januari 1 Begroting WereldKidz Toelichting op stichtingsniveau Bijgaand de enkelvoudige begroting van WereldKidz voor het kalenderjaar 2014.

Transcriptie

1 januari 1 Begroting WereldKidz Bijgaand de enkelvoudige begroting van WereldKidz voor het kalenderjaar Toelichting op stichtingsniveau

2 Inhoud Inleiding... 3 Procesgang... 3 Managementsamenvatting... 4 De begroting 2014 (op hoofdlijnen)... 5 Inkomsten... 6 Leerlingaantallen... 7 Bestuursformatieplan... 7 Personele lasten... 8 Materiële uitgaven... 9 Huisvestingslasten... 9 Instellingslasten Risico paragraaf Liquiditeitsprognose Blik op de toekomst

3 Het college van bestuur van WereldKidz heeft het voorgenomen besluit tot vaststelling van de begroting 2014 genomen op de bestuursvergadering van 29 november De raad van toezicht heeft de begroting goedgekeurd in haar vergadering van 4 december Na de reactietermijn voor gemeenteraden in acht genomen te hebben is de begroting 2014 januari 2014 vastgesteld. 2

4 Inleiding Voor u ligt de begroting van WereldKidz voor De missie WereldKidz richt zich op kansen die voor ons liggen, het ontwikkelen van talent en het creëren van maximale mogelijkheden voor iedereen. Het credo waarin deze missie te vangen is, luidt: Wij verleggen elke dag onze horizon! Samen creëren we binnen onze regio op innovatieve wijze maatschappelijke waarde voor haar omgeving. Daarbij gaan wij uit van de onbeperkte en grensverleggende mogelijkheden van het onderwijs voor alle kinderen. De WereldKidz scholen helpen mensen nieuwe kansen te ontwikkelen en uitdagingen aan te gaan. De scholen bieden de aan hun toevertrouwde kinderen binnen een vernieuwende en inspirerende leeromgeving nieuwe perspectieven voor hun toekomst! Perspectieven die kinderen helpen hun ambities te verwezenlijken en elke dag de horizon te verleggen. Deze begroting is vrijwel sluitend. Voor de budgethouders is dit een taakstellende begroting. Door de tijd die gemoeid was met het op orde brengen van de financiën moest de begroting 2014 in kort tijdbestek op stichtingsniveau opgesteld worden. Procesgang De directeuren is gevraagd de materiële uitgaven 2014 op schoolniveau te begroten. Daarnaast zijn de gezamenlijke en bovenschoolse lasten begroot. Daarbij zijn de volgende bronnen gebruikt: - Beschikkingen van de overheid - Liquiditeitsprognose ; - De jaarrekening 2012; - Bezuinigingsplan Plan van aanpak 2013, inclusief voortgangsrapportages - Sociaalplan Bestuursformatieplan 2013/ Halfjaar rapportage 2013 inclusief prognose maanden rapportage 2013 inclusief prognose Diverse financiële verantwoordingsrapportages aan Rekenschap (IvhO) - Opgave schooldirecteuren schoolbegroting 2014 (materiële uitgaven) - Boven schoolse begroting materiële uitgaven Rapport loonkosten tm november 2013 Ondanks de veelheid aan informatie is een voorbehoud noodzakelijk. Gelet op de tijdsdruk waaronder de begroting is opgesteld, heeft de cijfermatige opstelling enige mate van onnauwkeurigheid in zich. Het CvB acht evenwel dit niet onverantwoord. De scope van de begroting is het kalenderjaar Er is (nog) geen financieel kader opgesteld voor de periode Het is de bedoeling om begin 2014 een beleidsrijke meerjarenbegroting op te stellen in samenhang met het (meerjaren) bestuursformatieplan. 3

5 Managementsamenvatting De personele lasten vormen zo n 80% van de uitgaven. De wijze van het formeren voor het schooljaar gebeurt nagenoeg op dezelfde wijze als in het schooljaar De gebruikte normen (bijvoorbeeld groepsgrootte van 26 leerlingen) zijn verfijnd en of uitgebreid (zie paragraaf personele lasten). Het positieve effect, zijnde de lagere loonkosten van het bestuursformatieplan werkt nog voor 7 maanden door in De personele inzet wordt verantwoord in het (meerjaren)bestuursformatieplan. De personele lasten vormen het grootste deel van de financiële lasten. Het bezuinigingsplan zoals deze door het CvB lopende het kalenderjaar 2013 is vormgegeven, is financieel vertaald naar De loonkosten dalen structureel door: - Eigen risicodrager te worden voor de vervangingen, - De effecten van natuurlijk verloop en het sociaal plan waardoor de personele lasten fors dalen zijn en de personele reductiedoelstelling uit het bestuursformatieplan gerealiseerd is. In deze begroting is geanticipeerd op de mogelijke verandering in de managementstructuur (robuust aansturen). Ook is er rekening gehouden met formatie-uitbreiding op het bedrijfsbureau. De ontwikkeling van de leerlingaantallen is voor teldatum 1 oktober 2014 geprognosticeerd door de schooldirecteuren. Deze wijkt in positieve zin af van het eerder gebruikte aantallen bij het vaststellen van het aantal RDDF-plaatsingen (-37 in plaats van -115). De inkomsten 2014 zijn gebaseerd op de leerlingaantallen op 1 oktober 2013 (T-1). 4

6 De begroting 2014 (op hoofdlijnen) De totale baten en lasten komen uit op 27,7 miljoen en het verwachte exploitatieresultaat is gelijk aan positief. Het Nationaal Onderwijs Akkoord (NOA) en het herfst akkoord leiden onverwacht tot extra inkomsten. Deze gelden worden in december 2013 volledig uitbetaald, maar worden voor 7/12 beschouwd als vooruit ontvangen inkomsten Voorzichtigheidshalve zijn (mede op advies van VOS/ABB en de PO Raad) deze extra gelden voor (slechts) 50% in schooljaar 2014/2015 begroot. In onderstaande tabel ziet u dat door de krimp de baten fors dalen. Het kost een onderwijsorganisatie veel moeite om de kosten in gelijke tred te laten dalen met afnemende baten. De materiele kosten dalen slechts gering, de kostenreductie moet vooral gerealiseerd worden in de loonkosten. Dit vraagt om een flexibele personele schil. Doelstelling is om op termijn zo n 15% flexibel personeel te hebben. De afschrijvingen 2014 zijn door de stelselwijziging in 2012 en de aangepaste afschrijvingstermijnen voor 2012, 2013 en 2014 relatief hoog, daarna dalen deze snel waardoor vanaf 2015 weer ruimte ontstaat om te investeren. De dynamische liquiditeitsprognose bepaalt het precieze momentum. In de huisvestingslasten is voor ruim 3 ton aan groot onderhoud opgenomen. In de begroting is rekening gehouden met een loonkostenstijging van 1,5% ingaande 1 augustus Begroting 2014 WereldKidz Baten en lasten Realisatie Realisatie Prognose Begroot Baten 3.1 Rijksbijdragen OCW Overige overheidsbijdragen en -subsidies Overige baten Lasten 4.1 Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Saldo baten en lasten

7 Inkomsten De rijksvergoeding 2014 is voor 7/12 gebaseerd op de vastgestelde beschikkingen schooljaar 13/14. De beschikkingen voor het komende schooljaar 14/15 zijn nog niet afgegeven en daarom op grond van ongewijzigd beleid geëxtrapoleerd, waarbij rekening is gehouden met dalende leerlingaantallen per 1 oktober 2013 (t-1). Onderstaand zijn de rijksbijdragen gespecificeerd. De voorgenomen institutionele fusies tussen WereldKidz Van Everdingen met WereldKidz Van Dijck en WereldKidz Montessori Den Dolder met WereldKidz Montessori te Zeist zijn met ingang van 1 augustus 2014 in de begroting verwerkt. De reguliere bekostiging vervalt dan volledig. Daar komt twee maal een institutionele fusievergoeding van voor terug (ingangsdatum 1 augustus 2014). Deze staan onder de noemer bijzondere bekostiging. Dit bedrag wordt de daaropvolgende 4 jaren steeds 20% kleiner. Scholen met achterstandsleerlingen die in postcodegebieden staan met lage inkomens en hoge werkloosheid, ontvangen extra geld ter bestrijding van onderwijsachterstanden. Wereldkidz heeft twee scholen die in aanmerking komen voor deze regeling. De regeling loopt nog door tot schooljaar 16/17. Het ministerie doet onderzoek naar de grondslagen van vergoeding. Er is in de begroting rekening gehouden met 25% lagere inkomsten vanaf De prestatiebox loopt door tot 2016 en is om die reden onveranderd opgenomen. Dit geldt ook voor de andere regelingen voor zover er geen aanwijzingen zijn dat deze beëindigd worden. Passend onderwijs doet haar intrede op 1 augustus Daardoor gaat het nodige veranderen, de contouren worden steeds duidelijker, maar de ( financiële) gevolgen zijn nog niet geheel duidelijk. De middelen die WereldKidz voorheen kreeg vanuit het samenwerkingsverband voor lichte zorg blijven ook komend schooljaar beschikbaar. Dat geldt ook voor de leerling gebonden financiering. De rugzakgelden verdwijnen, maar in het overgangsjaar 2014/2015 blijven ook deze gelden beschikbaar. De bekostiging hiervan wordt niet meer rechtstreeks van OCW ontvangen, maar via de nieuwe samenwerkingsverbanden. Rijksbijdragen OCW Bijzondere bekostiging ivm bijzondere situaties Personele bekostiging Prestatiebox Materiele instandhouding LGF NOA

8 Overige baten & subsidies 2014 Gemeentelijke bijdragen Gemeentelijke subsidies Verhuur locaties Opbrengsten WSNS Opbrengsten WSNS (LGF) ESF subsidies Overige baten Leerlingaantallen De prognose voor 2014 is door de directeuren opgesteld en leidend voor het meerjaren perspectief Onderstaand de geprognosticeerde aantallen. Leerlingaantallen PO S(V)O VO Bestuursformatieplan Het bestuursformatieplan, dat voor 1 juli 2014 wordt vastgesteld, wordt op onderdelen verfijnd en aangepast. De norm voor de basisformatie is vereenvoudigd. Er wordt geen onderscheid meer gemaakt in onder- en bovenbouw. De ratio leerkracht leerling is 1,04 wtf op 26 leerlingen. Nieuw is het school MT (managementteam). Normen bestuursformatieplan 2014 PO VO S(V)O Totaal Aantal clusters Aantal locaties basisformatie OP 26 leerlingen 1,04 fte flexformatie 80% subsidie in 's / gem loonsom van groeiformatie 3% ophoging LLA op teldatum Samenstelling Managementteam op scholen directeur locatieleider strategisch beleidsmedewerker bedrijfsvoering intern begeleider 1,00 per cluster 0,23 per 100 leerlingen (afgerond) 0,11 per locatie 0,46 per 300 leerlingen 7

9 schoolnivau Personele lasten De personele lasten 2014 zijn opgebouwd uit 7/12 van de loonkosten huidige bezetting en huidig loonkosten niveau (1 oktober 2013) en 5/12 van de loonkosten formatie schooljaar 14/15 rekening houdend met 1,5% loonkostenstijging. Daar bovenop komen de overige personele lasten. De formatie voor het schooljaar 2014/2015 is begroot op 290,40 fte, daarbij is de loonsom 19,8 miljoen. De verplichtingen op 1 oktober 2013 lagen op 314,5 fte, dat kost 20,3 miljoen op jaarbasis. Door natuurlijk verloop en als gevolg van de vertrek bevorderende maatregelen uit het sociaal plan dalen de verplichtingen bij aanvang van hetnieuwe schooljaar tot ca 290 fte. LOONKOSTEN FEITELIJKE BEZETTING OP OKT 2013 FORMATIE SCHOOLJAAR 14/15 WTF WTF personele inzet PO basis + flex formatie scholen 224, , SO/VSO basis + flex formatie SO 38, , VO basis + flex formatie PrO 13, , , , MT scholen 11, , , , regelingen BAPO / ouderschapsverlof 0, , RDDF 10, Flexibele schil 0, groeiformatie 0, , vervangingspool 11, , , , personele inzet bedrijfsbureau + CvB 4, , totale loonkosten in wtf en 's 314, , De overige personele lasten zijn sterk toegenomen door de kosten sociaal plan en de relatief hoge inhuurkosten op schoolniveau. Dat laatste zijn naast de kosten voor interim directeuren ook arrangementen en externe begeleiding bij onze onderwijsvernieuwingstrajecten. Op bedrijfsbureau is de gewenste doorontwikkeling uitgedrukt in extra kosten inhuur. Overige personele lasten Inhuur derden, inclusief directeuren Kosten Raad van Toezicht Arbodienst Deskundigheidsbevordering / opleidingsbudget Overige personeelskosten Vrijwilligerskosten kosten sociaal plan buffer van 1% rijksvergoeding

10 De totale personele lasten worden begroot op 21,5 miljoen. Ruim 1 miljoen minder dan de prognose voor Personele lasten totaal Lonen & salarissen Overige personele lasten Materiële uitgaven De kapitaallasten gaan de komende jaren sterk afnemen. Veel inventaris is straks afgeschreven. Hetzelfde geldt voor leermiddelen. Voor 2014 liggen deze lasten nog relatief hoog. Hoger dan voorheen gebruikelijk was. Dit zijn de na-ijl effecten van het op orde brengen van de administratie bij het opmaken van de jaarrekening Bij het opstellen van de meerjaren begroting zal ook een investeringsbegroting opgesteld worden. Gestreefd wordt om de kapitaallasten constant te laten zijn. Vanaf 2015 ontstaat weer financiële ruimte voor investeringen. Kapitaallasten G Gebouwen I Inventaris L Leermiddelen O Overig Totaal Huisvestingslasten De huisvestingslasten bestaan uit vier herkenbare categorieën en een verzamelpost van kleine overige huisvestingslasten. De kosten nutsbedrijven sluiten aan bij de onderliggende contracten, evenals de schoonmaakkosten. De onderhoudskosten bestaan uit incidenteel klein onderhoud, inclusief tuinonderhoud ( ) plus groot onderhoud ( ). Deze bedragen vormen het financiële kader waarbinnen het programma komend jaar uitgevoerd moet worden. Huisvestingslasten Huur + servicekosten Onderhoudskosten totaal Gas en energie + water Schoonmaakkosten totaal Overige kosten

11 Instellingslasten Binnen de instellingslasten vallen de meeste vaste contracten. Binnen het eerste verdichtingsniveau administratie en beheerlasten vallen de kosten voor het insourcen van de financiële en salarisadministratie, inclusief licentiekosten voor de software (totaal 280K). De grootste kostenpost vormen de contractkosten kopieermachines, inclusief verbruik ( 340K). Telefonie en internet is goed voor 130K. Binnen het tweede verdichtingsniveau inventaris, apparatuur en leermiddelen valt onder andere het automatiseringscontract ( 1 miljoen), budget voor leermiddelen ( ) en klein inventaris, toetsen & mediatheekkosten ( ). Het automatiseringscontract loopt door tot april 2015 waarna deze weer opnieuw aanbesteed wordt. De derde categorie is een mix van veel kleine posten, zoals representatiekosten, PR, contributie, lidmaatschappen, vervoerkosten, maar ook leerlingzorg en culturele activiteiten. Instellingslasten Administratie en beheerslasten Inventaris, apparatuur en leermiddelen Overige instellingslasten Risico paragraaf WereldKidz zal ook in 2014 proactief blijven inspelen op de financiële, strategische en operationele risico s, ook nu de acute liquiditeitsproblematiek geslecht is en de begroting 2014 in balans is. Komend jaar zal vorm gegeven (moeten) gaan worden aan gestructureerd risicomanagement, waarbij zowel de risico s voorvloeiend uit externe ontwikkelingen als die vanuit de interne bedrijfsvoering aan de orde zijn. Onderstaand enkele risico s, waarvan de kans klein is dat ze optreden maar waarvan de impact groot: 1. De extra beschikbaar gestelde middelen vanuit het NOA + herfstakkoord zouden een eenmalige financiële impuls kunnen zijn, waardoor de versnelling waarmee de financiële positie van WereldKidz zich verbetert hierdoor vertraagt. 2. Indien de extra ontvangen inkomsten december 2013 niet beschouwd mogen worden als lumpsumfinanciering schooljaar 2013/2014, maar gezien moeten worden als baten 2013, dan heeft dat geen gevolg voor het bestedingsdoel van deze middelen. Er bestaan mogelijkheden om via balansposities de middelen voor 2014 beschikbaar te houden. 3. De begroting op stichtingsniveau bepaald het financiële kader waarbinnen de onderliggende schoolbegrotingen moet passen (22 stuks). Omdat de opgaven van de schooldirecteuren nog niet getoetst zijn op volledigheid en consistentie zou het kunnen gebeuren, dat deze schoolbegrotingen buiten de financiële kaders komen en dat zij passend gemaakt moeten worden. 4. De krimp zet harder door dan de schooldirecteuren voor teldatum 1 oktober 2014 hebben voorzien. Dit houdt in dat de basisformatie per 1 augustus 2014 te hoog vastgesteld is, waarbij de onzekerheid bestaat of de feitelijke bezetting deze extra afname in hetzelfde tempo kan volgen. Er ontstaat dan weer druk op de organisatie om vertrek bevorderende maatregelen te nemen. 5. De beoogde flexibiliteit en de daaraan gekoppelde mobiliteit van ons personeel komt niet van de grond. 10

12 Liquiditeitsprognose Vanaf mei 2013 is de dynamische liquiditeitsprognose de belangrijkste graadmeter voor budgetbeheer. De structurele effecten van de genomen bezuinigingsmaatregelen schooljaar 13/14 zijn nadrukkelijk zichtbaar. De LQ-prognose toont de huidige kwetsbaarheid van WereldKidz aan. Het is een fragile evenwicht tussen inkomsten en uitgaven. Het nationaal onderwijs akkoord heeft op het juiste moment (december 2013) de benodigde financiële baten opgeleverd. De begroting 2014 is sluitend, hetgeen inhoudt dat de baten en lasten in evenwicht zijn. Bij gelijkblijvende verhouding vlottende activa : kortlopende schulden en het niet doen van investeringen zal de liquiditeit einde 2014 ruim positief blijven. Alertheid blijft wel geboden. In meerjaren perspectief wordt zichtbaar dat het snel de goede kant op gaat. Vanaf 2015 ontstaat er weer ruimte voor investeringen in het onderwijs. Hoog noodzakelijk, omdat WereldKidz staat voor excellent onderwijs. Blik op de toekomst WereldKidz kan in 2014 aan haar verplichtingen voldoen. De financiële doelstelling zal voorlopig zijn om een financiële buffer te hebben van 2,5 miljoen. Bij ongewijzigd beleid is dat in 2016 bereikt. Om in 2014 en 2015 ook al te kunnen beschikken over investeringsruimte, gaat WereldKidz zich inspannen om te kunnen schatkistbankieren. 11