% Twee op de drie ouders zijn van mening dat ook de gemeente Leiden een bijdrage kan leveren als het gaat om gezond gedrag van kinderen en hun ouders. De helft noemt hierbij concrete voorbeelden, waarbij het aanbieden van sportmogelijkheden (faciliteiten, activiteiten of sportverenigingen) het meest naar voren is gebracht, gevolgd door een financiële bijdrage/subsidie en voorlichting hierover. Een kwart van de ouders is van mening dat ouders en kinderen zelf hiervoor verantwoordelijk zijn, niet de gemeente. Vooral en leggen de verantwoordelijkheid hiervoor vaker bij de kinderen en hun ouders (53%). Grafiek 22.2g Mogelijke bijdrage die de gemeente kan leveren als het gaat om gezond gedrag van kinderen en hun ouders, in procenten van ouders van kinderen onder de 24 jaar of Leidenaren tot 24 jaar gemeente kan een bijdrage leveren door gemeente kan een bijdrage leveren, maar weet niet hoe 2 gemeente hoeft geen bijdrage te levere, kinderen en ouders zijn zelf verantwoordelijk hiervoor 23% weet niet Een overgrote meerderheid is van mening dat aanpassingen aan de openbare ruimte zeker (7) of onder bepaalde voorwaarden () een bijdrage kunnen leveren aan meer gezond bewegen door jongeren. Als voorwaarden worden onder andere genoemd: goed onderhoud, aandacht voor het aantrekken van de juiste doelgroep, voorkomen van overlast voor de buurt en voorkomen dat het een hangplek wordt voor jongeren. Slechts 8% denkt dat aanpassingen aan de openbare ruimte geen bijdrage kunnen leveren, terwijl de overige hierover geen mening kan geven. Op de vraag of ouders zelf nog ideeën hebben om ouders en kinderen te stimuleren om overgewicht te voorkomen, geeft ruim een derde een antwoord (). Opvoeding wordt door een kwart van hen naar voren gebracht, voeding door bijna een kwart, school door circa een vijfde en het bieden van goede sportmogelijkheden eveneens door circa een vijfde. 152 Stadsenquête Leiden 2013