INFORMATIE 3 DECENTRALISATIES:

Transcriptie

1 INFORMATIE 3 DECENTRALISATIES: t.b.v. Vaste Commissie Gemeenteraad 9 sept Transitie AWBZ naar WMO 2 2. Transitie Jeugdzorg 5 3. Participatiewet Advertentie in de Omstreeks los toegevoegd Raadsinformatie_3Transities.docx 1/15 9 september 2014

2 1. Stand van zaken transitie AWBZ naar WMO 1. Het wetstraject Wmo 2015 is inmiddels afgerond. Na de Tweede Kamer heeft de Eerste Kamer inmiddels ook na plenaire behandeling op 8 juli 2014 ingestemd met het wetsvoorstel. Het besluit van 9 juli 2014 tot inwerkingtreding van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 is op 18 juli 2014 gepubliceerd in het Staatsblad. Hiermee is de Wmo per 1 januari 2015 een feit. 2. Cliëntondersteuning (MEE) in 2015 De colleges van B&W hebben in mei 2014 een besluit genomen om een groot deel van de middelen voor cliëntondersteuning (ca. 85%) te bestemmen voor een opdracht aan MEE. Uitgangspunten hierbij waren de middelen die MEE ter beschikking had in Op basis van de meicirculaire 2014 is echter gebleken dat de rijksmiddelen in 2015 voor cliëntondersteuning 14% lager zijn dan in het jaar In de regio wordt op dit moment gekeken welke consequenties dit heeft voor de afspraken met MEE. De mogelijke effecten worden meegenomen bij het voorstel voor een heldere opdracht aan MEE vóór 1 oktober Wmo-middelen Land van Cuijk, Meicirculaire Op 30 mei 2014 is de meicirculaire 2014 gemeentefonds beschikbaar gekomen. Hierin zijn ook de beschikbare middelen voor de nieuwe taken in de Wmo per 1 januari 2015 opgenomen. De middelen voor beschermd wonen worden beschikbaar gesteld aan de centrumgemeente (Oss). Deze zijn dus niet meegenomen in de onderstaande tabel. Voor het Land van Cuijk is de aanvulling vanuit het Rijk op de Wmo-middelen als volgt: Tabel 1 Gemeente Nieuw budget Wmo 2015 Boxmeer Cuijk Grave Mill en Sint Hubert Sint Anthonis Totaal Land van Cuijk Regionaal Wmo-beleidsplan deel 2. Inmiddels is in alle gemeenten van het Land van Cuijk het voorstel voor vaststelling van het beleidsplan deel 2 aangeboden door de colleges ten behoeve van het raadstraject van september In het Wmo-beleidsplan (deel 1 en 2) vertellen de 12 samenwerkende gemeenten van deze regio hoe zij de nieuwe wet Wmo 2015 gaan uitvoeren. Dat doen zij op basis van een gezamenlijke visie. Het beleidsplan is een belangrijke basis voor een verdere uitwerking van het Wmo beleid. 5. Regionale inkoop. Op dit moment worden de voorbereidingen getroffen om de regionale inkoop voor het jaar 2015 te organiseren. De gemeente Oss zal deze taak gaan vervullen. Ook de gemeenten in het Land van Cuijk hebben inmiddels in de colleges een besluit genomen over de regionale samenwerking opdrachtgeverschap Wmo en inkoopafspraken voor het jaar Om deze taak goed te vervullen zijn verdere afspraken met de regiogemeenten noodzakelijk. De WMO wijzigt per 1 januari 2015 en verplicht de gemeenten tot het uitvoeren van extra taken, vooral als gevolg van decentralisatie van taken uit de AWBZ. Voor een aantal van deze taken is regionale inkoop op het gebied van ondersteuning gewenst. De gemeenten in Brabant Noordoost-oost hebben aangegeven hierin te willen samenwerken. Daarvoor is een samenwerkingsmodel uitgewerkt in de vorm van een centrumregeling. Deze samenwerkingsregeling sluit zoveel mogelijk aan bij de gekozen samenwerkingsvorm voor de jeugdzorg. In de centrumregeling is voorzien dat de gemeente Oss de rol van centrumgemeente invult. In het regionale portefeuillehoudersoverleg BNO-o d.d. 4 september 2014 is hiervoor een voorstel ingebracht. De kosten voor de gemeenten voor deze centrumregeling Wmo Brabant Noordoost-oost en de wijze van risicoverdeling zijn nog niet bekend. De centrumgemeente zal deze kosten, na advies van het portefeuillehoudersoverleg WMO, jaarlijks laten vaststellen door de colleges van de betreffende gemeenten. Het voorstel is binnen het Land van Cuijk besproken. De regeling vertoont veel overeenkomsten met de centrumregeling voor Jeugd. Voor de andere nieuwe taken wordt een voorbehoud gemaakt. Naast een aantal specifieke opmerkingen over de opgenomen artikelen is met name het gemis van een financiële onderbouwing voor deze constructie een belangrijk aandachtspunt. Het is niet wenselijk om Raadsinformatie_3Transities.docx 2/15 9 september 2014

3 in te stemmen met de centrumregeling-constructie als de financiële consequenties van deze keuze niet helder zijn. 6. Wmo-verordening beschikbaar voor inspraak. In het Land van Cuijk is de conceptverordening Wmo 2015 inmiddels in juli 2014 vrijgegeven voor inspraak. Om de gezamenlijke Wmo-adviesraden in het Land van Cuijk goed te informeren over het voorgelegde concept is een informatiebijeenkomst georganiseerd op 16 juli jl. De adviesraden hebben een uitgebreide toelichting gekregen op het concept. Daarnaast was er volop gelegenheid voor het stellen van vragen. Het advies van de gezamenlijke Wmo-adviesraden uit het Land van Cuijk wordt meegenomen bij de inventarisatie van alle reacties op het concept. De conclusie zal worden verwerkt in het college-/raadsadvies voor het traject definitieve vaststelling Wmo-verordening In de planning is er van uitgegaan dat de gemeenteraden vóór 1 november 2014 een nieuwe Wmo-verordening hebben vastgesteld. Naast de vast te stellen Wmo-verordening wordt ook nog gewerkt aan nadere Wmo-beleidsregels. Deze nadere beleidsregels worden eveneens regionaal afgestemd en in het 4 e kwartaal 2014 ter vaststelling bij de individuele colleges aangeboden. 7. Overgangsrecht. Het jaar 2015 geldt als een overgangsjaar. Hiervoor zal in het communicatietraject met de doelgroep extra aandacht zijn. Dat betekent dat er in dat jaar nog niet zo veel verandert voor mensen met een AWBZ-indicatie (bijvoorbeeld voor begeleiding, dagbesteding of kortdurend verblijf) en mensen met een persoonsgebonden budget (Pgb). De zorg en ondersteuning wordt onder dezelfde condities geleverd als in de AWBZ. Dit betekent overigens niet per definitie dat de zorg of ondersteuning door dezelfde aanbieder geleverd wordt of op dezelfde wijze wordt ingevuld. Het is belangrijk om mensen op dit laatste aspect te wijzen. Gemeenten moeten immers binnen andere kaders de nieuwe functies uitvoeren. 8. Wmo-communicatietraject Land van Cuijk. Vanuit de gemeente Oss is er voor de gemeenten in de regio Brabant Noordoost-oost op 24 juni 2014 in het kader van het communicatietraject voor de transities AWBZ en Jeugdzorg een platformbijeenkomst voor betrokken organisaties in de regio georganiseerd. Dit onder het communicatiethema voor de genoemde transities in de regio samen komen we verder. Doel van deze dag was om concrete handvatten en tools aan te reiken waar organisaties maar ook individuele gemeenten mee aan de slag kunnen. Inmiddels is ook een regionale website ingericht met informatie over de transities in de regio: In het Land van Cuijk is vanaf juli 2014 een werkgroep communicatie actief die zich heeft gebogen over de concrete uitwerking van de communicatie met de doelgroep. Ook de Wmo-adviesraden worden hierbij bediend. Voor de doelgroep zijn inmiddels een aantal vormen nader uitgewerkt. De informatie begint redelijk algemeen en zal naarmate 1 januari 2015 in beeld komt steeds specifieker worden. Ook is er aandacht voor zogenaamde veel gestelde vragen ( FAQ s). Informatie zal worden aangeboden via de gemeenterubrieken, websites, overige communicatiekanalen van gemeenten, maar ook zo nodig via brieven op cliëntniveau. Het is belangrijk om het communicatietraject voor de gemeenten in het Land van Cuijk integraal, dus in goede afstemming met Jeugd en Participatie, uit te voeren. 9. Implementatieplan Wmo 2015 Land van Cuijk. De kaders en uitgangspunten voor de uitvoering van de Wmo 2015 zijn helder geformuleerd en leiden tot een nieuwe fase: de implementatiefase. De implementatiefase: hoe vertalen we de gestelde kaders en uitgangspunten naar de praktijk? Regionaal en/of door centrumgemeente Oss worden al veel thema s opgepakt (inkoop begeleiding, beschermd wonen enz.). Een aantal thema s moet echter ook nog lokaal of in subregionaal verband nader worden afgestemd. Hiervoor is in het Land van Cuijk een implementatieplan opgesteld. Aan de hand van 5 hoofdonderwerpen komen alle noodzakelijke thema s aan bod waar de komende tijd nog acties voor moeten worden uitgezet. De 5 hoofdthema s thema s inclusief planning zijn: 1. Beleid en financiën 2. Organisatie en gegevens 3. Communicatie 4. Inkoop 5. Toegang 10. Wtcg en CER De Wet tegemoetkoming chronisch zieken (Wtcg) en Compensatie Eigen Risico (CER) vervalt. Het budget voor deze regelingen incl. een flinke bezuiniging blijft bestaan en wordt overgeheveld naar de Raadsinformatie_3Transities.docx 3/15 9 september 2014

4 gemeenten. Gemeenten mogen dit budget naar eigen inzicht inzetten. Vóór 1 januari 2015 moet een helder beleid zijn vastgesteld. Denkrichting vanuit het LvC is om de Wtcg en CER gelden over te hevelen naar de bijzondere bijstand en dus niet uit te geven in de Wmo. Het voorstel voor de Wtcg en CER bestaat uit twee stappen: Stap 1 is het voornemen om vanaf 2015 de eigen bijdrage voor minimum inkomens niet te innen. Welke middelen hiermee gemoeid zijn en hoe dit ingeregeld kan worden, wordt pas duidelijk als alle (nieuwe) klanten bekend zijn die hiervoor in aanmerking komen. Stap 2 zal in 2015 plaatsvinden. Het gaat hierbij om het opplussen van het pakket voor de collectieve ziektekosten-verzekering en het verstrekken van bijzondere bijstand. In 2015 zal deze regeling nader worden uitgewerkt. Kortom de voorkeur gaat uit naar compensatie voor meerkosten via minimabeleid en bijzondere bijstand. Oplossingen lopen via het CAK en de CZV, omdat dit arbeidsluw is. Kernpunt bij het kiezen voor bovenstaande denkrichting is dat de middelen Wtcg/ CER niet ten goede komen aan de Wmo, maar aan de bijzondere bijstand. 11. Mantelzorgwaardering. Voor de ondersteuning van mantelzorgers moeten nog een aantal zaken geregeld worden: 1. In 2014 heeft het rijk eenmalig extra middelen beschikbaar gesteld ter ondersteuning van mantelzorgers. Wel of niet overhevelen naar 2015?; 2. Het breed geformuleerde mantelzorgbeleid LvC wel of niet handhaven?; 3. Hoe geven we in het Land van Cuijk de mantelzorgwaardering vorm?. Het breed opgestelde mantelzorgbeleid LvC (punt 2) voldoet aan de criteria van de Wmo Er hoeft geen nieuw beleid te worden opgesteld. 12. Eerste gegevensoverdracht vanuit de AWBZ op een feit. Het ministerie van VWS heeft op 23 juli 2014 via het CAK-portal de eerste uitlevering van gegevens van AWBZ-cliënten beschikbaar gesteld aan gemeenten. De overdracht heeft betrekking op de cliënten die per 1 januari 2015 onder de Wmo gaan vallen. De gegevensbestanden worden vier maal uitgeleverd om zo volledig mogelijk te zijn. Alle mutaties, waaronder nieuwe indicatiebesluiten en nieuwe declaratiegegevens worden op die manier bekend bij gemeenten (die telkens een compleet bestand met alle cliënten krijgen). De drie volgende uitleverdata zijn: eind september 2014, medio november 2014 en eind februari In onderstaande tabellen zijn het aantal cliënten met een geldige extramurale indicatie (op ) voor AWBZ-zorg opgenomen die overgaan naar de Wmo. Hierbij is eveneens een splitsing gemaakt tussen de personen die vallen onder de individuele gemeenten in het Land van Cuijk (tabel 2) en de aantallen die vallen onder de centrumgemeente Oss (tabel 3: beschermd wonen). De gegevens voor Jeugd zijn niet in dit overzicht verwerkt. Tabel 2 Gemeente Indicaties (CIZ) PGB verstrekking ZIN verstrekking Totaal PGB/ZIN Boxmeer Cuijk Grave Mill en Sint Hubert Sint Anthonis Totaal Tabel 3 Voor Centrumgemeente Indicaties (CIZ) PGB verstrekking ZIN verstrekking Totaal PGB/ZIN Vanuit Boxmeer Vanuit Cuijk Vanuit Grave Vanuit Mill en Sint Hubert Vanuit Sint Anthonis Totaal Raadsinformatie_3Transities.docx 4/15 9 september 2014

5 2. Jeugdzorg Dia 1 TRANSITIE &TRANSFORMATIE JEUGDZORG Implementatieplan Beleidsplan Jeugd Verordening Centrumregeling Dia 2 Implementatieplan Planning wat geregeld moet zijn Basis is eerder vastgestelde Functioneel Ontwerp Op twee onderdelen beslissingen college en raad: Beleidsplan en Verordening Centrumregeling: juridische constructie rondom regionale samenwerking en de financiering van inkoop Op 1 november 2015 moet alles beslist zijn Raadsinformatie_3Transities.docx 5/15 9 september 2014

6 Dia 3 Beleidsplan en Verordening Beleidsplan is opdracht uit de Jeugdwet( art. 2.2) Geeft richting aan te nemen beslissingen inzake inzet en organisatie van alle vormen van jeugdhulp bv. mandaat Voor uitvoer is ook Verordening verplicht Verordening is de Jeugdwet op gemeentelijk niveau uitgewerkt Het Beleidsplan en de Verordening moeten beide worden vastgesteld door College en Raad vergezeld van advies van WMO/BPR Uiterlijk 1 november 2014 Dia 4 Inhoud beleidsplan Wat weten we over jeugdhulp in onze gemeente De organisatie van het nieuwe jeugdstelsel Samenhang in sociale domein Financiën, sturing, bekostiging, monitoring Raadsinformatie_3Transities.docx 6/15 9 september 2014

7 Dia 5 Jeugd en Opvoedhulp: 445 trajecten Totaal alle vormen van jeugdzorg* aantal Totaal zorg door Jeugd en Opvoedhulp* aantal Ambulante jeugdzorg aantal Dagbehandeling aantal Residentiële jeugdzorg aantal Pleegzorg aantal Totaal alle vormen jeugd en opvoedhulp Boxmeer Cuijk Grave Mill en Sint Hubert Sint Anthonis Land van Cuijk Totaal BNO Dia 6 Gedwongen jeugd en opvoedhulp: 295 trajecten Totaal zorg door Bureau Jeugdzorg Totaal zorg door Bureau Jeugdzorg* aantal Ondertoezichtstelling (OTS) aantal Voogdij aantal Jeugdreclassering aantal Boxmeer Cuijk Grave Mill en Sint Hubert Sint Anthonis Totaal LvC Totaal BNO Raadsinformatie_3Transities.docx 7/15 9 september 2014

8 Dia 7 jeugd GGZ: 1570 trajecten e lijns J-GGZ e lijns J-GGZ 2e lijns J-GGZ Overige producten GGZ Totaal alle vormen 2012 Boxmeer Cuijk Grave Mill en Sint Hubert Sint Anthonis Land van Cuijk 0 Dia 8 Hoe willen we de zorg (toegang) organiseren? Bekende toegangen tot zorg blijven bestaan CJG s uitbouwen 3 basisteams CJG met ca. 10 professionals per team Grave/Mill Cuijk Boxmeer/Sint Anthonis Sterke & generalistische werkende professionals (vooruitgeschoven) vanuit verschillende organisaties Meer expertise meewerkende zwaardere zorgprofessionals in de teams Manager in dienst van de gemeente? Budget en kwaliteitsregisseur in dienst van de gemeente Sterk inzetten op slim en lean samenwerken Raadsinformatie_3Transities.docx 8/15 9 september 2014

9 Dia 9 Dia Raadsinformatie_3Transities.docx 9/15 9 september 2014

10 Dia 11 Beschikbaar budget Aantal 0 t/m 17 Budget 2015 jarigen Bernheze Boekel Boxmeer Boxtel Cuijk Grave Haaren 's-hertogenbosch Landerd Maasdonk Mill en Sint Hubert Oss Schijndel Sint Anthonis Sint-Michielsgestel Sint-Oedenrode Uden Veghel Vught Regio Dia 12 Budgettoedeling Overzicht reserveringen en budgetbeslag % budgetbeslag van totaalbudget mei'14 a) Totaal budget meicirculaire ' b) Uitvoeringskosten gemeenten ,00 c) Innovatiebudget (BJG) ,00 d) Post onvoorzien ,53 e) PGB ,07 f) Doorstart BJZ ,22 g) Garantie toegang BJZ ,60 h) Landelijk gem VNG-norm ,76 I) Verwacht boven VNG-norm ,31 j) Totaal budgetbeslag ,48 k) Over voor contractering Jeugdhulp , Raadsinformatie_3Transities.docx 10/15 9 september 2014

11 Dia 13 Inzet gemeentelijk budget Budget 2015 Uitvoeringskosten Innovatiebudget PGB-reservering Afdracht t.b.v. meicirculaire 2014 gemeenten (2%) (BJG) (4%) (o.b.v. van werkelijk regionale uitgekeerd bedrag in uitvoering 2012)* Jeugdhulp BNO** Bernheze Boekel Boxmeer Boxtel Cuijk Grave Haaren 's-hertogenbosch Landerd Maasdonk *** Mill en Sint Hubert Oss Schijndel Sint Anthonis Sint-Michielsgestel Sint-Oedenrode Uden Veghel Vught Regio Dia 14 Risico s PGB dekking Gedwongen kader Toegang via huisarts en andere medisch specialisten Formatie basisteam Kwaliteiten basisteam Jongeren tussen 18 en 23 jaar Geen budgetplafond in de verordening mogelijk Onduidelijkheden gewenste organisatie Raadsinformatie_3Transities.docx 11/15 9 september 2014

12 3. Participatiewet Samenhang + samenwerking = verbinding Per 1 januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor maatschappelijke ondersteuning, jeugdzorg en participatie. De beweging die aan de decentralisaties ten grondslag ligt, is de overgang van verzorgingsstaat naar participatiemaatschappij. Het Rijk decentraliseert de taken met flinke kortingen om het systeem ook in de toekomst betaalbaar te houden. De eigen kracht van de burger en zijn netwerk staat centraal. De nadruk verschuift van beperkingen die mensen ondervinden, naar wat mensen kunnen. Dat geldt vanzelfsprekend ook voor hun vermogen om te werken. Per 1 januari 2015 is de Participatiewet van kracht. Met deze wet komt er één regeling voor iedereen die voorheen een beroep deed op de Wwb, Wajong met arbeidsvermogen of Wsw. Hoofddoel van deze wet is veel meer mensen te laten werken. En als dat niet of nog niet kan, hen op een andere manier maatschappelijk laten participeren. De wet bepaalt dat daarbij waar nodig (en soms verplicht) samenwerking met andere gemeenten en andere partners in de arbeidsmarktregio noodzakelijk is. Bestuurlijke ontwikkelingen in de regio Noordoost-Brabant Gemeenten zijn geen eilanden en voor de doelen van bedrijven en andere organisaties zijn gemeentegrenzen niet of nauwelijks relevant. Partners op het gebied van werk en inkomen werken daarom al enkele jaren en steeds intensiever samen, meestal over gemeentegrenzen heen. Door de komst van de Participatiewet werken gemeenten ook op dit terrein steeds meer samen. Wij werken samen met 12 gemeenten in Noordoost-Brabant. Werkbedrijf Noordoost-Brabant Noordoost-Brabant koos er voor bij om de implementatie van de Participatiewet te werken vanuit de bestaande filosofie van Noordoost Brabant werkt! als onderdeel van AgriFood Capital ( Leidende gedachten en uitgangspunten voor regionale afstemming De Participatiewet is erop gericht zoveel mogelijk mensen aan werk te helpen, bij voorkeur bij reguliere werkgevers. Alle mensen met arbeidsvermogen die een beroep doen op inkomensondersteuning vallen per 1 januari 2015 onder de Participatiewet. Jonggehandicapten die duurzaam geen arbeidsvermogen hebben en personen (al dan niet met arbeidsvermogen) die vóór 1 januari 2015 al een Wajong-uitkering ontvangen, vormen de uitzondering. Zij blijven bij UWV dat de Wajong uitvoert. Een uitzondering geldt ook de mensen die nu een SW-dienstverband hebben. Zij behouden hun contractvoorwaarden. In navolging van de transities Jeugdwet en AwBZ/WMO besloten de 19 gemeenten in Noordoost- Brabant om voor de invoering van de Participatiewet gezamenlijk een functioneel ontwerp te maken. Op basis hiervan kunnen zij hun lokale beleidsnota s, verordeningen en beleidsregels vaststellen. De startnotitie bevat de volgende leidende gedachten voor de regionale visie: we doen minimaal wat nodig is en geregeld moet worden we streven naar harmonisatie in dienstverlening richting werkgevers via het regionale werkbedrijf we streven naar harmonisatie in dienstverlening, werkvormen en maatregelen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt we harmoniseren de doelen, inrichting en besturing van het regionale Werkbedrijf met de bestaande structuren van AgriFood Capital (AFC) binnen AgriFood Capital/werkbedrijf hebben we bijzondere aandacht - ook in bestuurlijke zin - voor de realisatie van arbeidsplaatsen en/of werk voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt (lijn iedereen doet mee Noordoost Brabant werkt!) voor de korte termijn streven we naar behoud van de expertise van SW-bedrijven; met het oog op een levensvatbaar perspectief voor SW-bedrijven in de regio bezien we voor de wat langere termijn rol en taken van SW-bedrijven in relatie tot het regionale werkbedrijf; niets doen zou immers kunnen leiden tot vernietiging van werkgelegenheid. Doelgroepbenadering De Participatiewet heeft als doelgroep iedereen met arbeidsvermogen die voor inkomensondersteuning en/of arbeidsinpassing een beroep op de gemeente moet doen. Dat is een heel ruime definitie. Daarnaast zijn er, afhankelijk van de context, tal van andere relevante definities. Werkgevers faciliteren en ontzorgen Met de Participatiewet krijgen gemeenten een breed instrumentarium tot hun beschikking om de participatie van hun burgers te bevorderen. De gemeenten hebben de vrijheid om te bepalen welke onder Raadsinformatie_3Transities.docx 12/15 9 september 2014

13 steuning mensen nodig hebben. Met deze beleidsvrijheid kunnen gemeenten werkgevers maatwerk bieden. De werkgever verschaft banen aan de doelgroep. Werkgevers laten zich niet leiden door een regionaal opgetuigde structuur. Ze gebruiken díe kanalen waarvan zij de overtuiging hebben dat die hun probleem op een professionele, snelle en efficiënte wijze kunnen oplossen. Dat impliceert voor gemeenten een professionele, snelle en efficiënte werkwijze. En ook een goede band met werkgevers, bijvoorbeeld door deel te nemen aan ondernemersnetwerken. Het is belangrijk dat werkgevers weten waar zij op kunnen rekenen in Noordoost-Brabant, ongeacht de gemeente. Belangrijk is daarom naar werkgevers eenduidigheid in communicatie, werkwijzen en voorzieningen te bieden. Instrumenten en voorzieningen Gemeenten hebben verschillende instrumenten en voorzieningen tot hun beschikking om de aansluiting tussen werkzoekende en werkgever te bevorderen. gemeentelijke instrumenten slaan de brug tussen vraag en aanbod werkzoekende werkgever loonwaardemeting iemand is max. 3 maanden bij een werkgever; daarin bepaling verdiencapaciteit loonkostensubsidie werkgever ontvangt loonkostensubsidie voor personen die niet zelfstandig het wettelijk minimumloon kunnen verdienen (max. 70% van het WML) coaching begeleiding op de werkvloer en binding met de werkgever overig instrumentarium reguliere trajecten scholingskosten persoonsgebonden re-integratie aanbod no risk polis verzekering voor de werkgever dat hij bij ziekte van de werknemer de kosten niet hoeft te dragen Werkbedrijf Noordoost-Brabant Noordoost-Brabant geeft als pilotregio invulling aan het regionale werkbedrijf via het arbeidsmarktprogramma Noordoost Brabant werkt! als onderdeel van AgriFood Capital. Vorming van het werkbedrijf is daarbinnen een van de opgaven. Belangrijk is dat we de beoogde regionale en subregionale samenwerking hierbij goed borgen. Het gaat daarbij om het takenpakket en de financiering daarvan en de wijze van governance vanuit de regiogemeenten. Uitgangspunt daarbij is dat AgriFood Capital als netwerkorganisatie lean and mean blijft functioneren met een zo beperkt mogelijke overhead. Besluitvorming Het besluitvormingsproces over het functioneel ontwerp bestaat uit twee fases: 1. Vaststellen door stuurgroepen werkbedrijf en beleidsafstemming op 28 augustus Vaststelling door colleges en gemeenteraden De tweede fase is gestart met een informatieve bijeenkomst op 3 september 2014 van de portefeuillehouders arbeidsmarktzaken. Onderwerp van gesprek daarbij zijn de voorgeschiedenis resulterend in het unanieme besluit over de startnotitie door de colleges van de 19 gemeenten, de context van dit functioneel ontwerp binnen het geheel van maatregelen ter uitvoering van de Participatiewet en uiteraard de inhoud van het functioneel ontwerp zelf. Vervolgens bieden we het functioneel ontwerp ter vaststelling aan de gemeenten aan Raadsinformatie_3Transities.docx 13/15 9 september 2014

14 Tijdpad/fasering o februari bestuurlijke verankering startnotitie in bestuurlijke conferentie o maart overdrachtsdocumenten tbv coalitie-akkoorden o mei/juni bestuurlijke conferentie ter introductie nieuwe raads- en collegeleden o juni afronding pilot werkbedrijf tbv De Werkkamer o juni/sept. vaststelling afspraken regionale uitvoering Participatiewet regionale portefeuillehouders gezamenlijk colleges/gemeenteraden lokaal o feb. /mrt. lokale vaststelling beleid en verordeningen Uitkeringsvolume Noordoost-Brabant Inwoners WWB* WSW Wajong WW WIA/WAO NWW Bernheze Boekel Boxmeer Boxtel Cuijk Grave Haaren Landerd Maasdonk Mill en Sint Hubert Oss s Hertogenbosch Schijndel Sint-Anthonis Sint-Michielsgestel Sint-Oedenrode Uden Veghel Vught Totaal * WWB Werk Wet en Bijstand WSW Sociale Werkvoorziening Wajong Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten WW Werkloosheids Wet WIA/WAO Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen/wet ArbeidsOngeschiktheid NWW Wet Niet-werkende werkzoekenden Raadsinformatie_3Transities.docx 14/15 9 september 2014

15 Bijlage 1: Verklaring begrippen Raadsinformatie_3Transities.docx 15/15 9 september 2014