1. Belanghebbende is een in Finland gevestigd ' open-end '-beleggingsfonds.
|
|
- Fedde de Ridder
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 IZ /o(8 Den Haag, 8 APR 2012 Kenmerk: DGB P dividendbelasting voor het jaar Van deze uitspraak is op 9 maart 2012 een afschrift aan de Belastingdienst/1 toegezonden. AAN DE HOGE RAAD DËR NEDERLANDEN Als middel van cassatie draag ik voor: Schending van het recht, met name van artikel 10, eerste en derde lid, van de Wet op de dividendbelasting 1965, artikel 56 EG-Verdrag en artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht, doordat het Hof heeft beslist dat belanghebbende vergelijkbaar Is met een in Nederland niet aan de vennootschapsbelasting onderworpen rechtspersoon, waardoor het niet verlenen van een teruggaaf van ten laste van belanghebbende ingehouden dividendbelasting aangemerkt kah worden als een indirecte discriminatie c.q. een verkapte beperking van het kapitaalverkeer, zulks ten onrechte dan wel op gronden die de beslissing niet kunnen dragen omdat in casu vaststaat dat belanghebbende, ware zij in Nederiand gevestigd, onderworpen zou zijn aan vennootschapsbelasting, hetgeen betekent dat de Nederlandse wetgeving niet discrimineert naar vestigingsplaats en belanghebbende niet wordt belemmerd in het houden van Nederlandse aandelen. Feitelijk kader 1. Belanghebbende is een in Finland gevestigd ' open-end '-beleggingsfonds. 2. Aannemelijk is geworden dat de bewijzen van deelgerechtigdheid in het fonds, zonder toestemming van de andere deelgerechtigden aan derden verkocht mogen worden, zodat het fonds naar Nederlandse maatstaven aangemerkt kan worden als een open fonds voor gemene rekening als bedoeld In artikel 2, eerste lld, onderdeel f, van de Wet op de vennootschapsbelasting Pagina 1
2 3. Niet in geschil is dat wanneer belanghebbende in Nederland gevestigd zou zijn, zij onderworpen zou zijn aan de vennootschapsbelasting. 4. In Finland Is belanghebbende vrijgesteld van de winstbelasting. 5. Bélanghebbéhde heeft in 2008 voor een bedrag ad ,30 aan portfoliodividenden ontvangen vanuit Nederlandv waarop dividendbelasting is Ingehouden. 6. Belanghebbende heeft verzocht om teruggave van de Ingehouden dividendbelasting. Toelichting OP het middel Rechtspersonen die in Nederland zijn gevestigd en die niet onderworpen zijn aan de vennootschapsbelasting, kunnen op grond van artikel 10, eerste lld, van de Wet op de dividendbelasting 1965, de ten laste van hen ingehouden dividendbelasting terugvragen. Als belanghebbende in Nederland gevestigd zou zijn, is niet In geschil dat belanghebbende onderworpen zou zijn aan de vennootschapsbelasting. De door belanghebbende ontvangen portfoliodividenden zouden dan tot haar belastbare winst behoren en belast zijn tegen het tarief van resp. 20%, 23% of 25,5% (tarief 2008). De Ingehouden dividendbelasting zou met de verschuldigde vennootschapsbelasting verrekend mogen worden, waardoor op deze dividenden uiteindelijk belasting zou drukken naar het tarief van de vennootschapsbelasting, dus 20% over de eerste en vervolgens 23% (vanaf tot ) en 25,5% over de rest. Nu belanghebbende niet in Nederland is gevestigd, vormt de Ingehouden dividendbelasting de eindheffing. Vanwege de vestigingsplaats In Finland wordt belanghebbende door de Nederlandse heffing niet zwaarder belast. Bij vestiging in Nederland bedraagt de heffing 20-25,5%, terwijl bij vestiging In Finland slechts 15% Is verschuldigd. In zoverre is onjuist dat het Hof heeft geoordeeld dat de heffing van Nederlandse dividendbelasting een indirecte discriminatie vormt. De heffing is niet hoger maar lager vanwege de vestigingsplaats. Pagina 2
3 In het buitenland gevestigde beleggingsfondsen, zoals belanghebbende, worden derhalve niet zwaarder belast dan vergelijkbare binnenlandse beleggingsfondsen. Het Hof heeft een onjuiste vergelijkingsmaatstaf gehanteerd, door te vergelijken met een in Nederland niet aan vennootschapsbelasting onderworpen belastingplichtige. In casu staat juist vast dat belanghebbende bij vestiging in Nederland wel aan vennootschapsbelasting onderworpen zou zijn. Die vergelijking gaat derhalve niet op. Dat belanghebbende in Finland wel vrijgesteld was van de winstbelasting maakt dat niet anders. De huidige bedoeling van artikel 10, eerste lid, van de Wet op de dividendbelasting 1965 gaat niet verder dan dat de wetgever heelt beoogd dat rechtspersonen die volgens de regels van de Nededandse wet niet aan vennootschapsbelasting onderworpen zijn, niet geconfronteerd worden met onverrekenbare dividendbelasting over aan hen uitgekeerde dividenden (zie in dit kader ook de door de inspecteur aangehaalde wetsgeschiedenis in het verweerschrift In eerste aanleg). In artikel 10, derde lld, van de Wet op de dividendbelasting 1965 is geregeld dat in de EU/EER gevestigde rechtspersonen (vanaf 2009 met terugwerkende kracht tot 2007: lichamen) die vergelijkbaar zijn met de niet onderworpen rechtspersonen uit het eerste lid, hetzelfde recht op teruggaaf van ingehouden dividendbelasting hebben. De vrijheid van kapitaalverkeer brengt niet met zich mee dat lidstaten de vrijstellingen uit andere lidstaten over moeten nemen. Dat zou namelijk met zich meebrengen dat vrijstellingen van winstbelasting, van welke soort dan ook, in een andere lidstaat, in Nederland tot het terugbetalen van ten laste van die vrijgestelde lichamen Ingehouden dividendbelasting zou lelden, terwijl vergelijkbare vrijstellingen (cq. niet-onderworpenheid) in Nederland niet bestaan. In Nederland gevestigde aan vennootschapsbelasting onderworpen rechtspersonen worden dan ter zake van Nederlandse portfollodividenden per definitie zwaarder belast dan in het buitenland gevestigde vergelijkbare lichamen, die aldaar - om welke reden dan ook - wel een vrijstelling van de winstbelasting genieten. Op die manier zouden de vrijstellingen in andere lidstaten (en mogelijk zelfs derde landen) bepalend zijn voor het recht op teruggaaf. Het Hof miskent hiermee dat eerst sprake is van vergelijkbaarheid van de niet-ingezetene met de ingezetene indien de beide categorieën belastingplichtigen zich behoudens de vestigingsplaats In soortgelijke omstandigheden bevinden. Zle in dat kader bijvoorbeeld het arrest Pagina 3
4 Hv3 EU, 27 januari 2009, Persche C-318/07, punt 49 (mijn cursivering): 'Dit neemt niet weg dat wanneer een instelling die in een lidstaat als van algemeen nut Is erkend, voldoet aan de daartoe In de wettelijke regeling van een andere lidstaat gestelde voorwaarden en de bevordering van identieke gemeenschapsbelangen nastreeft, zodat zij in laatstgenoemde lidstaat als van algemeen nut zou kunnen worden erkend, hetgeen de nationale autoriteiten van deze lidstaat, de rechteriijke instanties daaronder begrepen, dienen te beoordelen, de autoriteiten van deze lidstaat deze instelling het recht op gelijke behandeling niet kunnen weigeren op de enkele grond dat zij niet op het grondgebied van deze lidstaat is gevestigd (zle In die zin arrest Centro dl Muslcologla Walter Stauffer, reeds aangehaald, punt 40; zle naar analogie, wat het vrij verrichten van diensten betreft, arrest Schwarz en Gootjes-Schwarz, reeds aangehaald, punt 81).' Van vergelijkbaarheid Is dus eerst sprake indien belanighebbende ook bij vestiging in Nederiand niet onderworpen zou zijn aan vennootschapsbelasting. Daarbij merk ik nog op dat in binnenlandse verhoudingen de teruggaafregeling niet geldt Indien het lichaam een beleggingsinstelling in de zin van artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 is dan wel een vrijgestelde! beleggingsinstelling in de zin van artikel 6a van de Wet op de vennootschapsbelasting In artikel 10, derde lid, van de Wet op de dividendbelasting 1965 worden ook in het buitenland gevestigde rechtspersonen die een vergelijkbare functie vervullen als beleggingsinstellingen, als bedoeld In de artikel 6a en 28, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, van de teruggaafmogelijkheid uitgesloten. Ook hier maakt de wet dus geen onderscheid naar vestigingsplaats. Voor de artikel 28 beleggingsinstellingen geldt een aparte regeling, zoals opgenomen in artikel 11a van de Wet op de dividendbelasting 1965 (afdrachtvermindering). De rechtbank heeft in deze zaak ten aanzien van de vergelijking van belanghebbende met een dergelijk lichaam terecht geoordeeld dat belanghebbende niet vergeleken kan worden met een beleggingsinstelling, zoals bedoeld in artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (zle r.o. 4.4). Vaststaat namelijk dat belanghebbende niet voldoet aan de voor dergelijke lichamen geldende uitdelingsverplichting. Vergelijking met de artikel 6a beleggingsinstellingen kan nooit aanleiding zijn voor het toekennen van de teruggaaf, omdat voor in Nederland gevestigde vrijgestelde beleggingsinstellingen Pagina 4
5 in de zin van artilcel 6a van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 ook geen recht op teruggaaf van Ingehouden dividendbelasting bestaat. De rechtsopvatting van het Hof, met name de daarbij gehanteerde vergelijkingsmaatstaf is derhalve onjuist. Ook uit het door het Hof aangehaalde arrest HvJ EU van 18 juni 2009, nr. C-303/07 (Aberdeen Property Fininvest Alpha Oy), VN 2009/ volgt niet dat de door het Hof toegepaste vergelijkingsmaatstaf juist Is. Het arrest Aberdeen Property vormt een vervolg op eerdere beslissingen van het HvJ EU 14 december 2006, C-170/05 (Denkavit), BNB 2007/132* en HvJ EU, 8 november 2007, C-379/05 (Amurta), Jurispr. blz en ook de Hoge Raad (HR 30 november 2007, nr , BNB 2008/103C*). In deze arresten gaat het over de vrijheid van vestiging en een consequente vrijstelling van de inhouding van dividendbelasting bij opvolgende heffing door middel van objectvrijstelling voor deelnemingswinst. Een en ander ten gevolge van het feit dat binnenslands ook altijd wordt vrijgesteld. In casu is dat wezenlijk anders. Hier gaat het over de vrijheid van kapitaalverkeer voor portfolio-inkomen in combinatie met een subjectieve vrijstelling. Ten aanzien van portfolio-inkomen is de nationale en Internationale verdeling van heffingsbevoegdheid in het geding. Het gaat daarbij om de internationale verdeling van de klassieke dubbele heffing op beleggingsinkomen. Bronstaat en woonstaat mogen beide opvolgend heffen. In beginsel geeft de opvolgend heffende woonstaat verrekening van de geheven bronbelasting. Maar als de woonstaat deze inkomsten vrijstelt en aan verrekening de voorwaarde van de grondslageis heeft gesteld, dan is het afhankelijk van het regime in de bronstaat of de bronstaat nog terug moet treden. Dat kan het geval zijn indien en voor zover in het binnenland gevestigde belastingplichtigen gunstiger behandeld worden dan in het buitenland gevestigde belastingplichtigen. Daarbij dient wel zuiver vergeleken worden. In die zin is het naar mijn opvatting de juiste vergelijking dat het Finse beleggingsfonds wordt vergeleken met een Nederiands, aan de vennootschapsbelasting onderworpen, beleggingsfonds, als de Nederiandse wetstoepassing tot onderworpenheid zou leiden bij vestiging van het Finse fonds in Nederiand. Daarbij is de in Finland geldende vrijstelling niet van belang. De door het Hof gevolgde redenering zou voor een aanzienlijk deel een einde maken aan het klassieke stelsel van heffing over portfollodividenden. Pagina 5
6 Dat kan niet de bedoeling zijn. Beëindigen van de toepassing van het klassieke stelsel Is namelijk een harmonisatiekwestie en binnen de EU Is men zover nog niet gevorderd op het terrein van de directe belasting. In casu kan het arrest Aberdeen Property niet tot de door het Hof getrokken conclusie leiden: de vergelijkingsmaatstaf is onjuist omdat het Hof van een onjuist rechtsstelsel uit gaat bij de heffing over portfollodividenden. In het arrest Aberdeen Property wordt de uitkering van een dividend door een dochtermaatschappij aan in het binnenland gevestigde moedermaatschappij vergeleken met uitkering van dividend aan een in het buitenland gevestigde moedermaatschappij. Daarbij gold voor de binnenlandse moedermaatschappijen altijd een vrijstelling ongeacht de rechtsvorm van de moedermaatschappij, terwijl voor in het buitenland gevestigde moedermaatschappijen als extra voorwaarde gold dat de moedermaatschappij een vennootschap moest zijn als genoemd in artikel 2 van de moeder/dochterrlchtlljn. Daarmee was sprake van een onderscheid puur naar vestigingsplaats. Als de moedermaatschappij in die zaak In Finland gevestigd zou zijn, zou de Inhoudingsvrijstelling van toepassing zijn geweest. Uitsluitend omdat de moedermaatschappij niet In Finland gevestigd was, werd haar de inhoudingsvrijstelling onthouden. Dit komt duidelijk naar voren üit punt 44 van het arrest: "44. Wanneer een lidstaat ervoor heeft gekozen de door ingezeten dochterondememingen aan ingezeten moedermaatschappijen uitgekeerde winsten niet aan opeenvolgende belastingen te onderwerpen, moet hij deze maatregel bijgevolg uitbreiden tot niet-ingezeten moedermaatschappijen die zich in dezelfde situatie bevinden, aangezien een gelijksoortige belasting van deze niet-ingezeten vennootschappen volgt uit de uitoefening van haar fiscale bevoegdheid over deze vennootschappen (zie in die zin arrest Denkavit Intemationaal en Denkavit France, reeds aangehaald, punt 37)." Daarbij geldt dat uit de Conclusie van A-G Mazak blj de zaak Aberdeen Property de volgende feitelijke context blijkt: "13. Alpha heeft hierbij verwezen naar de artikelen 43 EG en 56 EG betreffende de vrijheid van vestiging en het vrije verkeer van kapitaal. Op grond hiervan dienen objectief vergelijkbare gevallen fiscaai op dezelfde wijze te worden behandeld. Alpha, die dividend uitkeert aan een in een andere lidstaat gevestigde vennootschap, bevindt zich in een vergelijkbare situatie als een binnenlandse vennootschap die Pagina 6
7 dividend uiutèert aan een binnenlandse aandeelhou^ uitkeren aan een Finse naanriloze venncralschap die verielu is met een SICAV^ vennootschap en in onroerend goed zou investereni dan wel aah eeii ahderi vergelijkbaar nationaal llchaém, zóu belastbaar inkomen vormen in dé zin van de wet bëtreffendè belastlnghefflnjg over bedrijfóinkomsten of d inkomstenbelastlhg. Hieruit volgt dat ook uitgekeerd dividend zou zijn vrijgesteld^ ^ van bronbelasting#'::\.'v Dat het HvJ EU in deze zaak oordeelde dat voor het antwoord op de vraag of sprake 15. Vaii gelijke gevallen niet van belang Is of de divldënid-ontvangehde vennootschap in het woonland al of niet is onderworpen aan de heffing van éèn belasting naar het inkomen; maakt dit niet anders^ De door het HvJ EU aangelegde toetsing zag namelijk uitsluitend op het verschil in behandeling van grensdverschnjdende dividenden en niet grensoverschrijdende dividenden. Duidelijk is derhalvé datin casu bij de vraag of sprake Is van een vergelijkbare dividenduitkering bezien diént te worden of de dlvidéndontvanger; wanneer deze In Nederlarid zou zijn gevestigd, pok recht zou hebben op teruggave van de: ingehbuden dividendbélasting. In de onderhavige zaak staat vast dat daarop geen recht zou bestaan. Uit het hiervoor reeds aangehaalde arrest Persche volgt dat soortgelijke buitehlandise lichamen hetzelfde behandeld moeten worden als binnenlandse. Voor vrijstelling van buitenlandse lichamen mogen daarbij dezelfde eisen worden gesteld als aan éen binnenlands lichaam. Daaruit volgt dat wanneer bepaalde binnenlandse lichamen om bepaalde redenen worden vrijgesteld, hetzelfde dient te gelden voor buitenlandse lichamen als deze aan dezelfde voorwaarden voldoen. Op basis van artikel 10, eerste M, van de Wet pp de dividendbelasting 1965 kunnen Nederlandse rechtspersonen als ze aan de voorwaarden van subjectieve vrijstelling voor de vennootschapsbelasting voldoen, hun dividendbelasting terugkrijgen^ Voor soortgelijke buitenlandse lichamen zijn die eisen in de tweede voorwaarde (het niet onderworpen zijn bij vestiging in Nederland) van artikel 10, derde lid, van de Wet op de dividendbelasting 1965 opgenomen. Deze voorwaarde is derhalve een Invulling van het begrip soortgelijke buitenlandse lichamen. Pagina 7
8 In dit kader kan nog gewezen worden naar het arrest Truck Center (HvJ EU, 22 december 2008, nr.c-282/07) waarin enkel in buitenlandse verhoudingen een roerende voorheffing op de rentebetaling werd Ingehouden en in vergelijkbare binnenlandse verhoudingen niet. De renteontvangers in vergelijkbare binnenlandse verhoudingen waren wel aan de Belgische vennootschapsbelasting onderworpen. Het Hof overwoog dat uit de Belgische regeling niet noodzakelijkerwijs een voordeel voor de ingezeten renteontvangende vennootschappen voortvloeit, nu enerzijds aan deze vennootschappen voorlopige aanslagen vennootschapsbelasting worden opgelegd en anderzijds het tarief van de roerende voorheffing lager is dan het tarief van de vennootschapsbelasting en besliste dat het verschil In behandeling tussen de binnenlandse en buitenlandse situatie geen beperking vormde van de (daar in geschil zijnde) vrijheid van vestiging. Zoals reeds hiervoor aangegeven wordt uitgaande van de juiste vergelijking belanghebbende niet zwaarder belast dan een in Nederland gevestigd vergelijkbaar beleggingsfonds. Van een Indirecte discriminatie is dan ook geen sprake. Ook is geen sprake van een belemmering van het kapitaalverkeer. Belanghebbende wordt door de vestiging in Finland juist minder belast dan bij vestiging in Nederland. Het is voor Rnse Investeerders (via een open fonds voor gemene rekening) derhalve niet minder interessant om te beleggen in Nederlandse aandelen dan vobr Nederlandse Investeerders, die vla een open fonds voor gemene rekening in dezelfde aandelen beleggen. De wetgever heeft de teruggaafregeling mogen beperken tot lichamen die naar Nederlandse maatstaven niet onderworpen zouden zijn aan de heffing van vennootschapsbelasting en in het vestigingsland eveneens niet zijn onderworpen aan de winstbelasting. Daarmee maakt de wet geen verschil op basis van vestigingsplaats dan wel plaats van oprichting van een lichaam. Door de teruggaafmogelijkheid ult te breiden naar gevallen die alleen op grond van buitenlandse wetgeving in aanmerking komen voor een vrijstelling van de winstbelasting aldaar, ontstaat juist een ongelijke behandeling van gelijke gevallen. Op grond van het vorenstaande ben ik van oordeel dat de uitspraak van het Hof niet in stand zal kunnen blijven. Pagina 8
9 Ten slotte verzoek ik u om mij in de gelegenheid te stellen om een schriftelijke toelichting In te laten dienen door mr. C.M. Bergman van het kantoor Pels Rycken & Droogleever Fortuijn DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN, namens deze DE DIRECTEUR-GENERAAL BELASTINGDIENST loco Pagina 9
Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Dividendbelasting; Inkomstenbelasting; Vennootschapsbelasting; EU-recht
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 22561 29 april 2016 Dividendbelasting; Inkomstenbelasting; Vennootschapsbelasting; EU-recht 25 april 2016 nr. DGB 2016/1731M
Nadere informatie138 De Pensioenwereld in 2014
17 138 De Pensioenwereld in 2014 Beleggingen 139 EU-claims: geen grijs gedraaide plaat Auteurs: Susan Groot Koerkamp en Erwin Nijkeuter In de meeste Europese landen worden of werden buitenlandse pensioenfondsen
Nadere informatieAAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
Den Haag, J A N 2014 Kenmerk: DGB 2014-20 X Beroepschrift in cassatie tegen de uitspraak van de Rechtbank te Breda van 4 december 2013, nr. 12/04836, op een beroepschrift van H i H n N M te «(Duitsland)
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 08/04/2014
Datum van inontvangstneming : 08/04/2014 , C-'1O/-14- Luxembourg Entrée 1 3 JAN. 2014 Hoge Raad der Nederlanden. \)C(=, C-l/o/1 C( Derde Kamer Nr. 12/02502 20 december 2013 Ingeschreven Luxemburg, in het
Nadere informatieZaak C-446/04. Test Claimants in the FII Group Litigation tegen
Zaak C-446/04 Test Claimants in the FII Group Litigation tegen Commissioners of Inland Revenue [verzoek van de High Court of Justice (England & Wales), Chancery Division, om een prejudiciële beslissing]
Nadere informatieCONCLUSIE PG. Conclusie: cassatieberoep gegrond. Parket bij de Hoge Raad Instantie Datum uitspraak Datum publicatie ECLI
Parket bij de Hoge Raad, 28-11-2012, 12/01866 Inhoudsindicatie CONCLUSIE PG Verzoek om teruggaaf dividendbelasting, op grond van vrij EU-kapitaalverkeer, door Fins niet-onderworpen open end beleggingsinstelling
Nadere informatieECLI:NL:RBHAA:2007:BC2681
ECLI:NL:RBHAA:2007:BC2681 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 28-11-2007 Datum publicatie 01-02-2008 Zaaknummer 07/1531 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Hoger
Nadere informatieBelangrijk advies A-G bij Europees Hof over dividendbelasting op dividend aan moedervennootschap gevestigd op Curaçao
Belangrijk advies A-G bij Europees Hof over dividendbelasting op dividend aan moedervennootschap gevestigd op Curaçao Recent heeft de advocaat-generaal bij het Europese Hof van Justitie in Luxemburg (HvJ)
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 08/04/2014
Datum van inontvangstneming : 08/04/2014 7' Hoge Raad der Nederlanden Derde Kamer Nr. 12/04717 Ingeschreven in het register van het Hof van Justitie onder nr.9..~4.a.b.4. 20 december 2013 Luxemburg, 1
Nadere informatieDenHaa9 '05JAN2010. Kenmerk: DGB 2009-6450
Qöd ^4co5 DenHaa9 '05JAN2010 Kenmerk: DGB 2009-6450 Beroepschrift in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam X van 26 november 2009, nr. 08/00445, inzake IEËli ifai«ibaélsga^aili^i
Nadere informatieNaar een EU-bestendige vennootschapsbelasting. Frank Engelen PricewaterhouseCoopers Universiteit Leiden International Tax Center Leiden
Naar een EU-bestendige vennootschapsbelasting Frank Engelen PricewaterhouseCoopers Universiteit Leiden International Tax Center Leiden Grondslagen van de interne markt De interne markt omvat een ruimte
Nadere informatieDe Nederlandse dividendbelasting en inbound investeringen door buitenlandse beleggingsinstellingen: een Europeesrechtelijke toetsing
De Nederlandse dividendbelasting en inbound investeringen door buitenlandse beleggingsinstellingen: een Europeesrechtelijke toetsing Door: B.A. van Dijk MSc. Post-Master Directe Belastingen 2012/2013 Inhoudsopgave
Nadere informatieReactie op prejudiciële vraag 16/03955
Reactie op prejudiciële vraag 16/03955 Verzoek om teruggaaf dividendbelasting door "Brits open end" niet-belastingplichtig beleggingsfonds; vergelijking met binnenlandse fiscale beleggingsinstelling; noopt
Nadere informatieBESCHIKKING VAN HET HOF (Vijfde kamer) 12 juli 2012 (*)
12/11/12 BESCHIKKING VAN HET HOF (Vijfde kamer) 12 juli 2012 (*) Artikel 104, lid 3, eerste alinea, van het Reglement voor procesvoering Artikel 63 VWEU Belastingwetgeving Dividenduitkering Bronheffing
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 21/11/2016
Datum van inontvangstneming : 21/11/2016 Samenvatting C-480/16 Zaak C-480/16 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 13/09/2012
Datum van inontvangstneming : 13/09/2012 Vertaling C-375/12-1 Zaak C-375/12 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 6 augustus 2012 Verwijzende rechter: Tribunal administratif de Grenoble
Nadere informatieCxS/oiaéi cas. Den Haag, 22 OKT 2008 AAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN. Kenmerk: DGB 2008-4936
CxS/oiaéi cas Den Haag, 22 OKT 2008 Kenmerk: DGB 2008-4936 X ^_ Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 08/03864) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 29 juli 2008, nr.
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 28/05/2015
Datum van inontvangstneming : 28/05/2015 Vertaling C-176/15-1 Zaak C-176/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 20 april 2015 Verwijzende rechter: Tribunal de première instance
Nadere informatieNaar aanleiding van uw brief van 18 oktober 2011 heb ik de eer het volgende op te merken.
Den Haag, 2 9 NOV 2011 Kenmerk: DGB 2011-6473 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 11/04540) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-hertogenbosch van 2 september 2011, nr. r, 2
Nadere informatieIs de ingehouden dividendbelasting verrekenbaar? Inwoner van Nederland
Is de ingehouden dividendbelasting verrekenbaar? Inwoner van Nederland SynVest is als fiscale beleggingsinstelling verplicht om 15% dividendbelasting in te houden op uitgekeerd dividend en dit af te dragen
Nadere informatieNaar aanleiding van uw brief van 8 februari 2012 heb ik de eer het volgende op te merken.
I f^l öobuicq3~o\ Den Haag, 2 O MRT 2012 Kenmerk: DGB 2012-753 TL Motivering van liet beroepsciirir: in cassatie (rolnummer 12/00641) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 21 december
Nadere informatieECLI:NL:HR:2013:1774. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 12/04717
ECLI:NL:HR:2013:1774 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 20-12-2013 Datum publicatie 20-12-2013 Zaaknummer 12/04717 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:CA1565,
Nadere informatieRolnummer 5942. Arrest nr. 156/2014 van 23 oktober 2014 A R R E S T
Rolnummer 5942 Arrest nr. 156/2014 van 23 oktober 2014 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 218, 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals van toepassing op
Nadere informatieO^/ O9ÖOCQ S. Edelhoogachtbaar College, 1. Inleiding
O^/ O9ÖOCQ S Edelhoogachtbaar College, 1. Inleiding X Namens belanghebbende, ibiip^ig^^riifein.v.. motiveren wij hierbij het eerder ingediende beroepschrift in cassatie in tegen bovenvermelde uitspraak,
Nadere informatieDe invloed van het Unie-recht op outbound portfoliodividend.
De invloed van het Unie-recht op outbound portfoliodividend. Door: mr. C. Cuijnen-Vergoes Houwens Post-Master directe belastingen 2013 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Inleiding... 2 2. De heffing van
Nadere informatieMemorandum RECENTE BELASTINGONTWIKKELINGEN MET BETREKKING TOT DE FISCALE EENHEID
Memorandum REENTE ELASTINGONTWIKKELINGEN MET ETREKKING TOT DE FISALE EENHEID Op 6 juni 2018 heeft de Staatssecretaris van Financiën het wetsvoorstel Wet spoedreparatie fiscale eenheid gepubliceerd. In
Nadere informatieDe Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 10/5062) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.
11 Oktober 2013 nr. 12/04012 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 10 juli 2012, nr. BK-11/00544,
Nadere informatieIn cassatie op : ECLI:NL:GHDHA:2014:1717, (Gedeeltelijke) vernietiging met verwijzen
ECLI:NL:HR:2015:472 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 27-02-2015 Datum publicatie 27-02-2015 Zaaknummer 14/03069 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie In cassatie op :
Nadere informatieHoge Raad der Nederlanden. Arrest. Derde Kamer. Nrs. 09/00296 en 09/ september 2010
Hoge Raad der Nederlanden Derde Kamer Nrs. 09/00296 en 09/00400 24 september 2010 Arrest gewezen op de beroepen in cassatie van X N.V. te Z (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraken van het Gerechtshof
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 533 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enkele andere belastingwetten in verband met de introductie van een regeling voor
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 29 034 Wijziging van enkele belastingwetten in verband met de implementatie van Richtlijn 2003/49/EG van de Raad van de Europese Unie van 3 juni
Nadere informatieReactie op prejudiciële vraag 19/01141
Reactie op prejudiciële vraag 19/01141 Dividendbelasting. Aanvullende vragen van Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 26 februari 2019, ECLkNLRBZWB: 2019:801. Vervolg op HR 3 maart 2017, ECLI:NL:HR:2017:342,
Nadere informatieEdelachtbaar college,
Edelachtbaar college, X% Namens cliënten, a «a ^ ^ ^ ^ ^ M l e n tel^^^^ tekenen wij beroep in cassatie aan tegen de uitspraak van Gerechtshof Amsterdam van 22 september 2011 op het beroepschrift van 10
Nadere informatieChecklist Deelnemingsvrijstelling
Checklist Deelnemingsvrijstelling Wie een (persoonlijke) holding bezit met daarin aandelen in een werkmaatschappij, zal al snel achter het belang van de deelnemingsvrijstelling komen. De deelnemingsvrijstelling
Nadere informatieDe fiscale behandeling van portfoliodividenden bij niet-ingezetenen na de arresten Miljoen, X en Société Générale: enkele kanttekeningen
De fiscale behandeling van portfoliodividenden bij niet-ingezetenen na de arresten Miljoen, X en Société Générale: enkele kanttekeningen Door: mr. P.M.C. Dekkers Post-Master Internationaal & Europees Belastingrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBZWB:2017:1974
ECLI:NL:RBZWB:2017:1974 Instantie Datum uitspraak 30-03-2017 Datum publicatie 02-05-2017 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer AWB - 14 _ 7470 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht
Nadere informatiede Nederlandse Orde van Belastingadviseurs
de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Hoge Raad der Nederlanden Postbus 20303 2500 EH DEN HAAG Amsterdam, 27 februari 2019 Betreft: Schriftelijke opmerkingen van de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs
Nadere informatieA. Het in het belastbaar inkomen 1998 begrijpen van het voordeel uit het tegen inkoopsprijs aankopen vaneen auto, groot fl 15.000.
C/& Z^o^jr Edelhoogachtbaar College, y> "2_ Op 17 februari j.l. is door mij namens C igllllllpljp te IHllIll^, hierna belanghebbende, beroep in cassatie aangetekend tegen de uitspraak van het Gerechtshof
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2017 2018 34 788 Wijziging van de Wet op de dividendbelasting 1965, de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enige andere wetten in verband met de introductie
Nadere informatieDatum van inontvangstne ming : 05/04/2012
Datum van inontvangstne ming : 05/04/2012 Vertaling C-112/12-1 Datum van indiening: 1 maart 2012 Verwijzende rechter: Zaak C-112/12 Verzoek om een prejudiciële beslissing Kúria (Hongarije) Datum van de
Nadere informatieDe Hoge Raad der Nederlanden,
2 januari 1980. nr. 19.623 DG. De Hoge Raad der Nederlanden, Gezien het beroepschrift in cassatie van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Y B.V. te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 16/05/2017
Datum van inontvangstneming : 16/05/2017 Hoge Raad der Nederlanden Derde Kamer Nr. 16/03955 3 maart 2017 Ingeschreven in het register van het Hof van Justitie onder Ar... 1..06,[. 9& Luxemburg218. 03.
Nadere informatieECLI:NL:HR:2010:BM1206
ECLI:NL:HR:2010:BM1206 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 24-09-2010 Datum publicatie 24-09-2010 Zaaknummer 08/03539 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BM1206
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 269 Wet van 21 juli 2007, houdende wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enkele andere belastingwetten in verband met de
Nadere informatieIn artikel 7, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Invorderingswet 1990 is het volgende bepaald.
looofoo ccts Den Haag, 2 8 MRT 2011 Kenmerk: DGB 2011-1237 Beroepschrift in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van >( Z 15 februari 2011, nr. 10/00160, inzake Bf^^^NP te ÜÜH betreffende
Nadere informatieBESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 *
WELTHGROVE BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 * In zaak C-102/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangige
Nadere informatieInstelling. Onderwerp. Datum
Instelling Tiberghien Advocaten www.tiberghien.be Onderwerp Welke interesten en dividenden komen in aanmerking voor voordelen arrest Dijkman? Datum 3 december 2010 Copyright and disclaimer De inhoud van
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 15/09/2014
Datum van inontvangstneming : 15/09/2014 Vertaling C-386/14-1 Zaak C-386/14 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 13 augustus 2014 Verwijzende rechter: Cour administrative d appel
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 11/06/2015
Datum van inontvangstneming : 11/06/2015 Vertaling C-194/15-1 Zaak C-194/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 28 april 2015 Verwijzende rechter: Commissione Tributaria Provinciale
Nadere informatieFiscale aspecten van aandelenvennootschappen met een dubbele vestigingsplaats
Fiscale aspecten van aandelenvennootschappen met een dubbele vestigingsplaats door Dr. M. van Dun 1997 KLUWER - DEVENTER Inhoudsopgave LUST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN XVI 1 INLEIDING 1 2 DE ONTSTAANSGESCHIEDENIS
Nadere informatieECLI:NL:GHDHA:2017:1341
ECLI:NL:GHDHA:2017:1341 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 10-05-2017 Datum publicatie 17-05-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK-16/00396
Nadere informatieBesluit van tot vaststelling van het besluit ter voorkoming van dubbele belasting voor de BES eilanden (Besluit ter voorkoming dubbele belasting BES)
Besluit van tot vaststelling van het besluit ter voorkoming van dubbele belasting voor de BES eilanden (Besluit ter voorkoming dubbele belasting BES) 2010/555; Op de voordracht van de Staatssecretaris
Nadere informatiei (Verenigd Koninkrijk) betreffende de aanslag inkomstenbelasting/premie
Den Haag, 25 OKT 2011 Kenmerk: DGB 2011-6222 Beroepschrift in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te ^ z 's-hertogenbosch van 22 september 2011, nr. 10/00854, Inzake fuêêêêêêêê te i (Verenigd
Nadere informatie2. Cassatiemiddelen Met betrekking tot dit beroep worden de volgende middelen van cassatie voorgedragen:
'"Sr "- AANTEKENEN Hoge Raad der Nederlanden Postbus 20303 2500 EH 'S-GRAVENHAGE Datum Referentie Betreft beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem (08/00041) op het hoger beroep
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2017:4777
ECLI:NL:GHARL:2017:4777 Instantie Datum uitspraak 07-06-2017 Datum publicatie 16-06-2017 Zaaknummer 16/00619 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Nadere informatieHof van Cassatie van België
16 FEBRUARI 2012 F.10.0115.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.10.0115.N 1. K.P., 2. H.D.S., eisers, vertegenwoordigd door mr. Paul Wouters, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1050
Nadere informatie1 Het geding in feitelijke instanties
Uitspraak 10 januari 2014 nr. 09/01485 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 3 maart 2009, nr. 07/00372, betreffende
Nadere informatieARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 25 oktober 2012 (*)
ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 25 oktober 2012 (*) Niet nakoming Artikelen 49 VWEU en 63 VWEU Artikelen 31 en 40 EER Overeenkomst Belasting op inkomsten uit kapitaal en roerende goederen Ingezeten en
Nadere informatieZaak C-524/04. Test Claimants in the Thin Cap Group Litigation tegen Commissioners of Inland Revenue
Zaak C-524/04 Test Claimants in the Thin Cap Group Litigation tegen Commissioners of Inland Revenue [verzoek van de High Court of Justice (England & Wales), Chancery Division, om een prejudiciële beslissing]
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 38029 30 december 2014 Vennootschapsbelasting. Fiscale eenheid. Wijziging van het besluit van 14 december 2010, nr. DGB2010/4620M,
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 10/06/2014
Datum van inontvangstneming : 10/06/2014 I' Hoge Raad der Nederlanden Derde Kamer w ~e' {J.J ::li "~.8 ;.l_~ ( E..::r,",'_ t"::) ('0",,1 l:'jt:: ~~ ~ )(, ::li oe i~..- ~ c:: L'..J Nr. 12/03718 28 maart
Nadere informatieReactie op prejudiciële vraag 16/03954
Reactie op prejudiciële vraag 16/03954 Verzoek om teruggaaf dividendbelasting door "Duits" niet-belastingplichtig beleggingsfonds; vergelijking met binnenlandse fiscale beleggingsinstelling; noopt de 'Miljoen-rechtspraak'
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Dividendbelasting. Vermindering, vrijstelling en teruggaaf van dividendbelasting
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 2568 13 februari 2012 Dividendbelasting. Vermindering, vrijstelling en teruggaaf van dividendbelasting 25 januari 2012
Nadere informatieKort Nieuws. Met name uit Nederland. Grensoverschrijdende inbreng in een BV: Eeuwigdurend geconserveerd bedrag mag Hoge Raad, 13 december 2013
Kort Nieuws Met name uit Nederland Grensoverschrijdende inbreng in een BV: Eeuwigdurend geconserveerd bedrag mag Hoge Raad, 13 december 2013 De Nederlandse belastingwetgeving geeft de mogelijkheid om een
Nadere informatieDe Wet op de vennootschapsbelasting 1969 wordt als volgt gewijzigd:
Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enige andere wetten in verband met enkele aanpassingen inzake de fiscale eenheid (Wet aanpassing fiscale eenheid) VOORSTEL VAN WET Allen, die deze
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 24/12/2013
Datum van inontvangstneming : 24/12/2013 Vertaling C-589/13-1 Zaak C-589/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 19 november 2013 Verwijzende rechter: Verwaltungsgerichtshof (Oostenrijk)
Nadere informatieNaar aanleiding van uw brief van 6 juni 2012 heb ik de eer het volgende op te merken.
DenHaag, I Q jyl2012 Kenmerk: DGB 2012-3421 Motivering van liet beroepsctirift In cassatie (rolnummer 12/02585) tegen de uitspraak van de Rechtbank te Arnhem van 12 april 2(312, nr. 11/3414, 11/3415 en
Nadere informatieWet op de dividendbelasting 1965
Wet op de dividendbelasting 1965 Wet van 23 december 1965, houdende vervanging van het Besluit op de Dividendbelasting 1941 door een nieuwe wettelijke regeling, laatstelijk gewijzigd bij Stb. 2009, 611
Nadere informatieNaar aanleiding van uw brief van 14 augustus 2013 heb ik de eer het volgende op te merken.
Den Haag, 2 4 SEP 2013 Kenmerk: DGB 2013-4390 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 13/03828) tegen de uitspraak van de Rechtbank Gelderland van 27 juni 2013, nr. 12/03968, op een beroepschrift
Nadere informatieRegeling met België inzake ontslaguitkeringen
Regeling met België inzake ontslaguitkeringen Besluit 22-06-2006 nr CPP2006-1404 Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling. Sector Ontwerp. Aspectgebied Internationaal belastingrecht
Nadere informatieLJ : BJ8782, Rechtbank Breda, 08/5579. Datum uitspraak: Datum publicatie:
1 van 6 8-10-2009 20:55 LJ : BJ8782, Rechtbank Breda, 08/5579 Datum uitspraak: 02-09-2009 Datum publicatie: 30-09-2009 Rechtsgebied: Soort procedure: Belasting Eerste aanleg - meervoudig Inhoudsindicatie:
Nadere informatieReactie op prejudiciële vraag 16/03955
Reactie op prejudiciële vraag 16/03955 Verzoek om teruggaaf dividendbelasting door "Brits open end" niet-belastingplichtig beleggingsfonds; vergelijking met binnenlandse fiscale beleggingsinstelling; noopt
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 17208 1 april 2019 Omzetbelasting. Beheer van gemeenschappelijke beleggingsfondsen; bijzonder overheidstoezicht Belastingdienst/Directie
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 07/06/2013
Datum van inontvangstneming : 07/06/2013 I!Entree 2 7 MARS 2013 C-.A6'1IA3-0 Hoge Raad der Nederlanden Derde Kamer Nr. 11/02595 8 maart 2013 Ingeschreven in het register van het Hof van Justitie onder
Nadere informatieECLI:NL:PHR:2013:CA1565 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04717
ECLI:NL:PHR:2013:CA1565 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie 25-04-2013 Datum publicatie 31-05-2013 Zaaknummer 12/04717 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie
Nadere informatieDit besluit wijzigt het besluit van 18 februari 2014, nr. BLKB 2014/15M, Staatscourant 2014, nr De wijzigingen zijn de volgende.
Vennootschapsbelasting. Dividendbelasting. Fiscale beleggingsinstelling. Wijziging van het besluit van 18 februari 2014, nr. BLKB 2014/15M, Staatscourant 2014, nr. 5544 Belastingdienst/Directie Vaktechniek
Nadere informatieBTW-bulletin, De aftrek van btw staat niet meer rotsvast
BTW-bulletin, De aftrek van btw staat niet meer rotsvast Samenvatting Op 18 december 2014 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna HvJ) arrest gewezen over de aftrek van btw als sprake is
Nadere informatieParticuliere beleggers in een beleggingsinstelling, een aantal fiscale aspecten
Mr. M.J.P.C. Steinbusch 1 Particuliere beleggers in een beleggingsinstelling, een aantal fiscale aspecten 31 In Nederland worden meer dan 10.000 verschillende beleggingsfondsen en verschillende aandelensoorten
Nadere informatieVERTALING. Artikel 2 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door het volgende :
VERTALING Aanvullende Overeenkomst tot wijziging van de Overeenkomst en tot opheffing van het Protocol tussen het Koninkrijk België en de Republiek Korea tot het vermijden van dubbele belasting en tot
Nadere informatieBesluit van PM datum tot wijziging van de Belastingregeling voor het land Nederland
Besluit van PM datum tot wijziging van de Belastingregeling voor het land Nederland Op de voordracht van de Staatssecretaris van Financiën van PM; Gelet op artikel 37 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen
Nadere informatieBesluit van 14 december 2010, nr. DGB2010/6832M, Staatscourant 2010, 20507
Algemene wet inzake rijksbelastingen. Besluit heffingsrente Directoraat-generaal Belastingdienst, Brieven en beleidsbesluiten Besluit van 14 december 2010, nr. DGB2010/6832M, Staatscourant 2010, 20507
Nadere informatieCONCLUSIE VAN ADVOCAAT-GENERAAL P. MENGOZZI van 7 juni
CONCLUSIE VAN ADVOCAAT-GENERAAL P. MENGOZZI van 7 juni 2007 1 1. Met het onderhavige verzoek om een prejudiciële beslissing vraagt het Gerechtshof te Amsterdam (Nederland) het Hof in wezen te preciseren
Nadere informatieBlok 11. IS 2: dubbele belasting en de Spaanse holding (ETVE). Deelnemingen, deelnemingsvrijstelling of voorkoming van dubbele belasting.
Blok 11. IS 2: dubbele belasting en de Spaanse holding (ETVE). Deelnemingen, deelnemingsvrijstelling of voorkoming van dubbele belasting. 1. Algemeen systeem. De wet voorziet in diverse gedetailleerde
Nadere informatieFiscale aspecten bij opzetten van een vastgoedfonds Zorginstellingen en vennootschapsbelasting
Fiscale aspecten bij opzetten van een vastgoedfonds Zorginstellingen en vennootschapsbelasting Maarten Jan Brouwer Jan Pieter van Eck Disclaimer vooraf: sinds het opstellen van deze presentatie, is het
Nadere informatieCONCLUSIE VAN ADVOCAAT-GENERAAL N. FENNELLY van 21 september
CONCLUSIE VAN ADVOCAAT-GENERAAL N. FENNELLY van 21 september 2000 1 1. Staat richtlijn 69/335/EEG van de Raad van 17 juli 1969 betreffende de indirecte belastingen op het bijeenbrengen van kapitaal (hierna:
Nadere informatieInstituut Financieel Management
FFEBLR0111 IB (niet-winst) Instituut Financieel Management Opdracht 1b (inleveren in week 3) De tekst van artikel 1.2 Wet IB is per 1 januari 2011 ingrijpend gewijzigd. Vanaf 2001 t/m 2010 luidde de tekst
Nadere informatie61998J0251. Trefwoorden. Samenvatting. Downloaded via the EU tax law app / web
Downloaded via the EU tax law app / web @import url(./../../../../css/generic.css); EUR-Lex - 61998J0251 - NL Avis juridique important 61998J0251 Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 13 april 2000. -
Nadere informatieReactie op prejudiciële vraag 19/00104
Reactie op prejudiciële vraag 19/00104 Weigering afdrachtvermindering van art. 11a Wet DB 1965 aan in het buitenland gevestigde beleggingsfondsen in strijd met vrij verkeer van kapitaal? Standstill-bepaling?
Nadere informatieFiscale regularisatie
Fiscale regularisatie Nummer 10/31-01 Nog steeds gemeentebelasting bij regularisatieheffing ondanks arrest Dijkman? Fiscale actualiteit nr. 31, pag. 1-4, 09.09.2010 Volgens het Hof van Justitie schendt
Nadere informatieDe Rechtbank te Haarlem (nr. AWB 05/6797) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.
LJN: BO3637, Hoge Raad, 09/00760 Print uitspraak Datum uitspraak: 22-04-2011 Rechtsgebied: Belasting Soort procedure: Cassatie Inhoudsindicatie: Omzetbelasting; art. 5, lid 3, en art. 13, B, aanhef en
Nadere informatieKERCKHAERT EN MORRES. ARREST VAN HET HOF (Grote kamer) 14 november 2006 *
KERCKHAERT EN MORRES ARREST VAN HET HOF (Grote kamer) 14 november 2006 * In zaak C-513/04, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 234 EG, ingediend door de Rechtbank van
Nadere informatieECLI:NL:HR:2017: Geding in cassatie. Uitspraak
ECLI:NL:HR:2017:185 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 10-02-2017 Datum publicatie 10-02-2017 Zaaknummer 15/04877 Formele relaties In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2015:3523, (Gedeeltelijke) vernietiging
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 06/03/2017
Datum van inontvangstneming : 06/03/2017 Vertaling C-45/17-1 Zaak C-45/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 30 januari 2017 Verwijzende rechter: Conseil d État (Frankrijk) Datum
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 034 Wijziging van enkele belastingwetten in verband met de implementatie van Richtlijn 2003/49/EG van de Raad van de Europese Unie van 3 juni
Nadere informatieAANBEVELING VAN DE COMMISSIE. van 6.12.2012. over agressieve fiscale planning
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.12.2012 C(2012) 8806 final AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 6.12.2012 over agressieve fiscale planning NL NL AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 6.12.2012 over agressieve fiscale
Nadere informatieHet voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
34 323 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enige andere wetten in verband met enkele aanpassingen inzake de fiscale eenheid (Wet aanpassing fiscale eenheid) NOTA VAN WIJZIGING Het
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 17/02/2014
Datum van inontvangstneming : 17/02/2014 C-9/-14-1 Luxembcurg l i!frp Hoge Raad der Nederlanden Entree 1 3 JAN. 201~ --------- Derde Kamer Nr. 12/02305 13 december 2013 Arrest Ingeschreven in het register
Nadere informatie's-gravenhage (hierna: het Hof) van 1 mei 2009, onder nummer BK 07/00421 - heeft afgewezen.
Rapport 2 h2>klacht Verzoekers klagen erover dat de staatssecretaris van Financiën het verzoek om restitutie van de overdrachtsbelasting - gegrond op de uitspraak van het Gerechtshof 's-gravenhage (hierna:
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2008:BG6992 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 07/00490
ECLI:NL:GHAMS:2008:BG6992 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 04-12-2008 Datum publicatie 17-12-2008 Zaaknummer 07/00490 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie
Nadere informatie