bij woningcorporaties

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "bij woningcorporaties"

Transcriptie

1 Kenmerken van de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties De maatschappelijke onderneming wordt in Nederland sterk gepropageerd als een nieuwe, daadkrachtige en vooral beter presterende manier om publieke dienstverlening te organiseren. Het debat over de maatschappelijke onderneming startte in 1990 en is in het eerste decennium van de 21e eeuw óók intensief gevoerd in de sector woningcorporaties. Woningcorporaties hanteren vaak de term maatschappelijke onderneming om zichzelf te karakteriseren en naar eigen zeggen om te hervormen. Parallel aan deze aangekondigde transformatie kwamen verschillende wantoestanden aan het licht. De mooie beginselverklaringen verhinderden blijkbaar niet dat er misstanden optraden. Het is daarom nuttig na te gaan wat corporaties bedoelen als ze zich maatschappelijke onderneming noemen. Zijn ze onder de vlag van dit begrip anders georganiseerd dan vroeger? Zijn ze ondernemend en maatschappelijk tegelijkertijd? In dit artikel reconstrueren we het debat over de maatschappelijke onderneming zoals dat is vastgelegd in vele publicaties. Met inhoudsanalytische technieken beantwoorden we de vraag: welke patronen zijn er te herkennen in de karakteriseringen die in de sector woningcorporaties worden gegeven aan de organisatie van de maatschappelijke onderneming? Drs. Stefan Cloudt is organisatieadviseur en werkzaam bij het departement Organization Studies van Tilburg University. Prof. dr. Jac Geurts is werkzaam aan hetzelfde department van de universiteit. Inleiding Omstreeks 1990 introduceert Steven de Waal het begrip maatschappelijke onderneming (De Waal, 2001). Maatschappelijke ondernemingen zijn organisaties die maatschappelijk belangrijke taken verrichten in een niche waarin andere instituties niet actief zijn (CDA, 2000; Gruis, 2009). In de politieke 5

2 arena en adviesorganen woedt al jaren een discussie over publieke dienstverlening. Het begrip maatschappelijke onderneming speelt daarin een belangrijke rol. De discussies gaan over de vorm van de maatschappelijke onderneming, de autonomie van die organisaties, de rol van de overheid en de kwaliteit van de dienstverlening (WRR, 2004; SCP, 2002; SER, 2005; CDA, 2005 en RMO, 2009). Brancheverenigingen (o.a. zorg en woningcorporaties) gingen het concept van de maatschappelijke onderneming overnemen en uitdragen in hun sectoren (Netwerk Toekomst Maatschappelijke Ondernemingen (hierna: NTMO), 2003 en 2008). Na de eeuwwisseling komt het concept van de maatschappelijke onderneming onder woningcorporaties in zwang. Woningcorporaties zijn dan ongeveer honderd jaar oud. In het begin van de vorige eeuw ontstaan ze als lokale verenigingen voor de bouw van betaalbare en gezonde huisvesting voor minderbedeelden. Het bleek een succesformule: er ontstond een grote, publiek gefinancierde sector voor sociale woningbouw met daarin machtige organisaties, koepelorganisaties en steunstructuren zoals onderzoeksinstellingen. Anno 2010 zijn er in Nederland 401 corporaties, in totaal werken er ruim personen. De woningcorporaties bezitten 2,4 miljoen woningen die een balanswaarde hebben van 106,7 miljard euro (Aedes, 2012). Omdat woningcorporaties functioneren op de grens van overheid en markt, zien velen hen ook als een maatschappelijke onderneming (Brandsen, Van der Donk en Kenis, 2006; De Waal, 2001). Het concept wordt in de sector met graagte ontvangen en het verspreidt zich via seminars, studiebijeenkomsten en adviesproducten. Woningcorporaties gaan zich massaal een maatschappelijke onderneming noemen. Dat lezen we in hun jaarverslagen, ondernemingsplannen en andere tekstuitingen. Er zijn twee controversiële zaken die opvallen. Ten eerste, woningcorporaties zijn op basis van formele kenmerken maatschappelijke ondernemingen en ook allemaal evenveel. Maar in werkelijkheid verschillen corporaties in grote mate van elkaar, aldus de Stichting Experimenten Volkshuisvesting (SEV, 2008:3). Ten tweede, de term maatschappelijke onderneming is relatief nieuw en zeker in de corporatiesector nog slecht gedefinieerd (Gruis, 2009). Deze observaties zijn aanleiding voor ons empirisch onderzoek naar woningcorporaties die zich maatschappelijke onderneming noemen. Wat bedoelen ze met die term? Doen corporaties onder de vlag van dit begrip de dingen anders dan vroeger? De bovenstaande commentaren uit het veld en onze eigen ervaringen met de sector deden een vermoeden ontstaan. We hielden rekening met de mogelijkheid dat de sector woningcorporaties op verschillende manieren invulling geeft aan het begrip maatschappelijke onderneming. 6 De relevantie van dit artikel ligt bij het systematisch identificeren en structureren van operationele organisatiekenmerken van maatschappelijke ondernemingen. Dit artikel gaat in op een empirisch onderzoek; het is geen evaluatie

3 of waardering op zich. We zijn geïnteresseerd in een schijnbaar simpele vraag die overigens niet zo gemakkelijk te beantwoorden blijkt: heeft de maatschappelijke onderneming een eenduidige vorm? Als die herkenbare en functionele vorm er niet is en er dus allerlei organisatievormen zijn, dan is het begrip niet erg nuttig in debatten over transparantie, effectiviteit en legitimiteit. Het begrip heeft dan weinig belang voor vergelijkend kwaliteitsstreven en voor borging van vernieuwing ( wij zijn een echte maatschappelijke onderneming geworden ). Hooguit kan het dan gebruikt worden als intentie en communicatieve metafoor ( wij ondernemen voor de samenleving ). Figuur 1. Basismodel voor het artikel Concept (voor publieke dienstverlening) Kenmerken (ten aanzien van de organisatie) Specifieke organisatorische consequenties (in een sector) De basis voor dit artikel is het model in figuur 1 dat de abstracte inhoud van het concept maatschappelijke onderneming verbeeldt in twaalf concrete organisatiekenmerken die aan de maatschappelijke onderneming principieel worden toegekend in het publieke en professionele debat. Die kennis gebruiken we voor het ontwerpen van een instrument dat als maatstaf kan dienen om vast te stellen welke van die kenmerken terugkomen in de dagelijkse organisatorische praktijk van woningcorporaties. Terugblikkend menen we hier de methodische relevantie van dit artikel te zien. We hebben documentenstudie, inhouds- en netwerkanalyse gecombineerd in een, volgens ons, herhaalbaar en functioneel onderzoeksdesign voor het onderzoeken van complexe debatten over emergente en nog ongedefinieerde (organisatie)begrippen. 1. Het publiek debat als uitgangspunt We hebben twee onderzoeken uitgevoerd. Het eerste onderzoek betrof een analyse van het algemene, dus niet sectorspecifieke publieke debat over de maatschappelijke onderneming en publieke dienstverlening. Op de uitkomsten ervan werd voortgebouwd in het tweede onderzoek naar het debat over de maatschappelijke onderneming in de sector woningcorporaties. Voor het eerste onderzoek hebben we in documenten uit het sectoroverstijgende debat gezocht naar ideeën over de inrichting van de organisatie van de maatschappelijke onderneming. We gebruikten daarvoor 15 publicaties van staatsadviesorganen (SER, SCP, WRR en RMO), politieke partijen (CDA), brancheverenigingen (NTMO) en het boek van Steven de Waal (2001). Een overzicht van deze publicaties is in tabel 1 (p. 8) opgenomen. In deze publicaties worden steeds op onderdelen en vanuit bepaalde invalshoeken uitgangspunten geformuleerd voor de (her)inrichting van de publieke dienstverlening in Nederland. Omdat het debat niet altijd rechtstreeks over de maatschappelijke onderneming gaat, werden ook publicaties bekeken met thema s zoals de consequenties van een terugtredende overheid of van meer auto- 7

4 Kenmerken van de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties nomie of ondernemerschap. Sommige adviesorganen vinden namelijk het concept maatschappelijke onderneming een specifieke invulling van de bredere gedachte van meer ondernemerschap in de publieke zaak (o.a. SER, 2005). In enkele andere rapporten (SCP, 2002; WRR, 2004) wordt gesproken over ondernemerschap voor de publieke zaak en ondernemerschap in de maatschappelijke dienstverlening. De laatste kolom van tabel 1 geeft weer in welke mate de betreffende publicatie handelt over de maatschappelijke onderneming, maatschappelijk ondernemen of maatschappelijk ondernemerschap. Vooral in de publicaties van het NTMO (2003) en CDA (2005) wordt daar veel over gesproken. Tabel 1. Overzicht van geselecteerde publicaties Jaartal Auteur/ organisatie Titel 2000 WRR Het borgen van publiek belang. n.b CDA 2001 SCP Christen Democratische Verkenningen, themanummer over maatschappelijk ondernemen in de zorg. Noch markt, noch staat. De Nederlandse non-profitsector in vergelijkend perspectief De Waal Nieuwe strategieën voor het publieke domein. n.b SCP Particulier initiatief en publiek belang. Beschouwingen over de aard en toekomst van de Nederlandse non-profitsector NTMO De waarde van de maatschappelijke onderneming geborgd. 229 Aantal hits maatschappelijke onderneming WRR Bewijzen van goede dienstverlening b WRR Staat voorbij democratie en democratie voorbij de staat CDA Investeren in de samenleving SER Ondernemerschap voor de publieke zaak SCP Publieke prestaties in perspectief NTMO 2009 RMO Voorstel NTMO inzake de verankering van de maatschappelijke onderneming in het Burgerlijk Wetboek. Stem geven aan verankering: over de legitimering van maatschappelijke dienstverlening SER Overheid én markt: het resultaat telt RMO Terug naar de basis We hebben vanuit deze publicaties, in een kwalitatieve analyse en op explorerende wijze, de kenmerken van de verwachte of gewenste organisatie van een maatschappelijke onderneming in kaart gebracht. Geen van de 15 publicaties geeft uitgebreid inzicht in de organisatorische consequenties van meer ondernemerschap in de publieke dienstverlening of van de maatschappelijke onderneming. De publicaties zijn veelal politiek geladen en idealistisch. Het rapport van

5 Kenmerken van de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties het CDA (2005) schetst het meest volledige en concrete beeld. Andere rapporten benoemen meestal één of enkele consequenties. Er is daardoor uit de 15 publicaties niet zonder meer een integraal, consistent en praktisch model te halen voor de gewenste organisatie van een maatschappelijke onderneming. We vroegen ons af of we toch een patroon zouden kunnen destilleren dat een eerste aanwijzing kan geven van hoe, in de ogen van de auteurs, de organisatie van de maatschappelijke onderneming moet of kan zijn. Figuur 2 geeft dit proces weer dat we daarna aan de hand van een voorbeeld toelichten. Figuur 2. Van publicaties naar organisatiekenmerken Passages uit publicaties over organisatorische consequenties Categoriseren Organisatiekenmerken Van elke geselecteerde publicatie maakten we een uittreksel met organisatierelevante citaten. We zochten en vonden in de publicaties uitspraken dat echte maatschappelijke ondernemingen niet zus zijn maar zo moeten zijn, of dat een goede maatschappelijke onderneming in een benoemd opzicht anders moet zijn dan de organisaties uit het verleden. Vervolgens werden door de onderzoekers de citaten voorzien van een van de labels: rol van de overheid, de betekenis die wordt gegeven aan ondernemen, organisatiekenmerk en de kwaliteit van de publieke dienstverlening. Deze labels werden afgeleid uit het bijgehouden logboek tijdens het lezen van de publicaties. Om overeenkomsten en verschillen tussen publicaties te kunnen opmerken, werden de gelabelde citaten in een tabel geplaatst waarbij de labels de kolommen vormen en de publicaties de rijen. Daarna is een verdiepende analyse uitgevoerd voor de kolom organisatiekenmerken. We gebruikten hiervoor de idee van thematic framework (Ritchie en Lewis, 2003) waarin we kwalitatieve data classificeren en organiseren volgens centrale thema s (labels of theoretische concepten) en de tijdens het onderzoek ontstane categorieën. Alle citaten werden in een mindmap geplaatst en vervolgens in categorieën ondergebracht van bij elkaar horende citaten. Voorbeelden van citaten zijn: Instellingen kunnen minder van zichzelf uitgaan en zullen zich meer op de wensen van de burgers moeten richten (SCP, 2002:160). De organisaties zouden een effectieve wijze moeten vinden om de samenwerking, discussie en dialoog met klanten in de dagelijkse werkwijze te integreren (RMO, 2010:9). Deze twee en nog andere citaten werden gecategoriseerd onder het kenmerk klantgerichte en vraaggestuurde organisatie. In totaal ontstonden er op deze manier twaalf organisatiekenmerken, die in 2011 aan een validiteitscheck werden onderworpen door ze te bespreken met een aantal experts. Deze experts lieten ons weten dat in hun ogen de juiste organisatiekenmerken zijn gedestilleerd. En dat één kenmerk in vergelijking met andere organisatiekenmerken minder goed uitgewerkt was. Dit kenmerk werd vervolgens concreter gemaakt. 9

6 Voordat we de organisatiekenmerken behandelen, geven we eerst een kort overzicht van het gevoerde algemene debat. 2. De maatschappelijke onderneming in het publieke debat, een kort overzicht De organisaties die nu vaak maatschappelijke ondernemingen heten, hebben van oudsher een belangrijke plaats in de Nederlandse samenleving. Vanuit particulier of burgerinitiatief werden organisaties opgericht die mensen ondersteunen bij wonen, onderwijs en gezondheidszorg. Na de Tweede Wereldoorlog kloppen deze organisaties steeds vaker aan bij de Rijksoverheid voor financiering. De invloed van de overheid neemt toe en de discussie over zeggenschap steekt op (SCP, 2001: ). Vanaf de jaren tachtig van de vorige eeuw verandert de opstelling van de overheid: financiële terugtrekking leidt tot heroriëntatie van de organisaties die publieke diensten verlenen. In de jaren negentig komt marktgerichte financiering op. Door verzelfstandiging worden de rollen duidelijker gescheiden. Non-profitorganisaties gaan autonomer opereren en met minder overheidsmiddelen. De focus verschuift naar de klant en naar aanvullende financieringsvormen om de dienstverlening in stand te houden (zie De Waal, 2001). Het SCP stelt dat de non-profitorganisaties die publieke diensten verlenen, zich aan gaan passen aan veranderende omstandigheden (minder overheidsfinanciering en focus verleggen naar klanten). Dat heeft tot gevolg dat er nieuwe vormen ontstaan waarin de veranderde omstandigheden worden geaccommodeerd (SCP, 2001). Deze vorm wordt steeds vaker een maatschappelijke onderneming genoemd: Een maatschappelijke onderneming is een publiekgerichte organisatie die efficiënter en effectiever wil omgaan met publieke middelen en doelen. Het vertrekpunt ligt bij de maatschappelijke doelstelling en gaat in de richting van de commerciële doelen, vaak door het ontplooien van nevenactiviteiten op commerciële basis. De verschillen tussen deze doelen vervagen en alleen de verhouding in de missie tussen commercieel doel en maatschappelijk doel bepaalt met wat voor organisatie we te maken hebben. (De Waal, 2001:47) 10 De maatschappelijke onderneming wil blijkbaar ondernemend zijn, maar voelt zich geen puur private organisatie, gericht op winst. De maatschappelijke onderneming ziet zich evenmin als overheidsorganisatie. Het eigen maatschappelijk initiatief wordt geplaatst boven een afwachtende houding ten opzichte van de volgende opdracht, de formele bevoegdheid of de extra taak (SER, 2005). Of zoals het SCP het benoemt: de geest van verantwoordelijkheid en betrokkenheid vinden we ook terug in nu populaire concepten als maatschappelijk ondernemerschap (SCP, 2001:15).

7 Het debat over de maatschappelijke onderneming gaat vooral over de toegenomen grensvervaging tussen publiek/privaat en profit/non-profit en de onwerkbaarheid daarvan voor organisaties die publieke diensten verlenen. Een van de effecten is dat deze organisaties naar een nieuwe identiteit zoeken, naar nieuwe vocabulaires en andere middelen om tot werkbare kaders te komen. Rechtsvormen, methoden voor inspraak van belanghebbenden en klantgerichte cultuur zijn voorbeelden van terreinen waarop wordt geëxperimenteerd. In het nieuwe millennium wordt de maatschappelijke onderneming ook een politiek thema. Het regeerakkoord Balkenende IV (2007) vermeldt: de invoering van de maatschappelijke onderneming draagt bij aan vernieuwing van publieke taken en diensten, woningcorporaties zijn een maatschappelijke onderneming en de rechtsvorm van een maatschappelijke onderneming wordt ingevoerd (Ministerie van AZ, 2007:25 en 29). In juli 2009 wordt het wetsvoorstel voor de rechtsvorm voor het eerst behandeld in de Tweede Kamer. In juni 2010 valt het kabinet en sindsdien maakt het begrip maatschappelijke onderneming nauwelijks nog deel uit van het algemene debat over publieke dienstverlening. In januari 2013 wordt het wetsvoorstel voor de rechtsvorm maatschappelijke onderneming formeel ingetrokken (Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 7). 3. De organisatie van de maatschappelijke onderneming, een eerste beeld Zoals gesteld, hebben we in de 15 publicaties uit het algemene debat gezocht naar informatie over de inrichting van de organisatie van de maatschappelijke onderneming. We ontdekten twaalf organisatiekenmerken voor de maatschappelijke onderneming. Als we de rapporten goed hebben gelezen (wat we veronderstellen) en als de rapporten alle verwijzen naar een min of meer gedeeld begrip van de maatschappelijke onderneming (wat niet onwaarschijnlijk is gezien de samenhang van de rapporten), dan schetsen de door ons daarin gevonden twaalf organisatiekenmerken blijkbaar een beeld van de gewenste of verwachte inrichting van de organisatie van de maatschappelijke onderneming. We menen dat dit beeld een valide en betrouwbare afspiegeling is van de inhoud van de rapporten. De winst van dit beeld is dat het op basis van een empirische systematische analyse de maatschappelijke onderneming duidt en we een startpunt hebben voor verder onderzoek en debat. Wat is dat nu voor een beeld? De organisatie van een maatschappelijke onderneming bevat blijkbaar (zie ook Cloudt en Geurts, 2012: ): 1. Missie en doelen die uitgaan van de morele waarde van de organisatie, waarbij belanghouders worden geraadpleegd, maar de organisatie zelf uiteindelijk haar agenda bepaalt. 11

8 2. Bekostiging op basis van effecten van de inspanningen van de organisatie en dat leidt tot omgang met financiële onzekerheden (risico s). 3. Maatschappelijke inbedding met een responsieve houding naar de omgeving waarbij gewerkt wordt aan vernieuwende omgangsvormen met die omgeving, aan draagvlak en dialoog om feedback over de prestaties van de organisatie op te halen. 4. Verantwoording die zowel intern als extern is gericht, die gaat over het maatschappelijk belang, de bijdrage daaraan, de kwaliteit van diensten en om feedback over de organisatie te verkrijgen. 5. Bestuur op basis van een tweelagenstructuur (stichtingsvorm met Raad van Commissarissen (RvC)) waarbij de werkorganisatie wordt geleid door een professionele directeur-bestuurder. 6. Toezicht van de RvC op de organisatie, gericht op onder andere de missie en op maatschappelijke oriëntatie van de organisatie. 7. Interne strategie met een goed functionerende strategische planning & controlcyclus waarin de strategie actueel wordt gehouden en het afwegingskader inzichtelijk wordt gemaakt. 8. Klantgerichte en vraaggestuurde organisatie, waarbij inspraak van klanten is georganiseerd, sprake is van innovatie en sturing op kwaliteit van de dienstverlening. 9. Organisatiestructuur die plat is met zelfstandige onderdelen waarin medewerkers veel klantcontact hebben en zelfsturing expliciet wordt bevorderd. 10. Ondernemersgedrag dat is gericht op de gemeenschap, waarbij ondernemende activiteiten binnen de bestaande kaders worden ontwikkeld, bijvoorbeeld om de samenwerking of dienstverlening te optimaliseren. 11. Medewerkers die gedreven worden door de maatschappelijke missie, klantgerichtheid en zelf ook een beeld hebben van de eigen organisatie (positionering). 12. Bedrijfsvoering is de eigen verantwoordelijkheid van de organisatie, er is aandacht voor doelmatigheid en borging van de kwaliteit van de dienstverlening. Deze twaalf kenmerken en de gerichte voorstellen daarin (cursieve tekst) zijn elk voor zich niet nieuw, maar als geheel verwoorden ze, bij veel organisaties die tussen overheid en markt opereren, een (gewenste) breuk met het verleden. 12 We hebben deze kenmerken nog niet gezamenlijk en overzichtelijk aangetroffen in de literatuur. Het overzicht ontstond in onze inhoudsanalyse. Het nut van dit overzicht is dat het kan helpen om een instrument te maken (dat voorbijgaat aan ideologische invalshoeken) waarmee de operationele organisatievorm van de maatschappelijke onderneming, bijvoorbeeld bij woningcorporaties, in kaart is te brengen. Met de twaalf organisatiekenmerken is dat doel nog niet behaald. We verwijzen hier ook naar het model in figuur 1 (p. 7). De informatie over de organisatiekenmerken is abstract, gefragmenteerd en nog vaak idealistisch. De geraadpleegde rapporten behandelen de maatschappelijke onderneming vanuit een politiek en staatkundig perspectief en hebben niet als doel om tot een prak-

9 tisch toepasbaar concept te komen. Daarnaast is, zo verwachten we, de invulling van de organisatiekenmerken sterk afhankelijk van de sector waarin de maatschappelijke onderneming actief is (NTMO, 2003 en 2008; SER, 2010). Het geschetste beeld met de twaalf organisatiekenmerken is een uitgangspunt om verder te operationaliseren binnen in ons geval de sector woningcorporaties. Dat deden we in het tweede onderzoek. 4. Reconstructie van organisatiekenmerken bij woningcorporaties Voor het tweede onderzoek verzamelden we documenten uit de sector woningcorporaties. Met de eerder gevonden twaalf organisatiekenmerken als gids zochten we naar informatie over concrete organisatorische consequenties van de maatschappelijke onderneming in de corporatiesector. We zijn uitgegaan van het publieke debat over de woningcorporaties. Het discours over de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties wordt immers meer door dit publieke debat bepaald, dan door individuele experimenten per corporatie. We hebben 66 documenten geselecteerd uit de periode De selectieprocedure is vergelijkbaar met die van het eerste onderzoek. We zochten in ons archief en met zoekmachines op internet (onder andere op de term maatschappelijke onderneming) naar publicaties. Deze lijst is aangevuld met documenten die we vonden via backward snowballing vanuit recente publicaties over de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties (Botter, 2011; Beekers, 2012). We constateerden dat er vaak rapporten op de lijst voorkomen van ministeries (VROM/WWI/BZK) en branche-instellingen zoals het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV), Aedes en de Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting (SEV). We hebben de websites van deze organisaties geraadpleegd en ontbrekende relevante publicaties aan de lijst toegevoegd. Met indicatoren zoals authenticiteit, geloofwaardigheid, representativiteit en begrijpelijkheid (Bryman, 2004) werd bepaald welke publicaties in het onderzoek betrokken werden. Daarnaast dienden de publicaties daadwerkelijk over de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties te gaan. Figuur 3 (p. 14) geeft weer welke publicaties zijn geselecteerd en de spreiding ervan in de tijd. De meeste publicaties verschijnen in de periode Dit sluit aan op de bevindingen uit het eerste onderzoek waaruit blijkt dat de rapporten over de maatschappelijke onderneming vooral in de periode zijn gepubliceerd. Na deze periode zet het debat over de maatschappelijke onderneming zich voort in de diverse sectoren. Uit de documenten wordt voor elk van de organisatiekenmerken informatie verzameld over de consequenties voor de organisatorische inrichting van de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties, volgens de procedure in figuur 4. We lichten deze procedure aan de hand van een voorbeeld toe. 13

10 Figuur 3. Spreiding publicaties in de tijd De kern van de zaak (AEF) De ordeningsvariant die Remkes over het hoofd zag (Priemus)* Betrokken burger betrokken overheid (VROMraad) Corporaties tussen vangnet en vrijhandel (MDW) Maatschappelijk ondernemers gezocht IV (Rigo) Maatschappelijk ondernemers gezocht II (Rigo) Maatschappelijk ondernemers gezocht I (Rigo) Maatschappelijk ondernemers gezocht III (Rigo) Hybrid governance (SCP) Bewegingen op Prikkels voor het middenveld effectiviteit en (Van der Donk)* efficiency(cpb) Maatschappelijke onderneming (Van Leeuwen) Tussen regels en rolopvatting (CFV) Social enterprise in De transparantiemethodiek Dutch property market (De Kam) (SEV) Omgaan met overmaat (VROMraad) Over lokaal ondernemerschap (Futura) Beleidsvisie toekomst woningcorporaties (VROM) Verbetering positie en zeggenschap huurders (Leemhuis) Goed wonen voor iedereen (PvdA) Private taak, publieke zaak (CFV) Empowerment in de volkshuisvesting (SEV) Advies toezicht woningcorporaties (DNB/Schilder) Verzelfstandiging van woning- corporaties (Rigo) Woningcorporaties Naar een nieuwe duidelijke professionaliteit taakafbakening en (Futura) sturing (Rigo) Lokaal wat kan, centraal wat moet (De Boer) Van reflectie naar rekenschap (CFV) Corporaties lokaal Beweegredenen verbinden (Sas) woningcorporaties Deel I en II (KPMG) Toezicht op scherp (VTW) Eigenaardige corporaties (SEV/ Frans De Jong) Back to civil society (SEV/Rudy De Jong) Bedrijfsstijlen van woningcorporaties (Corpovenista/Gruis) Vertouwen in verantwoording (CFV) Alliantiemanagement in maatschappelijke vraagstukken (Camps) Kenmerken van een goede missie (Aedes, Kas) Glazen bol van de corporatie (Aedes/Van Os) Corporaties excelleren (Aedes/Dreimuller) Werken aan de goede Corporaties in keuze (Aedes/Deuten en beweging De Kam) (ASRE/Koolma) Professionals in het veld Leren schakelen (Aedes/Gruis) (Futura) Eigentijds maatschappelijk ondernemen (Aedes) Bedrijfsconcepten in beeld (Aedes/Gruis en Van Bortel) Corporaties optimaliseren (Aedes/Dreimuller) Agenderende corporaties (Aedes/Helderman) Vertrouwen in verantwoording (Werkgroep publ. verantwoording) Verre vriend of goede buur (SEV/Van Bortel en Gruis) De woningmarkt in beweging (CDA) Marktbril scherpt zicht De vorm van de op maatschappelijk maatschappelijke ondernemen onderneming (Aedes/Damen,Tazelaar)(Wolfson)* Antwoord aan de samenleving (Aedes) De corporatie, tussen status en contract (SEV/Helderman) Voorstellen woningcorporatiestelsel (VROM) Doen of regelen (TuD) Beleidsvisie relatie Ontwikkelingspaden overheid corporatie voor woningcorpoburger (Aedes) raties (Rigo) De wijk als buisnesscase (Aedes/Van Leent) Kleur geven aan maatschappelijk ondernemen (Aedes/Doevendans) Verhalen, prestaties Woningcorporaties over gedrag van uit de corporaties verdwijndriehoek (Koolma) (CPB) Toezicht vergt afstand (VROMraad) Corporaties wat moeten we ermee (Bijdendijk)* Maatschappelijke ondernemingen (Botter) Maatschappelijk ondernemen binnen binnen kerntaken (Aedes/De Boer) De analyseprocedure is vergelijkbaar met die van het eerste onderzoek. Er werden uittreksels gemaakt met informatie en citaten over de organisatiekenmerken. De uittreksels bevatten de algehele boodschap van de publicatie en verwijzingen naar de twaalf organisatiekenmerken. Bij het lezen en analyseren van de publicaties is telkens het in de vorige paragraaf behandelde over- Figuur 4. Van documenten naar organisatorische Passages uit document over het betreffende organisatiekenmerk Categoriseren Organisatorische consequenties consequenties 14 zicht van twaalf kenmerken (Cloudt en Geurts, 2012: ) als set van sensitizing concepts bij de hand gehouden (zie Blumer, 1954). We stelden ons de vraag: als dit de twaalf organisatiekenmerken van de maatschappelijke onderneming zijn, welke concrete invulling krijgen ze dan bij woningcorporaties of zouden ze moeten krijgen volgens de auteurs? De gevonden informatie werd gelabeld en in een tabel geplaatst waarbij de labels de kolommen vormen en de publicaties de rijen. Daarna is een verdiepende analyse uitgevoerd

11 per organisatiekenmerk. Opnieuw werden citaten in een mindmap geplaatst en gecategoriseerd. Bijvoorbeeld bij het organisatiekenmerk klantgerichte en vraaggestuurde organisatie werden onder andere de volgende citaten gevonden: Maatschappelijk ondernemen is een bijzondere vorm van vraaggestuurd en klantgericht werken. Een corporatie richt zich niet alleen op de effectieve vraag van betalende klanten naar concrete diensten en producten maar kent een bredere blik. Ook mensen die om wat voor reden dan ook niet in staat zijn om zelf een koopkrachtige vraag uit te oefenen worden tot de klanten gerekend (Rigo, 2002:7). Maatschappelijke ondernemingen onderscheiden zich in de mate waarin: de eigen organisatie of maatschappelijke vraagstukken leidend zijn in de werkwijzen, instrumenten en organisatievorm (Aedes, 2007). Deze en andere citaten vielen onder de categorie de organisatorische consequentie vraag is richtinggevend voor het dienstenaanbod. We categoriseerden onder de twaalf kenmerken op deze manier 38 consequenties voor de organisatie van woningcorporaties. Deze consequenties werden in 2012 aan een validiteitscheck onderworpen door ze te bespreken met experts. Dat leidde tot de conclusie dat er geen belangrijke consequenties ontbreken en daarnaast geen nieuwe organisatorische consequenties werden toegevoegd. Hieronder reconstrueren we kort het debat in de corporatiesector om daarna de gevonden organisatorische consequenties te bespreken. 5. Het debat over de maatschappelijke onderneming in de sector woningcorporaties (een overzicht) Het debat over de maatschappelijke onderneming in de corporatiesector start (zie ook figuur 3, p. 14) met de publicatiereeks van Rigo (2002). Deze reeks doet verslag van de zoektocht van twaalf woningcorporaties naar wat zij met de maatschappelijke onderneming kunnen. In de jaren daarna zijn het vooral sectorinstituten zoals CFV, VROM-raad en SEV die over actuele onderwerpen in de sector schrijven, waarbij vooral financiën het thema is. In 2005 verschijnt er een aantal adviezen over de corporatiesector. Deze adviezen behandelen de taakafbakening en sturing, inrichting van het corporatiestelsel, de positie van huurders en het vertrouwen in de corporatiesector. Minister Dekker neemt deze adviezen mee in een beleidsvisie die ruimte biedt aan maatschappelijk ondernemerschap. Deze brief heeft nooit tot besluitvorming geleid, maar is voor veel corporaties wel leidraad voor hun handelen (VROM- raad, 2009:4). Vervolgens publiceert het Kennisplatform Maatschappelijk Ondernemen van branchevereniging Aedes verkenningen, essays en discussies over de maatschappelijke onderneming. Vanuit corporatiekring wordt de idee van maatschappelijk ondernemerschap verder ontwikkeld (...). De brancheorganisatie Aedes draagt deze concepten actief en consequent uit (Rigo, 2009:45). Dit leidt tot een piek aan publicaties in 2007 en Veel van 15

12 deze publicaties geven, voor een bepaald onderdeel zoals bedrijfsvoering of medewerkers, verder invulling aan het concept van de maatschappelijke onderneming. In 2009 verschijnen twee belangrijke publicaties over de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties: het essay van TU Delft (Gruis, 2009) en de toekomstverkenning van Rigo. Deze laatste werd in opdracht van minister Van der Laan geschreven en verwerkt in de nieuwe voorstellen voor inrichting van het corporatiestelsel. De tijd om deze voorstellen te implementeren is beperkt; in februari 2010 valt het kabinet Balkenende IV en daalt het aantal publicaties over de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties. Het volgende kabinet (Rutte I) gebruikt in haar regeringsverklaring niet meer de benaming maatschappelijke onderneming, maar woningcorporaties als ondernemingen met een maatschappelijke taak (Ministerie van AZ, 2010:46). Waarmee er (voorlopig) een einde lijkt te zijn gekomen aan het debat over de maatschappelijke onderneming. Woningcorporaties blijven tot op de dag van vandaag de term (gewoon) toepassen in hun organisaties. Dit brengt ons naar het bespreken van de organisatorische consequenties van de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties. 6. Een beeld van de organisatorische consequenties van de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties Met de twaalf organisatiekenmerken gingen we in de geselecteerde documenten op zoek. We verzamelden per organisatiekenmerk alle relevante tekstpassages uit de documenten bijvoorbeeld over hoe de maatschappelijke inbedding of de organisatiestructuur voor een woningcorporatie eruit moet zien. Aldus kwamen we tot een overzicht van de organisatorische consequenties. Dit overzicht staat in tabel 2 op de volgende pagina. Een voorbeeld bij tabel 2: maatschappelijke inbedding met een responsieve houding naar de omgeving is een van de twaalf organisatiekenmerken van de maatschappelijke onderneming. Voor woningcorporaties betekent deze inbedding dat er structurele vormen zijn bedacht om invloed te geven aan de lokale maatschappij op het beleid en keuzes van de corporatie en dat de lokale maatschappelijke agenda wordt bepaald in overleg met belanghouders. We veronderstellen gezien de selectie van de documenten en de gevolgde werkwijze dat we met tabel 2 (p. 17) de tot nog toe bedachte organisatorische consequenties goed in kaart hebben gebracht. 16 Als we de lijn van SEV (2008) volgen, dan zijn alle woningcorporaties per definitie maatschappelijke ondernemingen en ook allemaal evenveel. Maar verschillen corporaties in werkelijkheid niet in grote mate van elkaar? Noe-

13 Tabel 2. Organisatiekenmerken en organisatorische consequenties Organisatiekenmerk Missie & Doelen Bekostiging Maatschappelijke inbedding Verantwoording Bestuur Toezicht Interne strategie Klantgerichtheid/ vraagsturing Organisatiestructuur Ondernemersgedrag Medewerkers Bedrijfsvoering Organisatorische consequenties bij corporaties 1. Onderscheid tussen kernopdracht en nevenactiviteiten. 2. Bepaling van koers en missie in zelfstandigheid en vrijheid. 3. Gebaseerd op normatieve/ideologische beweegredenen. 4. Oriëntatie is zowel bedrijfsmatig als maatschappelijk. 5. Richt zich op specifieke vraag. 6. Bestemmingsplicht van vermogen (ten behoeve van realiseren van effecten in woondomein). 7. Financieel autonoom (inkomsten komen voort uit geleverde diensten/effecten). 8. Vorm bedacht om invloed te geven aan de maatschappij. 9. Vorm bedacht waarin de maatschappij een stem wordt gegeven. 10. De bedachte vormen hebben een gestructureerde en bewuste benadering. 11. Verantwoording over werkwijze. 12. Verantwoording over geleverde prestaties. 13. Verantwoording aan belanghebbenden. 14. Organiseren van externe oordeelsvorming. 15. Stichting met RvC en contracten voor vertegenwoordiging van huurders. 16. Bepaling vrijheden directeur-bestuurder door prestatie- en samenwerkingscontracten. 17. Directeur-bestuurder gaat agenderend te werk. 18. Reikwijdte van toezicht geëxpliciteerd. 19. Toetsing aan interne en publieke (beleids)kaders. 20. Expertise van RvC past bij belangrijkste opgaven van de organisatie. 21. Publieke verantwoording over toezichtwerkzaamheden. 22. Procesbenadering van strategische sturing. 23. Vastgoed ingezet als strategisch bedrijfsmiddel. 24. Gebruik van afwegingskader voor tegenstrijdige belangen. 25. Vraag is richtinggevend voor dienstenaanbod. 26. Aandacht voor de kwaliteit van de dienstverlening en voor een klantgerichte werkwijze. 27. Gedecentraliseerde organisatiestructuur. 28. Visie op optimale schaalgrootte. 29. Functioneel gescheiden afdelingen. 30. Formele positionering van huurder- en maatschappelijke vertegenwoordigers. 31. Maatschappelijke missie én bedrijfsmatige onderbouwing. 32. Passende schaal: wijk en buurt. 33. Creëren van ruimte om maatschappelijke onderneming te zijn. 34. Professionals in het veld. 35. Maatschappelijke onderneming zit in de hoofden (wordt doorleefd). 36. Afweging tussen financieel rendement en bijdrage aan maatschappelijke vraagstukken. 37. Administratieve scheiding (sociale en commerciële geldstromen). 38. Sturing op efficiency. 17

14 men corporaties zich alleen dan een maatschappelijke onderneming als ze aan alle 38 consequenties voldoen? Waarschijnlijk niet. Dat roept de vraag op welke consequenties het belangrijkst zijn. Laten we eens veronderstellen dat de consequenties die vaak in het debat worden besproken ofwel van groot belang zijn ofwel de belangrijkste veranderingen met zich meebrengen. We voerden een netwerkanalyse uit die inzicht geeft in dit belang van de individuele consequenties (zie Brandes, Raab en Wagner, 2001). In de analyse keken we hoe vaak een bepaalde organisatorische consequentie in het debat wordt behandeld. Figuur 5. Frequentieverdeling top-10 meest besproken consequenties consequentie 1 consequentie 8 consequentie 11 consequentie 10 consequentie 18 consequentie 6 consequentie 12 consequentie 15 consequentie 2 consequentie 3 Figuur 5 geeft de frequentieverdeling weer van het aantal publicaties dat een bepaalde consequentie bespreekt. We analyseerden ook de mate waarin organisatorische consequenties in samenhang met elkaar voorkomen. Figuur 6 (p. 19) geeft weer welke consequenties het vaakst in samenhang met andere consequenties worden besproken. En tabel 3 (p. 19) geeft inzicht in het aantal publicaties over deze organisatorische consequenties. De nummers van de organisatorische consequenties komen overeen met de nummers in tabel 2 (p. 17). Uit figuur 5 blijkt dat het debat het meest gaat over het onderscheid tussen kernopdracht en nevenactiviteiten (1). Daarnaast komen de consequenties vorm bedacht om invloed te geven aan de maatschappij (8) en verantwoording over werkwijze (11) vaak voor. 18 Als we in figuur 6 kijken naar de samenhang tussen organisatorische consequenties, dan blijkt dat in de documenten consequentie 8 het vaakst in combinatie met andere organisatorische consequenties voorkomt. Het debat concentreerde zich rond het thema het geven van invloed aan de maatschappij. Daarnaast worden de consequenties 11 en 1 vaak in combinatie met andere consequenties genoemd.

15 Figuur 6. Frequentieverdeling top-5 meest in samenhang besproken consequenties consequentie consequentie consequentie consequentie consequentie Wanneer we in tabel 3 bekijken in welke combinaties de consequenties 1, 8 en 11 vaak voorkomen, dan zien we de combinaties 1 en 11, 1 en 8 en 1 Tabel 3. Kruistabel meest besproken combinaties van consequenties Consequentie 1 Consequentie 6 Consequentie 8 Consequentie 11 Consequentie 1 X Consequentie 6 6 X 3 4 Consequentie X 5 Consequentie X en 6 vaak verschijnen. Hierdoor wordt ook bestemmingsplicht van vermogen (6) toegevoegd aan de belangrijkste consequenties. Er ontstaat dan het volgende overzicht van de belangrijkste (in het debat meest in samenhang met elkaar besproken) organisatorische consequen- Tabel 4. Belangrijkste organisatorische consequenties ties van de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties (zie tabel 4; in willekeurige volgorde): Onze analyse leidt tot de hypothese dat in de praktijk de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties vooral betekent: een onderscheid in de missie en doelen tussen kernopdracht en nevenactiviteiten (onder nevenactiviteiten wordt in dit onderzoek verstaan sociale en fysieke verbetering van wijken en verzorgen van vastgoed voor maatschappelijke instellingen), een 19

16 bestemmingsplicht van het vermogen ten behoeve van het woondomein en een vorm hebben bedacht voor de maatschappij om invloed te kunnen uitoefenen op het beleid van de organisatie en publiek verantwoording af te leggen over de werkwijze van de organisatie. Een belangrijke vraag is of deze organisatorische consequenties daadwerkelijk het gevolg zijn van de opkomst van en dus van het debat over het concept maatschappelijke onderneming. Dat lijkt niet waarschijnlijk. We veronderstellen dat veel van deze consequenties het gevolg zijn van meer autonome veranderingen in de samenleving, van onderliggende mechanismen of van een nieuwe generatie directeur-bestuurders met nieuwe ideeën. Het aantrekkelijke etiket maatschappelijke onderneming helpt mee deze veranderingen te doordenken, verwoorden, legitimeren en verspreiden. Zo is bijvoorbeeld de consequentie bestemmingsplicht van vermogen sinds de bruteringsoperatie (1995) onlosmakelijk met woningcorporaties verbonden. Het is dus een belangrijk organisatorisch uitgangspunt, maar niet noodzakelijk een gevolg van de opkomst van de maatschappelijke onderneming. 7. Conclusie en discussie Uit meer dan 80 documenten uit de periode hebben we de organisatiekenmerken en organisatorische consequenties afgeleid die vanuit het debat aan de maatschappelijke onderneming worden toegekend. Het is een breed, gefragmenteerd debat en er wordt vaak in termen van idealen gesproken. Dat brengt met zich mee dat het debat niet leidt tot een operationele definitie van de organisatie van de maatschappelijke onderneming. Een dergelijke definitie hebben we met dit onderzoek proberen te vinden. De ontwikkelde twaalf organisatiekenmerken en 38 organisatorische consequenties zijn voorlopig nog als verwachtingen of als verlanglijstje te zien van de mensen die met elkaar debatteren. 20 De eerste stappen op weg naar duiding van de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties zijn hier mee gezet. Er is in het debat een kern te onderkennen. Het gaat daarbij om de vier meest besproken en vaak in samenhang met elkaar in de documenten voorkomende organisatorische consequenties van de maatschappelijke onderneming bij woningcorporaties. Dit zijn: a) onderscheid maken tussen de kernopdracht en nevenactiviteiten in de missie en doelen, b) de verplichting het vermogen uitsluitend in te zetten in het woondomein, c) de maatschappij invloed te laten uitoefenen op het beleid van de corporatie en d) publiek verantwoording af te leggen over de werkwijze van de corporatie. Of die combinatie van vier consequenties ook in individuele woningcorporaties wordt aangetroffen is nog de vraag. We menen waar te nemen (zie figuur 3, p. 14) dat het debat ook intensief door direct betrokkenen uit de corporatiesector is gevoerd. We verwachten daarom dat

17 ondanks dat woningcorporaties in werkelijkheid veel van elkaar verschillen de vier genoemde organisatorische consequenties van de maatschappelijke onderneming bij een groot aantal woningcorporaties terug te vinden zullen zijn. Dit artikel richt zich tot dusver vooral op het verleden. Kijken we met de hier opgedane kennis naar het actuele debat over corporaties, dan zien we opnieuw een aantal voorgestelde wijzigingen die het woningcorporatiestelsel ingrijpend kunnen veranderen (verhuurdersheffing, meer regie bij gemeenten en de herzieningswet). Deze voorgestelde wijzigingen vormen onder andere een reactie op de incidenten zoals ze door De Jong (2013) worden genoemd: WSG, Vestia, Laurentius et cetera. Het belangrijkste onopgeloste vraagstuk is volgens De Jong (2013:51) het ontbreken van voorwaarden voor een sturende normatieve discussie (met sancties op de achtergrond) over het gedrag van corporaties en corporatiedirecteuren en over collectieve verantwoordelijkheid. Dit gaat niet alleen over organiseren. Organisatievormen kunnen goed gedrag bevorderen, maar niet garanderen. Ze kunnen ook slecht gedrag uitlokken, maar dwingen daar niet toe. Het gaat hier om ethiek en verantwoordelijk gedrag van bestuurders, individueel en collectief. Doordat corporaties voor elkaar garant staan, konden namelijk grotere risico s worden genomen dan de individuele corporaties konden dragen. Schade van onverantwoord handelen werd afgewenteld op het collectief (De Jong, 2013:52). Het gaat hier dus om twee verschillende zaken: het ondernemersgedrag van de corporatie (van de directeur-bestuurder dus eigenlijk) en de manier waarop de onderlinge verbondenheid in de sector is vormgegeven. Organisatiekenmerken en bijbehorende organisatorische consequenties kunnen de incidenten niet voorkomen, wel onwaarschijnlijker maken. Maar dan moeten goede voornemens wel goed worden uitgevoerd. Neem bijvoorbeeld de door ons gevonden organisatorische consequentie dat er contracten moeten zijn voor vertegenwoordiging van huurders in de organisatie (nr. 15). Uit eigen ervaring (onder andere gebaseerd op visitaties) weten we dat een groot aantal corporaties op een instrumentele manier met deze contracten omgaat: er is een formeel vastgelegde samenwerking met huurdersvertegenwoordigers. De impact van de inbreng van deze vertegenwoordigers is ook volgens corporaties en volgens De Jong (2013) vaak (te) beperkt. De organisatorische consequenties reguleren in principe ook de vrijheden die de directeur-bestuurder heeft door prestatiecontracten met de RvC en samenwerkingscontracten met andere organisaties (nr. 16). Ze reguleren tevens het ondernemersgedrag in deze sector dat vraagt om de combinatie van maatschappelijke missie én bedrijfsmatige onderbouwing (nr. 31). Ondernemersgedrag gaat óók om het opzoeken van ruimte binnen legitieme kaders om een maatschappelijke onderneming te kunnen zijn (nr. 33). Bij de incidenten in de sector werden die kaders duidelijk overschreden. We kunnen slechts de con- 21

18 clusie van De Jong (2013) herhalen dat er een belangrijke en zeer actieve rol is weggelegd voor het interne (RvC) en externe toezicht en voor een collectief moreel kompas in de corporatiesector. We vonden twaalf kenmerken en 38 organisatorische consequenties die een operationele vorm verwoorden van de maatschappelijke onderneming. Dat lijken veel kenmerken en consequenties, maar dat zijn het naar onze mening niet. Het gaat immers over complexe hybride organisaties met een meervoudige taakstelling. Een simpele organisatieformule zou ons meer bezorgd maken dan een genuanceerde. Er zijn nog veel vragen onbeantwoord. Is dit pakket aan organisatieconsequenties consistent, functioneel én uitvoerbaar? Moet een woningcorporatie aan het volledige verlanglijstje (alle 38 consequenties) voldoen om een maatschappelijke onderneming te zijn? In hoeverre hangen de consequenties samen met de maatschappelijke onderneming of volgen zij een meer autonome en maatschappelijk gewenste ontwikkeling? Kan deze organisatievorm überhaupt bestaan in de praktijk? Of is het een nooit daadwerkelijk te realiseren ideaaltype zoals Weber (1968) bedoelde? En niet onbelangrijk: welke van deze kenmerken en consequenties leiden tot beter bestuur, betere prestaties en tot een betere publieke dienstverlening van de woningcorporatie? De tijd zal het leren. Vervolgonderzoek moet dat aantonen. Het debat over de organisatie van de maatschappelijke onderneming is gevoerd met aandacht voor idealen, misstanden, realiteiten en details. Het geheel van kenmerken en consequenties dat we hier in kaart brengen, kan worden gezien als een organisatievorm die de kans op incidenten verkleint, omdat checks and balances verankerd lijken. Maar zonder moraliteit en dapper gedrag zal ook een verstandige organisatievorm niet veel betekenen. Literatuur 22 Aedes (2007). Bedrijfsconcepten in beeld. Essay over positioneringsmodellen voor woningcorporaties. Hilversum: Aedes. Aedes (2012). Financiële cijfers woningcorporaties Geraadpleegd op Blumer, H. (1954). What is wrong with social theory? In: American Sociological Review, vol. 18, p Beekers, W. (2012). Het bewoonbare land, de geschiedenis van de volkshuisvestingsbeweging in Nederland. Amsterdam: Boom. Botter, F.M.P. (2010). Maatschappelijke ondernemingen, naar een andere benadering van maatschappelijk ondernemen. Delft: Eburon. Brandes, U., Raab, J., & Wagner, D. (2001). Exploratory Network Visualiza-tion: Simultaneous Display of Actor Status and Connections. In: Journal of Social Structure, 2 (4).

19 Brandsen, T., Donk, W. van de, & Kenis, P.N. (red.) (2006). Meervoudig bestuur, publieke dienstverlening door hybride organisaties. Den Haag: Lemma. Bryman, A. (2004). Social research methods. Second edition. New York: Oxford University Press. CDA (2000). Christen democratische verkenningen, nr Den Haag. CDA, Wetenschappelijk Instituut (2005). Investeren in de samenleving. Cloudt, S., & Geurts, J. (2012). Is de maatschappelijke onderneming een aparte organisatievorm? In: Th.W.A. Camps & M.J.M. Vermeulen (red.). Een hele onderneming. Afscheidsbundel prof. dr. C.A.M. Mouwen (pp ). Tilburg: CMBO/TiasNimbas. Gruis, V. (red.) (2009). Doen of regelen? Een studie voor het MOVe-manifest over de positionering en organisatie van maatschappelijk ondernemende corporaties. Delft: TU Delft. Jong, R. de (2013). De balans verstoord. Een rapport over de corporatiesector ten behoeve van de parlementaire enquête woningcorporaties. Den Haag: Aedes. Ministerie van AZ (2007). Samen werken, samen leven. Regeerakkoord CDA, PvdA en ChristenUnie. Den Haag: Ministerie van Algemene Zaken. Ministerie van AZ (2010). Vrijheid en verantwoordelijkheid. Regeerakkoord VVD-CDA. Den Haag: Ministerie van Algemene Zaken. Ministerie van WWI (2009). Voorstellen woningcorporatiestelsel. Tweede Kamer, vergaderjaar Kenmerk: ABC Den Haag: Ministerie van Wonen Wijken en Integratie. NTMO (2003). De waarde van de maatschappelijke onderneming geborgd. Hilversum: Netwerk Toekomst Maatschappelijke Ondernemingen. NTMO (2008). Voorstel NTMO een volwassen relatie. Hilversum: Netwerk Toekomst Maatschappelijke Ondernemingen. Rigo (2002). Maatschappelijk ondernemers gezocht, deel I, II, III en IV. Amsterdam: Rigo Research en Advies BV. Rigo (2006). Verzelfstandiging van woningcorporaties dynamiek in beleid en organisaties. Amsterdam: Rigo Research en Advies BV. Rigo (2009). Ontwikkelingspaden voor woningcorporaties. Amsterdam: Rigo Research en Advies BV. Ritchie, J., & Lewis, J. (2003). Qualitative Research Practice. Thousand Oaks, CA: Sage Publications. RMO (2009). Stem geven aan verankering: over de legitimering van maatschappelijke dienstverlening. Den Haag: RMO. RMO (2010). Terug naar de basis, over legitimiteit van maatschappelijke dienstverlening. Den Haag: RMO. SCP (2001). Noch markt, noch staat. De Nederlandse non-profitsector in vergelijkend perspectief. Den Haag: Sociaal Cultureel Planbureau. SCP (2002). Particulier initiatief en publiek belang. Den Haag: Sociaal Cultureel Planbureau. SER (2005). Ondernemerschap voor de publieke zaak. Den Haag: Sociaal Economische Raad. SER (2010). Overheid én markt: het resultaat telt. Den Haag: Sociaal-Economische Raad. 23

Samenvatting. Organisatieontwikkeling bij woningcorporaties. Kijk voor meer informatie over het boek. en hoe u het boek kunt bestellen op:

Samenvatting. Organisatieontwikkeling bij woningcorporaties. Kijk voor meer informatie over het boek. en hoe u het boek kunt bestellen op: Samenvatting Kijk voor meer informatie over het boek Organisatieontwikkeling bij woningcorporaties en hoe u het boek kunt bestellen op: www.stefancloudt.nl/proefschrift Of stuur een e-mail naar: info@stefancloudt.nl

Nadere informatie

Interne organisatie beïnvloedt effectiviteit en efficiëntie

Interne organisatie beïnvloedt effectiviteit en efficiëntie Interne organisatie beïnvloedt effectiviteit en efficiëntie Systematische vergelijking van de interne organisatie en prestaties van corporaties toont aan dat kleine corporaties met veel ervaring als maatschappelijke

Nadere informatie

Profielschets Raad van Commissarissen stichting TBV Vastgesteld op

Profielschets Raad van Commissarissen stichting TBV Vastgesteld op Profielschets Raad van Commissarissen stichting TBV Vastgesteld op 17-5-2017 TBV Wonen is een betrokken en klantgerichte woningcorporatie met ruim 7500 woningen in Tilburg. Zij richt zich op de huisvesting

Nadere informatie

Visie op toezicht en bestuur Raad van Toezicht en Raad van Bestuur Woonstichting t Heem

Visie op toezicht en bestuur Raad van Toezicht en Raad van Bestuur Woonstichting t Heem Visie op toezicht en bestuur Raad van Toezicht en Raad van Bestuur Woonstichting t Heem Versie: 9 juni 2017 Vastgesteld door Raad van Toezicht en Raad van Bestuur: 21 juni 2017 Inleiding Met de Invoering

Nadere informatie

Visie op toezicht Raad van commissarissen WBO Wonen

Visie op toezicht Raad van commissarissen WBO Wonen Visie op toezicht Raad van commissarissen WBO Wonen Versie: september 2018 Vastgesteld door raad van commissarissen en bestuur: 19 november 2018 Inleiding Met de invoering van de Woningwet per 1 juli 2015

Nadere informatie

VISITATIE VAN WONINGCORPORATIES. Verantwoorden en leren

VISITATIE VAN WONINGCORPORATIES. Verantwoorden en leren VISITATIE VAN WONINGCORPORATIES Verantwoorden en leren In een visitatie leggen woningcorporaties openbaar verantwoording af over hun maatschappelijke prestaties in de afgelopen vier jaar. Visitatie richt

Nadere informatie

LEFIER PROFIELSCHETS RAAD VAN COMMISSARISSEN MAART 2014. Profielschets raad van commissarissen Lefier ten behoeve van de werving 1

LEFIER PROFIELSCHETS RAAD VAN COMMISSARISSEN MAART 2014. Profielschets raad van commissarissen Lefier ten behoeve van de werving 1 LEFIER PROFIELSCHETS RAAD VAN COMMISSARISSEN MAART 2014 Profielschets raad van commissarissen Lefier ten behoeve van de werving 1 PROFIEL RAAD VAN COMMISSARISSEN 1. Kerntaken van de raad van commissarissen

Nadere informatie

TRIAS LEGITIMATIE- CHECK DENKRAAM

TRIAS LEGITIMATIE- CHECK DENKRAAM TRIAS LEGITIMATIE- CHECK DENKRAAM THEORIE: HET DENKRAAM VAN DE TRIAS LEGITIMATIECHECK Wat is en hoe krijgt u er grip op binnen uw corporatie? Lees hier meer over het concept en de -uitingen, aspecten,

Nadere informatie

De Nieuwe Overheid: nieuwe mogelijkheden, nieuwe vragen

De Nieuwe Overheid: nieuwe mogelijkheden, nieuwe vragen 1 De Nieuwe Overheid: nieuwe mogelijkheden, nieuwe vragen In het publieke domein worden allerlei nieuwe technieken gebruikt: ambtenaren gebruiken Twitter, games, webplatformen en monitoringtools om de

Nadere informatie

Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden

Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden Bijlage a Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden De functie van de Raad van Commissarissen. In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden

Nadere informatie

VISIE OP TOEZICHT Vastgesteld door Raad van Commissarissen op 15 september 2016

VISIE OP TOEZICHT Vastgesteld door Raad van Commissarissen op 15 september 2016 VISIE OP TOEZICHT Vastgesteld door Raad van Commissarissen op 15 september 2016 Woningcorporaties staan voor het huisvesten van mensen met een bescheiden inkomen en voor kwetsbare groepen. Woningcorporaties

Nadere informatie

Woningwet woningcorporaties en gemeenten. Informatie voor gemeenten. de piketpalen gaan nu de grond in

Woningwet woningcorporaties en gemeenten. Informatie voor gemeenten. de piketpalen gaan nu de grond in Woningwet 2015 woningcorporaties en gemeenten Informatie voor gemeenten de piketpalen gaan nu de grond in drs. ad hereijgers april 2016 drs. ton streppel 1 Inhoud informatie over gemeente en Woningwet

Nadere informatie

Handreiking Maatschappelijke identiteit

Handreiking Maatschappelijke identiteit Handreiking Maatschappelijke identiteit Woningcorporaties lijken op veel punten sterk op elkaar, maar kennen ook behoorlijke verschillen, met name waar het gaat over maatschappelijke positionering en profilering.

Nadere informatie

Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden.

Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden. Bijlage a Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden. De functie van de Raad van Commissarissen. In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden

Nadere informatie

Profiel Raad van Toezicht. Stichting de Woonmensen/ KWZA

Profiel Raad van Toezicht. Stichting de Woonmensen/ KWZA Profiel Raad van Toezicht Stichting de Woonmensen/ KWZA KP 14 november 2012 1 Inleiding Uitgangspunt voor de bezetting van de Raad van Toezicht is, dat deze bestaat uit generalisten die gezamenlijk een

Nadere informatie

MET VERTROUWEN VERANTWOORDEN. Publieksversie van een onderzoek naar de mogelijkheden om verantwoording in de vo-sector te verbeteren

MET VERTROUWEN VERANTWOORDEN. Publieksversie van een onderzoek naar de mogelijkheden om verantwoording in de vo-sector te verbeteren MET VERTROUWEN VERANTWOORDEN Publieksversie van een onderzoek naar de mogelijkheden om verantwoording in de vo-sector te verbeteren Verantwoording wordt steeds urgenter in het voortgezet onderwijs: vanuit

Nadere informatie

VOORBEELD OPLEIDINGSPROGRAMMA BESTUUR EN/OF RAAD VAN TOEZICHT

VOORBEELD OPLEIDINGSPROGRAMMA BESTUUR EN/OF RAAD VAN TOEZICHT VOORBEELD OPLEIDINGSPROGRAMMA BESTUUR EN/OF RAAD VAN TOEZICHT Inleiding Door de ontwikkelingen bij woningcorporaties worden de bestuurlijke organen gedwongen om zich te professionaliseren. Een bestuurder

Nadere informatie

PROFIEL VOOR DE RAAD VAN COMMISSARISSEN EN ZIJN LEDEN

PROFIEL VOOR DE RAAD VAN COMMISSARISSEN EN ZIJN LEDEN PROFIEL VOOR DE RAAD VAN COMMISSARISSEN EN ZIJN LEDEN PROFIEL VAN DE RAAD De RvC van Pré Wonen hecht grote waarde aan het werken conform de principes van good governance, waarbij de Governance code een

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 5 februari 2015 Autoriteit woningcorporaties

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 5 februari 2015 Autoriteit woningcorporaties De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van BZK www.facebook.com/minbzk www.twitter.com/minbzk Uw kenmerk Betreft Autoriteit woningcorporaties Inleiding

Nadere informatie

Profiel voor de Raad van commissarissen Woonservice

Profiel voor de Raad van commissarissen Woonservice Profiel voor de Raad van commissarissen Woonservice 1 Profiel van de Raad 1.1 Algemeen kader De in juli 2011 opgestelde "Governance code woningcorporaties" geeft een goede uitwerking van de taakvelden

Nadere informatie

6 september Zomerbloeii.

6 september Zomerbloeii. 6 september Zomerbloeii. Themabijeenkomst: Maatschappelijk Rendement Raeflex Catharijnesingel 56, 3511 GE Utrecht Postbus 8068, 3503 Utrecht (030) 230 31 50 www.raeflex.nl Visitaties van Raeflex Gestart

Nadere informatie

Profielschets Raad van Commissarissen Versie

Profielschets Raad van Commissarissen Versie Profielschets Raad van Commissarissen Versie 1.3-16-07-2014 1. Uitgangspunten De profielschets voor de Raad van Commissarissen van Clavis wordt bepaald door: De verantwoordelijkheden taken, en bevoegdheden

Nadere informatie

Inleiding. Onze rollen

Inleiding. Onze rollen Toezichtvisie Inleiding Met invoering van de herzieningswet toegelaten instellingen per 1 juli 2015 en de nieuwe governancecode woningcorporaties per 1 mei 2015, is het speelveld voor woningcorporaties

Nadere informatie

KWALITEITSPROFIEL RVC WONEN VIER- LINGSBEEK

KWALITEITSPROFIEL RVC WONEN VIER- LINGSBEEK KWALITEITSPROFIEL RVC WONEN VIER- LINGSBEEK ALGEMEEN Woningstichting Wonen Vierlingsbeek is een kleine woningcorporatie (ca. 500 vhe) met een sterke lokale binding. De stichting wordt bestuurd door een

Nadere informatie

Profielen Raad van Commissarissen. Stichting Christelijke Woningcorporatie (SCW)

Profielen Raad van Commissarissen. Stichting Christelijke Woningcorporatie (SCW) Profielen Raad van Commissarissen Stichting Christelijke Woningcorporatie (SCW) 1. De functie van de Raad van Commissarissen In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden en bevoegdheden

Nadere informatie

Resolutie Corporatiesector

Resolutie Corporatiesector Resolutie Corporatiesector Indiener: Woordvoerder: Auteurs: David Struik (PC Wonen en Ruimtelijke Ordening) David Struik (PC Wonen en Ruimtelijke Ordening) Maarten van t Hek, Paul Le Doux, David Struik,

Nadere informatie

VISIE OP TOEZICHT LAVERHOF

VISIE OP TOEZICHT LAVERHOF VISIE OP TOEZICHT LAVERHOF Inleiding De raad van toezicht van Laverhof heeft de wettelijke taak toezicht te houden op de besturing door de raad van bestuur en op de algemene gang van zaken binnen Laverhof

Nadere informatie

DE GOEDE WONING. Lid raad van commissarissen. Huurdersvoordracht

DE GOEDE WONING. Lid raad van commissarissen. Huurdersvoordracht DE GOEDE WONING Huurdersvoordracht Januari 2019 Pagina 1 De organisatie (hierna: DGW) beheert circa 6.300 sociale huurwoningen in Zoetermeer en breidt dit bezit de komende jaren verder uit door nieuwe

Nadere informatie

Visie op toezichthouden Raad van Commissarissen Stichting Woningbeheer De Vooruitgang

Visie op toezichthouden Raad van Commissarissen Stichting Woningbeheer De Vooruitgang Visie op toezichthouden Raad van Commissarissen Stichting Woningbeheer De Vooruitgang Toezicht vanuit betrokkenheid en nabijheid Het waarborgen van de volkshuisvestelijke inzet in de gemeenschap van Volendam

Nadere informatie

Profielschets. Voorzitter Raad van Commissarissen. Beter Wonen Almelo. ERLY the consulting company Datum: november 2015 Adviseur: drs.

Profielschets. Voorzitter Raad van Commissarissen. Beter Wonen Almelo. ERLY the consulting company Datum: november 2015 Adviseur: drs. Profielschets Voorzitter Raad van Commissarissen Beter Wonen Almelo ERLY the consulting company Datum: november 2015 Adviseur: drs. Lilian Vos Beter Wonen Beter Wonen is een maatschappelijk gedreven en

Nadere informatie

Visie op toezicht Versie: Vastgesteld door Raad van Toezicht: 23 november 2017

Visie op toezicht Versie: Vastgesteld door Raad van Toezicht: 23 november 2017 Visie op toezicht Versie: 2017.01 Vastgesteld door Raad van Toezicht: 23 november 2017 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Visie op toezicht Woonkwartier... 3 Woonkwartier Visie op toezicht 1 1. Inleiding

Nadere informatie

Ilta van der Mast Naar een nieuw systeem van sociale volkshuisvesting

Ilta van der Mast Naar een nieuw systeem van sociale volkshuisvesting Ilta van der Mast Naar een nieuw systeem van sociale volkshuisvesting De wijze waarop de woningmarkt nu georganiseerd is met 2,4 miljoen sociale huurwoningen is niet meer houdbaar. We zullen naar een systeemverandering

Nadere informatie

Visie op besturen en toezicht

Visie op besturen en toezicht Visie op besturen en toezicht Patrimonium Barendrecht Raad van commissarissen & directeur-bestuurder 20 mei 2018 Inleiding De raad van commissarissen en de directeur-bestuurder van Patrimonium Barendrecht

Nadere informatie

Profielschets Raad van Commissarissen van woonstichting De Zes Kernen

Profielschets Raad van Commissarissen van woonstichting De Zes Kernen 1. De functie van de Raad van Commissarissen In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden en bevoegdheden van de Raad van Commissarissen binnen het kader van de regelgeving en in het

Nadere informatie

Kader voor stichtingen

Kader voor stichtingen Kader voor stichtingen Beleidskader betrokkenheid van de Rijksoverheid bij het oprichten van stichtingen. Stichtingenkader 2017 1 2 Stichtingenkader 2017 Inhoudsopgave Algemeen 4 Uitgangspunten van het

Nadere informatie

Gefaseerde invulling congruent samenwerkingsverband 3 decentralisaties sociaal domein

Gefaseerde invulling congruent samenwerkingsverband 3 decentralisaties sociaal domein Gefaseerde invulling congruent samenwerkingsverband 3 decentralisaties sociaal domein Inleiding Op 1 januari 2015 krijgen gemeenten de verantwoordelijkheid voor een aantal nieuwe taken in het sociale domein

Nadere informatie

Concretere eisen om te (kunnen) voldoen aan relevante wet- en regelgeving zijn specifiek benoemd

Concretere eisen om te (kunnen) voldoen aan relevante wet- en regelgeving zijn specifiek benoemd >>> Overgang Maatstaf 2016 Onderstaand overzicht bevat de selectie van de geheel nieuwe eisen uit de Maatstaf 2016 en de eisen waarbij extra of andere accenten zijn gelegd, inclusief een korte toelichting.

Nadere informatie

Domein en financiering

Domein en financiering Congres 19-04-2011 Domein en financiering 1. Keuzes voor de toekomst De komende periode worden besluiten genomen die cruciaal zijn voor de toekomst van corporaties. De Europese Beschikking en de daaruit

Nadere informatie

Goed bestuur (ook) in de ogen van belanghouders Een zorg van bestuurder (en RvC)

Goed bestuur (ook) in de ogen van belanghouders Een zorg van bestuurder (en RvC) Museumlaan 2 3581 HK Utrecht T 030 2328760 E office.gs@governancesupport.com Corporate governance en de rol van de RvC Goed bestuur (ook) in de ogen van belanghouders Een zorg van bestuurder (en RvC) MKW

Nadere informatie

Toezichtsvisie Woonstichting Land van Altena

Toezichtsvisie Woonstichting Land van Altena Toezichtsvisie Woonstichting Land van Altena Versie 2017.1 Vastgesteld door de RvC op 25 oktober 2017 Algemeen 1. Omgeving 1.1 Woonstichting Land van Altena Woonstichting Land van Altena is een woningcorporatie

Nadere informatie

Toezicht Woningcorporaties. Albert Kerssies, directeur VTW

Toezicht Woningcorporaties. Albert Kerssies, directeur VTW Toezicht Woningcorporaties Albert Kerssies, directeur VTW 16-3-2017 Corporatiesector 335 corporaties 2,4 miljoen vhe Corporatiegrootte: 30 83000 vhe 1600 toezichthouders Aedes brancheorganisatie VTW Sinds

Nadere informatie

Profielschets Raad van Commissarissen Woningstichting De Volmacht te Gieten

Profielschets Raad van Commissarissen Woningstichting De Volmacht te Gieten Profielschets Raad van Commissarissen Woningstichting De Volmacht te Gieten In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden en bevoegdheden van de Raad van Commissarissen binnen het kader

Nadere informatie

Lokaal betrokken, regionaal verbonden

Lokaal betrokken, regionaal verbonden Lokaal betrokken, regionaal verbonden Beweeg de muis over de tekstblokken en klik Voorwoord Lokaal betrokken, regionaal verbonden Dat is de titel van het ondernemingsplan 2014-2018 van. Omdat dat is wat

Nadere informatie

Profielschets Raad van Commissarissen l escaut woonservice

Profielschets Raad van Commissarissen l escaut woonservice Profielschets Raad van Commissarissen l escaut woonservice Inleiding Bij het opstellen van de profielschetsen is rekening gehouden met de statuten van l escaut, de Governancecode Woningcorporaties en de

Nadere informatie

De toekomst van de corporatiesector: de Parlementaire Enquêtecommissie Woningcorporaties. Wooncongres

De toekomst van de corporatiesector: de Parlementaire Enquêtecommissie Woningcorporaties. Wooncongres De toekomst van de corporatiesector: de Parlementaire Enquêtecommissie Woningcorporaties en Wonen 6.0 (Peter Boelhouwer, Marja Elsinga, Vincent Gruis, Hugo Priemus, Jan van der Schaar & Andre Thomsen)

Nadere informatie

Programma GEZAMENLIJKE START Karin Doms PAUZE GESPREKSTAFELS GEZAMENLIJK EINDGESPREK BORREL, NAZIT EN BROODJE

Programma GEZAMENLIJKE START Karin Doms PAUZE GESPREKSTAFELS GEZAMENLIJK EINDGESPREK BORREL, NAZIT EN BROODJE Programma 1500 GEZAMENLIJKE START Karin Doms Gerard Anderiesen Willem van Leeuwen PIT Maatschappijraad Inbedding en legitimiteit 1545 PAUZE 1600 GESPREKSTAFELS 1645 GEZAMENLIJK EINDGESPREK Paul Doevendans

Nadere informatie

de meerwaarde van de leerstoel Sociaal Werk

de meerwaarde van de leerstoel Sociaal Werk de meerwaarde van de leerstoel Sociaal Werk In deze brochure nodigen wij u uit u te laten informeren over de meerwaarde van de leerstoel en academische werkplaats Sociaal Werk aan de Universiteit van Tilburg

Nadere informatie

Een symbiose van onderwijskwaliteit en kwaliteitszorg

Een symbiose van onderwijskwaliteit en kwaliteitszorg I nleiding Een symbiose van onderwijskwaliteit en kwaliteitszorg Onderwijskwaliteit en kwaliteitszorg zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden in het primair onderwijs (PO). Onderwijskwaliteit staat voor

Nadere informatie

Legitimering Corporaties. 30 oktober 2014 Legitimering Corporaties MKW - VTW 1

Legitimering Corporaties. 30 oktober 2014 Legitimering Corporaties MKW - VTW 1 Legitimering Corporaties 30 oktober 2014 MKW - VTW 1 Voorstellen: Voorz RvC Vivare Lid RvC Stadgenoot Voorz SWV R&GV PO Fellow WI CDA Associé BMC Advies 30 oktober 2014 MKW - VTW 2 30 oktober 2014 MKW

Nadere informatie

Woningwet Tekst en uitleg voor huurdersorganisaties. Tweede druk, februari 2016

Woningwet Tekst en uitleg voor huurdersorganisaties. Tweede druk, februari 2016 Woningwet 2015 Tekst en uitleg voor huurdersorganisaties Tweede druk, februari 2016 WONINGWET 2015 Tweede druk, februari 2016 2016 Nederlandse Woonbond Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave

Nadere informatie

Samenvatting visitatierapport

Samenvatting visitatierapport Samenvatting visitatierapport Visitatie, de voorbereiding Visitatie is, als onderdeel van de Aedescode, voor leden van branchevereniging Aedes verplicht. Naast een verantwoordingsinstrument is visitatie

Nadere informatie

Gewoon goed. wonen WONINGSTICHTING BUITENLUST ONDERNEMINGSPLAN

Gewoon goed. wonen WONINGSTICHTING BUITENLUST ONDERNEMINGSPLAN Gewoon goed wonen WONINGSTICHTING BUITENLUST ONDERNEMINGSPLAN 2014-2018 2 WONINGSTICHTING BUITENLUST Hierbij presenteren wij met veel plezier ons ondernemingsplan 2014-2018 met als titel: GEWOON GOED WONEN

Nadere informatie

Deze examenopgave bestaat uit x pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Deze examenopgave bestaat uit x pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn. SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave CORPORATE GOVERNANCE MAANDAG 2 MAART 2015 13.30-15.00 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit x pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle

Nadere informatie

3. Samenstelling van de Raad van Commissarissen

3. Samenstelling van de Raad van Commissarissen Profielschets Raad van Commissarissen Stichting Tablis Wonen Vastgesteld op 24 maart 2014 1. Algemeen De Raad van Commissarissen (RvC) heeft tot taak toezicht te houden op het bestuur en op de algemene

Nadere informatie

Toetsings- en toezichtskader RvC

Toetsings- en toezichtskader RvC 1. Inleiding De governancecode voor woningcorporaties stelt dat een woningcorporatie dient te beschikken over een toetsingskader op basis waarvan de Raad van Commissarissen haar functie van intern toezichthouder

Nadere informatie

DE ALLIANTIE. DIRECTEUR AMSTERDAM-ALMERE en VvE DIENSTEN. mei 2014 HCG/TK/ES

DE ALLIANTIE. DIRECTEUR AMSTERDAM-ALMERE en VvE DIENSTEN. mei 2014 HCG/TK/ES DE ALLIANTIE DIRECTEUR AMSTERDAM-ALMERE en VvE DIENSTEN mei 2014 HCG/TK/ES DE ORGANISATIE is een ontwikkelende woningcorporatie met bijna 60.000 woningen in de noordvleugel van de Randstad. Vier regiobedrijven

Nadere informatie

Raadsvoorstel Programma Inwoners - en Overheidsparticipatie

Raadsvoorstel Programma Inwoners - en Overheidsparticipatie BLANCO gemeente Eindhoven Raadsnummer 15R6463 Inboeknummer 15bst01200 Beslisdatum B&W 8 september 2015 Dossiernummer 15.37.551 Raadsvoorstel Programma Inwoners - en Overheidsparticipatie 2015-2018 Inleiding

Nadere informatie

WAAROM IS OPDRACHT- GEVERSCHAP BELANGRIJK?

WAAROM IS OPDRACHT- GEVERSCHAP BELANGRIJK? Margriet Drijver Corporatiebestuurder sinds 2004 Voormalig lid RegieRaad Bouw, Vernieuwing Bouw Voormalig lis Aedesbestuur Trekker Actieteam Professioneel Opdrachtgeverschap tijdens ActieAgenda Bouw Initiatiefnemer

Nadere informatie

SKPO Profielschets Lid College van Bestuur

SKPO Profielschets Lid College van Bestuur SKPO Profielschets Lid College van Bestuur 1 Missie, visie SKPO De SKPO verzorgt goed primair onderwijs waarbij het kind centraal staat. Wij ondersteunen kinderen om een stap te zetten richting zelfstandigheid,

Nadere informatie

Actieplan visitatie 2014

Actieplan visitatie 2014 Actieplan visitatie 2014 0 Inleiding In 2014 is WEL voor de derde keer gevisiteerd. Deze keer door Cognitum. Hierbij is gekeken naar de opgaven, de ambities en de maatschappelijke prestaties van WEL. Voor

Nadere informatie

Profielschets Raad van Commissarissen R.K. Woningbouwvereniging Zeist

Profielschets Raad van Commissarissen R.K. Woningbouwvereniging Zeist Profielschets Raad van Commissarissen R.K. Woningbouwvereniging Zeist 1. Inleiding De RvC van de R.K. Woningbouwvereniging Zeist heeft drie taken: - toezicht houden op het bestuur en op de gang van zaken

Nadere informatie

De samenleving verandert, de overheid ook?

De samenleving verandert, de overheid ook? De samenleving verandert, de overheid ook? Op zoek naar nieuwe rolverdeling tussen burgerinitiatieven en overheden in groene domein Irini Salverda, Rosalie van Dam en Marcel Pleijte (Alterra) Introductie

Nadere informatie

Visie op bestuur en toezicht

Visie op bestuur en toezicht Visie op bestuur en toezicht Naar een meer op de maatschappij gerichte opvatting Raad van Commissarissen en bestuur TBV Wonen Vastgesteld door de RvC op 14-11-2018 31-8-2018 1 van 7 Voorwoord De Raad van

Nadere informatie

Ondernemingsstrategie Het begint met wonen

Ondernemingsstrategie Het begint met wonen Ondernemingsstrategie 2019-2022 Het begint met wonen Het begint met wonen Persoonlijke aandacht voor onze huurders, oog voor elkaar, focus op samen. Het is waar Openbaar Belang voor staat en wat ons als

Nadere informatie

Advies van de Wetenschappelijke Commissie Wijkaanpak

Advies van de Wetenschappelijke Commissie Wijkaanpak Advies van de Wetenschappelijke Commissie Wijkaanpak De Wetenschappelijke Commissie Wijkaanpak is in 2010 ingesteld door de Minister van Wonen, Wijken en Integratie met als opdracht de Minister te adviseren

Nadere informatie

Voor de Raad van State als adviseur en bestuursrechter is het van. belang zicht te hebben op wat er leeft in de werelden van recht,

Voor de Raad van State als adviseur en bestuursrechter is het van. belang zicht te hebben op wat er leeft in de werelden van recht, Inleiding Vice-President Raad van State tijdens de bijeenkomst van een delegatie van de Raad met de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling donderdag 12 februari 2009 Dames en heren, Voor de Raad van State

Nadere informatie

Selectie commissarissen

Selectie commissarissen Selectie commissarissen Profielschets ledenraad Rabobank Enschede-Haaksbergen januari 2013 Inhoudsopgave Pagina 1: Inleiding 1 2: Omgevingsschets 2 3: Wat is belangrijk voor een ledenraadlid 3 4: Hoe ziet

Nadere informatie

ALGEMENE PROFIELSCHETS ADVIESGROEP BESTUURLIJKE VRAAGSTUKKEN

ALGEMENE PROFIELSCHETS ADVIESGROEP BESTUURLIJKE VRAAGSTUKKEN NA/60009382 ALGEMENE PROFIELSCHETS ADVIESGROEP BESTUURLIJKE VRAAGSTUKKEN Profielschets Adviesgroep Bestuurlijke Vraagstukken 1 Algemeen 1.1 Leidend voor het functioneren van de Adviesgroep Bestuurlijke

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Turfmarkt

Nadere informatie

Visitaties van Raeflex

Visitaties van Raeflex 24 mei 2012 Netwerkbijeenkomst 10 jaar visitatie: Balans tussen leren en verantwoorden Catharijnesingel 56, 3511 GE Utrecht Postbus 8068, 3503 Utrecht (030) 230 31 50 www.raeflex.nl Visitaties van Gestart

Nadere informatie

Online vragenlijst. Interne organisatie van woningcorporaties

Online vragenlijst. Interne organisatie van woningcorporaties Online vragenlijst Interne organisatie van woningcorporaties Deze vragenlijst gaat over de interne organisatie van uw woningcorporatie in 2013. Met uw antwoorden beogen we een momentopname te maken van

Nadere informatie

Leergang Leiderschap voor Professionals

Leergang Leiderschap voor Professionals Leergang Leiderschap voor Professionals Zonder ontwikkeling geen toekomst! Leergang Leiderschap voor Professionals Tijden veranderen. Markten veranderen, organisaties en bedrijven veranderen en ook de

Nadere informatie

Strategische agenda pag. 3 Onze missie pag. 3 Onze koers pag. 5 Onze speerpunten pag. 6 Onze kerntaken

Strategische agenda pag. 3 Onze missie pag. 3 Onze koers pag. 5 Onze speerpunten pag. 6 Onze kerntaken Strategische agenda 2018-2020 pag. 3 Onze missie pag. 3 Onze koers pag. 5 Onze speerpunten pag. 6 Onze kerntaken Onze missie Wij staan voor goede en betaalbare zorg voor alle inwoners van Nederland. Onze

Nadere informatie

S A M E N V A T T I N G

S A M E N V A T T I N G 7 8 Samenvatting In dit advies pleit de Sociaal-Economische Raad (SER) voor het verbeteren van de voorziening van diensten met een publiek belang door het stimuleren van ondernemerschap. Dit advies richt

Nadere informatie

PROFIELSCHETS RAAD VAN COMMISSARISSEN WONINGSTICHTING VAALS

PROFIELSCHETS RAAD VAN COMMISSARISSEN WONINGSTICHTING VAALS PROFIELSCHETS RAAD VAN COMMISSARISSEN WONINGSTICHTING VAALS 1. De functie van de Raad van Commissarissen In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden en bevoegdheden van de Raad van Commissarissen

Nadere informatie

Maatschappelijke aandeelhouders. Nijmegenaren als volwaardige gesprekspartners van corporaties, zorg- en onderwijsinstellingen

Maatschappelijke aandeelhouders. Nijmegenaren als volwaardige gesprekspartners van corporaties, zorg- en onderwijsinstellingen Maatschappelijke aandeelhouders Nijmegenaren als volwaardige gesprekspartners van corporaties, zorg- en onderwijsinstellingen Debatstuk GroenLinks Nijmegen Pepijn Boekhorst Juni 2014 Woningcorporaties,

Nadere informatie

Verslag bijeenkomst Democratie en Digitalisering

Verslag bijeenkomst Democratie en Digitalisering Verslag bijeenkomst Democratie en Digitalisering Op 19 juni 2018 vond een discussiebijeenkomst plaats over democratie en digitalisering. De bijeenkomst is onderdeel van het ROB-onderzoek naar kansen en

Nadere informatie

Speech Francine Giskes, collegelid Algemene Rekenkamer

Speech Francine Giskes, collegelid Algemene Rekenkamer Speech Francine Giskes, collegelid Algemene Rekenkamer Inmiddels zit ik een half jaar bij de Algemene Rekenkamer. Ik ben dus relatief nieuw, en als je ergens nieuw bent, merk je af en toe een soort verwondering

Nadere informatie

Missie We zijn een maatschappelijke vastgoedonderneming, die met en voor bewoners samenwerkt aan krachtige wijken met toekomstwaarde.

Missie We zijn een maatschappelijke vastgoedonderneming, die met en voor bewoners samenwerkt aan krachtige wijken met toekomstwaarde. Governance handboek Besturingsmodel Havensteder Inleiding Het besturingsmodel van woningcorporatie Havensteder maakt de verbanden zichtbaar tussen missie, visie en strategie. En de daarvan afgeleide doelstellingen,

Nadere informatie

Veranderende rol gemeente in het toekomstig woonbeleid

Veranderende rol gemeente in het toekomstig woonbeleid Veranderende rol gemeente in het toekomstig woonbeleid Peter Boelhouwer 3-12-2014 Delft University of Technology Challenge the future Inhoud Novelle herzieningswet toegelaten instellingen Rol gemeenten

Nadere informatie

Vergaderen in West Betuwe. Eerste gemeenschappelijke gedachtevorming binnen de raadswerkgroep Bestuur & Organisatie

Vergaderen in West Betuwe. Eerste gemeenschappelijke gedachtevorming binnen de raadswerkgroep Bestuur & Organisatie Vergaderen in West Betuwe Eerste gemeenschappelijke gedachtevorming binnen de raadswerkgroep Bestuur & Organisatie Herindelingsadvies Par.4.3.: Samen met de samenleving West Betuwe Voert haar wettelijke

Nadere informatie

Profielschets Raad van Commissarissen

Profielschets Raad van Commissarissen Profielschets Raad van Commissarissen Datum: 22 januari 2018 Vastgesteld door de Raad van Commissarissen d.d. 22 januari 2018 Inhoudsopgave 1 Taken Raad van Commissarissen... 3 2 Algemeen profiel Raad

Nadere informatie

-TOELICHTING RESULTATEN CORPORATIE SURVEY 2012 EDITIE II-

-TOELICHTING RESULTATEN CORPORATIE SURVEY 2012 EDITIE II- -TOELICHTING RESULTATEN CORPORATIE SURVEY 2012 EDITIE II- In de tiende Corporatie Survey spreken 180 financieel bestuurders en managers zich uit over de verwachting in de corporatiesector voor de komende

Nadere informatie

HOOFDPUNTEN IMPLEMENTATIE WONINGWET

HOOFDPUNTEN IMPLEMENTATIE WONINGWET HOOFDPUNTEN IMPLEMENTATIE WONINGWET DAEB portefeuille Niet-DAEB portefeuille DE GEHELE ORGANISATIE KRIJGT TE MAKEN MET DE WONINGWET RvT Bestuur Strategie en beleid Vastgoed Financiën en control Wonen -

Nadere informatie

Bestuursreglement. Woningstichting Heteren

Bestuursreglement. Woningstichting Heteren Bestuursreglement Woningstichting Heteren Status: Definitief, 11 februari 2014 Bestuursreglement Woningstichting Heteren 1 Doel en reikwijdte 1. Dit reglement is vastgesteld door het bestuur op 4 februari

Nadere informatie

Visie op het toezicht Raad van Commissarissen Vivare

Visie op het toezicht Raad van Commissarissen Vivare Inleiding In dit document beschrijft de Raad van Commissarissen van Vivare haar visie op toezicht. Hiermee geven we invulling aan bepaling 1.1 van de Governance Code Woningcorporaties 2015. Daarin staat

Nadere informatie

Profielschets lid RvT SVWN op voordracht Woonbond. Lid van de Raad van Toezicht

Profielschets lid RvT SVWN op voordracht Woonbond. Lid van de Raad van Toezicht Profielschets lid RvT SVWN op voordracht Woonbond De Stichting Visitatie Woningcorporaties Nederland (SVWN) is als onafhankelijke stichting opgericht door het ministerie van Binnenlandse Zaken (voorheen

Nadere informatie

Vooruit naar de oorsprong

Vooruit naar de oorsprong Vooruit naar de oorsprong strategisch kader 2014-2016 1 Strategisch kader in 12 puntjes 1 We zien goed en plezierig wonen als basis van bestaan 2 We bieden mensen met lagere inkomens goede, passende woonruimte

Nadere informatie

Public Value Een introductie

Public Value Een introductie Public Value Een introductie Zwolle, 3 oktober 2018 Gerwin Nijeboer waarde creëren in het gemeenschappelijk belang voor het welzijn van het individu en de samenleving. Belangrijk: Public is NIET gelimiteerd

Nadere informatie

Op weg naar een integraal kindcentrum. Janny Reitsma

Op weg naar een integraal kindcentrum. Janny Reitsma Op weg naar een integraal kindcentrum Janny Reitsma Programma: Verkenning van het integraal kindcentrum Leiderschap: mensen in beweging zetten Leiderschap: planmatig organiseren Leren als strategie voor

Nadere informatie

3 Wat betekent dit voor de medezeggenschap en de bestuurder?

3 Wat betekent dit voor de medezeggenschap en de bestuurder? 3 Wat betekent dit voor de medezeggenschap en de bestuurder? DE overheid bestaat niet. In dit boek gaat het niet alleen om de verschillende rijks-, provinciale en gemeentelijke overheden maar ook om de

Nadere informatie

WIJ ZIJN ACTIUM EN DIT IS ONZE KOERS STRATEGISCHE KOERS

WIJ ZIJN ACTIUM EN DIT IS ONZE KOERS STRATEGISCHE KOERS WIJ ZIJN ACTIUM EN DIT IS ONZE KOERS STRATEGISCHE KOERS 2018-2021 Dit is onze strategische koers, dé leidraad bij ons denken en ons doen. Het is ons kompas, dat richting geeft aan de keuzes die we maken

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL LID RAAD VAN COMMISSARISSEN PROFIEL VASTGOED VELISON WONEN

FUNCTIEPROFIEL LID RAAD VAN COMMISSARISSEN PROFIEL VASTGOED VELISON WONEN FUNCTIEPROFIEL LID RAAD VAN COMMISSARISSEN PROFIEL VASTGOED VELISON WONEN Functie-eisen Algemene eisen Academisch niveau van denken en functioneren en inzicht in (strategische) bestuurlijke processen binnen

Nadere informatie

Van elk lid van de Raad van Commissarissen wordt verwacht dat hij of zij:

Van elk lid van de Raad van Commissarissen wordt verwacht dat hij of zij: Profielschets Raad van Commissarissen 1. Doel profielschets Deze profielschets dient een tweeledig doel. Enerzijds kan met deze profielschets een goede en afgewogen selectie van de nieuwe leden gemaakt

Nadere informatie

Andere tijden. Bijeenkomst De Vernieuwde Stad 2 februari 2015 Jan van der Schaar en Rik Koolma

Andere tijden. Bijeenkomst De Vernieuwde Stad 2 februari 2015 Jan van der Schaar en Rik Koolma Andere tijden Leiderschap van corporaties Bijeenkomst De Vernieuwde Stad 2 februari 2015 Jan van der Schaar en Rik Koolma Impulsen bij verzelfstandiging VROM: andere benadering van corporaties Ruimte voor

Nadere informatie

De open data hobby voorbij

De open data hobby voorbij De open data hobby voorbij Door: Paul Suijkerbuijk Gek van kippen en eieren!! Het is niet anders, ook met open data is de kip ei situatie meer dan ooit aanwezig, hoewel ik vermoed dat de onzekerheidsrelatie

Nadere informatie

REGLEMENT RISK- EN AUDITCOMMISSIE N.V. NEDERLANDSE SPOORWEGEN

REGLEMENT RISK- EN AUDITCOMMISSIE N.V. NEDERLANDSE SPOORWEGEN REGLEMENT RISK- EN AUDITCOMMISSIE N.V. NEDERLANDSE SPOORWEGEN 24 november 2017 INHOUD HOOFDSTUK 1: Rol en status van het Reglement 1 HOOFDSTUK 2: Samenstelling RAC 1 HOOFDSTUK 3: Taken RAC 2 HOOFDSTUK

Nadere informatie

Actieplan visitatie 2014

Actieplan visitatie 2014 Actieplan visitatie 2014 Voortgang per 07-05-2015 0 Aanbevelingen en acties 1. Samenwerking met de belangrijkste belanghebbenden De visitatiecommissie beveelt aan dat WEL de samenwerking verbetert met

Nadere informatie

Toeleg Meedoen & Samenwerken in Breda

Toeleg Meedoen & Samenwerken in Breda Toeleg Meedoen & Samenwerken in Breda 2012-2013 Inleiding M&S Breda bestaat uit acht organisaties die er voor willen zorgen dat de kwetsbare burger in Breda mee kan doen. De deelnemers in M&S Breda delen

Nadere informatie

Profielschets Raad van Commissarissen. woningstichting Het Grootslag

Profielschets Raad van Commissarissen. woningstichting Het Grootslag Profielschets Raad van Commissarissen woningstichting Het Grootslag 1. De functie van de Raad van Commissarissen In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden en bevoegdheden van de Raad

Nadere informatie