10 SATELLIETWAARNEMINGEN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "10 SATELLIETWAARNEMINGEN"

Transcriptie

1 Satellietwaarnemingen SATELLIETWAARNEMINGEN 10.1 Algemene inleiding Het pakket Satpack is bedoeld voor gebruik in een weerkamerprakticum door studenten Meteorologie. Het doel is: - te laten zien wat voor soort satelliet-informatie meteorologen tot hun beschikking hebben, en - te laten zien hoe deze satellietinformatie gekoppeld kan worden aan de oppervlakte- en bovenluchtwaarnemingen. In elk pakket worden twee opeenvolgende dagen beschouwd. De analyse van de eerste dag wordt in zijn geheel gepresenteerd, de tweede dag dient als oefening. Erbij gaan een aantal opdrachten. Elk pakket staat op zich en beschrijft een situatie waarin de nadruk ligt op de verschillende systemen die in dat jaargetijde voorkomen. In 10.2 t/m 10.4 wordt algemene informatie over satellieten gegeven. Deze informatie is voor beide situaties bruikbaar Waarnemingen door satellieten In oktober 1957 brak door de lancering van de Russische satelliet `Sputnik' een nieuw tijdperk aan voor wetenschappelijke waarnemingen. Satellietwaarnemingen bleken een welkome aanvulling voor meteorologen te zijn, en in 1960 werd de eerste, speciaal voor meteorologische waarnemingen bestemde, satelliet gelanceerd. Dit was de amerikaanse TIROS I. Vandaag de dag zijn er talloze weersatellieten in de ruimte die een belangrijke bijdrage leveren aan de oppervlakte en 600 bovenlucht waarnemingsstations, vooral in gebieden waar weinig waarnemingen worden gedaan Satellietbanen Satellieten kunnen veel verschillende banen beschrijven, maar voor meteorologische doeleinden zijn er eigenlijk maar twee die van belang zijn: * zon-synchrone banen: deze banen zijn vast ten opzichte van de zon zodat de satelliet op elke plaats op aarde steeds op hetzelfde tijdstip (lokale tijd) overkomt. * geostationaire banen: deze liggen in het vlak van de evenaar, en doordat de satelliet een oostwaartse beweging maakt waarbij de omlooptijd precies 24 uur is, staat de satelliet `stil' boven een gegeven punt op aarde (op de evenaar). Het heeft als voordeel dat er per dag veel waarnemingen (foto's) van hetzelfde gebied op aarde gemaakt kunnen worden. Een nadeel is dat gebieden ver van de evenaar (bv. Noord Europa) onder een vrij scheve hoek worden waargenomen Instrumenten Elke satelliet beschikt over een aantal stralingsmeters die de hoeveelheid straling in een gegeven golflengtegebieden (banden) meten. Enkele veel voorkomende banden zijn gegeven in Figuur Een stralingsmeter meet de hoeveelheid straling van een gegeven richting (of plaats) op een gegeven ogenblik. Een beeld moet daarom opgebouwd worden door een `scan' uit te voeren langs een groot aantal lijnen, net als bij een TV-toestel.

2 10.2 Figuur 10.1 Golflengtegebieden waarin door meteorologische satellieten metingen worden verricht. Het beeld van de TIROS-N, bijvoorbeeld, bestaat uit 4500 lijnen die elk een gebied van 1,1 km op het aardoppervlak bestrijken. Om deze lijnen te produceren scant de stralingsmeter 360 keer per minuut van west naar oost. De noord-zuid scan wordt veroorzaakt doordat de satelliet in die richting beweegt (bij een zon-synchrone satelliet) of door middel van een spiegel (bij een geostationaire satelliet). De afmetingen van het kleinste gebiedje dat nog door de stralingsmeter wordt bemeten (de resolutie) hangt af van de optica en van de meetfrequentie (`sampling rate') langs elke scanlijn. Recht onder de TIROS-N satelliet (sub-satellite point) is deze resolutie 1,1 km in NZ-richting en 1,1 km in OW-richting. Aan de randen van het beeld is de resolutie stukken slechter. De informatie van elke stralingsmeter wordt via een radioverbinding in digitale vorm naar een grondstation gestuurd. Daar wordt de data verder verwerkt tot het beeld dat voor ons bruikbaar is. De beelden in Satpack werden ontvangen en bewerkt op de Universiteit van Dundee, Groot Brittannië. In dit stadium worden de kustlijnen, breedtecirkels en meridianen over het beeld heen gelegd; het is een handige, maar ruwe benadering van de lokatie van de waargenomen systemen op het beeld. Soms is er enig verschil met de werkelijke lokatie, omdat het perspectief afhangt van de exacte plaats van de satelliet. De breedtecirkels zijn om de 5 getekend, meridianen om de 10. Afstanden zijn te schatten als je bedenkt dat 1 verschil in geografische breedte (in NZ-richting) overeenkomt met ongeveer 111 km in werkelijkheid. Tenslotte is er op de satelliet naast de stralingsmeters nog apparatuur aanwezig voor het ophalen van de gegevens van meer dan 200 automatische weerstations. Deze gegevens worden opgeslagen, totdat ze kunnen worden doorgezonden naar een grondstation Golflengtegebieden In het elektromagnetisch spectrum (zie Figuur 10.1) worden de golflengtes weergegeven in micrometers, m (10 6 m = 1 m). Alle straling met een golflengte < 4 m is van de

3 Satellietwaarnemingen 10.3 zon afkomstig, na reflectie aan wolken en aardoppervlak (zichtbaar licht, `visible'). In dit golflengtegebied is er `s nachts niks te zien, en de helderheid overdag hangt af van de stand van de zon en plaats van de satelliet. Alle straling met een golflengte > 4 m is uitgezonden door gassen in de atmosfeer, door wolken, land- of zeeoppervlak (infrarood licht, `IR'). Deze straling wordt dag en nacht uitgezonden, en de hoeveelheid hangt voor een deel af van de temperatuur van het voorwerp dat de straling uitzendt. In de praktijk laat met de koudste delen het helderste (wit) op de satellietfoto uitkomen: hoge wolken zijn wit op zowel zichtbaar licht als IR foto's, terwijl de zee er donker uitziet. Hierdoor is het makkelijker om de twee foto's met elkaar te vergelijken. De belangrijkste golflengtebanden zijn de volgende. Zichtbaar licht (visible) De `zichtbaar licht foto' toont het gereflecteerde zonlicht in het beeldgebied van de satelliet. Eigenlijk wordt de gemiddelde reflectie gemeten van de golflengten in het zichtbare en nabije IR gebied. Het albedo van een voorwerp is het deel van de straling dat wordt gereflecteerd. Typische waarden zijn: wolken 50 tot 65%, afhankelijk van wolkensoort en dikte, sneeuw 55 tot 90%, afhankelijk van `ouderdom', gras 25%, bos 5 tot 15%, oceaan 2 tot 7%, afhankelijk van ruwheid zeeoppervlak. Er is dus een groot contrast tussen bv. een dik wolkendek en een wolkenloze oceaan. Infrarood licht (IR, infrared) De `infrarood foto' toont meestal de hoeveelheid straling die wordt uitgezonden in het `venster' van het IR-deel van het spectrum. Juist deze golflengtes worden gebruikt omdat de wolkenloze atmosfeer er vrijwel transparant voor is. Dit golflengtegebied ligt ook vlakbij het gebied waarbij voorwerpen met een temperatuur van 200 tot 300 K (-73 tot +27 C) de meeste straling uitzenden. Het beeld wordt zo bewerkt dat hoe sterker het signaal (de straling) is hoe donkerder de foto ter plekke is. De IR foto laat de straling zien die van het hoogst gelegen oppervlak afkomstig is: dit is ofwel een wolkentop of het aardoppervlak in een wolkenloos gebied. Hoe donkerder het beeld, hoe warmer het oppervlak. Bij het bekijken van enkele IR foto's valt direct op het contrast tussen land en zee, waarbij het land meestal donkerder (warmer) is dan de omringende zee in de zomer. In de winter is de zee meestal warmer (donkerder) dan het land. Bij het vergelijken van zichtbaar licht en IR foto's valt verder op dat vele witte plekken overeenkomen: dit zijn hoge (dus koude) wolkentoppen die ook sterk het zonlicht weerkaatsen. Vaak komt een witte wolkenband op de zichtbaar licht foto overeen met een grijs gebied op de IR foto: we weten dan dat we te maken hebben met lage of middelbare bewolking waarvan de wolkentoppen een temperatuur halverwege de temperatuur van het aardoppervlak en de hoogste wolkentoppen. De grijstinten in de IR foto (`grey scale') zijn met enige moeite om te rekenen naar temperaturen, maar voor onze toepassingen is de relatieve helderheid (wit, lichtgrijs, donkergrijs, zwart) genoeg om grofweg iets te zeggen over de temperatuur.

4 10.4 Waterdamp (water vapour) De foto's genomen in het waterdampkanaal geven een beeld van de straling afkomstig in het gebied rond 6,3 m. Bij deze golflengte is waterdamp een sterke straler. De hoeveelheid straling die gemeten wordt hangt af van de temperatuur van het hoogst gelegen vochtoppervlak in de atmosfeer. Een wit gebied geeft aan dat de bovenste delen van de troposfeer relatief vochtig zijn, terwijl een donker gebied aangeeft dat het ter plekke vrij droog is: we zien dan de uitstraling van een lager (= warmer) gelegen deel van de atmosfeer. In dit geval is er vaak sprake van dalende lucht (subsidentie) zoals bijvoorbeeld in een hogedrukgebied Informatie uit satellietfoto's Een opmerkelijk grote hoeveelheid informatie over de synoptische situatie, en over de toestand van de troposfeer kan worden verkregen door het naast elkaar bekijken van een paar zichtbaar licht en IR foto's die op hetzelfde moment zijn genomen. In de operationele meteorologie worden deze beelden gebruikt samen met de conventionele synoptische analyses afgeleid uit de grondwaarnemingen. De voorbeelden in Satpack geven duidelijk de relatie aan tussen systemen die zichtbaar zijn op de satellietfoto's en systemen zichtbaar op de weerkaart. Als deze relatie is gelegd kunnen de satellietbeelden gebruikt worden om de exacte lokatie van systemen in data-arme gebieden (bv. oceanen) te bepalen. Geen enkele satelliet kan zaken onderscheiden die kleiner zijn dan de resolutie (het oplossend vermogen) of groter dan het gehele beeldveld (ongeveer 3000 km). Twee veel voorkomende en voor de hand liggende systemen hoeven niet per sé duidelijk op satellietfoto's herkenbaar te zijn. Lagedrukgebieden zijn vaak herkenbaar omdat ze het centrum zijn van naar binnen spiraliserende wolkenpatronen, dit komt omdat de wolken zich vaak vertonen in de vorm van een band met een breedte van enkele tientallen kilometers en liggend ongeveer evenwijdig aan de oppervlakte winden. Gebieden met actieve convectie zijn herkenbaar aan een patroon met kleine witte vlekjes, hoewel individuele Cu wolken kleiner zijn dan de resolutie van de satelliet: deze vlekken zijn ofwel grote Cb wolken, ofwel vele Cu wolken die georganiseerd zijn in een bepaald patroon. In het algemeen kunnen bewolkingsgebieden op twee manieren geklassificeerd worden: door hun patroon en door hun temperatuur of hoogte Stratiforme bewolking Uitgebreide gebieden met een min of meer uniforme grijstint op zichtbaar licht foto zijn een indicatie dat deze bewolking is ontstaan door een grootschalig proces. Dit kan zijn door opstijging nabij de kern van een lagedrukgebied, of langs een brede band met convergentie, zoals bij een front. Een koufront is vaak zichtbaar aan een 100 tot 200 km brede wolkenmassa die soms wel 1000 k lang is. De structuur van een warmtefront, vanaf de grond zichtbaar door naderbijkomende steeds lagere bewolking is van bovenaf niet goed zichtbaar: het oppervlaktefront ligt meestal zo'n 700 tot 800 km achter de voorste begrenzing van de wolkenband.

5 Satellietwaarnemingen 10.5 Frontale bewolking is meestal wit (dus koud) op de IR foto's. Laaghangende stratus of mist heeft echter een temperatuur die niet veel verschil van die van het onderliggende land- of zeeoppervlak. Soms zijn stofstormen in de Sahara zichtbaar: deze zijn zelfs warmer dan de Stbewolking, het duurt soms enkele dagen voordat deze gebieden verdwijnen. Een dunne laag Cs is vaak moeilijk te detecteren, zowel vanaf de grond als met behulp van satellietfoto's. Deze bewolking laat een deel van zowel de kortgolvige als de infrarood straling door en lijkt daardoor op lage bewolking. Het kan alleen onderscheiden worden door de context waarin deze bewolking voorkomt. Een vergelijkbaar probleem doet zich voor bij zeeijs, zoals bij Groenland. Dit ijs is slechts weinig warmer dan het aardoppervlak of een mistveld in hetzelfde gebied Cumuliforme (convectieve) bewolking Cu en Cb bewolking is karakteristiek voor koude luchtmassa's die van onderen worden verwarmd en onstabiel worden. Als lucht boven een groot gebied onstabiel wordt, dan zal ergens lucht gaan stijgen, terwijl elders de lucht dan moet dalen. Deze schaal waarop deze stijgende en dalende luchtstromingen zich organiseren neemt toe als de dikte van de onstabiele luchtlaag toeneemt. Deze geleidelijke toename in schaal en diepte van de onstabiele laag is vaak het beste zichtbaar achter een koufront, als een koude noordwestelijke of noordelijke luchtstroming over steeds warmer zeewater stijkt. Als de onstabiele laag dik genoeg is om onweer te veroorzaken dan zijn individuele Cb's zichtbaar. Deze Cb's kunnen van 10 tot 50 km in diameter zijn, terwijl de Ci toppen ervan nog veel groter kunnen worden. Wolken met vrij warme toppen organiseren zich soms in een duidelijke vorm. Deze vorm is dan vaak afhankelijk van veranderingen aan het aardoppervlak. Zo kan in de zomer langs kusten of langs de randen van grote meren de zeewind circulatie ontstaan. In de middag is dit zichtbaar als een wolkenloze strook boven de kust en de zee en een dichte rij convectieve bewolking enigszins landinwaarts Orografische bewolking Wolken worden ook veel boven bergen gevormd. Ze zijn dan soms moeilijk te onderscheiden van de eventueel aanwezige sneeuw. Ook kunnen zich soms bewolkingslijnen parallel aan elkaar vormen op regelmatige afstanden: dit zijn wolken horend bij de zogenaamde lijgolven, die zich stroomafwaarts van bergen vormen als de lucht aan een aantal voorwaarden voldoet. We hebben hier slechts de meest voorkomende gevallen geschetst. Als satellietfoto's nauwgezet worden bekeken zijn andere zaken waarneembaar zoals Cb ingebed in een laag As, of Cu georganiseerd in een rij stroomafwaarts, of wervels stroomafwaarts van eilanden. Als we gezond verstand gebruiken, zijn we meestal wel in staat om systemen zichtbaar op satellietfoto's te koppelen aan de bijbehorende synoptische situatie Nephanalyses In de tijd dat nog niet iedereen beschikte over een satellietontvanger werden de gegevens van satellietfoto's verwerkt in zg. nephanalyses die een beeld geven van de soort en verspreiding van de waargenomen bewolking. In Satpack zijn ze opgenomen

6 10.6 omdat ze als oefening nog steeds goed bruikbaar zijn Andere meteorologische gegevens Oppervlakte waarnemingen De satelliet geeft weliswaar een instantaan beeld van de wolkenpatronen over een bepaald gebied, maar er is méér nodig om een goede kwantitatieve beschrijving van de atmosfeer te geven, nodig voor het maken van een verwachting. We zullen de satellietgegevens relateren aan de meer conventionele gegevens. Hiertoe hebben we ten eerste oppervlaktewaarnemingen welke op een weerkaart geanalyseerd kunnen worden op de normale manier. De plotjes op de gegeven weerkaarten zijn enigszins vereenvoudigd Bovenlucht waarnemingen Er zijn ook gegevens van enige radiosonde waarnemingen waarmee profielen van temperatuur luchtvochtigheid en wind gemaakt kunnen worden. Deze bovenlucht waarnemingen zijn essentieel voor de operationele meteorologie omdat de stromingen in de atmosfeer drie-dimensionaal zijn. Een van de belangrijkste toepassingen van bovenlucht gegevens is de constructie van bovenlucht kaarten met hoogtelijnen en temperatuurverdelingen. Omdat in de bovenlucht de overgangen minder abrupt zijn kan met minder waarnemingen worden volstaan dan aan het aardoppervlak. De bovenluchtkaarten worden hier nu niet gebruikt omdat de oppervlaktekaarten voldoende gegevens bevatten. Echter enkele oplatingen geven wat extra informatie over de stabiliteit en de lokatie van frontale structuren Het Tephigram Het thermodynamische diagram dat in Groot Brittannië het meest wordt gebruikt is het zogenaamde Tephigram. Het tephigram wordt gemaakt door langs de vertikale as de potentiële temperatuur en langs de horizontale as de temperatuur uit te zetten. Isobaren lopen van linksonder naar rechtsboven. Rotatie van het geheel over 45 zorgt ervoor dat de (enigszins kromme) isobaren min of meer horizontaal lopen. Het tephigram komt in deze versie van Satpack ook voor. De volgende lijnen zijn daarbij gegeven. 1. De vertikale as komt min of meer overeen met de hoogte, maar hangt eigenlijk van de luchtdruk af; isobaren lopen bijna horizontaal en zijn licht gekromd. 2. Isothermen lopen van linksonder naar rechtsboven. 3. De droogadiabaten lopen van rechtsonder naar linksboven. 4. De verzadigd adiabaten zijn ook getekend, en benaderen de droogadiabaten boven de 500 mb. 5. De mengverhoudingslijnen zijn de streepjeslijnen die van linksonder naar rechtsboven lopen.

7 Satellietwaarnemingen Opdrachten De beelden die we bij deze oefeningen gebruiken zijn van de TIROS-N satelliet, die gelanceerd is op 13 oktober 1977 en nu al lang buiten werking is. Deze satelliet liep in een zon-synchrone baan rond de aarde op 870 km hoogte en een omlooptijd van 102 minuten. De baan bevond zich in een vlak dat een hoek maakte van 98.7 met de equator. De equator werd door de satelliet van zuid naar noord gepasseerd om ongeveer lokale tijd. TIROS-N had een zeer hoge resolutie radiometer aan boord (Engels: Advanced Very High Resolution Radiometer (AVHRR)), die in vier kanalen waarnam: 0.55 tot 0.90 m (10 6 m = 1 m) 0.73 tot 1.10 m 3.55 tot 3.95 m tot m Wij gebruiken het kanaal in het zichtbare licht (VIS, m) en het infrarode kanaal (IR, m). De resolutie van de satelliet was ongeveer 1.1 km. De nummering van de figuren en diagrammen is zodanig dat per situatie steeds met Figuur 1 wordt begonnen SITUATIE A: Oktober Oktober Bestudeer de algemene situatie, waarbij je gebruik maakt van de grondanalyse met waarnemingen (fig. 4). Een koufront is in zuidoostelijke richting over het Verenigd Koninkrijk getrokken en een warmtefront nadert vanuit het westen. Een opvullende depressie ligt voor de Noorse kust en een meer actieve depressie ten zuidwesten van Ijsland. Boven het Middellandsezeegebied ligt ook nog een front. 2. Bestudeer de satellietbeelden (Fig.2 en 3) samen met figuur 4 en merk de volgende bijzonderheden op, die in het tekstgedeelte beschreven zijn: a. land kouder dan de zee (IR, 58 N, 7 E, cp VIS), b. hoge bewolking, helder in VIS en IR (43 N, 0 W), c. lage bewolking, helder in VIS, grijs in IR (48 N, 0 W), d. koufrontbewolking (VIS van zuid Zweden tot noord Frankrijk), e. warmtefront bewolking (ten westen en noorden van de UK), f. spiraalvormige banden die naar de depressie lopen (ten zuidwesten van Ijsland), g. cellulair convectie patroon (53 N, 8 E), h. hoge cumulonimbus met cirruspluimen (53 N, 12 E), i. uitgestrekte lage bewolking (55 N, 22 E), j. met sneeuw bedekte bergen (Alpen, zuid Noorwegen), k. lensvormige wolken (38 N, 4 W, grondwind is oostelijk). 3. Vergelijk de wolkenanalyse (Fig. 1) met fig. 2, 3 en 4. Merk op hoe goed de grenzen die hier gemarkeerd zijn overeenkomen met identificeerbare wolkenbanden en met verschijnselen aan de grond van de synoptische waarnemingen. 4. De gegevens van de radiosonde stations zijn in fig. 5 en 6 weergegeven; Markeer hun posities in figuur 4 aan de hand van de opgegeven lengte- en breedte coördinaten.

8 10.8 Merk de volgende verschijnselen op, zoals beschreven in paragraaf III van de algemene tekst. a. inversie op laag niveau te Crawley (fig. 6a, Mb); dit is een droge inversie, typisch voor dalende luchtbewegingen en heldere onbewolkte luchten (fig. 2), b. vochtige frontale inversie achter het koufront te De Bilt (fig. 5b, 650 mb), de dauwpuntstemperatuur neemt toe met de hoogte, c. de tropopause, met de gemarkeerde inversie (fig. 5b, 250 mb en fig. 6b, 200 mb); herinner je dat de gemiddelde tropopause hoogte afneemt met toenemende breedte, zodat een ongewoon lage tropopause wijst op lucht van arctische origine en een hoge tropopauze wijst op lucht van tropische oorsprong, d. een dikke laag bewolking, met een dauwpuntsdepressie < 5 C (fig. 6b, mb). 5. Vergelijk fig. 6a met fig. 13; dezelfde gegevens zijn weergegeven, maar de assen getransformeerd (zie inleidende tekst), merk op dat nu een groter deel van het diagram gebruikt kan worden. Ook kunnen kwantitatieve deducties gemakkelijker gemaakt worden. 19 Oktober Maak een wolkenanalyse (nephanalyse) voor utc (fig.8 en 9) met gebruikmaking van fig. 7 als basiskaart. Volg de conventies zoals in fig. 1 aangegeven. 2. Analyseer de utc grondkaart (fig. 10): isobaren (om de 5 mb) en fronten en leg het verband tussen je analyse en zowel de satellietfoto's als de wolkenanalyses. 3. Beschrijf in het kort wat het verband is tussen de wolkenband over het centrale deel van de UK en zuid-west Noorwegen en de grondwaarnemingen in deze regio's. 4. Identificeer en markeer de volgende verschijnselen in fig. 8 en 9: a. frontale wolkenband, b. centrum van lagedruk, c. wolkenlaag op laag niveau, d. cellulair convectie boven de oceaan, e. wolkenpatroon met golven, f. met sneeuw bedekte bergen. 5. Markeer de posities van de aërologische stations (fig. 11 en 12) in fig. 7 en 10. Merk op dat de aard van de ballonoplating van het station Sola opmerkelijk is veranderd in 24 uur tijds. Relateer deze veranderingen in temperatuur en vochtigheid aan de beweging van de structuren zoals die op zowel de grondanalyses als de satellietfoto's te zien zijn. 6. Relateer de oplatingen van Shanwell in de UK, (fig. 11b), Trappes in Frankrijk en Thorshavn in de Faroer (fig. 12b) aan de structuren die je op d de grondanalyses en satellietbeelden kunt zien.

9 Satellietwaarnemingen SITUATIE B: Mei Mei Bestudeer de algemene situatie met gebruikmaking van de geplotte gegevens en analyses (fig. 4). Het centrum van een hogedrukgebied ligt boven Nederland en strekt zich over een groot deel van Europa uit. Een gedeeltelijk geoccludeerde depressie ligt zo'n 500 km ten zuidwesten van Ijsland, waarvan het koufront in zuidwestelijke richting verloopt. Een jongere depressie verschijnt in de buurt van 47 N, 29 W. 2. Merk de uitgestrekte mistgebieden op die ten zuidwesten van Ierland gerapporteerd worden en boven gedeelten van de Noordzee. deze gebieden zijn duidelijk te zien op de VIS foto (fig. 2), maar zijn bijna onzichtbaar op het IR beeld (fig. 3), hetgeen aantoont dat de temperatuur van de mist praktisch gelijk is aan die van het zeewater. Dit is 'advectieve' mist, die ontstaat als warme lucht over een steeds kouder zeeoppervlak stroomt wanneer de lucht naar het noordoosten beweegt. Als de zeewatertemperatuur lager is dan de dauwpuntstemperatuur van de lucht, begint zich mist te vormen. Er is wat wind nodig om de lucht bij het oppervlak te mengen en een behoorlijk dikke mistlaag te vormen, maar als de wind te sterk is, wordt de mist over een dikke laag gemengd en verdwijnt weer. Bij gematigde windsnelheid, zo'n 15 knopen, kan de mist opgetild worden en overgaan in stratusbewolking met een wolkenbasis op meter; alleen op grond van satellietfoto's kan dat onderscheid niet gemaakt worden. De situatie die vertoont wordt is typisch voor een mistsituatie aan het begin van de zomer ten zuidwesten van de UK. In dit geval breidt de mist zich landinwaarts uit over een kleine afstand in Cornwall en Devonshire en lost dan verder op boven land dat aanzienlijk warmer is dan de zee. 3. Bestudeer de satellietbeelden (fig. 2 en 3) samen met fig. 4 en merk de volgende structuren op, die in de algemene tekst besproken zijn: a. Land warmer dan de zee (IR, 52 N, 2 E en andere kusten), b. hoge bewolking, helder in VIS en IR (50 N, 25 W), c. koufront bewolking, van 63 N, 5 W tot 50 N, 20 W; wolkentop is aanvankelijk hoog, maar lager verder naar het zuidwesten. d. lagedrukcentrum, met enigszins wazige wolkenbanden die naar binnen spiraliseren (56 N, 26 W), e. cellulaire convectie achter het koufront (55 N, 24 W), f. met sneeuw bedekte bergen (Alpen en Pyreneeën). Vergelijk fig. 2 en 8 nauwkeurig en merk op dat de sneeuwbedekking op de Pyreneeën blijkbaar is toegenomen; dat moet het gevolg zijn van orografische bewolking, g. zee-ijs langs de kust van Groenland (66 N, 33 W) die in het VIS duidelijk te zien is, maar niet in het IR vanwege het geringe temperatuuronderscheid met het zeewater. h. golfvormig wolkenpatroon (VIS, 58 N, 6 W), i. filamenten van west-noordwest naar oost-zuidoost (VIS en IR, 49 N, 9 W): dit zijn waterdampsporen die zich in de tamelijk vochtige bovenlucht wijd verspreid hebben.

10 Vergelijk de wolkenanalyse (fig. 1) met fig. 2, 3 en 4. Merk op hoe de gemarkeerde grenzen netjes samenvallen met de wolkenstructuren en met de grondfronten die op basis van grondwaarnemingen geanalyseerd zijn. Merk het verschil o tussen de positie van het circulatiecentrum ten zuiden van Ijsland (fig. 1) en het lagedrukcentrum gebaseerd op grondwaarnemingen (fig. 4). Het is moeilijk enig ander circulatiecentrum in dit gebied te onderscheiden op basis van wolkenfoto's. 5. De gegevens van vier radiosondestations zijn weergegeven in fig. 5 en 6. Markeer hun posities in fig. 4 met gebruikmaking van de gegeven geografische coördinaten. Merk de volgende kenmerken op (zie tekstgedeelte): a. THORSHAVN (fig. 5a); dit is de warme sector van de depressie met maritiem tropische lucht. Deze lucht is van onderen afgekoeld waardoor een relatief stabiele laag gevormd is die tot 750 mb reikt. Wolkenlagen strekken zich uit van 1000 tot 900 mb en van 750 tot 600 mb. b. OCEAAN WEERSCHIP MIKE (fig. 5b); Oppervlaktetemperatuur lager dan Thorshavn. Er is een diepe verzadigde laag ( mb), met een zwakke inversie tot 450 mb, karakteristiek voor een warmtefront (vocht zit erboven). c. CAMBORNE (fig. 6a); een sterke inversie in de lage niveaus, vochtig daaronder en droog erboven, karakteristiek voor zeemist. De hoge tropopauze ergens boven 200 mb is typisch voor tropische lucht. d. BORDEAUX (fig. 6b); een goed gemengde laag tot op 920 mb, die aangeeft tot hoe hoog de convectie plaats vindt. Hierboven zit een sterke inversie en de lucht in de omgeving is niet verzadigd. Dit is typisch voor heldere lucht in een hogedrukgebied. 14 Mei 1979 Merk in fig. 8 op dat het heldere gebied bij Spanje (42 N, 10 W) niet het gevolg is van wolken. Het is een voorbeeld van 'sun-glint', directe reflectie van zonlicht naar de satelliet. De satelliet bevindt zich ongeveer boven Londen en de zon boven 20 N, 40 W. 1. Maak een wolkenanalyse voor utc (fig. 8 and 9) met behulp van fig. 7 als basiskaart. Volg de conventies van fig Analyseer de utc grondkaart (fig. 10): isobaren om de 5 mb en fronten, met gebruikmaking van satellietfoto's en wolkenanalyse. 3. Teken op fig. 8 een lijn van Spanje naar Ijsland en bespreek hoe de veranderingen in bewolking samenhangen met de structuren zoals geanalyseerd in de grondkaart van utc (fig. 10). 4. Merk de volgende structuren op in fig. 8 en 9 en identificeer ze: a. frontale wolkenband, b. een gebied met uitgebreide zeemist, c. cellulaire convectie boven de oceaan, d. golfvormige wolkenpatronen, e. een gebied met cirruswolken boven Europa, f. centrum van lagedruk.

11 Satellietwaarnemingen Markeer in fig. 10 de posities van de ballonoplatingen van figuren 11 en 12. De oplating van Thorshavn om 1200 utc, 14 mei (fig. 11a) laat een opmerkelijke verandering zien ten opzichte van de vorige dag (fig. 5a), dat is sinds de Faroer in overgang heeft ondergaan van maritiem tropische naar maritiem polaire lucht. Hoeveel (in mb en km) zijn het nul graden niveau en de tropopauze omlaag gegaan sinds de vorige oplating? Merk in de satellietbeelden op hoe de wolkensoorten veranderd zijn in Thorshavn tussen 13 en 14 mei in verband met de verandering in luchtsoort. 6. De oplating van Stornoway van utc, 14 mei (fig. 11b) laat een diepe laag warme en vochtige lucht zien. Fig. 8 en 9 illustreren de aanwezigheid van uitgebreide, betrekkelijk dikke lagen bewolking in de nabijheid. Merk het golfvormige wolkenpatroon aan de lijzijde van de Schotse heuvels op en schat hun onderlinge afstand. Dat zijn staande golven die soms aan de lijzijde van heuvels of bergen ontstaan. De weersituatie die daarvoor gunstig is kenmerkt zich door: i. een stabiele laag tussen minder stabiele lagen op de grond en hogere niveaus (zie fig. 11b). ii. een wind van tenminste 15 kts boven de bergrug (in dit geval 40 kts op 900 meter, een typische hoogte voor de Schotse heuvels) en iii. een constante windrichting tot aan de bovenkant van de stabiele laag (hier constant rond 235 in Stornoway). 7. Vergelijk fig. 12a en 12b. Geef commentaar op het mest opmerkelijke verschil en ga na hoe dat verband houdt met de wolken zoals op de twee stations waargenomen.

Inspectie Verkeer en Waterstaat

Inspectie Verkeer en Waterstaat Inspectie Verkeer en Waterstaat PPL voorbeeldexamen Meteorologie 1 Waarvan zijn zichtbare weersverschijnselen in de troposfeer voornamelijk het gevolg? A) Van subsidentie. B) Van luchtvervuiling. C) Van

Nadere informatie

Wat is Meteorologie?

Wat is Meteorologie? Meteorologie Niek van Andel www.alweeronline.nl Wat is Meteorologie? Latijn: Meteorologia Grieks: Meteorologos metewros (hoog in de lucht) logos (leer van) Leer van iets, hoog in de lucht (abstract) 1

Nadere informatie

Werkblad:weersverwachtingen

Werkblad:weersverwachtingen Weersverwachtingen Radio, tv en internet geven elke dag de weersverwachting. Maar hoe maken weerdeskundigen deze verwachting, en kun je dat niet zelf ook? Je meet een aantal weergegevens en maakt zelf

Nadere informatie

Vlucht 31 Augustus 2013 Losplaats: Morlincourt Lossingstijd: 13.00 uur

Vlucht 31 Augustus 2013 Losplaats: Morlincourt Lossingstijd: 13.00 uur Vlucht 31 Augustus 2013 Losplaats: Morlincourt Lossingstijd: 13.00 uur Dit rapport beschrijft een meteorologisch overzicht van de omstandigheden die zich tijdens de genoemde vlucht hebben voorgedaan. Achtereenvolgens

Nadere informatie

Manieren om een weersverwachting te maken Een weersverwachting kun je op verschillende manieren maken. Hieronder staan drie voorbeelden.

Manieren om een weersverwachting te maken Een weersverwachting kun je op verschillende manieren maken. Hieronder staan drie voorbeelden. Weersverwachtingen Radio, tv en internet geven elke dag de weersverwachting. Maar hoe maken weerdeskundigen deze verwachting, en kun je dat niet zelf ook? Je meet een aantal weergegevens en maakt zelf

Nadere informatie

Een les met WOW - Temperatuur

Een les met WOW - Temperatuur Een les met WOW - Temperatuur Weather Observations Website HAVO - VWO WOW handleiding 1 Colofon Deze les is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het

Nadere informatie

1 PLOTHANDLEIDING 1.1

1 PLOTHANDLEIDING 1.1 Plothandleiding 1.1 1 PLOTHANDLEIDING 1.1 Inleiding Het goed kunnen lezen van meteorologische berichten ligt aan de basis van alle oefeningen van het weerkamerpracticum en is dan ook onontbeerlijk. Meteorologische

Nadere informatie

Een les met WOW - Temperatuur

Een les met WOW - Temperatuur Een les met WOW - Temperatuur Weather Observations Website VMBO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het

Nadere informatie

staat bvb. xa voor arctische lucht en ms voor maritieme subtropische lucht).

staat bvb. xa voor arctische lucht en ms voor maritieme subtropische lucht). Op de kaart in afbeelding 2 zien we dat de koude lucht ons nog niet heeft bereikt. Deze kaart toont de situatie op 850hPa, en geeft dus bij benadering de situatie weer op zo n 1.500m hoogte. Tussen de

Nadere informatie

HFDST 6. HET WEER IN ONZE STREKEN

HFDST 6. HET WEER IN ONZE STREKEN HFDST 6. HET WEER IN ONZE STREKEN 54 II. Hoe kunnen we verklaren dat we in België vaak een wisselvallig weer hebben? Wat wordt bedoeld met wisselvallig weer? De verklaring: op ca. 50 NB hebben we een botsing

Nadere informatie

10. Wasbordpatroon in bewolking achter bergen en eilanden

10. Wasbordpatroon in bewolking achter bergen en eilanden Opmaak-Satelliet-pam 20-06-2005 16:46 Pagina 65 10. Wasbordpatroon in bewolking achter bergen en eilanden Satellietbeelden tonen achter gebergten of bergachtige eilanden vaak wolkenribbels. Zo n wasbordpatroon

Nadere informatie

12. Depressies, fronten en andere neerslagproducerende weersystemen

12. Depressies, fronten en andere neerslagproducerende weersystemen 12. Depressies, fronten en andere neerslagproducerende weersystemen 12.1 Inleiding In hoofdstuk 10 (Neerslag en buien) is de samenhang besproken tussen neerslag en bewolking; ook zagen we hoe de neerslagsoort

Nadere informatie

VLUCHTEVALUATIE Zaterdag 18 Mei 2013

VLUCHTEVALUATIE Zaterdag 18 Mei 2013 VLUCHTEVALUATIE Zaterdag 18 Mei 2013 In bovenstaande afbeelding is een overzicht weergegeven van de vluchten, (met ZIMOA ondersteunende afdelingen) en daarbij de route naar de locatie van de eerst aankomende

Nadere informatie

11. Weersituaties. 11.1 Inleiding. 11.2 Weertype

11. Weersituaties. 11.1 Inleiding. 11.2 Weertype 11. Weersituaties 11.1 Inleiding et weer wordt voor een belangrijk deel bepaald door de eigenschappen van de lucht die wordt aangevoerd. Nu eens zitten we in lucht die boven zee flink wat vocht heeft opgepikt;

Nadere informatie

PRAKTISCHE ASPECTEN VAN DE SYNOPTISCHE WEERANALYSE

PRAKTISCHE ASPECTEN VAN DE SYNOPTISCHE WEERANALYSE Praktische aspecten van de synoptische weeranalyse 2.1 2 PRAKTISCHE ASPECTEN VAN DE SYNOPTISCHE WEERANALYSE 2.1 Inleiding Het tekenen van (iso)lijnen op een synoptische weerkaart is meer een `synthese'

Nadere informatie

> Schatting van de verplaatsingssnelheid

> Schatting van de verplaatsingssnelheid >>> Context De Meteosat satelliet De Meteosat satellieten zijn geostationaire satellieten, dat wil zeggen dat de bewegingsrichting gelijk is aan die van de Aarde en de rotatieperiode dezelfde is als die

Nadere informatie

Examen Inleiding Atmosfeer 8 mei 2014 EXAMEN INLEIDING ATMOSFEER. 8 mei 2014, 13:30-16:30 uur

Examen Inleiding Atmosfeer 8 mei 2014 EXAMEN INLEIDING ATMOSFEER. 8 mei 2014, 13:30-16:30 uur EXAMEN INLEIDING ATMOSFEER 8 mei 2014, 13:30-16:30 uur E E R S T D I T L E Z E N!! 1. Vermeld duidelijk je NAAM en REGISTRATIENUMMER in de linkerbovenhoek van elk in te leveren foliovel (de foliovellen

Nadere informatie

Samenvatting aardrijkskunde H9:

Samenvatting aardrijkskunde H9: Samenvatting aardrijkskunde H9: 1.Opbouw van de atmosfeer: opbouw atmosfeer of dampkring gebaseerd op temperatuursschommelingen. Hoogte atmosfeer Naam atmosfeerlaag Temp.-verloop verschijnsel 80-1000Km

Nadere informatie

3. De atmosfeer. 3.1 Verticale indeling

3. De atmosfeer. 3.1 Verticale indeling 3. De atmosfeer De atmosfeer is het gasvormige omhulsel van de aarde en is door de zwaartekracht aan de aarde gebonden. Zonder atmosfeer zou er op aarde geen leven mogelijk zijn. Zo weten we dat de atmosfeer:

Nadere informatie

5. Storingen in koude lucht

5. Storingen in koude lucht Opmaak-Satelliet-pam 20-06-2005 16:05 Pagina 37 5. Storingen in koude lucht Volgens de klassieke theorie van luchtsoorten en fronten ontwikkelen oceaanstoringen zich aan het grensvlak van twee verschillende

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde 4.1 t/m 4.6

Samenvatting Aardrijkskunde 4.1 t/m 4.6 Samenvatting Aardrijkskunde 4.1 t/m 4.6 Samenvatting door een scholier 1392 woorden 15 januari 2014 5,9 5 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Wereldwijs AARDRIJKSKUNDE PW 4.1 T/M 4.6 H 4 1 *Reliëfkaart:

Nadere informatie

5 Waterdampstructuren

5 Waterdampstructuren 5 Waterdampstructuren 5.1 Inleiding In paragraaf 3.4.3 en 3.5.5 is reeds kort ingegaan op de toepassing van WV-beelden in de meteorologie. WV-beelden geven zeer nuttige informatie over de aanwezigheid

Nadere informatie

Beknopt verslag van de stormperiode 25 tot 29 januari 2002

Beknopt verslag van de stormperiode 25 tot 29 januari 2002 Beknopt verslag van de stormperiode 25 tot 29 januari 22 Tussen een uitgestrekt lagedrukgebied over het noorden van de Atlantische Oceaan en een hogedrukgordel ten westen van Afrika is er een gebied met

Nadere informatie

Aardrijkskunde samenvatting H2: Klimaat: is een beschrijving van het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar.

Aardrijkskunde samenvatting H2: Klimaat: is een beschrijving van het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar. Samenvatting door S. 1016 woorden 28 februari 2016 6,2 47 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Aardrijkskunde samenvatting H2: Nadeel tropische klimaten: het vocht, en de insecten/ziektes.

Nadere informatie

Fysische modellen De Aarde zonder en met atmosfeer

Fysische modellen De Aarde zonder en met atmosfeer Fysische modellen De Aarde zonder en met atmosfeer J. Kortland Cdb, Universiteit Utrecht Inleiding Bij het ontwerpen van een computermodel van de broeikas Aarde maak je gebruik van fysische modellen. Deze

Nadere informatie

Een les met WOW - Luchtdruk

Een les met WOW - Luchtdruk Een les met WOW - Luchtdruk Weather Observations Website VMBO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het

Nadere informatie

Bestemd voor lossingsverantwoordelijken afdeling Zeeland 96

Bestemd voor lossingsverantwoordelijken afdeling Zeeland 96 Vluchtdatum: 28 Juni 2014 Losplaats: Auxerre. Lostijden: 10.15-13.30 uur Bestemd voor lossingsverantwoordelijken afdeling Zeeland 96 Dit rapport beschrijft een meteorologisch overzicht van de omstandigheden

Nadere informatie

Tentamen Inleiding Atmosfeer 3 mei 2016 TENTAMEN INLEIDING ATMOSFEER. 3 mei 2016, 13:30-16:30 uur

Tentamen Inleiding Atmosfeer 3 mei 2016 TENTAMEN INLEIDING ATMOSFEER. 3 mei 2016, 13:30-16:30 uur TENTAMEN INLEIDING ATMOSFEER 3 mei 2016, 13:30-16:30 uur E E R S T D I T L E Z E N!! 1. Vermeld duidelijk je NAAM en REGISTRATIENUMMER in de linkerbovenhoek van elk in te leveren foliovel (de foliovellen

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk en

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk en Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1.1 1.2 en 4.1 4.2 Samenvatting door een scholier 1402 woorden 5 december 2017 7 21 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Humboldt Aardrijkskunde toetsweek 1

Nadere informatie

6. Luchtvochtigheid. rol bij het A g g r e g a t i e t o e s t a n d e n v a n w a t e r. 6.1 inleiding. 6.2 Aggregatietoestanden

6. Luchtvochtigheid. rol bij het A g g r e g a t i e t o e s t a n d e n v a n w a t e r. 6.1 inleiding. 6.2 Aggregatietoestanden 6. Luchtvochtigheid 6.1 inleiding Vocht heeft een grote invloed op het weer zoals wij dat ervaren. Zaken als zicht, luchtvochtigheid, bewolking en neerslag worden er direct door bepaald. Afkoeling kan

Nadere informatie

Een les met WOW - Luchtdruk

Een les met WOW - Luchtdruk Een les met WOW - Luchtdruk Weather Observations Website HAVO - VWO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van

Nadere informatie

Tentamen Inleiding Atmosfeer 3 mei 2016 UITWERKINGEN TENTAMEN INLEIDING ATMOSFEER. 3 mei 2016, 13:30-16:30 uur

Tentamen Inleiding Atmosfeer 3 mei 2016 UITWERKINGEN TENTAMEN INLEIDING ATMOSFEER. 3 mei 2016, 13:30-16:30 uur UITWERKINGEN TENTAMEN INLEIDING ATMOSFEER 3 mei 2016, 13:30-16:30 uur 2 a. Gebruik De barometrische hoogteformule: p(z) = p 0 e (gm dz R T) Punt A: 50 10 3 = 101 10 3 (9.81 28.96 z 831 273.15 e ) geeft

Nadere informatie

De algemene luchtcirculatie

De algemene luchtcirculatie De algemene luchtcirculatie De Aarde wordt niet gelijkmatig opgewarmd door de Zon. Bij de polen is het het hele jaar beduidend kouder dan aan de evenaar. Er is dus een effect van de breedteligging op de

Nadere informatie

Leren voor de biologietoets. Groep 8 Hoofdstuk 5

Leren voor de biologietoets. Groep 8 Hoofdstuk 5 Leren voor de biologietoets Groep 8 Hoofdstuk 5 Weer of geen weer 1 Het weerbericht Het weer kan in Nederland elke dag anders zijn. Daarom luisteren en kijken wij vaak naar weerberichten op de radio en

Nadere informatie

Soms moet de lucht omhoog omdat er een gebergte ligt. Ook dan koelt de lucht af. Er ontstaan wolken en neerslag. Dit is stuwingsregen.

Soms moet de lucht omhoog omdat er een gebergte ligt. Ook dan koelt de lucht af. Er ontstaan wolken en neerslag. Dit is stuwingsregen. Samenvatting door een scholier 1790 woorden 1 juni 2016 7,9 13 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand samenvatting Aardrijkskunde hoofdstuk 2: KLIMATEN 2.1 Klimaten Waardoor is het niet

Nadere informatie

Leerlingboekje Sonnenborgh

Leerlingboekje Sonnenborgh Leerlingboekje Sonnenborgh Hoe komen we aan de gegevens op deze weerkaart en wat vertellen die ons over het weer? Tijdens je bezoek aan Sonnenborgh ga je het ontdekken! Legenda De letters L en H geven

Nadere informatie

K1 Geofysica. Diagnostische toets. Weer en klimaat vwo. Paragraaf 1.2 Atmosfeer

K1 Geofysica. Diagnostische toets. Weer en klimaat vwo. Paragraaf 1.2 Atmosfeer K1 Geofysica Weer en klimaat vwo Diagnostische toets Paragraaf 1.2 Atmosfeer Figuur 1 weerkaart met isobaren 1 a Een isobaar is een lijn van gelijke luchtdruk op een weerkaart, de getallen geven de luchtdruk

Nadere informatie

Theorie windmodellen 15.1

Theorie windmodellen 15.1 Theorie windmodellen 15.1 15 THEORIE WINDMODELLEN 15.1 Inleiding Doordat er drukverschillen zijn in de atmosfeer waait er wind. Tengevolge van horizontale drukverschillen zal een luchtbeweging willen ontstaan

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Remote Sensing

Samenvatting Aardrijkskunde Remote Sensing Samenvatting Aardrijkskunde Remote Sensing Samenvatting door een scholier 1861 woorden 28 juni 2005 6,9 111 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Combinatiebeeld: door beelden met echte kleuren samen te voegen

Nadere informatie

Les 5: Factoren van weer en klimaat

Les 5: Factoren van weer en klimaat Les 5: Factoren van weer en klimaat 1 De stand van de zon 1.1 seizoen Zoek de januari- en julitemperatuur van de volgende steden op. AW weerstation (plaats) temperatuur januari temperatuur juli Stockholm...

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Gegeven: Gevraagd: Plan: Uitwerking:

Hoofdstuk 3 Gegeven: Gevraagd: Plan: Uitwerking: Hoofdtuk 3 Voor dit hoofdtuk i de volgende Engeltalige Internet module bechikbaar: Radiation general Shortwave Shortwave, daily mean Longwave radiation Net radiation 1a We bechouwen eert een chone atmofeer

Nadere informatie

Werkstuk ANW Weersvoorspelling

Werkstuk ANW Weersvoorspelling Werkstuk ANW Weersvoorspelling Werkstuk door een scholier 1543 woorden 24 december 2004 6,7 72 keer beoordeeld Vak ANW Weersvoorspelling/Weerbericht Wat zijn weersvoorspellingen? Weerberichten zijn geen

Nadere informatie

H4 weer totaal.notebook. December 13, 2013. dec 4 20:10. dec 12 10:50. dec 12 11:03. dec 15 15:01. Luchtdruk. Het Weer (hoofdstuk 4)

H4 weer totaal.notebook. December 13, 2013. dec 4 20:10. dec 12 10:50. dec 12 11:03. dec 15 15:01. Luchtdruk. Het Weer (hoofdstuk 4) Het Weer (hoofdstuk 4) Luchtdruk Om te begrijpen wat voor weer het is en ook wat voor weer er komt zijn een paar dingen belangrijk Luchtdruk windsnelheid en windrichting temperatuur luchtvochtigheid dec

Nadere informatie

7,5. Samenvatting door Anne 867 woorden 12 april keer beoordeeld. Aardrijkskunde. paragraaf 2. klimaten wereldwijd.

7,5. Samenvatting door Anne 867 woorden 12 april keer beoordeeld. Aardrijkskunde. paragraaf 2. klimaten wereldwijd. Samenvatting door Anne 867 woorden 12 april 2017 7,5 15 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand paragraaf 2 klimaten wereldwijd breedteligging: de afstand van een plaats tot de evenaar in

Nadere informatie

Lacs de l Eau d Heure IR-beeld Landsat TM van mei 1992 Copyright 1992 ESA, Distribution by Eurimage

Lacs de l Eau d Heure IR-beeld Landsat TM van mei 1992 Copyright 1992 ESA, Distribution by Eurimage Deel III. Getallen In de vorige oefening heb je kunnen zien dat een satellietbeeld uit pixels bestaat. Nu zullen we eens kijken wat zo n pixel ons kan leren. Om dat te doen zullen we eerst analyseren hoe

Nadere informatie

1-D model voor interne grenslagen voor water en land (voorlopig)

1-D model voor interne grenslagen voor water en land (voorlopig) 1-D model voor interne grenslagen voor water en land (voorlopig) Job Verkaik KNMI, Postbus 21, 373 AE De Bilt. Tel: 3 226 6. Fax: 3 22 61. e-mail: job.verkaik@knmi.nl November, 1999 1 Inleiding In het

Nadere informatie

Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde.

Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde. Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde. 1-Maak een begrippenlijst van de rood gedrukte begrippen. 2-Wat zijn de drie elementen van weer en klimaat?

Nadere informatie

Een les met WOW - Neerslag

Een les met WOW - Neerslag Een les met WOW - Neerslag Weather Observations Website VMBO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het

Nadere informatie

PERIODESCHRIFT AARDRIJKSKUNDE EUROPA EN DE WERELD

PERIODESCHRIFT AARDRIJKSKUNDE EUROPA EN DE WERELD PERIODESCHRIFT AARDRIJKSKUNDE EUROPA EN DE WERELD HET KLIMAAT Het klimaat is, zo luidt de officiële definitie, het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar. Dat wil zeggen dat het klimaat in een bepaald

Nadere informatie

2 Landschapszones op aarde SO 1

2 Landschapszones op aarde SO 1 Aardrijkskunde 1 havo/vwo 2 Landschapszones op aarde SO 1 Deze toets bestaat uit tien vragen: open vragen en meerkeuzevragen. Ook zijn er vragen waarbij de atlas (Grote Bosatlas, editie 54) nodig is. Bij

Nadere informatie

Tentamen Inleiding Atmosfeer 11 mei 2017 TENTAMEN INLEIDING ATMOSFEER. 11 mei 2017, 13:30-16:30 uur

Tentamen Inleiding Atmosfeer 11 mei 2017 TENTAMEN INLEIDING ATMOSFEER. 11 mei 2017, 13:30-16:30 uur TENTAMEN INLEIDING ATMOSFEER 11 mei 2017, 13:30-16:30 uur E E R S T D I T L E Z E N!! 1. Vermeld duidelijk je NAAM en REGISTRATIENUMMER in de linkerbovenhoek van elk in te leveren foliovel (de foliovellen

Nadere informatie

Weer of geen Weer. Deel 2 Wolkenvorming en satellietfoto s

Weer of geen Weer. Deel 2 Wolkenvorming en satellietfoto s Weer of geen Weer Basiskennis Meteo en Begrijpen van weerbericht en weerkaart Deel 2 Wolkenvorming en satellietfoto s voorjaar 2010, Arend Jan Klinkhamer Weer of geen weer Deel 2 V2.3 1 Programma Kort

Nadere informatie

- Meteorologie. zaterdag 1 november 2014 21:21. Deltavliegen Pagina 1

- Meteorologie. zaterdag 1 november 2014 21:21. Deltavliegen Pagina 1 - Meteorologie zaterdag 1 november 2014 21:21 -- Hoe de opbouw is van de atmosfeer (Atmosfeer, Troposfeer, Topopauze, Stratosfeer, Stratopauze). Atmosfeer=Dampkring=Lucht om de aarde). Opgedeeld in lagen

Nadere informatie

Beknopt Stormrapport 17 juli 2004

Beknopt Stormrapport 17 juli 2004 Beknopt Stormrapport 17 juli 24 1. ANALYSE Situatie op 17.7.24 12u GMT : langs de voorzijde van een koufront, dat zich uitstrekt over de nabije Atlantische Oceaan, wordt er warme, potentieel onstabiele

Nadere informatie

Een les met WOW - Neerslag

Een les met WOW - Neerslag Een les met WOW - Neerslag Weather Observations Website HAVO - VWO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van

Nadere informatie

Beknopt stormverslag 24-25/11/2005

Beknopt stormverslag 24-25/11/2005 Beknopt stormverslag 24-25/11/25 Een hogedrukgebied van 135 hpa boven het Verenigd Koninkrijk verplaatste zich op woensdag 23/11/25 westwaarts naar de Atlantische Oceaan. Aan de oostzijde van het hogedrukgebied

Nadere informatie

Tentamen Optica. 19 februari 2008, 14:00 uur tot 17:00 uur

Tentamen Optica. 19 februari 2008, 14:00 uur tot 17:00 uur Tentamen Optica 19 februari 2008, 14:00 uur tot 17:00 uur Zet je naam en studierichting bovenaan elk vel dat je gebruikt. Lees de 8 opgaven eerst eens door. De opgaven kunnen in willekeurige volgorde gemaakt

Nadere informatie

6 Wolkensoorten. KNMI Meteorologische Opleidingen 101

6 Wolkensoorten. KNMI Meteorologische Opleidingen 101 6 Wolkensoorten In dit hoofdstuk worden enkele meest belangrijke wolkensoorten besproken, hun verschijning op het satellietbeeld en het weer wat erbij kan worden verwacht. 6.1 Cirrus 6.1.1 Inleiding Cirrus

Nadere informatie

Beknopt stormverslag 15-16/10/2002

Beknopt stormverslag 15-16/10/2002 Beknopt stormverslag 15-16/1/22 Een grote Rossby-golf boven de Atlantische Oceaan zorgde er voor dat de depressies een vrij zuidelijke koers volgden. Boven Scandinavië lag een hogedrukgebied van 135 hpa

Nadere informatie

2. Algemene circulatie

2. Algemene circulatie 2. Algemene circulatie 2.1 Inleiding De atmosfeer is voortdurend in beweging. Op het eerste gezicht lijkt dat bewegingspatroon een totale chaos, maar toch blijkt het te voldoen aan bepaalde regels. Beweging

Nadere informatie

Beknopt stormverslag 24-25/11/2012

Beknopt stormverslag 24-25/11/2012 Beknopt stormverslag 24-25/11/212 Een hogedrukgordel boven Zuid- en Oost-Europa zorgde voor stabiel weer in grote delen van Europa. Ten noordwesten er van lag een complex lagedrukgebied van 975 hpa nabij

Nadere informatie

Verticale bewegingen ABC ABC

Verticale bewegingen ABC ABC Verticale bewegingen Bepaling divergentie J.C. Bellamy eeft een objectieve metode ontwikkeld om de divergentie te berekenen uit drie windwaarnemingen. Hebben we windwaarnemingen op meerdere niveau s (uit

Nadere informatie

Het klimaat is het gemiddelde weer in een bepaald gebied over een langere tijdsperiode. Meestal wordt hiervoor 30 jaar gebruikt.

Het klimaat is het gemiddelde weer in een bepaald gebied over een langere tijdsperiode. Meestal wordt hiervoor 30 jaar gebruikt. Werken met klimaatgegevens Introductie Weer en klimaatgegevens worden gemeten. Om deze meetgegevens snel te kunnen beoordelen worden ze vaak gepresenteerd in de vorm van grafieken of kaarten. Over de hele

Nadere informatie

Opmaak-Satelliet-pam 20-06-2005 16:47 Pagina 70

Opmaak-Satelliet-pam 20-06-2005 16:47 Pagina 70 Opmaak-Satelliet-pam 20-06-2005 16:47 Pagina 70 Saharastof veroorzaakt de bruine tinten in de bewolking boven onder andere Engeland en Schotland. De tint van de Noordzee ten noorden en noordwesten van

Nadere informatie

Tweemaal daags de lucht in. Bovenluchtwaarnemingen

Tweemaal daags de lucht in. Bovenluchtwaarnemingen Tweemaal daags de lucht in Bovenluchtwaarnemingen Luchtdruk, temperatuur, luchtvochtigheid en wind Twee maal per dag rond 12:00 en 24:00 uur (Universal Time) of vaker bij extreme weersomstandigheden of

Nadere informatie

Inhoud. Praktische gegevens 3 - Doelgroep - Leerdoelen - Tijdsduur - Aansluiting bij lesmethoden - Keuze van de onderzoeksplek

Inhoud. Praktische gegevens 3 - Doelgroep - Leerdoelen - Tijdsduur - Aansluiting bij lesmethoden - Keuze van de onderzoeksplek Inhoud Praktische gegevens 3 - Doelgroep - Leerdoelen - Tijdsduur - Aansluiting bij lesmethoden - Keuze van de onderzoeksplek Handleiding 4 - Voorbereiding in de klas - Inleiding - Praktische organisatie

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2 Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2 Samenvatting door een scholier 122 woorden 17 juni 2016 6, 75 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Humboldt Samenvatting aardrijkskunde H2 2.1 Het weer: beschrijft

Nadere informatie

De Noordzee HET ONTSTAAN

De Noordzee HET ONTSTAAN De Noordzee De Noordzee is de zee tussen Noorwegen, Groot-Brittannië, Frankrijk, België, Nederland, Duitsland en Denemarken. De Noordzee is een ondiepe (30-200 m) randzee van de Atlantische oceaan met

Nadere informatie

De KNMI-weerballon Bovenluchtwaarnemingen

De KNMI-weerballon Bovenluchtwaarnemingen De KNMI-weerballon Bovenluchtwaarnemingen Luchtdruk, temperatuur, luchtvochtigheid en wind Elke nacht om 00:00 uur (Universal Time) of vaker bij extreme weersomstandigheden of voor onderzoeksdoeleinden

Nadere informatie

Een les met WOW - Wind

Een les met WOW - Wind Een les met WOW - Wind Weather Observations Website HAVO - VWO WOW handleiding 1 Colofon Deze les is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het KNMI Redactie:

Nadere informatie

Practicum: Hoezo Zeespiegelstijging?

Practicum: Hoezo Zeespiegelstijging? Practicum: Hoezo Zeespiegelstijging? Op de Aarde wonen er ongeveer 6 446 131 400 mensen. In België wonen er 10 584 534. De meeste mensen wonen in de bergen / in de woestijn / in de nabijheid van water/

Nadere informatie

VIER JAAR HEMELHELDERHEID METINGEN IN UTRECHT

VIER JAAR HEMELHELDERHEID METINGEN IN UTRECHT VIER JAAR HEMELHELDERHEID METINGEN IN UTRECHT Er staat sinds augustus 2009 een meter om de nachtelijke hoeveelheid licht te meten op het dak van een woonboot in Utrecht. het is een SQM_EL van de firma

Nadere informatie

* Hoeveel daalt de luchtdruk als we alleen al de troposfeer doorlopen van onder naar boven?

* Hoeveel daalt de luchtdruk als we alleen al de troposfeer doorlopen van onder naar boven? Samenvatting door een scholier 3364 woorden 13 juni 2007 5,7 93 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Aardrijkskunde: de atmosfeer Wat kenmerkt de aardse atmosfeer? Hoe is onze atmosfeer opgebouwd? Atmosfeer

Nadere informatie

Het weer hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. http://maken.wikiwijs.nl/63740

Het weer hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. http://maken.wikiwijs.nl/63740 Auteur VO-content Laatst gewijzigd 06 May 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/63740 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2005-I

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2005-I Inademen ij controlemetingen aan de ademhaling wordt men gevraagd om diep uit te ademen en vervolgens gedurende vijf seconden zo diep mogelijk in te ademen. Tijdens het inademen is de hoeveelheid verse

Nadere informatie

3. Satellieten. KNMI Meteorologische Opleidingen 15

3. Satellieten. KNMI Meteorologische Opleidingen 15 3. Satellieten 3.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt dieper ingegaan op de theorie van de diverse satellieten die rond de aarde circuleren, in welke kanalen ze straling meten die afkomstig is van de aarde

Nadere informatie

1 Kun je aan planten zien wat je aan moet?

1 Kun je aan planten zien wat je aan moet? 1 Kun je aan planten zien wat je aan moet? Hoofdstuk 1 Les 1 Zoek het op Bij de evenaar staat de zon hoog. Het is er warm en daardoor verdampt het water. Die warme damp stijgt op en koelt af: dan gaat

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 9.1 De hemel Wanneer s nachts naar een onbewolkte hemel wordt gekeken is het eerste wat opvalt de vele fonkelende sterren. Met wat geluk kan ook de melkweg worden gezien als een

Nadere informatie

Zondag zeer zware onweersbuien?

Zondag zeer zware onweersbuien? Zondag zeer zware onweersbuien? Zondag kan een interessante dag worden voor onweersliefhebbers. Het wordt waarschijnlijk een tropisch hete dag (meer dan 30 graden). Het kan een dag worden die mensen lang

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 19 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 19 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VW 2019 tijdvak 2 woensdag 19 juni 13.30-16.30 uur wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Dit eamen bestaat uit 17 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 76 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 31 mei uur

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 31 mei uur wiskunde B,2 Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak Dinsdag 3 mei 3.30 6.30 uur 20 05 Voor dit examen zijn maximaal 89 punten te behalen; het examen bestaat uit 20 vragen. Voor elk

Nadere informatie

Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat

Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat Antwoorden Samengesteld door: visign@hetnet.nl Datum: dinsdag 31 januari 2017 Tijd: 11:02 Samenstelling: Geowijzer Vraag: 3, 4, 5, 7, 8, 10, 11, 11, 12, 12, 13, 13, 14, 14, 15,

Nadere informatie

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken Het Weer 1. Wolken Als je vaak naar buiten kijkt zie je soms wolken. Aan dan vraag jij je soms wel eens af wat er allemaal in een wolk zit. Nou ik zal eens uitleggen hoe een wolk in elkaar zit. Een wolk

Nadere informatie

4. Straling, warmte, temperatuur

4. Straling, warmte, temperatuur 4. Straling, warmte, temperatuur 4.1 Inleiding De zon levert met zijn zonnestraling alle energie die de luchtstromingen op aarde op gang houden. Minder bekend is dat ook de aarde warmte uitstraalt; daarbij

Nadere informatie

M E T E O E D I T I. de wind. Weerbericht voor 13, 14 en 15 juli Zondag. Zaterdag. Vrijdag

M E T E O E D I T I. de wind. Weerbericht voor 13, 14 en 15 juli Zondag. Zaterdag. Vrijdag M E T E O E D I T I in E de wind Weerbericht voor 13, 14 en 15 juli 2012 Wekelijks vertelt Zilt huismeteoroloog Henk Huizinga hoe het zeilweer voor het komende weekend wordt. Kijk en luister naar zijn

Nadere informatie

Vandaag de dag komt men satellietbeelden overal tegen: in het weerbericht op tv, in de kranten en soms zelfs in de reclame.

Vandaag de dag komt men satellietbeelden overal tegen: in het weerbericht op tv, in de kranten en soms zelfs in de reclame. Deel II. De satellietbeelden Vanuit de ruimte kan men de aarde observeren en die observaties gebruiken om het weer te voorspellen, de klimaatsveranderingen te bestuderen, te meten of het ozongat groter

Nadere informatie

Beknopt stormverslag 25-28/12/1990

Beknopt stormverslag 25-28/12/1990 Beknopt stormverslag 25-28/12/199 Een noord-zuid gericht hogedrukgebied van 14 hpa bevond zich op maandag 24/12/199 boven Oost-Europa. Het hoog verzwakte dinsdagochtend en verplaatste zich oostwaarts.

Nadere informatie

Zonnestraling. Samenvatting. Elektromagnetisme

Zonnestraling. Samenvatting. Elektromagnetisme Zonnestraling Samenvatting De Zon zendt elektromagnetische straling uit. Hierbij verplaatst energie zich via elektromagnetische golven. De golflengte van de straling hangt samen met de energie-inhoud.

Nadere informatie

Fronten en depressies

Fronten en depressies Fronten en depressies Aarnout van Delden http://www.phys.uu.nl/~nvdelden/ Inhoud Wat is een front? Wat is een depressie? Wat is frontogenese? Thermische wind balans Hoe ontstaat een depressie uit een front?

Nadere informatie

Naam: klas:1 nr: Datum: Lesuur: 1-2 3 4 5-6 7-8

Naam: klas:1 nr: Datum: Lesuur: 1-2 3 4 5-6 7-8 BZL Naam: klas:1 nr: Datum: Lesuur: 1-2 3 4 5-6 7-8 Weer en klimaat zelfstandig werk A HET WEER Het weer is de toestand van de temperatuur, neerslag, luchtdruk en winden van een bepaalde plaats op een

Nadere informatie

Zon, aarde en maan. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/87197

Zon, aarde en maan. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/87197 Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 16 december 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/87197 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs

Nadere informatie

Het weer: docentenblad

Het weer: docentenblad Het weer: docentenblad Over weerstations Overal in de wereld zijn weerstations te vinden. Daar wordt op eenzelfde manier en met dezelfde instrumenten, namelijk volgens eisen van de Wereld Meteorologische

Nadere informatie

7 Frontale systemen en structuren in polaire lucht

7 Frontale systemen en structuren in polaire lucht CONCEPTUELE MODELLEN 7 Frontale systemen en structuren in polaire lucht 7.1 Frontale golf 7.1.1 Wolkenstructuur op satellietbeelden Een frontale golf ontstaat vaak in het polaire front. Het is het mogelijke

Nadere informatie

1. LESBEGIN. 2. Lesuitwerking De verschillende klimaten de Europese kaart situeren. LESDOELEN LEERINHOUD WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE TIJD

1. LESBEGIN. 2. Lesuitwerking De verschillende klimaten de Europese kaart situeren. LESDOELEN LEERINHOUD WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE TIJD 1. LESBEGIN 2. Lesuitwerking De verschillende klimaten de Europese kaart situeren. Onderwijsleergesprek 2 III. Factoren van weer en klimaat. 1. De temperatuur verschilt volgens het seizoen. - 21 juni staat

Nadere informatie

Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde.

Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde. Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde. 1-Maak een begrippenlijst van de rood gedrukte begrippen. 2-Wat zijn de drie elementen van weer en klimaat?

Nadere informatie

IJsvossen Toets Groot/Zout, 28 november 2015, v10 Met dank aan Krister Valtonen en Johan Porsby voor inspiratie en foto s.

IJsvossen Toets Groot/Zout, 28 november 2015, v10 Met dank aan Krister Valtonen en Johan Porsby voor inspiratie en foto s. IJsvossen Toets Groot/Zout, 28 november 2015, v10 Met dank aan Krister Valtonen en Johan Porsby voor inspiratie en foto s. Vraag 1. Je staat met je groep in een archipelago aan de Oostkust in Zweden. Het

Nadere informatie

9. Bewolkingspatronen achter bergachtige eilanden

9. Bewolkingspatronen achter bergachtige eilanden Opmaak-Satelliet-pam 20-06-2005 16:44 Pagina 59 9. Bewolkingspatronen achter bergachtige eilanden Gelijkmatige luchtstromingen boven oceanen kunnen verstoord worden door bergachtige eilanden, die als obstakels

Nadere informatie

April opnieuw warm en zonnig: de seizoenen schuiven op

April opnieuw warm en zonnig: de seizoenen schuiven op April opnieuw warm en zonnig: de seizoenen schuiven op Aarnout van Delden IMAU, Universiteit Utrecht (versie 16 Mei 2019, Meteorologica, Juni 2019) In een warm voorjaar, zoals die van 2019, staan alle

Nadere informatie

Je weet dat hoe verder je van een lamp verwijderd bent hoe minder licht je ontvangt. Een

Je weet dat hoe verder je van een lamp verwijderd bent hoe minder licht je ontvangt. Een Inhoud Het heelal... 2 Sterren... 3 Herzsprung-Russel-diagram... 4 Het spectrum van sterren... 5 Opgave: Spectraallijnen van een ster... 5 Verschuiving van spectraallijnen... 6 Opgave: dopplerverschuiving...

Nadere informatie

Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat

Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat Vragen Samengesteld door: visign@hetnet.nl Datum: 31-1-2017 Tijd: 11:02 Samenstelling: Geowijzer Vraag: 3, 4, 5, 7, 8, 10, 11, 11, 12, 12, 13, 13, 14, 14, 15, 16, 17, 18, 19,

Nadere informatie