Wonenen Werken rondde Zuiderzee
|
|
- Mathilda Molenaar
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Wonenen Werken rondde Zuiderzee Omgevingsonderwijs voor aardrijkskunde, geschiedenis, economie in het Zuiderzeemuseum voor de basisvorming en leerjaar VMBO Onderzoeksboek 3 Jeugd 1
2 Wonen en Werken Omgevingsonderwijs voor aardrijkskunde, geschiedenis, economie in het Zuiderzeemuseum voor de basisvorming en leerjaar VMBO Onderzoeksboek 3: Jeugd I Verzamelen (In het museum)...3 II Ordenen (Terug op school) III Presenteren (Terug op school) Kaarten...21 Een educatief project ontwikkeld door Instituut voor de Lerarenopleiding (ILO) van de Universiteit van Amsterdam Steunpunt Kunstzinnige Vorming Westfriesland (SKV) Hoorn Zuiderzeemuseum Enkhuizen Opdrachtgevers Provincie Noord-Holland Mondriaan Stichting Ministerie van OCW Zuiderzeemuseum Enkhuizen 2
3 Onderzoeksboek 3 Jeugd Kinderen gaan tegenwoordig een flink aantal jaren naar school. Bijbaantjes bestaan wel, maar kinderarbeid, zoals Nederland dat vroeger kende, bestaat niet meer. Wel hebben kinderen van tegenwoordig veel vrije tijd. Dit onderzoek gaat over het leven van kinderen rond 1900 in het Zuiderzeegebied. I Verzamelen (In het museum) Je bent maar een keer in het buitenmuseum, dus je moet alle vragen zo goed en uitvoerig mogelijk beantwoorden. Anders kom je in de knoei met je werkstuk of presentatie op school. Je verzamelt in het museum de kennis, die je nodig hebt om de onderzoeksvragen te kunnen beantwoorden. Later, terug op school, ga je deze gegevens ordenen en presenteren. In het buitenmuseum kun je je weg vinden door de routebeschrijvingen in deze tocht te volgen. Of je bij het juiste pand bent, kun je zien aan de foto s in de tocht en door middel van de codes die zowel in deze tocht als op de infobordjes van de panden vermeld staan. Veel succes! Onderzoeksvragen Hoofdvraag Hoe leefden kinderen rond 1900 in het Zuiderzeegebied? Deelvragen Gingen de kinderen van ook naar school en wat leerden ze daar? Moesten kinderen toen ook werken? Wat deden kinderen in hun vrije tijd? Hoe was het om in die tijd kind te zijn? VOORAF INVULLEN Deze onderzoekstocht is van... Klas... Ik doe deze tocht samen met NA AFLOOP INVULLEN De samenwerking in mijn groep ging goed/matig/slecht, omdat: 3
4 Route Loop vanaf de boot langs de hoge schoorstenen aan je linkerhand. Blijf het stenen paadje aanhouden en loop helemaal rechtdoor de dijk op. Houd de oude Zuiderzee aan je rechterhand en vervolg je weg tot je bij het hek komt en niet verder kunt. Neem de trap naar beneden en loop rechtdoor. Je passeert aan je linkerhand de molen en de visrokerij. Na de visrokerij buigt het pad linksom naar het water. Loop over de ophaalbrug en volg het straatje met de gele steentjes tot je bij een scherpe bocht naar links komt. Daar staat een groen geschilderd houten huis. Stop daar. Dit huis komt uit Wervershoof en werd vroeger bewoond door de Familie Zwart (zie bordje naast de deur, code: WH 1). Spoor Neem Kaart 1 Zuiderzeemuseum voor je. Trek een lijn langs de route die je net gelopen bent. Rechts naast het huis is een paadje. Loop het ijzeren hekje door en ga langs dit pad naar de zijdeur. Stap naar binnen en kijk in de huiskamer. De kinderen zijn net naar school en de tafel is nog niet afgeruimd. Kijk goed wat er allemaal op tafel staat. 1. Wat aten ze en wat dronken ze? Eten Drinken 1... Draai je om en kijk nu in de werkplaats in het achterhuis. 2. Welk beroep oefent de vader van de kinderen uit? Want... Ga het huis weer uit en loop rechtsom naar de voordeur. Bekijk het object in het gangetje. 3. Weet je nu nog iets wat ze op brood aten? Kaart Bekijk het informatiebordje naast de deur en noteer op kaart 2 Zuiderzeegebied het beroep van de vader en de plaats waar dit huis lag. 4
5 Route Loop nu het bruggetje over en sla rechtsaf. Blijf staan bij het tweede huis aan je rechterhand (met een groen hekje, code: VH 1). Lees het informatiebordje op het huis. 4a. Hoe groot was het gezin dat hier woonde?... 4b. Vul in wat voor werk de leden van het gezin Degeling deden. Vader:... Moeder:... Kinderen:... 4c. Wat herinnert een buurman zich van het gezin Degeling? 4d. Was de familie Degeling arm? Waarom denk je van wel/niet? Kaart Noteer op kaart 2 Zuiderzeegebied de plaats waar dit huis lag en schrijf erbij groot gezin. Route De kinderen zijn naar school en wij gaan achter ze aan. Loop terug naar de stadsgracht en sla rechtsaf het houten bruggetje over. Je loopt rechtdoor langs de museumwinkel en de apotheek. Naast de apotheek is de banketbakker (code: HN 5). Bekijk de etalage. 5. Wat voor snoep kregen de kinderen vroeger? Spoor Neem Kaart 1 Zuiderzeemuseum voor je. Trek een lijn langs de route die je net gelopen bent. Route Sla na de bakkerij meteen rechtsaf. Loop rechtdoor tot je aan je recherhand een schoolgebouw (code: KO 1) ziet. Stop voor de ingang van de school. Spoor Neem Kaart 1 Zuiderzeemuseum voor je. Trek weer een lijn langs de route die je net gelopen bent. 5
6 Lees de tekst en de jaartallen op de gevelsteen die je links boven de deur ziet. 6. Waaruit blijkt dat dit een schoolgebouw was? 7. Boven deze steen hangt een ander object, vlak onder de dakgoot. Wat is dit en waar diende dit voor? Het is een:... Deze diende voor:... Kaart Noteer op kaart 2 Zuiderzeegebied de plaats waar dit schooltje lag. Noteer ook het woord school. Ga nu de deur door en blijf in de gang staan en kijk daar goed rond. 8. Wat denk je dat het object is dat helemaal achter in de gang staat (tegen de korte muur)? Doe de deksel omhoog zodat je het object eens goed kan bekijken. 9. Waar diende dit object kennelijk voor en hoe werkte het? 10a. Wat voor schoeisel droegen de kinderen? 10b. Het schoeisel verschilt in kleur en afmeting. Dat zegt iets over de leeftijd en misschien ook over het geslacht van de leerlingen. Welke leeftijd hadden de leerlingen van deze school denk je? Dat denk ik, omdat:... 10c. Er zijn zowel jongens als meisjes want: 6
7 Ga het eerste lokaal binnen en blijf bij het ijzeren hekwerk staan. Kijk goed rond en maak dan de volgende vragen. 11a. Uit welk jaar stamt dit klaslokaal? 11b. Hoe werd het lokaal verwarmd? 11c. Met wat voor lampen werd het lokaal verlicht? 12a. Onder het bord staat een object. Wat maak je uit dit object op, als het gaat om de leeftijd van de leerlingen in dit lokaal? Ze zijn ongeveer... jaar oud, want... 12b. Waaraan kun je in dit lokaal nog meer de leeftijd van de kinderen zien? 13a. Waar bevond de meester of juf zich? 13b. Welke werkvorm kon de juf of meester toepassen in de klas: groepswerk: ja/nee, want:... uitleggen en voordoen: ja/nee, want:... samenwerken: ja/nee, want:... Om te weten te komen welke vakken er op school gegeven werden zoeken we naar bewijsmateriaal in dit lokaal. Je verdeelt dit werk onder je groepsleden. Een leerling uit je groepje doet nu vraag 14 en 15. De anderen doen tegelijkertijd vraag 16. 7
8 14. Ga naar het kastje dat zich langs de linkermuur van het lokaal bevindt. Doe het deksel van dit kastje open. Lees de tekst op de twee blaadjes die aan de binnenkant van het deksel zijn geplakt. Welke twee vakken werden hier gegeven? Schoolvak:... Dat weet ik, want:... Schoolvak:... Dat weet ik, want: Haal de platen die in het kastje zitten een voor een naar boven en bekijk ze. Welke twee vakken werden in dit lokaal nog meer gegeven? Schoolvak:... Dat denk ik, omdat:... Schoolvak:... Dat denk ik, omdat: Ook in het lokaal zelf is uit verschillende objecten op te maken welke vakken er op deze school gegeven werden. Hieronder staan een paar schoolvakken genoemd. Omcirkel hieronder telkens of je denkt dat het vak gegeven werd of niet. Als je meent dat het vak inderdaad toen op het rooster stond, schrijf je daarachter maximaal drie objecten op waaruit dit blijkt. Lezen X Dit vak werd niet gegeven X Dit vak werd wel gegeven, dat blijkt uit de volgende objecten: Schrijven X Dit vak werd niet gegeven X Dit vak werd wel gegeven, dat blijkt uit de volgende objecten:
9 Aardrijkskunde X Dit vak werd niet gegeven X Dit vak werd wel gegeven, dat blijkt uit de volgende objecten: Geschiedenis X Dit vak werd niet gegeven X Dit vak werd wel gegeven, dat blijkt uit de volgende objecten: Frans X Dit vak werd niet gegeven X Dit vak werd wel gegeven, dat blijkt uit de volgende objecten: Aan het begin van de les controleerde de leraar altijd of de kinderen wel schone handen hadden. Wat denk je dat de leerlingen moesten doen voordat ze naar school gingen waardoor ze vieze handen kregen? Bedenk hierbij dat dit vroeger een plattelandsschool was. Route Verlaat de school en sla rechtsaf. Loop naar de voorkant van de kerk en loop vervolgens het straatje in dat uitkomt op een ophaalbrug. Sla voor de ophaalbrug linksaf en loop rechtdoor tot je weer bij een brug komt. Sla voor die brug linksaf en stop voor het huis op de hoek. Binnen bevindt zich het multimediaspel Help de conservator. Spoor Neem kaart 1 Zuiderzeemuseum voor je en trek daarop een lijn langs de route die je van de school tot hier gelopen hebt. Ga het pand binnen. Achterin het pand is een ruimte speciaal voor en over kinderen. Neem daar eens een kijkje. 9
10 18. Hier zie je foto s van kinderen die aan het werk zijn. Wat voor werk doen ze? Noem in ieder geval drie soorten werk: Waarom moesten kinderen vroeger werken, denk je? 20. Je ziet hier ook meisjeskleding en jongenskleding van vroeger hangen. Teken de kleding hieronder na. 21a. Welke kleding is van een arm kind en welke kleding is van een rijk kind? Jongenskleding:... Meisjeskleding:... 21b. Waarom denk je dat? 22. Je ziet in de vitrine oud speelgoed. Noem 3 spelletjes die je hier ziet liggen
11 23. Is er een spelletje bij dat jij vroeger speelde toen je klein was of dat je misschien nog steeds speelt? Welk spelletje is dat dan? Speel nu het multimediaspel en neem een kijkje thuis bij Borie Vis. Hoeveel punten heb je gescoord?... Route Verlaat het pand en sla linksaf. Loop rechtdoor tot je bij de stadsgracht komt en je aan je linkerhand een groen houten huis (code: ZD 1) ziet. Stop voor de ingang van dit huis. Spoor Neem weer kaart 1 Zuiderzeemuseum voor je en teken de route in die je net gelopen hebt. Dit is het huis waar Borie Vis, het meisje uit het multimediaspel, vroeger echt gewoond heeft. Het stond aan het begin van de twintigste eeuw in Zaandijk. Ga naar binnen, loop door naar achteren en neem een kijkje bij de woonkamer 24a. Wat voor speelgoed zie je hier staan? 24b. Er staat hier in de woonkamer nog een voorwerp waaraan je kunt zien dat hier kinderen woonden. Welk voorwerp is dat? Aan de muur tegenover de woonkamer hangen foto s van de familie Vis. Bekijk ze eens goed. 25. Wat voor speelgoed hadden Borie en haar zusje nog meer? 26. Beschrijf hoe Borie en haar zusje eruit zagen. Let op kleding, schoenen en haar. Interview Je gaat nu de museummedewerker een aantal vragen stellen.verdeel eerst de taken onderling. Een of twee stellen de vragen die je hieronder ziet (vragensteller). Neem ze even goed door. Iemand anders schrijft alle antwoorden op (schrijver) en wat de museummedewerker verder nog vertelt over het onderwerp. Kijk ook nog even naar de Onderzoeksvragen op het eerste blad. Zijn daar vragen bij waarover je tot nu toe nog maar weinig of niets te weten bent gekomen? Bedenk daar dan nog een paar vragen over. Een derde bedenkt tijdens het interview aanvullende vragen en stelt die (bedenker). Ook die antwoorden worden opgeschreven. 11
12 27a. We willen u een vraag stellen over de foto uiterst rechts aan de muur, de foto van de familie Vis in de tuin. Kunt u van ieder persoon in de foto vertellen wie ze zijn en hoe ze heten? Persoon 1:... Persoon 2:... Persoon 3:... Persoon 4:... 27b. In welke tijd is deze foto ongeveer genomen? 27c. Hoe oud waren Borie en haar zusje op de foto? 27d. Gingen Borie en haar zusje toen naar school of moest ze werken? 27e. Hoe oud waren de meeste kinderen in die tijd als ze van school afgingen? 27f. Wat gingen meisjes en jongens dan doen? 27g. Hoeveel dagen per week moest je vroeger naar school? 27h. Wie is de mevrouw in de foto van Borie en Annie op de schommel? 27i. Wat is er gebeurd met het broertje van Borie en Annie? 27j.Wat voor werk deed vader Vis? 27k. Werkte moeder Vis ook? 12
13 27l. Konden Borie en Annie toen ze tieners waren uitgaan en vriendjes hebben? Waarom wel/niet? 27m. Wat voor eten at het gezin en wie maakte het eten klaar? 27n. Sliep het gezin Vis in de bedstee? Ruimte voor aanvullende vragen 13
14 Je bent nu klaar met het interview. Vergeet niet de museummedewerker te bedanken! Je bent nu meer te weten gekomen over de familie Vis. 28. Kwam Borie uit een rijk of arm gezin? Noem 3 dingen waaruit dit blijkt Wat vind je tot nu toe van het leven van kinderen rond 1900? Had jij in die tijd kind willen zijn? Licht je antwoord toe Route Verlaat het huis en sla linksaf. Loop rechtdoor en sla rechtsaf de stenen boogbrug over. Sla weer rechtsaf, loop verder rechtdoor en ga aan het eind van de gracht met de weg mee naar links. Stop voor het eerste huis aan je rechterhand (code: IJs 1). Hier woonde vroeger de directeur van de stoomwasserij. Ga de hal in en loop door tot je bij het hekje komt, vanwaar je in de kelder kunt kijken. 30. Wat voor levensmiddelen zie je in de kelder liggen? Route Verlaat het huis en sla rechtsaf. Volg het stenen straatje dat met een slinger de dijk opgaat. Sla boven op de dijk linksaf en blijf het pad volgen tot je op een pleintje komt. Hier zie je allemaal speelgoed waar kinderen vroeger mee speelden. Spoor Neem Kaart 1 Zuiderzeemuseum voor je. Trek de streep tot het punt waar je nu bent aangekomen. 14
15 Route Op dit pleintje zie je aan de overkant 2 straatjes. Neem het rechterstraatje. Loop over dit met rode baksteen geplaveide straatje tot aan de derde steeg aan je rechterhand. Loop deze steeg in (hij is gedeeltelijk geplaveid met planken) tot aan de twee huisjes aan het eind van het pad (code: ZK 6). Spoor Neem kaart1 Zuiderzeemuseum weer voor je en trek een lijn langs de route die je gelopen hebt. Neem een kijkje in het linkerhuisje. 31a. Met wat voor speelgoed speelden de kinderen die hier woonden? 31b. Waar sliepen hun ouders? Hoe noem je zo n bed? 31c. En waar sliepen de kinderen denk je? 31d.Wat voor vak leerde een van de zoons van de familie? En door wie werd hij opgeleid? Zie het infobordje EINDE 15
16 II ordenen (Terug op school) We begonnen de tocht met een aantal onderzoeksvragen. Deze staan op bladzijde 2 van je tocht afgedrukt. Tijdens je onderzoek heb je allerlei informatie verzameld door vragen en opdrachten te maken. Nu is het moment aangebroken waarop we gaan bekijken welke informatie je bij welke onderzoeksvraag kunt gebruiken. Dat is de fase van het ORDENEN. Uiteindelijk ga je je onderzoeksresultaat presenteren in een werkstuk, een posterpresentatie of op een andere manier. De Hoofdvraag van je onderzoek is: Hoe leefden kinderen rond 1900 in het Zuiderzeegebied? De Deelvragen zijn: Gingen de kinderen van ook naar school en wat leerden ze daar? Moesten kinderen toen ook werken? Wat deden kinderen in hun vrije tijd? Hoe was het om in die tijd kind te zijn? Verwerkingsbladen Per deelvraag gaan we nu op verwerkingsbladen schrijven wat we er in het museum over te weten zijn gekomen. Dat doe je ook met de hoofdvraag, maar dat kan pas als je de verwerking van alle deelvragen achter de rug hebt. Kaartopdrachten Bij de opdracht KAART heb je telkens belangrijke objecten en plaatsen (school, Urk) op kaart 2 Zuiderzeegebied genoteerd. Bij je presentatie laat je zien hoe die plaatsen verspreid waren over het gebied rond de oude Zuiderzee. Je schrijft ze in op de grote kaart die in de klas gemaakt wordt. Als je de plaats niet kon vinden op de oude kaart, zoek je die nu in een atlas op. Hoe heb ik geleerd en samengewerkt? Tenslotte schrijf je iets op over hoe je het onderzoek hebt gedaan, of je het leuk vond, hoe je hebt samengewerkt, of dat altijd goed ging enz. enz. Je mag ook iets zeggen over nieuwe onderzoeken die je zou willen doen. Dat terugkijken heet reflecteren. Bij je presentatie moet je ook over het reflecteren iets naar voren brengen. Onderzoeksvragen Deelvragen Gingen de kinderen van ook naar school en wat leerden ze daar? De antwoorden op vraag 6 t/m 17en 27 (interview) vertellen je alles over welke kinderen naar school gingen, vanaf welke leeftijd dat was, of jongens en meisjes door elkaar les hadden, welke vakken ze kregen, hoe er les gegeven werd etc. etc. Je kunt het beste de antwoorden op deze vragen goed doorlezen en dan zoveel mogelijk opschrijven over het onderwijs van vroeger. Het gaat dus niet om een kort antwoord op deze vraag maar om een verhaal over kinderen en school vroeger. Bespreek alles goed met elkaar. Moesten kinderen toen ook werken? De antwoorden bij vraag 14, 17, 18, 19, 27 (interview), 31 vertellen over kinderarbeid. Schrijf op wat je uit je antwoorden op deze vragen kunt halen. Misschien heeft de bedenker tijdens jullie interview nog wel meer over kinderarbeid gevraagd. Dat kun je nu goed gebruiken. Wat deden kinderen in hun vrije tijd? Bij vragen 22, 24, 25, 27 (interview), en 31 ben je wat meer hierover te weten gekomen. Heb je nog aanvullende vragen tijdens het interview gesteld? Hadden kinderen vroeger eigenlijk veel vrije tijd? 16
17 Hoe was het om in die tijd kind te zijn? Vraag 1 t/m 3, 5, 30 en 31 zeggen iets over wat kinderen aten, hoe ze sliepen en wat ze snoepten. Tijdens het interview (vraag 27) ben je daar misschien ook nog wat meer over te weten gekomen. Vraag 10, 20, 21 en 26 gaan over schoeisel en kleding. Maar deze vraag mag je ook algemener opvatten. Dus vertel nog wat over school, vrije tijd, werken enz.. Je kunt ook een vergelijking proberen te maken tussen kind zijn toen en nu. Dat leidt ons eigenlijk al naar de hoofdvraag: Hoofdvraag Hoe leefden kinderen rond 1900 in het Zuiderzeegebied? Onder deze hoofdvraag vat je alles nog eens samen. Ga bij wat je opgeschreven hebt bij de deelvragen na wat je daarvan belangrijk vindt voor de hoofdvraag. 17
18 III presenteren (Terug op school) Nadat je al je gegevens hebt geordend ga je nu aan de presentatie van het resultaat van je onderzoek werken. In overleg met je docent stel je eerst samen vast welke vorm jij met je groepje gaat doen. Hieronder staan twee mogelijkheden uitgewerkt. Je kunt natuurlijk ook tot heel andere manieren van presenteren komen. Werkstuk Ook al heb je als groepje je onderzoek gedaan, het werkstuk kan het beste individueel gemaakt worden. Controleer daarom de antwoorden in het Onderzoeksboek nog eens onderling voor je hier aan begint. Een werkstuk moet leuk zijn om te zien en om te lezen. Een werkstuk moet ook duidelijk laten zien aan iemand die nog nooit in het Zuiderzeemuseum is geweest en ook niets weet van het leven wat je hebt onderzocht. En tenslotte moet een werkstuk alles bevatten wat je hebt onderzocht, maar te lang is saai, dus houd het kort en bondig. Hier volgen enkele belangrijke tips voor het schrijven van je werkstuk: 1. Het werkstuk is duidelijk ingedeeld. Na een Inleiding volgen evenveel hoofdstukken als er deelvragen zijn. Tenslotte komt er een Conclusie achteraan. Je werkstuk heeft dus evenveel hoofdstukken als er deelvragen zijn plus een inleiding en Conclusie 2. Voor elk hoofdstuk bedenk je een aardige, pakkende titel. Een titel die liefst ook laat zien wat er in dat hoofdstuk komt te staan. 3. Werkstukken bestaan niet alleen uit tekst, maar ook uit beelden. Teken of schilder beelden van wat je tijdens je bezoek hebt gezien en voeg die als illustratie toe aan je werkstuk. Je kunt ook de tekeningen gebruiken die je al tijdens je onderzoekstocht hebt gemaakt. Als je met de computer werkt kun je ze wellicht scannen. Misschien heb je tijdens het museumbezoek foto s gemaakt. Deze kun je ook toevoegen. Ook het voorblad en de achterpagina vergen aparte aandacht. Soms is een schema met wat tekst eromheen veel duidelijk dan een lang stuk tekst. 4. Begin aan de hoofdstukken die verslag doen van wat je per deelvraag hebt gevonden. Lees de deelvraag nog eens goed door plus je aantekeningen op de verwerkingsbladen. Leg die bladen dan even opzij en schrijf uit je hoofd op wat je ontdekt hebt. Neem de verwerkingsbladen er nog eens bij en vul je tekst aan. Werk de tekst daarna in het net uit. 5. Schrijf vervolgens een leuke Inleiding, waarbij je het boekje Leven en Werken gebruikt (vooraf op school gekregen en doorgewerkt) en je eigen teksten, schema s en tekeningen die bij elke deelvraag horen. Schrijf ook een leuk verhaaltje over hoe jullie onderzoek deden, met de boot aankwamen, een aardig voorval etc. Beschrijf de hoofdvraag en de deelvragen. 6. Schrijf tenslotte de Conclusie. Kom terug op hoofdvraag en deelvragen en vat de antwoorden daarop kort samen. Beschrijf tenslotte hoe je samengewerkt hebt, wat je van deze manier van leren vindt en wat er voor jezelf of voor het onderzoek als geheel beter kan. Vergelijk deze manier van werken met wat je gewend bent in de les. Posterpresentatie Een presentatie met posters heeft het voordeel dat je aan de klas als geheel kunt vertellen wat je hebt onderzocht, terwijl je grote spiekbladen hebt gemaakt die je verhaal ondersteunen. Die spiekbladen zijn posters die je voor het bord hangt als je je verhaal houdt. Je kunt het verhaal als woordvoerder van je groepje houden, maar ook de taken onderling verdelen en bijvoorbeeld per poster iemand anders laten presenteren. Controleer in ieder geval je antwoord in het Onderzoeksboek nog eens onderling voor je hier aan begint. 18
19 Bij de posterpresentatie gaat het niet alleen om de mooie, duidelijke en informatieve posters die je maakt, maar ook om het presenteren zelf: het verhaal voor de klas. Je vertelt bij poster en laat zo zien aan de klas wat je hebt onderzocht en gevonden. Een presentatie moet leuk zijn om te zien en te horen. Zowel de posters (die iedereen achteraf nog eens kan bekijken) als de mondelinge presentatie voor het bord moeten duidelijk voor het voetlicht brengen wat je hebt onderzocht. Een posterpresentatie moet wel alles bevatten wat je hebt onderzocht, maar te lang is saai, dus houd het kort en bondig. De posters zelf Hieronder enkele tips voor het maken van de posters: 1. De serie posters is duidelijk ingedeeld. Na een inleiding (poster 1) volgen evenveel posters als er deelvragen zijn. Tenslotte komt er een Conclusie (de laatste poster). 2. Voor elk poster bedenk je een aardige, pakkende titel die meteen verklapt wat er op dat blad wordt gepresenteerd. 3. Posters bestaan vooral niet uit veel tekst, maar juist uit beelden en schema s. Teken of schilder beelden van wat je tijdens je bezoek hebt gezien, voeg foto s toe, bedenk schema s die het antwoord op de deelvragen goed helder maken. Ook de opmaak van elke poster en van de hele serie op zich vergen aparte aandacht. Denk eraan dat je poster je ondersteunen moet bij je mondelinge presentatie. Maak hem zo dat je er gemakkelijk een verhaal bij kunt houden. Dat betekent ook dat niet alles op de poster gezet hoeft te worden. Je vertelt immers bij. 4. Begin aan de posters die verslag doen van wat je per deelvraag hebt gevonden. Lees de deelvraag nog eens goed door plus je aantekeningen op de verwerkingsbladen. Leg die bladen dan even opzij en schrijf uit je hoofd op wat je ontdekt hebt. Neem de verwerkingsbladen er nog eens bij en vul je tekst aan. Ontwerp daarna je poster. Welke schema s maak je, welke afbeeldingen laat je zien, welke trefwoorden zet je erop? Werk dat daarna in het net uit. 5. Ontwerp poster 1, de Inleiding. Hierbij gebruik je ook het boekje Leven en Werken (vooraf op school gekregen en doorgewerkt) en de posters die al af zijn en bij de deelvragen horen. Laat ook zien hoe jullie onderzoek deden, met de boot aankwamen, een aardig voorval etc. Vergeet de hoofdvraag en de deelvragen niet. 6. Ontwerp en maak tenslotte de laatste poster, Conclusie. Kom terug op hoofdvraag en deelvragen en vat de antwoorden daarop kort samen. Laat tenslotte zien hoe je samengewerkt hebt, wat je van deze manier van leren vindt en wat er voor jezelf of voor het onderzoek als geheel beter kan. Vergelijk deze manier van werken met wat je gewend bent in de les. Mondelinge presentatie Als je gaat presenteren bij je poster moet je bedenken dat de andere leerlingen in de klas iets heel anders hebben uitgezocht. Je moet dus heel duidelijk vertellen wat het onderwerp van je onderzoek was en waarover het eigenlijk ging. Je zult merken dat als je dat goed doet, er veel meer vragen komen na afloop van je presentatie en dat de andere leerlingen jouw vondsten gaan combineren met wat ze zelf hebben onderzocht. Hieronder enkele tips voor een goede mondelinge presentatie: 1. Spreek duidelijke en richt je tot de klas. 2. Volg de indeling van je posters, ga er bij staan, maar niet ervoor. 19
20 3. Praat niet tegen je poster, wat die luistert toch niet, praat tegen de klas en kijk of ze je verhaal begrijpen. 4. Vertel ook wat aardige verhaaltjes tussendoor. Dat trekt de aandacht. 5. Oefen thuis in de badkamer voor de spiegel, wen langzaam aan je eigen pratende gezicht. Doe dat vooral hardop, wat je huisgenoten er ook van zullen denken. 6. Houd als generale repetitie je presentatie eerst een thuis. Dat is leuk, omdat ze dan ook te weten komen waarom je eigenlijk met je school naar het Zuiderzeemuseum bent geweest. Je generale kun je ook met je groepje houden, op school in een tussenuur of tijdens de lessen die je voor de uitwerking hebt gekregen. 7. Leer wat je wilt vertellen in grote lijnen uit je hoofd. Dat gaat het beste door het zonder je poster eens achter elkaar aan je zelf te vertellen. Ook hier weer: altijd hardop. 8. Presenteren voor de klas is altijd eng. Maar omdat iedere leerling het wel eens moet doen, kennen ze allemaal jou angst. Wees dus niet bang voor je klasgenoten. Ze zijn je collega s en moeten ook (misschien een andere keer bij een ander vak) eens voor de bak. 20
21 Kaarten Kaart 1: Zuiderzeemuseum 21
22 Wonen en Werken Kaart 2: Zuiderzeegebied rond
23 Wonen en Werken Kaart 3: Noord Nederland nu 23
Wonenen Werken rondde Zuiderzee
Wonenen Werken rondde Zuiderzee Omgevingsonderwijs voor aardrijkskunde, geschiedenis, economie in het Zuiderzeemuseum voor de basisvorming en leerjaar 3 + 4 VMBO Onderzoeksboek 9 Handel en diensten 1 Wonen
Nadere informatieWonenen Werken rondde Zuiderzee
Wonenen Werken rondde Zuiderzee Omgevingsonderwijs voor aardrijkskunde, geschiedenis, economie in het Zuiderzeemuseum voor de basisvorming en leerjaar 3 + 4 VMBO Onderzoeksboek 2 Arm en rijk 1 Wonen en
Nadere informatieWonenen Werken rondde Zuiderzee
Wonenen Werken rondde Zuiderzee Omgevingsonderwijs voor aardrijkskunde, geschiedenis en economie in het Zuiderzeemuseum voor de basisvorming en leerjaar 3 + 4 VMBO Onderzoeksboek 1 Leven en dood 1 Wonen
Nadere informatieWonenen Werken rondde Zuiderzee
Wonenen Werken rondde Zuiderzee Omgevingsonderwijs voor aardrijkskunde, geschiedenis, economie in het Zuiderzeemuseum voor de basisvorming en leerjaar 3 + 4 VMBO Onderzoeksboek 7 Natuur en cultuur 1 Wonen
Nadere informatieWonenen Werken rondde Zuiderzee
Wonenen Werken rondde Zuiderzee Omgevingsonderwijs voor aardrijkskunde, geschiedenis, economie in het Zuiderzeemuseum voor de basisvorming en leerjaar 3 + 4 VMBO Onderzoeksboek 4 Transport en communicatie
Nadere informatieWonenen Werken rondde Zuiderzee
Wonenen Werken rondde Zuiderzee Omgevingsonderwijs voor aardrijkskunde, geschiedenis, economie in het Zuiderzeemuseum voor de basisvorming en leerjaar 3 + 4 VMBO Onderzoeksboek 8 Water, vriend of vijand?
Nadere informatieWonenen Werken rondde Zuiderzee
Wonenen Werken rondde Zuiderzee Omgevingsonderwijs voor aardrijkskunde, geschiedenis, economie in het Zuiderzeemuseum voor de basisvorming en leerjaar 3 + 4 VMBO Onderzoeksboek 6 Visserij 1 Wonen en Werken
Nadere informatieWonenen Werken rondde Zuiderzee
Wonenen Werken rondde Zuiderzee Omgevingsonderwijs voor aardrijkskunde, geschiedenis en economie in het Zuiderzeemuseum voor de basisvorming en leerjaar 3 + 4 VMBO Docentenhandleiding 1 Wonen en Werken
Nadere informatieHuiswerk Spreekbeurten Werkstukken
Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken - 2 - Weer huiswerk? Nee, deze keer geen huiswerk, maar een boekje óver huiswerk! Wij (de meesters en juffrouws) horen jullie wel eens mopperen als je huiswerk opkrijgt.
Nadere informatieSOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN
SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN Dit thema is opgesplitst in drie delen; gevoelens, ruilen en familie. De kinderen gaan eerst aan de slag met gevoelens. Ze leren omgaan met de gevoelens van anderen. Daarna
Nadere informatieWhat s up Zuiderzeeland? maatschappijleer/geschiedenis praktische opdracht
What s up Zuiderzeeland? Maatschappijleer/ geschiedenis praktische opdracht, 4hv Naam: Klas: Geschiedenis Chronologie In dit onderdeel ga je zelf met je groepje op onderzoek. Je hebt geleerd dat de geschiedenis
Nadere informatie1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje.
Opdracht 1 Ongeveer 150 jaar geleden stonden er veel steenfabrieken langs de IJssel. De stenen werden van klei gemaakt. Dat kon je langs de IJssel vinden. Als de rivier overstroomde, bleef er een laagje
Nadere informatieWereldgodsdiensten. Project Levensbeschouwing 2 e klas St. Nicolaaslyceum. Naam:
Wereldgodsdiensten Project Levensbeschouwing 2 e klas St. Nicolaaslyceum Naam: Inhoudsopgave Inleiding Schema Beoordeling Deel 1 Test jezelf! Deel 2 Kies je onderwerp en aan de slag! Deel 3 Het ervaren
Nadere informatie2 > Kerndoelen 11. 4 > Aan de slag 15. 5 > Introductie van de manier van werken 22. 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27
Inhoud 1 > Uitgangspunten 9 2 > Kerndoelen 11 3 > Materialen 12 4 > Aan de slag 15 5 > Introductie van de manier van werken 22 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27 7 > Waarom samenwerkend
Nadere informatieEen deel van het onderzoek doe je met z n tweeën, het andere deel doe je zelfstandig. Dit onderzoek telt als repetitie A en B.
In jouw stad of dorp zijn er vast wel wijken waar mensen met wat hogere inkomens wonen en wijken waar mensen met wat lagere inkomens wonen. Er wordt beweerd dat mensen met een hoger inkomen meer en verder
Nadere informatieHoe maak ik... Naam: Groep:
Hoe maak ik... Naam: Groep: Inleiding Een spreekbeurt houden is niet niets! Je moet daar heel wat voor kunnen. Wat dacht je van: Goed kunnen lezen Goed kunnen begrijpen wat je leest Goed dingen kunnen
Nadere informatieWerkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd
Werkstuk En natuurlijk ook spreekbeurt Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd (Op het voorblad komt de titel van je werkstuk, een foto of een plaatje van je onderwerp, je naam en je klas.) Inhoudsopgave
Nadere informatieTijdsplanning werkstuk groep 5
Naam: Groep 5 Tijdsplanning werkstuk groep 5 Wat wanneer Aan de juf het onderwerp van maandag 21 januari 2013 mijn werkstuk doorgeven inleveren opdracht 1 maandag 28 januari 2013 inleveren opdracht 2 donderdag
Nadere informatieWaarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen
week 17 20 april 2015 - Schrijfopdrachten niveau A, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Beantwoord deze vragen: Een mooie manier om te herdenken 1. Waarom is het volgens jou belangrijk om de
Nadere informatieWerkwijzer Verslagkring:
Werkwijzer Verslagkring: 1. Je maakt een tweetal. 2. Met zijn tweeën kies je een onderwerp, waarin jullie je willen verdiepen en waarover jullie meer willen weten. 3. Samen ga je op zoek naar informatie
Nadere informatieHoe maak ik een werkstuk?
Hoe maak ik een werkstuk? Stap 1: Onderwerp en vraag Voordat je kunt beginnen met het maken van een werkstuk, moet je natuurlijk een onderwerp kiezen. Als je een onderwerp hebt gekozen ga je bedenken wat
Nadere informatieWaarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen
week 17 20 april 2015 - Schrijfopdrachten niveau B, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Beantwoord deze vragen: Een mooie manier om te herdenken 1. Waarom is het volgens jou belangrijk om de
Nadere informatieSpreekbeurt, en werkstuk
Spreekbeurt, krantenkring en werkstuk Dit boekje is van: Datum spreekbeurt Datum krantenkring Inleverdatum werkstukken Werkstuk 1: 11 november 2015 Werkstuk 2: 6 april 2016 Bewaar dit goed! Hoe bereid
Nadere informatieWerkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Dimanida Kemkievelden Groep 7abcd
Werkstuk En natuurlijk ook spreekbeurt Gemaakt door: Dimanida Kemkievelden Groep 7abcd (Op het voorblad komt de titel van je werkstuk, een foto of een plaatje van je onderwerp, je naam en je klas.) Inhoudsopgave
Nadere informatiewerkblad Scheldeberoep verkennen Veel beroepen hebben met de Schelde te maken. Welk beroep zou jij verder willen verkennen?
werkblad Scheldeberoep verkennen Veel beroepen hebben met de Schelde te maken. Welk beroep zou jij verder willen verkennen? Noteer ook 2 reservekeuzen: 1. 2. 1. Wat weet je al van dit beroep? Schrijf het
Nadere informatieReflectiegesprekken met kinderen
Reflectiegesprekken met kinderen Hierbij een samenvatting van allerlei soorten vragen die je kunt stellen bij het voeren van (reflectie)gesprekken met kinderen. 1. Van gesloten vragen naar open vragen
Nadere informatieWerkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6
We gaan een werkstuk maken en je mag het helemaal zelf doen. Het is helemaal jouw eigen werkstuk. Maar om je even goed op weg te helpen hebben we hieronder alle stapjes even op een rij gezet. Wat moet
Nadere informatieEen overtuigende tekst schrijven
Een overtuigende tekst schrijven Taalhandeling: Betogen Betogen ervaarles Schrijftaak: Je mening geven over een andere manier van herdenken op school instructieles oefenlesles Lesdoel: Leerlingen kennen
Nadere informatieHoe bereid ik een spreekbeurt voor?
Hoe bereid ik een spreekbeurt voor? Het maken van een spreekbeurt is eigenlijk niets anders dan het schrijven van een informatieve tekst (weettekst). Het is daarom handig om net zo te werk te gaan als
Nadere informatieWhat s up Zuiderzeeland? aardrijkskunde, praktische opdracht
What s up Zuiderzeeland? Aardrijkskunde praktische opdracht praktisch onderzoek in zuiderzeeland 4 HV Naam: Klas: In dit onderdeel ga je zelf met je groepje op onderzoek. Je hebt geleerd dat Waterschap
Nadere informatieBijlage W2 groep 7 1
1 Inhoudsopgave 1 Inleiding: Waarom ik een werkstuk maak 2 Zo begin ik met mijn werkstuk 3 De onderdelen van het werkstuk 4 Waaraan moet mijn werkstuk voldoen? 4 Beoordelingsschema voor je werkstuk 5 Hoe
Nadere informatieDe spreekbeurt. In welke groepen wordt een spreekbeurt gehouden? De spreekbeurt wordt gehouden in de groepen 5 t/m 8.
De spreekbeurt mei 2011. Wat is een spreekbeurt? Onder een spreekbeurt verstaan we een vertelbeurt voor de klas. De leerling leert in het openbaar voor een groep te durven spreken over een bepaald onderwerp.
Nadere informatieRV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / 8 3124 SG Schiedam Tel.: 010-4717036 / 010-2470164
R.K. Basisschool De Vlinder RV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / 8 3124 SG Schiedam Tel.: 010-4717036 / 010-2470164 GOEDE STUDIEGEWOONTEN Bij goed studeren (leren) of huiswerk maken
Nadere informatieVoorbeeld: Ik werk het liefst met een tweetal.
& OHHUOLQJHQKDQGOHLGLQJ LQOHLGLQJ Het sectorwerkstuk staat voor de deur. Misschien heb je er al slapeloze nachten van, misschien lijkt het je de leukste opdracht van je hele opleiding. Eindelijk iets leren
Nadere informatie2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S
2 Ik en autisme In het vorige hoofdstuk is verteld over sterke kanten die mensen met autisme vaak hebben. In dit hoofdstuk vertellen we over autisme in het algemeen. We beginnen met een stelling. In de
Nadere informatieJouw werkstuk lever je uiterlijk in op donderdag 20 maart 2014!!
Hoe maak ik in groep 8 een werkstuk? Jij gaat de komende weken thuis een werkstuk maken. Een werkstuk is een lange weettekst. Het wordt geschreven om iemand iets te leren of te laten weten. Net als in
Nadere informatieStappenplan voor een onderzoek
Stappenplan voor een onderzoek Stap 1: Onderwerp * A) Kies een onderwerp Denk bij het kiezen van een onderwerp aan de volgende punten: - vind ik het onderwerp interessant - zijn er genoeg bronnen over
Nadere informatieLeerlingboekje Les 9 en 10. Naam:. Schrijfopdracht 5 Hoe vind je de weg? Groep 8
Leerlingboekje Les 9 en 10 Naam:. Schrijfopdracht 5 Hoe vind je de weg? Groep 8 Leren schrijven met peer response Tekst: M. Hoogeveen Illustraties: S. Loenen SLO, 2018 1 Waarover gaan de lessen? In deze
Nadere informatieDrents Archief. Meisje met de hoepel. Groep 2 Speuren in het archief
Drents Archief Meisje met de hoepel Groep 2 Les 3 Speuren in het archief Les 3 Speuren in het archief Samenvatting van de les In het Drents Archief bevindt zich een kistje dat een dubbele bodem blijkt
Nadere informatieVollenhove Wonen op een havezate
D S T R K C N T Opdracht 1 Nodig: foto van jezelf als klein kind, fotoblad opdracht 1 In Vollenhove staat de havezate Oldruitenborgh. De havezate is al heel oud. Bijna 250 jaar geleden, rond 1770, woonden
Nadere informatieHoe maak je een werkstuk?
Hoe maak je een werkstuk? Je gaat een werkstuk maken. Maar hoe zit een werkstuk nou eigenlijk in elkaar? Hoe moet je beginnen? En hoe kies je nou een onderwerp? Op deze vragen en nog vele anderen krijg
Nadere informatieHUISWERKGIDS SCHOOLJAAR 2011-2012
HUISWERKGIDS SCHOOLJAAR 2011-2012 1 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk bladzijde 1. Inleiding De huiswerkgids 3 2. Hoe maak en leer je huiswerk? 4 3. Het leren van woorden (spelling/engels) 5 4. Het leren van topografie
Nadere informatieOPBOUW ZELFSTANDIGE BASISHOUDING BIJ KINDEREN
OPBOUW ZELFSTANDIGE BASISHOUDING BIJ KINDEREN Afspraak 1. Maak samen met de kinderen afspraken over wat zelfstandig gedaan mag worden met betrekking tot naar de wc gaan, handen wassen, drinken, eten, de
Nadere informatieKoopkracht: de waarde van geld
Koopkracht: de waarde van geld 1. Leerlingenblad Inleiding Wat is het doel? Wat is het onderwerp? Wat is het middel? Inzicht krijgen in de waarde van geld Koopkracht: de waarde van geld Een presentatie
Nadere informatieJuf Sabine en juf Maaike
Je moet daar heel wat voor kunnen: - Je moet goed kunnen lezen - En ook goed begrijpen wat je leest - Je moet goed kunnen opzoeken - En goed kunnen kiezen wat je wel en niet nodig hebt. - Je moet je verhaal
Nadere informatieUitleg boekverslag en boekbespreking
Uitleg boekverslag en boekbespreking groep 7 schooljaar 2014-2015 Inhoudsopgave: Blz. 3 Blz. 3 Blz. 3 Blz. 4 Blz. 6 Blz. 7 Blz. 7 Stap 1: Het lezen van je boek Stap 2: Titelpagina Stap 3: Inhoudsopgave
Nadere informatieHet houden van een spreekbeurt
Het houden van een spreekbeurt In deze handleiding staan tips over hoe je een spreekbeurt kunt houden. Waar moet je op letten? Wat moet je wel doen? En wat moet je juist niet doen? We hopen dat je wat
Nadere informatieBeroepenwerkstuk 3 MAVO
Beroepenwerkstuk 3 MAVO 2015 2016 1 INLEIDING Het beroepenwerkstuk: Een van de onderdelen van het programma beroepenoriëntatie in 3 mavo is het maken van een beroepenwerkstuk en het presenteren hiervan
Nadere informatieHet Amsterdam Museum gaat over Amsterdam. In het museum hangen schilderijen.
2 INTRODUCTIE Het programma is gemaakt door het. Het gaat over Amsterdam. In het museum hangen schilderijen. Een schilderij is gemaakt door een schilder. In het museum zijn ook voorwerpen te zien. Het
Nadere informatieTeam 6: Zonnepanelen. Onderzoek naar het gebruik van zonnepanelen
Zonnepanelen op school Team 6: Zonnepanelen Onderzoek naar het gebruik van zonnepanelen Jullie gaan onderzoeken welke producten er zijn op zonnecellen 1. SAMENWERKEN IN EEN TEAM Jullie gaan samenwerken
Nadere informatieHet maken van een werkstuk
Het maken van een werkstuk Deze papieren geven informatie over: A. De verzorging : Hoe hoort een werkstuk er uit te zien? B. De indeling : Hoe wordt een werkstuk ingedeeld? C. Het onderwerp : Waarover
Nadere informatieReality Reeks - Verwerkingsopdrachten. Onder druk Geen uitweg voor Aïsha
Reality Reeks - Verwerkingsopdrachten Onder druk Geen uitweg voor Aïsha Lees blz. 5, 6, 7, 8 Wat denk je dat Aïsha wilde doen? Waarom is dat niet gelukt? Is het goed dat de deur van het dak altijd op slot
Nadere informatieDwerggras 30, Rotterdam. 1. Schrijf tijdens het kijken dingen op die jou belangrijk lijken. Je hebt dit later nodig.
Les 1: Een Wikitekst schrijven Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken Bekijk met de klas het Jeugdjournaalfilmpje over koningin Beatrix op www.nieuwsbegrip.nl 1. Schrijf tijdens het
Nadere informatieDocentenhandleiding Rijksmuseum Groep 7-8
Docentenhandleiding Rijksmuseum Groep 7-8 1 Inhoud Voorbereidende les Afsluitende les Aanvullend materiaal bij deze lessen staat op de website: Introductiefilmpje PowerPoint presentatie Werkbladen 2 Voorbereidende
Nadere informatieEenzaam. De les. Inhoud. Doel. Materiaal. Belangrijk. les
8 Inhoud 1 Eenzaam De Soms ben je alleen en vind je dat fijn. Als alleen zijn niet prettig aanvoelt, als je niet in je eentje wilt zijn, dan voel je je eenzaam. In deze leren de leerlingen het verschil
Nadere informatieLesbrief. Voetstappen Kader Abdolah
Lesbrief Voetstappen Kader Abdolah Doe meer met Leeslicht! Bij een aantal boeken in de serie Leeslicht kunt u een gratis lesbrief downloaden van www.eenvoudigcommuniceren.nl. In deze lesbrief staan vragen,
Nadere informatieReality Reeks - Verwerkingsopdrachten. Hey Russel! Een bijzondere vriendschap
Reality Reeks - Verwerkingsopdrachten Hey Russel! Een bijzondere vriendschap Lees blz. 5 tot en met 8. Jim vindt Rudsel een rare naam. Jim zegt dit ook tegen Rudsel. Vind jij het ook een rare naam? Is
Nadere informatieSectorwerkstuk 2010-2011
Sectorwerkstuk 2010-2011 Namen: ---------------------------------------------------------------------------------------- Klas: -------------------- Sector: --------------------------------------------
Nadere informatiePresentaties: presenteer jezelf met PowerPoint
Werkblad 13C Presentaties: presenteer jezelf met PowerPoint Leerjaar 1 Presentaties maken Presentaties algemeen Stappenplan: wat gaan we deze week doen? Praten over presentaties en presenteren Een PowerPoint-presentatie
Nadere informatieWaarom stage? Regels stage Interview 1+2 Stage eindverslag 1+2
Waarom stage? Regels stage Interview 1+2 Stage eindverslag 1+2 Naam Klas Mentor Waar loop jij stage? Naam 1 e stagebedrijf Adres Telefoon Stagebegeleider Startdatum stage Einddatum stage Aantal stagedagen
Nadere informatieBijlage I Lesopzet voor leerlingen groep 7 en 8. welkom
Bijlage I Lesopzet voor leerlingen groep 7 en 8 welkom t r u u b s k in de voulgblik n oud nieuws en ee ter welkom in de volksbuurt oud nieuws en een terugblik Introductie Eerst bekijken jullie de animatiefilm
Nadere informatieLeerlingboekje Les 9 en 10 Schrijfopdracht 5 Hoe vind je de weg?
Leerlingboekje Les 9 en 10 Schrijfopdracht 5 Hoe vind je de weg? Conditie 1 M. Hoogeveen Leren schrijven met peer response. SLO, 2012 In deze les leer je: Dat je in een routebeschrijving de plaatsen duidelijk
Nadere informatieWat is verantwoordelijkheid en waarom is het belangrijk?
Wat is verantwoordelijkheid en waarom is het belangrijk? Verantwoordelijkheid. Ja, ook heel belangrijk voor school!!! Het lijkt veel op zelfstandigheid, maar toch is het net iets anders. Verantwoordelijkheid
Nadere informatieFormeel en informeel. Formeel: Je gebruikt u om iemand aan te spreken. Je noemt iemand bij zijn achternaam.
Formeel en informeel Tijdens je stage praat je veel met mensen. Soms is het een officieel gesprek, soms een gezellig praatje met een collega. Dit noem je formele en informele gesprekken. Formeel betekent
Nadere informatieOpdracht 1 Nodig: kleurpotloden of stiften, poster Maak je huis mooi.
Opdracht 1 Nodig: kleurpotloden of stiften, poster Maak je huis mooi. Hoe ziet de woonkamer in jouw huis eruit? Hebben jullie behang met bloemen, zijn de muren in een mooie kleur geverfd of hebben jullie
Nadere informatieHoe maak je een werkstuk?
Hoe maak je een werkstuk? Je gaat een werkstuk maken. Maar hoe zit een werkstuk nou eigenlijk in elkaar? Hoe moet je beginnen? En hoe kies je nou een onderwerp? Op deze vragen en nog vele anderen krijg
Nadere informatieSta in je recht. Lessen over (kinder)rechten voor PO
Sta in je recht Lessen over (kinder)rechten voor Speed-date Wij hebben een rechtsysteem waar iedereen zich aan moet houden. Maar welke rechten zijn dat dan? Welke ken je en welke rechten lijken jou vanzelfsprekend?
Nadere informatiehoge stroming Fase Ontdek en onderzoek
Groep 7 & 8 Team van maximaal 4 leerlingen Leerling materiaal TECHNIEK TOERNOOI hoge stroming Fase Ontdek en onderzoek Verdeel de rollen Je werkt in een groepje van vier leerlingen. Iedereen in je groepje
Nadere informatieInhoudsopgave 1. Waarom maak je een werkstuk? 2. Zo begin ik met mijn werkstuk 2. De onderdelen van het werkstuk 3
Groep 7 / 8 Inhoudsopgave 1 Waarom maak je een werkstuk? 2 Zo begin ik met mijn werkstuk 2 De onderdelen van het werkstuk 3 Waaraan moet mijn werkstuk voldoen? 3 Hoe werk ik mijn werkstuk af 4 Tips: Hoe
Nadere informatieHoe maak ik in groep 6 een werkstuk?
Hoe maak ik in groep 6 een werkstuk? Je gaat de komende weken thuis een werkstuk maken. Een werkstuk is een lange weettekst. Het wordt geschreven om iemand iets te leren of te laten weten. Net als in een
Nadere informatieOnlangs heeft u met uw klas een bezoek gebracht aan het Kinderboekenmuseum. Wij hopen dat u dit heeft ervaren als een leuk en leerzaam bezoek.
Beste docent, Onlangs heeft u met uw klas een bezoek gebracht aan het Kinderboekenmuseum. Wij hopen dat u dit heeft ervaren als een leuk en leerzaam bezoek. De leerlingen hebben in het museum onder andere
Nadere informatieVragenlijst: Wat vind jij van je
Deze vragenlijst is bedacht door leerlingen. Met deze vragenlijst kunnen leerlingen er zelf achter kunnen komen wat andere leerlingen van hun school vinden. De volgende onderwerpen komen langs: Sfeer op
Nadere informatieZorg dat je een onderwerp kiest, waarvan je echt meer wilt weten. Dat is interessanter, leuker en makkelijker om mee bezig te zijn.
Werkstukwijzer Deze werkstukwijzer helpt je om een werkstuk in elkaar te zetten. Je vult eerst een formulier in. Op dit formulier komt te staan waar je werkstuk over gaat en hoe je het aanpakt. Met behulp
Nadere informatieOPA EN OMA DE OMA VAN OMA
Hotel Hallo - Thema 4 Hallo opdrachten OPA EN OMA 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer om en
Nadere informatielesprogramma PO activerende lessen over respect voor het primair onderwijs
lesprogramma PO activerende lessen over respect voor het primair onderwijs Wordle van respect Duur Materialen een computer met internetverbinding Introductie Op 8 november is het de Dag van Respect. Deze
Nadere informatieMet welk werk kunnen kinderen uit groep 5-6 thuiskomen en hoe kunt u uw kind thuis helpen?
Met welk werk kunnen kinderen uit groep 5-6 thuiskomen en hoe kunt u uw kind thuis helpen? In groep 5-6 nemen kinderen steeds vaker werk mee naar huis. Vaak vinden kinderen het leuk om thuis aan schooldingen
Nadere informatieMeten van mediawijsheid. Bijlage 6. Interview. terug naar meten van mediawijsheid
Meten van mediawijsheid Bijlage 6 Interview terug naar meten van mediawijsheid Bijlage 6: Het interview Individueel interview Uitleg interview Ik zal je uitleggen wat de bedoeling is vandaag. Ik ben heel
Nadere informatieVan je juf of meester krijg je een plaatje. Er zijn vier verschillende plaatjes.
Opdracht 1 Deze opdracht doe je in een groepje van vier. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Er zijn vier verschillende plaatjes. 1. Zoek in de klas naar een klasgenoot met een ander plaatje dan
Nadere informatietaalkaart 1 Ik ga op reis en Ik ga op reis en Wat ga je doen? Je leert wat een reisverhaal is. Je schrijft er zelf een.
Ik ga op reis en Wat ga je doen? Je leert wat een reisverhaal is. Je schrijft er zelf een. Op verkenning tk taalkaart Ik ga op reis en Lees het verhaal van Aymen. 8 augustus 007 - In het vliegtuig Wat
Nadere informatieAanwijzing: Lees de verhalen op de borden boven de kist goed; er staan aanwijzingen op. Kijk goed in de kist. Valt je daar iets bijzonders op?
Ondergronds Opdrachten groepen 5, 6 en 7 In Ondergronds gaan kinderen aan de slag als een echte archeoloog. Ondergronds is een reconstructie van een archeologische opgraving. De leerlingen werken met echte
Nadere informatieSectorwerkstuk 2012-2013
Sectorwerkstuk 2012-2013 Namen: ---------------------------------------------------------------------------------------- Klas: -------------------- Sector: --------------------------------------------
Nadere informatieSTAGEVERSLAG VMBO LEERLING INSTRUCTIE
STAGEVERSLAG VMBO LEERLING INSTRUCTIE Naam: Klas: Bedrijf: Stageperiode: Maak een inhoudsopgave zoals hieronder is afgebeeld. Indien nodig je eigen onderdelen tussen voegen en uiteindelijk de inhoudsopgave
Nadere informatiePeerEducatie Handboek voor Peers
PeerEducatie Handboek voor Peers Handboek voor Peers 1 Colofon PeerEducatie Handboek voor Peers december 2007 Work-Wise Dit is een uitgave van: Work-Wise info@work-wise.nl www.work-wise.nl Contactpersoon:
Nadere informatieKraanwater, je hebt het elke dag nodig. Om te drinken bijvoorbeeld, maar
TIPS EN IDEEËN VOOR JE WERKSTUK OF SPREEKBEURT Kraanwater, je hebt het elke dag nodig. Om te drinken bijvoorbeeld, maar ook om je tanden mee te poetsen of om mee te koken. Kraanwater is gezond, duurzaam
Nadere informatieTaak Wie ben ik? Groep Zwaarte Vakgebied Voorbereiding Rol leerkracht Kerndoelen Code ariq,
Taak Wie ben ik? Groep 7 Zwaarte Vakgebied - Sociaal emotionele ontwikkeling - Creatieve ontwikkeling - Taalvaardigheid Voorbereiding - Computer met internet - Papier, verf en kwasten Rol leerkracht -
Nadere informatie2.1 FaVoriete leestips
Verhalend 2.1 FaVoriete leestips Van klasgenoten heb ik de volgende tips gekregen van boeken/tijdschriften die mij leuk lijken: 1.... 2.... 3.... Van de leraar heb ik de volgende tips gekregen van boeken/tijdschriften
Nadere informatieOntwerp je eigen prefabhuis
Ontwerp je eigen prefabhuis Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding Wist jij dat er in Nederland iets meer dan 7 miljoen huizen staan? Tegenwoordig worden de meeste
Nadere informatieHALLO WERELD WERKSTUK
HALLO WERELD WERKSTUK Opdracht Maak een werkstuk over China, het onderwerp van het boek De Parel en De Draak. Beschrijf verschillende aspecten van het land en maak je werkstuk zo afwisselend mogelijk.
Nadere informatieMiddeleeuws Oldenzaal
D S T R K C N T Opdracht 1 Bekijk de kaart op de volgende bladzijde. 1. Waar kun je aan zien dat dit een oude kaart is? 2. Wat valt je op aan de manier waarop Oldenzaal vroeger gespeld werd? 3. Welke vorm
Nadere informatieMijn Mokum is een project voor NT2 cursisten. Het is gemaakt door het Amsterdam Museum.
2 INTRODUCTIE is een project voor NT2 cursisten. Het is gemaakt door het. In het wordt de geschiedenis verteld aan de hand van schilderijen en voorwerpen. Je gaat met de groep naar het museum. In dit werkboekje
Nadere informatieNaam:. Namen groepsleden:... Begeleider:
Naam:. Klas: Namen groepsleden:........ Begeleider: 1 Inleiding In deze projectweek ga je onderzoek doen. Dit onderzoek is ter voorbereiding op het sectorwerkstuk in de vierde klas. Dit boekje is jouw
Nadere informatieLeerlingboekje les 3 en 4. Schrijfopdracht 2 Wie zijn zij? Groep 7
Leerlingboekje les 3 en 4 Naam: Schrijfopdracht 2 Wie zijn zij? Groep 7 Leren schrijven met peer response Tekst: M. Hoogeveen, A. van Gelderen, A. Wijnbergh Illustraties: V. van Asperen SLO, 2018 1 Waarover
Nadere informatieStappenplan voor het maken van een presentatie
Stappenplan voor het maken van een presentatie De voorbereiding van een presentatie is erg belangrijk. Je kunt niet de avond ervoor even een presentatie maken. Je moet informatie verzamelen (bv. uit boeken,
Nadere informatieHelp, ik moet een werkstuk maken!
Help, ik moet een werkstuk maken! Je gaat de komende tijd bezig met het maken van een werkstuk. Maar hoe zit een werkstuk nou eigenlijk in elkaar? Hoe moet je beginnen? En hoe kies je nou een onderwerp?
Nadere informatieJEZUS IS MIJN SUPERHELD
JEZUS IS MIJN SUPERHELD NAAM Studielessen voor 4-7 jarigen. Mei 2005 Deze lessen zijn geschreven door Beryl Voorhoeve, Judith Maarsen De lessen zijn geschreven om te gebruiken in kleine Bijbelstudie groepen
Nadere informatieWerkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd
Werkstuk En natuurlijk ook spreekbeurt Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd (Op het voorblad komt de titel van je werkstuk, een foto of een plaatje van je onderwerp, je naam en je klas.) Inhoudsopgave
Nadere informatieProfielwerkstuk 4 MAVO
Profielwerkstuk 4 MAVO Logboek Het groepje bestaat uit de volgende leerlingen: Klas: Logboek profielwerkstuk blz. 1 Profielwerkstuk 4 MAVO Logboek Planning: 1. Voorbereiding 2. Onderzoeksvraag en deelvragen
Nadere informatieOnderzoeksboekje. Klas: Namen:
Onderzoeksboekje Klas: Namen: De onderdelen van de onderzoekscyclus: 1. Introductie 2. Verkennen 3. Opzetten onderzoek 4. Uitvoeren onderzoek 5. Concluderen 6. Presenteren 7. Verdiepen/verbreden 2 Science
Nadere informatieLesbrief: Beroepenmagazine Thema: Mens & Dienstverlenen aan het werk
Lesbrief: Beroepenmagazine Thema: Mens & Dienstverlenen aan het werk Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding In de lesbrieven van het thema Aan het werk hebben jullie
Nadere informatie