Regiodocument BRU. Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Regiodocument BRU. Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie"

Transcriptie

1 Regiodocument BRU Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie vastgesteld door het algemeen bestuur BRU op 15 juni 2011

2 Stichtse Vecht De Bilt Utrecht Zeist Bunnik IJsselstein Nieuwegein Vianen BRU gemeenten Verstedelijking Water Spoor Snelweg 7,5 km Houten

3 2 ACHTERGROND INHOUD 1 Kernboodschap Centraal vraagstuk: ruimtedruk in de regio Het antwoord van de Utrechtse regio: binnenstedelijk bouwen De randvoorwaarden: wat is nodig om de opgave te realiseren? 4 2 Achtergrond Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie Typering Regiodocument Afbakening en leeswijzer 9 3 Visie op de verstedelijkingsopgave 10 4 De binnenstedelijke opgave Plancapaciteit Haalbaarheid van de binnenstedelijke opgave Oplossingsrichtingen Samenwerking: nieuwe coalities vereist Vervolg 19 5 VINEX- en uitleglocaties Afbouw Vinex-opgave Woningbouwmogelijkheden op nieuwe uitleglocaties Waterhuishouding Het instrument rode contour Randvoorwaarden voor de realisatie van uitleglocaties 26 6 Woningbouwopgave: De cijfers Uitgangspunt: minimaal woningen De plancapaciteit Realisatiescenario woningen 29 7 Herziening kantorenbeleid Situatie kantorenmarkt Consequenties voor de woningbouwopgave Kantorenbeleid BRU Samenwerking kantorenbeleid BRU-provincie 34 8 Bedrijventerreinen 36 9 Mobiliteit en knooppunten Uitgangssituatie Openbaar vervoer en ruimtelijke ontwikkeling Concrete aandachtspunten mobiliteit en knooppunten Conclusies voor de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie 45 REGIODOCUMENT BRU 3

4 1 KERNBOODSCHAP 1.1 Centraal vraagstuk: ruimtedruk in de regio Centraal staat de vraag hoe in de regio Utrecht om te gaan met de ruimtedruk die gevormd wordt door de grote behoefte aan onder meer wonen, werken, recreatie, natuur en mobiliteit. Die behoefte is het gevolg van de centrale ligging, de economische spilfunctie en de aantrekkelijke leefomgeving van de Utrechtse regio. 1.2 Het antwoord van de Utrechtse regio: binnenstedelijk bouwen De samenwerkende gemeenten in de Utrechtse regio hebben de ambitie om op een verantwoorde manier invulling te geven aan dit vraagstuk. De belangrijkste inzet daartoe is om de woningbouwopgave van circa woningen tussen 2013 en 2025 voor een aanzienlijk deel op binnenstedelijke locaties te realiseren. Dat is niet alleen een keuze voor bescherming van de waardevolle landschappen in onze regio, maar ook voor een duurzame en aantrekkelijke leef- en werkomgeving voor bedrijven en arbeidskrachten. Er wordt bijgedragen aan sterke steden en dorpen met een goed voorzieningenniveau en er worden er goede kansen geboden voor ontwikkelingen rondom knooppunten, gekoppeld aan versterking van het OV-netwerk. Daarnaast wordt ingezet op een beperkt aantal uitleglocaties, die bijdragen aan de behoefte aan landelijk-dorps wonen en aan de vitaliteit van een aantal kernen in onze regio. Voor een evenwichtige economische ontwikkeling wordt de ontwikkeling van bedrijventerreinen en kantoorlocaties zorgvuldig afgestemd, gebaseerd op een marktanalyse waarin zowel de kwantitatieve als kwalitatieve vraag in beeld is gebracht. Gemeenten zijn voornemens om onderlinge afspraken vast te leggen over de ontwikkeling van nieuwe locaties en herstructurering en transformatie van bestaande locaties. Ontwikkelingsvisie NV Utrecht Bovenstaande ambities zijn in 2009 al vastgelegd in de Ontwikkelingsvisie NV Utrecht, als gezamenlijk koers voor (o.a.) BRU, gemeente Utrecht en provincie Utrecht. De boodschap van de BRU-gemeenten voor de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (PRS) gaat dan ook vooral over de vraag hoe deze inzet te bereiken is en wie daarvoor welke bijdrage kan leveren. Daarbij dient de traditionele benadering van toelatingsplanologie te worden verruild voor een benadering die uitgaat van ontwikkelingsplanologie. De focus ligt niet meer bij het ruimtelijk mogelijk maken, maar bij de vraag hoe de NV-opgave realistisch en haalbaar te krijgen. 1.3 De randvoorwaarden: wat is nodig om de opgave te realiseren? Binnenstedelijke woningbouwopgave Hoge verwervingskosten, een versnipperd eigendom, betrokken omwonenden en knelpunten op het gebied van milieu zorgen ervoor dat een groot deel van de binnenstedelijke locaties zonder extra inspanningen en creativiteit van alle betrokken partijen niet gerealiseerd kan worden. Daarbij is sprake van een sterke 4 REGIODOCUMENT BRU

5 afhankelijkheid van de economische omstandigheden. Die zijn op dit moment niet gunstig: er is nauwelijks ruimte voor investeringen door overheidspartijen en corporaties. De woningmarkt bevindt zich nog steeds in een dal. De BRU-gemeenten willen zich desondanks inspannen om de opgave toch van de grond te krijgen, omdat de terugvalopties (minder bouwen of meer bouwen op uitleglocaties) ongewenst zijn. Welke inzet van gemeenten en provincie is daarvoor nodig? 1. Er moeten voldoende locaties beschikbaar zijn om de binnenstedelijke woningbouwopgave te kunnen realiseren. Uit de laatste inventarisatie blijkt dat er weliswaar een overcapaciteit beschikbaar is maar dat het, gelet op de gangbare planuitval en -vertraging, zeer de vraag is of deze voldoende is om de volledige opgave te realiseren. Gemeenten zullen de komende jaren blijven zoeken naar nieuwe locaties en vragen de provincie om daar op een positieve wijze aan bij te dragen, bijvoorbeeld met het Aanjaagteam Woningbouw. 2. Betrokken partijen (gemeenten, provincie, corporaties, marktpartijen) zullen moeten zoeken naar nieuwe manieren van samenwerken, waarbij de omslag wordt gemaakt van toelatingsplanologie en blauwdrukplanning naar een ontwikkelingsgerichte benadering. Daarbij is de bereidheid nodig om tot vernieuwende oplossingen te komen. Er kan meer ruimte worden geboden aan particulier initiatief. Maar het is ook voorstelbaar dat de provincie actief (risicodragend) participeert in binnenstedelijke gebiedsontwikkeling. 3. Gemeenten en provincie zullen moeten verkennen welke ruimte ontstaat door prioriteren van locaties en differentiëren van ambities, zodat projecten toch gerealiseerd kunnen worden. Uitgangspunt daarbij is dat de te ontwikkelen projecten nog steeds van hoge kwaliteit moeten zijn, maar dat kritischer wordt gekeken naar de stapeling van ambities in één project. 4. Uiteindelijk zal het nodig zijn dat substantiële aanvullende middelen worden vrijgemaakt om onrendabele projecten (binnenstedelijke woningbouw, transformatie, herstructurering bedrijventerreinen) haalbaar te maken. De BRUgemeenten pleiten ervoor dat de binnenstedelijke opgave de hoogste prioriteit krijgt in het investeringsbudget bij de PRS. Een investerings budget of fonds van de provincie kan essentieel zijn voor binnenstedelijke projecten die op de financiering vastlopen. Overheidssubsidies kunnen private financiers over de brug helpen om een laatste gat in de financiering te dichten. 5. Het is wenselijk dat gemeenten, BRU en provincie een krachtige gezamenlijke boodschap richting het rijk ventileren. De Noordvleugel van de Randstad en in het bijzonder Utrecht is dé regio in Nederland waar de komende decennia de groei zal aanhouden, hetgeen ook voor het Rijk aanleiding zou moeten zijn voor een regiospecifieke benadering. Ontschotting van Rijksmiddelen is gewenst: binnenstedelijk bouwen kost meer, maar levert een besparing op voor de hoofdinfrastructuur. Daarnaast kunnen aanpassingen aan fiscale regelingen en het instrumentarium voor grondbeleid helpen de binnenstedelijke opgave te realiseren. Bovenstaande randvoorwaarden worden in dit Regiodocument alleen op hoofdlijnen geagendeerd en dienen nader worden uitgewerkt. REGIODOCUMENT BRU 5

6 De BRU-gemeenten willen het gesprek hierover met de provincie Utrecht graag voortzetten. Een belangrijke stap daarin is de formulering van de uitvoeringsparagraaf in de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie, waarin concreet invulling gegeven moet worden aan de wijze waarop de provincie de ambities wil gaan realiseren. Maar ook daarna, tijdens de feitelijke uitvoering van de PRS, willen BRU-gemeenten samen met de provincie blijven optrekken in het realiseren van de binnenstedelijke opgave. Wij komen graag tot heldere afspraken in de PRS hoe deze samenwerking vormgegeven kan worden. Woningbouw op uitleglocaties In de Ontwikkelingsvisie NV Utrecht hebben provincie en gemeenten al geconstateerd dat het niet haalbaar en ook niet wenselijk is om de gehele woningbouwopgave op binnenstedelijke locaties te realiseren. De druk op de woningmarkt vraagt er om dat ook op uitleglocaties een substantieel aantal woningen wordt gebouwd. Daarbij gaat het niet alleen om het aantal te realiseren woningen, maar ook om specifieke woonmilieus die op binnenstedelijke locaties niet gerealiseerd kunnen worden. In de Ontwikkelingsvisie NV Utrecht is bepaald dat deze extra opgave in Rijnenburg en in het Kromme Rijn/Lekgebied wordt gerealiseerd. De BRU-gemeenten hebben in beeld gebracht welke locaties in dat gebied op verantwoorde wijze ontwikkeld kunnen worden. Gemeenten zullen de differentiatie en programmering van deze ontwikkelingen met elkaar afstemmen, zodat onderlinge concurrentie wordt voorkomen. Om tempo te kunnen maken met de realisatie van deze uitleglocaties is het van groot belang dat daarvoor in de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie ruimte wordt geboden. De BRU-gemeenten pleiten in ieder geval voor het planologisch mogelijk maken van de locaties Odijk-west (Bunnik) en Hoef en Haag (Vianen) door ze in de provinciale verordening binnen de rode contour op te nemen. Voor Odijk-west geldt bovendien dat een bijdrage in de kosten van de gewenste omlegging van de N229 essentieel is voor de haalbaarheid van het project. Ook bij de andere voorziene ontwikkelingen buiten de rode contour is (op termijn) planologische medewerking van de provincie randvoorwaardelijk. Daartoe is het van belang dat deze ontwikkelingen (Laagraven-oost, Eiland van Schalkwijk, Werkhoven) in de PRS worden benoemd. Werklocaties De discussies over bedrijventerreinen en kantoorlocaties lopen in parallelle trajecten nog volop door en zijn nog niet zover uitgekristalliseerd dat er concrete uitspraken in dit Regiodocument kunnen worden opgenomen. Voor beide trajecten geldt: Een regionale marktanalyse biedt een gemeenschappelijke cijfermatige uitgangssituatie; voor de kantorenmarkt is deze reeds gemaakt, voor bedrijventerreinen wordt dit op dit moment gedaan. BRU-gemeenten werken aan onderlinge afspraken over beleid, programmering, herstructurering en transformatie, zodanig dat ook op langere termijn een evenwichtige marktsituatie mogelijk is. BRU-gemeenten gaan er van uit dat de ruimtelijke uitwerking van deze afspraken in de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie overgenomen worden, zolang deze passen binnen de randvoorwaarden van de provincie Utrecht (o.a. verwoord in de Kadernota Ruimte). Het is van groot belang dat provincie Utrecht en samenwerkende BRU-gemeenten goede afspraken maken over de samenwerking en rol- en taakverdeling in het ruimtelijk-economische domein. Inzet daarbij is dat provincie en gemeenten elkaar kunnen versterken bij het aanpakken van de gezamenlijke problematiek. 6 REGIODOCUMENT BRU

7 Ontwikkeling knooppunten en OV-systeem De regio beschouwt knooppuntontwikkeling als belangrijk ordenend principe voor de langere termijn. De ontwikkeling van knooppunten leent zich uitstekend om de binnenstedelijke ambitie waar te maken. Ontwikkelingen bij OV-knooppunten dragen bovendien bij aan het vervoerspotentieel voor het openbaar vervoer, waarmee een belangrijke bijdrage geleverd kan worden aan de mobiliteitsproblematiek van de Utrechtse regio. Daarom is het wenselijk dat de provincie Utrecht knooppuntontwikkeling ook in de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie tot belangrijk ordenend principe benoemt en concreet uitwerkt welke kansen daartoe worden geboden. De BRU-gemeenten zijn van harte bereid om in deze uitwerking gezamelijk met de provincie op te trekken. Ontwikkeling van het stationsgebied, Utrecht REGIODOCUMENT BRU 7

8 2 ACHTERGROND 2.1 Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie De provincie Utrecht bereidt een nieuwe PRS voor, die naar verwachting eind 2012 wordt vastgesteld. In de in december 2010 door provinciale staten vastgestelde Kadernota Ruimte heeft de provincie de hoofdlijnen voor de PRS beschreven. In de aanloop naar de vaststelling van deze kadernota hebben het dagelijks bestuur (DB) van BRU en gedeputeerde staten (GS) van Utrecht met elkaar gesproken over de betrokkenheid van de samenwerkende BRU-gemeenten in de totstandkoming van de PRS. De BRU-gemeenten hebben per brief aangegeven dat zij gezamenlijk willen optrekken in dit proces. Dit heeft geresulteerd in de afspraak dat BRU aan de slag gaat met een regionale uitwerking, waarin voor het BRU-gebied door de gemeenten zelf inhoud wordt gegeven aan de provinciale structuurvisie. Deze afspraak is door de provincie geconcretiseerd in een brief, waarin de provincie BRU verzoekt om het voortouw te nemen bij het uitwerken van de ruimtelijke mogelijkheden voor de verstedelijkingsopgaven uit de Ontwikkelingsvisie NV Utrecht. De BRU-gemeenten hebben dit verzoek beschouwd als een uitgelezen mogelijkheid om bij te dragen aan de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie. Het proces is nadrukkelijk ingestoken vanuit de samenwerkende gemeenten. BRU is gevraagd om de uitwerking uiterlijk op 1 april 2011 gereed te hebben. Op 30 maart 2011 is het concept Regiodocument naar de provincie gezonden. Op 15 juni 2011 is het concept document vastgesteld in het algemeen bestuur van BRU. 2.2 Typering Regiodocument In dit Regiodocument PRS komen twee processen bij elkaar. Enerzijds worden de in de Ontwikkelingsvisie NV Utrecht beschreven verstedelijkingsopgaven verder uitgewerkt. In het Afsprakenkader van de NV Utrecht is vastgelegd dat BRU het voortouw heeft bij het nader uitwerken van deze visie. Anderzijds vormt het Regiodocument de gezamenlijke inbreng van de BRU-gemeenten voor de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie. Onderstaand schema laat deze processen en de positie van het Regiodocument hierin zien: uitwerking input Ontwikkelingsvisie NV Utrecht Regiodocument PRS Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie 8 REGIODOCUMENT BRU

9 De BRU-gemeenten hebben in dit proces samen opgetrokken en willen dit ook in het vervolg blijven doen. Niet alleen om zo bij te kunnen dragen aan de inhoud van de PRS, maar ook met het doel om een samenwerkingsproces in te gaan met de provincie Utrecht. De gemeenten beschouwen het Regiodocument niet als afronding van het samenwerkingsproces, maar eerder als een eerste stap. De samenwerking wordt voorgezet in het verdere proces naar de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie en daarna in de uitvoering van de ambities. Het Regiodocument biedt bovendien een basis voor een concretisering in nieuwe uitvoeringsafspraken tussen de BRUgemeenten voor de periode tot Afbakening en leeswijzer In dit Regiodocument worden de belangrijkste verstedelijkingsopgaven in het BRU-gebied uitgewerkt. Hoewel op hoofdlijnen een brede insteek wordt gekozen, staat in de uitwerking conform het verzoek van de provincie Utrecht de verstedelijkingsopgave centraal. Belangrijke uitgangspunten voor het Regiodocument zijn: In de Kadernota Ruimte heeft de provincie Utrecht de kaders voor de PRS vastgelegd. De provincie Utrecht zal dit Regiodocument hier aan toetsen. De Ontwikkelingsvisie NV Utrecht is door BRU, provincie Utrecht en andere partijen omarmd als ruimtelijk kader voor de periode tot Het Regiodocument geeft verdere invulling aan de hoofdlijnen van deze Ontwikkelingsvisie. Het Regiodocument is dan ook geen nieuwe regionale visie met formele status, maar een uitwerking, gebaseerd op gemeentelijke plannen en beleidsvoornemens. De brede visie op de verstedelijkingsopgave wordt toegelicht in hoofdstuk 3 van dit Regiodocument. In de navolgende hoofdstukken wordt ingegaan op de belangrijkste inhoudelijke kernvraagstukken: Binnenstedelijke woningbouw: hoe kunnen gemeenten en provincie er voor zorgen dat het merendeel van de woningbouwproductie op binnenstedelijke locaties wordt gerealiseerd? Hoofdstuk 4 Vinex- en uitleglocaties: op welke plekken in de regio is het mogelijk om uitleglocaties te realiseren en welke knelpunten treden daarbij op? Hoofdstuk 5 Woningbouwopgave: de cijfers: hoeveel woningen kunnen we realiseren en is daarvoor voldoende plancapaciteit beschikbaar? Hoofdstuk 6 Kantorenmarkt: hoe gaan we om met de huidige en toekomstige situatie op de kantorenmarkt? Hoofdstuk 7 Bedrijventerreinen: hoe zorgen we ervoor dat herstructurering en transformatie van bedrijventerreinen van de grond komt? Hoofdstuk 8 Mobiliteit en knooppunten: hoe geven we invulling aan de samenhang tussen mobiliteit, infrastructurele ontwikkeling en ruimtelijke ontwikkeling? Hoofdstuk 9 REGIODOCUMENT BRU 9

10 3 VISIE OP DE VERSTEDELIJKINGSOPGAVE Utrecht: een aantrekkelijke regio In de Noordvleugel van de Randstad bevindt zich het economische zwaartepunt van Nederland. Binnen de Noordvleugel zijn de stedelijke regio s Amsterdam en Utrecht de regio s met de sterkste economische positie en tevens groeipotentie. Utrecht is sterk in zakelijke en financiële dienstverlening, wetenschappelijk onderzoek (life sciences) en in nieuwe ict-toepassingen zoals design en gaming. Een groot deel van de Utrechtse beroepsbevolking is hoog opgeleid, de universiteit is de grootste van Nederland en heeft een magneetfunctie voor veel studenten, kenniswerkers, culturele voorzieningen en andere instellingen. Het Utrecht Science Park wil uitgroeien tot het kloppende hart van een regionaal netwerk van hoogwaardige vestigingslocaties en projecten gericht op kennisintensieve bedrijven in de regio Utrecht. Het netwerk en het Science Park trekken innovatieve bedrijven aan en vormen een bakermat voor nieuwe kennisintensieve bedrijvigheid. Het is dan ook de verwachting dat de economische groei in de Utrechtse regio de komende decennia zal aanhouden. Deze uitgangssituatie leidt ertoe dat de Utrechtse regio een grote aantrekkingskracht heeft op bewoners, bedrijven en instellingen. De aantrekkelijkheid van de regio wordt versterkt door de centrale ligging, de hoogwaardige woonmilieus, de fraaie landschappen en het brede aanbod van culturele activiteiten. Druk op de woningmarkt Deze aantrekkingskracht zorgt voor een grote druk op de woningmarkt in de Utrechtse regio. De effecten van de kredietcrisis zijn de laatste jaren weliswaar ook in het Utrechtse merkbaar geweest, maar niettemin is er nog steeds sprake van een groot tekort aan woningen. Recente studies van het CBS, het Planbureau van de Leefomgeving 1 en van ABF Research 2 bevestigen het beeld dat de Utrechtse regio ook de komende decennia een grote druk op de woningmarkt kent. De BRU-gemeenten accepteren dat het niet mogelijk zal zijn om het woningtekort geheel terug te dringen tot nul. De regio wil echter wel op een verantwoorde wijze blijven bouwen omdat woningbouw niet los gezien kan worden van de (gewenste) economische groei van de regio. Een gezonde woningmarkt is een vestigingsplaatsfactor, het maakt de regio aantrekkelijk als woon- en werklocatie. Zeker als er sprake is van voldoende gedifferentieerd aanbod. Verstedelijkingsstrategie: binnenstedelijk bouwen en beperkte inzet op uitleglocaties De noodzaak tot een fors woningbouwprogramma is vastgelegd in de Ontwikkelingsvisie NV Utrecht. Daarin hebben gemeenten, regio s en provincie gezamenlijk de ambitie geformuleerd om in de Noordvleugel Utrecht in totaal woningen te bouwen tussen 2015 en In de Ontwikkelingsvisie is nadrukkelijk voor een duurzame verstedelijkingsstrategie gekozen, door de woningbouwopgave zoveel mogelijk op binnenstedelijke locaties te realiseren. Dat is niet alleen een keuze voor bescherming van de waardevolle landschappen in onze regio, maar ook voor een goede leef- en werkomgeving voor bedrijven en arbeidskrachten. Bovendien wordt bijgedragen aan sterke steden en dorpen met een goed voorzieningenniveau. Het realiseren van deze binnenstedelijke opgave is voor de BRU-gemeenten dé centrale opgave voor de komende jaren. Het is echter ook een opgave die bijzonder lastig te realiseren is, omdat de meeste binnenstedelijke 1 CBS/PBL, Regionale bevolkings- en huishoudensprognose ABF Research, Primos REGIODOCUMENT BRU

11 locaties kostbaar en ingewikkeld zijn. Een gezamenlijke koers van gemeenten, provincie en andere betrokken partijen zal nodig zijn om de ambitie te kunnen waarmaken. Naast een inzet op binnenstedelijk bouwen kan in de Utrechtse regio ook een extra inzet in het landelijk-dorpse woonmilieu bijdragen aan de economische ambities van de regio. Om die reden wordt in de ontwikkelingsvisie NV Utrecht ingezet op de ontwikkeling van woningen in Rijnenburg en woningen op locaties in de Kromme Rijn / Lekzone. Lange termijn: ontwikkeling A12-zone De A12-zone komt o.a. voort uit de Ontwikkelingsvisie NV Utrecht (Eindbalans, juni 2009). In de Eindbalans is geconstateerd dat de A12-zone tussen Oudenrijn en Lunetten één van de laatste potentiële grote transformatie- en verdichtinglocaties in de provincie is, voor na 2030 is. Begin 2009 zijn de betrokken partijen (gemeenten Utrecht, Nieuwegein en Houten, BRU en Provincie Utrecht, in samenwerking met Rijkspartijen) gestart met een verkenning naar de ontwikkelingsmogelijkheden in de A12-zone. In maart 2011 is de eindrapportage Verstedelijkingsperspectief A12 Centraal afgerond. In de eindrapportage is een kansrijk en waardevol wenkend perspectief voor de langere termijn beschreven: de stip op de horizon. Essentie hiervan is dat de A12 zone zich in de periode van 2025 tot 2040 kan ontwikkelen van een monofunctionele, extensief gebruikte, stedelijke rafelrand tot een multifunctioneel dynamisch woonwerkgebied in het hart van een aaneengesloten metropolitane regio. Een gebied dat niet meer alleen met de auto goed bereikbaar is, maar ook met tram en fiets. De zone kan daarmee substantieel bijdragen aan de economische kracht van de regio. Er kunnen in 2040 drie kenmerkende deelgebieden worden onderscheiden: Rond de economische as A2/A12 ontstaat een Randstedelijke ontmoetingsplaats met ruimte voor evenementen, stedelijk wonen, arbeidsintensief werken, onderzoek en ontspanning; Het gebied rond de kanalen wordt getransformeerd tot een gemengd milieu van wonen, werken en cultuur in hoge dichtheden, waarbij optimaal wordt ingezet op OV en fiets en de aanwezigheid van waterwegen als kwaliteiten worden uitgebuit; Het landschap van de Hollandse Waterlinie krijgt een regionale functie als stedelijk landschapspark; een plek om te recreëren, te ontspannen en te ontmoeten en waar in lagere dichtheden en in verschillende groene woonmilieus wordt gewoond. Verder is een aantal ingrepen voorwaardelijk voor het slagen van de ambitie. Het gaat dan onder meer om investering in een hoogwaardige OV-tangent (OV-sprong), het onderliggend wegennet en het langzaam verkeer. Uit het onderzoek is duidelijk geworden dat dit een realistisch perspectief is voor de langere termijn, met veel flexibiliteit. De visie is echter zeker geen blauwdruk. Maar hoewel het hoofdaccent op ontwikkeling ver weg ligt, vraagt deze inhoudelijk koers nu al voorbereiding. Dit om de huidige situatie langzaam in de richting van de ambitie bij te buigen en de huidige dynamiek zo te sturen dat de kansen voor de langere termijn niet verloren gaan. Juist omdat deze koers nu niet gedetailleerd in een masterplan moet en kan worden vastgelegd, is het van belang met elkaar in overleg te blijven en met elkaar actief te anticiperen op ontwikkelingen in het gebied. Tegelijk moet de uitvoering niet concurreren met de huidige in gang gezette regionale (lopende en nieuwe NV-) opgaven. REGIODOCUMENT BRU 11

12 Ruimtelijke ontwikkeling koppelen aan OV-netwerk en knooppunten Stedelijke functies, die vroeger geconcentreerd in het centrum van de stad gelegen waren, zijn steeds meer ruimtelijk verspreid. Voor een aantal van deze functies is niet langer de nabijheid, maar de bereikbaarheid de belangrijke factor. Hierdoor heeft de Utrechtse regio niet langer één centrum, maar ook diverse nevencentra zoals De Uithof/Science Park Utrecht, Leidsche Rijn Centrum en de centra van Houten, Nieuwegein en Zeist. Zowel ruimtelijke patronen als verplaatsingen worden steeds diffuser. Deze ontwikkelingen zijn belangrijke aanleidingen om mobiliteit en ruimtelijke ontwikkeling op integrale wijze en in samenhang te beschouwen. Knooppuntontwikkeling is een ordeningsprincipe om deze integratie tot stand te laten komen. De regio acht het van groot belang om de plaatswaarde van deze knooppunten (aanwezigheid van stedelijke activiteit) in balans met de knoopwaarde van deze knopen te houden. Op die manier worden de potenties van deze knooppunten optimaal benut. Daarnaast kan de ontwikkeling van optimaal stedenbouwkundig vormgegeven knooppunten ervoor zorgen dat mobiliteit over grote afstanden minder noodzakelijk is. Dit kan bijvoorbeeld door het ontwikkelen van voetganger vriendelijke omgevingen en intensieve menging van functies op de knooppunten. Europalaan, Utrecht Herstructurering en transformatie werklocaties vereist De economische crisis heeft ook in de Utrechtse regio geleid tot een afnemende vraag naar commercieel vastgoed. Daardoor is ook hier een forse leegstand in kantoorruimte ontstaan. Bovendien is voor diverse geplande kantoorontwikkelingen onzeker of en wanneer ze nog ontwikkeld kunnen worden. Het is de verwachting dat de afgenomen vraag niet alleen een tijdelijke, conjuncturele situatie is. Als gevolg van het nieuwe werken zijn thuiswerken en flexwerken in opkomst en zullen structureel minder kantoren nodig zijn om dezelfde hoeveelheid werknemers te huisvesten. Voor bedrijventerreinen geldt dat veel locaties die lang geleden zijn 12 REGIODOCUMENT BRU

13 ontwikkeld zijn verouderd, en in de praktijk deels van functie veranderd. Gezien de versplinterde eigendomssituatie is het lastig om deze terreinen aan te pakken. Als gevolg van de bezuinigingen is er tevens weinig rijksgeld om dit probleem grootschalig aan te pakken. Kortom: hoewel onze geografische en economische positie sterk is, zijn er als gevolg van structurele economische ontwikkelingen ook in de Utrechtse regio opgaven die vragen om een voortvarende aanpak. Investeren in groen-blauwe structuur Zoals aangegeven is de goede uitgangssituatie van de Utrechtse regio mede te danken aan de kwaliteit van de leefomgeving. De regio kent meerdere beschermde landschappen en waardevolle natuurgebieden, zoals het Groene Hart, het Rivierengebied, de Utrechtse heuvelrug en de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Met de groei van het aantal inwoners in de regio neemt de recreatiedruk op deze gebieden evenredig toe. Het is van groot belang te blijven investeren in toegankelijkheid en ontwikkeling van natuur- en recreatiegebieden in de regio. Daarbij wordt specifiek gedoeld op de opgave in het kader van Recreatie om de Stad (RodS). Nieuw Vreeswijk, Nieuwegein REGIODOCUMENT BRU 13

14 4 DE BINNENSTEDELIJKE OPGAVE 4.1 Plancapaciteit De Utrechtse gemeenten zetten in op het realiseren van zo veel mogelijk woningen op locaties binnen de bebouwde kom. Daarvoor zijn in potentie veel locaties beschikbaar, zoals blijkt uit onderstaande tabel (indicatieve aantallen). Gemeente Verwachte productie Restcapaciteit Bunnik De Bilt Houten IJsselstein Nieuwegein * Stichtse Vecht Utrecht Vianen Zeist Totaal Bron: inventarisatie woningbouwcapaciteit BRU *Nieuwegein gaat voor een hogere ambitie van 2650 woningen op binnenstedelijke locaties ( ), maar voor een deel van deze ambitie zijn nog geen concrete locaties in beeld. Onder deze plancapaciteit van ruim woningen (bruto toevoegingen, dus zonder aftrek van sloop) ligt een grote diversiteit aan locaties, rijp en groen, groot en klein. Er is een aantal grootschalige transformatielocaties en ook diverse projecten in de sfeer van herstructurering (sloop/nieuwbouw). Aangenomen kan worden dat een deel van de locaties uiteindelijk niet realiseerbaar blijkt te zijn of flink naar achteren gaat schuiven. 4.2 Haalbaarheid van de binnenstedelijke opgave De binnenstedelijke ambitie staat bij geen van de partijen ter discussie, maar de grote vraag is op welke wijze hij te realiseren is. In ruimtelijk opzicht (plancapaciteit) zijn er voorlopig voldoende mogelijkheden voor binnenstedelijke ontwikkeling. In financieel opzicht is er echter een groot probleem. Het is een bekend gegeven dat de ontwikkelingskosten van binnenstedelijke locaties hoog zijn. Dit komt o.a. door hogere grondkosten (verwerving, sanering, etc.), door een complexer planproces (veel direct en indirect betrokkenen) en door daarmee samenhangende extra kwaliteitseisen, zoals gebouwd parkeren, beperken van de bouwhoogte, etc. In de Ontwikkelingsvisie NV Utrecht is al aangegeven dat de binnenstedelijke opgave tot een groot exploitatietekort zal leiden. Een globale inschatting in NV Utrecht-verband gaat uit van (afhankelijk van het locatietype) een gemiddeld tekort van enkele tienduizenden euro s per woning. 14 REGIODOCUMENT BRU

15 binnenstedelijk Plancapaciteit woningbouw per gemeente Binnenstedelijk: 1000 woningen Binnenstedelijk: 100 woningen Spoor Snelweg 7,5 km

16 Hoewel er mogelijkheden zijn om dit saldo te verkleinen blijft sprake van een grote financiële opgave. Zeker tegen de achtergrond van de huidige marktsituatie, de beëindiging van de BLS-subsidies, afnemende ISV-subsidies, het wegvallen van inkomsten uit kantoorontwikkeling en ook afnemende mogelijkheden voor woningbouwcorporaties om te investeren. Voorstellen om de financiële stromen in en rond de woningmarkt anders te organiseren (o.a. hypotheekrenteaftrek) zullen een lange adem vergen, zodat ook daar voorlopig geen oplossing kan worden verwacht. Bepalende factoren voor haalbaarheid De haalbaarheid van de binnenstedelijke opgave is afhankelijk van de factoren tijd, geld en kwaliteit: tijd (t) kwaliteit (q) geld ( ) Tijd is verbonden aan aantallen/productie. Hoe langer de tijd voor de opgave, hoe gemakkelijker maar wel met een lagere productie per jaar. Tijd en aantallen (per regio en periode) zijn vastgelegd in het regiodocument. Kwaliteit is verbonden aan het bereiken van ambities en overwinnen van knelpunten. De gewenste kwaliteit is beschreven in de Ontwikkelingsvisie NV Utrecht, in gemeentelijke collegeprogramma s en structuurvisies. Geld wordt bepaald door het verschil in kosten en baten en door het perspectief/rol (kostendrager). De onrendabele top van bouwplannen tot dusverre vaak worden gedekt door bovenplanse verevening, door subsidies, extra potjes etc. Realiteit is dat deze dekking na 2010 nagenoeg niet meer voor handen is. Verwachting is dat toekomstige kostenstijgingen leiden tot verdubbeling van de onrendabele top van de totale opgave. Daarmee zijn onvoldoende oplossingen voor handen voor realisatie van de opgave. Belangrijkste kostenposten zijn verwerving, woonrijp maken, sociale huurwoningen, gebouwd parkeren, complexiteit planvorming (w.o. participatie) en de complexiteit van de uitvoering. Een deel van de binnenstedelijke projecten kent een relatief gunstige uitgangssituatie, omdat sprake is van lage verwervingskosten en een goede afzetbaarheid. Dit zijn locaties die met reguliere inspanningen tot uitvoering kunnen komen. Daartegenover staan locaties die hoge verwervingskosten en een slechte afzetbaarheid kennen. Deze locaties kunnen vooralsnog als onhaalbaar worden beschouwd. 16 REGIODOCUMENT BRU

17 Het overgrote deel van de locaties (70% tot 80% van de binnenstedelijke opgave) kampt met ofwel hoge verwervingskosten, ofwel een slechtere afzetbaarheid. Deze locaties kunnen alleen met extra aandacht en maatregelen tot uivoering worden gebracht. Daarvoor is, gekoppeld aan de hierboven genoemde factoren, een aantal oplossingsrichtingen verder uitgewerkt. 4.3 Oplossingsrichtingen Locaties prioriteren op basis van financiële haalbaarheid (factor tijd). BRU-gemeenten kunnen in beeld brengen op welke binnenstedelijke locaties het tekort relatief klein is en die locaties met voorrang ontwikkelen. Ook kan voorrang worden gegeven aan onomstreden uitleglocaties die snel ontwikkeld kunnen worden. Een dergelijke keuze vraagt om medewerking van de provincie, die de betreffende locaties binnen de nieuw vast te stellen rode contour op kan nemen. Voor lastige transformatielocaties kan de factor tijd ook in het voordeel werken, onder invloed van de renteteller of het minder courant worden de locatie. Een lagere verwachtingswaarde van locaties kan helpen om de grondkosten op een acceptabel niveau te krijgen. Maatwerk in kwaliteitseisen en voorschriften (factor kwaliteit). Binnenstedelijke locaties zijn vaak zeer duur door een combinatie van ambities zoals gebouwd parkeren, hoogwaardige openbare ruimte, sociale woningbouw, aanvullende wensen van omwonenden en een zorgvuldig participatieproces. Om de realisatie van de binnenstedelijke opgave dichterbij te brengen is maatwerk ten aanzien van deze kwaliteitsaspecten noodzakelijk. Anders omgaan met parkeren kan tienduizenden euro s per woning verschil maken. Ook meer flexibiliteit in bestemmingsplannen kan tot besparingen leiden, bijvoorbeeld bij transformatie van kantoorlocaties naar woningbouw. BRU-gemeenten zullen met elkaar de discussie aangaan over prioritering en differentiatie van kwalitatieve ambities in relatie tot het belang van voldoende binnenstedelijke woningbouw. Uitgangspunt daarbij is dat de te ontwikkelen projecten nog steeds van hoge kwaliteit moeten zijn, maar dat kritischer wordt gekeken naar de stapeling van ambities in één project. Zo kan scherper worden gekeken naar de aansluiting van woningbouwcategorieën en consumentenwensen. Verdiepen inzicht in kosten binnenstedelijk bouwen (factor geld). Het forse tekort per woning in de Ontwikkelingsvisie NV Utrecht is gebaseerd op ruwe inschattingen en hield slechts beperkt rekening met mogelijkheden voor planoptimalisatie. Een recente studie van het Economische Instituut voor de Bouwnijverheid (EIB), Succesvol binnenstedelijk bouwen, gaat uit van een aanmerkelijk lager gemiddeld tekort voor binnenstedelijke locaties in de Randstad. Nadere differentiatie van dit bedrag is gewenst, er zijn immers grote verschillen tussen de binnenstedelijke locaties. Niet overal hoeft veel geld te worden bijgelegd. De BRU-gemeenten zullen met het Programmabureau van de NV- Utrecht verder verkennen hoe de werkelijke kosten en opbrengstmogelijkheden van het binnenstedelijke woningbouwprogramma meer in balans kunnen worden gebracht. Om voldoende binnenstedelijke plannen van de grond te krijgen zijn, naast het bijstellen en prioriteren van de plannen, ook gemeentelijke investeringen noodzakelijk. Deze maatregelen zullen echter niet voldoende zijn om de ambities geheel te realiseren. Substantiële aanvullende middelen zijn noodzakelijk om te kunnen vasthouden aan de koers die in de Ontwikkelingvisie NV Utrecht is vastgesteld. REGIODOCUMENT BRU 17

18 4.4 Samenwerking: nieuwe coalities vereist Voor het realiseren van de binnenstedelijke opgave zijn de BRU-gemeenten afhankelijk van een veelheid aan partijen, waaronder mede-overheden, corporaties en marktpartijen. In de samenwerking tussen deze spelers zijn nieuwe coalities nodig. Daarbij zal de vroegere praktijk van blauwdrukplanning en/of toelatingsplanologie moeten worden losgelaten, ten gunste van een meer ontwikkelingsgerichte benadering. Daarin kan plaats zijn voor een grotere, initiërende rol van marktpartijen of particulieren (collectief particulier opdrachtgeverschap). De gemeente kan daarin een stimulerende rol spelen en richting geven door potenties en randvoorwaarden te bepalen. Harde sturing op eigen te behalen ambities heeft daarin een minder prominente rol. Inzet van overheidssubsidies kan wel van groot belang zijn, om private financiers over de brug te helpen om een eerste stap te zetten of om een laatste gat in de financiering te dichten. Maar het is ook voorstelbaar dat de provincie actief (risicodragend) participeert in binnenstedelijke gebiedsontwikkeling. De BRU-gemeenten pleiten er dan ook voor dat de binnenstedelijke opgave prioriteit krijgt in het investeringsbudget bij de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie. Deze investeringen komen niet alleen ten goede aan de binnenstedelijke opgave, maar ook aan het behoud en versterking van het landelijk gebied en het vestigingsmilieu van de Utrechtse regio. Daarnaast kan de provincie blijven inzetten op flankerende maatregelen die bijdragen aan binnenstedelijke woningbouw, zoals vermindering van milieubelemmeringen en stimuleren van transformatie van kantoren en bedrijventerreinen. Ten slotte kunnen provincie en gemeenten samen optrekken in het organiseren van een samenhangende lobby op het vrijgeven van grote locaties door (semi-) overheidspartijen (Rijkswaterstaat, NS, waterschappen, RVOB). Daarbij kan worden gedacht aan verwerving of inzet van locaties om niet of tegen huidige boekwaarden. Gezamenlijk optrekken door gemeenten, BRU, provincie en NV Utrecht is van groot belang bij deze lobby. 18 REGIODOCUMENT BRU

19 4.5 Vervolg Het realiseren van de binnenstedelijke woningbouwopgave is een proces van lange adem en vergt voortdurende inzet van alle betrokken partijen. Gezamenlijk optrekken is dan ook een vereiste. De BRU-gemeenten zijn van mening dat de binnenstedelijke woningbouw dé centrale opgave voor de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie is. Deze keuze komt niet alleen ten goede aan de binnenstedelijke opgave, maar ook aan het behoud en versterking van het landelijk gebied en het vestigingsmilieu van de Utrechtse regio. De BRU-gemeenten zullen zelf investeren in het realiseren van de opgave en zijn bereid te kijken naar de mogelijkheden van prioritering en differentiatie van kwalitatieve ambities, zodat projecten toch gerealiseerd kunnen worden. De komende maanden zullen zij de mogelijkheden hiertoe verder in beeld brengen: meer zicht op de kenmerken van (grotere) locaties, zodat het mogelijk wordt om te bepalen of aan bepaalde locaties prioriteit moet worden gegeven; verdere discussie over de mogelijkheid tot differentiatie van regionale en lokale uitgangspunten en ambities; vast te leggen in geactualiseerde uitvoeringsafspraken voor de woningbouwopgave in de periode tot Dit zal echter niet voldoende zijn om de ambities in de Ontwikkelingsvisie NV Utrecht geheel te realiseren. Aan de provincie Utrecht wordt gevraagd om in het investeringsbudget bij de PRS de hoogste prioriteit aan de binnenstedelijke opgave toe te kennen. Een investerings budget of fonds, bijvoorbeeld van de provincie, kan essentieel zijn voor binnenstedelijke projecten die op de financiering vastlopen. Ook een blijvende inzet op flankerende maatregelen zoals vermindering van milieubelemmeringen, het aanjaagteam woningbouw en het stimuleren van transformatie van kantoren en bedrijventerreinen, draagt bij aan de haalbaarheid van binnenstedelijke woningbouw. Veilinghaven, Utrecht REGIODOCUMENT BRU 19

20 5 VINEX- EN UITLEGLOCATIES 5.1 Afbouw Vinex-opgave In de Utrechtse regio worden twee grote Vinex-uitleglocaties ontwikkeld: Leidsche Rijn en Houten-Zuid. Bij de start van deze ontwikkelingen werd er van uitgegaan dat ze in 2015 volledig gerealiseerd zouden zijn, maar door diverse vertragingen is dat niet het geval. Sterker nog, in de periode van de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie ( ) bedraagt de plancapaciteit op de Vinex-locaties woningen, ongeveer een derde van het totaal te bouwen aantal woningen. In de Ontwikkelingsvisie van de NV Utrecht werden deze woningen als binnenstedelijk meegeteld, gegeven het feit dat de resterende locaties inmiddels midden in stedelijk gebied liggen en veel van de problemen van reguliere binnenstedelijke ontwikkelingen kennen. Omdat de Vinex-afbouw toch een grote bouwopgave met specifieke kenmerken is, is er voor gekozen om deze projecten in dit Regiodocument apart in beeld te brengen. In dit Regiodocument wordt er van uitgegaan dat de volledige resterende plancapaciteit op Vinex-locaties wordt gerealiseerd vóór Dat wil niet zeggen dat deze woningen zonder problemen worden gerealiseerd. Een aantal ontwikkelingen zorgt voor een grote druk op de planning en de grondexploitatie van de locaties: De Vinex-locaties worden hard geraakt door de gevolgen van de economische crisis op de woningmarkt. Er is sprake is van vraaguitval, waardoor veel projecten niet voldoende woningen verkopen om in ontwikkeling te kunnen nemen. Door de kredietcrisis en door scherpere eisen voor woningcorporaties zijn de investeringsmogelijkheden van zowel marktpartijen als corporaties afgenomen. Met name voor Leidsche Rijn geldt dat het kantoorprogramma voor deze locatie (Leidsche Rijn centrum) een belangrijke dekkingsbron in de grondexploitatie vormt. De kantorenmarkt is fors ingezakt en het ziet er naar uit dat dit niet alleen met conjuncturele factoren samenhangt. Een aantal structurele veranderingen op de kantorenmarkt leiden tot de verwachting dat ook voor de langere termijn rekening moet worden gehouden met minder vraag naar kantoren. Hiermee komt de grondexploitatie voor Leidsche Rijn verder onder druk te staan. Bij nieuwe regionale afspraken over toekomstige kantoorontwikkeling dient dit belang voor de regionale woningbouwopgave een belangrijke randvoorwaarde te zijn. In de grondexploitatie voor de Vinex-locaties is rekening gehouden met het continueren van de BLS-subsidieregeling. Deze regeling is in 2010 gestopt. Er zijn geen rijksmiddelen meer beschikbaar om de woningproductie te stimuleren, waarmee ook deze dekkingsbron voor de Vinex-locaties is weggevallen 5.2 Woningbouwmogelijkheden op nieuwe uitleglocaties In de Ontwikkelingsvisie NV Utrecht is gekozen voor de bouw van maximaal woningen op uitleglocaties. Daarbij is uitgegaan van woningen in Rijnenburg (waar in totaal woningen worden gebouwd) en daarbovenop woningen in de Kromme Rijn / Lekzone. De uitleglocaties zijn niet alleen van belang omdat de binnenstedelijke mogelijkheden begrensd zijn. Ook in het theoretische geval dat alles binnenstedelijk zou kunnen, is het gewenst om een deel van de woningen op uitleglocaties te bouwen om in bepaalde woonmilieus te kunnen voorzien; met 20 REGIODOCUMENT BRU

21 name aan landelijk-groene woonmilieus is veel behoefte in de regio. Mocht er echter binnenstedelijk onvoldoende ruimte blijken te bestaan, dan wordt er niet zonder meer naar aanvulling gezocht in de vorm van nieuwe uitleglocaties. Voor de Kromme Rijn / Lekzone is in de Ontwikkelingsvisie bewust gekozen voor een organische ontwikkeling in diverse kleinere locaties, verspreid over het gebied en in aansluiting bij bestaande kernen. Een grootschalige ontwikkeling in het gebied, bijvoorbeeld bij Schalkwijk, is afgevallen om landschappelijke redenen en de hoge kosten voor infrastructuur. Tegen deze achtergrond hebben de BRU-gemeenten verkend welke mogelijkheden er zijn om invulling te geven aan bovenstaande ambitie. In onderstaand overzicht is in beeld gebracht welke uitleglocaties de BRUgemeenten tot 2025 willen ontwikkelen, en hoeveel woningen daar mogelijk zijn. Voor geen van de genoemde locaties geldt echter dat het een gelopen race is. Er gelden belangrijke randvoorwaarden om deze opgave daadwerkelijk te kunnen realiseren. Onderstaand overzicht brengt deze randvoorwaarden in beeld en geeft een beknopte typering van de betreffende locaties. Odijk-west, Bunnik Aantal woningen Typering Stand van zaken Randvoorwaarden Uitleglocatie voor Odijk, gericht op draagvlak voorzieningen en evenwichtige bevolkingssamenstelling. Met name grondgebonden woningen voor gezinnen. Veel aandacht voor duurzaamheid. Plan is nog niet rendabel. Bunnik verkent de mogelijkheden om het tekort weg te nemen, onder andere door het programma te vergroten. Grootste financiële struikelblok is de omlegging van de N229. De kosten hiervoor kunnen niet volledig uit het plan worden gefinancierd. Op dit moment ligt de locatie ook nog buiten de rode contour. Voor een sluitende exploitatie is aanvullende financiering voor de omlegging van de provinciale weg N229 vereist. Opname binnen de rode contour in verordening bij de PRS, zodat tempo kan worden gemaakt met de planvorming en uitvoering. Werkhoven-west, Bunnik Aantal woningen 300 Typering Stand van zaken Randvoorwaarden Uitbreiding van de dorpskern Werkhoven met max. 300 woningen, gericht op eigen behoefte en instandhouden voorzieningenniveau. Landelijk-dorps milieu gericht op gezinnen. Gemeente Bunnik en provincie Utrecht zijn het niet eens over de woningbouw in Werkhoven-west. De provincie vindt de locatie niet geschikt vanwege de landschappelijke kwaliteiten en de toename van verkeersdruk op de N229. Overeenstemming tussen provincie en gemeente over aantal en locatie woningbouw bij Werkhoven. REGIODOCUMENT BRU 21

22 Eiland van Schalkwijk, Houten Aantal woningen 250 Typering Stand van zaken Randvoorwaarden Laagraven-Oost, Houten/Nieuwegein Aantal woningen Typering Voor de sociaal-economische vitaliteit van de kleine kernen op het Eiland van Schalkwijk is ruimte nodig voor het gefaseerd toevoegen van woningen voor de eigen behoefte en het instandhouden van het voorzieningenniveau. De gemeente Houten werkt aan een Structuurvisie voor het Eiland van Schalkwijk. In december 2010 is door het college een Koersdocument vastgesteld waarin wordt aangegeven dat kleinschalige woningbouw op het eiland mogelijk is, bij de kleine kernen en als kostendrager voor maatschappelijk gewenste (groene) ontwikkelingen. Overeenstemming tussen provincie en gemeente over aantallen en locaties. nader te bepalen Wonen in het landschap, zonder nabijheid van voorzieningen. Gericht op hogere segment. Stand van zaken Randvoorwaarden Rijnenburg, Utrecht Aantal woningen Typering Stand van zaken Randvoorwaarden Deze ontwikkeling is onderdeel van het project A12-Centraal, waarin de ontwikkelingsmogelijkheden op lange termijn voor de A12-zone in beeld worden gebracht. Houten en Nieuwegein ronden in 2011 een integrale landschapsvisie voor Laagraven-Oost af, waarin de kwalitatieve ontwikkeling is aangeduid. Tegen deze achtergrond staat het programma voor woningbouw in dit gebied nog niet vast; in dit stadium is vooral aandacht voor de gewenste kwaliteiten. Overeenstemming gemeenten en provincie over gewenste programma en te realiseren kwaliteiten. Passend binnen lange termijnperspectief A12-zone Inzicht in consequenties mobiliteit (mobiliteitstoets) waarvan circa in PRS periode Grote uitbreiding ten zuid-westen van Utrecht met een accent op landelijk-dorps woonmilieu in lage dichtheden. Vooral gericht op midden- en hogere inkomensgroepen. Veel aandacht voor duurzaamheid en landschappelijke inpassing. In het licht van de crisis en de gevolgen daarvan voor de vastgoedmarkt, is er voor marktpartijen nog geen haalbaar plan voor de verdere ontwikkeling van Rijnenburg. Momenteel vindt er een herbezinning plaats, waarbij het de uitdrukkelijke wens van marktpartijen is, om de locatie, zonder te streven naar uitstel van betekenis, samen met de gemeente tot ontwikkeling te brengen. Via een consultatieronde zal worden getracht om tot een haalbaar plan te komen, zonder daarbij geweld te doen aan de kwalitatieve ambities. Helderheid over ontsluiting voor alle modaliteiten, waarbij aandacht is voor ontsluiting en sluipverkeer in aangrenzende gemeenten Nieuwegein en IJsselstein. Overeenstemming gemeente en marktpartijen over ontwikkeling. Voldoende middelen voor realisatie doelstellingen op gebied van duurzaamheid en landschappelijke inpassing. 22 REGIODOCUMENT BRU

23 * VINEX- en uitleglocaties * Uitleglocaties Uitleglocaties (indicatief) Afbouw VINEX Spoor Snelweg 7,5 km *

24 Hoef en Haag, Vianen Aantal woningen Typering 1.800, maximaal in PRS periode Grote uitbreiding voor Vianen aan oostzijde van de A27. Inzet op kwalitatief hoogwaardige grondgebonden woningen met veel diversiteit en in samenhang met recreatieve voorzieningen. Stand van zaken Randvoorwaarden Gemeente Vianen werkt aan een Masterplan voor Hoef en Haag in combinatie met een Structuurvisie voor de gehele gemeente. Inzet is om in de periode tot woningen op deze locatie te realiseren. De locatie ligt in het Groene Hart. Opname binnen de rode contour in nieuwe verordening bij PRS, zodat tempo kan worden gemaakt met de planvorming en uitvoering. Inzicht in consequenties mobiliteit (mobiliteitstoets) Differentiatie uitleglocaties Bovenstaande ontwikkelingen richten zich voornamelijk op het landelijk-dorpse woonmilieu. Hoewel in de Ontwikkelingsvisie NV Utrecht is vastgesteld dat er veel behoefte is aan woningen in deze milieus, moet worden voorkomen dat de locaties elkaar gaan beconcurreren. BRU-gemeenten zullen in het kader van de nog op te stellen uitvoeringsafspraken met elkaar het gesprek aangaan over differentiatie in woonmilieus op deze locaties. Daartoe zijn zeker mogelijkheden, gelet op de verschillende karakteristieken van de locaties: Rijnenburg is een grootschalige ontwikkeling van woningen, met voorzieningen en differentiatie in diverse woningbouwcategorieën; Hoef en Haag en Odijk-West zijn flinke nieuwbouwontwikkelingen bij bestaande kernen, met voorzieningen nabij; Werkhoven en Eiland van Schalkwijk zijn kleinschalige ontwikkelingen nabij kleine kernen; Laagraven zet in op wonen in het landschap, zonder nabijheid van kern of voorzieningen, nadrukkelijk in het hogere segment. Mogelijkheden langere termijn (na 2020) In bovenstaand overzicht is geen invulling gegeven aan de volledige woningen op uitleglocaties. De BRU-gemeenten beschouwen het aantal van woningen als een maximum en willen voorkomen dat een inzet op uitleglocaties ten koste gaat van de prioriteit voor binnenstedelijke locaties. Niettemin zijn er enkele aanvullende mogelijkheden: In het gebied tussen Houten, Bunnik en Odijk is op termijn mogelijk nog aanvullende ruimte voor woningbouw, in relatie tot de mogelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein en de 2 e fase van A12-salto. Tot nog toe zijn hiervoor geen concrete plannen; de betrokken gemeenten zijn bereid om tijdens de looptijd van de PRS op verzoek van de provincie te verkennen of en zo ja in welke mate hier een woningbouwopgave gerealiseerd kan worden. In delen van het landelijk gebied in de Utrechtse regio bestaat de wens tot meer ruimte voor gebiedsontwikkeling, gericht op een kwaliteitsimpuls. Het betreft kleinschalige, verspreide ontwikkelingen en/of verbreding van de gebruiksmogelijkheden van de bestaande bebouwing (zoals een zorgboerderij). Hierbij kan worden gedacht aan rood voor groen constructies en bredere toepassing van de ruimte voor ruimte regeling, veelal in combinatie met investeringen in de groene en landschappelijke kwaliteit. Concrete aantallen en/ of locaties zijn hiervoor vooralsnog niet te duiden. 24 REGIODOCUMENT BRU

11RAAD0056 VOORBLAD RAADSVOORSTEL

11RAAD0056 VOORBLAD RAADSVOORSTEL VOORBLAD RAADSVOORSTEL G e m e e n t e Z e i s t 11RAAD0056 Ronde Tafel : - Debat : 17 mei 2011 Raadsvergadering : 31 mei 2011 Gewijzigd voorstel : Organisatieonderdeel : strategie & beleid Telefoon :

Nadere informatie

Verstedelijking Zuidelijke Randstad. Bouw en vastgoedthemabijeenkomst 2016

Verstedelijking Zuidelijke Randstad. Bouw en vastgoedthemabijeenkomst 2016 Verstedelijking Zuidelijke Randstad Bouw en vastgoedthemabijeenkomst 2016 Leiden Rotterdam Inhoud Stedelijke vraag Ruimtelijke kansen Woningbouwplanning Druk op woningmarkt Regionale afstemming Samenwerking

Nadere informatie

Bestemmingsplan Sanatoriumlaan 37, Zeist

Bestemmingsplan Sanatoriumlaan 37, Zeist Bestemmingsplan Sanatoriumlaan 37, Zeist Bijlage 5: Toets Ladder van duurzame verstedelijking 6 november 2014 SAB 1 Inleiding In deze bijlage bij het bestemmingsplan Sanatoriumlaan 37, Zeist heeft een

Nadere informatie

Bestedingskader middelen Stedelijke Herontwikkeling

Bestedingskader middelen Stedelijke Herontwikkeling Bestedingskader middelen Stedelijke Herontwikkeling Inleiding Stedelijke herontwikkeling Voor de ruimtelijke ontwikkeling van Utrecht is de Nieuwe Ruimtelijke Strategie opgesteld die in 2012 door de Raad

Nadere informatie

Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie en Verordening

Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie en Verordening Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie en Verordening 2013-2025 RIA Utrechtse Heuvelrug 1 september 2011 Ineke Schartman Provincie Utrecht, afd. Ruimte Wat en Waarom structuurvisie/verordening Planning

Nadere informatie

PS2009RGW : Concept-Ontwikkelingsvisie Noordvleugel Utrecht (Eindbalans) Ontwerpbesluit pag. 5. Toelichting pag. 7

PS2009RGW : Concept-Ontwikkelingsvisie Noordvleugel Utrecht (Eindbalans) Ontwerpbesluit pag. 5. Toelichting pag. 7 PS2009RGW06-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum : 3 februari 2009 Nummer PS : PS2009RGW06 Afdeling : PRO Commissie : RGW Registratienummer: 2009INT235473 Portefeuillehouder : Krol

Nadere informatie

Ladder voor duurzame verstedelijking Bestemmingsplan Huis ter Heide West, gemeente Zeist

Ladder voor duurzame verstedelijking Bestemmingsplan Huis ter Heide West, gemeente Zeist Ladder voor duurzame verstedelijking Bestemmingsplan Huis ter Heide West, gemeente Zeist De Ladder voor duurzame verstedelijking is in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) geïntroduceerd en

Nadere informatie

PvA REP U10 Beraad(t), 30 januari 2019

PvA REP U10 Beraad(t), 30 januari 2019 PvA REP U10 Beraad(t), 30 januari 2019 StaVaZa Ruimtelijk Economisch Programma? Afgerond: 4 bouwstenen REP bijeenkomst MIRT-onderzoek U Ned over scenario's verstedelijking met trekkers U10 (REP, Energie,

Nadere informatie

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening ** Vastgesteld oktober 2014 Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening Visie verplaatsing nietagrarische bedrijven binnen het buitengebied Status: vastgesteld door de gemeenteraad van Houten d.d.

Nadere informatie

De volkshuisvestelijke opgaven. Gennep, 6 januari 2015 Anne-Fleur Dijkstra

De volkshuisvestelijke opgaven. Gennep, 6 januari 2015 Anne-Fleur Dijkstra De volkshuisvestelijke opgaven Gennep, 6 januari 2015 Anne-Fleur Dijkstra We hebben geen ruimte om ruimte te maken Agenda A. Cijfers B. Wat doen we met overcapaciteit? C. Hoe gaan we om met knelpunten

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 Postbus 20011 2500 EA Den Haag Uw kenmerk 6 mei 2019

Nadere informatie

2. Kennis te nemen van de uitvoeringsagenda van de Ruimtelijk-economische koers U10 Samen op weg naar een Uitvoeringsagenda (bijlage 2).

2. Kennis te nemen van de uitvoeringsagenda van de Ruimtelijk-economische koers U10 Samen op weg naar een Uitvoeringsagenda (bijlage 2). RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Nummer 5 oktober 2017 17-072 Onderwerp Ruimtelijk-economische koers en uitvoeringsagenda U10 Aan de raad, Onderwerp Ruimtelijk-economische koers en uitvoeringsagenda U10

Nadere informatie

Uitvoeringsstrategie Bunnik. Communicatie in vogelvlucht

Uitvoeringsstrategie Bunnik. Communicatie in vogelvlucht Uitvoeringsstrategie Bunnik Communicatie in vogelvlucht 8 maart 2018 Onze gemeente Bunnik met de drie verschillende dorpen Bunnik, Odijk en Werkhoven, is prachtig gelegen langs de Kromme Rijn in het groen

Nadere informatie

Raadsstuk. Onderwerp: vaststellen woonvisie 'Haarlem: duurzame, ongedeelde woonstad' Reg.nummer: 2012/220951

Raadsstuk. Onderwerp: vaststellen woonvisie 'Haarlem: duurzame, ongedeelde woonstad' Reg.nummer: 2012/220951 Raadsstuk Onderwerp: vaststellen woonvisie 'Haarlem: duurzame, ongedeelde woonstad' Reg.nummer: 2012/220951 1. Inleiding De huidige woonvisie loopt in 2012 af. In het coalitieakkoord 2010-2014 kiezen de

Nadere informatie

Provincie als regisseur kantorenmarkt

Provincie als regisseur kantorenmarkt Provincie als regisseur kantorenmarkt Spielburg of scheidsrechter? Inhoud: een concurrerend vestigingsmilieu voor kantoren met een evenwichtige vraagaanbod situatie (kwantitatief en kwalitatief) Regels:

Nadere informatie

Verstedelijking & Infrastructuur Ruimteconferentie 2013

Verstedelijking & Infrastructuur Ruimteconferentie 2013 Verstedelijking & Infrastructuur Ruimteconferentie 2013 1 PBL project Verstedelijking & Infrastructuur Analyseren van verwachte knelpunten en kansen bij afstemming verstedelijking en infrastructuur Samenhang

Nadere informatie

As Leiden - Katwijk. Plan van Aanpak. Provincie Zuid-Holland Regio Holland Rijnland. 13 september 2004

As Leiden - Katwijk. Plan van Aanpak. Provincie Zuid-Holland Regio Holland Rijnland. 13 september 2004 As Leiden - Katwijk As Leiden - Katwijk Plan van Aanpak Provincie Zuid-Holland Regio Holland Rijnland 13 september 2004 Het gebied De opgave komt uit: - Programma van Afspraken ( 2002, Duin&Bollenstreek,

Nadere informatie

Ingek. d.d.: 2 5 SEP Beh. afd.: Ontv.bev. Afqed.

Ingek. d.d.: 2 5 SEP Beh. afd.: Ontv.bev. Afqed. De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten in de provincie Noord-Brabant en akį^gigįíļţ^igję^gļiingmarkt in Brabant.rabantlaan 1 Postbus 90151 5200 MC 's-hertogenbosch Telefoon (073) 681

Nadere informatie

De begroting van de provincie Utrecht voor Een samenvatting

De begroting van de provincie Utrecht voor Een samenvatting De begroting van de provincie Utrecht voor 2012 Een samenvatting Hoeveel gaat de provincie Utrecht in 2012 uitgeven? Waaraan en waarom? Dat leest u in deze samenvatting. U zult zien dat wij voor 2012 duidelijke

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 20 april 2018 Rapportage plancapaciteit

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 20 april 2018 Rapportage plancapaciteit Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

LOCATIEONDERZOEK U16 U10-BERAAD(T) 30 JANUARI Dionne Baaré Nieuwegein

LOCATIEONDERZOEK U16 U10-BERAAD(T) 30 JANUARI Dionne Baaré Nieuwegein LOCATIEONDERZOEK U16 U10-BERAAD(T) 30 JANUARI 2019 Dionne Baaré Nieuwegein DOEL Aanleiding Met Ruimtelijk Economische Koers is vastgelegd waar we als regio naartoe willen Om te kunnen programmeren wat

Nadere informatie

HOOFDLIJNEN RUIMTELIJK-ECONOMISCH PROGRAMMA (REP) U10

HOOFDLIJNEN RUIMTELIJK-ECONOMISCH PROGRAMMA (REP) U10 REP HOOFDLIJNEN RUIMTELIJK-ECONOMISCH PROGRAMMA (REP) U10 14 december 2018 Wat is REP? Door de huidige forse groei van wonen en werken in de regio Utrecht en nieuwe thematische ruimtevragen als energie

Nadere informatie

Ruimtelijk strategische visie Regio Rivierenland

Ruimtelijk strategische visie Regio Rivierenland Ruimtelijk strategische visie Regio Rivierenland Ambitiedocument Regio Rivierenland Wij, de tien samenwerkende gemeenten binnen Regio Rivierenland: delen de beleving van de verscheidenheid in ons gebied;

Nadere informatie

Veelgestelde vragen Transformatie Schieoevers-Noord

Veelgestelde vragen Transformatie Schieoevers-Noord Veelgestelde vragen Transformatie Schieoevers-Noord Wat is het plan voor Schieoevers? In 2010 heeft het college van B&W van de gemeente Delft de gebiedsvisie Schieoevers 2030 vastgesteld. De gebiedsvisie

Nadere informatie

Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant. actualisering Brabantse Agenda Wonen

Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant. actualisering Brabantse Agenda Wonen Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant Hart van Brabant 28 augustus 2017 Niek Bargeman Senior adviseur bevolking en wonen Provincie Noord-Brabant actualisering 2017 ----- Brabantse Agenda

Nadere informatie

Handreiking Ladder voor duurzame verstedelijking. Samenvatting

Handreiking Ladder voor duurzame verstedelijking. Samenvatting Handreiking Ladder voor duurzame verstedelijking Samenvatting Samenvatting Handreiking bij de ladder voor duurzame verstedelijking Op 1 oktober 2012 is het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) gewijzigd,

Nadere informatie

ONEN IN NOORD-HOLLAND NOORD

ONEN IN NOORD-HOLLAND NOORD ONEN IN NOORD-HOLLAND NOORD Hoe Noord-Holland Noord een rol kan spelen in de woningbehoefte voor de Amsterdamse regio 3 Wonen in Noord- Holland Noord Hoe Noord-Holland Noord een rol kan spelen in de woningbehoefte

Nadere informatie

Manifeste lokale woningbehoefte. Vraag zoekt locatie

Manifeste lokale woningbehoefte. Vraag zoekt locatie Manifeste lokale woningbehoefte Vraag zoekt locatie 10-3-2015 Inleiding In de gemeentelijke Visie op Wonen en Leefbaarheid (2012) is uitgesproken dat de gemeente in principe in alle kernen ruimte wil zoeken

Nadere informatie

VERLEIDEN OM TE INVESTEREN

VERLEIDEN OM TE INVESTEREN VERLEIDEN OM TEINVESTEREN Printerweg 6, 3821 AD Amersfoort tel. 036 524 8607 post@reo-amersfoort.nl www.reo-amersfoort.nl Advies van de Raad voor Economische Ontwikkeling (REO) gemeente Amersfoort over

Nadere informatie

Leegstand agrarisch vastgoed

Leegstand agrarisch vastgoed Leegstand agrarisch vastgoed Aard, omvang, duiding en oplossingsrichtingen 26 mei 2016, Edo Gies, Alterra Wageningen UR 2 Een stille revolutie op het platteland Dynamiek in de landbouw (1950 2016) 4 x

Nadere informatie

ONEN IN NOORD-HOLLAND NOORD

ONEN IN NOORD-HOLLAND NOORD ONEN IN NOORD-HOLLAND NOORD Hoe Noord-Holland Noord een rol kan spelen in de woningbehoefte voor de Amsterdamse regio 3 WAAROM oordolland oord HET GAAT GOED MET NOORD- HOLLAND NOORD. DE ECONOMIE IS KRACHTIG

Nadere informatie

Raadsinformatiebrief. De gemeenteraad van Albrandswaard. Betreft: bod voor nieuwe regionale woningmarktafspraken. Geachte raadsleden,

Raadsinformatiebrief. De gemeenteraad van Albrandswaard. Betreft: bod voor nieuwe regionale woningmarktafspraken. Geachte raadsleden, Raadsinformatiebrief De gemeenteraad van Albrandswaard Uw brief van: Ons kenmerk: 1351107 Uw kenmerk: Contact: Jeannette Wijnmalen Bijlage(n):1 Doorkiesnummer: 010-506 1158 E-mailadres: j.wijnmalen@bar-organisatie.nl

Nadere informatie

HERONTWIKKELING MOLENWAL

HERONTWIKKELING MOLENWAL STARTNOTITIE HERONTWIKKELING MOLENWAL (VOORMALIGE BUSREMISE) Maart 2011 Gemeente Oudewater Sector REV 1 Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE... 2 1 INLEIDING... 3 2 PLANGEBIED... 4 2.1 HET PLANGEBIED... 4 2.2 PROGRAMMA...

Nadere informatie

Financieel-economische arrangementen. Lessen uit City Deal Binnenstedelijk bouwen

Financieel-economische arrangementen. Lessen uit City Deal Binnenstedelijk bouwen Financieeleconomische arrangementen Lessen uit City Deal Binnenstedelijk bouwen Congres Stedelijke transformatie 22 februari 2018 Opzet Welke problemen kom je tegen? Hoe kijk je daar naar? Welke oplossingsrichtingen

Nadere informatie

Routekaart Uitvoeringsstrategie een dynamisch document

Routekaart Uitvoeringsstrategie een dynamisch document Routekaart Uitvoeringsstrategie een dynamisch document 1. Waar komen we vandaan? 2. Routekaart 3. Organisatie 4. Communicatie Jan de Weerd programmamanager 8 maart 2018 Waar komen we vandaan? Strategische

Nadere informatie

Werkconferentie Vastgoedmarkt Midden-Nederland. 21 juni 2012

Werkconferentie Vastgoedmarkt Midden-Nederland. 21 juni 2012 Werkconferentie Vastgoedmarkt Midden-Nederland 21 juni 2012 Luc Dietz dagvoorzitter Michaël Kortbeek Voorzitter KvK Midden-Nederland Het probleem Kantorenmarkt: leegstand, fors aanbod Bedrijventerreinen:

Nadere informatie

Aanbieden notitie A16 corridor en Rotterdam University Business District. De VVD, CDA en Leefbaar Rotterdam verzoeken het college daarom:

Aanbieden notitie A16 corridor en Rotterdam University Business District. De VVD, CDA en Leefbaar Rotterdam verzoeken het college daarom: Verzoek VVD, CDA en Leefbaar Rotterdam Aanbieden notitie A16 corridor en Rotterdam University Business District De A16 is voor de Metropoolregio en de Randstad een belangrijke verbinding met Antwerpen,

Nadere informatie

De Molenzoom. Kantoorlocaties in centrum van Houten. Kantoorvestiging in de gemeente Houten

De Molenzoom. Kantoorlocaties in centrum van Houten. Kantoorvestiging in de gemeente Houten De Molenzoom Kantoorlocaties in centrum van Houten Kantoorvestiging in de gemeente Houten Kwaliteiten Molenzoom Centrale ligging in Houten Zichtlocatie langs spoorlijn Nabij centrumvoorzieningen op het

Nadere informatie

(hoofdstuk uit Inspiratiegids Adviseur Ruimtelijke Kwaliteit Provincie Utrecht)

(hoofdstuk uit Inspiratiegids Adviseur Ruimtelijke Kwaliteit Provincie Utrecht) Bijlage: Projecten in de provincie Utrecht (hoofdstuk uit Inspiratiegids Adviseur Ruimtelijke Kwaliteit Provincie Utrecht) Inleiding In de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie 2013-2028 en de Verordening

Nadere informatie

Onderwerp Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2011

Onderwerp Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2011 Onderwerp Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2011 Status Informerend Voorstel Kennis te nemen van de bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2011

Nadere informatie

toelichting aanvaarding actualisering regionale woonvisie 2017

toelichting aanvaarding actualisering regionale woonvisie 2017 Bijlage Datum DOS-2014-0006307 Onderwerp toelichting aanvaarding actualisering regionale woonvisie 2017 Aan de regio s is gevraagd voor 1 juli 2017 de regionale woonvisies te actualiseren op basis van

Nadere informatie

PROVINCIALE AANPAK KANTOREN- LEEGSTAND. DVDP 23 april 2015

PROVINCIALE AANPAK KANTOREN- LEEGSTAND. DVDP 23 april 2015 PROVINCIALE AANPAK KANTOREN- LEEGSTAND DVDP 23 april 2015 2 3 Cijfers uit 2013 4 KANTORENMARKT PROVINCIE UTRECHT Voorraad ca. 6,3 miljoen m2 24/4/15 Te Huur ca. 1 miljoen m2 = 16% waarvan deel kwalitatief

Nadere informatie

Van Wederopbouw naar Reconstructie

Van Wederopbouw naar Reconstructie Van Wederopbouw naar Reconstructie Maarten Hajer Volg PBL: @leefomgeving @maartenhajer 1985/7, Nederland Nu Als Ontwerp Vier scenario s Zorgvuldig Dynamisch Kritisch Ontspannen De geschiedenis Wederopbouw,

Nadere informatie

GS brief aan Provinciale Staten

GS brief aan Provinciale Staten GS brief aan Provinciale Staten Contact: L.Garnie@pzh.nl Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11 www.zuid-holland.nl Aan Provinciale Staten Datum 1 juni 2017 Ons kenmerk

Nadere informatie

Blijvend geld en aandacht nodig voor Nationale landschappen, Provincies doen meer dan het Rijk

Blijvend geld en aandacht nodig voor Nationale landschappen, Provincies doen meer dan het Rijk Nationale landschappen: aandacht en geld nodig! 170610SC9 tk 7 Blijvend geld en aandacht nodig voor Nationale landschappen, Provincies doen meer dan het Rijk De Rekenkamer Oost-Nederland heeft onderzoek

Nadere informatie

De Brabantse Agenda Wonen

De Brabantse Agenda Wonen De Brabantse Agenda Wonen Wat beweegt de woningmarkt in Brabant? ---- actuele ontwikkelingen en opgaven voor de regionale woningmarkt Brabant Vastgoed 2017 11 mei 2017 Niek Bargeman Senior adviseur bevolking

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 64

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 64 Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 64 Haarlem, 17 augustus 2004 Onderwerp: Agenda Provinciaal Waterplan Bijlagen: - ontwerpbesluit - procesplanning provinciaal waterplan - op weg naar een

Nadere informatie

Rondweg-Oost N233 Maatregelen treden 3 Um 5 Ladder van Verdaas

Rondweg-Oost N233 Maatregelen treden 3 Um 5 Ladder van Verdaas provincie :: Utrecht Plan van aanpak Rondweg-Oost N233 Maatregelen treden 3 Um 5 Ladder van Verdaas In samenwerking tussen Veenendaal: 23 oktober 2017 Versie: 0.1 Opgesteld door: Maurice Kassing Gemeente

Nadere informatie

Kwalitatief afwegingskader woningbouwontwikkeling

Kwalitatief afwegingskader woningbouwontwikkeling negatief positief Kwalitatief afwegingskader woningbouwontwikkeling Het kwalitatief afwegingskader is een procesinstrument dat voor de huidige planningslijst, maar ook bij nieuwe plannen en de jaarlijkse

Nadere informatie

RWU INVENTARISATIE VOORRAADONTWIKKELING EN NIEUWBOUWPLANNEN CORPORATIES

RWU INVENTARISATIE VOORRAADONTWIKKELING EN NIEUWBOUWPLANNEN CORPORATIES RWU INVENTARISATIE VOORRAADONTWIKKELING EN NIEUWBOUWPLANNEN CORPORATIES 2017-2022 1. De 3% groei ambitie De gemeenten van de U16 en de 22 corporaties, verenigd in het Regioplatform Woningcorporaties Utrecht

Nadere informatie

Brainport Eindhoven/ A2-zone (Brainport Avenue)

Brainport Eindhoven/ A2-zone (Brainport Avenue) Brainport Eindhoven/ A2-zone (Brainport Avenue) Nota Ruimte budget 75 miljoen euro voor Brainport Eindhoven en 6,8 miljoen voor ontwikkeling A2-zone Planoppervlak 3250 hectare (Brainport Eindhoven) Trekker

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag

Nadere informatie

Bestuurlijke programmaopdrachten 2009-2010 Regio Groningen-Assen

Bestuurlijke programmaopdrachten 2009-2010 Regio Groningen-Assen Bestuurlijke programmaopdrachten - Regio Groningen-Assen stuurgroep 22 juni Bijlage 3 Bestuurlijke programmaopdrachten.doc Bestuurlijke programmaopdracht bereikbaarheid Verbetering en waarborging bereikbaarheid

Nadere informatie

Heukelum. Zicht op de Linge

Heukelum. Zicht op de Linge Heukelum Zicht op de Linge Het stadje Heukelum is een van de vijf kernen van de gemeente Lingewaal. Heukelum ligt in de Tielerwaard, aan de zuidoever van de rivier de Linge, in een van de meest westelijke

Nadere informatie

Nieuwe aanpak van de woningbouwproductie in Den Haag

Nieuwe aanpak van de woningbouwproductie in Den Haag Nieuwe aanpak van de woningbouwproductie in Den Haag Henk Harms, gemeente Den Haag Directeur Ontwikkeling en Realisatie Internationale stad van Vrede en Recht Den Haag: na New York, tweede VN stad Wereldstad

Nadere informatie

Trendbreuk? Netto kwantitatieve opgave 2023. Wonen 1.800 7.100. Bedrijventerreinen 18 (+30) ha 156 ha. (gemeentelijk + privaat) 248.000-323.

Trendbreuk? Netto kwantitatieve opgave 2023. Wonen 1.800 7.100. Bedrijventerreinen 18 (+30) ha 156 ha. (gemeentelijk + privaat) 248.000-323. Maastricht Maastricht 120.000 inwoners, stabilisatie Centrum van de regio (600.000-550.000) Universiteit Meer dan 20 miljoen bezoekers waarvan 2/3 uit Nederland, winkelen belangrijkste bezoekmotief Compacte

Nadere informatie

Inhoud. 1. Beschrijving locatie 2. Haalbaarheidsonderzoek 3. Scenario s 4. Advies

Inhoud. 1. Beschrijving locatie 2. Haalbaarheidsonderzoek 3. Scenario s 4. Advies Raad 24 juni 2014 Inhoud 1. Beschrijving locatie 2. Haalbaarheidsonderzoek 3. Scenario s 4. Advies 1. Locatie Eigendomskaart Gemeente: 42% (excl.circa 7.500m² openbare ruimte) AM / Lindengroep: 25% Overige

Nadere informatie

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202 VISIEKAART 8 9 s t r u c t u u r v i s i e G o o r 2 0 2 5 structuu Goor 202 rvisie 5 1. Structuurvisie Goor 2025 2. Analyse 3. Visie en ambitie: Goor in 2025 4. Ruimtelijke kwaliteit 5. Wonen 6. Economie

Nadere informatie

Programmabegroting

Programmabegroting Programmabegroting 215-218 3.5 Ruimtelijke ontwikkeling Gouda heeft bijna 71. inwoners en is een stad waar het prettig is om te wonen. Een stad met een mooie historische binnenstad en waar inwoners betrokken

Nadere informatie

SAMEN. voor een sterke regio! Een perspectief voor het wonen in het stedelijk gebied Eindhoven

SAMEN. voor een sterke regio! Een perspectief voor het wonen in het stedelijk gebied Eindhoven SAMEN voor een sterke regio! Een perspectief voor het wonen in het stedelijk gebied Eindhoven Het stedelijk gebied is in ontwikkeling. Het succes van bedrijven als ASML en VDL, de designsector en vele

Nadere informatie

Krimp in Fryslân. Inwonertal

Krimp in Fryslân. Inwonertal Krimp in Fryslân Bevolkingsdaling, lokaal en regionaal, is een vraagstuk van nu én de komende jaren. Hoewel pas over enkele decennia de bevolking van Fryslân als geheel niet meer zal groeien, is in sommige

Nadere informatie

Jaarprogramma Bouwen en Wonen MRA februari 2019

Jaarprogramma Bouwen en Wonen MRA februari 2019 Bezoekadres WTC Amsterdam I-tower, second floor Strawinskylaan 1779 1077 XX Amsterdam info@metropoolregioamsterdam.nl Jaarprogramma Bouwen en Wonen MRA 2019 28 februari 2019 Metropoolregio Amsterdam Pagina

Nadere informatie

Raadsvergadering. Bovendien wijzen wij u er op dat in deze kadernota nog geen rekening is gehouden met de implementatie van de strategische agenda.

Raadsvergadering. Bovendien wijzen wij u er op dat in deze kadernota nog geen rekening is gehouden met de implementatie van de strategische agenda. RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Nummer 30 juni 2016 16-049 Onderwerp Kadernota 2017-2020 Aan de raad, Onderwerp Kadernota 2017-2020. Gevraagde beslissing 1. De Kadernota 2017-2020 vast te stellen. Grondslag

Nadere informatie

INLEIDING EN LEESWIJZER

INLEIDING EN LEESWIJZER INHOUD BLZ INLEIDING EN LEESWIJZER De talenten van Oirschot...3 Wat is een structuurvisieplus?...3 Het planproces...5 Opbouw van de structuurvisieplus...7 028-252 gemeente Oirschot StructuurvisiePlus "Inleiding

Nadere informatie

De Koppeling Houten. Zichtlocatie te midden van de Houtense voorzieningen. Kantoorvestiging in de gemeente Houten

De Koppeling Houten. Zichtlocatie te midden van de Houtense voorzieningen. Kantoorvestiging in de gemeente Houten De Koppeling Houten Zichtlocatie te midden van de Houtense voorzieningen Kantoorvestiging in de gemeente Houten Kwaliteiten de Koppeling Centrale ligging in Houten Zichtlocatie langs belangrijkste weg

Nadere informatie

Gedeputeerde Staten. Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland Postbus AN Leiden. Aanvaarding regionale kantorenvisie Holland Rijnland

Gedeputeerde Staten. Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland Postbus AN Leiden. Aanvaarding regionale kantorenvisie Holland Rijnland Gedeputeerde Staten Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11 www.zuid-holland.nl Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland Postbus 558 2300 AN Leiden Datum Zie verzenddatum linksonder

Nadere informatie

Onderwijshuisvestingsbeleid gemeente Utrecht. Onderzoeksplan

Onderwijshuisvestingsbeleid gemeente Utrecht. Onderzoeksplan Onderwijshuisvestingsbeleid gemeente Utrecht Onderzoeksplan Rekenkamer Utrecht 16 februari 2009 1 Inleiding Vanuit de raadsfracties van het CDA en de VVD kwam in 2008 de suggestie aan de Rekenkamer om

Nadere informatie

Station Nieuwe Meer Het internationale & inclusieve woon- en werkgebied van Nieuw West

Station Nieuwe Meer Het internationale & inclusieve woon- en werkgebied van Nieuw West Station Nieuwe Meer Het internationale & inclusieve woon- en werkgebied van Nieuw West 2030 Station Nieuwe Meer is niet alleen een nieuwe metrostation verbonden met Schiphol, Hoofddorp, Zuidas en de Amsterdamse

Nadere informatie

NOVI-perspectiefgebied Utrecht, Gezond Stedelijk Leven voor Iedereen

NOVI-perspectiefgebied Utrecht, Gezond Stedelijk Leven voor Iedereen NOVI-perspectiefgebied Utrecht, Gezond Stedelijk Leven voor Iedereen Het gebied Utrecht, Gezond Stedelijk Leven voor Iedereen heeft betrekking op de band in de stad Utrecht vanaf A12-zone, via Merwedekanaal

Nadere informatie

Structuurvisie deel 2 Uitvoeringsparagraaf fonds Noordse Buurt en Woonfonds

Structuurvisie deel 2 Uitvoeringsparagraaf fonds Noordse Buurt en Woonfonds Structuurvisie deel 2 Uitvoeringsparagraaf fonds Noordse Buurt en Woonfonds 1 Inleiding Deze notitie, in de vorm van een uitvoeringsparagraaf van de Structuurvisie, bestaat uit twee onderdelen; namelijk

Nadere informatie

Statenvoorstel. Perspectief Groene Hart Bestuurlijke samenvatting van het voorstel

Statenvoorstel. Perspectief Groene Hart Bestuurlijke samenvatting van het voorstel Statenvoorstel Vergaderdatum GS: 13 juni 2017 Portefeuillehouder: Bom - Lemstra, AW Uiterlijke beslistermijn: n.v.t. Behandeld ambtenaar : mw L.G.J van Westbroek E-mailadres: lgj.van.westbroek@pzh.nl Telefoonnummer:

Nadere informatie

Nota van Uitgangspunten Herstructurering Frederikkazerne

Nota van Uitgangspunten Herstructurering Frederikkazerne Nota van Uitgangspunten Herstructurering Frederikkazerne Status: Definitief Gemeente Den Haag Projectmanagement Den Haag Opsteller: Jerry de Vries, projectleider Inleiding De gemeente wenst te beschikken

Nadere informatie

Startdocument Schuytgraaf Veld 17b. juni 2013

Startdocument Schuytgraaf Veld 17b. juni 2013 Startdocument Schuytgraaf Veld 17b juni 2013 1 Inleiding In mei 2012 heeft de gemeente Arnhem het project Schuytgraaf overgenomen van de GEM (Grondexploitatie maatschappij). De gemeente heeft nu de leiding

Nadere informatie

Toepassing van de ladder in Provincie Zuid-Holland

Toepassing van de ladder in Provincie Zuid-Holland Toepassing van de ladder in Provincie Zuid-Holland Seminar, Ladder voor duurzame verstedelijking: lessen uit de praktijk, 10 maart 2015 Willemien Croes Wat is de Ladder voor Provincie Zuid- Holland? Instrument

Nadere informatie

Probleem- en doelstelling/oplossingen/effecten

Probleem- en doelstelling/oplossingen/effecten Aan de Gemeenteraad. Raadsvergadering : 25 maart 2010 Nummer :? Commissie : Commissie Grondgebied Portefeuillehouder : wethouder T. Kokke Afdeling : II-Bouwen en Wonen - Opsteller : M.Fopma Productiedatum

Nadere informatie

Regionale Structuurvisie Wonen Zorg en Woonomgeving. Gemeente Roerdalen 19 november 2014

Regionale Structuurvisie Wonen Zorg en Woonomgeving. Gemeente Roerdalen 19 november 2014 Regionale Structuurvisie Wonen Zorg en Woonomgeving Gemeente Roerdalen 19 november 2014 Inhoud van presentatie Aanleiding Typering van de structuurvisie Koers in een notendop Afwegingskaders Instrumentarium

Nadere informatie

i ii Òiî i î >> i ÈÒî-Òi`i iî" Òä i Gebiedsvisie Hollands Spoor en omgeving

i ii Òiî i î >> i ÈÒî-Òi`i iî Òä i Gebiedsvisie Hollands Spoor en omgeving i ii Òiî i î >> i ÈÒî-Òi`i iî" Òä i Gebiedsvisie T P E C N O C Hollands Spoor en omgeving mei 2008 2 Inleiding 1 Straatnamenkaart 1 Inleiding Voorwoord Voor u ligt de Gebiedsvisie Hollands Spoor en omgeving.

Nadere informatie

1 Inleiding 2. 2 Ladder voor duurzame verstedelijking 3. 3 Uitgangspunten 5. 4 Marktanalyse Laddertoets 19. Bijlage A 25.

1 Inleiding 2. 2 Ladder voor duurzame verstedelijking 3. 3 Uitgangspunten 5. 4 Marktanalyse Laddertoets 19. Bijlage A 25. Laddertoets De Smaragd Waalre Laddertoets De Smaragd Waalre 1 Inleiding 2 2 Ladder voor duurzame verstedelijking 3 3 Uitgangspunten 5 4 Marktanalyse 11 5 Laddertoets 19 Bijlage A 25 Artikel 4.3 Nieuwbouw

Nadere informatie

Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen AUDITORIUM HADEWYCH, CONSCIENCEGEBOUW, BRUSSEL, 28/11/2013

Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen AUDITORIUM HADEWYCH, CONSCIENCEGEBOUW, BRUSSEL, 28/11/2013 Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen Gebiedsontwikkeling in tijden van crisis: nieuwe strategieën en instrumenten als de oplossing? PROF. DR. ERWIN VANDERKRABBEN Nederland: Vinex-wijken Gebiedsontwikkeling

Nadere informatie

Betekenisvol beleid voor een aantrekkelijke stad

Betekenisvol beleid voor een aantrekkelijke stad Betekenisvol beleid voor een aantrekkelijke stad De stad als bevolkingsmagneet Koos van Dijken functie 29 januari 2013 1 Betekenisvol beleid voor een aantrekkelijke stad Wat maakt de stad aantrekkelijk

Nadere informatie

Raadsinformatiebrief B&W vergadering 23 oktober 2012

Raadsinformatiebrief B&W vergadering 23 oktober 2012 Raadsinformatiebrief B&W vergadering 23 oktober 2012 Steller : J. Bosma Telefoonnummer: (0343) 565839 E-mailadres : jan.bosma@heuvelrug.nl Onderwerp : Voortgang haalbaarheidsonderzoek gebiedsontwikkeling

Nadere informatie

1. Branding en voorzieningen in gehele subregio Cultuurhistorie benadrukken Toegankelijkheid zorg vergroten (sociaal, fysiek) Wie: overheid,

1. Branding en voorzieningen in gehele subregio Cultuurhistorie benadrukken Toegankelijkheid zorg vergroten (sociaal, fysiek) Wie: overheid, Transformatie van de woningvoorraad Een afname van het aantal huishoudens heeft gevolgen voor de woningvoorraad. Dit geldt ook vergrijzing. Vraag en aanbod sluiten niet meer op elkaar aan. Problemen van

Nadere informatie

Verdichting. binnen het bestaand bebouwd gebied. 19 april 2011 Kersten Nabielek

Verdichting. binnen het bestaand bebouwd gebied. 19 april 2011 Kersten Nabielek Verdichting binnen het bestaand bebouwd gebied 1 PBL studie verdichting Planning: afronding zomer 2011 Personen: Kersten Nabielek Maarten Piek Auke Vlonk Arjan Harbers Marnix Breedijk Sanne Boschman Hans

Nadere informatie

Raadsvergadering. Onderwerp Kaders herontwikkeling voormalig terrein CNV Bouw- en houtbond aan de Oude Haven in Odijk

Raadsvergadering. Onderwerp Kaders herontwikkeling voormalig terrein CNV Bouw- en houtbond aan de Oude Haven in Odijk RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Nummer 26-10-2017 17-084 Onderwerp Kaders herontwikkeling voormalig terrein CNV Bouw- en houtbond aan de Oude Haven in Odijk Aan de raad, Onderwerp Gevraagde beslissing 1.

Nadere informatie

Startnotitie Grote en Kleine Geer met parkeerterrein

Startnotitie Grote en Kleine Geer met parkeerterrein Startnotitie Grote en Kleine Geer met parkeerterrein (gewijzigd n.a.v. de raadsvergadering van 27 juni 2017) Aanleiding en probleemschets Datum: juni 2017 Om invulling te geven aan de ombuigingen is in

Nadere informatie

Oegstgeest aan de Rijn: realisatie van een woningbouwbehoefte

Oegstgeest aan de Rijn: realisatie van een woningbouwbehoefte Oegstgeest aan de Rijn: realisatie van een woningbouwbehoefte Stap 1 van de Ladder voor Duurzame Verstedelijking schrijft voor dat een stedelijke ontwikkeling past binnen de regionale behoefte. Provincie

Nadere informatie

Nieuwveense Landen. Willen en kunnen in een veranderende wereld

Nieuwveense Landen. Willen en kunnen in een veranderende wereld Nieuwveense Landen Willen en kunnen in een veranderende wereld Doel en programma Inzicht geven in Nieuwveense Landen: Totstandkoming project Stand van zaken 1.1.2012 Ontwikkelingen Gevolgen Nieuwveense

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 16 september 2013 Betreft Rijksprogramma SMASH

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 16 september 2013 Betreft Rijksprogramma SMASH > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Woonvisie Regio Eindhoven. Samen werken aan drie uitdagingen voor de regionale woningmarkt

Woonvisie Regio Eindhoven. Samen werken aan drie uitdagingen voor de regionale woningmarkt Woonvisie Regio Eindhoven Samen werken aan drie uitdagingen voor de regionale woningmarkt Actieprogramma 2013 1 Inleiding Op 28 juni 2012 heeft de Regioraad de Regionale Woonvisie 2012-2015 vastgesteld.

Nadere informatie

Structuurvisie Noord-Holland. Achtergrondinformatie

Structuurvisie Noord-Holland. Achtergrondinformatie Structuurvisie Noord-Holland Achtergrondinformatie Structuurvisie: waarom en wat? - Inwerkingtreding Wro 1 juli 2008 - elke overheidslaag stelt eigen structuurvisie op (thema of gebied) - structuurvisies

Nadere informatie

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN Onderwerp Actieplan Sociale Huur Steller R. Asschert De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN Telefoon 8635 Bijlage(n) 1 Ons kenmerk 6884967 Datum Uw brief van Uw kenmerk - Geachte heer,

Nadere informatie

Presentatie evaluatie RAP

Presentatie evaluatie RAP Presentatie evaluatie RAP Regio Alkmaar PORA Wonen 5 november 2014 Dicky Sijpkens Agenda 1. Achtergrond van de evaluatie 2. Opzet van de evaluatie 3. Algemene bevindingen en verbetervoorstellen 4. Regio

Nadere informatie

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag Uw kenmerk Bijlage(n)

Nadere informatie

De ladder en duurzame verstedelijking in Brabant

De ladder en duurzame verstedelijking in Brabant De ladder en duurzame verstedelijking in Brabant 'Toepassing Ladder voor duurzame verstedelijking: lessen uit de praktijk' Marion Greidanus, provincie Noord-Brabant De Brabantse aanpak provinciale verordening

Nadere informatie

Samen naar een toekomstbestendige vrijetijdseconomie

Samen naar een toekomstbestendige vrijetijdseconomie Samen naar een toekomstbestendige vrijetijdseconomie Zuid-Limburg Position Paper van de 16 Zuid-Limburgse gemeenten, aangeboden door de voorzitters van het Bestuurlijk Overleg Ruimtelijke Economie en Nationaal

Nadere informatie

Sociaal Economisch Masterplan: Uitvoeringsagenda Netwerk Noordoost

Sociaal Economisch Masterplan: Uitvoeringsagenda Netwerk Noordoost Aan de Raadscommissie Agendapunt: 5 Onderwerp: Sociaal Economisch Masterplan: Uitvoeringsagenda Netwerk Noordoost Kenmerk: Status: VROM - Ruimtelijke Ordening / FK Informerend Kollum, 11 januari 2011 Samenvatting

Nadere informatie

Beter groen. naar een kwaliteitsimpuls voor recreatiegebieden in Zuid-Holland. provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit in zuid-holland

Beter groen. naar een kwaliteitsimpuls voor recreatiegebieden in Zuid-Holland. provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit in zuid-holland Beter groen naar een kwaliteitsimpuls voor recreatiegebieden in Zuid-Holland provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit in zuid-holland Beter groen. Naar een kwaliteitsimpuls voor recreatiegebieden in

Nadere informatie

(ontwerp)begrotingswijziging Uitvoering Koers 2019 & 2020 OMGEVINGSDIENST REGIO UTRECHT

(ontwerp)begrotingswijziging Uitvoering Koers 2019 & 2020 OMGEVINGSDIENST REGIO UTRECHT (ontwerp)begrotingswijziging Uitvoering Koers 2019 & 2020 OMGEVINGSDIENST REGIO UTRECHT opgesteld door Planning & Control beoordeeld door managementteam 04 juni 2019 vastgesteld door dagelijks bestuur

Nadere informatie

STERKE STEDEN - STERKE REGIO S - STERK NEDERLAND

STERKE STEDEN - STERKE REGIO S - STERK NEDERLAND STERKE STEDEN - STERKE REGIO S - STERK NEDERLAND Nederland moet snel uit de crisis. Steden zijn de economische motor van Nederland. Zij vormen de spil in krachtige netwerken met het bedrijfsleven, het

Nadere informatie

Vaststellen plan van aanpak herijking Regionale Structuurvisie Wonen Noord-Limburg

Vaststellen plan van aanpak herijking Regionale Structuurvisie Wonen Noord-Limburg B en W Adviesnota Onderwerp Vaststellen plan van aanpak herijking Regionale Structuurvisie Wonen Noord-Limburg Zaaknummer 441356 Teammanager Margon van den Hoek B & W datum 28 januari 2019 Team Stad Dorpen

Nadere informatie