LIJST MET DE MEEST VOORKOMENDE SPELFOUTEN. AcroPDF - A Quality PDF Writer and PDF Converter to create PDF files. To remove the line, buy a license.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "LIJST MET DE MEEST VOORKOMENDE SPELFOUTEN. AcroPDF - A Quality PDF Writer and PDF Converter to create PDF files. To remove the line, buy a license."

Transcriptie

1 Spelfout tegen: Woorden splitsen Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 1a woord verkeerd gesplitst ploo-ien i.p.v. plooi-en Bij twee medeklinkers kun je tussen die medeklinkers splitsen. De ch en de th beschouw je als 1 medeklinker. Als het woord een samenstelling is, splits je tussen de grondwoorden. Tussen 2 klinkers mag je splitsen. Een groep van 2 of meer klinkers, die je als 1 klank uitspreekt, blijft samen. De y tussen 2 klinkers schrijf je bij de eerste lettergreep. Voor of na de x tussen twee klinkers splits je niet. Als het woord een afleiding is, splits je na het voorvoegsel. Als het woord een afleiding is, splits je voor het achtervoegsel als dat met de medeklinker begint + voor de achtervoegsels aard / -aardig / -achtig. Een verkleinwoord krijgt zijn oorspronkelijke vorm (grondwoord) terug als je voor de verkleiningsuitgang splitst. Dat hoeft niet bij verkleinvormen van woorden op ine en ade. Bij het splitsen schrijf je meestal geen woordtekens meer.

2 Klinkers Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 2a enkele klinker dubbel geschreven meenen i.p.v. menen 2b dubbele klinker enkel geschreven lochenen i.p.v. loochenen 2c een probleem met ie, i, of y active i.p.v. actieve artiefiecieel i.p.v. artificieel pyramide i.p.v. piramide Een lang uitgesproken klinker in een open lettergreep schrijf je enkel. Een vrije klinker in een gesloten lettergreep schrijf je dubbel. De lang uitgesproken [i] binnen een woord schrijf je in open lettergrepen meestal als ie (en niet als i) als in de volgende lettergreep een doffe klank voorkomt. De lang uitgesproken [i] binnen een woord schrijf je in open lettergrepen als i als in de volgende lettergreep een heldere klank voorkomt. De lang uitgesproken [i] in de voorlaatste lettergreep van sommige woorden van vreemde herkomst schrijf je met i of y (afhankelijk van de oorspronkelijke spelling), ook al komt in de volgende lettergreep een doffe klank voor.

3 Tweeklanken Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 3a een probleem met ou en au rouw i.p.v. rauw 3b een probleem met ei en ij pastij i.p.v. pastei Er bestaat geen vaststaande spellingsregel. Ik moet dit woord oefenen! Er bestaat geen vaststaande spellingsregel. Ik moet dit woord oefenen!

4 Medeklinkers Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 4a verkeerde medeklinker gebruikt vreed i.p.v. wreed 4b enkele medeklinker dubbel geschreven monnikken i.p.v. monniken 4c dubbele medeklinker enkel geschreven notarisen i.p.v. notarissen 4d foute medeklinker geschreven wolv i.p.v. wolf valiez i.p.v. valies Ik zal de spelling van dit woord moeten inoefenen. Na de onbeklemtoonde en dof uitgesproken woorddelen el / -em / -es / -et / -ik / -il / -it verdubbel je de medeklinker niet. Je verdubbelt een medeklinker niet, als één medeklinker wordt voorafgegaan door een tweeklank, een lange klank of een doffe klank. Na een gedekte klinker verdubbel je de medeklinker als er een klinker volgt. Aan het eind van een Nederlands woord schrijf je meestal de medeklinker die je hoort als je het woord verlengt. Een Nederlands woord eindigt nooit op v of z.

5 Tegenwoordige tijd Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 5a een dt-fout geschreven besteedt jij i.p.v. besteed jij Schema voor de tegenwoordige tijd: ik = stam +. jij/je = stam + t hij/zij/het = stam + t wij/we = stam + en jullie = stam + en zij/ze = stam + en 5b vervoeging = onvolledig (uitgang ontbreekt) hij werk i.p.v. hij werkt jullie lope i.p.v. jullie lopen OPGELET: stam + jij? (= geen t) Als je of jij achter de persoonsvorm staat als onderwerp, valt de bijkomende -t weg. Schema voor de tegenwoordige tijd: ik = stam +. jij/je = stam + t hij/zij/het = stam + t wij/we = stam + en jullie = stam + en zij/ze = stam + en OPGELET: stam + jij? (= geen t) Als je of jij achter de persoonsvorm staat als onderwerp

6 Verleden tijd Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 6a een probleem met d/dd/t/tt ik melde i.p.v. ik meldde ik werdt i.p.v. ik werd 6b verkeerde verleden tijd gebruikt het vriesde i.p.v. het vroor 6c vervoeging = onvolledig (uitgang ontbreekt) wij ginge i.p.v. wij gingen jullie werde i.p.v. jullie werden Zwakke werkwoorden krijgen in de verleden tijd als uitgang: stam + te(n)/de(n) Sterke werkwoorden hebben geen uitgang, enkel de stam verandert van klank. Schrijf de hoofdtijden op van dit werkwoord als verbetering! (infinitief stam OVT VD) Meervoud in de vervoeging eindigt steeds op en.

7 Voltooid deelwoord Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 7a verkeerde uitgang geschreven gekrabt i.p.v. gekrabd 7b verkeerd voltooid deelwoord gebruikt vernist i.p.v. gevernist Is het werkwoord regelmatig? controleer via de regel van het T ex-kofschip. Eindigt mijn stam op één van de medeklinkers uit T ex-kofschip, dan zal het voltooid deelwoord ook eindigen op een T. Staat de medeklinker niet in deze lijst, dan schrijf je het VD met een D. Schrijf de hoofdtijden op van dit werkwoord als verbetering! (infinitief stam OVT VD)

8 8a 8b Hoofdletters Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS geen hoofdletter geschreven waar het moest een hoofdletter geschreven waar het niet moest pasen i.p.v. Pasen Paasfeest i.p.v. paasfeest Het eerste volledige woord van een zin schrijf je steeds met een hoofdletter. Het eerste woord van een aanhaling schrijf je met een hoofdletter. Eigennamen schrijf je met een hoofdletter. Aardrijkskundige namen schrijf je met een hoofdletter (ook afleidingen en samenstellingen). Namen van stations, gebouwen, tunnels, schrijf je met een hoofdletter. Namen van talen en dialecten schrijf je met een hoofdletter. Namen van feestdagen schrijf je met een hoofdletter. Namen van kranten, tijdschriften, firma s, schrijf je met een hoofdletter. Belangrijke titels (Zijne Majesteit) schrijf je met een hoofdletter. Namen van God en heilige personen schrijf je met een hoofdletter (ook woorden die ernaar verwijzen). Hoofdletters schrijf je in hoofdwoorden van historische feiten of gebeurtenissen of historische periodes. Je schrijf geen hoofdletter om een eeuw aan te duiden. Je schrijft geen hoofdletter voor namen van dagen, maanden, seizoenen en windstreken. Je schrijf geen hoofdletter voor het eerste woord na een komma, een kommapunt en een dubbelepunt (tenzij bij een aanhaling). Je schrijf geen hoofdletter voor vroegere eigennamen die nu soortnamen werden (vb. een cola, een dieselmotor, een sintbernardshond). Je schrijf geen hoofdletter vooraan de zin als die met een getal begint.

9 9a 9b Leestekens Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS geen leesteken geschreven waar dat moest een verkeerd leesteken geschreven geen punt na een zin een punt na een vraag i.p.v. een vraagteken Je plaatst een punt na een mededelende zin, een onrechtstreekse zin of indirecte vraag of een vriendelijk verzoek. Je plaatst een vraagteken na een directe vraag. Je plaats een uitroepteken o.a. na een bevel, een uitroep, sommige wensen, een waarschuwing, Een beletselteken duidt aan dat een zin onderbroken wordt, er twijfel rijst of een opsomming niet af is. Je plaatst een komma: o achter en voor een aanspreking, o achter en voor een tussenwerpsel, o tussen de delen van een opsomming (niet bij en en of), o tussen gelijkwaardige bepalingen bij een kernwoord o tussen twee vervoegde werkwoorden. Je plaatst een dubbelepunt: o voor een verklarende opsomming, o voor een verklaring, o voor een eindaanhaling. Je plaatst aanhalingstekens: o o als je iemands woorden letterlijk aanhaalt als je een bijzondere betekenis wilt geven aan woorden. Je gebruikt een kommapunt tussen twee zinnen die inhoudelijk dicht bij elkaar horen. Er is een nauwe band tussen die zinnen. Je gebruikt gedachtestreepjes als je een zin wilt onderbreken om er een plotse gedachte tussen te voegen. Je gebruikt haakjes om een toelichting, om een verdere uitleg te geven.

10 Tussenletters Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 10a 10b een probleem met de tussenletter e of en een probleem met de tussenletter s of ss hondehok i.p.v. hondenhok dorpstraat i.p.v. dorpsstraat Je schrijft en als het eerste deel alleen een meervoud op (e)n heeft. Je schrijf e als: o het 1ste deel van het woord verwijst naar een uniek iets of iemand; er is er maar één. o het 2de deel de naam is van een dier en als het 2de deel een plantkundige aanduiding is. o het woord niet meer als een echte samenstelling van twee zelfstandige delen wordt beschouwd. o het 1ste deel het 2de deel versterkt en als ze samen een bijvoeglijk naamwoord vormen. o als het 1ste deel van de samenstelling alleen een meervoud op s heeft. o als het 1ste deel van de samenstelling een meervoud heeft zowel op -(e)n als op -s. o het 1ste deel van de samenstelling geen meervoud heeft. o het 1ste deel een bijvoeglijk naamwoord/een werkwoord is. Je schrijft een -s : o in samenstellingen waar je een s hoort, en waarvan het 1ste deel niet op een sisklank eindigt en het 2de deel niet met een sisklank begint. Je schrijft geen tweede s als o het 1ste deel van samenstelling al op een s (als s of x) eindigt. o het volgende deel van de samenstelling met een sisklank begint, vergelijk je met andere samenstellingen waarin dat woord voorkomt.

11 Woordtekens Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 11 a 11 b een probleem met het liggend streepje (koppelteken) een probleem met het trema (deelteken) Westvlaams i.p.v. West-Vlaams kopiën i.p.v. kopieën Je schrijft een liggend streepje: o in samenstellingen met botsende klinkers omwille van de leesbaarheid o om herhaling van woorddelen te vermijden o in samengestelde aardrijkskundige namen o in samenstellingen met cijfers, letters, symbolen en afkortingen o in samenstellingen met gelijkwaardige delen (bv. schilder-behanger) o na sint/st./sint/st. o na pro, anti, vice, non, semi, niet, oud, adjunct, aspirant, subsituut, ex, privé o bij hoofdletters midden in een samenstelling o bij interpretatieproblemen (bv. basiswoordenboek basiswoorden-boek) o bij stapelsamenstellingen (met allerlei woordsoorten) bv. doe-het-zelfzaak Je schrijft geen liggend streepje: o bij de meeste samenstellingen van drie of meer delen o in getallen Je schrijft een trema: o om in niet-samengestelde woorden aan te geven waar een nieuwe lettergreep begint, als er zonder teken gevaar voor verkeerd lezen bestaat. o in getallen o bij het meervoud van woorden die eindigen op ie als die ie beklemtoond is, schrijf je ieën. Je schrijf geen trema: o waar geen gevaar voor verkeerd lezen bestaat (de klinkers botsen niet). o bij i + ig / i + ing o bij tweeklanken + doffe e o bij afbreken in lettergrepen o bij de Franse en Latijnse uitgangen ien(ne), -eum, -eus en -ei

12 11c een probleem met het weglatingsteken Jan s lijst i.p.v. Jans lijst 11d 11e een probleem met het afkortingsteken een probleem met een Frans accentteken nl i.p.v. nl. dwz i.p.v. d.w.z. ek i.p.v. e.k. étappe i.p.v. etappe manège i.p.v. manege Je schrijft een weglatingsteken: o waar 1 of meer lettertekens worden weggelaten. o voor de toegevoegde s (meervoud of bezitsvorm) van woorden op een vrije klinker die enkel geschreven wordt. De uitspraak bepaalt de spelling. o voor de bezitsvorm van woorden die eindigen op een sisklank (s,z,x) Enkel een zonder s! o voor de achtervoegsels en uitgangen van woorden die eindigen op een medeklinker + y o bij afleidingen van cijfers, letters en letterwoorden. Je schrijft geen weglatingsteken: o voor de achtervoegsels en uitgangen van woorden die eindigen op een klinker + y. Je plaatst een afkortingsteken o na het afgekorte woord o na elk van de afgekorte woorden o soms tussen de delen van een samenstelling Je plaatst geen afkortingsteken: o in de meeste letterwoorden o na internationale tekens of symbolen. Bij vaak voorkomende woorden van Franse herkomst kun je alleen een Frans accentteken (een accent aigu, een accent grave of een accent circonflexe) schrijven op de e als dat teken ook in het oorspronkelijke Franse woord voorkomt én als de klank in het Nederlands wordt overgenomen.

13 Aaneenschrijven Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 12a 12b woorden los geschreven, maar ze moeten aan elkaar woorden aan elkaar geschreven, maar ze moeten los geschreven worden vijf maal i.p.v. vijfmaal dank je wel i.p.v. dankjewel ter zake i.p.v. terzake dertieneneenkwart i.p.v. dertien en een kwart tenonder i.p.v. ten onder allesbehalve alles behalve zomaar zo maar Samengestelde zelfstandige naamwoorden schrijf je aaneen. Sommige woorden die je als werkwoord van elkaar schrijft, schrijf je als zelfstandig naamwoord aaneen. Samengestelde bijvoeglijke naamwoorden (bn + bn of zn + bn) schrijf je aaneen. Drieledige samenstellingen die gevormd worden door woordgroepen van hooguit 2 woorden met een zelfstandig naamwoord, waarbij de woordgroep dat zelfstandig naamwoord bepaalt, schrijf je aaneen. Woordgroepen van hooguit twee woorden waarmee een afleiding gemaakt is, schrijf je aaneen. Getallen tot honderd en veelvouden van honderd en duizend schrijf je aaneen. Verbanden van een zelfstandig naamwoord met een werkwoord die we als eenheid zien, schrijf je aaneen. Vaste woordverbanden van kleine woorden schrijf je aaneen. Als in breukgetallen de teller het cijfer een is, maar niet als één uitgesproken wordt, schrijf je die als een apart woord. Bij deze woorden moet je letten op het betekenisverschil.

14 Luisterfout Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 13a 14a 15a een ander woord schrijven dan er gedicteerd werd hiervoor kan je geen regel terugvinden Vreemde woorden Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS een probleem met het schrijven van een vreemd woord hiervoor kan je geen regel terugvinden je zal dit woord moeten oefenen Schrijffout Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS voor dit woord bestaat er geen regel / ik moet ervoor zorgen dat ik me de spelling van dit woord inprent hiervoor kan je geen regel terugvinden je zal woord moeten oefenen Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 16a Vervoeging Wat heb ik fout gedaan? Voorbeeld MOGELIJKE REGELS 17 a ik heb geen rekening gehouden met de overeenkomst tussen persoon en getal jij + werken ik + gaan jij werkt ik ga Tussen het onderwerp en de persoonsvorm bestaan een overeenkomst: de persoon en het getal stemmen overeen (= congruentie)

Samenvatting Nederlands Cursus spellen (hoofdstuk 1 + 2)

Samenvatting Nederlands Cursus spellen (hoofdstuk 1 + 2) Samenvatting Nederlands Cursus spellen (hoofdstuk 1 + 2) Samenvatting door een scholier 1020 woorden 25 september 2011 7,3 13 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands CURSUS SPELLEN Werkwoordspelling

Nadere informatie

Inleiding 7. Deel 1 BASISVAARDIGHEDEN SPELLING 9

Inleiding 7. Deel 1 BASISVAARDIGHEDEN SPELLING 9 INHOUD Inleiding 7 Deel 1 BASISVAARDIGHEDEN SPELLING 9 Les 1 Stap voor stap op weg naar minder spellingfouten 11 1.1 Juist spellen is... 11 1.2 Stappenplan goed spellen 13 1.3 Hardnekkige spellingproblemen

Nadere informatie

1.2.3 Trappen van vergelijking 20

1.2.3 Trappen van vergelijking 20 INHOUD DEEL I Woord voor woord 13 1.1 Zelfstandig naamwoord (substantief) 16 1.1.1 Definitie 16 1.1.2 Soorten 16 1.1.2.1 Soortnaam of eigennaam 16 1.1.2.2 Concrete of abstracte zelfstandige naamwoorden

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands NL Spelling 1 t/m 12

Samenvatting Nederlands NL Spelling 1 t/m 12 Samenvatting Nederlands NL Spelling 1 t/m 12 Samenvatting door een scholier 1040 woorden 26 februari 2014 4,5 16 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands 1 Leestekens Punt Aan het eind van

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Spelling

Samenvatting Nederlands Spelling Samenvatting Nederlands Spelling Samenvatting door een scholier 1180 woorden 1 juni 2004 6,5 85 keer beoordeeld Vak Nederlands Nederlands Alle spellingregels WW spelling Persoonsvorm? Ja Nee? TT: zo simpel

Nadere informatie

Kernwoord Uitleg Voorbeeld

Kernwoord Uitleg Voorbeeld Aanhalingstekens Accenttekens Achtervoegsel Afbreekteken Gebruik je voor een citaat of als iets niet letterlijk is bedoeld. Gebruik je om iets nadruk te geven of om dubbelzinnigheid te voorkomen. Een nietzelfstandig

Nadere informatie

Visuele Leerlijn Spelling

Visuele Leerlijn Spelling Visuele Leerlijn Spelling www.gynzy.com Versie: 15-08-2018 Begrippen Klanken & Letters Klank (begrip) Klinker of medeklinker (begrip) Korte of lange klank (begrip) Tweetekenklank (begrip) Lange-, korte-,

Nadere informatie

als iets niet letterlijk is bedoeld.

als iets niet letterlijk is bedoeld. Kernwoordenlijst Kernwoord Uitleg Voorbeeld Aanhalingstekens Accenttekens Achtervoegsel Afbreekteken Gebruik je voor een citaat of als iets niet letterlijk is bedoeld. Gebruik je om iets nadruk te geven

Nadere informatie

6,3. Samenvatting door L woorden 12 november keer beoordeeld. Nederlands. 1. Werkwoordspelling. Persoonsvorm

6,3. Samenvatting door L woorden 12 november keer beoordeeld. Nederlands. 1. Werkwoordspelling. Persoonsvorm Samenvatting door L. 1035 woorden 12 november 2014 6,3 5 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands 1. Werkwoordspelling Persoonsvorm Vinden van de pv: zin in andere tijd zetten à veranderende

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Werkwoordspelling

Samenvatting Nederlands Werkwoordspelling Samenvatting Nederlands Werkwoordspelling Samenvatting door L. 1375 woorden 4 november 2013 5,2 13 keer beoordeeld Vak Nederlands Persoonvorm à tegenwoordige tijd - ik erbij of jij/je erachter = alleen

Nadere informatie

9,6. Samenvatting door een scholier 1001 woorden 26 maart keer beoordeeld. Nederlands

9,6. Samenvatting door een scholier 1001 woorden 26 maart keer beoordeeld. Nederlands Samenvatting door een scholier 1001 woorden 26 maart 2018 9,6 2 keer beoordeeld Vak Nederlands onderwerp pvtt pvvt ik stam stam + de/te je/jij achter pv stam stam + de/te je/jij voor pv stam +t stam +

Nadere informatie

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010 1 Bijlage: Vergelijking taalbeschouwelijke termen leerplannen basisonderwijs en secundair onderwijs In deze lijst vindt u in de linkerkolom een overzicht van de taalbeschouwelijke termen uit het leerplan

Nadere informatie

Andere werkwoordsvorm (infinitief, voltooid of onvoltooid deelwoord) schrijf je zo simpel mogelijk. Op t- klank = verlengen, d-klank = verlengen.

Andere werkwoordsvorm (infinitief, voltooid of onvoltooid deelwoord) schrijf je zo simpel mogelijk. Op t- klank = verlengen, d-klank = verlengen. Samenvatting door een scholier 1095 woorden 29 juni 2004 5,8 70 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Hoofdstuk 1: Reclame Werkwoordsspelling: Bij een werkwoord als persoonsvorm moet

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 15. Deel 1 Spelling 18

Inhoud. Inleiding 15. Deel 1 Spelling 18 Inhoud Deel 1 Spelling 18 Inleiding 15 1 Grondbeginselen van de Nederlandse spelling 21 1.1 Verschil tussen klank en letter 22 1.2 Hoofdregels 22 1.3 Interactie tussen de regels 24 1.4 Belang van de regel

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Deel 5

Samenvatting Nederlands Deel 5 Samenvatting Nederlands Deel 5 Samenvatting door een scholier 745 woorden 7 mei 2016 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Groene kaders deel 5 Beschrijvend verband Als de schrijver

Nadere informatie

WOORDPAKKET 5.1. Ik schrijf de vrije klinker a/e/o/u in een open lettergreep, verenkeling: woorden net als apen zweven over muren.

WOORDPAKKET 5.1. Ik schrijf de vrije klinker a/e/o/u in een open lettergreep, verenkeling: woorden net als apen zweven over muren. WOORDPAKKET 5.1 Ik hoor doffe klinker in de achtervoegsels ig en -ige: woorden net als rustig(e). Ik hoor doffe klinkers in de achtervoegsels (e)lijk / -(e)lijke: woorden net als heerlijk(e). Ik schrijf

Nadere informatie

Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands.

Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands. Gevarieerde Spelling Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands. Doelgroep Gevarieerde Spelling Gevarieerde Spelling is bedoeld voor leerlingen

Nadere informatie

Basisspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basis Werkwoordspelling en Basisgrammatica.

Basisspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basis Werkwoordspelling en Basisgrammatica. Basisspelling Basisspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basis Werkwoordspelling en Basisgrammatica. Het Muiswerkprogramma Basisspelling bestrijkt de basisregels van

Nadere informatie

Visuele Leerlijn Taal

Visuele Leerlijn Taal Visuele Leerlijn Taal www.gynzy.com Versie: 05-09-2019 Taalbegrip Abstracties Probleem & oplossing Zender & ontvanger Functies van taal Discussie Standpunt & argument Feit & mening Illustratie (als voorbeeld)

Nadere informatie

Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I. Grammatica I

Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I. Grammatica I Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I Grammatica I Rubriek Oefening Type Opgaven Uitleg Alle onderwerpen Totaaltoets Grammatica I (*) 42 1 Klanken/letters Deeltoets 1 (*) Naamwoorden Deeltoets 2

Nadere informatie

Spelling. 1. Werkwoorden

Spelling. 1. Werkwoorden Stijl en spelling Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste stijl- en spellingregels die in de onderbouw bij Nederlands zijn behandeld. Bij schrijfopdrachten en bij het examen wordt in de bovenbouw

Nadere informatie

Basisspelling. Doelgroepen Basisspelling. Omschrijving Basisspelling

Basisspelling. Doelgroepen Basisspelling. Omschrijving Basisspelling Basisspelling Het Muiswerkprogramma Basisspelling bestrijkt de basisregels van de Nederlandse spelling; regels die op de basisschool worden aangeleerd en waarmee in het voortgezet onderwijs nog wordt geoefend.

Nadere informatie

WOORDPAKKET 6.2 i in een tweeklank hoofdletter

WOORDPAKKET 6.2 i in een tweeklank hoofdletter WOORDPAKKET 6.1A WOORDPAKKET 6.1B WOORDPAKKET 6.2 Ik hoor een ie maar schrijf een i: woorden net als fabrikant. Ik hoor een ie maar schrijf een i in een tweeklank: woorden net als radio. Aardrijkskundige

Nadere informatie

Toelichting bij de kaartjes die in het opzoekboekje spelling en werkwoordspelling zijn opgenomen

Toelichting bij de kaartjes die in het opzoekboekje spelling en werkwoordspelling zijn opgenomen Toelichting bij de kaartjes die in het opzoekboekje spelling en werkwoordspelling zijn opgenomen Van elk kaartje wordt in deze toelichting kort beschreven wat erop staat. Een spellingregel wordt extra

Nadere informatie

(ZAKELIJKE) TAALVERZORGING 2 NEDERLANDS

(ZAKELIJKE) TAALVERZORGING 2 NEDERLANDS (ZAKELIJKE) TAALVERZORGING 2 NEDERLANDS 0 AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG: - Kun je op een juiste manier in meervoud schrijven. - Hoofdletters op een juiste manier gebruiken. - Onbepaalde hoofdtelwoorden

Nadere informatie

2 leerde ze op school. 3 haar met haar. 4 leest boeken uit de. van de stad en gaat graag. 5 zich bij opa en oma. in de, dat is in. 6 Met hun dan over

2 leerde ze op school. 3 haar met haar. 4 leest boeken uit de. van de stad en gaat graag. 5 zich bij opa en oma. in de, dat is in. 6 Met hun dan over Naam Datum Klas Ik luister goed. Ik vul de woorden in. 1 in een 2 leerde ze op school 3 haar met haar 4 leest boeken uit de van de stad en gaat graag naar het zich bij opa en oma in de, dat is in 6 Met

Nadere informatie

Spelling. A. Kijk voor de vormen van de tegenwoordige tijd naar het volgende schema:

Spelling. A. Kijk voor de vormen van de tegenwoordige tijd naar het volgende schema: Spelling 1. Werkwoorden: tegenwoordige tijd A. Kijk voor de vormen van de tegenwoordige tijd naar het volgende schema: ik - je/u/hij/ze t we/jullie/ze en bijvoorbeeld: ik drink ik bied je drinkt je biedt

Nadere informatie

IN DRIE STAPPEN NAAR EEN FOUTLOZE WERKWOORDSPELLING. werkwoordspelling.com M.Kiewit

IN DRIE STAPPEN NAAR EEN FOUTLOZE WERKWOORDSPELLING. werkwoordspelling.com M.Kiewit IN DRIE STAPPEN NAAR EEN FOUTLOZE WERKWOORDSPELLING werkwoordspelling.com M.Kiewit Schematisch overzicht Stap 1: De persoonsvorm De persoonsvorm is het werkwoord dat op de eerste plaats komt te staan als

Nadere informatie

INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD Lesstof Leestekens 2

INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD Lesstof Leestekens 2 LESSTOF Leestekens INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 6 Lesstof Leestekens 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs. De programma s draaien

Nadere informatie

Totaaloverzicht kant-en-klare sjablonen Nederlands Cito spelling 3.0 Cito spelling 2.0 Begrijpend lezen Grammatica Studievaardigheid

Totaaloverzicht kant-en-klare sjablonen Nederlands Cito spelling 3.0 Cito spelling 2.0 Begrijpend lezen Grammatica Studievaardigheid Totaaloverzicht kant-en-klare sjablonen Nederlands Cito spelling 3.0 Cito spelling 2.0 Begrijpend lezen Grammatica Studievaardigheid Werkwoordspelling Woordenschat en uitdrukkingen Naam takenmap Cito Spelling

Nadere informatie

2 Lesstof Leestekens

2 Lesstof Leestekens LESSTOF Leestekens 2 Lesstof Leestekens INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Leestekens 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs. De

Nadere informatie

Indien je de regels uit dit bestand kunt toepassen en je kent de stappen die je in het schema moet maken, dan beheers je de werkwoordspelling goed.

Indien je de regels uit dit bestand kunt toepassen en je kent de stappen die je in het schema moet maken, dan beheers je de werkwoordspelling goed. Regels werkwoordspelling In dit bestand worden de 5 werkwoordsvormen uitgelegd. Het gaat om: 1. Tegenwoordige tijd 2. Verleden tijd 3. Voltooid deelwoord 4. Onvoltooid deelwoord 5. Bijvoeglijk gebruikt

Nadere informatie

Het Muiswerkprogramma Leestekens op maat is een programma voor het aanleren van een juist gebruik van leestekens.

Het Muiswerkprogramma Leestekens op maat is een programma voor het aanleren van een juist gebruik van leestekens. Leestekens op maat Het Muiswerkprogramma Leestekens op maat is een programma voor het aanleren van een juist gebruik van leestekens. Doelgroepen Leestekens op maat Leestekens op maat is bedoeld voor groep

Nadere informatie

instapkaarten taal verkennen

instapkaarten taal verkennen 6 instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema

Nadere informatie

Leestekens op maat is een programma voor het aanleren van een juist gebruik van leestekens.

Leestekens op maat is een programma voor het aanleren van een juist gebruik van leestekens. Leestekens op maat is een programma voor het aanleren van een juist gebruik van leestekens. Doelgroepen Leestekens op maat Leestekens op maat is bedoeld voor groep 7 en 8 van het basisonderwijs, voor de

Nadere informatie

Jaarplanning spelling

Jaarplanning spelling Week 1 Jaarplanning spelling medeklinker(s) en klinkers die door 1 letter worden weergegeven (pen, bol) Kinderen spellen woorden die zijn samengesteld uit 2 eerder geleerde woorden (fietsbel, taalschrift,

Nadere informatie

De bovenkamer. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands. colofon

De bovenkamer. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands. colofon Josée Coenen De bovenkamer een kleurrijke grammatica van het Nederlands colofon Dit overzicht is samengesteld door Josée Coenen, auteur van De bovenkamer. Vormgeving Marjo Starink Bazalt 2016 Voor meer

Nadere informatie

Studiewijzer TaalCompetent

Studiewijzer TaalCompetent TaalCompetent - Studiewijzer 1 Studiewijzer TaalCompetent leer-/werkboek basisvaardigheden taalbeheersing Nederlands 1 Werken met TaalCompetent 2 Overzicht uitwerkingen 3 Taaltoetsen voor de pabo 4 Kennistrainingen

Nadere informatie

instapkaarten taal verkennen

instapkaarten taal verkennen 7 instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema

Nadere informatie

Thema 10. We ruilen van plek

Thema 10. We ruilen van plek Thema 10 We ruilen van plek Les 10.1 1. zakenreis 2. industrieën 3. raketten 4. percentage 5. demonstratie Les 1 gouden, ziekenhuis In het ankerverhaal staat dat de moeder van Gaby Pak kersen geeft in

Nadere informatie

Over dit boek 13 1 Zinsbouw

Over dit boek 13 1 Zinsbouw INHOUD Over dit boek 13 1 Zinsbouw 17 1.1 Inleiding 17 1.2 Werkwoorden 19 1.2.1 Werkwoordsvolgorde 19 1.2.2 Meervoud of enkelvoud? 21 1.2.2.1 Onduidelijk onderwerp 21 1.2.2.2 Hoeveelheidsaanduider 22 1.2.2.3

Nadere informatie

Hoe werk ik een opdracht uit?

Hoe werk ik een opdracht uit? Taalwijzers Hoe werk ik een opdracht uit? Hoe schrijf ik een volzin? Hoe verklaar ik een moeilijk woord? Hoe vervoeg ik werkwoorden? Hoe lees ik een zakelijke tekst? Welk lidwoord moet ik gebruiken? Hoe

Nadere informatie

Zbeling Sbeling Speling Spelling

Zbeling Sbeling Speling Spelling Zbeling Sbeling Speling Spelling Beknopt overzicht spellingregels: Meervoud van zelfstandige naamwoorden -s of s: Als er geen uitspraakprobleem is, schrijf je de -s vast: horloges, cafés, bureaus, milieus,

Nadere informatie

De bovenkamer. Het gebruik van De bovenkamer bij Taal actief. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands

De bovenkamer. Het gebruik van De bovenkamer bij Taal actief. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands Josée Coenen De bovenkamer een kleurrijke grammatica van het Nederlands Het gebruik van De bovenkamer bij Taal actief Bij de verschillende onderdelen van Taal actief kunt u onderdelen uit De bovenkamer

Nadere informatie

Spelling & Formuleren. Week 2-7

Spelling & Formuleren. Week 2-7 Spelling & Formuleren Week 2-7 Tentamenstof Boek: Praktische cursus Spelling 6e druk Auteur: M. Klein & M. Visscher Alle hoofdstukken behalve hoofdstuk 4 Proeftentamens zie Blackboard Succes! TEGENWOORDIGE

Nadere informatie

Inhoud. 1 Spelling 5. Noordhoff Uitgevers bv

Inhoud. 1 Spelling 5. Noordhoff Uitgevers bv Inhoud 1 Spelling 5 1 geschiedenis van de nederlandse spelling in vogelvlucht 11 2 spellingregels 13 Klinkers en medeklinkers 13 Spelling van werkwoorden 14 D De stam van een werkwoord 14 D Tegenwoordige

Nadere informatie

Eigen vaardigheid Taal

Eigen vaardigheid Taal Eigen vaardigheid Taal Door middel van het beantwoorden van de vragen in dit blok heeft u inzicht gekregen in uw kennis en vaardigheden van de grammatica en spelling van de Nederlandse taal. In het overzicht

Nadere informatie

oefenen met spelling A

oefenen met spelling A oefenen met spelling A Oefenen met spelling A 0 Spellingsproblemen Cd-rom A eenvoudige eenlettergrepige woorden eenvoudige eenlettergrepige woorden woordbegin: sp, sl, st, tr woordeind: twee medeklinkers

Nadere informatie

B fwordt v Bij de meeste Nederlandse woorden die eindigen op een f, verandert in het meervoud de fin de v.

B fwordt v Bij de meeste Nederlandse woorden die eindigen op een f, verandert in het meervoud de fin de v. Meervouden A + s, en, of eren De meeste zelfstandige naamwoorden kunnen in het enkelvoud en in het meervoud voorkomen. In de Nederlandse taal kan dat op drie manieren. Voorbeelden + s tafel - tafels broer

Nadere informatie

5 Niet meer twijfelen 107 Geweest is/is geweest 107 Vele of velen? 108 Hen/hun/ze 110 U/uw, jou/jouw 111 Als/dan 111 Dat/wat 113 Dat/die 115

5 Niet meer twijfelen 107 Geweest is/is geweest 107 Vele of velen? 108 Hen/hun/ze 110 U/uw, jou/jouw 111 Als/dan 111 Dat/wat 113 Dat/die 115 Inhoud Inleiding 13 1 De vaart erin 17 Gebruik verzorgde spreektaal 17 Te ouderwets 17 Checklist ouderwets woordgebruik 19 Te populair 23 Vermijd de lijdende vorm 24 Hoe herkent u de lijdende vorm? 25

Nadere informatie

1 WOORDSOORTEN 3 2 ZINSDELEN 8

1 WOORDSOORTEN 3 2 ZINSDELEN 8 Deel 1 Grammatica 1 1 WOORDSOORTEN 3 1.1 Tot welke woordsoort behoren de onderstreepte woorden in de volgende zinnen? 3 1.2 Multiple choice. Benoem de onderstreepte woorden 4 1.3 Benoem de onderstreepte

Nadere informatie

Benodigde voorkennis taal verkennen groep 5

Benodigde voorkennis taal verkennen groep 5 Taal actief 4 taal verkennen groep 5-8 taal verkennen groep 5 In dit document een overzicht opgenomen van de benodigde voor de lessen Taal verkennen groep 5. Deze kenn maakt onderdeel uit van de leerlijn

Nadere informatie

Inhoud. 1 Spelling 10

Inhoud. 1 Spelling 10 Inhoud 1 Spelling 10 1 geschiedenis van de friese spelling (stavering) in het kort 10 2 spellingregels 12 Hulpmiddelen 12 Klinkers en medeklinkers 12 Lettergrepen 13 Stemhebbend en stemloos 13 Basisregels

Nadere informatie

Compacte taalgids Nederlands (basis en gevorderd) les- en werkboek

Compacte taalgids Nederlands (basis en gevorderd) les- en werkboek Compacte taalgids Nederlands (basis en gevorderd) les- en werkboek Bezoek- en postadres: Bredewater 16 2715 CA Zoetermeer info@uitgeverijbos.nl www.uitgeverijbos.nl 085 2017 888 Aan de totstandkoming van

Nadere informatie

Dyslexiebehandeling. Informatiepakket leerkracht:

Dyslexiebehandeling. Informatiepakket leerkracht: Dyslexiebehandeling Informatiepakket leerkracht: - Werkwijze bij Onderwijszorg Nederland (ONL) - Klankenschema - Stappenplan - Kopie overzichts-steunkaart - Uitleg losse steunkaarten - Uitleg steunkaart

Nadere informatie

2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12

2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12 Inhoudsopgave 1 Русский алфавит Het Russische alfabet 10 2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12 3 Фонетика Fonetiek

Nadere informatie

schrijf je meestal ch, behalve bij hij ligt, hij legt en hij zegt dan schrijf je ij dan schrijf je ij

schrijf je meestal ch, behalve bij hij ligt, hij legt en hij zegt dan schrijf je ij dan schrijf je ij Groep 8 Spelling Thema 1 Je zit op mijn lip woorden met ng (tong) woorden met cht (lucht) woorden met ei (reis) woorden met ij (ijs) hoor je de zingende /n/, dan schrijf je -ng hoor je na een korte klank

Nadere informatie

NEDERLANDS HELDER EN CORRECT

NEDERLANDS HELDER EN CORRECT NEDERLANDS HELDER EN CORRECT Praktische richtlijnen voor spreken en schrijven Peter Debrabandere Acco Leuven / Den Haag INHOUDSOPGAVE INLEIDING 13 1 HET NEDERLANDS IN VLAANDEREN 17 1.1 Enkele aspecten

Nadere informatie

instapkaarten taal verkennen

instapkaarten taal verkennen instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema 3

Nadere informatie

3 LEERPLANDOELEN. De basisschool stelt zich als streefdoel voor taalbeschouwing:

3 LEERPLANDOELEN. De basisschool stelt zich als streefdoel voor taalbeschouwing: 3 LEERPLANDOELEN De basisschool stelt zich als streefdoel voor taalbeschouwing: Een kind wil, durft en kan op zijn niveau nadenken over aspecten van het taalgebruik en het taalsysteem door taalverschijnselen

Nadere informatie

BLOK 2: les 1 en 2. groep 4) en leren de woorden correct te schrijven (cat. 14) REGEL: 14: Lange klanken aan het eind van een klankgroep:

BLOK 2: les 1 en 2. groep 4) en leren de woorden correct te schrijven (cat. 14) REGEL: 14: Lange klanken aan het eind van een klankgroep: BLOK 1: les 1 en 2 Het voorvoegsel be-, ge-, ver-, me-, te- in een woord hetkennen en het woord correct teschrijven (cat. 11c) 11c: Wooden met een stomme e vooraan: In woorden die beginnen met be-, ge-,

Nadere informatie

Als je woorden goed uit wilt spreken, is het belangrijk dat je weet waar een lettergreep begint en waar hij eindigt.

Als je woorden goed uit wilt spreken, is het belangrijk dat je weet waar een lettergreep begint en waar hij eindigt. Lettergrepen Als je woorden goed uit wilt spreken, is het belangrijk dat je weet waar een lettergreep begint en waar hij eindigt. Om een woord in lettergrepen te verdelen, kijken we naar de klinkers. Als

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Klas: IG3v (Docent: RKW) D Week: 13 t/m 24 Onderdeel: Grammatica Woordsoorten Nieuw Nederlands. 3 vwo. 5 e editie Hoofdstuk 1, 2, 3, 4 en 5 Werkwoorden en persoonlijke, bezittelijke, wederkerende, aanwijzende,

Nadere informatie

naamwoord naamwoord 1F enkelvoud van zelfstandig 1F meervoud van zelfstandig 1F zelfstandig naamwoord 1F lidwoord 1F werkwoord 1F samenstelling

naamwoord naamwoord 1F enkelvoud van zelfstandig 1F meervoud van zelfstandig 1F zelfstandig naamwoord 1F lidwoord 1F werkwoord 1F samenstelling GROEP 4 1F hakwoord (1) 1F plankwoord (4) 1F eeuw-ieuw-woord (7) 1F klankgroepenwoord (10) f>v, s>z (10) één woord met twee één woord met drie één woord met meer X ordenen van de letters ei-plaat uitbreiden

Nadere informatie

instapkaarten spelling

instapkaarten spelling instapkaarten spelling inhoud instapkaarten spelling thema 1 les 1/13a cat. 13 a/b 1 thema 1 les 3/13b volt. dw. 2 thema 1 les 5/14a cat. 16 a/b 3 thema 1 les 7/14b volt. dw. 4 thema 1 les 9/15a cat. 16d

Nadere informatie

OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER

OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER BOL/BBL NEDERLANDS 3F module 1 Taalbegrip en taalverzorging basisfase Cohort 2018 2021 kwartiel 1 en 2 DOELSTELLINGEN: 1. Aan

Nadere informatie

Woordsoorten. De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort.

Woordsoorten. De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort. Woordsoorten De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort. Woord Uitleg Voorbeeld Werkwoord Lidwoord Zelfstandig Bijvoeglijk

Nadere informatie

Overzicht categorieën Taal actief groep 7

Overzicht categorieën Taal actief groep 7 Overzicht categorieën Taal actief groep Introductie Onderstaand treft u in de eerste kolom het nummer van de categorie aan zoals die voorkomt in Taal actief, in de tweede kolom de omschrijving, in de derde

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2015-2016 Onderdeel: Spelling week 1 t/m week 3 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan een deel

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2015-2016 Onderdeel: Spelling Lesperiode: week 1 t/m week 3 Aantal lessen per week: 4 Methode: Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van

Nadere informatie

instapkaarten spelling

instapkaarten spelling instapkaarten spelling inhoud instapkaarten spelling thema 1 les 1/13a cat. 13 a/b 1 thema 1 les 3/13b volt. dw. 2 thema 1 les 5/14a cat. 16 a/b 3 thema 1 les 7/14b volt. dw. 4 thema 1 les 9/15a cat. 16d

Nadere informatie

71 S. instapkaarten taal verkennen 5KM. MALtABERG. QVRre. v;rw>r t. -t.

71 S. instapkaarten taal verkennen 5KM. MALtABERG. QVRre. v;rw>r t. -t. v;rw>r t 7 S SS QVRre F9 - -t. t- L 5KM i r MALtABERG instapkaarten taal verkennen S -4 taal verkennen komt er vaak een -e achter. Taa actief. instapkaarten taal verkennen. groep 8 Maimberg s-hertogenbosch

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Onderdeel: Grammatica zinsdelen 1F Grammaticale kennis: onderwerp, lijdend voorwerp, hoofdzin, bijzin, gezegde, persoonsvorm. 1E Grammaticale kennis: meewerkend voorwerp. 2E Grammaticale kennis: bijwoordelijke

Nadere informatie

Onderdeel: Spelling Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: Spelling Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Vak: Nederlands Klas: IG2 MH/HV Onderdeel: Spelling week 1 t/m week 4 Aantal lessen per week: 2 Methode: Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: 1 & 2 Blz. 33 t/m 35 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling

Nadere informatie

OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER / ZUTPHEN STUDIEWIJZER

OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER / ZUTPHEN STUDIEWIJZER OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER / ZUTPHEN STUDIEWIJZER BOL/BBL NEDERLANDS 2F module 1 Taalbegrip en taalverzorging basisfase Cohort 2018 2021 kwartiel 1 en 2 DOELSTELLINGEN:

Nadere informatie

Les 5 Werkwoorden 22 Les 6 De persoonsvorm van het werkwoord 24 Les 7 De, het, een 26 Les 8 Het meervoud (op -en, -s of - s) 28 Herhalingstoets 2 30

Les 5 Werkwoorden 22 Les 6 De persoonsvorm van het werkwoord 24 Les 7 De, het, een 26 Les 8 Het meervoud (op -en, -s of - s) 28 Herhalingstoets 2 30 Inhoud Deel 1 Grammaticale vormen Les 1 Letter, woord, zin, getal, cijfer 12 Les 2 Zinnen 14 Les 3 Persoonlijke voornaamwoorden (1) 16 Les 4 Hij / het / je / we / ze 18 Herhalingstoets 1 20 Les 5 Werkwoorden

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Grammatica en Spelling blok 2

Samenvatting Nederlands Grammatica en Spelling blok 2 Samenvatting Nederlands Grammatica en Spelling blok 2 Samenvatting door Babette 1149 woorden 23 juni 2016 9,5 3 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Op niveau Grammatica Vaak zie je aan een zin of de

Nadere informatie

Onderdeel: Spelling Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: Spelling Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Onderdeel: Spelling week 1 t/m week 3 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan een deel zuiver morfologisch

Nadere informatie

BOL / BBL OPLEIDINGEN. (Combi ) VERZORGENDE-IG // MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER

BOL / BBL OPLEIDINGEN. (Combi ) VERZORGENDE-IG // MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER BOL / BBL OPLEIDINGEN (Combi ) VERZORGENDE-IG // MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER BOL / BBL NEDERLANDS 2F module 1 Taalbegrip en taalverzorging basisfase 2022 kwartiel 1

Nadere informatie

Leerlijn Spreken & luisteren groep 5

Leerlijn Spreken & luisteren groep 5 Leerlijn Spreken & luisteren groep 5 Spreken (individueel / gesprekken voeren): Luisteren: Een monoloog houden in een kleine groep, duidelijk verwoorden wat ze bedoelen. Een gesprek (overleg) voeren in

Nadere informatie

Werkwoorden: de belangrijkste valkuilen

Werkwoorden: de belangrijkste valkuilen 1 Werkwoorden: de belangrijkste valkuilen 1.1 Hoe zit het ook alweer met dat kofschip? We hebben in het Nederlands regelmatige werkwoorden (werken werkte gewerkt) en onregelmatige werkwoorden (zien zag

Nadere informatie

De persoonsvorm vind je door de tijd in de zin te veranderen. De werkwoorden die mee veranderen zijn persoonsvormen.

De persoonsvorm vind je door de tijd in de zin te veranderen. De werkwoorden die mee veranderen zijn persoonsvormen. Samenvatting door een scholier 2350 woorden 20 maart 2012 5.8 109 keer beoordeeld Vak Nederlands Hoofdstuk 1 Werkwoordspelling 1.1 Persoonsvorm De persoonsvorm vind je door de tijd in de zin te veranderen.

Nadere informatie

Leestekens 3F. Doelgroepen Leestekens 3F. Omschrijving Leestekens 3F

Leestekens 3F. Doelgroepen Leestekens 3F. Omschrijving Leestekens 3F Leestekens 3F De stof van Leestekens 3F volgt ongeveer dezelfde indeling als de eerdere delen, maar opbouw is cumulatief. Kwamen in Leestekens 1F vooral eenvoudige zinnen en woorden aan bod en kwamen langzamerhand

Nadere informatie

Huiss%jlbrochure. Schrij0ips. 1. Kleine of hoofdle6er?

Huiss%jlbrochure. Schrij0ips. 1. Kleine of hoofdle6er? Huiss%jlbrochure Schrij0ips 1. Kleine of hoofdle6er? Beroepen krijgen een kleine le6er. ministerie minister Afgeleiden krijgen ook een kleine letter: gedeputeerde gouverneur minister-president regeringscommissaris

Nadere informatie

schrijf je meestal ch, behalve bij ik lig, ik leg en ik zeg. Dan schrijf je ij. Dan schrijf je ij.

schrijf je meestal ch, behalve bij ik lig, ik leg en ik zeg. Dan schrijf je ij. Dan schrijf je ij. Groep 6 Spelling Thema 1 Op heterdaad betrapt ng (tong) ch (pech) ei (reis) ij (ijs) Hoor je de zingende /n/, dan schrijf je ng. Hoor je na een korte klank /g/, dan schrijf je meestal ch, behalve bij ik

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Onderdeel: Hoofdstuktoets [Je leert over] onderwerp, deelonderwerpen en hoofgedachte. 2F Ik kan onderwerp en deelonderwerpen van een tekst vinden. 2F Ik kan de hoofdgedachte van een tekst vinden. 2F Ik

Nadere informatie

1. morgen krijgen we duitsers op bezoek. 2. in onze klas zitten ook kinderen uit irak, somalië en marokko. 3. ik doe boodschappen bij de aldi.

1. morgen krijgen we duitsers op bezoek. 2. in onze klas zitten ook kinderen uit irak, somalië en marokko. 3. ik doe boodschappen bij de aldi. 2 Hoofdletter Wanneer gebruik je een hoofdletter? Aan het begin van de zin Morgen kom ik. Als de zin met een apostrof begint, krijgt het tweede woord een hoofdletter: s Morgens werk ik. t Gaat goed. Bij

Nadere informatie

Spelling 1F. Doelgroepen Spelling 1F. Omschrijving Spelling 1F

Spelling 1F. Doelgroepen Spelling 1F. Omschrijving Spelling 1F Spelling 1F Spelling 1F bestrijkt de basisregels van de Nederlandse spelling die op de basisschool worden aangeleerd en waarmee leerlingen in het voortgezet onderwijs meestal verder oefenen. Doelgroepen

Nadere informatie

i n h o u d Inhoud Inleiding

i n h o u d Inhoud Inleiding V Inhoud Inleiding IX 1 Informatie structureren 1 1.1 Onderwerp in kaart brengen 1 1.1.1 Je doel vaststellen 1 1.1.2 De lezers inschatten 2 1.1.3 Het onderwerp afbakenen 3 1.1.4 Van ideeën naar mindmap

Nadere informatie

instapkaarten spelling

instapkaarten spelling 7 instapkaarten spelling inhoud instapkaarten spelling Spelling thema 1 les 1/13a cat. 10 a/b 1 thema 1 les 3/13b t.t. 2 thema 1 les 5/14a cat. 33 a/b 3 thema 1 les 7/14b t.t. 4 thema 1 les 9/15a cat.

Nadere informatie

Spelling Werkwoorden. Doelgroep Spelling Werkwoorden. Omschrijving Spelling Werkwoorden

Spelling Werkwoorden. Doelgroep Spelling Werkwoorden. Omschrijving Spelling Werkwoorden Spelling Werkwoorden Spelling Werkwoorden is een programma voor het leren schrijven van de werkwoordsvormen. Deze module behandelt de spelling van infinitief, tegenwoordige tijd, verleden tijd, voltooid

Nadere informatie

Toetsenperiode juni 2018

Toetsenperiode juni 2018 Toetsenperiode juni 2018 DATUM TOETSEN maandag 4 juni 18 Fietscontrole (+ toets U19) dinsdag 5 juni 18 spreekbeurt (nrs 12-21) woensdag 6 juni 18 getallenkennis + creatief schrijven donderdag 7 juni 18

Nadere informatie

Lesbrief groep 5/6. Beste ouders,

Lesbrief groep 5/6. Beste ouders, Lesbrief groep 5/6 Beste ouders, Het is al weer een tijdje geleden dat we een lesbrief aan jullie hebben gestuurd. Maar met de start op onze prachtige nieuwe school, ook gelijk maar een doorstart met de

Nadere informatie

Spelling en interpunctie

Spelling en interpunctie BASISVAARDIGHEDEN Spelling en interpunctie SLAAG VOOR DE TAAL- TOETS! tmarja Bout, Han de Bruijn PABO Derde druk + EXTRA TRAINING TAALTOETS-PABO Basisvaardigheden spelling en interpunctie Basisvaardigheden

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende regel De stam van werkwoorden kunnen noteren

Nadere informatie

instapkaarten taal verkennen

instapkaarten taal verkennen -b fl41..- 1 rair î ; : ; - / 0 t- t-, 9 S QURrz 71 1 t 5KM 1o r MALNBERG St 4) 4 instapkaarten ji - S 1,1 1 thema 5 1 les 2 S S S - -- t. Je leert hoe je van het hele werkwoord een voltooid deelwoord

Nadere informatie

THERAPIEPLAN Logopedie

THERAPIEPLAN Logopedie NAAM: Geboortedatum:. Klas:.. THERAPIEPLAN Logopedie Bron: GWP Taal School Ter Elst Therapiedoelen Articulatie Domein Doel nr. Opmerkingen - Mondmotoriek - Correct uitspreken van de klinkers - Correct

Nadere informatie

1. poes Luisterweg Ik luister goed naar het woord, Dan schrijf ik het zoals het hoort.

1. poes Luisterweg Ik luister goed naar het woord, Dan schrijf ik het zoals het hoort. 1. poes 2. draak 3. muts 4. wolk Duo betekent twee De /u/ doet dus niet mee 5. krant 6. schaap Hoor je na een s een /g/? Dan schrijf je ch en nooit een g! 7. feest / vier Ik verdeel het woord in klankgroepen.

Nadere informatie

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 5 en 6 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 5 en 6 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1. Spelling op maat 2 De programma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 2 is het tweede deel van deze leerlijn.

Nadere informatie

π (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46

π (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46 Inhoud Inleiding 6 1 Wie? (mensen) Wat? (dieren en dingen) 10 π Het zelfstandig naamwoord (man, vrouw, Jan) 12 π Het zelfstandig naamwoord, meervoud (lepels, bloemen) 13 π Het zelfstandig naamwoord, verkleinwoord

Nadere informatie