Architecten in de toekomst

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Architecten in de toekomst"

Transcriptie

1 Architecten in de toekomst Verkenning van de omzet en werkgelegenheid van architecten op lange termijn drs Martin Koning drs Daan Holtackers Eindrapport Juni 2010

2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding 3 2 Aanpak en uitgangspunten Drie toekomstscenario s Twee sleutelfactoren voor de bouwproductie Demografische invulling van de scenario s Economische ontwikkeling en werkgelegenheidsgroei 10 3 Burgerlijke en utiliteitsbouw in drie scenario s Woningbouw Utiliteitsbouw Totale productie burgerlijke en utiliteitsbouw Regionale verdeling 23 4 Inzet van architecten in drie scenario s Uitgangspunten Recente ontwikkelingen Omzet architectenbureaus Werkgelegenheid Benodigde instroom en opleidingsbehoefte Gevoeligheidsanalyse 31 5 Strategische opties 32

3 Conclusies op hoofdlijnen De komende decennia staan in het teken van een structureel afvlakkende groei van de bevolking, het aantal huishoudens en de economie. De bevolking zal naar verwachting doorgroeien tot tussen de 17,1 en 17,7 miljoen in 2030 tegen 16,4 miljoen in Het aantal huishoudens neemt sterker toe en komt uit tussen de 7,9 en 8,4 miljoen in 2030 tegen 7,2 miljoen in De uitbreiding van het aantal inwoners en huishoudens neemt wel geleidelijk af en ook de economische groei vlakt op termijn naar verwachting iets af. Bovenstaande trends hebben grote gevolgen voor de bouwproductie van woningen en utiliteitsgebouwen. Om de groei van het aantal huishoudens, de noodzakelijke voorzieningen en de economische groei op te vangen, hoeft in de tijd steeds minder aan de bestaande gebouwenvoorraad te worden toegevoegd. De gebouwenvoorraad neemt minder snel toe, waarmee ook de groei van de vervangingsvraag afvlakt. Het totale bouwvolume in de b&u-sector bedroeg in het topjaar 2008 bijna 46 miljard. In het midden-scenario, dat de demografische prognose van het CBS volgt, daalt het bouwvolume licht tot 44 miljard in In het lage groeiscenario neemt het bouwvolume geleidelijk af tot 36 miljard in In het hoge groeiscenario neemt het bouwvolume toe tot 51 miljard in In alle scenario s neemt de productie in de bestaande bouw verder toe en treedt een verschuiving op van nieuwbouw richting bestaande bouw. Het is vooral de nieuwbouwproductie van woningen die op termijn sterk terugloopt. Alleen in het hoge groeiscenario blijft de nieuwbouwproductie aanvankelijk nog op peil. Na 2020 neemt in alle scenario s de totale nieuwbouwproductie sterk af. Architecten halen hun omzet vooral uit de nieuwbouw en in veel mindere mate uit de bestaande bouw. De verschuiving van de bouwproductie richting de bestaande bouw leidt tot een omzetdaling van architecten. Afhankelijk van het scenario loopt het omzetvolume van architecten terug tot tussen de 950 en miljoen tegen miljoen in 2008 (prijzen 2008). Het sterkste omzetverlies vindt plaats bij woningen en kantoren waar de nieuwbouwproductie het meest inzakt. De gezondheidszorg biedt nog wel gunstige omzetperspectieven, maar het belang van deze sector in de totale omzet van architecten is niet groot. De omzetperspectieven voor de categorie overige utiliteitsgebouwen variëren sterk tussen de scenario s. Als gevolg van het omzetverlies en versterkt door een hogere arbeidsproductiviteit neemt de werkgelegenheid in de architectenbranche in de komende decennia af. In 2008 waren zo n personen in de sector actief. In het hoge groeiscenario blijft in 2020 de werkgelegenheid nog enigszins op peil, maar is in 2030 ook sprake van een afname met banen ten opzichte van In de overige scenario s neemt de werkgelegenheid eerder en sterker af. In het middenscenario werken in en in het lage groeiscenario minder mensen ten opzichte van het niveau in 2008 in de sector. De werkgelegenheid ontwikkelt zich overigens niet gelijkmatig in de tijd. Zo is er momenteel als gevolg van de recessie sprake van een sterke terugval in werkgelegenheid van grofweg 15%. Het is de verwachting dat deze vanaf 2011 weer zal aantrekken als ook de vraag naar bouwactiviteiten op middellange termijn terugkeert naar structurele niveau s, waarbij eerst ook sprake zal zijn van inhaalvraag. Architecten in de toekomst 1

4 Met de werkgelegenheid loopt ook de opleidingsbehoefte van architecten en tekenaars terug. De natuurlijke uitstroom als gevolg van pensionering en arbeidsongeschiktheid kan ten dele worden opgevangen door de structurele vraagafname naar personeel. Er resteert derhalve een geringe instroombehoefte en daarmee ook een veel lagere opleidingsbehoefte van nieuwe architecten en tekenaars. De structurele instroom varieert tussen de scenario s van 40 tot 190 werkenden in De opleidingsbehoefte is twee maal zo groot omdat de ervaring ons leert dat slechts 50% van de opgeleiden daadwerkelijk de architectenbranche instroomt. De opleidingsbehoefte is in de toekomst beduidend lager dan de personen die in de afgelopen jaren gemiddeld per jaar de opleiding met succes afrondden. Duidelijk is dat in de architectenbranche het omzetvolume langdurig onder druk komt te staan. De vraag is dan ook welke acties perspectief kunnen bieden. Één mogelijkheid ligt bij een hogere penetratie bij transities en renovatieprojecten. Hier liggen belangrijk uitdagingen waaraan de architect invulling kan bieden met slimme ontwerpen die goed aansluit bij de complexe eisen die vaak hieraan worden gesteld. Een ander perspectief wordt geboden door de in de tijd kritischer wordende consument die bovendien in de ruimer wordende woningmarkten meer mogelijkheden krijgt om met de voeten te stemmen. Dit vraagt om kennis en ontwerpen die beter bij de consumentenvoorkeuren aansluiten dan nu het geval is. Tot slot liggen er ook mogelijkheden voor groei buiten Nederland. Naast de echte groeimarkten zoals grote delen van Azië liggen er ook kansen voor architecten die met ervaring van transformatie en herstructureringsprojecten hun comparatief voordeel elders kunnen benutten. Op individueel niveau kunnen architectenbureaus zelf het beste beoordelen in hoeverre zij op bovengenoemde kansen willen of kunnen inspelen. De BNA kan dit proces ondersteunen door bijvoorbeeld: Bevorderen van uitwisseling van kennis en best practices rond projecten op het gebied van transformaties en herstructurering. De architectuur sterker op de kaart zetten bij opdrachtgevers en andere stakeholders bij deze processen. Versterken van de bedrijfseconomische kennis van de leden: meer zicht op de kosten en baten zoals consumenten die waarnemen. Versterken van de internationale oriëntatie van de leden en informatievoorziening voor leden die de internationale markt willen betreden, Het formuleren van een visie op de opleidingen van de toekomst. Ook bij een succesvol beleid op bovengenoemde terreinen zal met minder instroom in de toekomst kunnen worden volstaan. Rantsoenering van de opleidingsplaatsen lijkt geen aantrekkelijke route. Een verzwaring van de opleidingen, met juist meer accent op bovengenoemde gebieden, zou via zelfselectie ook en minder rigide tot een verminderde instroom leiden. Mogelijk in aanvulling op een bredere opleiding, waar diegenen die ook een architectuurcomponent in de studie willen opnemen, terecht kunnen. 2 Architecten in de toekomst

5 1 Inleiding De Bond van Nederlandse Architecten (BNA) heeft het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) benaderd met het verzoek voor een gemeenschappelijke studie naar de kwantitatieve behoefte aan architecten op de lange termijn. Door de afvlakkende bevolkingsgroei houdt de BNA voor de toekomst al rekening met een structureel afnemende vraag naar woningen, kantoren, scholen en andere bedrijfsgebouwen. Hoe groot deze afname naar verwachting is en welke invloed dit heeft voor de omzet en werkgelegenheid zijn strategische vragen waar de BNA graag antwoord op wil (zie hoofdstuk 2). In deze studie (zie hoofdstuk 3) schetsen wij op basis van drie scenario s gebaseerd op demografische ontwikkelingen en economische groei een plausibele bandbreedte aan ontwikkelingen van het bouwvolume van woningen en utiliteitsgebouwen (b&u). Dit is het segment binnen de bouwproductie waar architecten voornamelijk worden ingezet. In de grond-, water- en wegenbouw (gww) zijn architecten nauwelijks actief. Op basis van deze uiteenlopende ontwikkelingen van het bouwvolume in de b&u-sector wordt vervolgens de inzet van architecten bepaald (zie hoofdstuk 4). Zowel de omzet als de werkgelegenheid van architectenbureaus worden voor de drie scenario s in kaart gebracht. Ook wordt op basis van de natuurlijke uitstroom en de structurele vraagontwikkeling de benodigde instroom en de daarvoor noodzakelijke opleidingsbehoefte in kaart gebracht. De studie beperkt zich tot de twee belangrijkste determinanten demografie en economische groeien en heeft daarmee het karakter van een quick scan. Het is vooral bedoeld als verkenning van een plausibele bandbreedte waarbinnen de omzet en werkgelegenheid van architecten zich op lange termijn zal ontwikkelingen. Ten aanzien van de omzet van architecten zijn geen structuurwijzigingen verondersteld. Dit betekent dat de omzetontwikkeling de volumegroei van de afzonderlijke gebouwtypen volgt. Er is een beperkte productiviteitstoename verondersteld en geen verschuivingen tussen de inzet van architecten, tekenaars en overig personeel. Om de invloed van een sterkere inzet van architecten bij bouwprojecten in beeld te brengen is een gevoeligheidsanalyse gemaakt, waarbij de effecten van een 10% hogere omzet per opdracht op de werkgelegenheid en opleidingsbehoefte zijn berekend. Het onderzoek is uitgevoerd door Martin Koning en Daan Holtackers. De BNA heeft interne marktinformatie beschikbaar gesteld waarmee de vertaalslag tussen bouwvolume en de inzet van architecten kon worden uitgevoerd. Wij danken Jasper Etten voor zijn inzet bij de aanlevering van de benodigde informatie vanuit de BNA. Architecten in de toekomst 3

6 2 Aanpak en uitgangspunten 2.1 Drie toekomstscenario s De toekomst is fundamenteel onzeker. Dit geldt al op korte termijn, maar zeker op lange termijn. Gelet op de horizon waarop wij in deze studie de opdrachtenstroom van architecten willen analyseren (tot 2030) is het niet toereikend om de toekomst met behulp van enkel één scenario te beschrijven. Wij hanteren in deze studie drie scenario s waarmee een plausibele bandbreedte aan mogelijke toekomstige ontwikkelingen wordt beschreven. Met behulp van deze scenario s kunnen uiteenlopende trends worden onderscheiden: trends die altijd in meer of minder mate voorkomen en trends die sterk afhankelijk zijn van de demografische en economische achtergrond van de scenario s. Tegen de achtergrond van deze scenario s kunnen beleidsstrategieën worden ontwikkeld, die door fasering robuust zijn voor mogelijke trends en uiteenlopende ontwikkelingen die zich in de toekomst kunnen voordoen. 2.2 Twee sleutelfactoren voor de bouwproductie Voor de ontwikkeling van bouwproductie en de omzetontwikkeling van architecten zijn op lange termijn twee sleutelfactoren van belang: 1. Demografie Demografie is de belangrijkste determinant voor de bouwproductie in de woning- en utiliteitsbouw. Bevolkingsgroei en huishoudensvorming bepalen hoeveel woningen er extra aan de woningvoorraad moeten worden toegevoegd en zijn daarmee naast de vervanging van gesloopte of anderszins onttrokken woningen bepalend voor de nieuwbouwproductie van woningen. Voor een deel van de utiliteitsbouw is de demografische ontwikkeling ook van groot belang. Dit geldt bijvoorbeeld sterk voor kantoren, waarbij de beroepsbevolking en daaraan gekoppeld de werkgelegenheidsontwikkeling sterk bepalend is voor de totale vraag naar kantoorruimte. Een in groei afvlakkende of zelfs krimpende beroepsbevolking heeft gevolgen voor de uitbreidingsbehoefte van kantoren. Demografische trends zoals veroudering en ontgroening hebben voorts gevolgen voor de vraag naar gebouwen in het onderwijs, terwijl de vraag naar winkels verband houdt met de totale bevolking. 2. Welvaart In de toekomst zal de trend van toenemende welvaart per capita doorzetten. Deze trend heeft ook gevolgen voor de bouwproductie en de omzetmogelijkheden voor architecten. Deze trend vertaalt zich in vraag naar meer kwaliteit. Dit is niet alleen beperkt tot het gebruik van materialen, ook de grootte en locatie van de woning zullen toenemen. Ook heeft een hoger welvaartsniveau gevolgen voor de omgevingseisen die de samenleving aan de nieuwbouw oplegt en voor het ambitieniveau bij de herstructurering. Daarnaast vertaalt hogere welvaart zich in een hogere kwaliteit van utiliteitsgebouwen. De welvaart vertaalt zich in een bbp-groei en toenemende zorguitgaven. Meer economische activiteit vertaalt zich door in de vraag naar bedrijfsgebouwen, terwijl de vraag naar zorg direct invloed heeft op de investeringen in ziekenhuizen en andere zorginstellingen. Naast uitbreidingsbehoefte is ook sprake van een vervangingsvraag van woningen en gebouwen. De vervangingsvraag kent een sterke relatie met de voorraad van woningen en andersoortige gebouwen. Vervanging vindt langs twee kanalen plaats. Enerzijds door sloop en vervangende nieuwbouw en anderzijds door renovatie (herstel en verbouw) van 4 Architecten in de toekomst

7 bestaande woningen. Een deel van de uitbreidingsbehoefte wordt via herstructurering gerealiseerd, waarbij woningen gesloopt en vervangen moeten worden. Minder uitbreidingsbehoefte zal dan ook minder sloop en vervangende nieuwbouw opleveren. Intensivering van herstructurering is niet in de scenario s verondersteld. Gelet op de krappe budgettaire kaders bij de overheden lijkt het niet aannemelijk dat er hiervoor extra middelen beschikbaar worden gesteld. Op basis van zowel de demografische trends als de economische trends wordt in deze studie eerst de ontwikkeling van de bouwproductie naar onderdeel in beeld gebracht. Vervolgens is op basis van de samenstelling van de bouwproductie eerst de omzet en vervolgens de werkgelegenheid van de architecten bepaald. Op basis van de ontwikkeling van de werkgelegenheid en de natuurlijke uitstroom is de opleidingsbehoefte van architecten en tekenaars berekend. In figuur 1 staat de aanpak schematisch weergegeven. Figuur 1 Ontwikkeling van de bevolking en huishoudens, Demografische trends Economische trends Bouwproductie Omzet architecten Werkgelegenheid Opleidingsbehoefte 2.3 Demografische invulling van de scenario s Voor de demografische invulling van de scenario s sluiten wij aan bij de periodieke bevolkings- en huishoudensprognoses van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Het CBS heeft voor de periode tot 2050 een zogeheten middenprognose opgesteld. In ons middenscenario sluiten wij ons bij deze middenprognose aan. Om voldoende bandbreedte rond dit scenario te creëren, is een laag en een hoog scenario opgesteld, waarbij is gevarieerd met respectievelijk een lagere en hogere bevolkings- en huishoudensontwikkeling. Voor de bevolking hanteren wij voor het lage en het hoge scenario een bandbreedte van respectievelijk min en plus 0,1% groei per jaar ten opzichte Architecten in de toekomst 5

8 van de CBS-prognose. Deze bandbreedte sluit aan bij de laatst verschenen lange termijnstudies van de planbureaus 1. In tabel 1 staan de demografische ontwikkelingen voor de periode De ontwikkelingen in de perioden 2008/2020 en 2020/2030 zijn gebaseerd op de meest recente CBS-prognoses. Deze ontwikkelingen zijn afgezet tegen de gemiddelde ontwikkeling in de periode 1990/2008. Tabel 1 Demografische ontwikkelingen, / / / 20/ % 1 mln 2 % 1 mln 2 % 1 mln 2 Bevolking 0,5 16,4 0,3 17,0 0,2 17,4 < 20 jaar 0,2 3,9-0,3 3,8-0,1 3, jaar 0,5 10,1-0,2 9,9-0,4 9,6 > 65 jaar 1,3 2,4 2,8 3,4 2,0 4,1 Huishoudens 1,0 7,2 0,7 7,9 0,4 8,2 1 Gemiddelde mutatie in procenten per jaar 2 Aantal in miljoenen Bron: CBS De bevolking neemt de komende twee decennia toe met 1 miljoen personen. De bevolking nam in de afgelopen 18 jaren met gemiddeld ½% per jaar toe, hetgeen een afvlakking was van de bevolkingsgroei uit de voorgaande decennia. Ook in de komende twee decennia is sprake van een verdere afvlakkende bevolkingsgroei. De bevolking neemt nog wel toe tot 17,4 miljoen personen, maar de procentuele groei loopt wel terug. De afvlakking wordt veroorzaakt door een krimp van het aantal jongeren (< 20 jaar) en de potentiële beroepsbevolking (20 tot 65 jaar). In de voorgaande periode namen deze nog wel toe. In de periode 2020/2030 zet de krimp van de potentiële beroepsbevolking zich sterker door, hetgeen via de werkgelegenheid ook van invloed is op de benodigde kantoorruimte. De vergrijzing van de bevolking zet als gevolg van de babyboomers zich de komende jaren versterkt door. Het aantal huishoudens nam de afgelopen periode sterker toe dan de bevolking. De huishoudens verdunnen zich:het aantal personen per huishoudens neemt af. Deels heeft dit te maken met de vergrijzing. Mensen wonen na hun vijfenzestigste gemiddeld met minder mensen in een huishouden dan de mensen tussen de 20 en 65 jaar. Vaak zijn de kinderen 1 Zie Jong, A.H. de en H.B.M. Hilderink (2004), Lange termijn bevolkingsscenario s voor Nederland ; CBS (Voorburg) en MNP (Bilthoven), en Hilderink, H.B.M., H. den Otter en A.H. de Jong 2005), Scenario s voor huishoudensontwikkelingen in Nederland ; MNP (Bilthoven), ABF Research (Delft), CBS (Voorburg), CPB (Den Haag), RPB (Den Haag) en SCP (Den Haag). 6 Architecten in de toekomst

9 dan het huis uit en is door overlijden en scheiding vaker sprake van éénpersoonshuishoudens. Het totaal aantal huishoudens neemt volgens de middenprognose van het CBS toe van 7,2 in 2008 tot 8,2 miljoen in Ook hierbij is sprake van een afvlakkende groei ten opzichte van het verleden. Om deze groei van het aantal huishoudens op te vangen, hoeft de woningvoorraad geleidelijk met steeds minder woningen toe te nemen. In tabel 2 wordt naast de prognose van het CBS ook de bevolkingontwikkeling in het Laagen Hoogscenario voor de periode en weergegeven. Voor de bevolkingsgroepen met een leeftijd tot 65 jaar is een bandbreedte gehanteerd van respectievelijk min en plus 0,1%. De ontwikkeling van de groep ouder dan 65 jaar is voor al de drie scenario s gelijk gehouden. Tabel 2 Bevolkingsontwikkeling in drie scenario s, , gemiddelde mutatie in procenten per jaar 1990/ 2008 CBS Laag Hoog 08/20 20/30 08/20 20/30 08/20 20/30 Bevolking 0,5 0,3 0,2 0,2 0,1 0,4 0,3 < 20 jaar 0,2-0,3-0,1-0,4-0,2-0,2 0, jaar 0,5-0,2-0,4-0,3-0,5-0,1-0,3 > 65 jaar 1,3 2,8 2,0 2,8 2,0 2,8 2,0 Bron: CBS, EIB De ontwikkeling van het aantal huishoudens is in drie factoren te ontbinden. De eerste factor is de bevolkingsgroei. Bij gelijkblijvende samenstelling van de bevolking en huishoudenssamenstelling zorgt de groei van de totale bevolking voor een navenante bijdrage in het aantal huishoudens. De tweede factor betreft een verschuiving in de bevolkingssamenstelling. Door de veroudering neemt ook het aantal huishoudens toe. Oudere mensen wonen doorgaans in een kleinere huishoudenssamenstelling. De kinderen zijn vaak het huis uit en door overlijden en scheiding is ook het aantal alleenstaande personen sterker in deze bevolkingsgroep vertegenwoordigd. Ook deze factor levert een bijdrage in de totale bevolkingsgroei. Beide factoren volgen rechtstreeks uit de bevolkingsscenario s. Hiernaast draagt huishoudensverdunning als laatste factor bij aan de huishoudensontwikkeling. Voor deze factor is voor het lage en het hoge scenario een bandbreedte gehanteerd van respectievelijk min en plus 0,1% per jaar ten opzicht van die in de CBS-prognose. In tabel 3 staat de bijdrage van de drie factoren voor de drie scenario s weergegeven. Door afronding tellen de drie factoren in de tabel niet altijd op tot de totale huishoudensgroei. Architecten in de toekomst 7

10 Tabel 3 Bijdragen van de bevolkingsgroei, veroudering en huishoudensverdunning aan de huishoudensgroei in drie scenario s, , gemiddelde mutatie in procenten per jaar 1990/ 2008 CBS Laag Hoog 08/20 20/30 08/20 20/30 08/20 20/30 Bevolkingsgroei 0,5 0,3 0,2 0,2 0,1 0,4 0,3 Veroudering 0,1 0,3 0,2 0,3 0,2 0,3 0,2 Verdunning 0,4 0,1 0,0 0,0-0,1 0,2 0,1 Huishoudens 1,0 0,7 0,4 0,5 0,3 0,8 0,6 Bron: CBS, EIB Over de gehele linie is sprake van een afvlakking van de huishoudensgroei. Dit is het gevolg van een afvlakkende bevolkingsgroei en een minder sterke huishoudensverdunning ten opzichte van de voorgaande periode 1990/2008. De verschuiving in de bevolkingssamenstelling naar meer oudere personen (ouder dan 65 jaar) voorkomt dat de groei van het aantal huishoudens scherp afvlakt. Figuur 2 geeft de historische bevolkings- en huishoudensontwikkeling over de periode en de ontwikkelingen in de drie scenario s nog eens grafisch weer. 8 Architecten in de toekomst

11 Figuur 2 Ontwikkeling van de bevolking en huishoudens, mln personen 18,0 Bevolking 17,5 17,0 17,7 17,4 17,1 16,5 16,0 15,5 15,0 14, historisch cbs hoog laag mln huishoudens 9,0 Huishoudens 8,5 8,0 8,4 8,2 7,9 7,5 7,0 6,5 6,0 5, historisch cbs hoog laag Bron: CBS, EIB Architecten in de toekomst 9

12 2.4 Economische ontwikkeling en werkgelegenheidsgroei Voor de economische invulling van de scenario s is aansluiting gezocht bij prognoses van het Centraal Plan Bureau (CPB). Het CPB gaat in haar haalbaarheidssommen uit van een structurele potentiële economische groei (bbp) van 1,75% per jaar tot In het middenscenario is op dit economisch groeicijfer aangesloten. Bij de veronderstelde ontwikkeling van de beroepsbevolking en de arbeidsproductiviteit impliceert dit een gemiddelde arbeidsproductiviteitstijging van 1¾% per jaar. Voor het lage en hoge scenario is hierop een bandbreedte gehanteerd van respectievelijk min en plus ¼% per jaar, hetgeen aansluit bij die in de meest recente lange termijn van het CPB 3. Voor de ontwikkeling van de werkgelegenheid in de scenario s is aangesloten op de ontwikkeling van de potentiële beroepsbevolking (leeftijd 20 tot 65 jaar), waarbij is gecorrigeerd voor een toename van de arbeidsparticipatie. De economische groei in het lage en het hoge scenario is de resultante van de ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit en de totale werkgelegenheid. Tabel 4 Economische groei en werkgelegenheid in drie scenario s, , gemiddelde mutatie in procenten per jaar 1990/ 2008 Midden Laag Hoog 08/20 20/30 08/20 20/30 08/20 20/30 BBP 2,6 1¾ 1½ 1¼ 1 2¼ 2 Arbeidsproductiviteit 1,5 1¾ 1¾ 1½ 1½ 2 2 Werkgelegenheid 1,1-0,1-0,3-0,3-0,5 0,1-0,1 - beroepsbevolking 0,5-0,2-0,4-0,3-0,5-0,1-0,3 - arbeidsparticipatie 0,6 0,1 0,1 0, ,2 0,2 Bron: CBS, EIB 2 CPB (2010), Economische Verkenning , Den Haag 3 Huizinga, F. en B. Smid (2004), Vier vergezichten op Nederland; productie, arbeid, sectorstructuur in vier scenario s tot 2040, CPB, Den Haag. 10 Architecten in de toekomst

13 3 Burgerlijke en utiliteitsbouw in drie scenario s 3.1 Woningbouw Aantal nieuwbouwwoningen De afvlakkende groei van het aantal huishoudens impliceert dat in de loop van de tijd de woningvoorraad met steeds minder woningen hoeft worden uitgebreid. Figuur 2 geeft voor de drie scenario s de uitbreidingsbehoefte van de woningvoorraad weer. Figuur 3 Uitbreidingsbehoefte woningvoorraad o.b.v. huishoudensontwikkeling, woningen Midden Hoog Laag Bron: EIB In de afgelopen jaren lag de uitbreidingsbehoefte grofweg rond de woningen. De CBSprognoses van de huishoudensontwikkeling (middenscenario) ligt de komende jaren rond dit niveau, maar dit neemt in de tijd steeds sterker af. In het hoogscenario ligt de uitbreidingsbehoefte in de periode tot 2020 boven het huidige niveau, maar in de periode valt de uitbreidingsbehoefte ook in dit scenario terug tot onder het huidige niveau. In het laagscenario valt de uitbreidingsbehoefte al meteen terug tot een niveau dat ongeveer woningen lager ligt het huidige niveau. Architecten in de toekomst 11

14 Naast de uitbreidingsbehoefte bepalen ook de andersoortige toevoegingen en vervanging de vraag naar nieuwbouwwoningen. Bij toevoegingen anderszins gaat het bijvoorbeeld om het splitsen van bestaande woningen of het omzetten van andersoortige gebouwen in woningen. Dit betreft dan geen nieuwbouw, maar herstel- en verbouwactiviteiten. Bij vervanging gaat het voornamelijk om sloop, maar het kan hierbij ook gaan om samenvoegingen van woningen of andersoortig gebruik van de woning. Om de woningvoorraad op peil te houden zal voor iedere aan de voorraad onttrokken woning een nieuwe woning moeten worden gebouwd. In het begin van deze eeuw is het belang van herstructurering in de nieuwbouw van woningen toegenomen, hetgeen de bouwproductie door meer vervangende nieuwbouw stimuleerde. Herstructurering kost per saldo geld dat met publiek middelen moet worden bekostigd. Gelet op de krappe budgettaire kaders van overheden ligt verder intensivering op dit gebied in de toekomst niet in de rede. Sterker nog: een afname van de uitbreidingsvraag leidt tot minder opbrengsten en beperkt daarmee de financiering van de herstructurering. In de berekeningen leidt een afname van de uitbreidingsvraag ten dele voor een afname van de vervangende nieuwbouw. Voor zowel de toevoegingen als de vervanging is verondersteld dat een deel gerelateerd is aan de totale omvang van de woningvoorraad en een ander deel verband houdt met de uitbreidingsvraag. In tabel 5 wordt de nieuwbouw van woningen in de drie scenario s weergegeven op basis van de uitbreidingsbehoefte van woningen en andersoortige toevoegingen en onttrekkingen van woningen. Tabel 5 Nieuwbouw, uitbreiding, vervanging en toevoegingen anderszins van woningen in drie scenario s, , aantal woningen in duizenden 2008 Midden Laag Hoog Uitbreiding 63, Toevoeging and. 7, Vervanging 22, Nieuwbouw 78, eengezins 48, meergezins 30, Bron: CBS, EIB Uit de tabel valt op dat in het startjaar 2008 van deze studie de nieuwbouw van woningen op een relatief hoog niveau lag. De woningvoorraad nam in dat jaar met bijna woningen toe, terwijl de structurele huishoudenstoename op een niveau van rond de lag. Dit is overigens kenmerkend voor de woningbouw die conjuncturele schommelingen rond de structurele uitbreidingstrend kent. In een periode van neergang valt de nieuwbouwproductie met vertraging terug en bij een periode van economisch herstel is er sprake van een inhaalvraag. 12 Architecten in de toekomst

15 Voor het beeld voor de lange termijn is geabstraheerd van de conjuncturele schommelingen. In alle scenario s en in alle zichtjaren neemt de uitbreidingsbehoefte af tot onder het gerealiseerde niveau in Ondanks dat de woningvoorraad zich blijft uitbreiden, kan dit niet voorkomen dat door de terugvallende uitbreidingsbehoefte de vervangingsvraag (saldo van toevoegingen anderszins en vervanging) ook afneemt. In 2020 ligt de nieuwbouw van woningen in de bandbreedte van tot woningen, hetgeen een afname is van tussen de 8 en 45% ten opzichte van het niveau in In 2030 neemt dit aantal verder af tot woningen, hetgeen fors lager ligt dan de niveaus die in de afgelopen jaren zijn gerealiseerd (zie figuur 4) 4. Momenteel is er sprake van een sterke terugval in de nieuwbouwproductie van woningen als gevolg van de recessie. Vanaf 2011 zal de vraag naar verwachting zich weer herstellen richting de structurele niveau s, waarbij eerst ook sprake zal zijn van inhaal van uitgestelde vraag. In het Hoogscenario kan de productie op middellange termijn hierdoor oplopen tot niveau s van voor de eeuwwisseling. In het Middenscenario herstelt de productie zich tot het niveau van voor de recessie, terwijl in het Laagscenario de productie zich slechts ten dele herstelt. Figuur 4 Nieuwbouw van woningen, woningen historisch midden hoog laag Bron: CBS, EIB 4 Het cijfer voor 2009 is een raming. Het realisatiecijfer voor 2009 is wel beschikbaar, maar dit cijfer wordt sterk vertekend door het administratieve karakter van de statistiek. Vanwege de koppeling van gereedgemelde woningen met BLS-subsidies lijkt aan het eind van 2009 sprake van extra gereedmeldingen van in eerdere jaren voltooide woningen en een versnelling van de gereedmeldingen van recent in productie genomen woningen. Het lage aantal gereedgemelde woningen in het eerste kwartaal van 2010 bevestigen dit beeld. Architecten in de toekomst 13

16 In 2008 was van alle nieuwbouwwoningen zo n 39% meergezinswoningen. In het middenscenario is verondersteld dat dit aandeel rond de 40% stabiliseert. In het Hoogscenario zal de extra uitbreidingsvraag vooral binnen het bestaand bebouwd gebied moeten worden opgevangen, waardoor het aandeel oploopt tot zo n 45%. In het Laagscenario is de vervangende nieuwbouw lager en bedraagt het aandeel meergezins grofweg 35%. Productievolume woningbouw Hiervoor is de nieuwbouwproductie in aantal woningen beschreven. Naast de ontwikkeling van het aantal nieuwbouwwoningen is voor de omvang van het nieuwbouwvolume ook de kwaliteitsontwikkeling en samenstelling van de nieuwbouwwoningen van belang. Bij herstel en verbouw van woningen speelt naast de omvang van de totale woningvoorraad eveneens de kwaliteitsontwikkeling een rol. In tabel 1 is de opbouw van het productievolume van de woningbouw in de drie scenario s weergegeven. Tabel 6 Ontwikkeling productievolume woningbouw in drie scenario s, , gemiddelde mutatie in procenten per jaar Midden Laag Hoog 08/20 20/30 08/20 20/30 08/20 20/30 Nieuwbouw Bijdrage aantal woningen -2,4-6,0-5,0-9,0-0,7-4,5 Kwaliteitstoename 0,6 0,5 0,4 0,3 0,7 0,6 Effect een-/meergezins 0,0 0,0 0,1 0,0-0,1 0,0 Totaal -1,8-5,5-4,5-8,7-0,1-3,9 Herstel/verbouw Bijdrage woningvoorraad 0,7 0,4 0,5 0,3 0,8 0,6 Kwaliteitstoename 0,6 0,5 0,4 0,3 0,8 0,7 Totaal 1,3 0,9 0,9 0,6 1,6 1,2 Bron: EIB De bijdrage van het aantal nieuwbouwwoningen en de woningvoorraad volgt rechtstreeks uit de eerder beschreven ontwikkeling van de totale woningvoorraad. Voor de kwaliteitstoename van de woningen speelt de inkomensontwikkeling een rol. Er is in de berekeningen uitgegaan van een inkomenselasticiteit van 0,4 op de bbp-groei per capita. Dit betekent dat zowel het volume van de nieuwbouw als de herstel- en verbouw in de tijd door koopkrachtverbetering toeneemt. Voor de nieuwbouw levert in het Laag- en in het Hoogscenario de verschuiving tussen de goedkopere meergezinswoningen en de duurdere eengezinswoningen een beperkte bijdrage in het effect. Per saldo wordt voor de nieuwbouw het effect gedomineerd door de daling van het aantal nieuwbouwwoningen. In het Hoogscenario is in 2020 het nieuwbouwproductievolume vergelijkbaar met die in het startjaar In het Laag- en in 14 Architecten in de toekomst

17 het Middenscenario is er sprake van een daling met gemiddeld respectievelijk 4,5 en 1,8% per jaar. In de periode neemt in alle scenario s de productie af, uiteenlopend van gemiddeld 4% per jaar in het Hoogscenario tot bijna 9% per jaar in het Laagscenario. Het bouwvolume van herstel en verbouw neemt in alle scenario gestadig toe. De ontwikkelingen lopen veel minder sterker uiteen als bij de nieuwbouw. Dit betekent dat op termijn het belang van de herstel- en verbouw in de bouwproductie van woningen toeneemt. Terwijl in 2008 de nieuwbouw een tweemaal zo grote bijdrage levert in de bouwproductie dan de herstel- en verbouw, is de bijdrage van de herstel- en verbouw in 2030 in alle scenario s groter dan die van de nieuwbouw. In tabel 13 staan de bouwvolumina in euro s voor de verschillende onderdelen van de bouwproductie in de drie scenario s weergegeven. 3.2 Utiliteitsbouw Voor de utiliteitsbouw onderscheiden wij een aantal gebouwtypen die aansluiten bij de door de BNA gehanteerde categorieën voor de omzetverdeling. Dit zijn de volgende gebouwtypen: kantoren, winkels, onderwijs, zorg en overige utiliteitsgebouwen. Wij ramen als gebruikelijk de bouwproductie volgens de definitie van de Nationale rekeningen van het CBS. Deze statistiek kent echter geen onderverdeling naar gebouwentype. Om tot de gewenste onderverdeling te komen is aangesloten bij de aandelen van de verschillende gebouwtypen van de voortgangsstatistieken. Voor de lange termijn prognose van de verschillende gebouwtypen in de verschillende scenario s is een vergelijkbare aanpak gehanteerd. Eerst is voor ieder gebouwtype de relevante determinant gekozen voor de ontwikkeling van de uitbreidingsvraag. Deze staan in tabel 7 weergegeven. Tabel 7 Determinanten van de uitbreidingsvraag per gebouwtype Gebouwtype Kantoren Winkels Onderwijs Zorg Overige gebouwen Determinant Werkgelegenheid Totale bevolking Leeftijdsgroep < 20 jaar Zorguitgaven Economische groei Bron: EIB Van iedere determinant is de gemiddelde ontwikkeling genomen voor de drie meest recente realisatiejaren ( ) en voor de perioden 2008/2020 en 2020/2030 in al de drie scenario s. Deze ontwikkelingen staan model voor de uitbreidingsvraag in deze perioden. Naast de uitbreidingsvraag is er ook sprake van vervangingsvraag van de gebouwenvoorraad. Voor ieder gebouwtype is een levensduur van 40 jaar verondersteld, hetgeen erop neerkomt dat per jaar zo n 2,5% van de gebouwenvoorraad wordt vervangen. Architecten in de toekomst 15

18 Bepaling van het bouwvolume per type utiliteitsgebouw De vraag naar nieuwbouw van een type utiliteitsgebouw is opgebouwd uit twee onderdelen. Het eerste onderdeel betreft de uitbreidingsvraag. De omvang van de uitbreidingsvraag wordt bepaald door de ontwikkeling van de in tabel 7 genoemde determinanten. Zo geldt bijvoorbeeld voor kantoren dat als de groei van de kantoorwerkgelegenheid halveert ook de uitbreidingsvraag naar kantoren halveert. Het tweede onderdeel betreft de vervangingsvraag naar gebouwen. Verondersteld is dat deze 2,5% is van de gebouwenvoorraad in een bepaald jaar. Een halvering van de groei van kantoorwerkgelegenheid leidt op termijn nog steeds voor een uitbreiding van de vervangingsvraag. Om het effect op de nieuwbouw te bepalen zijn per gebouwtype twee indices berekend. De index herstel/verbouw betreft de toename van de gebouwenvoorraad in het zichtjaar ten opzichte van het niveau in het voorafgaande zichtjaar. Deze index wordt toegepast bij het bepalen van het bouwvolume van herstel en verbouw. Voor de nieuwbouw is een nieuwbouwindex bepaald. Hierbij wordt de vervangingsvraag van 2,5% vermenigvuldigt met de index voor de omvang van de gebouwen (herstel en verbouw) en opgeteld bij de groei van de uitbreidingsvraag in het zichtjaar en vervolgens gedeeld door de som van de groei van de uitbreidingsvraag en de vervangingsvraag in het voorafgaande zichtjaar. Op deze wijze wordt rekening gehouden met de invloed van de ontwikkeling van de determinant op. Vervolgens worden deze twee indices per gebouwtype gezet op het bouwvolume in het voorafgaande zichtjaar. Voor de indices en bouwvolume in 2020 is als voorafgaande periode de gemiddelde ontwikkeling c.q. niveau in de periode genomen. Kantoren Voor de vraag naar kantoren is de werkgelegenheid de belangrijkste determinant. In de periode nam door het nog gunstige economische tij de werkgelegenheid met gemiddeld 1,9 procent per jaar toe. In de drie scenario s wordt een dergelijke werkgelegenheidsontwikkeling niet meer gehaald. Met uitzondering van de eerste periode in het Hoogscenario is in alle gevallen sprake van een lichte afname van de werkgelegenheid. Dit betekent dat in de toekomst minder kantoorruimte nodig zal zijn. De uitbreidingsvraag valt weg en alleen de vervangingsvraag blijft over. Bij kantoren was in 2008 sprake van een structurele leegstand van 3,5% (kantoorruimte die langdurig niet verhuurd is). Verondersteld is dat deze leegstand in het aanbod op termijn volledig wordt teruggedrongen. 16 Architecten in de toekomst

19 Tabel 8 Ontwikkeling bouwvolume kantoren in drie scenario s, Midden Laag Hoog Mutaties 1 Uitbreiding 1,9-0,1-0,3-0,3-0,5 0,1-0,1 Vervanging 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 Indices 2 Nieuwbouw 0,549 0,975 0,536 0,955 0,593 0,944 Herstel/verbouw 0,973 0,975 0,950 0,955 0,997 0,955 Bouwvolume 3 Nieuwbouw Herstel-/verbouw Totaal Gemiddeld mutatie per jaar in procenten; 2006/08, 2008/20 en 2020/30 2 Index t.o.v. vorige periode 3 Volume steekjaar in prijzen 2008 Bron: CBS, EIB Het bouwvolume van kantoren neemt op lange termijn structureel af. Dit geldt voor de nieuwbouw en in mindere mate voor de herstel- en verbouw. Deze terugval vindt al vrij spoedig plaats in samenhang met de krimp van de potentiële beroepsbevolking. In 2030 ligt het totale bouwvolume van kantoren op een niveau van tussen de 38 en 44% van het niveau in Architecten in de toekomst 17

20 Winkels Voor winkels is als determinant de ontwikkeling van de totale bevolking genomen: het aanbod van winkelruimte neemt toe met het aantal inwoners. Tabel 9 Ontwikkeling bouwvolume winkels in drie scenario s, Midden Laag ag Hoog Mutaties 1 Uitbreiding 0,2 0,3 0,2 0,2 0,1 0,4 0,3 Vervanging 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 Indices 2 Nieuwbouw 1,140 0,998 1,023 0,983 1,104 0,993 Herstel/verbouw 1,024 1,022 1,014 1,014 1,034 1,029 Bouwvolume 3 Nieuwbouw Herstel-/verbouw Totaal Gemiddeld mutatie per jaar in procenten; 2006/08, 2008/20 en 2020/30 2 Index vorige periode = 1 3 Volume steekjaar in prijzen 2008 Bron: CBS, EIB In de afgelopen jaren was sprake van een bescheiden bevolkingsgroei. In het Hoogscenario neemt de bevolking relatief sterker toe, terwijl in het Laagscenario de bevolkingsgroei relatief minder sterk is. Ook bij de winkels is rekening gehouden met een tijdelijk overaanbod van winkels in 2008, zij het minder sterk als voor kantoren (1,5%). In het Hoogscenario neemt het nieuwbouwvolume toe, terwijl die in het laagscenario afneemt. In het Middenscenario neemt het bouwvolume aanvankelijk nog iets toe, maar stabiliseert uiteindelijk op het niveau van Wel is over de gehele linie sprake van een toename van herstel- en verbouw van bestaande winkels. 18 Architecten in de toekomst

21 Onderwijs Voor onderwijs is de ontwikkeling van de bevolkingsgroep jonger dan 20 jaar relevant. In de afgelopen jaren nam deze al gemiddeld met 0,4% per jaar af. De bevolkingsprognose van het CBS (Midden) gaat uit van een in de tijd afvlakkende daling van deze bevolkingsgroep. Dit betekent echter dat er van uitbreidingsvraag de komende decennia geen sprake zal zijn en dat ook de voorraad aan schoolgebouwen en daarmee de vraag naar herstel- en verbouw van schoolgebouwen in de tijd zal afnemen. Tabel 10 Ontwikkeling bouwvolume onderwijs in drie scenario s, Midden Laag Hoog Mutaties 1 Uitbreiding -0,4-0,3-0,1-0,4-0,2-0,2 0,0 Vervanging 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 Indices 2 Nieuwbouw 0,958 0,992 0,947 0,982 0,970 1,010 Herstel/verbouw 0,958 0,992 0,947 0,982 0,970 1,002 Bouwvolume 3 Nieuwbouw Herstel-/verbouw Totaal Gemiddeld mutatie per jaar in procenten; 2006/08, 2008/20 en 2020/30 2 Index t.o.v. vorige periode 3 Volume steekjaar in prijzen 2008 Bron: CBS, EIB Architecten in de toekomst 19

22 Zorg De zorg is een sector die in de afgelopen jaren een sterke groei realiseerde en dat in de toekomst naar verwachting zal blijven doen. In de periode groeide de zorg met 4,2% en lag hiermee beduidend hoger dan de economische groei. Mensen besteden een groter aandeel van hun inkomen aan zorg. In prognoses van het CPB houdt deze trend aan, maar de groei ligt wel onder de sterke groei van de afgelopen jaren. Wij hanteren in onze berekeningen een bandbreedte van tussen de 1¾ en 3¼% per jaar. Vanwege de groei van de zorguitgaven is ook een verdere uitbreiding van de gebouwenvoorraad in de zorg nodig. Dit zorgt voor een sterke groei van herstel- en verbouw in de zorg. De uitbreidingsvraag vlakt weliswaar in alle scenario s ten opzichte van het startniveau af, maar de nieuwbouw neemt door het hogere niveau van de gebouwenvoorraad nog wel toe, met uitzondering van de eerste periode in het Laagscenario. Tabel 11 Ontwikkeling bouwvolume zorg in drie scenario s, Midden Laag Hoog Mutaties 1 Uitbreiding 4,2 2,5 2,5 1,8 1,8 3,3 3,3 Vervanging 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 Indices 2 Nieuwbouw 1,083 1,280 0,855 1,189 1,339 1,377 Herstel/verbouw 1,448 1,280 1,345 1,189 1,577 1,377 Bouwvolume 3 Nieuwbouw Herstel-/verbouw Totaal Gemiddeld mutatie per jaar in procenten; 2006/08, 2008/20 en 2020/30 2 Index t.o.v. vorige periode 3 Volume steekjaar in prijzen 2008 Bron: CBS, EIB In het Midden- en het Hoogscenario neemt het totale bouwvolume in de zorg verder toe. In het Laagscenario zakt het bouwvolume eerst terug om in de tweede periode weer boven het niveau in 2008 uit te komen. 20 Architecten in de toekomst

23 Overige utiliteitsgebouwen Voor de overige utiliteitsgebouwen wordt de ontwikkeling van de economische activiteit als uitgangspunt voor de uitbreidingsvraag genomen. Meer economische activiteit vraagt om meer (kwaliteit van) bedrijfsgebouwen. In de periode was sprake van een gunstige economische ontwikkeling die ook het bouwvolume opstuwde. De gemiddelde economische groei ligt doorgaans lager, hetgeen ook geldt voor de bandbreedte aan economische groei in de drie scenario s. De gebouwenvoorraad neemt in volume in alle scenario s toe en daarmee ook herstel- en verbouw van deze gebouwen. Door de relatief sterke afvlakking van de groei in het Laag- en het Middenscenario neemt nieuwbouw vrij snel af tot onder het niveau van Alleen in het Hoogscenario blijft de economische groei nog voldoende op peil om een verdere toename van de nieuwbouw te realiseren. Tabel 12 Ontwikkeling bouwvolume overige utiliteitsgebouwen in drie scenario s, Midden Laag Hoog Mutaties 1 Uitbreiding 3,0 1,8 1,5 1,3 1,0 2,3 2,0 Vervanging 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 Indices 2 Nieuwbouw 0,993 1,080 0,827 1,017 1,175 1,143 Herstel/verbouw 1,270 1,161 1,197 1,105 1,347 1,219 Bouwvolume 3 Nieuwbouw Herstel-/verbouw Totaal Gemiddeld mutatie per jaar in procenten; 2006/08, 2008/20 en 2020/30 2 Index t.o.v. vorige periode 3 Volume steekjaar in prijzen 2008 Bron: CBS, EIB Architecten in de toekomst 21

24 3.3 Totale productie burgerlijke en utiliteitsbouw Tabel 13 geeft een samenvattend overzicht van de eerder beschreven ontwikkeling voor de samenstelling van het bouwvolume in de b&u in miljarden euro s en constante prijzen. Ook is in de tabel voor de volledigheid het onderhoud in de b&u opgenomen, maar dit vraagt in de regel geen inspanning van architecten. Het onderhoud volgt de economische groei op lange termijn met dezelfde elasticiteit over de periode Tabel 13 Ontwikkeling bouwvolume burgerlijke en utiliteitsbouw in drie scenario s, , bedragen in miljarden euro s en prijzen Midden Laag Hoog Woningbouw 22,1 20,6 16,5 16,9 12,5 23,5 20,2 Nieuwbouw 14,4 11,6 6,6 8,3 3,3 14,2 9,6 Herstel/verbouw 7,7 9,0 9,9 8,6 9,2 9,3 10,6 Utiliteitsbouw 14,6 13,3 14,8 11,9 12,5 14,9 17,4 Nieuwbouw 9,7 7,9 8,7 6,8 7,0 9,2 10,6 Herstel/verbouw 4,8 5,4 6,1 5,1 5,5 5,7 6,8 Onderhoud 9,1 10,8 12,2 10,3 11,1 11,3 13,2 Totaal b&u 45,8 44,7 43,5 39,1 36,1 49,7 50,8 Bron: EIB De ontwikkeling van het bouwvolume van de burgerlijke en utiliteitsbouw loopt tussen de drie scenario s sterk uiteen. In het Middenscenario loopt het bouwvolume in ruim twintig jaar maar in beperkte mate terug. Wel is er een duidelijke verschuiving van bouwproductie van nieuwbouw richting de bestaande bouw. Dezelfde verschuiving treedt op in de beide andere scenario s. In het Hoogscenario blijft de nieuwbouw aanvankelijk nog redelijk op peil en neemt de bestaande bouw sterk toe. In het Laagscenario is er al vroeg een sterke daling van de nieuwbouwproductie. Het is vooral de nieuwbouw van woningen die sterk daalt. De daling is in de tweede periode sterker dan in de eerste periode. De totale bandbreedte in bouwvolume die door de drie scenario s wordt beschreven ligt tussen de 36 en 51 miljard, respectievelijk een daling van ruim 20% en een toename van ruim 10% ten opzichte van het bouwvolume in Terwijl in de periode de nieuwbouwproductie nog toenam, moet - zo blijkt uit de scenario s voor de toekomst rekening worden gehouden met een structurele daling van de nieuwbouwproductie. In figuur 5 is de ontwikkeling van de nieuwbouw, herstel en verbouw en het onderhoud binnen de b&u-productie voor de periode weergegeven, waarbij de ontwikkelingen in de laatste twee jaren 2009 en 2010 ramingen betreffen. 22 Architecten in de toekomst

25 Figuur 5 Ontwikkeling van de bouwproductie in de burgerlijke en utiliteitsbouw, , constante prijzen mln euro onderhoud herstel en verbouw nieuwbouw Bron: CBS Uit de figuur valt op te maken dat niet alleen de bestaande bouw in de tijd is toegenomen, maar dat ook de nieuwbouw in deze eeuw grotere schommelingen laat zien en deze gemiddeld genomen aan het eind van de periode op een hoger niveau ligt dan in het begin van de periode. In het laatste decennium van de vorige eeuw lijkt aanvankelijk sprake van een stabilisatie van de nieuwbouw. De recente toename houdt verband met een hoger aandeel van herstructureringsprojecten, waarbij door meer sloop ook meer woningen moesten worden bijgebouwd. Gegeven het beperktere budget aan financiële middelen van overheden en ook de afnemende uitbreidingvraag in de toekomst ligt een verder doorzetten van de trend van meer vervangingsvraag niet in de rede. Verder valt op dat door de recessie de bouwproductie sterk terugvalt op een niveau dat lager is dan het niveau in het zichtjaar 2020 in al de drie de scenario s. 3.4 Regionale verdeling Naast de omzetverdeling naar gebouwtype is ook gekeken naar verschuivingen in de regionale verdeling van de b&u-productie. Het CBS onderscheidt in haar demografische prognoses ook de regionale ontwikkelingen. Voor dit onderzoek hebben wij de demografische prognoses naar drie landsdelen onderscheiden 5, t.w.: 5 Wij volgen met deze indeling de indeling die ook in de WLO-studie van de planbureau s is gehanteerd. Architecten in de toekomst 23

26 Randstad: provincies Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht; Overloop: provincies Gelderland, Flevoland, Noord-Brabant; Overig: provincies Friesland, Groningen, Drenthe, Overijssel, Noord-Limburg en Zeeland. De Randstad geldt als een gebied met een nog relatief hoge demografische druk. Het overig gebied zijn die provincies waar op dit moment al vrij snel sprake kan zijn van krimp. De overloopgebieden liggen qua ontwikkeling hier tussen in. Op basis van de uiteenlopende demografische ontwikkelingen tussen de drie gebieden is voor het Middenscenario (het scenario dat de demografische ontwikkelingen volgens de CBS-prognoses volgt) ook een regionale uitsplitsing van de bouwproductie gemaakt. In tabel 14 staat voor de zichtjaren 2008 en 2030 het aandeel van de drie gebieden in de verschillende onderdelen van de b&u-productie weergegeven. Tabel 14 Regionale verdeling van de b&u-productie in 2008 en in 2030 (Middenscenario), in procenten van het landelijk totaal Gebied Woningbouw Utiliteitsbouw Totaal Nieuwbouw Bestaand Nieuwbouw Bestaand 2008 Randstad Overloop Overig Totaal NL Randstad Overloop Overig Totaal NL Bron: EIB Uit de tabel blijkt dat er in bouwvolume weinig verschuiving optreedt tussen de regio s. Alleen bij de nieuwbouw van woningen is er sprake van een duidelijk verschuiving van meer productie richting de Randstad. Omdat het belang van de nieuwbouw van woningen in de totale b&u-productie afneemt van 30% in 2008 tot 15% in 2030 leidt dit tot een veel geringer verschuiving in de totale b&u-productie. 24 Architecten in de toekomst

27 4 Inzet van architecten in drie scenario s 4.1 Uitgangspunten Voor de vertaalslag van bouwproductie naar de omzet en werkgelegenheid van architecten op lange termijn is een aantal uitgangspunten gehanteerd. De BNA laat al enige jaren jaarlijks een marktonderzoek verrichten naar de omzet en werkgelegenheid van architecten. Idealiter had een historische analyse van deze gegevens in combinatie met de ontwikkeling van de bouwproductie trends kunnen opleveren in de relatie tussen bouwproductie en de omzet van architecten. Helaas bleek dit niet mogelijk omdat de analyse van de gegevens in de tijd door verschillende onderzoeksbureaus is verricht waardoor de definities niet goed aansloten. Zo is er een duidelijk verschil in het aandeel van woningen in de omzet van architecten. Bij de meest recente onderzoeken ligt dit aandeel fors hoger dan in eerder onderzoek en ligt ook meer in lijn met de verdeling van de opdrachtenstroom van architecten zoals die door het CBS wordt geregistreerd. Ons vermoeden is dat het verschil deels is terug te herleiden door het wel of niet wegen van de omzet bij de interpretatie van de enquêteresultaten. Het beperkte aantal jaren dat beschikbaar is met de goede aanpak maakt het niet mogelijk om structuurwijzigingen te identificeren. Bij de berekeningen is uitgegaan van een in de tijd constante omzet van architecten per euro bouwvolume voor de afzonderlijke gebouwtypen en ook afzonderlijk voor de nieuwbouw en herstel- en verbouw. Deze omzet is bepaald voor het startjaar 2008, waarvoor ook de omzetverdeling van architecten naar type werk beschikbaar is. Deze omzetverdeling kent echter geen onderverdeling tussen nieuwbouw en bestaande bouw. Op basis van de CBSstatistiek van de opdrachtenstroom van architecten is deze verdeling door ons aangebracht. Van de omzet van architecten in 2008 heeft 85% betrekking op nieuwbouw en 15% op bestaande bouw. De omzetsamenstelling van architecten in toekomstige jaren is bepaald op basis van de bouwproductieontwikkeling van de onderscheiden gebouwtypen naar nieuwbouw en bestaande bouw. Bij de berekeningen is geen rekening gehouden met de omzet die Nederlandse architecten in het buitenland behalen en de omzet van buitenlandse architecten in Nederland. Impliciet is verondersteld dat deze tegen elkaar wegvallen. 6 6 Ook in andere Europese landen speelt de trend van een afnemende bevolkings- en huishoudensgroei, waardoor de bouwproductie ook in deze landen structureel verschuift van nieuwbouw naar bestaande bouw. Een sterke uiteenlopende ontwikkeling tussen de Nederlandse bouwproductie en die in omringende landen ligt niet in de rede. Architecten in de toekomst 25

Bouwproductie 15 procent lager in komende twee jaar

Bouwproductie 15 procent lager in komende twee jaar Bouwproductie 15 procent lager in komende twee jaar Het CPB heeft haar vooruitzichten voor de Nederlandse economie sterk neerwaarts aangepast. Het bbp daalt volgens het CPB dit jaar met 3,5 procent en

Nadere informatie

Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025

Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025 Persbericht PB13 062 1 oktober 2013 9:30 uur Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025 Tussen 2012 en 2025 groeit de bevolking van Nederland met rond 650 duizend tot 17,4 miljoen

Nadere informatie

De bouw in 2020. Vier kwantitatieve scenario s

De bouw in 2020. Vier kwantitatieve scenario s De bouw in 2020 Vier kwantitatieve scenario s De bouw in 2020 Het auteursrecht voor de inhoud berust geheel bij de Stichting Economisch Instituut voor de Bouw. Overnemen van de inhoud (of delen daarvan)

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. In 2025 fors meer huishoudens in de Randstad

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. In 2025 fors meer huishoudens in de Randstad Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-049 8 juli 2008 9.30 uur In 2025 fors meer huishoudens in de Randstad Sterkste groei aan noordoostzijde Randstad Ook meer huishoudens in Noord-Brabant

Nadere informatie

Monitor Bouwketen. Voorjaar 2015. Marien Vrolijk

Monitor Bouwketen. Voorjaar 2015. Marien Vrolijk Monitor Bouwketen Voorjaar 2015 Marien Vrolijk 2 Inhoudsopgave Conclusies op hoofdlijnen 5 1 Bouwketen 6 1.1 Recente ontwikkelingen 6 1.2 Conjunctuur bouwketen 8 2 Architectenbureaus 10 3 Ingenieursbureaus

Nadere informatie

TNO Bouwprognoses SAMENVATTING op basis van de CPB decemberraming 2011

TNO Bouwprognoses SAMENVATTING op basis van de CPB decemberraming 2011 TNO Bouwprognoses 2011-2016 SAMENVATTING op basis van de CPB decemberraming 2011 In opdracht van: Ministerie van BZK 15 december 2011 Delft, TNO 1 Miljoen Euro 1 Samenvatting De TNO Bouwprognoses zijn

Nadere informatie

Crisis en herstel in de bouwsector

Crisis en herstel in de bouwsector Crisis en herstel in de bouwsector De bouwsector verkeert in zwaar weer. Voorlopende ontwikkelingen, zoals woningverkopen en de omvang van de orderportefeuilles, kondigden anderhalf jaar geleden al de

Nadere informatie

BIJLAGE D KANTOREN-, HOTEL- EN WONINGMARKT WEERT

BIJLAGE D KANTOREN-, HOTEL- EN WONINGMARKT WEERT BIJLAGE D KANTOREN-, HOTEL- EN WONINGMARKT WEERT Kantorenmarkt Weert Tot 2020 zeer beperkte behoefte aan nieuwe kantoorruimte in Weert, er is al meer dan voldoende aanbod van kantoorruimte, toevoegen van

Nadere informatie

De Nederlandse woningmarkt Léon Groenemeijer, Kenneth Gopal (ABF Research)

De Nederlandse woningmarkt Léon Groenemeijer, Kenneth Gopal (ABF Research) De Nederlandse woningmarkt 2019-2030 Léon Groenemeijer, Kenneth Gopal (ABF Research) Opgave: Woningtekort anno 2018: 279.000 3,6% Verder opgelopen, raming 2019: 294.000 3,8% Grote regionale verschillen:

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-073 13 december 2012 9.30 uur Potentiële beroepsbevolking blijft straks op peil dankzij 65-plussers Geen langdurige krimp potentiële beroepsbevolking

Nadere informatie

Noord-Brabant in demografisch perspectief

Noord-Brabant in demografisch perspectief Noord-Brabant in demografisch perspectief over prognoses, trends en ontwikkelingen en de opgaven op het vlak van wonen met zorg en welzijn --- Inspiratiebijeenkomst Wonen met zorg en welzijn Futura / Provincie

Nadere informatie

Investeren in Drenthe

Investeren in Drenthe Investeren in Drenthe Trends en uitdagingen EIB Eindrapport 31 maart 2015 2 Inhoudsopgave Perspectief voor Drenthe 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Drenthe 10 3 Vastgoed in Drenthe 15 4 Infrastructuur in Drenthe

Nadere informatie

Regionaal-Economische Barometer

Regionaal-Economische Barometer Regionaal-Economische Barometer Verwachtingen voor Assen-Beilen in 2011 Januari 2011 CONCLUSIES Groeiverwachting Nederlandse economie in 2011 1½ procent Overheid en zorg goed voor 40 procent van de werkgelegenheid

Nadere informatie

Woonwensen en Woningbehoefte. Kenneth Gopal Kathrin Becker

Woonwensen en Woningbehoefte. Kenneth Gopal Kathrin Becker 16086-ABF Woonwensen en Woningbehoefte Kenneth Gopal Kathrin Becker 16086-ABF Opbouw presentatie I. Waar komen we vandaan? Relevante ontwikkelingen in het recente verleden II. Waar gaan we naar toe? Blik

Nadere informatie

Artikelen. Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten. Maarten Alders en Han Nicolaas

Artikelen. Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten. Maarten Alders en Han Nicolaas Artikelen Huishoudensprognose 2 25: belangrijkste uitkomsten Maarten Alders en Han Nicolaas Het aantal huishoudens neemt de komende jaren toe, van 7,1 miljoen in 25 tot 8,1 miljoen in 25. Dit blijkt uit

Nadere informatie

vraaggericht woningmarkt onderzoek Maastricht

vraaggericht woningmarkt onderzoek Maastricht vraaggericht woningmarkt onderzoek Maastricht Stec Groep aan Gemeente Maastricht Desiree Uitzetter 18 november 2014 U vroeg ons: Actuele inzichten voor herijking stedelijke programmering Nieuwe regionale

Nadere informatie

Artikelen. Huishoudensprognose : uitkomsten. Coen van Duin en Suzanne Loozen

Artikelen. Huishoudensprognose : uitkomsten. Coen van Duin en Suzanne Loozen Artikelen Huishoudensprognose 28 2: uitkomsten Coen van Duin en Suzanne Loozen Het aantal huishoudens blijft de komende decennia toenemen, van 7,2 miljoen in 28 tot 8,3 miljoen in 239. Daarna zal het aantal

Nadere informatie

Gemeente Valkenswaard

Gemeente Valkenswaard Gemeente Valkenswaard Bevolkings- en huishoudensprognose 2014 Second opinion 12 maart DATUM 12 maart TITEL Bevolkings- en huishoudensprognose 2014 ONDERTITEL Second opinion OPDRACHTGEVER Gemeente Valkenswaard

Nadere informatie

Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten

Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten Huishoudensprognose 26 2: belangrijkste uitkomsten Elma van Agtmaal-Wobma en Coen van Duin Het aantal huishoudens blijft de komende decennia toenemen, van 7,2 miljoen in 26 tot 8,1 miljoen in 23. Daarna

Nadere informatie

Demografische ontwikkelingen : onzekerheid en regionale diversiteit

Demografische ontwikkelingen : onzekerheid en regionale diversiteit Demografische ontwikkelingen 2010-2040: onzekerheid en regionale diversiteit Jan Ritsema van Eck Frank van Dam Carola de Groot Andries de Jong PBL Ruimteconferentie 21 mei 2013 Opbouw presentatie 1) Vragen

Nadere informatie

Toekomstperspectieven sloop- en asbestverwijderingsbranche

Toekomstperspectieven sloop- en asbestverwijderingsbranche www.sloopaannemers.nl www.eib.nl Toekomstperspectieven sloop- en asbestverwijderingsbranche Samenvatting van de resultaten van EIB onderzoek Inleiding Terugblik: 2009-2013 Toekomstperspectief: 2014-2019

Nadere informatie

Bevolkingsprognose Deventer 2015

Bevolkingsprognose Deventer 2015 Bevolkingsprognose Deventer 2015 Aantallen en samenstelling van bevolking en huishoudens Augustus 2015 augustus 2015 Uitgave : team Kennis en Verkenning Naam : John Stam Telefoonnummer : 0570 693298 Mail

Nadere informatie

Analyse van de markt voor (bestaande) huurwoningen in de Gemeente Steenwijkerland

Analyse van de markt voor (bestaande) huurwoningen in de Gemeente Steenwijkerland Analyse van de markt voor (bestaande) huurwoningen in de Gemeente Steenwijkerland drs. J.E. den Ouden 1-11-2013 Bevolking De gemeente Steenwijkerland telt momenteel circa 43.400 inwoners. Het inwonertal

Nadere informatie

Leegstand van kantoren, 1991-2013

Leegstand van kantoren, 1991-2013 Leegstand van kantoren, 1991-2013 Conclusie In Nederland is een overaanbod van kantoorvloeroppervlakte. Gemiddeld 16% van het kantoorvloeroppervlakte staat leeg in 2013. Dit percentage neemt nog steeds

Nadere informatie

Samenvatting UWV Arbeidsmarktprognose Met een doorkijk naar 2018

Samenvatting UWV Arbeidsmarktprognose Met een doorkijk naar 2018 Samenvatting UWV Arbeidsmarktprognose 2013-2014 Met een doorkijk naar 2018 Samenvatting UWV Arbeidsmarktprognose 2013-2014 Een belangrijke taak van UWV is het bij elkaar brengen van vraag en aanbod op

Nadere informatie

Investeren in Noord-Brabant

Investeren in Noord-Brabant Investeren in Noord-Brabant Trends en uitdagingen EIB Eindrapport 3 maart 2015 Inhoudsopgave Perspectief voor Noord-Brabant 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Noord-Brabant 10 3 Vastgoed in Noord-Brabant 16 4

Nadere informatie

Planbureau voor de Leefomgeving PERSBERICHT. Bevolking daalt in kwart Nederlandse gemeenten. Nieuwe regionale bevolkingsprognoses tot 2040:

Planbureau voor de Leefomgeving PERSBERICHT. Bevolking daalt in kwart Nederlandse gemeenten. Nieuwe regionale bevolkingsprognoses tot 2040: Planbureau voor de Leefomgeving PERSBERICHT Nieuwe regionale bevolkingsprognoses tot 2040: Bevolking daalt in kwart Nederlandse gemeenten De komende dertig jaar treedt in delen van Nederland, vooral in

Nadere informatie

CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen

CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen Het aantal mensen met werk is in de periode februari-april met gemiddeld 2 duizend per maand toegenomen. Vooral jongeren en 45-plussers gingen aan de slag.

Nadere informatie

De bevolkings- en woningbehoefteprognoses Noord-Brabant actualisering 2011: een samenvatting

De bevolkings- en woningbehoefteprognoses Noord-Brabant actualisering 2011: een samenvatting De bevolkings- en woningbehoefteprognoses Noord-Brabant actualisering 211: een samenvatting Onderzoek en Statistiek Gooitske Marsman Februari 212 In deze notitie staat een samenvatting van De bevolkingsprognose-

Nadere informatie

De grijze golf. Demografische ontwikkeling Drechtsteden tot Figuur 1 Bevolking Drechtsteden , totaal

De grijze golf. Demografische ontwikkeling Drechtsteden tot Figuur 1 Bevolking Drechtsteden , totaal De grijze golf Demografische ontwikkeling Drechtsteden tot 23 In deze factsheet rapporteren we over de uitkomsten van de bevolkings- en huishoudensprognose en de gevolgen ervan voor de Drechtsteden. De

Nadere informatie

Verschuiving van grootschalige nieuwbouw in buitengebied naar kleinschalige (her-) bouw in bestaande situatie;

Verschuiving van grootschalige nieuwbouw in buitengebied naar kleinschalige (her-) bouw in bestaande situatie; Bouw De sector bouwnijverheid bestaat uit een diversiteit aan bedrijven. Belangrijke bedrijfsgroepen zijn: Aannemersbedrijven Burgerlijke en Utiliteitsbouw (algemeen en gespecialiseerd)* Aannemersbedrijven

Nadere informatie

Vergrijzing, verkleuring en individualisering. Voor wie verstandig handelt!

Vergrijzing, verkleuring en individualisering. Voor wie verstandig handelt! Vergrijzing, verkleuring en individualisering Trendsamenvatting Naam Definitie Scope Conclusies Invloed Impact Bronnen Vergrijzing, verkleuring en individualisering De wereldbevolking neemt toe, waarbij

Nadere informatie

Investeren in Groningen. Trends en uitdagingen

Investeren in Groningen. Trends en uitdagingen Investeren in Groningen Trends en uitdagingen Eindrapport 10 april 2015 2 Inhoudsopgave Perspectief voor Groningen 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Groningen 10 3 Vastgoed in Groningen 15 4 Infrastructuur in

Nadere informatie

prognoses in tijden van crisis

prognoses in tijden van crisis prognoses in tijden van crisis over demografische veranderingen, flinke bouwopgaven en stagnerende woningbouw --- Bouwberaad West-Brabant 1 maart 2012 --- Niek Bargeman senior adviseur bevolking en wonen

Nadere informatie

Trendrapport Oosterhout 2010 2040

Trendrapport Oosterhout 2010 2040 2040 december 2010 Een uitgave van de gemeente Oosterhout rapporteur: afdeling Service en Ondersteuning (SO), taakgroep Onderzoek & Statistiek (O&S) definitieve versie: december 2010 2 Trendrapport Oosterhout

Nadere informatie

Wim Derks Kenniscentrum voor Bevolkingsdaling en Beleid, Universiteit Maastricht en Etil

Wim Derks Kenniscentrum voor Bevolkingsdaling en Beleid, Universiteit Maastricht en Etil Bevolkingsontwikkeling: Lichte groei, stabilisatie of lichte daling? Worden we daar beter of slechter van? Wim Derks Kenniscentrum voor Bevolkingsdaling en Beleid, Universiteit Maastricht en Etil www.bevolkingsdaling.nl

Nadere informatie

Werkloosheid nauwelijks veranderd

Werkloosheid nauwelijks veranderd Persbericht Pb14-084 18-12-2014 09.30 uur Werkloosheid nauwelijks veranderd - Werkloosheid blijft 8 procent - Meer mensen aan het werk in de afgelopen drie maanden - Aantal WW-uitkeringen met 6 duizend

Nadere informatie

Monitor Bouwketen. Najaar Marien Vrolijk

Monitor Bouwketen. Najaar Marien Vrolijk Monitor Bouwketen Najaar 2014 Marien Vrolijk 2 Inhoudsopgave Conclusies op hoofdlijnen 5 1 Bouwketen 6 1.1 Recente ontwikkelingen 6 1.2 Conjunctuur bouwketen 8 2 Architectenbureaus 10 3 Ingenieursbureaus

Nadere informatie

Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013

Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 drs. W. van Ooij MarktMonitor Januari 2015 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 . Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013

Nadere informatie

Investeren in Zeeland

Investeren in Zeeland Investeren in Zeeland Trends en uitdagingen EIB Concept 11 maart 2015 2 Inhoudsopgave Perspectief voor Zeeland 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Zeeland 10 3 Vastgoed in Zeeland 16 4 Infrastructuur in Zeeland

Nadere informatie

BRABANT IN DEMOGRAFISCH PERSPECTIEF ontwikkelingen van de (West-)Brabantse bevolking trends prognoses beleidseffecten - opgaven

BRABANT IN DEMOGRAFISCH PERSPECTIEF ontwikkelingen van de (West-)Brabantse bevolking trends prognoses beleidseffecten - opgaven BRABANT IN DEMOGRAFISCH PERSPECTIEF ontwikkelingen van de (West-)Brabantse bevolking trends prognoses beleidseffecten - opgaven Regionale Collegebijeenkomst Regio West-Brabant 19 september 2012 Niek Bargeman

Nadere informatie

Investeren in Friesland. Trends en uitdagingen

Investeren in Friesland. Trends en uitdagingen Investeren in Friesland Trends en uitdagingen Eindrapport 10 april 2015 Inhoudsopgave Perspectief voor Friesland 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Friesland 10 3 Vastgoed in Friesland 15 4 Infrastructuur in

Nadere informatie

Toekomstige demografische veranderingen gemeente Groningen in een notendop

Toekomstige demografische veranderingen gemeente Groningen in een notendop VLUGSCHRIFT Bevolkingsprognose gemeente Groningen - Toekomstige demografische veranderingen gemeente Groningen in een notendop Inleiding De omvang en samenstelling van de bevolking van de gemeente Groningen

Nadere informatie

Regionale arbeidsmarktprognose

Regionale arbeidsmarktprognose Provincie Zeeland Afdeling Economie Regionale arbeidsmarktprognose 2011-2012 Inleiding Begin juni 2011 verscheen de rapportage UWV WERKbedrijf Arbeidsmarktprognose 2011-2012 Met een doorkijk naar 2016".

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Tempo vergrijzing loopt op

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Tempo vergrijzing loopt op Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-083 17 december 2010 9.30 uur Tempo vergrijzing loopt op Komende 5 jaar half miljoen 65-plussers erbij Babyboomers leven jaren langer dan vooroorlogse

Nadere informatie

Visie op Architecten- en Ingenieursbureaus Update 2014

Visie op Architecten- en Ingenieursbureaus Update 2014 Visie op Architecten- en Ingenieursbureaus Update 2014 Daling bouwproductie raakt architecten harder dan ingenieurs, eerste herstel zichtbaar In 2013 krimpt omzet van architectenbureaus met 12,2% en van

Nadere informatie

fluchskrift

fluchskrift Wonen in Fryslân Afgelopen jaren minder toename woningen In 2011 bedraagt de totale woningvoorraad in Fryslân 282.689 woningen. In 2000 bestond de totale woningvoorraad nog uit 261.849 woningen. Tussen

Nadere informatie

Mei Economische Barometer Weerterland en Cranendonck. Verwachting voor 2010 en 2011

Mei Economische Barometer Weerterland en Cranendonck. Verwachting voor 2010 en 2011 Verwachting voor 2010 en 2011 Mei 2010 CONCLUSIES Productiesectoren landbouw, industrie en bouw goed voor een derde van de werkgelegenheid in. Afname van de werkgelegenheid doet zich in 2010 vooral voor

Nadere informatie

Woningmarkt Zeeland: ontwikkelingen en beleidsconsequenties

Woningmarkt Zeeland: ontwikkelingen en beleidsconsequenties Woningmarkt Zeeland: ontwikkelingen en beleidsconsequenties Michiel Mulder Programmaleider Wonen & Projectanalyse EIB Masterclass Wethouders Middelburg, 9 juli 2014 1 Inhoud Drie vragen Wat zijn de recente

Nadere informatie

MONITOR ECONOMIE ZUID-LIMBURG

MONITOR ECONOMIE ZUID-LIMBURG MONITOR ECONOMIE ZUID-LIMBURG Economie Zuid-Limburg in de lift, maar we zijn er nog niet De Zuid-Limburgse economie is in 2016 anderhalf keer zo snel gegroeid als het Nederlands gemiddelde. Bijna alle

Nadere informatie

5.6 Het Nederlands hoger onderwijs in internationaal perspectief

5.6 Het Nederlands hoger onderwijs in internationaal perspectief 5.6 Het s hoger onderwijs in internationaal perspectief In de meeste landen van de is de vraag naar hoger onderwijs tussen 1995 en 2002 fors gegroeid. Ook in gaat een steeds groter deel van de bevolking

Nadere informatie

Bevolkingsomvang en aantal huishoudens,

Bevolkingsomvang en aantal huishoudens, Indicator 4 juli 2017 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Per 1 januari 2017 bedraagt de Nederlandse

Nadere informatie

Masterclass Krimp. Presentatie Angelique vanwingerden. 16 september 2011 Kennisnetwerk Krimp Noord-Nederland (KKNN)

Masterclass Krimp. Presentatie Angelique vanwingerden. 16 september 2011 Kennisnetwerk Krimp Noord-Nederland (KKNN) Masterclass Krimp Presentatie Angelique vanwingerden 16 september 2011 Kennisnetwerk Krimp Noord-Nederland (KKNN) Bevolkingsontwikkeling Bevolkingsontwikkeling in Noord-Drenthe 2000-2010 Bevolkingsontwikkeling

Nadere informatie

Bevolkingsprognose van Amersfoort 2013-2030 Gemeente Amersfoort Marc van Acht en Ben van de Burgwal maart 2013

Bevolkingsprognose van Amersfoort 2013-2030 Gemeente Amersfoort Marc van Acht en Ben van de Burgwal maart 2013 Bevolkingsprognose van Amersfoort 213-23 Gemeente Amersfoort Marc van Acht en Ben van de Burgwal maart 213 In april verwacht Amersfoort haar 15.ste inwoner te mogen begroeten. Ondanks de recessie in de

Nadere informatie

Arbeidsmarktprognoses Noord-Holland 2012

Arbeidsmarktprognoses Noord-Holland 2012 Arbeidsmarktprognoses Noord-Holland 2012 t.b.v. Monitor Arbeidsmarkt en Onderwijs Provincie Noord-Holland IJmuiden, 23 november 2012 Arjan Heyma www.seo.nl - secretariaat@seo.nl - +31 20 525 1630 Belangrijkste

Nadere informatie

Investeren in Zuid-Holland

Investeren in Zuid-Holland Investeren in Zuid-Holland Trends en uitdagingen EIB Eindrapport 27 februari 2015 2 Inhoudsopgave Perspectief voor Zuid-Holland 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Zuid-Holland 10 3 Vastgoed in Zuid-Holland 15

Nadere informatie

Regionale arbeidsmarktprognose

Regionale arbeidsmarktprognose Provincie Zeeland Afdeling Economie Regionale arbeidsmarktprognose 2012-2013 Inleiding Begin juni 2012 verscheen de rapportage UWV Arbeidsmarktprognose 2012-2013 Met een doorkijk naar 2017". Hierin worden

Nadere informatie

Overzichtsrapport SER Gelderland

Overzichtsrapport SER Gelderland Overzichtsrapport SER Gelderland Bevolking en participatie In opdracht van SER Gelderland September 2008 Drs. J.D. Gardenier L.T. Schudde CAB Martinikerkhof 30 9712 JH Groningen 050-3115113 cab@cabgroningen.nl

Nadere informatie

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen 2009-2013 1 (index: 2009 = 100) 2014-2019 (index: 2014 = 100)

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen 2009-2013 1 (index: 2009 = 100) 2014-2019 (index: 2014 = 100) Het aantal leerlingen in het basisonderwijs is tussen 2010 en 2014 gedaald. In de provincie Limburg nam het aantal leerlingen in deze periode het sterkst af. In het voortgezet onderwijs is het aantal leerlingen

Nadere informatie

2010-2012 SAMENVATTING

2010-2012 SAMENVATTING 2010-2012 SAMENVATTING Samenvatting De Regionale woningmarktmonitor 2010-2012 beschrijft de ontwikkelingen op de woningmarkt in het gebied binnen de driehoek Waalwijk, Oss en Boxtel. De kredietcrisis

Nadere informatie

Gebiedsontwikkeling: digitaal of integraal

Gebiedsontwikkeling: digitaal of integraal Gebiedsontwikkeling: digitaal of integraal Taco van Hoek Stibbe Congres Gebiedsontwikkeling Amsterdam, 19 mei 2016 1 Inhoud Drie vragen Wat komt er op ons af? Waar wil de consument wonen? Welke implicaties

Nadere informatie

Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant actualisering 2011

Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant actualisering 2011 Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant actualisering 2011 ontwikkelingen van de (West-)Brabantse bevolking trends - prognoses - beleidseffecten --- Congres Regio West-Brabant 23 maart 2012

Nadere informatie

Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn 2011-2025

Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn 2011-2025 Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn 211-225 Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1 1.2 Componenten van de groei 3 2. Jong en oud 6 3. Huishoudens 8 Uitgave I&O Research

Nadere informatie

CPB Notitie 8 mei 2012. Actualiteit WLO scenario s

CPB Notitie 8 mei 2012. Actualiteit WLO scenario s CPB Notitie 8 mei 2012 Actualiteit WLO scenario s. CPB Notitie Aan: De Deltacommissaris Drs. W.J. Kuijken Postbus 90653 2509 LR Den Haag Datum: 8 mei 2012 Betreft: Actualiteit WLO scenario's Centraal

Nadere informatie

Investeren in Limburg

Investeren in Limburg Investeren in Limburg Trends en uitdagingen EIB Eindrapport 2 april 2015 2 Inhoudsopgave Perspectief voor Limburg 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Limburg 10 3 Vastgoed in Limburg 15 4 Infrastructuur in Limburg

Nadere informatie

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juni 2013

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juni 2013 Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juni 2013 1. Inleiding In 2012 hebben Etil en Research voor Beleid in opdracht van de Provincie Limburg de ontwikkeling van de Limburgse arbeidsmarkt onderzocht

Nadere informatie

Bevolkingsomvang en aantal huishoudens,

Bevolkingsomvang en aantal huishoudens, Indicator 2 mei 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Per 1 januari 2018 telde Nederlandse

Nadere informatie

Primos-model. Basisuitkomsten Primos 2013 Kleidum

Primos-model. Basisuitkomsten Primos 2013 Kleidum Primos-model Basisuitkomsten Primos 2013 Kleidum 2 Het Primos-model Werking Primos-model Het Primos-model voorspelt de bevolkingsontwikkeling als gevolg van geboorte, sterfte, buitenlandse en binnenlandse

Nadere informatie

WoON-themarapport. Woningbouwplanningen van kwantiteit naar kwaliteit

WoON-themarapport. Woningbouwplanningen van kwantiteit naar kwaliteit Woningbouwplanningen van kwantiteit naar kwaliteit Middelburg, december 2013 Colofon SCOOP 2013 Samenstelling Dick van der Wouw Nadet Somers SCOOP Zeeuws instituut voor sociale en culturele ontwikkeling

Nadere informatie

Demografische (wijk-) analyse van de woningbouwplannen Deventer 2015

Demografische (wijk-) analyse van de woningbouwplannen Deventer 2015 Demografische (wijk-) analyse van de woningbouwplannen Deventer 2015 Uitgave : team Kennis en Verkenning Naam : John Stam Telefoonnummer : 3298 Mail : gj.stam@deventer.nl 1 Inhoudsopgave pagina 1 Inleiding:

Nadere informatie

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt Tussen maart en mei is het aantal mensen met een baan met gemiddeld 6 duizend per maand gestegen. De stijging is volledig aan vrouwen toe te schrijven. Het

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE ONTWIKKELING

DEMOGRAFISCHE ONTWIKKELING Rapport DEMOGRAFISCHE ONTWIKKELING 2014-2040 Gemeente Bergen 2014 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn 0229-282555 Rapportnummer 2015/concept Datum Januari 2015

Nadere informatie

BIJLAGE A KENGETALLEN In deze bijlage geven we in overzichtelijke tabellen de kengetallen weer die gebruikt zijn ter bepaling van de effecten van het kantoren- en bedrijventerreinenprogramma voor de regio

Nadere informatie

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 7 e editie. Opzet en inhoud

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 7 e editie. Opzet en inhoud 7 e editie Economische monitor Voorne PutteN Opzet en inhoud Deze factsheet is de zevende editie van de Economische Monitor en presenteert recente economische ontwikkelingen van als regio en de vier gemeenten.

Nadere informatie

(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar

(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar Ontwikkeling van de WW in de periode 21 24 Ton Ferber Tussen eind 21 en eind 24 is het aantal WW-uitkeringen bijna verdubbeld. Vooral het aantal uitkeringen aan mannen jonger dan 45 is sterk gestegen.

Nadere informatie

HAAGSE MONITOR RECESSIECIJFERS januari 2010

HAAGSE MONITOR RECESSIECIJFERS januari 2010 Pagina // Bijlage HAAGSE MONITOR RECESSIECIJFERS uari Deze monitor geeft zowel prognoses als gerealiseerde cijfers weer. Het vaststellen van gerealiseerde cijfers kost tijd, maar worden, zodra deze bekend

Nadere informatie

Woningbehoefte onderzoek

Woningbehoefte onderzoek Woningbehoefte onderzoek Prognose woningbehoefte Amersfoort tot 2015 Gemeente Amersfoort Sector Dienstverlening, Informatie en Advies (DIA) Afdeling Onderzoek en Statistiek Marc van Acht Uitgave en rapportage:

Nadere informatie

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 4 e editie. Opzet en inhoud

Economische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 4 e editie. Opzet en inhoud 4 e editie Economische monitor Voorne PutteN Opzet en inhoud In 2010 verscheen de eerste editie van de Economische Monitor Voorne-Putten, een gezamenlijk initiatief van de vijf gemeenten Bernisse, Brielle,

Nadere informatie

Mei Economische Barometer Valkenswaard en Waalre. Verwachting voor 2010 en 2011

Mei Economische Barometer Valkenswaard en Waalre. Verwachting voor 2010 en 2011 Verwachting voor 2010 en 2011 Mei 2010 CONCLUSIES Zakelijke dienstverlening domineert de economie van Waalre. Valkenswaard kent relatief veel industrie en groothandel. Afname van de werkgelegenheid doet

Nadere informatie

Huishoudens naar type in stad en ommeland,

Huishoudens naar type in stad en ommeland, Indicator 8 december 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het beleid van de Nota Ruimte

Nadere informatie

Woningvoorraad en woningbehoefte in Nederland

Woningvoorraad en woningbehoefte in Nederland Wonen in Hilversum Woningvoorraad en woningbehoefte in Nederland De Nederlandse woningmarkt staat momenteel in het middelpunt van de belangstelling. Deze aandacht heeft vooral betrekking op de ordening

Nadere informatie

Huishoudensprognose : ontwikkelingen naar type en grootte

Huishoudensprognose : ontwikkelingen naar type en grootte Huishoudensprognose 5: ontwikkelingen naar type en grootte Andries de Jong Het aantal huishoudens neemt de komende decennia fors toe, van 6,9 miljoen in naar 8, miljoen in 5. Deze groei wordt vooral bepaald

Nadere informatie

Monitor Bouwketen. Daan Holtackers Ad Grootenboer

Monitor Bouwketen. Daan Holtackers Ad Grootenboer Monitor Bouwketen Daan Holtackers Ad Grootenboer V01 Rapport in opdracht van BNA, Bouwend Nederland, FOSAG, NLingenieurs en UNETO-VNI Juni 2011 Inhoudsopgave Inleiding 3 1 Algemeen 5 1.1 De conjunctuurontwikkeling

Nadere informatie

Achtergrondnotitie t.b.v. de PRO-vergadering d.d. 30 maart, agendapunt 2

Achtergrondnotitie t.b.v. de PRO-vergadering d.d. 30 maart, agendapunt 2 Achtergrondnotitie t.b.v. de PRO-vergadering d.d. 30 maart, agendapunt 2 werkgelegenheidsontwikkeling bouwnijverheid, bevolkingsgroei en economische groei De bouwnijverheid is een conjunctuurgevoelige

Nadere informatie

Investeren in Nederland

Investeren in Nederland Investeren in Nederland Taco van Hoek Amsterdam, 14 oktober 2015 1 Inleiding Investeren in Nederland Initiatief: Aedes, BNL, BZK, EIB Toekomstverkenning, geen voorspellingen Scenariostudie: 2010-2040 Kader

Nadere informatie

Krimp in Fryslân. Inwonertal

Krimp in Fryslân. Inwonertal Krimp in Fryslân Bevolkingsdaling, lokaal en regionaal, is een vraagstuk van nu én de komende jaren. Hoewel pas over enkele decennia de bevolking van Fryslân als geheel niet meer zal groeien, is in sommige

Nadere informatie

Een uitdagende arbeidsmarkt. Erik Oosterveld 24 juni 2014

Een uitdagende arbeidsmarkt. Erik Oosterveld 24 juni 2014 Een uitdagende arbeidsmarkt Erik Oosterveld 24 juni 2014 Wat waren de gevolgen van de recessie? Hoeveel banen zijn er verloren gegaan? In welke sectoren heeft de recessie het hardst toegeslagen? Werkgelegenheid

Nadere informatie

Bevolkingsprognose Purmerend 2011-2026

Bevolkingsprognose Purmerend 2011-2026 Bevolkingsprognose Purmerend 2011-2026 Uitgevoerd door: Jan van Poorten Team Beleidsonderzoek & Informatiemanagement Gemeente Purmerend mei 2011 Informatie: Gemeente Purmerend Team Beleidsonderzoek & Informatiemanagement

Nadere informatie

Monitor Bouwketen. Daan Holtackers

Monitor Bouwketen. Daan Holtackers Monitor Bouwketen Daan Holtackers Rapport in opdracht van BNA, Bouwend Nederland, NLingenieurs en UNETO-VNI Juli 2014 Inhoudsopgave Conclusies op hoofdlijnen 3 1 Bouwkolom 5 1.1 Recente ontwikkelingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 31 322 Kinderopvang Nr. 274 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

DEMOGRAFIE DEMOGRAFISCHE TRENDBREUK DOOR VERMINDERDE WONINGBOUW

DEMOGRAFIE DEMOGRAFISCHE TRENDBREUK DOOR VERMINDERDE WONINGBOUW HOOFDSTUK 2 DEMOGRAFIE DEMOGRAFISCHE TRENDBREUK DOOR VERMINDERDE WONINGBOUW Van sterke bevolkingsgroei door migratie naar matige groei door geboorteoverschot De drooglegging van de Haarlemmermeerpolder

Nadere informatie

NIDI, juni Joop de Beer Peter Ekamper Nicole van der Gaag. Vergelijking van de gemeentelijke prognoses van Pearl en Primos

NIDI, juni Joop de Beer Peter Ekamper Nicole van der Gaag. Vergelijking van de gemeentelijke prognoses van Pearl en Primos NIDI, juni 2015 Joop de Beer Peter Ekamper Nicole van der Gaag Vergelijking van de gemeentelijke prognoses van Pearl en Primos Vergelijking van de gemeentelijke prognoses van Pearl en Primos Joop de Beer,

Nadere informatie

De huishoudens in Groningen worden steeds kleiner

De huishoudens in Groningen worden steeds kleiner De huishoudens in Groningen worden steeds kleiner In Nederland is een trend zichtbaar naar steeds kleinere families, ook wel de verdunning van huishoudens genoemd. Niet het aantal huishoudens neemt af,

Nadere informatie

Woningen en nieuwbouwwoningen per gemeente en provincie,

Woningen en nieuwbouwwoningen per gemeente en provincie, Woningen en nieuwbouwwoningen per gemeente en provincie, 2000-2008 Indicator 20 mei 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen

Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen 211-225 Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1 1.2 Componenten van de groei 3 2. Jong en oud 6 3. Huishoudens 8 Uitgave I&O

Nadere informatie

Beroepsbevolking 2005

Beroepsbevolking 2005 Beroepsbevolking 2005 De veroudering van de beroepsbevolking is duidelijk zichtbaar in de veranderende leeftijdspiramide van de werkzame beroepsbevolking (figuur 1). In 1975 behoorde het grootste deel

Nadere informatie

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juli 2011

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juli 2011 Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juli 2011 1 Inleiding In 2011 hebben Etil en Research voor Beleid in opdracht van de Provincie Limburg de ontwikkeling van de Limburgse arbeidsmarkt onderzocht

Nadere informatie

Investeren in Zeeland

Investeren in Zeeland Investeren in Zeeland Trends en uitdagingen EIB Eindrapport 17 maart 2015 2 Inhoudsopgave Perspectief voor Zeeland 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Zeeland 10 3 Vastgoed in Zeeland 16 4 Infrastructuur in Zeeland

Nadere informatie

WLO 2015: Nederland in 2050 waar wonen en werken we? Jan Ritsema van Eck Joost van Gemeren Peter Zwaneveld Olav-Jan van Gerwen

WLO 2015: Nederland in 2050 waar wonen en werken we? Jan Ritsema van Eck Joost van Gemeren Peter Zwaneveld Olav-Jan van Gerwen WLO 2015: Nederland in 2050 waar wonen en werken we? Jan Ritsema van Eck Joost van Gemeren Peter Zwaneveld Olav-Jan van Gerwen (PBL) (CPB) (CPB) (PBL) Symposium Feiten, Feiten, Feiten 2016 Provincie Overijssel

Nadere informatie