Anatomie & Fysiologie van Dieren
|
|
- Joachim van Veen
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Anatomie & Fysiologie van Dieren Versie 1 29 maart 2010 Tentamen: 40 multiple choice vragen Dit tentamen is niet volledig gescand. Hierdoor zijn enkele vragen weggevallen en is het aantal vragen iets korten. Excuses hiervoor. Psychobio.nl INSTRUCTIES Schrapkaart zorgvuldig en volledig MET POTLOOD invullen. Vul het VERSIENUMMER en het COLLEGEKAARTNUMMER goed in, anders kan het tentamen niet worden beoordeeld. Vraag bij veel correcties een nieuw formulier. De vragen mag u behouden. Het EERSTE HALF UUR van het tentamen mag u niet weg.
2 DOCENT: PROF. DR. JAN-HINDR1K RAVESLOOT Vraag 1: Welke klep in het menselijke hart heeft de vorm van een bisschopsmijter? 1. De mitralisklep 2. De tricuspidalisklep 3. De aortaklep 4. De pulmonalisklep Vraag 2: Wat is het hartminutenvolume van een gezonde 20-jarige vrouwelijke student? Het meest correcte antwoord ligt het dichtste bij? 1. 1 L/seconde 2. 4 L/seconde 3. 1 L/minuut 4. 4 L/minuut Vraag 3: Welke stelling(en) over de sinusknoop is (zijn) juist? 1. De sinusknoop bevindt zich in het rechter atrium, juist onder de uitmonding van de bovenste holle ader 2. De sinusknoop bestaat uit gespecialiseerd hart spierweefsel 3. De sinusknoop genereert spontaan actiepotentialen die via gap junctions aan de omringende hartspiercellen worden doorgegeven 4. Alle bovenstaande stellingen zijn juist. Vraag 4: De Engelse rijmzin I am so excited, I just cannot hide it is van toepassing op hartspiercellen. Wat is (zijn) daarvan de reden (en)? 1. Als één hartspiercel samentrekt, rekt het de buurcellen juist uit 2. Als één hartspiercel een actiepotentiaal genereert wordt dat actiepotentiaal onmiddellijk doorgegeven aan de aangekoppelde buurcellen 3. De actiepotentialen van de sinusknoop reizen via het bloed door de tricuspidalisklep opening naar beide ventrikel wanden 4. Alle bovenstaande stellingen zijn juist. Vraag 5: Welke stelling over de hartcyclus is onjuist? 1. Gedurende de hartcyclus is er een moment dat alle kleppen gelijktijdig open staan 2. Gedurende de hartcyclus is er een moment dat alle kleppen gelijktijdig dicht staan 3. Gedurende de hartcyclus is er een moment dat beide halvemaanvormige kleppen gelijktijdig open staan 4. Gedurende de hartcyclus is er een moment dat beide kleppen tussen de boezems en de kamers gelijktijdig open staan
3 Vraag 6: Welke stelling over het diafragma van een staande mens is juist? 1. Bij een rustige uitademing bewegen de diafragmakoepels naar beneden 2. Bij een rustige uitademing bewegen de diafragma koepels naar elkaar toe 3. Bij een rustige inademing bewegen de diafragmakoepels naar beneden 4. Bij een rustige inademing bewegen de diafragmakoepels naar elkaar toe Vraag 7: Welke stelling overeen rustige uitademing is juist? 1. Een rustige uitademing komt tot stand door samentrekking van de buitenste tussenribspieren 2. Een rustige uitademing komt tot stand door samentrekking van het middenrif 3. Een rustige uitademing komt tot stand door samentrekking van de buikspieren 4. Een rustige uitademing komt tot stand door ontspanning van de spieren betrokken bij de inademing Vraag 8: Welke stelling over de druk in de pleuraholte tijdens adem rust is het meeste juist? 1. De druk in de pleuraholte is sub atmosferisch (minder dan de barometrische luchtdruk) vanwege de longelasliciteit 2. De druk in de pleuraholte is sub atmosferisch vanwege de aanwezigheid van een geringe hoeveelheid vloeistof in deze holte 3. De druk in de pleuraholte is supra-atmosferisch (meer dan de barometrische luchtdruk) vanwege de longelasticiteit 4. De druk in de pleuraholte is supra-atmosferisch vanwege de aanwezigheid van een geringe hoeveelheid vloeistof in deze holte Vraag 9: Welke stelling over de regeling van de ademhaling is het meeste juist? 1. De ademdiepte en ademfrequentie worden vergroot als de PCO 2 van het bloed toeneemt en vooral als tegelijkertijd de PO 2 van bloed ook toeneemt 2. De ademdiepte en ademfrequentie worden vergroot als de PCO 2 van het bloed toeneemt en vooral als tegelijkertijd de PO 2 van bloed afneemt 3. De ademdiepte, en ademfrequentie worden vergroot als de PCO 2 van het bloed afneemt en vooral als tegelijkertijd de PO 2 van bloed toeneemt 4. De ademdiepte en ademfrequentie worden vergroot als de PCO 2 van hel bloed afneemt en vooral als tegelijkertijd de PCO 2 van bloed ook afneemt Vraag 10: Wat is de aanduiding voor de hoeveelheid lucht die in één ademhaling geheel kan worden ververst? 1. Het inspïratoire reservevolume 2. Het expiratoire reservevolume 3. Het restvolume 4. De vitale capaciteit
4 Vraag 11: Het darmwandhormoon secretine heeft vooral invloed op? 1. De galblaas 2. De pancreas 3. De maagkliertjes 4. De speekselklieren DOCENT: DR. RONALD WILDERS Vraag 12: In de rusttoestand kan een skeletspiervezel niet samentrekken doordat de bindingsplaatsen voor de myosine kopjes worden afgeschermd door: 1. F-actine 2. G-actine 3. tropomyosine 4. troponine Vraag 13: Welke van de onderstaande beweringen is/zijn juist? Bewering I: Bij contractie van een skelet spier worden de A-handen van de sarcomeren smaller. Bewering II: Bij contractie van een skeletspier worden de I-banden van de sarcomeren smaller. 1. Beide beweringen zijn juist. 2. Alleen bewering I is juist. 3. Alleen bewering II is juist. 4. Geen van beide beweringen is juist Vraag 14: Welke van de onderstaande beweringen is/zijn juist? Bewering I: De hartspier staat onder invloed van het somatische zenuwstelsel. Bewering II: Gladde spieren staan onder invloed van het somatische zenuwstelsel. 1. Beide beweringen zijn juist. 2. Alleen bewering I is juist. 3. Alleen bewering II is juist. 4. Geen van beide beweringen is juist. Vraag 15: Welke van de onderstaande beweringen over een skeletspier is/zijn juist? Bewering I: Tijdens een spierschok ('twitch') wordt de kruisbrugcyclus één maal doorlopen. Bewering II: Bij 'rigor mortis' (lijkstijfheid) laten de myosinekopjes niet meer los van de actine. 1. Beide beweringen zijn juist. 2. Alleen bewering I is juist. 3. Alleen bewering II is juist. 4. Geen van beide beweringen is juist.
5 Vraag 16: In welk type spierweefsel kunnen spiercellen via gap junctions met elkaar in verbinding staan? 1. alleen in hartspier 2. in hartspier en skeletspier 3. in hartspier en gladde spier 4. in hartspier, skeletspier en gladde spier DOCENT: DR. OTTO EERBEEK Vraag 17: Prikkeling van het (ortho-)sympathische systeem: i) remt katabole functies; ii) activeert anabole functies; iii) verhoogt de adrenaline secretie door het bijniermerg; 1. alleen i) is juist 2. alleen ii) is juist 3. alleen iii) is juist 4. i), ii) en iii) zijn juist Vraag 18: Het autonome zenuwstelsel is NIET van belang bij: 1. de contractie van gladde spieren 2. de skeletspiercontractie 3. de hartspiercontractie 4. de grootte van de pupil DOCENT: DR. HARM KRUGERS. Vraag 19: Een hormoon wordt afgegeven door een cel en bereikt via diffusie een receptor op een andere cel. Hoe noemen we deze vorm van communicatie? 1. Autocrien 2. Endocrien 3. Neurocrien 4. Paracrien Vraag 20: Welke van de volgende beweringen is waar: 1. Catecholamines zijn direct het product van genen 2. Er worden geen hormonen in de nieren geproduceerd 3. Steroïden zijn peptiden 4. T3/T4 beïnvloeden transcriptie van genen
6 Vraag 21: Vitamine D speelt een cruciale rol in de calcium huishouding. Welke van de volgende beweringen is waar? 1. Vitamine D is een peptide hormoon 2. Vitamine D stimuleert resorptie van bot 3. Vitamine zorgt voor een daling van de calcium spiegels in het serum 4. Vitamine D zorgt voor zwakke botten Vraag 22: De halfwaarde tijd van een hormoon bepaalt in belangrijke mate de werkzaamheid van een hormoon. Welke factor beïnvloedt de halfwaarde tijd? 1. De binding van het hormoon aan eiwitten in het plasma 2. De intracellulaire condities in de target cel 3. De tijdsduur van blootstelling van een target cel aan het hormoon 4. Geen van deze 3 mogelijkheden Vraag 23: Waarvan is de snelheid waarmee een actiepotentiaal wordt doorgegeven afhankelijk? 1. De hoeveelheid neurotransmitter die wordt afgegeven 2. De hoeveelheid spines op dendrieten 3. De lengte van het axon 4. Het wel of niet gemyeliniseerd zijn van het axon Vraag 24: Welke van de volgende beweringen is waar: 1. Actiepotentialen spelen geen rol bij de afgifte van hormonen vanuit de hypothalamus 2. Groeihormoon wordt geproduceerd in de hypothalamus 3. Vasopressine en oxytocine worden vanuit de hypothalamus afgegeven aan de hypofyse voorkwab 4. Vasopressine en oxytocine worden vanuit de hypothalamus afgegeven aan de hypofyse achterkwab DOCENT: DR. ROB DE HEUS Vraag 25: Welk van de onderstaande factoren dragen bij aan een zo gunstig mogelijke gasuitwisseling in de kieuwen van vissen? 1. Een zo groot mogelijk ademhalend oppervlak. 2. Een zo klein mogelijke afstand tussen kieuwepitheelcel en bloedbaan waarover diffusie van gassen moet plaatsvinden. 3. Een tegenstroomprincipe tussen het ademhalingswater en het bloed in de capillairen. 4. 1,2 en 3
7 Vraag 26: Welk, of welke, van de onderstaande keuze antwoorden slaan op de voordelen van een gesloten bloedvaatstelsel in vergelijking tol een open bloedvaatstelsel? 1. De uitwisseling van stoffen geschiedt sneller. 2. Een gesloten systeem maakt het mogelijk bloed direct naar bepaalde weefsels te transporteren. 3. De stofwisseling kan in een gesloten systeem op een hoger niveau plaatsvinden. 4. Alle bovengenoemde alternatieven. Vraag 27: De onderstaande lijst geeft de osmotische waarde (osmolariteit, in arbitraire waardes) aan van zeewater, zoetwater en die van de lichaamsvloeistof van verschillende diergroepen die in deze zeer verschillende omgevingen (zoet- of zoutwater) leven: arbitraire waardes: zeewater: 3.5, zoetwater: 0, Welk dier, van de hieronder genoemde dieren, zal veel water vanuit zijn leefomgeving binnenkrijgen? 1. mariene (zee) haai mariene (zee) evertebraten 3,6 3. zoetwater been vis mariene (zee) beenvis 1.5 Vraag 28: Waarin komen de spiraalplooi in de darm van de haai, de typhlosolis bij de regenworm en de darmvlokken (villi) in de dunne darm bij de mens wat hun functie betreft overeen? 1. Met zijn allemaal adaptaties aan de efficiënte vertering en absorptie van vlees. 2. Het zijn allemaal adaptaties van de maag. 3. Het zijn allemaal licht microscopisch kleine structuren, niet waarneembaar met het blote oog. 4. Het zijn allemaal oppervlakte vergrotingen van de darm t.b.v. de absorptie van voedsel. Vraag 29: Welke van de volgende ademhalingssystemen is niet direct geassocieerd (lees: gekoppeld aan de) met een bloedvoorziening? 1. De kieuwen van vissen 2. De tracheeën van insecten 3. De huid van de regenworm 4. De kieuwen van de inktvis Vraag 30: Al de onderstaande kenmerken vormen aanpassingen aan een herbivoor dieet behalve 1. Scherpe hoektanden 2. Coecum 3. Een lange dunne darm 4. Gedeeltelijke afhankelijkheid van bacteriële vertering van het voedsel
Anatomie en Fysiologie van Dieren
Anatomie en Fysiologie van Dieren Versie 2 1 april 2011 17.00-19.00 uur Tentamen: 40 multiple choice vragen Dit tentamen is in het verleden niet goed ingescand. Hierdoor ontbreken sommige vragen en in
Nadere informatieA. de hersenen en het ruggenmerg B. het hersenvlies en de hersenstam C. het cerebrospinaal vocht en de gevoelszenuwen D. de klieren en de lymfevaten
Hoofdstuk 1 Meerkeuzevraag 1.1 Meerkeuzevraag 1.2 Meerkeuzevraag 1.3 Meerkeuzevraag 1.4 Meerkeuzevraag 1.5 Meerkeuzevraag 1.6 Meerkeuzevraag 1.7 Waar ligt de lever in de buikholte? A. Boven rechts B. Boven
Nadere informatieThema 4.2.1: Anatomie en fysiologie van de thorax, longen en het respiratoirsysteem
Take-home toets Thema 4.2.1: Anatomie en fysiologie van de thorax, longen en het respiratoirsysteem 1. Welke van de onderstaande spieren speelt (spelen) een rol bij de ademhaling? a. diafragmaspieren b.
Nadere informatie5. Als het diafragma daalt wordt de buikinhoud gecomprimeerd en dan fungeert het diafragma als a. een inademingsspier b. een uitademingsspier
1. De wijze waarop een contractie tot stand komt in een hartspiercel wordt vergeleken met de wijze waarop een contractie tot stand komt in een gladde spiervezel. Waarin wordt het grootste verschil gevonden?
Nadere informatie3. Wat gebeurt er met het kernmembraan in de eerste fase van de celdeling?
1. Welke stof beweegt zich het makkelijkst door het celmembraan? A) Eiwit. B) Vet. C) Water. 2. Waarbij zijn de centraallichaampjes van belang? A) Bij de celdeling. B) Bij de celgroei. C) Bij de celstofwisseling.
Nadere informatieHET ADEMHALINGSSTELSEL
HET ADEMHALINGSSTELSEL ANATOMIE EN FYSIOLOGIE Functies van het ademhalingsstelsel De functies van het ademhalings-stelsel Gasuitwisseling tussen bloed en lucht Verplaatsen van lucht van en naar de uitwisselingsoppervlakken
Nadere informatie1. Waarvan is DNA een belangrijke bouwstof? A) Van de celmembraan. B) Van de chromosomen. C) Van de kernmembraan.
1. Waarvan is DNA een belangrijke bouwstof? A) Van de celmembraan. B) Van de chromosomen. C) Van de kernmembraan. 2. Wat zijn vegetatieve verrichtingen van de cel? A) Beweging en prikkelbaarheid. B) Prikkelbaarheid
Nadere informatieRegulering van Vorm en Functie van Dieren,TEST 2, versie II, 30 maart 2012
Regulering van Vorm en Functie van Dieren,TEST 2, versie II, 30 maart 2012 ANATOMIE: DR. R. DE HEUS VRAAG 1: Bij de rat doorboren een aantal anatomische structuren het diafragma of middenrif, met andere
Nadere informatieTheorie-examen Fysiologie april 2009
Theorie-examen Fysiologie april 2009 1. Wat is, uiteindelijk, de beperkende factor bij inspanning? A. Het ademminuutvolume. B. Het hartminuutvolume. C. De vitale capaciteit. 2. Hoe kan het lichaam in totaal
Nadere informatieSamenvatting Biologie Thema 6
Samenvatting Biologie Thema 6 Samenvatting door Saar 879 woorden 10 april 2018 0 keer beoordeeld Vak Biologie Aantekeningen Biologie P3: Homeostase en regelkringen: Bij meercellige organismen: de cellen
Nadere informatieAls het bloed uit de holle ader verder stroomt, in welk bloedvat komt het dan?
De lever is gelegen in de buikholte? A. Boven rechts B. Boven links C. Onder rechts D. Onder links Als het bloed uit de holle ader verder stroomt, in welk bloedvat komt het dan? A. De aorta B. De holle
Nadere informatie1. Waar in de cel bevindt zich het centraallichaampje? A) In de celkern. B) In het cellichaam. C) In het celmembraan.
1. Waar in de cel bevindt zich het centraallichaampje? A) In de celkern. B) In het cellichaam. C) In het celmembraan. 2. Wat is een voorbeeld van een animale verrichting? A) De stofwisseling. B) De uitscheiding
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 13 Hormonen
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 Hormonen Samenvatting door Elin 1039 woorden 4 april 2018 9,5 8 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie Hoofdstuk 13 13.1 * Hormoonklieren = organen die
Nadere informatieanatomie en fysiologie van het hart
1 KLINISCHE INTERPRETATIE VAN ECG S 1 anatomie en fysiologie van het hart 1.1 Het hart is de pomp van het lichaam Het hart pompt met gecoördineerde bewegingen bloed door het lichaam en voorziet zo de weefsels
Nadere informatieExcretie en osmoregulatie
Excretie en osmoregulatie Tekst bij het computer ondersteund onderwijs maart 2008 Introductie homeostase 1. De variatie in omgeving waarin mens en dier leven stelt hoge eisen aan het aanpassingsvermogen
Nadere informatieThema: Transport HAVO. HENRY N. HASSENKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] Docent: A. Sewsahai
Thema: Transport HAVO HENRY N. HASSENKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] Docent: A. Sewsahai Doelstellingen De student moet - de bestanddelen van bloed kunnen noemen, ingecalculeerd de kenmerken
Nadere informatieFysiologie / Hormonen Endocriene stelsel
Fysiologie / Hormonen Endocriene stelsel Hormoon = boodschapper Homao (grieks)= in beweging zetten. Hormonen worden geproduceerd door klieren en hebben een regelende functie. Hormoonwerking (Hypofyse)
Nadere informatieTheorie-examen Fysiologie 21 april 2006.
Theorie-examen Fysiologie 21 april 2006. 1. Welke bestanddelen horen, onder normale omstandigheden, niet voor te komen in urine? A. Hormonen en afbraakproducten. B. Eiwitten. C. Zouten. 2. Wat is een voorbeeld
Nadere informatieHart anatomie en fysiologie
Hart anatomie en fysiologie Anatomie van het hart Het hart is omgeven door een effen vlies, het hartzakje of pericard(3). Het hart ligt in de borstholte, tussen de longen (1), bijna in het midden met de
Nadere informatieV5 Begrippenlijst Hormonen
V5 Begrippenlijst Hormonen ADH Hormoon dat de terugresorptie van water in de nierkanaaltjes stimuleert. adrenaline Hormoon dat door het bijniermerg wordt afgescheiden. Adrenaline wordt ook door zenuwvezels
Nadere informatieCapabel Examens 2011 Pagina 1
1. Wat is de kleinste levende eenheid van een organisme? A) Een cel. B) Een orgaan. C) Een weefsel. 2. Bij welke levensverrichting van de cel speelt chromatine een belangrijke rol? A) Bij de prikkelbaarheid.
Nadere informatieTake-home toets. Thema 4.3.1: Anatomie en fysiologie van het hart en de circulatie
Take-home toets Thema 4.3.1: Anatomie en fysiologie van het hart en de circulatie 1. I Arterien vervoeren altijd zuurstofrijk bloed II Arterien vervoeren het bloed naar het hart 2. Waar vindt de kleine
Nadere informatieAnatomie / fysiologie
Anatomie / fysiologie Regulatie Hormoonstelsel 1 FHV2009 / Cxx55 9+10 / Anatomie & Fysiologie - Hormoonstelsel 1 1 FHV2009 / Cxx55 9+10 / Anatomie & Fysiologie - Hormoonstelsel 1 2 Hormonen Homaein (Gr)
Nadere informatie1) Wat is het verschil tussen de grote en kleine bloedsomloop? 2) Tot welke bloedsomloop behoren je hersenen?
Computeropdracht Bloedsomloop Basisstof 2, 3 en 5 Ga naar biologiepagina.nl > Havo 5 > Bloedsomloop > PC- les > computerles 1 Bekijk de animaties zorgvuldig en maak de opdrachten in de opgegeven volgorde,
Nadere informatieHENRY N. HASSENKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL Docent: A. Sewsahai HAVO
HENRY N. HASSENKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL Docent: A. Sewsahai HAVO Doelsstellingen De student moet de verschillen kunnen noemen tussen gaswisseling in de lucht en gaswisseling in het water
Nadere informatieHerhalingsles Het lichaam. Ademhaling. Benoem de aangeduide delen op onderstaande tekeningen aan.
Herhalingsles Het lichaam Ademhaling Benoem de aangeduide delen op onderstaande tekeningen aan. Als we ademen, stroomt er lucht binnen in ons lichaam. Welke weg legt deze lucht af? Vul het schema aan.
Nadere informatieH5 Begrippenlijst Zenuwstelsel
H5 Begrippenlijst Zenuwstelsel acetylcholine Vaak voorkomende neurotransmitter, bindt aan receptoren en verandert de permeabiliteit van het postsynaptische membraan voor specifieke ionen. animatie synaps
Nadere informatieFig. 0. 1 De Leefstijlacademie
Inleiding Wat goed dat je hebt doorgezet naar de volgende cursus! Je wilt dus nog meer te weten komen over hoe je lichaam precies in elkaar zit en hoe het werkt! En dat precies is wat je in deze cursus
Nadere informatieGaswisseling. Samenvatting voor de toets
Gaswisseling Samenvatting voor de toets Inhoudsopgave Gaswisseling bij verschillende diergroepen Ademhalingsstelsel Route van ingeademde lucht Longblaasjes en haarvaten Huig en strotklepje Ribademhaling
Nadere informatie1. We ademen om te leven
1. We ademen om te leven Net als alle levende wezens hebben wij energie nodig om te leven. De spijsvertering zorgt ervoor dat ons lichaam de voedingsstoffen opneemt. De bloedsomloop brengt die stoffen
Nadere informatieHoofdstuk 1: Electrofysiologie van het hart
Hoofdstuk 1: Electrofysiologie van het hart Chapter 21, blz. 504 t/m 528: Cardiac electrophysiology and the electrocardiogram Het bestaat uit een hoop verschillende cellen, met elk een eigen functie. Ze
Nadere informatieIn welke volgorde vindt deze deling plaats?
1. Wat behoort tot de vegetatieve levensverrichtingen van een cel? A) Beweging. B) Prikkelbaarheid. C) Stofwisseling. 2. Wat is de functie van het centraallichaampje? A) Het leveren van energie. B) Het
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 13 en 14
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 en 14 Samenvatting door een scholier 1351 woorden 5 februari 2006 6, 18 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar H 13 In skeletspieren is het spierweefsel verdeeld
Nadere informatieOnwillekurig of Autonoom Ingedeeld in parasympatisch en orthosympatisch
Paragraaf 8.1 en 8.2 perifere zenuwstelsel Uitlopers van zenuwcellen buiten de hersenen en het ruggenmerg centrale zenuwstelsel Zenuwcellen en uitlopers in hersenen en ruggenmerg autonome zenuwstelsel
Nadere informatieTheorie-examen fysiologie 2 mei 2008
Theorie-examen fysiologie 2 mei 2008 1. Wat kan gesteld worden van een orgaanstelsel? A. Dit zijn alle organen tezamen in het lichaam. B. Dit is een groep organen die samen een bepaalde functie vervullen.
Nadere informatieInspanningsfysiologie. Energiesystemen. Fosfaatpool. Hoofdstuk 5. 1. Fosfaatpool 2. Melkzuursysteem 3. Zuurstofsysteem
Inspanningsfysiologie Hoofdstuk 5 Energiesystemen 1. Fosfaatpool 2. Melkzuursysteem 3. Zuurstofsysteem Fosfaatpool Anaërobe alactische systeem Energierijke fosfaatverbindingen in de cel Voorraad ATP en
Nadere informatieBiologie SE4. Hoofdstuk 13 Paragraaf 1 Begrippenlijst:
Hoofdstuk 13 Paragraaf 1 Begrippenlijst: Hormoonklieren: Exocriene klieren: Endocriene klieren: Hypothalamus: Biologie SE4 organen die elders in het lichaam organen en weefsels activeren. zweet- en verteringsklieren
Nadere informatieTheorie - herexamen Fysiologie 23 mei 2008
Theorie - herexamen Fysiologie 23 mei 2008 1. Waar wordt het groeihormoon gevormd? A. In de hypofyse. B. In het bijniermerg. C. In de pancreas. 2. Wat is een kenmerk van een weefsel? A. Het is altijd opgebouwd
Nadere informatieHoorcollege Tractus digestivus. Dirk Geurts
Hoorcollege Tractus digestivus Dirk Geurts Voorbereiding E-book/boek Anatomie en fysiologie van Martini lezen (Hoofdstuk 16, Het spijsverteringsstelsel); probeer een goed overzicht te krijgen van wat dit
Nadere informatievwo bloed en bloedsomloop 2010
vwo bloed en bloedsomloop 2010 Integratie In de afbeelding is schematisch de regulatie van een aantal animale en vegetatieve functies bij de mens weergegeven. Al deze functies spelen een rol bij het constant
Nadere informatieHart = pomp --> spier --> trainen --> krans(slag)aders vertakken verder --> hart krijgt meer voedingsstoffen
Samenvatting door Jurre 1255 woorden 16 juni 2015 6,5 3 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar 9.1 Hart en bloedsomloop Hart = pomp --> spier --> trainen --> krans(slag)aders vertakken verder -->
Nadere informatieEen persoon raakt opgewonden en begint te hyperventileren. Om de hyperventilatie te stoppen, pakt hij een plastic zak.
Examentrainer Vragen Hyperventilatie Het overmatig snel verversen van de lucht in de longen wordt hyperventilatie genoemd. Door bewust of onbewust snel in en uit te ademen, daalt de concentratie van CO
Nadere informatieRespiratie Functie en bouw van de luchtwegen. Een uitingsvorm van het gebruik van de hulpademhalingsspieren is neusvleugelen.
Respiratie 2 Functie en bouw van de luchtwegen FHV2009 / Cxx54 3+4 / Anatomie & Fysiologie - Respiratie en digestivus 1 Het uitwisselingsproces van O 2 en CO 2 tussen de cellen en de bloedbaan vindt eerder
Nadere informatieAnatomie / fysiologie. Taken circulatiestelsel. Onderverdeling bloedvaten. Cxx53 5 en 6 Bloedvaten Lymfe
Anatomie / fysiologie Cxx53 5 en 6 Bloedvaten Lymfe FHV2009 / Cxx53_5_6 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie 1 Taken circulatiestelsel Voedingsstoffen, nadat ze verteerd (in stukken gedeeld) zijn, opnemen
Nadere informatieNormwaarde = is een waarde die je af leest, zoals bij de thermostaat, zie je 19 graden staan dan is dat de normwaarde. Zo warm moet het zijn.
Boekverslag door E. 1602 woorden 17 maart 2014 6.8 55 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie samenvatting paragraaf 1 Een regelkring = is een kring van meerdere apparaten die samen
Nadere informatieToelatingsexamens en Ondersteunend Onderwijs
Toelatingsexamens en Ondersteunend Onderwijs VOORBLAD EXAMENOPGAVE Toetsdatum: Vakcode: BIO Vak: Biologie voorbeeldexamen Tijdsduur: 2 uur en 30 minuten - De volgende hulpmiddelen zijn toegestaan bij het
Nadere informatieMELATONINE. Het natuurlijke slaapmiddel
MELATONINE Het natuurlijke slaapmiddel Wat is Melatonine Melatonine is een hormoon dat in de pijnappelklier (epifyse) geproduceerd wordt uit serotonine (neurotransmitter betrokken bij stemming en pijn)
Nadere informatieAnatomie / fysiologie
Anatomie / fysiologie Cxx53 7 en 8 Hart 1 FHV2009 / Cxx53 7+8 / Anatomie & Fysiologie - Circulatie 1 Ligging van het hart Kegelvormig, hol, gespierd orgaan. Ca. 10 cm lang en omvang vuist FHV2009 / Cxx53
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 11, Regeling door hormonen
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 11, Regeling door hormonen Samenvatting door een scholier 1429 woorden 19 juni 2006 5,7 16 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar H11 1 Ribosomen: koppelen aminozuren
Nadere informatieAlgemene Samenvatting
Algemene Samenvatting e vitamine metaboliet 1,25-dihydroxyvitamine ( ) speelt een sleutelrol bij het handhaven van de calcium homeostase door middel van effecten op de darm, het bot en de nier. e metaboliet
Nadere informatieAnatomie / fysiologie Circulatie. Stellingen n.a.v. vorig college. Stellingen, vervolg. Bloeddruk
Anatomie / fysiologie Circulatie Bloeddruk 1 Stellingen n.a.v. vorig college Het ventrikelseptum van het hart is dikker dan het atriumseptum van het hart. Een hart dat over de top van de Frank Starling-curve
Nadere informatievwo gaswisseling en ademhaling 2010
vwo gaswisseling en ademhaling 2010 Machinale kunstmatige beademing Machinale kunstmatige beademing wordt toegepast als een patiënt, bijvoorbeeld tijdens of na narcose, niet zelf kan ademhalen. De principes
Nadere informatie3 keer beoordeeld 15 maart Regelkring van de lichaamstemperatuur is homeostase. Homeostase is een voorbeeld van zelfregulatie.
7 Boekverslag door H. 1590 woorden 3 keer beoordeeld 15 maart 2016 Vak Biologie Methode Biologie voor jou Biologie Thema 6 Bassisstof 1 Regelkringen en homeostase Een sensor à Normwaarde: De afgestelde
Nadere informatieToelatingsexamens en Ondersteunend Onderwijs
Toelatingsexamens en Ondersteunend Onderwijs VOORBLAD EXAMENOPGAVE Toetsdatum: Vakcode: BIO Vak: Biologie voorbeeldexamen Tijdsduur: 2 uur en 30 minuten - De volgende hulpmiddelen zijn toegestaan bij het
Nadere informatieInhoud. Woord vooraf 1 1. Over de auteurs 1 2. Redactionele verantwoording 1 3 Curriculummodel 1 3 Didactisch concept Basiswerken 1 4
Inhoud Woord vooraf 1 1 Over de auteurs 1 2 Redactionele verantwoording 1 3 Curriculummodel 1 3 Didactisch concept Basiswerken 1 4 1 Cellen en weefsels 1 6 1.1 Kenmerken van het leven 1 7 1.2 De opbouw
Nadere informatieGEZONDHEIDSKUNDE-AFP LES 3. Zintuigen
GEZONDHEIDSKUNDE-AFP LES 3 Zintuigen 1 INLEIDING Zintuigcellen Reuk-, smaak- en PH-sensoren Smaakzintuig Warmte- en koudesensoren Tast-, druk- en pijnsensoren Fotosensoren 2 ZINTUIGEN VORMEN DE VERBINDING
Nadere informatieVWO HENRY N. HASSENKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] ARTHUR A. HOOGENDOORN ATHENEUM - VRIJE ATHENEUM - AAHA
Thema: Transport VWO HENRY N. HASSENKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] ARTHUR A. HOOGENDOORN ATHENEUM - VRIJE ATHENEUM - AAHA Docent: A. Sewsahai Doelstellingen De student moet 5V: blz. 215 t/m
Nadere informatieDOCENT: A. SEWSAHAI Havo HENRY N. HASSANKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] Thema: Regeling
DOCENT: A. SEWSAHAI Havo HENRY N. HASSANKHAN SCHOLENGEMEENSCHAP LELYDORP [HHS-SGL] Thema: Regeling Doelstellingen: De student moet: de bouw en functies van het zenuwstelsel kunnen beschrijven de functies
Nadere informatieTussentoets 1 (TT-1, code 8WA01) Hart en Long 8WA00. Maandag 11 maart 2013
Tussentoets 1 (TT-1, code 8WA01) Hart en Long 8WA00 Maandag 11 maart 2013 Faculteit Biomedische Technologie BSc opleiding Medische Wetenschappen en Technologie Verantwoordelijk docent: C. Bouten Coördinator
Nadere informatieOnderdeel Hypothalamus-Hypofyse (Bern/Levy, Hoofdstuk 44)
Zelfstudievragen Deze vragen zijn bedoeld om je behulpzaam te zijn bij het bestuderen van de stof (college en microscoop practica). Ze hebben de bedoeling je te wijzen op de belangrijkste delen van de
Nadere informatie5 juli blauw. Toelatingsexamen arts en tandarts. Informatie verwerven en verwerken (IVV) STILLEESTEKST 2
Kleef hier onmiddellijk een identificatie-etiket blauw Toelatingsexamen arts en tandarts 5 juli 2016 Informatie verwerven en verwerken (IVV) STILLEESTEKST 2 Figuur 1A: Werking van een wateroplosbaar hormoon:
Nadere informatie5 juli geel. Toelatingsexamen arts en tandarts. Informatie verwerven en verwerken (IVV) STILLEESTEKST 2
Kleef hier onmiddellijk een identificatie-etiket geel Toelatingsexamen arts en tandarts 5 juli 2016 Informatie verwerven en verwerken (IVV) STILLEESTEKST 2 Figuur 1A: Werking van een wateroplosbaar hormoon:
Nadere informatieStructuur van een sarcomeer. H zone is waar de dunne filamenten niet zitten, op de zwart wit foto wijzen ze naar M lijn ipv H zone.
Spierfysiologie 1,2&3 Structuur van een sarcomeer. H zone is waar de dunne filamenten niet zitten, op de zwart wit foto wijzen ze naar M lijn ipv H zone. ^Dwarsdoorsnede van een myofibril(serie van sarcomeren)
Nadere informatieSamenvatting Biologie H3 Organen en cellen
Samenvatting Biologie H3 Organen en cellen Samenvatting door een scholier 751 woorden 30 mei 2017 8,2 6 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou H3 organen en cellen iets uitleg voorbeelden
Nadere informatieOnder omstandigheden van rust bedraagt de ademfrequentie bedraagt 12-16/min.: de totale hoeveelheid
Werkstuk door een scholier 1560 woorden 13 december 2002 6,8 85 keer beoordeeld Vak LO Inleiding: waarom is bewegen goed? Hoe meer je je botten en spieren beweegt, hoe sterker ze worden. Zonder beweging
Nadere informatieSamenvatting Biologie Zintuigelijke waarneming
Samenvatting Biologie Zintuigelijke waarneming Samenvatting door T. 2587 woorden 15 januari 2013 4,8 3 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Onderscheiding zenuwstelsel op grond van bouw
Nadere informatieSamenvatting Biologie Thema 6
Samenvatting Biologie Thema 6 Samenvatting door een scholier 2924 woorden 22 oktober 2008 6,2 147 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Thema 6 Basisstof 1 Het zenuwstelsel bestaat uit
Nadere informatieHyperglycemie Keto-acidose
Hyperglycemie Keto-acidose Klinische les Marco van Meer SJG 20 06 2007 (acute) ontregeling van diabetes Doel Op het einde van mijn presentatie is jullie kennis over glucose huishouding en ketoacidose weer
Nadere informatieExamenbespreking biologie havo t1 landelijk Concept 23 mei 2014
Examenbespreking biologie havo t1 landelijk Concept 23 mei 2014 Organisatie: Baukje Lobregt en Jeroen Coenemans Opmerkingen vooraf: 1. Als een leerling bij een vraag niets invult, geen 0 maar N (van niet
Nadere informatieAlgemene anatomie en fysiologie
Naam kandidaat: Voetverzorger Kwalificatiecode 10505 Algemene anatomie en fysiologie Datum : 4 juni 2009 Werktijd : 60 minuten Deelkwalificatiecode : 51934 Waardering Cesuur Werkwijze : 1 punt per vraag,
Nadere informatieZenuwcellen. Samenvatting door een scholier 2435 woorden 24 juni keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 2435 woorden 24 juni 2007 7 45 keer beoordeeld Vak Biologie 1. Het zenuwstelsel. Bestaat uit: centrale zenuwstelsel: hersenen, hersenstam, ruggenmerg. Perifere zenuwstelsel:
Nadere informatieAdemhalingsorganen/luchtwegen. Ademhaling. De neus. De neus. De keelholte. De keelholte 16-9-2014. Bouw algemeen Van binnen naar buiten
Ademhaling Lesstof Beauty Level Basics 2 Blz. 132-141 Ademhalingsorganen/luchtwegen algemeen Van binnen naar buiten Slijmvlies en trilhaarepitheel Circulair verlopend glad spierweefsel Bindweefsel De neus
Nadere informatieSamenvatting Biologie Transport
Samenvatting Biologie Transport Samenvatting door een scholier 1385 woorden 5 april 2006 8,2 8 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Hoofdstuk Transport Basisstof 1: De bloedsomloop Bloedsomloop:
Nadere informatieAortaklepinsufficiëntie
Hartcentrum Aortaklepinsufficiëntie Patiëntenfolder aandoeningen Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 De werking van een gezond hart... 3 Wat doet het hart?... 3 Hoe zit het hart in elkaar?... 3 De bloedsomloop...
Nadere informatieFenotype nakomelingen. donker kort 29 donker lang 9 wit kort 31 wit- lang 11
1. Bij honden is het allel voor donkerbruine haarkleur (E) dominant over het allel voor witte haarkleur (e). Het allel voor kort haar (F) is dominant over het allel voor lang haar (f). Een aantal malen
Nadere informatie- Is een centrale hormoonklier die zich net onder de grote hersenen bevindt en een doorsnee van ongeveer één centimeter heeft.
Samenvatting door H. 1895 woorden 16 februari 2016 7,6 30 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie H13: Hormonen Samenvatting 13.1 Hormoonklieren Hormoonklieren zijn organen die elders in het
Nadere informatieSamenvatting Biologie Zenuwstelsel
Samenvatting Biologie Zenuwstelsel Samenvatting door een scholier 2341 woorden 5 februari 2009 6,5 30 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie Interactief Samenvatting Biologie 1 Inleiding Zintuigen
Nadere informatieBij hoeveel procent vochtverlies gaat de sportprestatie achteruit? Ong. 1% Bart van der Meer WM/SM theorie les 11 Amice
Bij hoeveel procent vochtverlies gaat de sportprestatie achteruit? Ong. 1% Bart van der Meer WM/SM theorie les 11 Amice Bij hoeveel procent vochtverlies krijg je een dorstsignaal? Ong. 2% Bewerkt door
Nadere informatieExtra paragraaf. Hormonen
Extra paragraaf Hormonen In deze extra paragraaf leer je meer over hormonen. Het gaat over de structuur van hormonen en de manier waarop ze werken. Daarnaast leer je een aantal hormoonklieren en het samenspel
Nadere informatieRichtlijn Vroegtijdige opsporing van aangeboren hartafwijkingen (2005; update verwacht begin 2017)
Richtlijn Vroegtijdige opsporing van aangeboren hartafwijkingen (2005; update verwacht 1. Werking van het hart Fysiologie van het hart Afbeelding 1: de normale volwassen bloedsomloop. Bronvermelding: Uitgeverij
Nadere informatieSamenvatting Biologie 1-1 tot 1-3
Samenvatting Biologie 1-1 tot 1-3 Samenvatting door K. 1464 woorden 10 december 2012 5,6 11 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar 8.1 Het werkt! Hoe werkt je lichaam? Organen: delen van het lichaam
Nadere informatieAlgemeen. Het hormoonstelsel. Soorten. Soorten. Hormoonklieren: hypofyse. Soorten 16-9-2014. Hebben invloed op:
Het hormoonstelsel Lesstof Beauty Level Basics 2 Blz. 176-187 Algemeen Hebben invloed op: Lichamelijke en geestelijke processen Werken nauw samen met: Autonome zenuwstelsel Soorten 1. Hormonen/increten
Nadere informatieExamentrainer. Vragen vmbo-bk. Scan
THEMA 4 REGELING EXAMENTRAINER OEFENVRAGEN 3 VMBO-bk Examentrainer Vragen vmbo-bk Scan In een Engelse folder staat informatie over een bepaald apparaat. Hiermee kan het centrale zenuwstelsel onderzocht
Nadere informatiede productieplaats van groeihormoon 8 2. oorzaken van een groeihormoontekort 18 gemeten 24 symptomen van een tekort 30
Inhoud Inleiding 6 1. De hypofyse: de productieplaats van groeihormoon 8 2. oorzaken van een groeihormoontekort 18 3. Zo wordt een tekort aan groeihormoon gemeten 24 4. De functie van groeihormoon en de
Nadere informatieRespiratie 3. Functie en bouw van de luchtwegen
Respiratie 3 Functie en bouw van de luchtwegen FHV2009 / Cxx54 5+6 / Anatomie & Fysiologie - Respiratie en digestivus 1 De totale dode ruimte is in rust kleiner dan bij inspanning. De anatomische dode
Nadere informatieSamenvatting Biologie Regeling en waarneming
Samenvatting Biologie Regeling en waarneming Samenvatting door een scholier 2011 woorden 9 december 2017 7,2 4 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie SMV hft 6 havo 4 1 Homeostase:
Nadere informatieEencellige en meercellige organismen
2 Eencellige en e organismen 2.1 Eencelligen en en Tonen onderstaande microscopische foto s een of een organisme? Kruis aan. 1 2 pantoffeldiertje amoebe 3 4 lever nier 5 6 blauwwier wortel tuinboon Conclusie
Nadere informatieSamenvatting Biologie Boek 2: Je lichaam
Samenvatting Biologie Boek 2: Je lichaam Samenvatting door S. 823 woorden 12 oktober 2014 6,8 15 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Basisstof 2. De 4 functies van het skelet : Stevigheid
Nadere informatieHartkwalen Gasping. Aandoeningen v/h hart. Aandoeningen v/h hart. Aandoeningen v/h hart. Aandoeningen v/h hart. Aandoeningen v/h hart 22-1-2012
Hartkwalen Gasping De belangrijkste klachten zijn: vermoeidheid kortademigheid (vooral bij inspanning) opgezette benen en enkels onrustig slapen en s nachts vaak plassen 4 Hartfalen sen Hartspierziekte
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
9 Nederlandse Samenvatting F.S. de Man 1,2, N. Westerhof 1,2, A. Vonk-Noordegraaf 1 Departments of 1 Pulmonology and 2 Physiology, VU University Medical Center / Institute for Cardiovascular Research,
Nadere informatie5,9. Samenvatting door een scholier 1581 woorden 10 april keer beoordeeld. Hypofyse. Tekening van de hypofyse:
Samenvatting door een scholier 1581 woorden 10 april 2002 5,9 186 keer beoordeeld Vak Biologie Hypofyse Tekening van de hypofyse: Bouw van de hypofyse: De hypofyse bestaat uit een voorkwab en een achterkwab.
Nadere informatieFysiologie / Metabolisme stofwisseling
Fysiologie / Metabolisme stofwisseling Onder de fysiologie vallen bij de sportmassage de volgende onderdelen: Celleer/cytologie Weefselleer/histologie Stofwisseling/metabolisme Spijsvertering Hart, bloedvaten
Nadere informatieProefexamen ANATOMIE EN FYSIOLOGIE
Proefexamen ANATOMIE EN FYSIOLOGIE Deelexamen 1 In dit proefexamen worden over de volgende onderwerpen vragen gesteld: opbouw van het menselijk lichaam algemene fysiologie spijsverteringsstelsel ademhalingsstelsel
Nadere informatieVan cel tot organisme vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/62357
Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 09 juni 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/62357 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Nadere informatieBijlage bij het artikel Vergelijking van twee praktische opdrachten door Foeken, M. NVOX (37)3, p 108-109. OPDRACHT CONDITIE
Bijlage bij het artikel Vergelijking van twee praktische opdrachten door Foeken, M. NVOX (37)3, p 108-109. OPDRACHT CONDITIE Antwoorden en opmerkingen 1 e NAAM : 2 e NAAM : 3 e NAAM : KLAS : 5 HAVO DATUM
Nadere informatieVan cel tot organisme hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/62551
Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 25 oktober 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/62551 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken
Nadere informatiehalvemaanvormige kleppen) Doordat de hartkamers het bloed met kracht wegpompen.
4BASISSTOF De 2 havo vwo bloedvaten thema 3 De bloedsomloop opdracht 18 Vul het schema in. Kies bij 1 uit: van de organen weg naar het hart toe van het hart weg naar de organen toe. Kies bij 2 uit: hoog
Nadere informatie