gemeentebestuur Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Team Beleid De leden van de gemeenteraad uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum

Transcriptie

1 gemeentebestuur PURMEREND Postbus AA Purmerend telefoon telefax Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Team Beleid De leden van de gemeenteraad uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum onderwerp Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan De Purmer 2015 Geachte leden van de gemeenteraad, y 28 augustus 2014 De Wet ruimtelijke ordening (Wro) schrijft voor dat bestemmingsplannen niet ouder dan 10 jaar mogen zijn. Bestemmingsplannen behouden na die datum hun bindende werking, maar voor vergunningaanvragen binnen bestemmingsplannen ouder dan 10 jaar mogen geen leges meer worden geheven. Daarnaast verplicht de Wro tot digitalisering van alle bestemmingsplannen. Het huidige bestemmingsplan voor de Purmer is vastgesteld in Inhoudelijk is het bestemmingsplan nog redelijk actueel. Verder is het geldende bestemmingsplan niet volgens de huidige normen gedigitaliseerd. Ons college heeft daarom besloten om de (cyclische) actualisering van het bestemmingsplan voor de Purmer ter hand te nemen. Ten behoeve hiervan is een Nota van Uitgangspunten opgesteld, deze treft u als bijlage bij deze brief aan. Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Burgemeester en wethouders van Purmerend, de secretaris, de burgemeester, bijlage(n): Nota van Uitgangspunten De Purmer 2015 behandeld door: W. Runderkamp telefoonnummer Stadhuis bezoekadres: Purmersteenweg 42 rekeningnummer: NL35 BNGH Werkplein Purmerend Waterlandlaan 22-36

2 e Volume Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan De Purmer 2015 Gemeente Purmerend Afdeling Stedelijke Ontwikkeling, team Beleid Augustus 2014 Purmerende k w ~ - Verzetslaan 9

3 Hoofdstuk 1 Inleiding Aanleiding De Wet ruimtelijke ordening (Wro) schrijft voor dat bestemmingsplannen niet ouder dan tien jaar mogen zijn. Bestemmingsplannen blijven na die datum weliswaar van toepassing, maar voor vergunningaanvragen binnen bestemmingsplannen ouder dan tien jaar mogen geen leges meer worden geheven. Daarnaast verplicht de Wro tot digitalisering van alle bestemmingsplannen. Het huidige bestemmingsplan voor de Purmer is vastgesteld op 2 november 2006 en is inhoudelijk nog redelijk actueel. De Purmer is het laatste grote bestemmingsplangebied binnen Purmerend om naar de huidige maatstaven te digitaliseren en te publiceren op Dit bestemmingsplan betreft zo'n 40% van de totale oppervlakte van de gemeente. Figuur 1: huidige planologische regeling op Doel Het doel van dit bestemmingsplan is om een actueel planologisch kader te hebben, dat voldoet aan de huidige digitale maatstaven en dat de juiste balans kent tussen het vastleggen van de bestaande situatie enerzijds en het bieden van flexibiliteit voor ontwikkelingen in de komende 10 jaar anderzijds. Uitgangspunten In deze Nota van Uitgangspunten worden een aantal uitgangspunten voorgelegd met betrekking tot het op te stellen van het bestemmingsplan (NL.IMRO.0439.BPPURM ) voor De Purmer. Afbakening Het bestemmingsplan gaat over wat er qua bebouwing en gebruik wel en niet wordt toegestaan. Het bestemmingsplan (of deze Nota van Uitgangspunten) gaat niet over de inrichting of het beheer van de openbare ruimte of de wijze waarop toekomstige bebouwing er uit moet komen te zien (welstand). Leeswijzer 2

4 In hoofdstuk twee worden het plangebied en de plangrens weergegeven. Hoofdstuk drie benoemt het planologisch kader op basis waarvan het nieuwe bestemmingsplan zal worden opgesteld. In dit hoofdstuk worden de uitgangspunten benoemd en de (nu bekende) ontwikkelingen waarvan het wenselijk is om de planologische insteek op voorhand te kiezen. Hoofdstuk vier en vijf gaan vervolgens in op respectievelijk de structuur en de planning. Tot slot gaat hoofdstuk zes in op de communicatie. Hoofdstuk 2 Plangebied Het plangebied van het nieuwe bestemmingsplan betreft de woonwijken Purmer-Noord en Purmer-Zuid, het landelijk gebied bij de Westerweg, het Purmerbos en de golfbaan. Aan de noordzijde wordt het plangebied begrensd door bedrijventerrein De Baanstee. De oostzijde grenst aan de gemeente Edam-Volendam en de zuidzijde grenst aan de gemeente Waterland. De westzijde grenst aan de wijken Wheermolen en de Gors en loopt langs de Purmerringvaart. Figuur 2: Plangrenzen bestemmingsplan De Purmer

5 Hoofdstuk 3 Planologisch kader De kaders voor de (bestaande) bebouwing zijn vastgelegd in bestemmingsplan De Purmer Deze planologische regeling voldoet inhoudelijk in beginsel nog goed. De opgave ligt daarom vooral in het actualiseren en digitaliseren van de planologische regeling, naast het eventueel meenemen van nieuwe ontwikkelingen. Uitgangspunten Bij het opstellen van een nieuw bestemmingsplan voor De Purmer zullen de volgende uitgangspunten gehanteerd worden: 1. Het bestemmingsplan wordt conserverend opgesteld. Conserverend wil zeggen dat de bestaande bebouwingsstructuur, zoals planologisch in bestaande regelingen is vastgelegd, voor het nieuwe bestemmingsplan als uitgangspunt zal worden genomen. Het plangebied van De Purmer wordt gekenmerkt door de beheersfase. Er zijn geen grote ontwikkelingen te verwachten. Een conserverend bestemmingsplan sluit het beste aan bij de optimale mix van rechtszekerheid en flexibiliteit. 2. Het bestemmingsplan wordt flexibeler. De bestaande functies worden vertaald naar actuele bestemmingen. De huidige planologische regeling is inhoudelijk nog voldoende actueel, maar dient aangepast te worden aan de nieuwe landelijke standaarden (Standaard vergelijkbare bestemmingsplannen, 'SVBP2012'). Daarbij zal gekeken worden of en hoe meer ruimte geboden kan worden, door bijvoorbeeld ruimere kaders, gemengde bestemmingen of meer afwijkingsmogelijkheden om beter in te kunnen spelen op toekomstige, wijzigende beleidskaders. Dit levert een kleine bijdrage om in de toekomst eenvoudiger invulling gegeven kunnen worden aan 'van buiten naar binnen'. Inhoudelijk kan verder worden gedacht aan wonen in aan- en bijgebouwen (jong, oud, met beperking). Ook zal rekening worden gehouden met de binnenkort wijzigende regelgeving rondom vergunningvrij bouwen (waaronder diepere aan- en uitbouwen en mantelzorg). Een derde voorbeeld is de flexibilisering van de aan-huis-gebonden-beroepenregeling. 3. Het bestemmingsplan wordt gedigitaliseerd. Het nieuwe bestemmingsplan wordt gemaakt aan de hand van de meest actuele wettelijke RO-standaarden en de meest actuele gemeentelijke plansystematiek. Het plan wordt toegankelijk gemaakt via Ontwikkelingen Nieuwe ontwikkelingen binnen het plangebied worden bij voorkeur meegenomen bij de totstandkoming van dit nieuwe bestemmingsplan. De mogelijkheden hangen daarbij af van de fase van de ontwikkeling, het draagvlak en de mate waarin dit past binnen bestaand beleid. Als ontwikkelingen nog in de onderzoeksfase zitten, worden deze ontwikkelingen niet direct meegenomen, zeker bij strijd met het huidige beleid. Gewenste ontwikkelingen waarvoor concrete plannen bestaan, waar een onderbouwing en de benodigde onderzoeken aan ten grondslag liggen, worden in principe wel meegenomen in dit bestemmingsplan. Als daar nog geen sprake van is, maar de ontwikkeling lijkt wel kansrijk, dan zal in het bestemmingsplan een flexibele regeling worden overwogen, welke rekening houdt met de toekomstige ontwikkeling. Daarbij kan worden gedacht aan het opnemen van wijzigings- of uitwerkingsbevoegdheden in het bestemmingsplan. Voor bekende ontwikkelingen wordt hier een keuze gemaakt hoe daar in dit bestemmingsplan mee om te gaan. Voor deze ontwikkelingen geldt in het algemeen dat deze keuzes gaandeweg de 4

6 bestemmingsplanprocedure worden heroverwogen als de planvorming of besluitvorming rondom de ontwikkelingen daar aanleiding tot geeft. 1. Purmerenderweg/IJsselmeerlaan De langetermijnvisie op ontwikkeling van dit cluster, namelijk het omvormen naar een groen woonmilieu, is niet uitvoerbaar gebleken op de wijze, zoals die in 2006 was voorgesteld. De clusteraanduiding op de strategische plankaart van de structuurvisie is bij de actualisatie in 2013 geschrapt. Dit gebied zal daarom overeenkomstig de bestaande situatie worden bestemd. 2. Woninguitbreiding ten zuiden van Purmer-Zuid In 2008 is de regiovisie Waterland 2040, Vitaal met karakter, vastgesteld. In dat verband is primair gekozen voor versterking van de sociaal-economische vitaliteit van de kernen door herstructurering en waar mogelijk intensivering, met vergroting van de diversiteit van woon- en werkmilieus. Het gebied, dat aansluit op de Purmer-Zuid (ten zuiden/oosten van de Verzetslaan; ten westen van de Westerweg) is aangewezen ten behoeve van "concentratie uitbreiding wonen ". Dit gebied is feitelijk ingericht als weiland en bos en ligt buiten 'Bestaand Gebouwd Gebied', op basis van de Provinciaal Ruimtelijke Verordening Structuurvisie. Vanwege de planning ( ) en omdat deze ontwikkeling nog verder geconcretiseerd moet worden, zal deze ontwikkeling vooralsnog in de toelichting worden benoemd, maar niet juridisch worden vertaald. 3. Fietsverbinding Grotenhuysweg - Westerweg Dit traject is verbeterd door inpassing van fietssuggestiestroken. Het is wenselijk om deze fietsinfrastructuur op een veiligere wijze (vrijliggend) door te voeren. Binnen het bestaande profiel van de weg is het niet mogelijk om dit in te passen. Zoals vorig jaar bij de actualisatie van de Strategische Plankaart Structuurvisie is aangegeven, kan een eventuele ontwikkeling op het bestaande evenemententerrein aan de noordelijke zijde van de Purmerenderweg hierin kansen bieden. Het inpassen van een vrijliggende fietsverbinding in zo'n ontwikkeling kan de aansluiting vanaf de Grotenhuysweg naar de Westerweg sterk verbeteren. Deze fietsverbinding zal daarom bij toekomstige ontwikkelingen worden meegenomen en in dit bestemmingsplan nu niet worden vertaald. 4. Woningbouw Purmerenderweg, Purmerbuurt Eventuele woningbouw op deze locatie speelt al jaren. Het meest recente idee voor woningbouw op de strook tussen de Purmerenderweg en de golfbaan, betreft een plan voor 35 woningen. In 2008 heeft de Raad van State de bestemming van het onderhavige perceel vernietigd. Dit was ingegeven doordat de gemeente tegen woningbouw geen principiële bezwaren heeft, de keuze van de raad om niet in een woningbouwbestemming te voorzien was ingegeven door het stellen van andere prioriteiten en het gebrek aan capaciteit om de randvoorwaarden voor woningbouw te onderzoeken en het onvoldoende motiveren waarom het belang van een recreatieve bestemming zwaarder zou wegen dan het belang van de eigenaar om woningbouw ter plaatse mogelijk te maken. Woningbouw heeft mogelijk gevolgen voor natuurwaarden en vereist diverse onderzoeken. Omdat er nog geen concreet en onderbouwd plan is, ligt de gebruikelijke route met een anterieure overeenkomst en planvorming op kosten en in opdracht van de initiatiefnemer meer voor de hand. Gelet op de uitgangspunten voor het nieuwe bestemmingsplan en de uitspraak van de Raad van State, ligt een wijzigingsbevoegdheid met het oog op een toekomstige woonbestemming het meest voor de hand. 5. Windturbines in het Purmerbos Het college wil de komst van windenergie bespreekbaar maken. De provincie Noord- Holland zal invulling geven aan een opgave om meer windenergie te kunnen laten genereren. Recent heeft de provincie het Purmerbos benoemd tot een zoeklocatie en 5

7 nader onderzoek loopt. Aan de andere kant stelt de provincie vooralsnog eisen die windturbines in het Purmerbos naar verwachting onmogelijk maken, zoals 'geen windturbines in de ecologische hoofdstructuur'. Afhankelijk van de verdere ontwikkelingen rondom het provinciale beleid zullen windturbines een plaats krijgen in het nieuwe bestemmingsplan. 6. Niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG) Een aantal van deze locaties ligt in het plangebied (o.m. Brantjesstraat, Tarwestraat, Riekstraat). De planvorming in bestaand bebouwd gebied is niet altijd eenvoudig en de insteek is om eerst de kaders te stellen (in overleg met omwonenden) en pas daarna per locatie het bestemmingsplan te wijzigen. Afhankelijk van de verwachte en onderbouwde haalbaarheid, zal toekomstgericht een wijzigingsbevoegdheid worden opgenomen waar dat mogelijk is. Als besluitvorming heeft plaatsgevonden over een concrete ontwikkeling, dan wordt overwogen het plan gedurende de totstandkoming van dit bestemmingsplan daarin mee te nemen. De uitkomst van die afweging is mede afhankelijk van de fase van de bestemmingsplanvoorbereiding op het moment van besluitvorming over de projectmatige ontwikkeling. Plannen die nog onvoldoende concreet zijn, zullen in de toelichting een plaats krijgen en worden nog niet juridisch vertaald. Er wordt ten aanzien van deze locaties daarom gekozen voor maatwerkoplossingen. 7. Betronix Deze (leegstaande) kantoorlocatie is een potentiële ontwikkellocatie. De planvorming zit nog in de voorfase. De uitkomst, ruimtelijke inpasbaarheid en uitvoerbaarheid zijn nog onbekend. Om deze reden ligt een wijzigingsbevoegdheid hier nu niet voor de hand en wordt gekozen voor het conserverend bestemmen van deze locatie. 8. Nuttig Landschap In het uiterste zuiden van het plangebied speelt een initiatief voor een zelfvoorzienend, ruim opgezet woonwijkje met zo'n 70 woningen. Dit initiatief is door het college positief ontvangen. Momenteel zijn we in afwachting van het antwoord van de provincie op de vraag hoe zij tegenover deze ontwikkelingsrichting staan. Afhankelijk van het antwoord, zal het verder uitwerken van deze ontwikkeling wel of niet plaatsvinden door de initiatiefnemer. Naar verwachting is deze ontwikkeling gedurende deze bestemmingsplanprocedure nog onvoldoende concreet om in het bestemmingsplan mee te nemen of een wijzigingsbevoegdheid op te nemen. Daarom wordt gekozen voor een plaats in de toelichting en te zijner tijd eventueel een aparte bestemmingsplanprocedure. Hoofdstuk 4 Structuur Een heldere structuur draagt bij een aan duidelijke verdeling van rollen en verantwoordelijkheden. Bestuurlijke opdrachtgever: Ambtelijke opdrachtgever: Ambtelijk opdrachtnemer: H. Krieger, wethouder Ruimtelijke Ordening R. Leever, teammanager Beleid, afdeling Stedelijke Ontwikkeling W. Runderkamp, projectleider Team Beleid Projectteam: Sandra Voorsluijs, Marjan van Dolder Priscilla Weitjes * Erna van der Stappen Cees van den Dool Jasmijn Bolks Jeroen van der Weerd Esther Talsma Vergunningen Handhaving Groen Water Verkeer Economie Peuterspeelzalen/kinderopvang 6

8 Conny Koedam Bianca Luiten Pauk Meijland Roelof Gerritsen Anja Bonnes Marjolein Tummers Frans Koelemeijer Pauline Woldhuis Harm-Jan Stalman * Susanne Stoelinga Atie Schenk Brian Scott Claire Troost Arthur Ordeman (*: leden kernteam) Onderwijs en zorg Onderwijshuisvesting Sport Wonen Wijkmanager Purmer Zuid Wijkmanager Purmer Noord Cultuur Jeugd Stedenbouw Milieu Archeologie Ontwikkellocaties Communicatie (Pacht)overeenkomsten Hoofdstuk 5 Planning De Purmer is een groot gebied, zo'n 40% van het gemeentelijke oppervlakte. Dit betekent dat er sprake is van een omvangrijke opgave die meer tijd kost dan een kleiner bestemmingsplan. Aan de andere kant wordt het gebied gekenmerkt door de beheersituatie. Er spelen niet veel ontwikkelingen en de noodzaak tot herontwikkeling is de komende 10 jaar evenmin aan de orde. De verwachting is daarom dat niet of nauwelijks nader onderzoek nodig is, mede gezien de eerdere uitgangspunten. Omwille van de moeilijke inschatbaarheid wordt de planning gezien als een indicatie. Er is eventueel ruimte in de doorlooptijd aanwezig omdat het huidige bestemmingsplan De Purmer 2005 pas in november 2006 is vastgesteld. Fase start einde Nota van Uitgangspunten Q3 Q3 Voorontwerp Q3 Q Ontwerp Q Q Vaststelling Q Q Beroep Q Q De startnotitie betreft de oriënterende fase, waarin op hoofdlijnen de kaders worden bepaald voor de insteek van het nieuwe bestemmingsplan en het proces. Met de bestuurlijke vaststelling van deze Nota van Uitgangspunten is deze fase afgerond. De voorontwerpfase is de eerste inhoudelijk en langste fase. Deze fase betreft de actualisatie van de huidige regels, het maken van de (digitale) verbeelding, de toets aan de beleidskaders en de afweging van ontwikkelingen. Deze fase eindigt met het aflopen van de inspraak- en overlegtermijn. De ontwerpfase betreft de fase waarin de inspraakreacties worden afgewogen en eventuele wijzigingen worden doorgevoerd. Deze fase eindigt met het vrijgeven van het ontwerpbestemmingsplan voor publicatie en de inzagetermijn. De vaststellingsfase bestaat uit het afwegen van eventuele zienswijzen en de vaststelling door de gemeenteraad na het zomerreces. De beroepsfase betreft de beroepstermijn en de eventuele verdere procedure bij de Raad van State. 7

9 Hoofdstuk 6 Communicatie De communicatie zal actief zijn. Allereerst door middel van de wettelijk vereiste publicaties, ter inzage leggingen en het bieden van gelegenheid voor het indienen van zienswijzen en inspraakreacties op een of meer bewonersavonden. In aanvulling op de formele procedure kunnen ook via informele weg ideeën worden geopperd en suggesties worden gedaan. Deze reacties worden positief benaderd. Daar waar het algemeen belang niet wordt geschaad en er geen spanning ontstaat met onderbouwde beleidsregels of toekomstige ontwikkelingen, zullen deze ideeën zoveel mogelijk meegenomen worden bij de verdere planvorming. 8